Reglement academie HOOFDSTUK 1: TOEPASSINGSGEBIED HOOFDSTUK 2: DEFINITIES HOOFDSTUK 3: DE COMMISSIE VAN TOEZICHT

Transcriptie

1 Reglement academie GEMEENTELIJKE ACADEMIE VOOR MUZIEK, WOORD EN DANS DORPSSTRAAT 36a, 1755 Gooik ~ Fax academie@gooik.be HOOFDSTUK 1: TOEPASSINGSGEBIED Art. 1: Dit schoolreglement is van toepassing op alle leerlingen van de academie en tevens op de ouders van de minderjarige leerlingen. Art 2: De gemeentelijke academie van Gooik en haar bijafdelingen Herne en Galmaarden heeft als doel aan jonge en aan volwassen personen kwalitatief onderwijs in muziek, woord en dans te verstrekken, overeenkomstig de internationaalrechterlijke en grondwettelijke beginselen inzake de rechten van de mens en van het kind in het bijzonder. HOOFDSTUK 2: DEFINITIES Art. 3: Voor de toepassing van dit schoolreglement wordt verstaan onder: Schoolbestuur: de inrichtende macht die verantwoordelijk is voor de scholen van de gemeente Gooik, nl. het College van Burgemeester en Schepenen en de Gemeenteraad. Directeur: de directeur van de academie. Leerling: de persoon die ingeschreven is aan de academie overeenkomstig de reglementaire toelatingsvoorwaarden. Ouders: de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige onder hun bewaring hebben. Commissie: de gemeentelijke commissie van toezicht HOOFDSTUK 3: DE COMMISSIE VAN TOEZICHT Art. 4: De gemeentelijke academie en haar bijafdelingen staat onder toezicht van een commissie, bestaande uit maximum 25 leden, waarvan 15 uit de gemeente Gooik, 5 uit de gemeente Herne en 5 uit de gemeente Galmaarden, benoemd door de gemeenteraden, de schepen van kunstonderwijs of zijn afgevaardigde van de gemeente Gooik, Herne en Galmaarden. De directeur van de academie woont de zitting bij als adviserend lid. De directeur is gemachtigd zelfstandig advies uit te brengen bij de gemeenteraden. De commissie kiest haar voorzitter voor de duur van zijn mandaat als lid van de commissie. Het ambt van lid van de commissie is onbezoldigd. De leden worden benoemd voor een termijn van 6 jaar. Het lid dat benoemd wordt in vervanging van een overleden of ontslagnemend lid, voleindigt het mandaat van dit lid. De uittredende leden zijn herkiesbaar.

2 Art. 5: Aan het mandaat wordt een einde gesteld door: a) het verstrijken van de termijn van het mandaat b) het ontslag van de betrokkene aan de voorzitter gericht c) afwezigheid, zonder verwittiging, op drie opeenvolgende vergaderingen van de commissie. Art. 6: De Commissie van Toezicht vergadert op uitnodiging van de voorzitter of op vraag van 3 van haar leden. Wanneer de commissie bijeengeroepen wordt, kan zij beraadslagen en beslissen over de punten welke op de dagorde vermeld werden, welk ook het aantal aanwezige leden moge zijn. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. Het dagelijks bestuur bestaande uit de voorzitter, de ondervoorzitter en de directeur kan vergaderen op vraag van één van haar leden. Art. 7: De directeur voert de dagelijkse briefwisseling met de inrichtende macht. De commissie geeft advies bij de benoemingen van het personeel, de oprichting van nieuwe klassen, alsook het aantal lesuren, het lessenrooster (op te stellen door de directeur) en in het algemeen betreffende al de zaken die de inrichting aanbelangen. Art. 8: De directeur en de leden van het personeel zijn gehouden zich voor deze commissie aan te melden wanneer zij hiertoe verzocht worden. Art. 9: Zo nodig biedt de commissie aan de gemeentebesturen een verslag aan betreffende de toestand van de academie en haar bijafdelingen. Het vermeldt ook de verbeteringen die aan de inrichting zouden kunnen aangebracht worden. HOOFDSTUK 4: DE DIRECTEUR Art. 10: De directeur wordt benoemd door de inrichtende macht. Hij is belast met de uitvoering van de bepalingen, reglementen en besluiten die de inrichting aanbelangen. Hij leidt het onderwijs en de studies en waakt over de tucht. Hij bewaakt de kwaliteit van de school, over alle domeinen heen. Art. 11: De directeur treedt op als tussenpersoon tussen het personeel van de inrichting en de gemeentelijke overheden. Art. 12: De directeur bepaalt het programma van de leergangen, rekening houdend met het minimumleerplan en de vooropgestelde einddoelen, vastgelegd volgens de directieven vanuit Brussel.

