Inleiding Afloop & Kaders Kleurmodus & zwart Resolutie Formaten Lettertypen Spotvernis Stickers...

Transcriptie

1 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 Afloop & Kaders... 4 Kleurmodus & zwart... 5 Resolutie... 6 Formaten... 7 Lettertypen... 8 Spotvernis... 9 Stickers Ansichtkaarten Canvas Brochures Visitekaartjes Werktekeningen Aanleveren

2 INLEIDING Als u ontwerper, vormgever of DTP-er van beroep bent, zijn de meeste procedures om correct bestanden aan te leveren bij een drukker bij u bekend. Maar bent u een hobbyist die af en toe een ontwerp maakt of juist een serieuze startende zelfstandige vormgever, dan is deze beknopte handleiding voor u. Wij merken dat veel mensen toch problemen ondervinden met het correct opmaken van bestanden. Dit merken wij doordat wij uiteraard zelf de bestanden controleren en er veel heen en weer wordt gebeld of g d voordat er een goed en drukklaar bestand is. Wij bieden de mogelijkheid om alle fouten voor u eruit te halen maar dat kost tijd en kan voor vertraging zorgen. Van flyers tot canvasdoeken en van brochures tot visitekaartjes, u treft hier antwoorden op veel voorkomende vragen. Ook als u ontwerper, vormgever of dtp-er van beroep bent, hierin treft u handige tips voor specifieke producten en hoe u de bestanden dient op te maken. 3

3 AFLOOP Hier wordt m.b.v. een illustratie uitgelegd hoe u uw bestand van afloop kunt voorzien en waar u rekening mee dient te houden, zodat uw bestand op correcte wijze wordt schoongesneden en er geen belangrijke elementen verloren gaan. Netto formaat: Dit is het schoongesneden formaat wat u uiteindelijk zult ontvangen. Veilige zone (5 mm tekstmarge): Belangrijke elementen behoren binnen dit gebied te vallen (denk aan teksten en logo s). Hiermee voorkomt u het risico dat deze worden afgesneden bij het schoonsnijden aangezien er tijdens het schoonsnijden een kans van verschuiving bestaat. De veilige zone is altijd 10 mm korter en smaller dan het netto formaat. Afloop/bleed: In de meeste gevallen behoort de afloop 3 mm te zijn. Zoals eerder aangegeven kan er tijdens het schoonsnijden verschuiving ontstaan (tot maximaal 3 mm). Door afloop aan uw bestand toe te voegen voorkomt u dat uw uiteindelijke product geen witte randjes bevat. Zorg er voor dat de afloop geen kader is, maar dat uw (achtergrond)afbeeldingen 3 mm voorbij de snijlijnen loopt. KADER Het komt wel eens voor dat men gebruik maakt van een kader. Soms hoort dit in het ontwerp. Dit raden wij echter af. Bij het schoonsnijden van uw product kan er namelijk verschuiving* ontstaan waardoor het kader niet overal exact even breed zal worden. Wilt u toch gebruik maken van een kader dan is dit geheel op eigen risico. *Overdreven weergave van de werkelijkheid. 4

