Afstudeerplan pilot

Transcriptie

1 Afstudeerplan pilot Plan van Hilde Peters 2. beknopte omschrijving van huidige onderwijs- en beroepsvisie Het vak beeldende vorming heeft binnen het onderwijs een belangrijke plek in de persoonsontwikkeling. Als een leerling een beeldend proces doorloopt moet hij/zij keuzes maken, durven ingrijpen en oplossingsgericht handelen. Door het maken van eigen keuzes ontwikkelt de leerling autonomie en een eigen handschrift of beeldtaal. De leerling leert zijn/haar eigen krachten en valkuilen kennen. Dit proces leidt tot eigenheid en meer zelfvertrouwen. Beeldende vorming geeft leerlingen de mogelijkheid zich te uiten. Ze leren een vertaalslag te maken tussen abstract en concreet: hoe breng ik een gevoel of idee op mijn eigen wijze naar buiten? Die vertaalslag kan alleen als je er de middelen en vaardigheden voor hebt. Kennis van materiaal, gereedschap en technieken zijn essentieel. Dan kan de leerling tot een eigen expressie komen. De relatie tussen leerling en docent is er een op basis van gelijkwaardigheid maar niet op basis van gelijkheid. De docent heeft de verantwoording voor goed onderwijs en stelt daarvoor een duidelijk kader. Persoonsontwikkeling staat in mijn pedagogisch handelen centraal. Elke leerling is een eigen individu met talenten en valkuilen. Als docent ga ik uit van de mogelijkheden die de leerling heeft binnen een didactisch kader. Naast het aanbieden van de leerstof heeft de school als belangrijke taak om de leerling ook op sociaal emotioneel gebied uit te dagen en zo te komen tot persoonsontwikkeling. 3. Toekomstperspectief Ik begon aan deze opleiding met een duidelijk doel voor ogen. Nadat ik in 2007 mijn Pabodiploma behaalde besefte ik me dat mijn hart meer ligt bij het doceren van beeldende vorming dan bijvoorbeeld bij rekenen en taal. Ook wilde ik mijn eigen beeldend werk op een hoger plan brengen. Daar was de PABO door de aard van de opleiding natuurlijk niet op gericht. Ik koos voor de docentenopleiding van de Academie voor Beeldende Vorming in Tilburg omdat er daar veel ruimte geboden werd voor een eigen beeldende ontwikkeling, en de mogelijkheid er was om daar op af te studeren. In de afgelopen 3 jaar heb ik op de ABV al een stevige basis gekregen voor zowel het lesgeven als mijn eigen beeldend werk. Ik heb veel geëxperimenteerd met materialen, technieken en werkvormen. Ik heb geleerd om bronnen op te zoeken en in te zetten. Ik kan een beeldend proces opzetten en doorlopen, om te komen tot beeldend werk in mijn eigen beeldtaal. Belangrijke werken voor mijn ontwikkeling zijn geweest: hierbenik, Dubbel Zelfportret en Making the City: hebben & houden (zie bijlagen). Deze 3 werken liggen heel dicht bij mezelf, het zijn voorbeelden van hoe ik graag werk en wil blijven werken.

