INTERVENTIE IN RADIOLOGISCHE NOODSITUATIES DE FEITEN OP EEN RIJTJE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "INTERVENTIE IN RADIOLOGISCHE NOODSITUATIES DE FEITEN OP EEN RIJTJE"

Transcriptie

1 INTERVENTIE IN RADIOLOGISCHE NOODSITUATIES DE FEITEN OP EEN RIJTJE INLEIDING Tijdens de informatie- en opleidingssessies en uit vragen die tijdens nucleaire oefeningen gesteld werden is vaak gebleken dat bepaalde begrippen m.b.t. de interventie in noodsituaties en/of m.b.t. de 'intervenanten' niet altijd voor iedereen duidelijk waren. Het doel van deze nota is dan ook om de concepten blootstelling in radiologische noodsituaties en intervenant in radiologische noodsituaties te verduidelijken. Ze is gebaseerd op de regelgeving die van kracht was op de datum waarop de nota werd goedgekeurd en zou dus regelmatig aangepast moeten worden op basis van de aan de wetgeving aangebrachte wijzigingen en in het bijzonder na de omzetting in Belgisch recht van de Euratom-richtlijn 59/2013 [1]. WAT ZEGT DE REGELGEVING? Wie zijn de intervenanten (ook interventiepersoneel genoemd)? Volgens het koninklijk besluit van 17 oktober 2003 tot vaststelling van het nucleair en radiologisch noodplan voor het Belgisch grondgebied (KB NNP) [2], wordt onder interventiepersoneel verstaan: het personeel van elke dienst die betrokken is bij de reddingsinterventie of bij de interventie ter bescherming van belangrijke materiële belangen, zoals brandweer, civiele veiligheid, politiediensten, personeel van de ziekenwagens en van de medische diensten,... evenals diegenen die een ondersteunende opdracht hebben (opgevorderde buschauffeurs, personeel van de meetploegen,...). De tekst van de richtlijn van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) van 17/10/2003 [3], waarin de interventierichtwaarden voor radiologische noodsituaties worden vastgelegd, heeft betrekking op «alle werkers waarop een beroep gedaan wordt bij een interventie in een radiologische noodsituatie», waardoor het toepassingsgebied van deze richtwaarden expliciet wordt uitgebreid tot alle werknemers van bedrijven waarop een beroep wordt gedaan bij een interventie in een radiologische noodsituatie. Wat verstaat men onder «radiologische noodsituatie»? Artikel 2 van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen - ARBIS [4] definieert een radiologische noodsituatie als een situatie waarbij dringende beschermingsmaatregelen vereist zijn [door het feit dat] de dosislimieten die in dit reglement worden vastgesteld voor de personen van het publiek, zouden kunnen worden overschreden. In dit soort situaties kunnen de radiologische blootstellings- en/of besmettingsniveaus enorm variëren, afhankelijk van het soort situatie, het moment en de plaats. Ze zijn dus moeilijk te voorzien, zelfs ondanks het feit dat er vele typescenario s werden ontwikkeld. Er dient te worden op gewezen dat een langdurige blootstelling die zich, bijvoorbeeld, tijdens de sanering van een zone of een historisch besmette site voordoet, en zelfs indien deze besmetting door een recente radiologische noodsituatie werd veroorzaakt, geen radiologische p.3

2 noodsituatie is. We gaan er hierbij van uit dat er buiten de fase van crisisbeheer geen urgentie (meer) is. Hierdoor zijn de dosislimieten die van toepassing zijn op de werknemers die aan de herstelwerken deelnemen in de post-accidentele fase (nadat het noodplan door de autoriteiten werd opgeheven), of bij de sanering van een historisch besmette site, behalve in geval van een uitdrukkelijke afwijking goedgekeurd door het FANC, deze die van toepassing zijn voor de beroepshalve blootgestelde personen [ARBIS art c]. Dit wordt tevens expliciet vermeld in de tekst van de richtlijn van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle van 17/10/2003 [3]: In het kader van de acties in de post-accidentele fase is er geen hoogdringendheid meer en moeten de dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen imperatief nageleefd worden. Wat is een blootstelling in een noodsituatie? Artikel 2 van het ARBIS [4] definieert een blootstelling in een noodsituatie als een blootstelling van personen bij de uitvoering van een noodzakelijke snelle actie om hulp te verlenen aan personen in gevaar, om te verhinderen dat een groot aantal personen wordt blootgesteld of om een waardevolle installatie of waardevolle zaken te redden, en waarbij mogelijk één van de individuele dosislimieten voor de beroepshalve blootgestelde personen, wordt overschreden ; het betreft hier de effectieve dosislimiet van 20 msv/jaar of een van de andere limieten vastgelegd voor een individueel orgaan of weefsel. Het reglement voegt hieraan het volgende toe: de blootstelling in noodsituaties is enkel van toepassing op vrijwilligers (ARBIS [4] art. 2 & art ). Er dient te worden opgemerkt dat een blootstelling in noodsituaties dus a priori gedefinieerd wordt op basis van het bestaand risico op een overschrijding van de dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen en niet a posteriori op basis van de daadwerkelijke overschrijding van deze dosislimieten (die op basis van de dosimetrieresultaten geïdentificeerd kan worden). We merken tevens op dat een radiologische noodsituatie niet noodzakelijk impliceert dat er een blootstelling in een noodsituatie is. Een radiologische noodsituatie wordt gedefinieerd als een overschrijding (of een risico op een overschrijding) van een blootstellingslimiet voor het publiek (1mSv/jaar), terwijl een blootstelling in een noodsituatie voor een intervenant gedefinieerd wordt als een overschrijding (of een risico op een overschrijding) van een van de blootstellingslimieten voor een beroepshalve blootgestelde persoon (met name de limiet van 20 msv/jaar). Welke zijn de dosislimieten bepaald in art van het ARBIS? De dosislimieten die van toepassing zijn voor het publiek en voor beroepshalve blootgestelde personen in normale omstandigheden worden in art van het ARBIS voor de verschillende categorieën van personen bepaald en worden samengevat in ondervermelde tabel. De dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen worden in het geel weergegeven in ondervermelde tabel. p.4

3 Dosis personen van het publiek beroepshalve blootgestelde personen leerlingen en studenten van 18 of meer leerlingen en studenten van 16 tot 18 jaar (art ) (art ) (art ) (art ) effectieve-dosis 1 msv/jaar 20 msv/jaar * 20 msv/jaar * 6 msv/jaar ooglens 15 msv/jaar 150 msv/jaar * 150 msv/jaar * 50 msv/jaar huid ** 50 msv/jaar 500 msv/jaar * 500 msv/jaar * 150 msv/jaar handen, voorarmen, voeten en enkels ieder van de individuele organen of weefsels msv/jaar * 500 msv/jaar * 150 msv/jaar msv/jaar * 500 msv/jaar * - * in feite, per 12 opeenvolgende glijdende maanden. ** gemiddelde dosis over elke cm² huid, ongeacht de totale blootgestelde oppervlakte. Waarom wordt er over richtwaarden gesproken en niet over dosislimieten? Wanneer in een radiologisch noodsituatie de autoriteiten beslissen om acties te ondernemen om de bevolking te beschermen, dan impliceert dit niet noodzakelijkerwijze dat bij deze acties in alle gevallen kan worden gegarandeerd dat de dosislimieten worden nageleefd. Een overschrijding van deze limieten is dus steeds mogelijk, zowel voor het publiek in zijn geheel als voor een bepaalde bevolkingsgroep, of voor de intervenanten. Daarom zijn in België, bij interventies in radiologische noodsituaties de dosislimieten die bepaald werden voor normale situaties (deze bepaald door art van het ARBIS) niet van toepassing, en dit noch voor de bevolking, noch voor het interventiepersoneel [ARBIS art c]. Het is bovendien niet altijd mogelijk om in een noodsituatie te garanderen dat de intervenanten niet blootgesteld zullen worden aan een dosis die boven de dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen ligt. Derhalve heeft de wetgever het volgende voorzien: het Agentschap [FANC] bepaalt de blootstellingsrichtwaarden voor radiologische noodsituaties voor de betrokken werkers en het interventiepersoneel, rekening houdend met de technische vereisten en de gezondheidsrisico s. Blootstelling boven deze blootstellingsrichtwaarden is toegestaan in uitzonderlijke omstandigheden om mensenlevens te redden, maar alleen voor vrijwilligers die zijn ingelicht over de aan hun interventie verbonden risico s. Deze blootstellingen moeten zo laag als redelijkerwijze mogelijk worden gehouden [ARBIS art ]. Deze interventierichtwaarden hebben het voorwerp uitgemaakt van een FANC-richtlijn van 17/10/2003 [3]. Ze dienen te worden beschouwd als referenties, doelstellingen, die in de mate van het mogelijke niet mogen worden overschreden. Een overschrijding van die waarden is evenwel steeds mogelijk in de mate waarin de overschrijding van de interventierichtwaarden gerechtvaardigd is, rekening gehouden met het verwachte voordeel van deze interventie. Wie kan in een radiologische noodsituatie worden blootgesteld? Om de risico s op een radiologische blootstelling te beperken, legt het ARBIS [art ] het volgende op: enkel de vrijwilligers die op voorhand worden geïnformeerd over de risico s van de interventie en over de voorzorgsmaatregelen die dienen te worden getroffen, mogen in een noodsituatie worden blootgesteld, want een interventie dient steeds in de best mogelijke omstandigheden worden uitgevoerd via het optimaliseren van de blootstelling. Het ARBIS [art ] stipuleert anderzijds: zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven en personen jonger dan 18 jaar mogen geen blootstelling in een noodsituatie ondergaan p.5

