Banen en economische waarde van 16% duurzame energie in 2020 in Nederland
|
|
- Erika Molenaar
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Banen en economische waarde van 16% duurzame energie in 2020 in Nederland Eindrapport Opdrachtgever: Wereld Natuur Fonds Rotterdam, 11 februari 2013
2
3 Banen en economische waarde van 16% duurzame energie in Nederland in 2020 Eindrapport Opdrachtgever: Wereld Natuur Fonds Michel Briene Rotterdam, 11 februari 2013
4 Over Ecorys Met ons werk willen we een zinvolle bijdrage leveren aan maatschappelijke thema s. Wij bieden wereldwijd onderzoek, advies en projectmanagement en zijn gespecialiseerd in economische, maatschappelijke en ruimtelijke ontwikkeling. We richten ons met name op complexe markt-, beleids- en managementvraagstukken en bieden opdrachtgevers in de publieke, private en not-forprofit sectoren een uniek perspectief en hoogwaardige oplossingen. We zijn trots op onze 80-jarige bedrijfsgeschiedenis. Onze belangrijkste werkgebieden zijn: economie en concurrentiekracht; regio s, steden en vastgoed; energie en water; transport en mobiliteit; sociaal beleid, bestuur, onderwijs, en gezondheidszorg. Wij hechten grote waarde aan onze onafhankelijkheid, integriteit en samenwerkingspartners. Ecorys-medewerkers zijn betrokken experts met ruime ervaring in de academische wereld en adviespraktijk, die hun kennis en best practices binnen het bedrijf en met internationale samenwerkingspartners delen. Ecorys Nederland voert een actief MVO-beleid en heeft een ISO14001-certificaat, de internationale standaard voor milieumanagementsystemen. Onze doelen op het gebied van duurzame bedrijfsvoering zijn vertaald in ons bedrijfsbeleid en in praktische maatregelen gericht op mensen, milieu en opbrengst. Zo gebruiken we 100% groene stroom, kopen we onze CO2-uitstoot af, stimuleren we het OV-gebruik onder onze medewerkers, en printen we onze documenten op FSCof PEFC-gecertificeerd papier. Door deze acties is onze CO2-voetafdruk sinds 2007 met ca. 80% afgenomen. ECORYS Nederland BV Watermanweg GG Rotterdam Postbus AD Rotterdam Nederland T F E netherlands@ecorys.com K.v.K. nr W 2 II
5 Inhoudsopgave Samenvatting 7 1 Inleiding Aanleiding en doel Werkwijze en inkadering Leeswijzer 10 2 De markt voor duurzame energie Marktafbakening Huidig gebruik duurzame energie Scenario voor toekomstig gebruik 12 3 Huidige economische waarde clean tech sector Beschikbare bronnen Huidige werkgelegenheid clean tech sector in Nederland Productiewaarde en toegevoegde waarde 16 4 Economisch waarde clean tech sector bij 16% duurzame energie in Inleiding Deelelementen toekomstig verdienpotentieel Toename export kansen Verhoging binnenlandse afzet Effecten van energiebesparende maatregelen Totaal beeld verdienpotentieel 20 Geraadpleegde bronnen 23 Begrippenlijst 25 Bijlagen 28 Bijlage 1 Achtergrondtabellen 29 3
6
7 5
8
9 Samenvatting 1 Aanleiding en doel 16% duurzame energie in 2020 Het Kabinet Rutte-II heeft als doelstelling om in % duurzame energie te realiseren. Dat betekent een verviervoudiging van het huidige aandeel duurzame energie en vergt derhalve een forse extra inspanning. In het voorliggende onderzoek wordt gekwantificeerd hoeveel banen en economische waarde deze ontwikkelingen kunnen toevoegen aan de Nederlandse economie, in de context van een wereldwijde groei van duurzame energie. Dit zijn banen in de toeleverende industrie en in de installatie sector. Dit noemen we het verdienpotentieel van de cleantech sector. 