Bijlage 4 Beleidsuitgangspunten in Nota van Uitgangspunten in relatie tot Bestemmingsplan buitengebied fase II mei 2013

Transcriptie

1 Bijlage 4 Beleidsuitgangspunten in Nota van Uitgangspunten in relatie tot Bestemmingsplan buitengebied fase II mei 2013 Het doel van dit schema is aangeven in hoeverre de beleidsuitgangspunten in de Nota van Uitgangspunten al dan niet zijn doorvertaald in het ontwerp bestemmingsplan buitengebied fase II Leeswijzer: Groen: Thema is conform NvU doorvertaald in ontwerpbestemmingsplan Rood: Verschil tussen NvU en doorvertaling in ontwerpbestemmingsplan, ambtshalve wijziging of nieuw beleid opgenomen in het ontwerpbestemmingsplan Afkortingen: PTOE: Plantoelichting PREG: Planregels PKAA: Plankaart (verbeelding) NvU: Nota van Uitgangspunten Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 1

2 THEMA s Land- en Tuinbouw Toekenning bouwblokken Geldende bouwvlakken worden overgenomen, m.u.v. de intensieve veehouderij (loopt via kadernota IV). - Grondgebonden Naar aanleiding van advies Cie-m.e.r. aanvullende regels voor grondgebonden veehouderij. - Intensieve kwekerij Er wordt een regeling opgenomen voor intensieve kwekerijen: Champignons, witlof, vis, wormen, etc., met aparte aanduiding opnemen. (, in Oirschot komen geen intensieve kwekerijen voor) - Glastuinbouw Doorgroeigebied laten vervallen, bestaande bedrijven positief bestemmen, maatwerk voor uitbreiding. - Intensieve veehouderij zie Thema IV - Paardenhouderij Uitbreiding bouwvlakken In de Nota van uitgangspunten was een driedeling voorzien tussen: a. paardenfokken in de Agrarische bestemming; b. paardenhouden in de bestemming Paardenhouderij en c. paardensport in bestemming Sport. De bestemming Paardenhouderij was bedoeld voor omschakelende agrarische bedrijven. Gezien de huidige ruime bestemmingsregeling in de agrarische bouwvlakken en door het ontbreken van een goede inventarisatie biedt een bestemming Paardenhouderij geen meerwaarde. In het ontwerpplan is deze bestemming geschrapt. Er zijn twee bestemmingen voor paardenhouderijen, gelijk aan het bestemmingsplan 2010: 1. Agrarisch (Fokkerij/Melkerij/pension/stalling/handel); 2. Sport (Manege). Grondgebonden tot max 2.0 via wijziging Intensieve kwekerijen tot 1,5 ha Glastuinbouw verruimen tot 4 ha bruto, 3 ha netto glas Alg: Uitbreiding vanaf 40 NGE (reëel bedrijf). Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 2

3 Omschakelijking Vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen (VAB) Nieuwvestiging/hervestiging agrarisch bedrijf Paardenbakken Agrarische bedrijfswoning(en) Aan-huis-verbonden beroep/bedrijf Huisvesting seizoenarbeiders Teeltondersteunende kassen en - voorzieningen Nevenactiviteiten bij agrarische bedrijven Raad heeft besloten de mogelijkheden voor VAB s gelijk te trekken met de mogelijkheden voor nevenactiviteiten. In de memo Toelichting NvU bestplan fase II, dd , is een tabel opgenomen met maximaal te benutten oppervlaktes. Deze tabel is wel goed overgenomen in de plantoelichting, maar niet correct doorvertaald in de planregels. Dit is alsnog gebeurd als ambtshalve wijziging. Na ambtshalve wijziging conform NvU in bestemmingsplan Geen nieuwvestiging Conform Kadernota IV in ontwerpplan (zie thema IV) Paardenbakken worden onder voorwaarden toegestaan binnen en buiten bouwvlakken. Maximale oppervlakte bouwvlak 1200 m (gezamenlijk binnen en buiten bouwvlak. 1 e bedrijfswoning blijft mogelijk (noodzaak, inpassing).verordening Ruimte laat geen 2 e bedrijfswoning meer toe. Als sprake is van een reëel bedrijf is een 1 e bedrijfswoning mogelijk met een globale toets. Uitbreiding maximum van 30m2 naar 50 m2, mits niet meer dan 30% van woning en bijgebouwen. Woonfunctie is primair. Conform NvU in ontwerppla Lichte verruiming, nl. 12,5 m2 p.p. i.p.v. 10 m2 p.p. en periode van 8 mnd. i.p.v. 6 mnd., units mogen blijven staan Opmerking: Discussie binnen SRE en besluit over Woonvisie kan leiden tot wijziging standpunt. Beleid TOK op bouwvlak niet in kadernota, wel in regels ontwerpplan, lichte verruiming, nl. bouwhoogte in AW-L van 3 m naar 5 m (is in ontwerpplan verhoogd naar 7 meter) Beleid TOV: Lichte verruiming, nl. permanente TOV ook aansluitend met differentiatievlak, opp. verruimd (max m2 aansluitend aan bouwvlak) en hoogte van 2 naar 2,5 m, tijdelijke TOV ook nabij bouwvlak, opp. verruimd (1,5-3 ha). Verruiming, 50% bebouwing van 350/500 m2 naar max. 800/1.200 m2 excl. kleinschalig kamperen en statische (binnen)opslag, Verruiming opp. per activiteit In extensiveringsgebied ruimere mogelijkheden vanwege afwaartse beweging. Geen onderscheid tussen verbreding en nevenactiviteiten. Directe mogelijkheden, waar mogelijk. Kleinschalige detailhandel 50 m2 VVO i.p.v. 100 m2 incl. opslag / magazijn Lichte verruiming, Max. 35 m 2 excl. boerenterras van max. 50 m2 Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 3