4 en bovendien: vrouwen dienen te worden gewaarschuwd tegen de gevaren van een blootstelling aan ioniserende stralingen in geval een zwangerschap niet uitgesloten kan worden. Dit om te vermijden dat jonge mensen, hierin inbegrepen embryo s en foetussen, die gevoeliger zijn voor ioniserende straling en dus meer risico lopen, aan hoge doses zouden mogen worden blootgesteld. Bovenop dit verbod m.b.t. de blootstelling in noodsituaties, zal er in de praktijk, bij een noodinterventie, wanneer er zich een radiologische blootstelling kan voordoen, worden vermeden om hierbij vrouwen in de vruchtbare leeftijd te betrekken en zal de voorkeur worden gegeven aan oudere vrijwilligers. Welke zijn de voor de intervenanten in het algemeen voorziene beschermingsmaatregelen? Artikel 72.4 van het ARBIS specificeert dat de personen die mogelijk betrokken kunnen worden bij de organisatie van de noodhulp in geval van radiologische noodsituaties moeten worden beschouwd als beroepshalve blootgestelde personen. Hiertoe krijgen ze adequate en regelmatig bijgewerkte informatie over de risico s die hun interventie voor hun gezondheid heeft en over de in dergelijke gevallen te nemen voorzorgsmaatregelen [ARBIS art. 72.3]. Deze informatie heeft in het bijzonder betrekking op : de arbeidsrisico s op het vlak van de gezondheid en de eventuele eerste hulp; de basisnormen in verband met de bescherming tegen de blootstelling aan ioniserende stralingen, zoals bepaald in Afdeling I van dit hoofdstuk; de regels van goede praktijk die een doeltreffende bescherming waarborgen en de te nemen collectieve en individuele voorzorgen; de betekenis van waarschuwingstekens, symbolen en vermeldingen waarvan het gebruik door dit reglement is opgelegd; de onderrichtingen in noodgeval op het niveau van de werkpost en de noodplannen van de onderneming; het belang van de naleving van de technische en medische voorschriften. [ARBIS art. 25]. De personen die mogelijk betrokken kunnen worden bij de organisatie van de noodhulp in een radiologische noodsituatie moeten tevens kunnen beschikken over de aan de situatie aangepaste radiologische beschermingsmiddelen [KB NNP] en een aangepaste medische opvolging na de interventie [ARBIS art en ]. Het ARBIS [art. 72.4] preciseert evenwel dat de «de bijzondere bepalingen van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming 1 [ en] van het koninklijk besluit [ ] betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico's voortkomende uit ioniserende straling m.b.t. de aan ioniserende straling blootgestelde personen 2 evenwel niet van toepassing zijn op personen die mogelijkerwijze betrokken kunnen worden bij de organisatie van de noodhulp in geval van radiologische noodsituaties. Met deze afwijkingen wordt de werkgever met name vrijgesteld van een voorafgaand medisch onderzoek vóór de indiensttreding, of de blootstelling van de intervenanten en van een specifieke medische opvolging voor het risico dat met de blootstelling aan ioniserende straling gepaard gaat, voorafgaand aan elke interventie in een radiologische noodsituatie. 1 Het betreft de bepalingen van de artikelen 124, 3, lid 4, 135bis en 135ter van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming, goedgekeurd door de besluiten van de Regent van 11 februari 1946 en 27 september 1947, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 5 december 1990 en 31 maart Het betreft de bepalingen van het koninklijk besluit van 25 april 1997 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico's voortkomende uit ioniserende straling. p.6

5 Welke zijn de specifieke beschermingsmaatregelen voor de intervenanten die een blootstelling in noodgevallen kunnen ondergaan? Naast de bepalingen van toepassing op de intervenanten in het algemeen zijn er ook andere [ARBIS art ] die enkel van toepassing zijn bij wat men noemt de «blootstelling in noodgevallen» : de werkers en het interventiepersoneel beschikken, behalve in geval van overmacht, over de gepaste beschermingsmiddelen en over een individuele dosimetrische controle of over een dosimetrische schatting verkregen, hetzij op basis van individuele metingen die werden uitgevoerd bij andere blootgestelde personen, hetzij op basis van resultaten van het radiologisch toezicht op de plaatsen van interventie; al deze controlemiddelen moeten het mogelijk maken om onmiddellijk een schatting te maken van de opgelopen dosis; daarenboven zal, telkens dit mogelijk is, het advies van een deskundige bevoegd in de fysische controle, van een erkende geneesheer of van een persoon die bevoegd is in de stralingsbescherming worden gevraagd vóór het uitvoeren van de interventie ; Ten slotte dient er op te worden toegezien dat de door het FANC bepaalde interventierichtwaarden [3] worden nageleefd. Welke zijn de gepaste beschermingsmiddelen? De beschermingsmiddelen hebben hoofdzakelijk tot doel om de radiologische blootstelling van de intervenanten t.a.v. de externe en interne besmetting te beperken. Er kunnen tevens maatregelen ter beperking van de externe blootstelling (bestraling) worden voorzien. Voor wat het operationeel personeel in de noodzones betreft, worden de minimale normen m.b.t. de persoonlijke beschermingsmiddelen en de bijkomende uitrusting bepaald door het koninklijk besluit van 30 augustus 2013 [5]. Waaruit bestaat het dosimetrisch toezicht? Het actief dosimetrisch toezicht op de intervenanten kan gebeuren via individuele dosimeters (gedragen door elke persoon), een collectieve dosismeter (gedragen door één van de intervenanten op eenzelfde plaats wanneer het dosistempo homogeen is), of door een meetsysteem voor het dosisdebiet (bijvoorbeeld een mobiel meetstation van Telerad) geïnstalleerd op een plaats waar de intervenanten de taken uitvoeren die hen werden toevertrouwd. Deze systemen moeten het mogelijk maken om in real time het blootstellingniveau van een individu, of een groep individuen na te gaan op basis van een schatting van het omgevingsdosistempo en/of van de opgelopen dosis vanaf de inwerkingstelling van de dosimeter en dit, indien mogelijk, van bij de aanvang van de interventie. Indien dit toezicht via een actieve dosimeter met alarm gebeurt, dan kunnen de betrokkenen hierdoor van het risiconiveau, via op voorhand bepaalde alarm- en prealarmniveaus, op de hoogte gebracht worden. Indien het toezicht via een mobiel meetstation van Telerad gebeurt, dan kunnen de intervenanten via de PCops geïnformeerd worden over elke significante verhoging van het dosistempo in de buurt van het meetstation en over het risico op overschrijding van hun richtwaarde die rekening houdt met hun missie en met het feit of ze al dan niet vrijwilliger zijn. In geval er door een groep intervenanten een meettoestel voor het dosistempo wordt gebruikt (bijvoorbeeld een FH 40), dan kan een hiervoor aangestelde persoon de taak hebben om regelmatig de evolutie van de dosis en het dosistempo na te gaan en zijn collega s hiervan op de hoogte te brengen. p.7