2 Ontwikkeling in het gebruik van duurzame energie Nederland gebruikt veel energie Zowel huishoudens als bedrijven in Nederland staan bovenaan qua energiegebruik in Noordwest Europa. Dat heeft in relatie tot het bedrijfsleven onder andere te maken met de aard van de sectorstructuur. Vrijwel alle energie die in Nederland wordt gebruikt is afkomstig van de energiebronnen gas, kolen, olie en uranium. Vanwege het aanwezige aardgas kan Nederland voor een aanzienlijk deel in de eigen energiebehoefte voldoen. Het aandeel van hernieuwbare energie bedroeg in 2010 circa 3,7%. Baseline scenario PBL: aandeel hernieuwbare energie neemt in 2010 toe naar 8% Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) verwacht dat het aandeel hernieuwbare energie bij uitvoering van het vastgestelde beleid zal toenemen naar ruim 8% in Omdat er sprake is van allerlei onzekerheden, hanteert het PBL hierbij overigens ook een bandbreedte van 7 tot 10%. Een belangrijke bijdrage aan de verwachte toename van het aandeel hernieuwbare energie in Nederland levert windenergie (op zowel land als zee) en het gebruik van biogassen en biobrandstoffen. Scenario: aandeel hernieuwbare energie naar 16% in 2020 Het Kabinet Rutte-II heeft als doelstelling om in % duurzame energie te realiseren. Dat doel is gedefinieerd als de hoeveelheid in Nederland opgewekte duurzame energie, afgezet tegen de finale Nederlandse energievraag (ook wel eindverbruik genoemd). Om het aandeel van 16% te behalen is in dit rapport een scenario gedefinieerd dat in lijn is met het wereldwijde Ecofys scenario uit het Energy Report van het WNF. Dat scenario kenmerkt zich door een sterke toename van energiebesparing, zon- en windenergie, aangevuld met duurzame bioenergie. Naast een uitbreiding van de binnenlandse markt voor hernieuwbare energie wordt tegelijkertijd ook uitgegaan van een wereldwijde groei van de markt met zo n 5 à 10% per jaar. Bedrijven of onderdelen van bedrijven in de clean tech sector die zijn georiënteerd op de export zullen hiervan kunnen profiteren. 7
10 3 Verdienpotentieel 16% duurzame energie Verviervoudiging van de sector mogelijk Als stevig wordt ingezet op een vergroting van het aandeel hernieuwbare energie kan de sector eveneens fors in omvang toenemen. In het scenario waarbij het aandeel hernieuwbare energie toeneemt van 4% naar 16% in de periode , ontstaan circa nieuwe banen in de clean tech sector. De waarde die de sector toevoegt aan de Nederlandse economie stijgt van 1,2 miljard naar 5,2 miljard. Aanvullende werkgelegenheid vanwege uitvoering energiebesparende maatregelen Hier bovenop komen nog de effecten vanwege de realisatie van aanvullende energiebesparende maatregelen. Een toename van het nationale energiebesparingstempo van circa 1,2% per jaar naar 2% per jaar kan gemiddeld (bruto) banen per jaar creëren gedurende de periode dat de aanvullende maatregelen worden gerealiseerd. De hiermee samenhangende (directe) toegevoegde waarde bedraagt gedurende de uitvoeringsperiode circa 1 miljard per jaar. Vraaguitval in andere sectoren De ontwikkelingen die hier zijn doorgerekend, waaronder de uitvoering van de energiebesparende maatregelen, kunnen leiden tot vraaguitval in de energiesector. In de ramingen zijn deze substitutie-effecten niet meegenomen. Het gaat derhalve om bruto-effecten. 8
11 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel Achtergrond In het, in opdracht van het Wereld Natuur Fonds (WNF) opgestelde rapport Clean Economy, Living Planet: the Race tot the Top of Global Energy Technology Manufacturing (Roland Berger, 2012) wordt het economisch belang van de cleantech sector voor 25 landen, waaronder Nederland, in beeld gebracht. Het rapport is inmiddels voor de derde maal verschenen waardoor niet alleen een moment opname wordt gegeven, maar ook ontwikkelingen in de afgelopen jaren inzichtelijk worden gemaakt. Om ook een doorkijk te geven naar de nabije toekomst, wil WNF voor Nederland ook het verdienpotentieel van de sector op de langere termijn inzichtelijk maken, uitgaande van een scenario waarin een aandeel van 16% duurzame energie in 2020 wordt bereikt. Op verzoek van WNF heeft Ecorys dit verdienpotentieel in beeld gebracht. Vraagstelling Concrete onderzoeksvraag hierbij luidt: Wat is het verdienpotentieel in 2020 van de Nederlandse cleantech bedrijven die duurzame energie technologieën maken en installeren, uitgaande van gedefinieerde scenariocondities? In deze rapportage wordt de uitkomsten van de uitgevoerde analyse gepresenteerd. 