4 Kleinschalige horeca met uitdrukkelijk regeling activiteitgebonden, alleen overdag en geen feesten en partijen. Dierenverblijven/ schuilgelegenheden /schuilstallen kunnen ze ook buiten het bouwvlak opgericht worden, rekening houdend met eventuele zichtlijnen/-assen en woningen van derden. Dierenverblijven/schuilgelegenheden dienen in principe binnen een bouwvlak te worden gerealiseerd. In bebouwingsconcentraties Hierbij geldt een norm van maximaal 1 schuilgelegenheid per 1 ha en minimaal 30 m ten opzichte van de rand van het bouwvlak van derden. Schuilgelegenheden, die men op agrarische gronden wil plaatsen, op een locatie buiten het bouwvlak en buiten een bebouwingsconcentratie, moeten aan een aantal extra voorwaarden voldoen. Schuilgelegenheden zijn niet toegestaan in Bos, Natuur en AW-NL en in de ecologische hoofdstructuur (EHS). Verder mag het aantal schuilgelegenheden niet meer bedragen dan 1 per 1,0 ha agrarisch gebied (gebruik). De oppervlakte van een schuilgelegenheid mag niet meer bedragen dan 20 m² en de goothoogte en bouwhoogte bedraagt maximaal 2,5 en 4 m. In beide gevallen dienen schuilgelegenheden te worden gesitueerd binnen 25 m vanaf de bosrand, houtsingel of houtwal óf binnen 100 m van een openbare weg. Aansluitend aan het verblijf mag 20 m2 worden verhard. Van de schuilgelegenheid dient 1/6 deel open te blijven. Verschillen tussen kadernota en regels. 30 m2, 3,5 m hoog en 1/6 open i.p.v. max. 10 m2 en 3 m hoog. Kleinschalige mestverwerking Faciliteren kleinschalige mestverwerkinginitiatieven, een gebouw van maximaal 150 m2, een opslagcapaciteit van 800 m2 /1.600 m3. De maximale oppervlakte bedraagt minder dan 1000 m2, de maximale hoogte van de installatie 12 m. De regeling in de Nota van Uitgangspunten is in het bestemmingsplan nader gespecificeerd: - Op bedrijfsniveau is mestbewerking mogelijk met eventueel ook extra bebouwing/opslag ook voor mest afkomstig van bedrijven uit de directe omgeving; - Initiatieven voor mestbewerking van mest van meerdere bedrijven in een groter dan hierboven geschetste omvang worden buitenplans afgedaan. Wij stellen voor dat de Oirschotse situatie in beeld wordt gebracht en daarvoor nader beleid wordt geformuleerd om verzoeken te kunnen toetsen. Ook de provincie beschikt momenteel alleen nog maar over beperkt beleid en laat alleen biovergistinginstallaties toe. Zij adviseert te wachten op provinciaal beleid. - Bestaande vergunningen zijn positief bestemd zonder uitbreidingsmogelijkheden. Het betreft: Broekstraat 31. Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 4