6 Welke zijn de interventierichtwaarden bij een blootstelling in een noodsituatie? Het ARBIS [art ] voorziet : «het Agentschap bepaalt de blootstellingsrichtwaarden voor radiologische noodsituaties voor de betrokken werkers en het interventiepersoneel, rekening houdend met de technische vereisten en de gezondheidsrisico s». Deze interventierichtwaarden bij een radiologische noodsituatie hebben het voorwerp uitgemaakt van de FANC-Richtlijn [3] van 17/10/2003 (zie tabel hieronder). Ze moeten worden toegepast overeenkomstig de principes die in deze zelfde tabel worden beschreven en ze zijn van toepassing op de blootstelling van een intervenant bij een interventie of een reeks dringende interventies bij eenzelfde noodsituatie. Het ARBIS [art ] erkent dat een blootstelling boven deze blootstellingsrichtwaarden is toegestaan in uitzonderlijke omstandigheden om mensenlevens te redden, maar alleen voor vrijwilligers die zijn ingelicht over de aan hun interventie verbonden risico s;[er dient evenwel op te worden toegezien dat] deze blootstellingen zo laag als redelijkerwijze mogelijk worden gehouden. Interventietype Dringende actie op de plaats van het ongeval om mensenlevens te redden of om voor de volksgezondheid rampzalige omstandigheden te voorkomen. Andere dringende acties (evacuatie, handhaving van de openbare orde, ) Interventierichtwaarden en - principes Ernaar streven een maximum niveau van 250 msv (effectieve dosis) na te leven voor de interventie: indien mogelijk, proberen een niveau van 50 msv niet te overschrijden Alles doen om te vermijden dat 500 msv (effectieve dosis) en 5 Sv (equivalente dosis voor de huid) worden overschreden; een overschrijding van deze laatste warden is enkel toelaatbaar in een uitzonderlijke situatie en met het oog op het redden van mensenlevens. Ernaar streven de dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen na te leven (onder andere 20 msv/jaar effectieve dosis) Indien naar behoren gerechtvaardigd is een hogere dosis toelaatbaar met een maximum van 250 msv (effectieve dosis) voor de interventie Indien er door een of meerdere dringende interventies een van de vastgelegde jaarlijkse dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen werd overschreden, dan moeten de latere blootstellingscondities aan de goedkeuring van de erkende arbeidsgeneesheer worden onderworpen. Welke logica wordt er gevolgd bij de bepaling van de richtwaarden voor de intervenanten die een blootstelling bij noodsituaties kunnen ondergaan? Een noodsituatie kenmerkt zich door de plotse - vaak zelfs onverwachte - aard ervan, die in bepaalde gevallen zelfs onvoorstelbaar is, tot ze zich voordoet. De ervaring met gebeurtenissen in het verleden en de extrapolatie van deze ervaring laat toe om een aantal scenario s van natuurrampen en mogelijke technologische ongevallen te ontwikkelen, er zich de gevolgen van in te beelden en zich erop voor te bereiden. Maar zelfs voor deze te voorziene situaties kan de werkelijkheid significant van de voorspellingen afwijken. We kunnen ons dus heel goed voorstellen dat er, ondanks de geleverde inspanningen op het gebied van de planning, rekening moet worden gehouden met het onvoorziene. Bij een radiologische noodsituatie is een van de elementen die niet a priori beheersbaar is, de blootstellingsdosis. Het is zeer goed mogelijk dat de intervenanten tijdens de interventie een extra dosis oplopen die de dosislimiet voor het publiek overschrijdt (1 msv/jaar), of zelfs deze die voor beroepshalve blootgestelde personen (met name de limiet van 20 msv/jaar) werd bepaald, en zo dus een blootstelling in een noodsituatie ondergaan. p.8

7 Het door het FANC verdedigde standpunt is dat de door een intervenant opgelopen dosis zo laag mogelijk moet zijn, rekening gehouden met de situatie en de opdracht. In elk geval dienen er acute gevolgen te worden vermeden, d.w.z. gevolgen waarvan de symptomen zich in de uren, dagen, of weken na de blootstelling voordoen. Deze gevolgen manifesteren zich bij het gemiddelde van de volwassenen vanaf een blootstelling (effectieve dosis) van 1 Sv (hetzij msv). Bij gevoelige personen kunnen dergelijke symptomen evenwel reeds optreden bij een blootstelling (effectieve dosis) van 0,5 Sv (zijnde 500 msv). Het FANC is dus van oordeel dat deze waarde van 500 msv in principe nooit mag worden overschreden, behalve in echt uitzonderlijke omstandigheden en met als enige doel om mensenlevens te redden. Zelfs wanneer het dringende acties betreft die op de plaats van het ongeval moeten worden ondernomen om levens te redden of om catastrofale gezondheidsrisico s te voorkomen is het FANC van oordeel dat het daarenboven nuttig is om een bijkomende veiligheidsmarge te voorzien en stelt het voor dat als basisregel voor de intervenanten in een radiologische noodsituatie wordt opgelegd dat de waarde van 250 msv (effectieve dosis) niet mag worden overschreden. Deze waarde van 250 msv is de richtwaarde voor de intervenanten die mogelijk een blootstelling in een radiologische noodsituatie kunnen ondergaan. Ze vormt evenwel geen absolute limiet en een blootstelling aan hogere doses kan worden gerechtvaardigd in bijzondere omstandigheden, maar enkel wanneer het gaat over het redden van mensenlevens of om catastrofale gezondheidsrisico s te voorkomen. Ze dient evenmin te worden beschouwd als een "dosiskrediet", een "goed voor ". Wel integendeel, het FANC beveelt aan om in de mate van het mogelijke erop toe te zien dat de intervenanten geen dosis oplopen die de waarde van 50 msv overschrijdt, bijvoorbeeld door een rotatie van het interventiepersoneel te organiseren. Hoe moet de dosimetrische en medische opvolging van de intervenanten op lange termijn gebeuren? Zoals eerder vermeld, specificeert art van het ARBIS dat personen die bij de organisatie van de noodhulp in radiologische noodsituaties kunnen worden betrokken, als «beroepshalve blootgestelde personen» moeten worden beschouwd, maar het voorziet wel afwijkingen waardoor de werkgever met name wordt vrijgesteld van een voorafgaand medisch onderzoek vóór de indiensttreding, of de blootstelling van de intervenanten en van een specifieke medische opvolging voor het risico dat met de blootstelling aan ioniserende straling gepaard gaat, voorafgaand aan elke interventie in een radiologische noodsituatie Van zodra ze daadwerkelijk een interventie in een radiologische noodsituatie hebben uitgevoerd, moeten de intervenanten worden onderworpen aan de medische opvolging van beroepshalve blootgestelde personen en daarmee gelijkgestelden, zoals bepaald in het KB van 25 april 1997 [6] betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico s voortkomende uit ioniserende straling. Deze intervenanten moeten dus na de interventie in een radiologische noodsituatie onverwijld worden onderworpen aan een medisch onderzoek dat geldt als periodieke gezondheidsbeoordeling en regelmatig medisch worden opgevolgd door een erkende arbeidsgeneesheer voor wat de radiologische aspecten betreft, overeenkomstig artikel 75 van het ARBIS. Volgens de indicaties die door de erkende arbeidsgeneesheer (Art. 7 van het KB van 25 April 1997 [6] worden vastgesteld, bestaat het medisch onderzoek uit : dosimetrie van het orgaan en van het volledig organisme, op grond van het aan de werkpost verbonden risico en de ontvangen doses; en/of dosimetrie van het bloed, de urine en het opperhuidbegroeisel; en/of bloedonderzoek; p.9

