Aan de leden van Provinciale Staten

Transcriptie

1 Aan de leden van Provinciale Staten Datum : 30 september 2008 Briefnummer : /40/A.15, CW Zaaknummer : Behandeld door : Bak E. Telefoonnummer : (050) Antwoord op : uw motie van 17 september 2008 Bijlage : Onderwerp : gratis Ov voor mbo-leerlingen tot 18 jaar Geachte dames en heren, Deze brief is het vervolg op uw verzoek van 17 september jl. waarin u ons vraagt de regeling voor het Provinciaal Studiefonds zo aan te vullen, dat mbo-scholieren die vallen onder deze regeling aanspraak kunnen maken op 100% vergoeding van de reiskosten, in plaats van de huidige 50% en een promotiecampagne te starten om de regeling van het Provinciaal Studiefonds een grotere bekendheid te geven. Ons voorstel ziet er als volgt uit. De regeling Voor wie? De regeling geldt voor alle mbo-leerlingen die - een WTOS-tegemoetkoming (Wet Tegemoetkoming Onderwijsbijdrage en Schoolkosten), ontvangen van de IBG en die (dus) nog geen recht hebben op studiefinanciering + Ov-kaart, inclusief degenen die in de stad Groningen wonen, ondanks dat deze niet vallen onder de regeling van het Studiefonds; - voor het overige voldoen aan de voorwaarden van het Studiefonds aangaande gezinsinkomen en reisafstand. M.b.t. de reisafstand geldt bij het Studiefonds een afstand groter dan 10 km., gemeten over de weg in plaats van hemelsbreed zoals vermeld in voornoemde brief aan PS van 13 juni jl. over hetzelfde onderwerp. De regeling gaat in per 1 januari Dit betekent dat de aanvulling verstrekt wordt over reiskosten vanaf die datum (en dus niet voor het hele schooljaar 2008/2009). Voor de uitvoering van de regeling voor leerlingen, wonende in de stad Groningen, zal overleg plaatsvinden met de afdeling SoZaWe van de gemeente Groningen.

2 Hoeveel leerlingen? De berekening wijst uit dat het om minimaal 165 potentiële aanvragers gaat. De berekening plaatsgevonden op basis van: - de gegevens zoals de vier Groningse ROC's die hebben geleverd (reisafstand, resultaat: leerlingen); - de landelijke gegevens over de verhouding mbo-leerlingen met WTOS / totaal aantal mbo-leerlingen (leeftijd, 23% van leerlingen is 500 leerlingen); - de gegevens in het Actieprogramma Armoedebestrijding, pag. 12, 2 e alinea, vanwege het ontbreken van gegevens over het gezinsinkomen van de Groningse mbo-leerlingen. Dit houdt in dat het resultaat van 500 leerlingen is gedeeld door 3: het aantal gezinnen dat een inkomen op bijstandsniveau heeft is 33%. Zie kostenoverzicht voor het vervolg. In de berekening zijn niet meegenomen: - de leerlingen die hemelsbreed niet, maar op basis van de Studiefondsnorm "reisafstand over de weg" wel in de doelgroep vallen (zie tabel 3 op blz. 5 van bovengenoemde brief aan PS d.d. 13 juni 2008); - de leerlingen die hun opleiding volgen aan een onderwijsinstelling buiten de provincie Groningen; - scholieren, wonend in de gemeente Groningen, die moeten reizen voor hun opleiding. Het is niet ondenkbaar dat na inventarisatie blijkt dat het reële aantal mboleerlingen dat in aanmerking komt voor de reisonkostenvergoeding afwijkt van de genoemde 165. Start van de regeling Het voorstel is om de regeling in te laten gaan per 1 januari De overwegingen voor deze snelle invoering zijn: - dat het Studiefonds bevestigt meermalen van cliënten te hebben vernomen dat de hoogte van de reiskosten van invloed is op de keuze voor een opleiding; - dat Provinciale Staten hebben aangegeven dat zij belang hechten aan de invoering; - dat er na de motie van 17 september veel publiciteit is geweest rondom de komst van de regeling (TV Noord, Radio Noord, Dagblad van het Noorden); - dat het niet wenselijk is wanneer de betrokken burgers maanden moeten wachten op een vervolg op de aankondiging van de regeling. Sinds de publiciteit zijn al tientallen reacties binnengekomen. De uitvoering van de regeling De uitvoering komt overeenkomstig de aangenomen motie van 17 september jl. in handen van het Studiefonds op voorwaarde dat het bestuur van het Studiefonds hiermee instemt.