5 Schapen en geitenhouderijen In de gemeente zijn 9 geitenhouderijen en enkele schapenhouderijen aanwezig. Ter uitvoering van de Verordening ruimte verzoekt de provincie dringend om geen ontwikkeling van schapen-en geitenhouderijen mogelijk te maken in dit bestemmingsplan. Daarom zijn alle schapen- en geitenhouderijen op de plankaart aangeduid in combinatie met beperkende voorschriften in de regels. THEMA Recreatie & Toerisme Kleinschalig kamperen/logeren Regulier kamperen (campings) Groepsaccommodaties/ kampeerboerderijen: Kamperen: 25/40 kampeermiddelen tot max /8.000 m2 i.p.v m2, perioden verwijderen. Uitbreiding naar 40 plaatsen alleen in extensiveringsgebied onder beperking totale oppervlakte en landschappelijk inpassing. Logeren: 3 eenheden tot 195 m2 vakantieappartementen of tot 150 m2 bed & breakfast Trekkershutten 3 eenheden tot 60 m2 (20 m2 per hut incl. sanitair). Gelijk aan plan 2010/ Maatwerk op basis van bestaande vergunde situatie. Ook bij uitbreiding 350 m2 als nevenactiviteit, bestaande objecten op basis van bestaande vergunde situatie. Gelijk aan plan 2010/ Recreatiegebied/recreatiepark Recreatieve poort/toeristische poort Evenementen Carnavalswagens Voor De Kemmer wordt beleid opgesteld. maakt geen onderdeel uit van bestemmingsplan fase II ; beleidsregel opgenomen Lokaal beleid wordt t.z.t. overgenomen, o.a. (ondergeschikte) horeca en nevenactiviteiten. Nadruk op kleinschaligheid en activiteit gebonden horeca gedurende de dag, m.u.v. bestaande locatie met horeca. Beleid evenementen iets verruimd; maximaal 4/jaar maximaal 5 aaneengesloten dagen.0 Nieuw beleid voor carnavalswagens Recreatiewoningen Maximaal 3 woningen, oppervlakte 65-70m2, maximale oppervlakte 200m2. Gelijk aan plan 2010; regeling iets aangepast Recreatief medegebruik Beleid vereenvoudigd; overal direct toegestaan Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 5

6 Recreatiezones De recreatieve zonering wordt vereenvoudigd tot het vrijwaren van extra recreatiedruk in natuur, bos en AW-NL. Conform NvU in Ontwerpplan THEMA Werken/Wonen Semi-agrarische en niet-agrarische bedrijven Bedrijfswoningen Nieuwe Economische Dragers (NED)/ Vrijkomende Agrarische Bedrijven (VAB) Ruimte voor ruimte en Rood voor Groen Burgerwoningen Inwoning/Mantelzorg Boerderijsplitsing Aan-huis-verbonden beroepen/ be- Gelijk aan plan 2010/ Binnen dezelfde milieucategorie Uitgaan van de maatvoering uit het plan fase 1.(2010) met een check of sprake is van uitbreidingsmogelijkheden c.q. eerdere uitbreidingen. Gelijk aan plan 2010/ 750 m3 en 120 bijgebouw, en zelfs 240 m2 in geval van sloop-bonus Raad heeft besloten de mogelijkheden voor VAB s gelijk te trekken met de mogelijkheden voor nevenactiviteiten. In de memo Toelichting NvU bestplan fase II, d.d , is een tabel opgenomen met maximaal te benutten oppervlaktes. Deze tabel is wel goed overgenomen in de plantoelichting, maar niet correct doorvertaald in de planregels. Dit is alsnog gebeurd als ambtshalve wijziging. Na ambtshalve wijziging conform NvU in bestemmingsplan Buitenplans regelen vanwege maatwerk (o.a. landgoederen), m.u.v. ruimte voor ruimte op locatie bij sloop van 1000 m3 stal/schuur en intrekking van kg fosfaat buiten het LOG. Gelijk aan plan 2010/ 750 m3 bestaand, schrappen standaard 10% uitbreiding. Bijgebouwen: 120 m2 en zelfs 240 m2 i.g.v. sloop-bonus. Onderkeldering alleen onder gebouwen of meetellen als bijgebouw. Aandacht voor functie bebouwing in relatie tot omvang. 80 m2 binnen 20 m i.p.v. 30 m i.v.m. voorkomen van afsplitsing Aandacht voor afsplitsing en handhaafbaarheid regels. Laten vervallen van de indicatiestelling vanaf 65 jaar. Het laten vervallen van de indicatiestelling vanaf 65 jaar is niet doorvertaald. Is gecorrigeerd met ambtshalve wijziging. Na ambtshalve wijziging conform NvU in bestemmingsplan Afstand tov woning is niet gewijzigd van 30 meter naar 20 meter. 850 m3 naar 900 m3 en introductie begrip boerderijwoning (langgevelboerderij). Uitbreiding: 30% tot max. 50 i.p.v. 30m2, bedrijven niet in kadernota, wel in regels. Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 6