4 KLEURMODUS Naast de lage resolutie, hebben van internet afkomstige afbeeldingen vaak ook een verkeerde kleurcodering. De codering waar over wordt gesproken staat ook wel bekend als RGB. Deze kleurcodering wordt gehanteerd om afbeeldingen te kunnen weergeven op een (computer)beeldscherm. Voor drukwerk is deze codering niet van toepassing en is dus verkeerd. De kleurcodering die voor (full color) drukwerk wordt gehanteerd staat bekend als CMYK. Het verschil tussen RGB en CMYK zit in het bereik. Bij RGB kunnen hele felle kleuren u deze er gewoon in laten zitten. Wij zorgen er dan voor dat het beeld automatisch wordt omgezet naar CMYK. Het nadeel hiervan is dat het resultaat ook voor u een verrassing zal blijven totdat u het drukwerk ontvangt. U verwacht immers die felle blauwe kleur te ontvangen. Wilt u zelf al ongeveer kunnen zien wat het resultaat is van een RGB naar CMYK omgezette afbeelding? Dit kunt u o.a. heel simpel zelf doen in het menu van het programma Adobe Photoshop : Image Mode CMYK worden behaald wat weer niet mogelijk is bij drukwerk. Heeft u dus een ontwerp met een felle blauwe kleur erin verwerkt, is de kans groot dat deze kleur veel fletser en dus minder fel zal uitkomen. Hier geldt dus: wat u op uw scherm ziet, is niet wat u uiteindelijk ook zult krijgen. Houdt u hier dan ook rekening mee. Als u voorspelbare resultaten wenst dan kunt u gebruik maken van Pantone kleurenwaaiers. Heeft u een RGB-afbeelding in uw ontwerp verwerkt dan kunt Voor huisstijl producten kan ook worden gekozen om dit in PMS te bedrukken. PMS kleuren hebben een kleurcode, bijvoorbeeld PMS 032. Deze kleuren zijn vooraf vastgesteld. Het voordeel van PMS kleuren is dat deze er bij elke drukker hetzelfde uitzien (afhankelijk van het te bedrukken materiaal). Nadeel is dat bij de meeste producten die in PMS bedrukt worden er hoogstens 3 of 4 kleuren gebruikt kunnen worden. In bovenstaande illustratie ziet u dat het bereik van RGB veel hoger ligt dan bij CMYK. In dit geval is een blauwe kleur als voorbeeld genomen. Zou u dus het uiterste van de blauwe RGB gebruiken, zal het eindresultaat dichter in de buurt komen van het uiterste van het CMYK-blauw. ZWART Een veelgemaakte fout bij het opmaken van grote zwarte vlakken is dat er gekozen wordt voor een CMYK-waarde van 100% zwart. Wanneer er in full color wordt gedrukt zal dit er antraciet/grijs uitkomen. Ook kan dit een wolkerig effect krijgen. Om een mooie kleur zwart te krijgen raden wij aan Het beste resultaat behaalt u met Designer Zwart. Voor tekst, smalle lijnen of kleine zwarte objecten raden wij wel aan om 100% zwart te gebruiken, omdat er altijd een kans is van een kleine verschuiving in de CMYK platen waardoor bijvoorbeeld tekst er wat wazig uit kan komen te zien. om gebruik te maken van één van de volgende waarden: Naam CMYK Waarden Resultaat Rich Black 63C, 52M, 51Y, 100K (Photoshop) Vol Zwart 100% K (zwart) Cool Black 60C, 0M, 0Y, 100K Koud Zwart Warm Black 0C, 60M, 30Y, 100K Warm Zwart Designer Zwart 70C, 50M, 30Y, 100K Zeer diep, koud Designer Zwart zwart 5

5 RESOLUTIE Een veel voorkomende fout is het gebruik van afbeeldingen met een veel te lage resolutie. Vaak zijn dit afbeeldingen die van het internet komen. Deze hebben over het algemeen een resolutie van 72 of 150 dpi wat veel te laag is voor drukwerk. Voor drukwerk is een minimale resolutie van 300 dpi op uiteindelijk formaat gewenst. Een hogere resolutie heeft weinig zin aangezien de meeste producten op 300 dpi worden gedrukt. Bij banners kunt u wel een resolutie van 150 dpi aanhouden. Het kan voorkomen dat er geen beter beeld beschikbaar is. Wij adviseren u dan om het beeld op 100% grootte te bekijken om zelf te beoordelen of het beeld acceptabel is. 300 DPI 72 DPI Hoe hoger de resolutie, des te kleiner de korrels en dus niet meer waarneembaar voor het oog vanaf een bepaalde afstand. Vaak herkent u een afbeelding met een te lage resolutie aan de korrels waaruit het beeld is opgebouwd. 6

6 FORMAAT Hieronder vindt u een overzicht met de meest gangbare is het netto- en brutoformaat aangegeven evenals de veilige zone. Benaming Netto formaat Bruto formaat (afloop) Veilige zone (tekstmarge) Flyers A7 74 x 105mm 80 x 111mm 64 x 95mm A6 105 x 148mm 111 x 154mm 95 x 138mm A5 210 x 148mm 216 x 154mm 200 x 138mm A4 210 x 297mm 216 x 303mm 200 x 287mm ALong 74 x 210mm 80 x 216mm 64 x 200mm US 99 x 210mm 105 x 216mm 89 x 200mm XLong 99 x 297mm 105 x 303mm 89 x 287mm Carre Small 100 x 100mm 106 x 106mm 98 x 98mm Carre Medium 150 x 150mm 156 x 156mm 140 x 140mm Carre Large 200 x 200mm 206 x 206mm 198 x 198mm Posters B3s 336 x 475mm 342 x 481mm 326 x 465mm A3 420 x 297mm 426 x 303mm 410 x 287mm A2 420 x 594mm 426 x 600mm 410 x 584mm A1 594 x 840mm 600 x 846mm 584 x 830mm B2 500 x 700mm 506 x 706mm 490 x 690mm B1 700 x 1000mm 706 x 1006mm 690 x 990mm A0 840 x 1189mm 846 x 1195mm 830 x 1179mm Abri 1180 x 1750mm 1186 x 1756mm 1170 x 1740mm Visitekaarten Normaal 85 x 55mm 91 x 61mm 75 x 45mm Klapkaarten 170 x 55 mm 176 x 61 mm 160 x 45 mm Banners Roll-up banner 850 x 2050mm 856 x 2056mm 840 x 2040mm 7