8 en/of dermatologisch-, oog-, genitaal onderzoek; en/of bepaling van het aminozuurgehalte in de urine; en/of opsporing van chromosomale afwijkingen. De frequentie van de periodieke gezondheidsbeoordeling (jaarlijks of semestrieel) wordt overgelaten aan het oordeel van de erkende arbeidsgeneesheer, afhankelijk van het aan de werkplaats verbonden risico en de opgelopen doses. Er is evenwel geen minimumduur voor de blootstelling aan het risico waarna het medisch toezicht wordt opgelegd. Op verzoek van de erkende arbeidsgeneesheren en zo lang als deze het nodig achten voor het waarborgen van de gezondheid van de betrokkenen, kunnen de werknemers die niet langer beroepshalve aan ioniserende straling worden blootgesteld, verder aan een verlengd medisch toezicht worden onderworpen. Dit verlengd medisch toezicht omvat alle onderzoeken die door de gezondheidstoestand van de betrokken werknemer en door de condities waarin hij/zij blootgesteld of besmet werd, vereist zijn. En zelfs wanneer de betrokkene niet langer deel uitmaakt van het personeel van het bedrijf waarvan de erkende geneesheer het opportuun heeft geacht om hem/haar aan dit verlengd medisch toezicht te onderwerpen, dan moet dit worden uitgevoerd door het Fonds voor de beroepsziekten, op kosten van deze instantie. In dat geval is het een geneesheer die door dit Fonds werd aangesteld die voormeld medisch toezicht uitoefent en beslist over de duur ervan. Elke blootstelling in noodgevallen moet worden opgenomen in het medisch dossier, bedoeld in artikel 146quinquies van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming. Dit dossier wordt opgesteld door de arbeidsgeneesheer. De gegevens m.b.t. de door de intervenanten opgelopen blootstellingsdoses, evenals m.b.t. eventuele decontaminaties waarvan ze het voorwerp zouden hebben uitgemaakt, worden overgemaakt aan de Administratie voor Bedrijfsgeneeskunde en Hygiëne van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg en bewaard in een centrale databank van de blootstellingsgegevens. Deze gegevens maken het mogelijk een "stralingspaspoort" voor de intervenant op te stellen. Het ARBIS preciseert in art dat indien door een (of meerdere) interventies in noodsituaties een van de jaarlijkse dosislimieten bepaald in art van het ARBIS (onder andere de effectieve dosislimiet van 20 msv/12 glijdende maanden) werd overschreden, de latere blootstellingscondities ter goedkeuring aan de erkende arbeidsgeneesheer moeten worden voorgelegd. Desgevallend zullen de reglementaire bepalingen m.b.t. het uitzonderlijk of verlengd medisch toezicht (door een erkende geneesheer) in werking treden [artikels 18 tot 23 van [6]]. p.10

9 CONCLUSIES Iedere persoon ongeacht of hij/zij deel uitmaakt van de hulp- of interventiediensten, of een vrijwilliger of opgevorderde is die zijn/haar medewerking verleent in een noodsituatie wordt beschouwd als deel uitmakend van het interventiepersoneel. Deze persoon is dus een intervenant. In een radiologische noodsituatie zijn de intervenanten niet onderworpen aan de dosislimieten die van toepassing zijn op het publiek in normale situaties: ze mogen dus niet weigeren om te werken met het argument dat ze het risico zouden lopen om aan een dosis te worden blootgesteld die een van de voor het publiek bepaalde dosislimieten zou overschrijden, zo lang de interventies die hen worden gevraagd geen risico inhouden op een overschrijding van de limieten die van toepassing zijn voor beroepshalve blootgestelde personen (onder andere de effectieve dosislimiet van 20 msv/12 maanden). Zo lang er kan worden gegarandeerd dat de dosislimiet voor beroepshalve blootgestelde personen niet zal worden overschreden, dient de intervenant zich geen vrijwilliger te verklaren voor de interventie. Daarentegen kunnen de intervenanten, bij elke actie tijdens welke de dosis de limieten voor beroepshalve blootgestelde personen zou kunnen overschrijden (onder andere de effectieve dosislimiet van 20 msv/12 maanden), een blootstelling in noodgevallen oplopen en de condities die met deze blootstelling in noodgevallen gepaard gaan, moeten absoluut worden nageleefd. Deze condities zijn de volgende: vrijwillige intervenanten die voorafgaand geïnformeerd werden, verbod voor zwangere en borstvoedende vrouwen en personen jonger dan 18 jaar, terbeschikkingstelling van de gepaste beschermingsmiddelen en een direct dosimetrisch toezicht, advies van een gekwalificeerde deskundige (indien mogelijk) en naleving van de interventierichtwaarden die door het FANC werden opgesteld. In radiologische noodsituaties, om menslevens te redden, of om catastrofale gezondheidsrisico s te voorkomen, werd in de FANC-richtlijn de interventierichtwaarde voor de effectieve dosis voor de interventie (of reeks interventies) vastgesteld op 250 msv; er wordt evenwel, in de mate van het mogelijke, met name door rotatie van het personeel, gepleit voor de naleving van de voorzichtige doelstelling van 50 msv. De richtwaarde van 250 msv zou, in principe, nooit mogen worden overschreden. Evenwel, en uitsluitend voor de degelijk geïnformeerde vrijwilligers en in echt uitzonderlijke omstandigheden, d.w.z. wanneer het gaat over het redden van mensenlevens en enkel in dat geval, kan een hogere blootstelling, tot 500 msv worden toegestaan (en 5 Sv als equivalenten dosis voor de huid) en, soms zelfs een nog hogere dosis. In deze uitzonderlijke gevallen moeten de intervenanten zich dus expliciet een tweede maal vrijwilliger verklaren. Blootstellingsrisico (effectieve dosis in msv) tot 1 van 1 tot 20 van 20 tot 50 van 50 tot 250 van 250 tot 500 boven 500 Radiologische noodsituatie Blootstelling in noodgevallen neen ja Ja ja ja ja neen neen Ja ja ja ja Vrijwilliger niet vereist niet vereist vereist vereist vereist bevestigd < 18 jaar ja verboden verboden verboden verboden verboden Zwangere of borstvoedende vrouw ja verboden verboden verboden verboden verboden Informatie vooraf niet vereist aangeraden vereist vereist vereist vereist Briefing voor de interventie niet vereist aangeraden aangeraden aangeraden vereist vereist Beschermingsmiddelen niet vereist aangeraden vereist vereist vereist vereist Actieve dosimetrie met alarm (individueel of collectief) Passieve individuele dosimetrie neen aangeraden vereist vereist vereist vereist neen aangeraden aangeraden aangeraden aangeraden aangeraden Medische opvolging neen vereist vereist vereist vereist vereist p.11

10 Samengevat In een radiologische noodsituatie Indien blootstelling in noodsituatie Vrijwillige toezegging en voorafgaande informatie vereist Verboden voor: zwangere vrouwen borstvoedende vrouwen personen jonger dan 18 jaar Gepaste beschermingsmiddelen Advies van gekwalificeerd deskundige (indien mog.) Direct dosimetrisch toezicht Naleving van de interventierichtwaarden Geen blootstelling in noodgevallen wanneer geen risico dat de dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen worden overschreden Geen voorafgaande vrijwillige toezegging vereist Geen radiologische noodsituatie (sanering, acties na opheffing noodplan ) Verplichte naleving van de dosislimieten bepaald door het ARBIS (behalve bij door het FANC goedgekeurde afwijking) IN DE PRAKTIJK In de praktijk wordt er aanbevolen dat het personeel dat dringende interventies op de plaats van het ongeval dient uit te voeren om levens te redden, of catastrofale gezondheidsrisico s te voorkomen (brandweer [discipline 1], leden van de medische hulpdiensten [discipline 2], ) zich hiervoor op voorhand vrijwillig heeft opgegeven en hiervoor de vereiste opleiding en het benodigde materiaal heeft ontvangen en onder het vereiste medisch toezicht staat (speciale brigades). Alle andere (ordehandhavingspersoneel [discipline 3], personeel voor toezicht op toegangswegen, ambulanciers, ) voeren hun job zoals gewoonlijk uit, maar hierbij moet kunnen worden gegarandeerd dat de dosislimieten voor beroepshalve blootgestelde personen niet worden overschreden (onder andere de effectieve dosislimiet van 20 msv/12 maanden). Hiertoe dienen ze over een dosimetrisch toezicht met directe aflezing te beschikken (individueel dosimetrisch toezicht, of dosimetrische schatting, die hetzij gebaseerd is op individuele metingen bij andere blootgestelde personen, hetzij op resultaten van het radiologisch toezicht op de plaatsen van interventie). De blootstellingsdosis kan in eerste instantie slechts geschat worden op basis van hypotheses en, desgevallend, van de eerste observaties. p.12