1.2 Werkwijze en inkadering Scenario De toekomstige vraag naar clean tech is van heel veel factoren afhankelijk en laat zich moeilijk op voorhand voorspellen. Om die reden gaan we voor de raming van het toekomstige verdienpotentieel uit van een mogelijk scenario. Uitgangspunt voor dit scenario is de doelstelling van het kabinet Rutte-II om in 2020 een aandeel van 16% duurzame energie te behalen. Dat aandeel is gedefinieerd als de hoeveelheid in Nederland opgewekte duurzame energie afgezet tegen de finale Nederlandse energievraag. Die 16% is fors meer dan het huidige aandeel en vergt derhalve een forse extra inspanning, die in dit rapport nader is gedefinieerd. In hoofdstuk 2 wordt dit verder uitgewerkt. Afbakening van de sector Clean tech is in dit rapport de afkorting van clean energy technologies. Het gaat hierbij om een brede verzameling van producten, diensten en processen op basis van technologieën die het gebruik van onze natuurlijke hulpbronnen optimaliseren en de milieu-impact minimaliseren. Omdat dergelijke producten, diensten en processen op veel plekken bij uiteenlopende bedrijven te vinden zijn, is het lastig om een eenduidige definitie van de sector te geven. Er zijn bovendien bedrijven die zich uitsluitend met clean tech bezig houden (dit zijn de gespecialiseerde bedrijven), maar er zijn ook veel bedrijven waarbij clean tech een van elementen is in een breder pakket van geproduceerde producten en diensten. 9
12 Informatieverzameling Vanwege het brede pakket aan goederen en diensten op het gebied van clean tech, vallen bedrijven uit de sector niet onder een SBI code 1, maar is de sector verspreid over verschillende SBI codes. Om die reden is de sector niet één op één in de reguliere statistieken terug te vinden en is de omvang van de sector derhalve lastig intrinsiek in te schatten. Wel zijn er in de afgelopen tijd verschillende studies uitgevoerd om de sector nader in beeld te brengen. Op basis van deze studies gaan we in hoofdstuk 3 nader in op de huidige omvang van de sector. Inkadering Voor een goed begrip van de uitkomsten moet worden bedacht dat het gaat om een indicatieve scenario benadering. Er is geen eenduidige definitie van de sector en er zijn weinig empirische gegevens beschikbaar. 1.3 Leeswijzer In hoofdstuk 2 gaan wij nader in op de markt voor duurzame energie. Uitgaande van de gekozen markt afbakening, wordt vervolgens gekeken naar het huidige gebruik van duurzame energie en het aandeel van duurzame energie in het totale energieverbruik. Aan de hand van een scenario wordt vervolgens gekeken naar de ontwikkeling van het gebruik van duurzame energie in de periode Hoofdstuk 3 geeft een overzicht van de huidige omvang van de clean tech sector in Nederland in termen van productiewaarde, werkgelegenheid en toegevoegde waarde. Aan de hand van het gepresenteerde scenario in hoofdstuk 2 wordt vervolgens in hoofdstuk 4 ingegaan op het te verwachten toekomstige verdienpotentieel van de sector. In de bijlagen zijn nadere detailleringen opgenomen. Het rapport wordt voorafgegaan door een beknopte samenvatting. 1 SBI staat voor Standaard Bedrijfsindeling en is opgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het CBS gebruikt de SBI-codes om bedrijven in te delen naar hoofdactiviteiten 10
13 2 De markt voor duurzame energie 2.1 Marktafbakening Duurzame energie is energie waarover we voor onbeperkte tijd kunnen beschikken en waarbij het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld. Duurzame energie of beter de zuivere hernieuwbare energie wordt dus uiteindelijk niet opgewekt door of samen met fossiele brandstoffen of scheikundige mineralen die allen eindig zijn. We gaan er dus vanuit dat de zon, water en lucht oneindige bronnen zijn. In dit hoofdstuk kijken we naar het huidige aandeel van hernieuwbare energie en het aandeel van de verschillende technologieën voor de opwekking van hernieuwbare energie. Vervolgens worden twee scenario s gepresenteerd voor het toekomstig gebruik van hernieuwbare energie. Deze scenario s vormen het uitgangspunt voor de ramingen van het toekomstige verdienpotentieel van de clean tech sector. 