7 LETTERTYPEN Wanneer u gebruik maakt van programma s zoals Adobe Illustrator of InDesign, is het gewenst om de fonts in te sluiten wanneer u het uiteindelijke resultaat exporteert naar een PDF-bestand. Het insluiten van lettertypes wordt ook wel embedden genoemd. Dit embedden zorgt ervoor dat het PDF-bestand als het ware uw gebruikte lettertypes meeneemt zodat andere systemen uw bestand correct kan weergeven, met de door u gebruikte lettertypes. Echter prefereren wij dat alle tekst is omgezet naar lijncontouren zodat er absoluut geen sprake meer is van lettertypes maar van vectoren. Door dit te hanteren, is er in ieder geval de garantie dat er met betrekking tot lettertypes niks mis kan gaan. In Illustrator of InDesign kunt u uw tekst omzetten naar lettercontouren. Dit doet u heel simpel in het menu van genoemde programma s. U selecteert eerst alle tekst. Vervolgens gaat u naar het menu: Type > Create Outlines Dit is een voorbeeld van de letter a doe is omgezet naar lijncontouren in Adobe Illustrator TM. Let wel dat na het omzetten, het niet meer mogelijk is om uw tekst te bewerken. Een tip is om dan twee versie s op te slaan. 8

8 SPOTVERNIS Vervolgens geeft u de Swatch de volgende naam: Drukwerk met een extra dimensie U heeft er voor gekozen om uw drukwerk te voorzien van een matglanzende laag op specifieke plekken. Wij noemen dit ook wel spotvernis. Let wel dat deze techniek niet te verwarren is met spot-uv waarbij weer gebruik word gemaakt van hoogglans laag op specifieke plekken. Doordat in de digitaaldruk gebruik wordt gemaakt van matglans, is het resultaat minimaal t.o.v. hoogglans, wat in offset gebruikt NexPress Dryink clear U selecteert het patroon-object en past de gecreëerde Swatch toe. Deze dient zich wel boven de afbeelding te bevinden. Als laatste opent u het Transparency venster (afbeelding 5) Window > transparency en met het patroon-object nog geselcteerd, wijzigt u de transparantie van Normal in Multiply. word. Hierdoor raden wij u aan om spotvernis alleen op lichte kleuren te gebruiken. Op zwart of een afbeelding met 1 2 verschillende kleuren zal spotvernis dus nauwelijks te zien zijn. Houd u hier rekening mee als u spotvernis wilt gebruiken. Hier treft u verschillende oefeningen waarbij gebruik word gemaakt van verschillende software om de spotvernis correct op te maken. 3 5 Vectoren als spotvernis met Illustrator of InDesign. Eén van de manieren om spotvernis te verkrijgen is door met vector objecten te werken. Dit doet u dan met programma s als Illustrator of InDesign. In dit voorbeeld gebruiken we het programma Illustrator. Het menu van InDesign en de benodigde tools lijken nagenoeg op dat van illustrator en zullen wij dus voor het gemak achterwege laten. In ons voorbeeld gebruiken we een afbeelding van een sofa (afbeelding 1) waar wij een patroon (afbeelding 2) over heen willen gooien. Dit patroon zal dan de spotvernis zijn. 4 De machine, de Kodak Nexpress2500, heeft een herkenningspunt nodig waardoor de spotvernis geactiveerd word. Hiervoor opent u het venster Swatches (afbeelding 3) Window > Swatches Vervolgens maakt u een nieuwe Swatch aan. U dubbelklikt op de zojuist gecreeërde Swatch. (afbeelding 4) en geeft het een willekeurige kleur naar wens. Vervolgens zorgt u ervoor dat Spot color geselecteerd is. 9