3 Art. 13: De directeur beslist over het aanvaarden van de leerlingen. In geval van betwisting zal de Commissie van Toezicht beslissen. De directeur verdeelt de leerlingen, volgens hun bekwaamheid over de verschillende leergangen. HOOFDSTUK 5: DE LEERKRACHTEN Art. 14: De leerkrachten worden benoemd door de inrichtende macht op voorstel van de directie, mits te voldoen aan de vereisten gesteld bij het decreet van 30 juni 1990 en 27 maart 1991 betreffende de voorwaarden waaronder de staat toelagen verleent aan de gemeentelijke academie voor muziek, woord en dans enz. Art. 15: De leerkrachten staan in voor de tucht in hun klas. Zij mogen enkel toegang verlenen tot de cursus aan de daartoe ingeschreven leerlingen. Zij zijn verantwoordelijk voor de goede gang van zaken in hun klas. Art. 16: De leerkrachten zijn gehouden, op uitnodiging van de directeur, hun medewerking te verlenen aan de herhalingen en uitvoeringen, hetzij in het openbaar, hetzij in de academie voor muziek, woord en dans. Deze medewerking behoort tot het takenpakket van de leerkracht en geeft geen recht op lesverplaatsing. Art. 17: De leerkrachten volgen het minimumprogramma van hun vak zoals het voorgeschreven werd door het decreet van 30 juni 1990, 27 maart Zij staan garant voor kwaliteitsvol onderwijs, zowel op artistiek als op pedagogisch vlak. HOOFDSTUK 6: INSCHRIJVINGEN Art. 18: De leerlingen worden ingeschreven vóór 1 oktober van het lopend schooljaar. De inschrijvingen geschieden op de dagen en uren welke jaarlijks via de bestaande infokanalen bekend gemaakt worden. Art. 19: a) Een leerling betaalt minimum het inschrijvingsgeld vastgelegd volgens de ministeriële bepalingen. Inschrijvingsgelden worden betaald per studierichting. De inschrijving van een leerling is slechts definitief na het betalen van het wettelijk voorziene inschrijvingsgeld. De leerling die voor dezelfde studierichting in meerdere academies is ingeschreven betaalt geen inschrijvingsgeld indien hij kan bewijzen dat hij in een andere instelling reeds betaald heeft. b) Een leerling die gebruik kan maken van een verminderd tarief moet het vereiste attest voorleggen. c) Een leerling die onder de sociale correcties valt, legt eveneens de bewijsstukken voor. d) In geval van moeilijkheden tot betaling moet de leerling zich wenden tot de directie. e) Een leerling kan worden geweigerd indien hij het gevraagde inschrijvingsgeld, inclusief de eventuele bijdrage, niet betaalt.

4 HOOFDSTUK 7: VRIJSTELLINGEN Art. 20: Iedere leerling volgt alle vakken van een gekozen optie. Een leerling kan een vrijstelling bekomen voor die vakken die reeds met vrucht werden gevolgd op een gelijkwaardig of hoger niveau van het voltijds secundair onderwijs, van het deeltijds secundair onderwijs of van het kunstonderwijs met beperkt leerplan. De directeur kan -in samenspraak met de betrokken leerkrachten- vrijstelling verlenen voor een vak om pedagogische redenen. Die vrijstelling wordt gestaafd met een attest. In geval van twijfel wordt het advies van de inspectie gevraagd en kan de leerling een toelatingsperiode worden opgelegd. Vrijstellingen op basis van een buitenlands diploma moeten altijd worden aangevraagd bij de gemeenschapsinspectie van onderwijs. Niet- Nederlandse diploma s moeten worden vertaald. Art. 21: Een verkregen vrijstelling geldt voor de ganse duur van de opleiding indien ze werd verleend op basis van reeds gevolgde gelijkwaardige of hogere studies. In andere gevallen kan de vrijstelling voor één schooljaar gelden. Leerlingen die overzitten worden vrijgesteld voor het vak of de vakken waarvoor zij reeds slaagden, indien zij van het betrokken leerjaar de proeven van alle vakken hebben afgelegd. HOOFDSTUK 8: AANWEZIGHEDEN Art. 22: De leerlingen zijn verplicht de lessen regelmatig te volgen, behoudens in geval van ziekte of overmacht. Iedere afwezigheid moet gewettigd of gerechtvaardigd zijn. Ongewettigde afwezigheden kunnen aanleiding geven tot één van de sancties vermeld in hoofdstuk 10. Art. 23: Behalve indien een leerling gewettigd afwezig is, neemt hij vanaf 1 september tot en met 30 juni deel aan alle lessen en activiteiten van het leerjaar waarin hij is ingeschreven. Indien de ongewettigde afwezigheden meer dan 1/3 van de lessen bedragen, kan men niet deelnemen aan de proeven. Art. 24: Indien een leerling tijdens de proeven afwezig is wegens ziekte, verwittigt hij onmiddellijk het secretariaat en moet hij steeds een medisch attest inleveren. Art. 25: De leerlingen moeten de begin- en einduren van de lessen respecteren. Dit houdt in dat minderjarige leerlingen de academie niet kunnen verlaten tijdens onvoorziene lesonderbrekingen. In uitzonderlijke gevallen kan een leerling die daarvoor een gewettigde reden heeft, de school voor de einduren verlaten. Dit kan enkel na toestemming van de directeur. Art. 26: Indien de les niet doorgaat ten gevolge van overmacht of een andere reden worden in volgorde de volgende maatregelen genomen: - De ouders of meerderjarige leerlingen worden onverwijld en voorafgaandelijk verwittigd indien mogelijk