11 REFERENTIES [1] Richtlijn 2013/59/Euratom van de Raad van 5 december 2013 tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming tegen de gevaren verbonden aan de blootstelling aan ioniserende straling, en houdende intrekking van de Richtlijnen 89/618/Euratom, 90/641/Euratom, 96/29/Euratom, 97/43/Euratom en 2003/122/Euratom. [2] Koninklijk besluit van 17 oktober 2003 tot vaststelling van het nucleair en radiologisch noodplan voor het Belgisch grondgebied (KB NNP), MB 20/11/2003 (F / C 2003/00828) : [3] Richtlijn van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle van 17/10/2003 met betrekking tot de vaststelling van interventierichtwaarden voor radiologische noodsituaties, BS 24/11/2003 (C 2003/00844) : [4] Koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen BS 30/08/2001 : [5] Koninklijk besluit van 30 augustus 2013 tot vaststelling van de minimale normen betreffende de persoonlijke beschermingsmiddelen en de bijkomende uitrusting die de hulpverleningszones en prezones ter beschikking stellen van hun operationeel personeel, BS 19/09/2013 : [6] Koninklijk besluit van 25 april 1997 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico s voortkomende uit ioniserende straling BS 12/07/1997 : , gewijzigd bij KB van 02/04/2002 en van 28/05/2003. p.13

Dosimetrisch toezicht Nota over de wetgeving

Dosimetrisch toezicht Nota over de wetgeving VL/NB Brussel, maandag 17 maart 2014 Dosimetrisch toezicht Nota over de wetgeving Er is een nieuwe wettekst verschenen. Deze betreft: Wet van 26 januari 2014 tot wijziging van de wet van 15 april 1994

Nadere informatie

In het ARBIS aan te brengen wijzigingen met betrekking tot het individueel dosimetrisch toezicht van de werknemers

In het ARBIS aan te brengen wijzigingen met betrekking tot het individueel dosimetrisch toezicht van de werknemers In het ARBIS aan te brengen wijzigingen met betrekking tot het individueel dosimetrisch toezicht van de werknemers Art. 2 -> De volgende definities toevoegen: o Radiotoxicologische analyse: meting van

Nadere informatie

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Kadering en basisprincipes van het project Medische blootstellingen

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Kadering en basisprincipes van het project Medische blootstellingen Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen Kadering en basisprincipes van het project Medische blootstellingen Doelstelling Veiligheidscultuur m.b.t. stralingsbescherming

Nadere informatie

Deze wet schrijft tevens voor dat bij Koninklijk Besluit bepalingen moeten worden vastgesteld die inzonderheid betrekking hebben op:

Deze wet schrijft tevens voor dat bij Koninklijk Besluit bepalingen moeten worden vastgesteld die inzonderheid betrekking hebben op: Toelichting bij de aan te brengen wijzigingen in het Koninklijk Besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar

Nadere informatie

1) Art > De onderstreepte passages toevoegen:

1) Art > De onderstreepte passages toevoegen: In het ARBIS aan te brengen wijzigingen met betrekking tot het blootstellingsregister, de stralingsbescherming van externe werkers, het radiologisch paspoort en het medische toezicht. 1) Art. 9.3 -> De

Nadere informatie

Deze wet schrijft tevens voor dat bij Koninklijk Besluit bepalingen moeten worden vastgesteld die inzonderheid betrekking hebben op:

Deze wet schrijft tevens voor dat bij Koninklijk Besluit bepalingen moeten worden vastgesteld die inzonderheid betrekking hebben op: Toelichting bij de aan te brengen wijzigingen in het Koninklijk Besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid" SCSZG/16/162 BERAADSLAGING NR. 16/074 VAN 6 SEPTEMBER 2016 BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

KONINKLIJK BESLUIT VAN 25 APRIL 1997 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE WERKNEMERS TEGEN DE RISICO'S VOORTKOMENDE UIT IONISERENDE STRALING.

KONINKLIJK BESLUIT VAN 25 APRIL 1997 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE WERKNEMERS TEGEN DE RISICO'S VOORTKOMENDE UIT IONISERENDE STRALING. MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID KONINKLIJK BESLUIT VAN 25 APRIL 1997 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE WERKNEMERS TEGEN DE RISICO'S VOORTKOMENDE UIT IONISERENDE STRALING. (inw. 22 juli 1997) (B.S.

Nadere informatie

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Verantwoordelijkheden

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Verantwoordelijkheden Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen Verantwoordelijkheden Practici / gemachtigden Art. 19. 1. Medische blootstelling onder verantwoordelijkheid van een vergunde

Nadere informatie

Werken met radioactieve straling

Werken met radioactieve straling Werken met radioactieve straling Wat is radioactieve straling? Radioactieve of ioniserende straling draagt energie. Die energie wordt vanuit een bron aan de omgeving overgedragen in de vorm van elektromagnetische

Nadere informatie

PROCEDURE V.3 NOV 2016

PROCEDURE V.3 NOV 2016 PROCEDURE V.3 NOV 2016 CATEGORIE INDELING BLOOTGESTELDE WERKNEMERS, BEPALING VAN DE BLOOTSTELLING EN MEDISCH TOEZICHT OP A-WERKERS INLEIDING In het Besluit stralingsbescherming (Bs) worden wettelijke kaders

Nadere informatie

Bulletin nr : B081 - Schriftelijke vraag en antwoord nr : Zittingsperiode : 51

Bulletin nr : B081 - Schriftelijke vraag en antwoord nr : Zittingsperiode : 51 Bulletin nr : B081 - Schriftelijke vraag en antwoord nr : 0292 - Zittingsperiode : 51 Auteur Departement Sub-departement Titel Muriel Gerkens, ECOLO Minister Werk Werk FOD. - Follow-up de medische dossiers

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 4 van 23 juni 1997 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

Datum: Beveiliging van radioactieve bronnen tegen het brandrisico Betrokkenheid van de dienst voor fysische controle

Datum: Beveiliging van radioactieve bronnen tegen het brandrisico Betrokkenheid van de dienst voor fysische controle Nota Intern Extern Auteur(s): Classificatie: Nihil Nummer: 2017-01-01-VS-brandveiligheid.DFC-NL Datum: 2017-01-01 Titel: Beveiliging van radioactieve bronnen tegen het brandrisico Betrokkenheid van de

Nadere informatie

HERZIENING FYSISCHE CONTROLE

HERZIENING FYSISCHE CONTROLE Guy Lourtie, Diensthoofd Invoer en Vervoer HERZIENING FYSISCHE CONTROLE Table ronde - Ronde tafel - Fysische controle FANC wet (Wet van 15 april 1994) Fysische controle: het geheel van maatregelen, uitgevoerd

Nadere informatie

Afdeling I.- Toepassingsgebied en definities

Afdeling I.- Toepassingsgebied en definities 1 Koninklijk besluit van 25 april 1997 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico's voortkomende uit ioniserende straling (B.S. 12.7.1997; errata: B.S. 20.9.1997) Gewijzigd bij: (1) koninklijk