7 drijven Plattelandswoning Overgangsrecht (persoonsgebonden beschikking) De negatieve effecten van afsplitsing bedrijfswoning-bedrijf of met functie strijdige bewoning voorkomen, terwijl agrarische of bedrijfs-bestemming gehandhaafd blijft. In voorkomende gevallen of op verzoek van deze regeling gebruik maken. Opmerking: wetsvoorstel in behandeling bij Staten Generaal. ; De regeling is met een ambtshalve wijziging nader uitgewerkt. Nader beoordelen of in voorkomende gevallen van deze regeling uit de wet gebruik kan worden gemaakt. In bestemmingsplan wordt geen gebruik gemaakt van persoonsgebonden overgangsrecht. THEMA Bos/Natuur/Landschap, Water/Milieu Bos Natuur en landschap Cultuurhistorie /Archeologie Landschap en cultuurhistorie EHS rijk/provincie door vertalen op basis van actuele waarden / structuren. Cultuurhistorie; Beleid borduurt voort op beleid fase 1 en cultuurhistorische inventarisatie 1. Gebieden 2. Structuren (waar nodig) 3. Objecten monumentaal/karakteristiek 4. Ensembles (stads-/dorpsgezichten) 5. Landschappelijke inpassing/versterking Regeling mede afstemmen op nader beleid over keuzes cultuurhistorie en landschapsontwikkeling De raad is in het kader van de bezuinigingen meegedeeld dat een beeldkwaliteitplan voor het buitengebied op dit moment om financiële en personele redenen niet haalbaar is. Wel is het van belang om de groene uitstraling van de gemeente te bevorderen door bij ontwikkelingen in te zetten op verbetering van de landschappelijke en ruimtelijke kwaliteit. Dit past ook in het beleid van de provincie. In artikel 2.2. van de Vr is dit vastgelegd. Ter uitvoering daarvan zijn tussen de Kempengemeenten en de provincie concrete afspraken gemaakt. De regels van het ontwerpplan zijn hierop aangepast. We houden vast aan de een norm van 20% in de landschapsinvesteringsregeling. Er komt een extra bestemming groen voor landschappelijke inpassing buiten het bouwvlak. Ter bevordering van de beeldkwaliteit worden nu geen dwingende regels opgesteld. Er komt in de toelichting een richtlijn landschappelijke inpassing aan de hand waarvan de gemeente verzoeken toetst en initiatiefnemers inspiratie kunnen opdoen. De effecten worden in voorkomende gevallen in ruimtelijke onderbouwingen, (anterieure) overeenkomsten en/of vergunningen vastgelegd. De leidraad landschappelijke inpassing is Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 7