5 - De afwezigheid wordt ad valvas gemeld - Opvang wordt voorzien indien geen van de voorgaande maatregelen mogelijk is HOOFDSTUK 9: LESVERPLAATSINGEN Art. 27: Alle leerlingen hebben recht op alle lessen van hun studierichting en optie. Art. 28: Enkel de directeur kan lesverplaatsingen toestaan, rekening houdend met de bepalingen van het reglement van de lesverplaatsingen: - Een lesverplaatsing is elke les die verplaatst wordt binnen het door de school vastgelegde uurrooster - Een lesverplaatsing kan alleen worden toegestaan omwille van actieve deelname aan artistieke activiteiten (repetities, uitvoeringen, opnames, vernissages, deelname aan examencommissies van DKO-instellingen, ) - Lessen kunnen niet worden verplaatst naar een vakantiedag of wettelijke feestdag. - Het contingent van het toegelaten aantal te verplaatsen lessen is bepaald op 6 % van de opdracht, zijnde: aantal uren/week x 40 weken x 6 %. - Lesverplaatsingen die de continuïteit van het onderwijs in het gedrang brengen worden niet toegestaan. Bij langdurige en regelmatig terugkerende lesverplaatsingen moet gebruik worden gemaakt van een reglementair voorzien verlofstelsel. - Een lesverplaatsing wordt ten laatste 14 kalenderdagen voor de te verplaatsen les aan de directeur aangevraagd via het daartoe bestemde formulier, gestaafd met de nodige bewijsstukken. - In bijzondere en uitzonderlijke gevallen kan afgeweken worden van de normale aanvraagprocedure. Art. 29: De leerlingen en/of de ouders worden schriftelijk van elke lesverplaatsing op de hoogte gebracht. HOOFDSTUK 10: ORDE EN TUCHT Art. 30: Een tuchtmaatregel kan worden genomen indien het gedrag van de leerling: - Het ordentelijk verstrekken van opvoeding en onderwijs in gevaar brengt - De verwezenlijking van het artistiek pedagogisch project van de school in het gedrang brengt - De veiligheid of wettelijk strafbare feiten uitmaakt - De naam van de instelling of de waardigheid van het personeel aantast - De instelling materiële schade toebrengt De volgende straffen kunnen aan de leerlingen opgesteld worden: 1. de verwittiging, door de directeur. 2. de verwittiging te zenden aan de ouders, door de directeur. 3. de uitsluiting van een les, door de directeur. 4. de wegzending voor 14 dagen, door de directeur die hiervan onmiddellijk kennis geeft aan het dagelijks bestuur. 5. de definitieve uitsluiting, door de commissie, op voorstel van de directeur.