Nadere informatie

Guy Lourtie, Diensthoofd Invoer en Vervoer HERZIENING FYSISCHE CONTROLE

Guy Lourtie, Diensthoofd Invoer en Vervoer HERZIENING FYSISCHE CONTROLE Guy Lourtie, Diensthoofd Invoer en Vervoer HERZIENING FYSISCHE CONTROLE Fysische controle FANC wet (Wet van 15 april 1994) Fysische controle: het geheel van maatregelen, uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Geachte dokter, Brussel, 28/02/2017. Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid

Geachte dokter, Brussel, 28/02/2017. Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid Brussel, 28/02/2017 Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid Uw Referentie: Onze referentie: Bijlagen: NL-2017-02-FC/7/1/KVS/01 Betreft: permanente vorming voor het behoud van uw vergunning

Nadere informatie

Bescherming van stagiairs

Bescherming van stagiairs 21 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit betreffende de bescherming van stagiairs (1) Belgisch Staatsblad 4 oktober 2004 Gewijzigd door : KB van 30/09/05 BS van 13/10/05 KB van 02/06/06 BS van 17/07/06

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek V.- Omgevingsfactoren en fysische agentia. Titel 5. Ioniserende stralingen

Codex over het welzijn op het werk. Boek V.- Omgevingsfactoren en fysische agentia. Titel 5. Ioniserende stralingen Codex over het welzijn op het werk Boek V.- Omgevingsfactoren en fysische agentia Titel 5. Ioniserende stralingen Omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn 90/641/Euratom van de Raad van 4

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk ------ Advies nr. 225 van 26 april 2019 over een ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

Geachte dokter, Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid

Geachte dokter, Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid Gezondheid & Leefmilieu Bescherming van de gezondheid Uw Referentie: Onze referentie: Bijlagen: NL-2016-01-FC/7/1/KVS/01 Betreft: permanente vorming voor het behoud van uw vergunningen voor het gebruik

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Onderwerp Het gezondheidstoezicht op stagiairs: commentaar bij het gewijzigde koninklijk besluit van 21 september 2004 Datum 13 oktober 2005 Copyright

Nadere informatie

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen Niet-medische beeldvorming van personen met medisch-radiologische uitrustingen Toepassingsgebied Blootstelling bij niet-medische

Nadere informatie

Gelet op het koninklijk besluit van 24 maart 2009 tot regeling van de invoer, de doorvoer en de uitvoer van radioactieve stoffen;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 maart 2009 tot regeling van de invoer, de doorvoer en de uitvoer van radioactieve stoffen; XX/XX/XXXX Aangifte van incidenten Besluit van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle van XX/XX/XXXX tot vaststelling van de criteria voor aangifte aan van significante incidenten voor de stralingsbescherming

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting. Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen

Codex over het welzijn op het werk. Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting. Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen Codex over het welzijn op het werk Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen Hoofdstuk I.- Algemene bepalingen betreffende de collectieve beschermingsmiddelen

Nadere informatie

24 APRIL Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake welzijn op het werk (1)

24 APRIL Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake welzijn op het werk (1) NL FR einde eerste woord laatste woord Publicatie : 2014-05-23 FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG 24 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk ------ Advies nr. 16 van 16 oktober 1998 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

NOTA. FEDERAAL AGENTSCHAP voor NUCLEAIRE CONTROLE. Nummer: N, herz 0. datum: Auteur(s) : sp

NOTA. FEDERAAL AGENTSCHAP voor NUCLEAIRE CONTROLE. Nummer: N, herz 0. datum: Auteur(s) : sp FEDERAAL AGENTSCHAP voor NUCLEAIRE CONTROLE NOTA Nummer: datum: 009-050-N, herz 0 2009-02-26 Auteur(s) : sp Vertaler : HP Aantal bladzijden: 1 + 5 Aantal bijlagen: interne referentie: 009-050-N, herz.

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [2019/200712]

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [2019/200712] 21060 MONITEUR BELGE 28.02.2019 BELGISCH STAATSBLAD FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [2019/200712] 31 JANUARI 2019. Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. Technisch reglement van het Federaal

Nadere informatie

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS In opdracht van het Ministerie van SZW auteur(s): G. de With reviewed: F. van Gemert naam: 17 144286 NDRIS- goedgekeurd: J.J. van den Broek PR_Privacy_reglement_170731.docx

Nadere informatie

INFOBROCHURE VERPLICHTINGEN VAN HET ONDERNEMINGSHOOFD

INFOBROCHURE VERPLICHTINGEN VAN HET ONDERNEMINGSHOOFD INFOBROCHURE VERPLICHTINGEN VAN HET ONDERNEMINGSHOOFD Versie: Oktober 2004 Infobrochure Verplichtingen van het ondernemingshoofd Versie 10/2004 Pagina 1 van 11 1 Inleiding 3 2 Aanvraag 4 2.1 Aanvraag om

Nadere informatie

Procedure classificatie en eisen aan werknemers. Doel. Toepassingsgebied. Definities. Inhoud

Procedure classificatie en eisen aan werknemers. Doel. Toepassingsgebied. Definities. Inhoud Procedure classificatie en eisen aan werknemers Doel - Classificatie van werknemers. - Overzicht van eisen aan blootgestelde en niet-blootgestelde werknemers. - Vastleggen onder welke omstandigheden een

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER. Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER. Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; MINISTERIE VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2006/2956 DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de Staatssecretaris van Sociale

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 21 september 2004 betreffende de bescherming van stagiairs (B.S ; erratum: B.S )

Koninklijk besluit van 21 september 2004 betreffende de bescherming van stagiairs (B.S ; erratum: B.S ) Koninklijk besluit van 21 september 2004 betreffende de bescherming van stagiairs (B.S. 4.10.2004; erratum: B.S. 3.1.2005) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van 30 september 2005 (B.S. 13.10.2005,

Nadere informatie

Ingekapselde of nietingekapselde. bronnen. bronnen Installatie kl. II 8 uur 8 uur 8 uur 8 uur Installatie kl. III 8 uur 8 uur - -

Ingekapselde of nietingekapselde. bronnen. bronnen Installatie kl. II 8 uur 8 uur 8 uur 8 uur Installatie kl. III 8 uur 8 uur - - Besluit van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle van XXX 2018 betreffende de opleidingsprogramma's van de verantwoordelijken voor de stralingsbescherming Gelet op het koninklijk besluit van

Nadere informatie

PROCEDURE WAARSCHUWINGSSIGNALERING EN ZONERING VAN

PROCEDURE WAARSCHUWINGSSIGNALERING EN ZONERING VAN PROCEDURE WAARSCHUWINGSSIGNALERING EN ZONERING VAN RUIMTEN BIJ HANDELINGEN MET IONISERENDE STRALING Inleiding In een aantal situaties is het nodig om de aandacht te vestigen op risico s van ioniserende

Nadere informatie

PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING

PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING NOTIFIED BODY n 1134 003-TEST ISO/IEC 17025 003-INSP ISO/IEC 17020 003-PROD ISO/IEC 17065 PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING 2017/12/05 vzw ANPI asbl INLEIDING Inleiding Het spreekt

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 1 van 18 november 1996 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/CK/B/KEW No. 2003/15496 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2007/1776-06 DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag d.d. 11 juni 2007 van Sectra imaxperts

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/IO/BES No. 2006/1467 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Opleiding

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Opleiding Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen Opleiding Opleiding Informatie en vorming voor (potentieel) blootgestelde werknemers sectoroverschrijdend art. 25 ARBIS Exploitant

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor het hijsen of heffen van lasten (B.S. 4.6.1999)

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor het hijsen of heffen van lasten (B.S. 4.6.1999) Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor het hijsen of heffen van lasten (B.S. 4.6.1999) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van 28 augustus 2002 tot aanwijzing

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID 29 APRIL 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 augustus 1996 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico's bij

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Zetel : Ministerie van Justitie Poelaertplein 3 Tel. : 02/504.66.21 tot 23 Fax : 02/504.70.00 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER O. ref. : 10

Nadere informatie

Eerstehulpverlening: wat zegt de wetgeving?