8 Archeologie als bijlage toegevoegd Archeologie: Beleid borduurt voort op beleid fase 1 en regionale uitwerking archeologie in 5 categorieën 1. Archeologische monumentale waarden 2. Archeologische waarden 3. Zeer hoge archeologische verwachtingswaarden 4. Hoge archeologische verwachtingswaarden 5. Middelhoge archeologische verwachtingswaarden NB: bij verwachtingswaarden bouwvlakken uitsluiten van nader onderzoek Hydrologie Milieu In de NvU en de toelichting staat: bij archeologische verwachtingswaarden bouwvlakken uitsluiten van nader onderzoek. Dit is tegenstrijdig met het erfgoedbeleid. Raad heeft ook het erfgoedbeleid als kader meegegeven. Uitsluiten van bouwvlakken is niet doorvertaald in de Regels van het plan. Voor alle categorieën archeologische verwachtingswaarden (categorie 3, 4 en 5) is nader onderzoek verplicht. Naar aanleiding van zienswijzen is in het bestemmingsplan is de vrije bewerkingsdiepte voor de categorieën 4 en 5 op 50 cm gesteld. De paragraaf archeologie in de Plantoelichting is aangepast. Bestaande opgaven verwerken 1 dubbelbestemming waterberging benutten op basis van gebieden VR 1 dubbelbestemming attentiegebied benutten op basis van gebieden VR Regeling opnemen voor kleinschalige mestvergisting, ook voor derden THEMA IV Beleid (Visie en Kadernota IV) Bedrijfsgrootte Bouwvlakken Visie IV: Richtinggevende maat 300 nge irt tot Van Doorn (max 1,5ha) en 500 nge in LOG (max 2,5ha) Kadernota IV: Verwijzing naar nge alleen i.r.t. Maatlat, norm als kader voor aanvullende MVO maatregelen. Geen ruimtelijke vertaling. Bestemmingsplan: Geen nge norm in bestemmingsplan. Ruimtelijk minder relevant, relatie met Van Doorn vertaald naar 1,5 ha Conform Kadernota in bestemmingsplan Visie IV: Bouwvlakken tot 2,5ha op duurzame locaties in LOG Stille Wille Kadernota IV: In de Kadernota is aangegeven dat dit niet in het bestemmingsplan geregeld wordt; buiten- Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 8

9 LOG Langereijt Nieuwvestiging Samenvattende conclusie plans mits provinciale verordening dit toestaat. Bestemmingsplan: Niet opgenomen, eventueel buitenplanse procedure mits passend in provinciaal beleid. Conform Kadernota IV in bestemmingsplan Visie IV: LOG Langereijt wijzigen in verwevingsgebied Kadernota IV: LOG Langereijt beschouwen als verwevingsgebied. In het kader van de afwaartse beweging uitgebreidere omschakelingsmogelijkheden. Bestemmingsplan: De gemeentelijke zonering ja-mits, nee-tenzij en nee-gebied is opgenomen in regels en kaarten, ook voor het LOG Langereijt. Op de kaarten en in de regels wordt nog wel verwezen naar het LOG Langereijt, maar ontwikkelmogelijkheden worden bepaald door zonering uit de Kadernota IV. Toelichting: De provincie wenst dat de gemeente alle beleid en zoneringen uit de Verordening ruimte overneemt. De provincie koppelt daar ook de beperkingen voor vervangende bedrijvigheid en nevenactiviteiten aan. Dit botst met de Kadernota IV, vooral voor het LOG Langereijt. Onze gemeente wil ter plaatse de veehouderijen op basis van de gemeentelijke zonering de mogelijkheden bieden zoals de regeling in verwevingsgebieden toestaat. Daarbij hoort een ruimere mogelijkheid voor omschakelijking en nevenactiviteiten. Wij stellen voor het beleid van de gemeente door te zetten. Conform Kadernota IV in bestemmingsplan Visie IV: Nieuwvestiging mogelijk in LOG Stille Wille. Kadernota IV: Nieuwvestiging niet mogelijk tenzij provincie beleid aanpast, buitenplans. Bestemmingsplan: In het bestemmingsplan zijn geen mogelijkheden voor nieuwsvestiging van IV bedrijven, ook niet in LOG Stille Wille. Dit is conform provinciaal beleid en conform de Kadernota IV, maar niet in overeenstemming met de Visie IV. Het IV beleid voor ontwikkelingen zijn conform de beleidsuitgangspunten doorvertaald in het bestemmingsplan. De omschakelingsmogelijkheden en wijzigingsbevoegdheden voor LOG Langereijt zijn niet conform de Kadernota in bestemmingsplan vertaald. THEMA Algemeen Bouwregels Op basis van een onduidelijk voorschrift in de regels van het bestemmingsplan fase 1 wordt de 10% uitbreidingmogelijkheid nu standaard toegepast. Dat betekent dat in feite een nieuwe norm wordt gehanteerd, die hoger is dan feitelijk in de bouwregels is opgenomen. In het ontwerpplan is de regeling zodanig aangescherpt dat alleen in uitzonderingsgevallen meegewerkt kan worden aan vergroting van afstanden en maten met 10%, onder de voorwaarde dat de toegestane inhoud- en oppervlaktematen niet worden overschreden. Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 9

10 Bijlage 4_Kaders NvU en Kadernota IV irt Ontwerpbestemmingsplan doc _ pagina 10