2 Ook op het gebied van onderwijs heb ik me ontwikkeld: ik heb ervaren dat ik beeldende vorming met passie kan overbrengen aan anderen. Tijdens mijn drie stages leerde ik mijn voorkeur kennen, die uitgaat naar handvaardigheid in het basisonderwijs of het HBO. De hierboven genoemde doelen heb ik nog steeds voor ogen. Ze zijn zelfs verscherpt: ik weet steeds duidelijker wat ik wil na mijn afstuderen. Ideaal gezien zou mijn baan bestaan uit 3 onderdelen: 1: eigen beeldend werk maken; 2: een bedrijf opzetten en runnen met Annelijn Smulders; 3: lesgeven in het basisonderwijs of HBO. Om dit te bereiken zal ik mijn afstudeerjaar zó moeten invullen, dat alle 3 deze onderdelen optimaal aan bod komen. 1: het maken van beeldend werk Mijn zwaartepunt zal in mijn afstudeerjaar liggen op mijn eigen beeldende ontwikkeling. Nu ik op de opleiding de faciliteiten en begeleiding heb om me te professionaliseren, wil ik daar graag nog intensief gebruik van maken. Ik wil me bezig houden met het maken van beeldend werk dat een voortzetting is van het werk van de afgelopen jaren. Ik richt me steeds meer op de ervaring die ik heb tijdens het maken en die de toeschouwer heeft tijdens het aanschouwen. Het eigen maken van materialen en technieken is iets wat ik nog steeds heel belangrijk vind, echter heeft het de afgelopen tijd meer invloed op mijn onderwijsvisie dan op mijn eigen beeldende ontwikkeling. De beeldende processen die ik opstart zullen uitmonden in een expositie. Ik zou graag mee willen doen met de afstudeerexpositie. Ook weet ik inmiddels dat ik in maart exposeer in Kunstpodium T en meedoe met de groepsexpositie van Pien en Caroline. Theorie der Kunsten is een belangrijk onderdeel van mijn beeldende proces. Ik gebruik bronnen als inspiratie en referentie. Daarnaast wil ik TDK inzetten als overbrugging tussen kunst en onderwijs. Ik zoek nog naar de beste vorm om dit te bereiken. 2: bedrijf oprichten met Annelijn Smulders Samen met Annelijn Smulders ben ik op een onderzoek gestuit. Dit betreft de beeldende lessen binnen het basisonderwijs. We hebben geconstateerd dat de vakdocent voor de beeldende vakken op basisscholen aan het verdwijnen is. Dit betekent dat de beeldende lessen op de schouders van de leerkracht komt te liggen en in de praktijk blijkt dat dit vaak als lastig wordt ervaren. Beeldende opdrachten komen vaak niet verder dan uniforme knutselopdrachten waarbij de kracht van het vak niet wordt ingezet. Wij zijn van mening dat er juist met beeldende vorming een grote bijdrage geleverd kan worden aan de individuele (persoons-, sociale, motorische, intelligentie- ) ontwikkeling van de leerlingen. Dit onderzoek komt voort uit de liefde voor het vak en onze kijk op onderwijs. We zien de noodzaak om te blijven vechten voor ons vak en daarom zouden we graag een bedrijf op willen zetten, wat leerkrachten in het basisonderwijs ondersteunt in het uitoefenen van beeldende lessen. Door onze beider vooropleidingen (SPH en Pabo) hebben we hiervoor allebei onze eigen expertise in te brengen. Dit combineren we met de beeldende kennis die we hebben opgedaan in de afgelopen jaren op de ABV. De theorie der Kunsten is daarbij

3 essentieel om onze ideeën in de traditie van het vak te kunnen plaatsen. Om dit bedrijf te verwezenlijken willen we onderzoek doen op scholen, zowel met als zonder vakleerkracht. Ook willen we zicht krijgen op de zakelijke kant van het ondernemerschap. 3: lesgeven Mijn laatste stage heb ik gelopen op een basisschool waar er nog wel een vakdocent handvaardigheid is. Tijdens deze stage heb ik ervaren hoe belangrijk het vak is voor de ontwikkeling van kinderen, en dit sterkte het besef van de noodzaak van het bedrijf met Annelijn. Ook heb ik tijdens deze stage ervaren dat ik voor mijn gevoel nog basiskennis en vaardigheden mis op het gebied van materialen en technieken. Beeldende vorming is een vak met veel specifieke kennis, en ik wil daar graag nog vertrouwd mee raken voordat ik afstudeer. Dit bereik ik door bijvoorbeeld de lessen van Hille Pijlman te volgen over materialen en technieken, maar ook door zelf op onderzoek uit te gaan binnen de opleiding en gebruik te maken van de expertise van de docenten en werkplaatsen. Synthese Mijn zwaartepunt ligt dus op mijn eigen beeldende ontwikkeling, maar deze is onlosmakelijk verbonden met het onderwijs en de Theorie der Kunsten. Het één wordt gevoed door het ander, en vice versa. 4. Belangrijke competenties Beeldend werk A1 t/m 3 Creërend vermogen B - Vermogen tot reflectie en ontwikkeling E - Inter- persoonlijk vermogen G - gerichtheid op cultuurverschijnselen in de eigen omgeving Bedrijf A1 Creërend vermogen B - Vermogen tot reflectie en ontwikkeling C - Pedagogisch vermogen D - Didactisch vermogen E - Inter- persoonlijk vermogen F - Vermogen tot samenwerking G - gerichtheid op cultuurverschijnselen in de eigen omgeving 5. het belang van het 'beeld' In mijn afstudeerjaar staan beelden centraal. Ik creëer zelf beelden en verhoud me tot reeds bestaande. Ik geef beelden en beeldende elementen door aan anderen en laat anderen zich tot beelden verhouden.