Eerstehulpverlening: wat zegt de wetgeving? Eerstehulpverlening: wat zegt de wetgeving? Lucie Guillemyn Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid Arbeid en Sociaal Overleg Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk Regionale Directie Toezicht

Nadere informatie

Collectieve beschermingsmiddelen Wetgevende nota

Collectieve beschermingsmiddelen Wetgevende nota VL/NB Brussel, 10 oktober 2013 Collectieve beschermingsmiddelen Wetgevende nota Er is een nieuwe wettekst verschenen. Het gaat over: Koninklijk besluit van 30 augustus 2013 tot vaststelling van algemene

Nadere informatie

Voor Prof. J. Janssens, Voorzitter, De Secretaris,

Voor Prof. J. Janssens, Voorzitter, De Secretaris, FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU Directoraat-generaal Organisatie gezondheidszorgvoorzieningen NATIONALE RAAD VOOR ZIEKEN- HUISVOORZIENINGEN. BRUSSEL, 11/05/2006 Afdeling

Nadere informatie

WEET JIJ WAT TE DOEN BIJ EEN NUCLEAIR ONGEVAL?

WEET JIJ WAT TE DOEN BIJ EEN NUCLEAIR ONGEVAL? WEET JIJ WAT TE DOEN BIJ EEN NUCLEAIR ONGEVAL? België telt vijf nucleaire sites, in Doel, Tihange, Mol, Dessel en Fleurus. De kans op een ernstig nucleair ongeval op één van deze sites is klein, maar niet

Nadere informatie

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Rechtvaardiging

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Rechtvaardiging Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen Rechtvaardiging Overzicht Principe Implementatie 2 Principe 3 principes van de stralingsbescherming: 3. Dosislimieten 2. Optimalisatie

Nadere informatie

WEET JIJ WAT TE DOEN BIJ EEN NUCLEAIR ONGEVAL?

WEET JIJ WAT TE DOEN BIJ EEN NUCLEAIR ONGEVAL? WEET JIJ WAT TE DOEN BIJ EEN NUCLEAIR ONGEVAL? België telt vijf nucleaire sites, in Doel, Tihange, Mol, Dessel en Fleurus. De kans op een ernstig nucleair ongeval op één van deze sites is klein, maar niet

Nadere informatie

NIEUW KB MET AANPASSINGEN AAN ARBIS

NIEUW KB MET AANPASSINGEN AAN ARBIS INHOUDSTAFEL Nieuw KB met aanpassingen aan ARBIS: pas uw interne organisatie aan zodat u wettelijk in orde bent! 2 Organisatie Dienst voor Fysische Controle 3 Welke opdrachten en taken moet de Dienst voor

Nadere informatie

Ter informatie, aan de Dames en Heren Burgemeesters - aan Mevrouw en de Heren Dienstchefs van de brandweerdiensten

Ter informatie, aan de Dames en Heren Burgemeesters - aan Mevrouw en de Heren Dienstchefs van de brandweerdiensten FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN ALGEMENE DIRECTIE CIVIELE VEILIGHEID FEDERAAL KENNISCENTRUM VOOR DE CIVIELE VEILIGHEID MINISTERIËLE OMZENDBRIEF VAN 11 DECEMBER 2009 BETREFFENDE DE INTERVENTIEVERSLAGEN

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 143 van 19 juni 2009 over het ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

RICHTLIJN ZWANGERSCHAP EN IONISERENDE STRALING

RICHTLIJN ZWANGERSCHAP EN IONISERENDE STRALING RICHTLIJN ZWANGERSCHAP EN IONISERENDE STRALING Inleiding Aan het werken met radioactieve stoffen of ioniserende straling uitzendende toestellen zijn risico s verbonden. Het is bij de wet verplicht om personen

Nadere informatie

Oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk

Oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Inleiding Krachtens de welzijnswet dient elke werkgever een interne dienst voor preventie en bescherming op

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid Codex over het welzijn op het werk Boek I.- Algemene beginselen Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid Omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn 89/391/EEG van de Raad

Nadere informatie

Reglement privacybescherming

Reglement privacybescherming Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS In opdracht van het Ministerie van SZW auteur(s): G. de With reviewed: F. van Gemert naam: 122112 NDRIS- goedgekeurd: J.W. van der Haar PR_Privacy_reglement_130912.docx

Nadere informatie

Stralingsveiligheid niveau 5

Stralingsveiligheid niveau 5 26-01-2011 1 Stralingsveiligheid niveau 5 René Heerlien, Mieke Blaauw 03-06-2015 26-01-2011 2 Meerdere bronnen ICRP-adviezen International Commission on Radiological Protection onafhankelijke commissie

Nadere informatie

Hoofdstuk I. - Bepalingen betreffende de collectieve beschermingsmiddelen. Afdeling 1. - Toepassingsgebied en definities

Hoofdstuk I. - Bepalingen betreffende de collectieve beschermingsmiddelen. Afdeling 1. - Toepassingsgebied en definities Koninklijk besluit van 30 augustus 2013 tot vaststelling van algemene bepalingen betreffende de keuze, de aankoop en het gebruik van collectieve beschermingsmiddelen (B.S. 7.10.2013) Hoofdstuk I. - Bepalingen

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/CK/B/KEW No. 2002/86554 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen Situering Het koninklijk besluit (KB) van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen vervangt en verruimt artikel 52 van

Nadere informatie

Werkzaamheden, resultaten overzicht en voorstelle

Werkzaamheden, resultaten overzicht en voorstelle NDRIS jaarrapportage 2012 Werkzaamheden, resultaten overzicht en voorstelle en In opdracht van het Ministerie van SZW auteur(s): G. de With reviewed: A.D. Poley naam: NDRIS jaarraportage 2012.docx goedgekeurd:

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/IO/BES No. 2004/33964 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2009/2447-05 DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag d.d. 16 november 2009 en de aanvulling

Nadere informatie

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS (NRG-Arnhem)

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS (NRG-Arnhem) Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS (NRG-Arnhem) P. de Jong Arnhem, 24 september 2002 NRG-RE-KD.01/I auteur : P. de Jong beoordeeld: J.W.E. van Dijk 6 blz RE/PdJ/VL goedgekeurd : J. van

Nadere informatie

Concordantietabel boek V Omgevingsfactoren en fysische agentia van de codex welzijn op het werk

Concordantietabel boek V Omgevingsfactoren en fysische agentia van de codex welzijn op het werk Concordantietabel boek V Omgevingsfactoren en fysische agentia van de codex welzijn op het werk Koninklijk besluit van 4 juni 2012 betreffende de thermische omgevingsfactoren KB 4/6/2012 thermische omgevingsfactoren

Nadere informatie

WELZIJN OP HET WERK BEZOEK VOORAFGAAND AAN DE WERKHERVATTING - VERDUIDELIJKTE EN VEREENVOUDIGDE PROCEDURE. In de praktijk...

WELZIJN OP HET WERK BEZOEK VOORAFGAAND AAN DE WERKHERVATTING - VERDUIDELIJKTE EN VEREENVOUDIGDE PROCEDURE. In de praktijk... WELZIJN OP HET WERK BEZOEK VOORAFGAAND AAN DE WERKHERVATTING - VERDUIDELIJKTE EN VEREENVOUDIGDE PROCEDURE 25/06/2014 In de praktijk... Op 23 mei is een reeds lang aangekondigd KB verschenen. Het gaat over

Nadere informatie

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2010/0191-05 DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag d.d. 29 januari 2010 van Nordson

Nadere informatie

PROCEDURE V1. APR 2017

PROCEDURE V1. APR 2017 PROCEDURE V1. APR 2017 INLEIDING ZWANGERSCHAP EN IONISERENDE STRALING Aan het werken met bronnen van ioniserende straling zijn risico s verbonden. Het is bij de wet verplicht om personen die handelingen

Nadere informatie

H.G.R. : 5110/3. Tijdens de vergadering van 05.09.2003 heeft de Hoge Gezondheidsraad (Afdeling 5) het volgende advies uitgebracht :

H.G.R. : 5110/3. Tijdens de vergadering van 05.09.2003 heeft de Hoge Gezondheidsraad (Afdeling 5) het volgende advies uitgebracht : ADVIES EN AANBEVELING VAN DE HOGE GEZONDHEIDSRAAD BETREFFENDE DE VERSPREIDING VAN RADIOACTIVITEIT AFKOMSTIG VAN BRONNEN GEBRUIKT VOOR MEDISCHE DOELEINDEN GEDRAGEN DOOR OVERLEDEN PATIËNTEN H.G.R. : 5110/3

Nadere informatie

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE No. 2011/1517-05 DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE Gezien de aanvraag d.d. 16 augustus 2011 van Sencio B.V. te Nijmegen om een vergunning als bedoeld in hoofdstuk 4, artikel 23,

Nadere informatie

Fiche 8 (Analyse): Reglementering

Fiche 8 (Analyse): Reglementering Fiche 8 (Analyse): Reglementering De Belgische reglementering van kracht op 01.01.2004 Deze fiche is een zeer beknopte samenvatting van de reglementering, die derhalve in extenso moet worden geraadpleegd.