9 SPOTVERNIS Pixels als spotvernis met Adobe Photoshop Bent u niet gewend om met vectoren te werken maar doet u alles het liefst met Photoshop, dan is onderstaande uitleg 1 om spotvernis te verkrijgen voor u. In ons voorbeeld gebruiken we een ticket (afbeelding 1) die beveiligd word d.m.v. een logo of patroon (afbeelding 2). Deze toepassing wordt vaak gebruikt om illegale kopie s van bijvoorbeeld tickets tegen te gaan. De machine die de spotvernis zal gaan verwerken heeft een 2 herkenningspunt nodig waardoor deze geactiveerd word. Hiervoor opent u het venster Channels: Window > Channels Vervolgens maakt u een nieuwe SPOT CHANNEL (afbeelding 3) Hierna krijgt u een nieuw venster te zien. De kleur verandert 3 u naar wens of u laat deze voor wat het is. Solidity laat u gewoon op 0% staan. Vervolgens verandert u de naam in het volgende: (afbeelding 4) NexPress DryInk clear. 4 Let op: de naam dient exact geschreven te worden als hierboven genoemd, met de juiste hoofdletters en spaties. Doet u dit niet dan zal de spotvernis niet werken. 5 U keert terug naar uw lagen venster: Window > layers en u maakt een nieuwe laag aan. Vervolgens maakt u een selectie (afbeelfing 5) van het patroon. Deze selectie zal uiteindelijk de spotvernis worden. Het is dus niet zo dat de afbeelding zelfs als spotvernis zal gaan werken, maar een selectie hiervan! Vervolgens bewaart u uw selectie: select > save selection In het volgende venster kiest u bij Channel voor de gemaakte Spot Channel: Nexpress Dryink clear. De overige instellingen laat u voor wat het is en klikt op OK. Om uw bestand goed te kunnen verwerken, dient u het op te slaan als PDF bestand. 10

10 STICKERS Stickervormen opmaken om uit te snijden Bij ons heeft u de mogelijkheid om stickers te laten maken met verschillende vormen. Denkt u aan die stickervellen met bekende cartoonfiguren erop, bestemd voor kinderen om in hun vriendenboek te plakken. Of op maat gemaakte etiketten voor uw nieuwe parfumlijn. De mogelijkheden gaan zover uw creativiteit gaat. Om deze vormen te verkrijgen is het ook hier weer van belang dat uw bestand correct is opgemaakt. De machine die deze stickers verwerkt is een Roland Soljet Pro3 XC-540. Deze machine kan niet alleen (grootformaat) printen, maar is ook voorzien van een cutting-unit, oftewel een snijmechanisme. Wanneer wij het (sticker)bestand naar deze machine sturen zal hij alleen het beeld printen. Wat we Let op: de naam dient exact geschreven te worden als hierboven genoemd, met de juiste hoofdletters. Doet u dit niet dan zal het snijpad niet werken. Vervolgens selecteert u het snijpad en past de zojuist gemaakte Swatch erop toe. (afbeelding 5) Zorg ervoor dat de Swatch geen vulling, maar een lijn is. De sneltoets hiervoor is shift+x of voor een Mac: Apple+x. De vulling laat u transparant. Vervolgens opent u het Stroke venster: Window >Stroke Met het snijpad nog geselecteerd, geeft u de lijn, oftewel stroke, een gewicht van 0,25pt. Als laatste slaat u uw werk als EPS op. Let op: Illustrator 10 EPS! willen is dat het beeld ook word uitgesneden. De machine herkent dit doordat er in het bestand een snijpad is aangemaakt. Dit snijpad is dus afzonderlijk van het te printen beeld opgemaakt. Ook hier maken we gebruik van Adobe Illustrator. 2 1 De juiste benaming In dit voorbeeld maken we gebruik van een illustratie. (afbeelding 1) Deze word weer iets groter uitgesneden met een vooraf met de Pentool gemaakte snijpad. (afbeelding 2) 3 4 Zorg ervoor dat dit snijpad geheel gesloten is. Zonder dat een object is geselecteerd, geeft u de Stroke een willekeurige kleur. (afbeelding 3) Vervolgens opent u het Swatches venster indien dit nog niet het geval is. Window > Swatches Vervolgens maakt u een nieuwe Swatch (afbeelding 4) aan. U dubbelklikt op de nieuwe swatch en als u het juist heeft gedaan, ziet u dat deze de kleur heeft die u heeft aangemaakt. Zorg er voor dat Spot Color is geselecteerd. De naam verandert u in het volgende: CutContour 5 Het kan zijn dat wanneer u Adobe CS2 gebruikt, u de waarde van 0,25pt handmatig dient in te voeren. Direct selecteren werkt vreemd genoeg in sommige versies niet. 11