4 6. Stagemogelijkheden en onderzoeksplekken Verschillende basisscholen Voor het bedrijf met Annelijn is onderzoek op basisscholen noodzakelijk. Hiervoor zullen we basisscholen aanschrijven en bezoeken waar geen vakdocenten meer zijn. In het begin doen we dit als behoeftepeiling en voor conceptontwikkeling en later als klantenwerving. Daarnaast doen we ook onderzoek op scholen waar het vak nog wel een belangrijke plaats heeft. Als we voldoende gegevens verzameld hebben willen we een pilot uitvoeren op 1 à 2 basisscholen. Professionaliseren van ons plan voor een onderneming De zakelijke kant van een bedrijf opzetten is een belangrijk aspect binnen ons plan. We willen graag in gesprek de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst, om advies in te winnen over het opzetten van een creatieve onderneming. We zijn bezig met een onderzoek waarmee we onszelf theoretisch willen onderbouwen. Om dit onderzoek zo compleet mogelijk te maken bekijken we het vanuit verschillende perspectieven: maatschappelijk, economisch, politiek We gebruiken hiervoor theoretische bronnen, maar daarnaast zijn praktijkervaringen erg belangrijk. Daarom willen we contact leggen met mensen uit verschillende relevante werkvelden en hun ervaringen met het vak beeldende vorming betrekken in ons onderzoek. Academie voor Beeldende Vorming Voor mijn eigen beeldende ontwikkeling en mijn kundigheid als docent Beeldende Vorming heb ik begeleiding nodig van verschillende docenten. Enerzijds op het gebied van Theorie der Kunsten, anderzijds voor het gebruik van materiaal en het aanleren van technieken. 7. Plaats van de minor Voor de minor op de ABV heb ik vrijstelling gekregen, omdat ik al een HBO studie heb afgerond. De Pabo is een duidelijke basis voor mijn afstudeerplan. Op de Pabo heb ik de minor kunstcoördinatie gedaan. Deze minor heeft de passie aangewakkerd voor de combinatie tussen kunst en onderwijs. De kennis die ik opdeed in deze minor kan ik nu inzetten voor ons bedrijf. 8. Tijdsplanning Eigen beeldend werk Mijn eigen beeldende proces loopt het gehele afstudeerjaar - september tot juni door. Ik werk in ieder geval tot januari 3 dagen in de week. Planning per maand september - december Opstarten beeldende processen januari - mei Zelfstandig werken aan beelden + Kunstpodium T / expo Pien mei - juni Eindexamenexpositie voorbereiden en inrichten

5 Bedrijf Dit onderzoek zal gedurende het gehele afstudeerjaar - september tot juni plaatsvinden. De tijdsbesteding is gemiddeld 2 dagen in de week. Planning per maand september - december december - maart maart - juni Onderzoek en scholing Praktijkonderzoek Praktische uitvoering 9. Voorlopige bronnen à eigen beeldend werk uit jaar 1 hildepeters.wordpress.com à beeldbank en vakvisie makingthecity2011.blogspot.com vakvisie en onderwijsvisie op N@tschool serie boekjes van Ernst Rottger e.a: Handenarbeid/Tekenen/Textiel als creatief spel Mediatheek van de FHK Diverse boeken over kunstenaars uit eigen collectie boekje met kerndoelen van SLO studieboek: Laat Maar Zien een didactische handleiding voor beeldend onderwijs van Anky Jacobse en Jos van Onna Boek: Kunst, opvoeding en ontwikkeling van Han Berghs

6 BIJLAGE 1: HIER BEN IK

7 BIJLAGE 2: DUBBEL ZELFPORTRET

8 BIJLAGE 3: HEBBEN & HOUDEN