3 De promotiecampagne In verband met de grootte van de doelgroep is het voorstel om een op de doelgroep gerichte campagne te starten door middel van de volgende activiteiten: 1. een direct mailing aan de ouders van alle mbo-leerlingen, zoals genoemd op pagina 1 van deze nota onder punt 1, woonachtig in de provincie Groningen. Hiervoor is de medewerking nodig van de onderwijsinstellingen waar deze leerlingen hun opleiding volgen; 2. aandacht voor de regeling in de provinciale informatiepagina van 29 november a.s.; 3. lancering van een website waar de informatie te vinden is, potentiële aanvragers eenvoudig kunnen berekenen of zij in aanmerking komen voor de bijdrage en waar zij zich kunnen registreren (deze site is onderdeel van de provinciale website). Het secretariaat van het Studiefonds neemt contact op met iedereen die zich heeft geregistreerd. Uiteraard dient de website makkelijk te vinden te zijn; 4. publiciteit rondom de lancering van de website en de bekendmaking van deze mbo-reiskostenregeling; 5. daarnaast besteedt gedeputeerde De Bruijne tijdens zijn interview op 8 oktober a.s. in een programma van TV Noord, "De Uitlaatklep", aandacht aan de reiskostenregeling. Er is tijdens de doelgroepcampagne extra menskracht nodig voor de verwerking, de afhandeling en de inventarisatie van de registratiegegevens die voortkomen uit de lancering van de website. De kosten van deze ondersteuning worden betaald uit het budget voor de promotiecampagne. De financiën De kosten van de regeling Deze bestaan uit: a. de kosten voor de reisbijdragen; b. de kosten voor de uitvoering; c. de kosten voor de promotiecampagne. Slechts globale raming van de kosten mogelijk De raming van de kosten kan slechts globaal zijn om de volgende redenen: 1. Gelet op de wijze waarop de vaststelling van het aantal mogelijk in aanmerking komende scholieren tot stand is gekomen moet er rekening mee worden gehouden dat het reële aantal afwijkt. De berekening staat vermeld onder het kopje "hoeveel leerlingen" op pagina 1. Onder dat punt staat een aantal redenen genoemd waarom het aantal scholieren in de doelgroep hoger kan zijn dan 165. Het is echter niet aannemelijk dat elk gezin een mbo-leerling in de genoemde leeftijd in huis heeft. Dat geeft reden tot bijstelling van het aantal leerlingen naar beneden. 2. De gemiddelde reiskosten zijn vastgesteld op basis van de reiskosten in 2007/2008. Uiteraard zijn de kosten sinds die tijd hoger geworden. Dit geeft aanleiding tot bijstelling van de kosten naar boven. 3. Wanneer de voorgenomen rijksregeling tot stand komt, die voorziet in een tegemoetkoming in de reiskosten voor dezelfde doelgroep, zullen de kosten voor de reisbijdragen lager zijn (De tegemoetkoming van het rijk aan een leerling wordt afgetrokken van de totale reiskosten voordat de bijdragen van provincie en Studiefonds worden vastgesteld).

4 Vanwege voornoemde kansen dat de berekening naar boven en naar beneden moet worden bijgesteld is het voorstel is om uit te gaan van 172 leerlingen in de doelgroep en de reiskosten zoals vermeld op basis van 2007/2008. a. de kosten voor de reisbijdragen: In het schooljaar 2007/2008 betaalden de mbo-scholieren gemiddeld per persoon per jaar een bedrag van 700,= aan reiskosten (gegevens: Studiefonds). Uitgaande van dit bedrag zouden voor 2009 de totale reiskosten voor een groep van 165 mbo-leerlingen komen op minimaal ,=. Het voorstel is om uit te gaan van een bedrag van ,=. Hiervoor kunnen 172 leerlingen een bijdrage ontvangen op basis van de Ov-tarieven van 2007/2008. Van het bedrag komt ,= ten laste van het Studiefonds; de andere ,= moet uit andere budgetten worden gefinancierd. Aangezien de regeling voor onbepaalde tijd geldt betreft het hier structurele open-eindfinanciering. Het voorstel is om ,= ten laste te brengen van het budget Armoedebeleid. Voor de financiering van de resterende ,= geldt dat het gaat om de uitvoering van een besluit van Provinciale Staten dat bestuurlijk onvermijdbaar is. Het voorstel is daarom om invulling aan de financiering te geven via de integrale bijstelling uit de Algemene Middelen. b. De kosten voor de uitvoering: Gelet op het aantal te verwachten extra aanvragen zal voor de reguliere afhandeling daarvan naar verwachting minimaal een structurele uitbreiding van het Studiefonds nodig zijn met 1 fte. op het niveau schaal 7: - naar verwachting zullen niet alleen (ouders van) leerlingen uit de doelgroep reageren op de promotiecampagne, ook de andere doelgroepen van het Studiefonds (vmbo-leerlingen, mensen ouder dan 30 jaar) zullen de informatie lezen en op basis daarvan informatie aanvragen of bijvoorbeeld een aanvraag indienen; - statistisch is vast komen te staan dat het aantal aanvragen jaarlijks twee maal zo hoog is als het aantal toekenningen, ook wanneer de normen bekend zijn; - mocht de rijksregeling 'tegemoetkoming mbo-leerlingen' van kracht worden dan betekent dit wat extra werk voor het Studiefonds, maar zeker niet minder. De werkzaamheden waarvoor een extra medewerker nodig is zijn verspreid over het gehele kalenderjaar. De kosten van 1 fte schaal 7 bedragen inclusief alle lasten maximaal ,= per fte inclusief werkplekfinanciering. Voor de structurele financiering hiervan geldt eveneens dat deze plaats zal moeten vinden via de integrale bijstelling uit de Algemene Middelen.

5 Kosten promotiecampagne De totale kosten, incl. tijdelijke ondersteuning zoals beschreven, worden begroot op ,=. Het voorstel is om deze ten laste te brengen van het Activiteitenkrediet Welzijn. Wij stellen u voor in te stemmen met de uitvoering van de reiskostenregeling zoals hierboven beschreven. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Groningen:, voorzitter., secretaris.