11 ANSICHTKAARTENKAARTEN Bij dubbelzijdig drukwerk is het eigenlijk vanzelfsprekend dat wanneer beide kanten worden opgemaakt, deze gewoon deze ergens op kan rusten, is er vaak verwarring met het aanleveren. Onderaan treft u een in zijn geheel geïllustreerde uitleg wat hopelijk voor verheldering zorgt. rechtop staan. Maar wanneer er sprake is van een wenskaart, waarbij de kaart wordt dubbelgevouwen waardoor Buitenkant; voor- en achterkant. Let op dat u de achterkant ondersteboven opmaakt Binnenkant; onder en boven. De achterkant van 2 is in feite de voorkant, pagina 1. in uw favoriete software. Voor beide voorbeelden geldt dat u de pagina s 1,2,3 en 4 apart kunt opmaken en kunt aanleveren. Wij zorgen er dan voor dat de plaatsing klopt. U kunt echter ook spreads aanleveren wanneer er bijvoorbeeld sprake is van een doorlopend beeld. U levert dus pagina 1 en 4 gezamenlijk en/of 2 en 3 gezamenlijk als één ontwerp aan. In het laatste geval is het van belang dat u deze voorbeelden aanhoudt. 4 1 Buitenkant; voor- en achterkant. Deze versie spreekt voor zich. 2 3 Binnenkant; links en rechts. In de voorbeelden wordt een stippellijn gebruikt om de vouw weer te geven. Let op dat u deze niet in uw ontwerp meeneemt. 12

12 canvas door, maar deze 2,5 cm is de rand van het doek. Er is vaker de vraag gesteld of de rand dan niet beter wit gelaten kan worden. Dit raden wij af omdat het opspannen van een doek nog altijd handenarbeid is en het een hele karwei is om het beeld exact gespannen te krijgen zodat deze mooi gecentreerd staat. Doordat u 2,5 cm extra marge opmaakt, geeft u ons de ruimte om daarin te schuiven. Daarnaast is het mooier wanneer ook de randen zijn bedrukt. Doorgaans heeft drukwerk een afloop nodig van 3 mm aan elke zijde. Bij het drukken van een canvasdoek geldt eigenlijk hetzelfde principe, alleen is er geen sprake van 3 mm maar 2,5 cm. Houd u er dan ook tijdens het opmaken van uw document rekening mee dat er 2,5 cm wegvalt. (zijkant van het doek) In tegenstelling tot ander drukwerk waar de afloop wordt schoongesneden, wordt de afloop van 2,5 cm hier gebruikt om het doek af te maken. Waarschijnlijk heeft u het al Canvas Doek LEGENDA Bruto formaat Snijlijn Tekst venster Canvasdoek Bruto formaat: 55 cm x 55 cm Netto formaat: 40 cm x 40 cm cm Maat 7,5 cm afloop aan elke zijde. Tekst 0,5 cm van netto formaat De tekst dient u 0,5 cm van de rand van het netto formaat af te plaatsen, dus in totaal 8 cm van de rand van het bruto formaat 40 cm + 15 cm Afloop = 55 cm 40 cm + 15 cm Afloop = 55 cm 13

13 BROCHURES Voor het opmaken van een brochure is het algemeen bekend dat u dit het beste kunt doen met Adobe InDesign of QuarkExpress. Bent u al bekend met het produceren van brochures, dan is de term inslagschema geen onbekende voor u. Dit is een specifieke wijze van ordenen waardoor de bladzijdes uiteindelijk op volgorde worden gedrukt. Indien u hier niet bekend mee bent, vreest u niet, want op inslagschema aanleveren is niet nodig! De meeste drukkers vragen om een bestand op inslagschema. Bij ons wordt uw bestand automatisch op inslagschema ingedeeld op onze drukpers. Dit betekent voor u dat u uw bestand gewoon op volgorde dient aan te leveren. M.a.w. uw bestand dient losse pagina s te bevatten, dus ook geen spreads. Kortom, u dient 1 bestand (pdf) aan te leveren waarbij de pagina s onder elkaar staan. Wel op de juiste volgorde. N.B. iedere pagina met 3 mm opmaken Fout: inslagschema is niet nodig en a.u.b. geen spreads. Goed: alle pagina s afzonderlijk. Pagina s onder elkaar (beeld uit InDesign). 14