Nadere informatie

VRS. Inleiding EMPLOYÉE EN SÛRETÉ NUCLÉAIRE ET RADIOPROTECTION [ÉDITION 2007]

VRS. Inleiding EMPLOYÉE EN SÛRETÉ NUCLÉAIRE ET RADIOPROTECTION [ÉDITION 2007] Inleiding Wanneer er zich een ongeval voordoet waarbij het vervoer van radioactieve stoffen (VRS) 1 betrokken is, is het mogelijk dat er, standaard, onmiddellijke acties vereist zijn, rekening gehouden

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/IO/BES No. 2005/25444 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

Circulaire BRANDPREVENTIE

Circulaire BRANDPREVENTIE OP DE ARBEIDSPLAATSEN PRINCIPE De wetgeving betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen ( Codex Boek III, Titel 3) legt duidelijk uit welke maatregelen de werkgevers moeten nemen inzake brandpreventie.

Nadere informatie

Risicoanalyse en preventiemaatregelen

Risicoanalyse en preventiemaatregelen Arbeidsongevallen en onbezoldigde stages Met stagiairs bedoelt men personen die gewoon onderwijs volgen en in het kader van die opleiding arbeidsprestaties verrichten bij een werkgever om beroepservaring

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/CK/B/KEW No. 2002/76765 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

INDUSTRIELE RADIOGRAFIE - EXPLOITATIEVOORWAARDEN

INDUSTRIELE RADIOGRAFIE - EXPLOITATIEVOORWAARDEN INDUSTRIELE RADIOGRAFIE - EXPLOITATIEVOORWAARDEN Artikel 1. Voor de toepassing van deze vergunning wordt verstaan onder: a. Operator: persoon die belast is met het uitvoeren van industriële radiografie.

Nadere informatie

21 MEI Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen.

21 MEI Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. 21 MEI 1965. - Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. HOOFDSTUK II. - Toezicht Afdeling 1. - Algemene bepaling

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/UJB/BES No. 2003/69506 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

Het Intern Noodplan. BrandPreventie-Dossier.be. Een praktische toelichting. Weet wat te doen bij brand!!

Het Intern Noodplan. BrandPreventie-Dossier.be. Een praktische toelichting. Weet wat te doen bij brand!! Het Intern Noodplan Een praktische toelichting BrandPreventie-Dossier.be Weet wat te doen bij brand!! KB28/03/2014 Inleiding tot het intern noodplan - Een praktische gids Er bestaat vaak nogal verwarring

Nadere informatie

Circulaire 2015 02 BRANDPREVENTIE

Circulaire 2015 02 BRANDPREVENTIE Brandpreventie op de arbeidsplaatsen PRINCIPE De nieuwe wetgeving betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen (KB van 28 maart 2014) legt duidelijk uit welke maatregelen de werkgevers moeten nemen

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER. Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER. Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; No. 2006/5113-07 DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag d.d. 25 juli 2006

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/IO/BES No. 2004/42265 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI/UJB/BES No. 2003/94538 DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

Commissie voor de Juridische Beoordeling van nieuwe wapens en nieuwe middelen of methodes van oorlogvoering. Tf Redactionele overheid DG Jur

Commissie voor de Juridische Beoordeling van nieuwe wapens en nieuwe middelen of methodes van oorlogvoering. Tf Redactionele overheid DG Jur DEFENSIE Blz. 1 / 9 ALGEMENE DIRECTIE JURIDISCHE STEUN SPECIFIEKE PROCEDURE Commissie voor de Juridische Beoordeling van nieuwe wapens en nieuwe middelen of methodes van Tf Redactionele overheid DG Jur

Nadere informatie

Uitgebreide toelichting over controle en onderhoud van beschermingsmiddelen tegen brand

Uitgebreide toelichting over controle en onderhoud van beschermingsmiddelen tegen brand Uitgebreide toelichting over controle en onderhoud van beschermingsmiddelen tegen brand Voor afdeling 7 Periodieke controle en onderhoud van boek III, titel 3, hoofdstuk III van de codex over het welzijn

Nadere informatie

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2010/0787-04 DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag van het Special Tribunal for Lebanon

Nadere informatie

Invullen van het gegevensregistratieformulier m.b.t. de patiëntendoses bij radiologische onderzoeken.

Invullen van het gegevensregistratieformulier m.b.t. de patiëntendoses bij radiologische onderzoeken. Invullen van het gegevensregistratieformulier m.b.t. de patiëntendoses bij radiologische onderzoeken. 16 oktober 2014 Contact: Thibault VANAUDENHOVE Katrien VAN SLAMBROUCK Federaal Agentschap voor Nucleaire

Nadere informatie

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2010/1136-05 DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag d.d. 20 mei 2010 van V.O.F. Bestralingscentrum

Nadere informatie

Behandeld door Commissie Medisch Toezicht 2009 werkgroep ad hoc 2008

Behandeld door Commissie Medisch Toezicht 2009 werkgroep ad hoc 2008 I. Wettelijke basis Codex over het welzijn op het werk, Titel I, Algemene Beginselen, Hoofdstuk IV, maatregelen in verband met het gezondheidstoezicht op de werknemers (KB 28/5/2003, Koninklijk besluit

Nadere informatie

1 Beschrijving. Infofiche Nr /2017. Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1/5

1 Beschrijving. Infofiche Nr /2017. Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1/5 Infofiche Nr. 3015 09/2017 Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1 Beschrijving Er moeten sociale voorzieningen (kleedkamers, refters, wastafels, toiletten, rustlokalen,...)

Nadere informatie

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER No. 2008/2680-05 DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Mede namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gezien de aanvraag d.d. 27 november 2008 van Friesland

Nadere informatie

Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen. Infodocument

Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen. Infodocument Arbeidsplaatsen Elektrische installaties - Algemeen Infodocument Arbeidsplaatsen - Elektrische installaties - Algemeen Voor bepaalde oude elektrische installaties op de arbeidsplaatsen werden in 2008 minimum

Nadere informatie

Artikel 1. Voor de toepassing van dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder het begrip:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder het begrip: Adviescommissie kunsten Huishoudelijk Reglement I. Algemene bepalingen Begrippen Artikel 1. Voor de toepassing van dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder het begrip: Kunstendecreet: het decreet

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2015 (OR. en) 13747/15 ATO 68 SAN 366 NOTA I/A-PUNT van: aan: nr. vorig doc.: 11655/2/15 REV 2 Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van

Nadere informatie

Standaard informatie voor de aanvraag tot goedkeuring van een GEMEENSCHAPPELIJKE DIENST VOOR FYSISCHE CONTROLE

Standaard informatie voor de aanvraag tot goedkeuring van een GEMEENSCHAPPELIJKE DIENST VOOR FYSISCHE CONTROLE Standaard informatie voor de aanvraag tot goedkeuring van een GEMEENSCHAPPELIJKE DIENST VOOR FYSISCHE CONTROLE 0. Reglementaire basis Artikel 23.1.1 van het Koninklijk Besluit van 20 juli 2001 voor de

Nadere informatie