6 Art. 31: De leerlingen laten het leslokaal en de sanitaire voorziening bij het einde van de les in ordelijke staat achter. De leerling is verantwoordelijk voor de schade die hij toebrengt aan: - Lokalen, meubilair en materiaal van de instelling - Materiaal of werken van andere leerlingen - Huurinstrumenten die eigendom zijn van de academie Dit houdt in dat de schade op zijn kosten moet worden hersteld. Art. 32: Er geldt een algemeen alcohol- en rookverbod in de academie en haar bijafdelingen. HOOFDSTUK 11: EVALUATIES Art. 33: Tijdens het schooljaar wordt tweemaal een schriftelijke evaluatie van elke leerling gemaakt aan de hand van een evaluatiefiche. Art. 34: Examens worden tussen 15 mei en 30 juni georganiseerd overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen. De leerlingen zijn verplicht deel te nemen aan de proeven ingericht aan het einde van het leerjaar waarvoor zij zijn ingeschreven. Overgangsproeven worden georganiseerd aan het einde van een leerjaar. De eindproeven, die openbare examens zijn, worden georganiseerd in het laatste jaar van de lagere, middelbare en hogere graad. Van 15 augustus tot 15 september kunnen proeven worden georganiseerd voor leerlingen die om een gewettigde reden niet in staat waren deel te nemen aan het eerste examen. Wie meer dan 1/3 van de lessen niet heeft bijgewoond zonder gewettigde afwezigheid wordt niet toegelaten tot de proeven en is derhalve niet geslaagd. De leerling die bij de beoordeling voor elk vak ten minste 60% van de punten heeft behaald, beëindigt zijn leerjaar met vrucht. Elke leerling bekomt op het einde van het schooljaar een attest of een getuigschrift op basis van de behaalde resultaten. Art. 35: De leden van de examenjury worden aangesteld door de directeur. De jury wordt ambtshalve voorgezeten door de directeur of een plaatsvervanger door hemzelf aangeduid. Art. 36: De beslissingen van de jury worden getroffen met volstrekte meerderheid der stemmen van de aanwezige leden. In geval van staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. Art. 37: Van de beraadslagingen van de jury wordt een proces-verbaal opgesteld en ondertekend door alle aanwezige leden.

7 Art. 38: De directeur zorgt voor de inrichting van culturele manifestaties voorgeschreven door het decreet van 30 juni 1990 en 27 maart HOOFDSTUK 12: DE LEERLINGEN Art. 39: De leerlingen worden schriftelijk uitgenodigd hun medewerking te verlenen aan openbare voorstellingen, tentoonstellingen of aan andere kunstmanifestaties die door de academie worden ingericht. Participerende leerlingen vallen volledig onder de schoolverzekering. Art. 40: Binnen de voorwaarden vastgelegd in de infobrochure kunnen aan de leerlingen instrumenten in bruikleen worden gegeven, alsook werken ter beschikking gesteld worden in de bibliotheek. Art. 41: Op vastgelegde tijdstippen wordt er in de academie en haar bijafdelingen toezicht voorzien. Dit houdt in dat er bij de collectieve cursussen van de lagere graad 10 minuten voor en na de les toezicht plaatsvindt. Art. 42: Afbeeldingen van leerlingen kunnen worden gepubliceerd. Bij de inschrijving wordt hiervoor toestemming gevraagd. Ook gegevens kunnen worden doorgegeven aan muziekverenigingen uit de streek. Indien dit niet gewenst is, kan dit gemeld worden. HOOFDSTUK 13: ALGEMENE BEPALINGEN BETREFFENDE HET PERSONEEL Art. 43: Alle teksten, met inbegrip van affiches, die het personeel in de academie wenst te verspreiden, moeten vooraf ter goedkeuring aan de directeur worden voorgelegd. Dit wordt bij gunstig gevolg bewaard in de uitgaande post. Art 44: Op gans het personeel van de academie kunnen de wettelijke voorziene tuchtstraffen toegepast worden; de schorsing zonder of met inhouding van wedde en de afzetting worden uitgesproken door de gemeenteraad van Gooik, de waarschuwing en de berisping door de directeur, mits bekrachtiging vanwege de commissie. HOOFDSTUK 14: DE SCHOOLADMINISTRATIE Art. 45: Aan elk lid van het personeel zal een exemplaar van onderhavig reglement bezorgd worden. Elk lid zal bovendien een schriftelijke verklaring ondertekenen waarbij het bevestigt kennis te hebben genomen van dit reglement. Art. 46: Dit organiek reglement wordt van kracht onmiddellijk na de goedkeuring door de bevoegde leden.

8 Goedgekeurd door de Commissie van Toezicht in zitting van 15/06/2016: De directeur, Sarah Copriau De voorzitter, Stéphane Seghers Kennisname door het College van Burgemeester en Schepen van Gooik op 13/06/2016: De secretaris, Eric Van Snick Schepen van onderwijs, Inge Jacobs De burgemeester, Michel Doomst Gezien en goedgekeurd door de gemeenteraad van Gooik in zitting van 28/06/2016: Namens de raad, De secretaris, Eric Van Snick De burgemeester, Michel Doomst