14 VISITEKAARTJES Bij het certificeren en/of opmaken van visitekaartjes komt er ook het een en ander kijken. Wanneer er een visitekaartje in offset gedrukt dient te worden (oplages vanaf 625) is het belangrijk wanneer de opmaak staand is dit dan ook staand aan te leveren. Wanneer de opmaak liggend is dien je dit ook liggend aan te leveren. Bij het digitaal drukken van visitekaarten (oplages vanaf 50) is dit een ander verhaal. Wanneer de opmaak liggend is moet het liggend aangeleverd te worden. Wanneer de opmaak staand is, wordt het een heel ander verhaal. Hier dient de voorkant linksom gedraaid te worden en de achterkant rechtsom. Zie de afbeeldingen voor een beter overzicht: VOORKANT ACHTERKANT Digitaal drukwerk VOORKANT ACHTERKANT VOORKANT ACHTERKANT offset drukwerk 15

15 werktekeningen Alle werktekeningen zijn te vinden op de website: Als u doorklikt komt u vanzelf de digitale werktekeningen tegen. EA5 LEGENDA Bruto formaat Snijlijn Vouwlijn EA5 Bruto formaat: 226 mm x 159 mm Netto formaat: 220 mm x 156 mm mm Tekst venster Maat 11 mm LET OP: bovenzijde wordt niet aflopend gedrukt 3 mm afloop aan elke zijde. Tekst 5 mm van netto formaat De tekst dient u 5 mm van de rand van het netto formaat af te plaatsen, dus in totaal 8 mm van de rand van het bruto formaat 50 mm 40 mm x 110 mm 2 mm witruimte rondom het venster houden 20mm 156 mm + 3 mm afloop = 159 mm 66 mm 220 mm + 6 mm afloop = 226 mm Voor alle enveloppen geldt dat de bovenkant 11 mm niet bedrukt kan worden. Overigens dient u er ook rekening mee te houden dat rondom het venster een witruimte van 2 mm zal ontstaan. 16

16 WERKTEKENINGEN Aangeleverde formaat: 306 x 491 mm Schoongesneden formaat: 300 x 485 mm Presentatiemappen 491 mm 3 mm afloop 55 mm 215 mm 215 mm 3 mm afloop 3 mm afloop Tekst 5 mm van netto formaat De tekst dient u 5 mm van de rand van het netto formaat af te plaatsen, dus in totaal 8 mm van de rand van het bruto formaat 300 mm 306 mm 40 mm 3 mm afloop 491 mm 3 mm afloop 215 mm 215 mm 55 mm 3 mm afloop 3 mm afloop Tekst 5 mm van netto formaat De tekst dient u 5 mm van de rand van het netto formaat af te plaatsen, dus in totaal 8 mm van de rand van het bruto formaat 300 mm 306 mm 40 mm 3 mm afloop 17

17 AANLEVEREN Wij hopen dat u hiermee genoeg informatie heeft gekregen omtrent het aanleveren van juiste bestanden. Mocht u nog verdere vragen hebben met betrekking tot het aanleveren van uw bestanden dan kunt u te allen tijde mailen naar: bestanden@drukwijzer.nl Uiteraard mag u van ons meer verwachten dan van overige drukkers. Daarom controleren wij uw bestanden altijd grondig, en dat is anders dan andere (internet)drukkers. Onze ervaren DTP-studio (in huis) met meer dan 20 jaar ervaring weet hoe je een technisch perfect drukbestand opmaakt en controleert. Desgewenst voeren wij een kleine correctie uit, zonder extra kosten. Want kwaliteit staat bij Drukwijzer voorop; Uw perfecte drukresultaat is ons visitekaartje. Wilt u overigens technische informatie of advies over de opmaak van uw document, bel dan onze DTP- Studio op DRUKWIJZER. Miranda, Mark en Robert staan voor u klaar. Wat zij niet weten is de moeite van het onthouden niet waard! 18