2.2 Huidig gebruik duurzame energie Nederland gebruikt veel energie. Zowel huishoudens als bedrijven staan bovenaan qua gebruik in Noordwest Europa. Dat heeft in relatie tot het bedrijfsleven onder andere te maken met de aard van de sectorstructuur. Vrijwel alle energie die in Nederland wordt gebruikt is afkomstig van de energiebronnen gas, kolen, olie en uranium. Vanwege de aanwezigheid van de aardgasvelden aan landzijde en op de Noordzee, kan Nederland voor een aanzienlijk deel in de eigen energiebehoefte voldoen. Het aandeel van hernieuwbare energie bedroeg in 2010 circa 3,7%. Onderstaande tabel geeft de verdeling weer van de hernieuwbare energie uitgesplitst naar technologie. Tabel 2.1 Energetisch eindverbruik hernieuwbare energie (2010) uitgesplitst naar technologie (Pj) Energetisch eindverbruik (Pj) Wind op land 13,0 Wind op zee 2,8 Zon PV 0,2 Meestook kolencentrales 13,0 Zonnewarmte 1,0 Geothermie 0,3 Bodemwarmte 2,1 Buitenluchtwarmte 1,9 AVI 11,0 Vergisting 8,6 Overige biomassa verbranding 6,4 Houtkachels- en ketels en ketels op 15,3 biogas Biobrandstoffen transport 9,6 Totaal hernieuwbaar 86,0 Overig 2218,0 Totaal energetisch eindverbruik 2304,0 Aandeel hernieuwbaar 3,7% Bron: Planbureau voor de Leefomgeving & ECN (2012) 11
14 2.3 Scenario voor toekomstig gebruik Baseline scenario PBL: aandeel hernieuwbare energie neemt in 2010 toe naar 8% Het PBL verwacht dat het aandeel hernieuwbare energie bij uitvoering van het vastgestelde beleid zal toenemen van bijna 4% in 2010 naar ruim 8% in Omdat er sprake is van allerlei onzekerheden hanteert het PBL hierbij overigens ook een bandbreedte van 7 tot 10% (Planbureau voor de Leefomgeving & ECN 2012). Een belangrijke bijdrage aan de verwachte toename van het aandeel hernieuwbare energie in Nederland levert windenergie (op zowel land als zee) en het gebruik van biogassen en biobrandstoffen. In deze studie gebruiken we het PBL scenario als referentiescenario. 16% hernieuwbare energie in 2020 De wereldwijde visie van het Wereld Natuur Fonds is een 100% duurzame energievoorziening in Het Energy Report (WWF/Ecofys, 2011) laat zien dat dat mogelijk is door sterk te besparen op de vraag naar energie en de resterende energiebehoefte in 2050 (vrijwel) volledig te dekken uit hernieuwbare energie (figuur 2.1). Figuur 2.1 Mondiale energie ontwikkeling in het Ecofys Energy Scenario Bron: WWF/ Ecofys (2011) Voor Nederland is de (Europees) wettelijk verplichte beleidsdoelstelling om in 2020 een aandeel van 14% duurzame energie te behalen. Dat aandeel is gedefinieerd als de hoeveelheid in Nederland opgewekte duurzame energie afgezet tegen de finale Nederlandse energievraag (ook wel eindverbruik genoemd). Het kabinet Rutte-II heeft deze doelstelling aangescherpt naar 16% duurzame energie in Het scenario om naar 16% duurzame energie te groeien wordt hierna gedefinieerd. Scenario voor de periode Om het aandeel van 16% te behalen is een voorkeursscenario gedefinieerd dat in lijn is met het wereldwijde Energy Report scenario van het WNF (tabel 2.2). Dat scenario kenmerkt zich door een sterke toename van energiebesparing, zon en windenergie, aangevuld met duurzame bioenergie. Ten opzichte van het basispad nemen met name energiebesparing (van 1% per jaar naar 2% per jaar), zon-pv (naar MWp in 2020) en windenergie sterk toe (6.000 MW op land,
15 MW op zee). Bio-energie, betrokken uit duurzame bronnen, in de transportsector neemt niet toe boven het wettelijk bijmeng percentage van 10% dat is opgenomen in het baseline scenario. De bijstook van duurzame biomassa in kolencentrales is op 13% verondersteld. In het scenario wordt ervan uitgegaan dat niet alleen de binnenlandse markt voor hernieuwbare energie fors aantrekt, maar dat tegelijkertijd ook sprake zal zijn van een wereldwijde groei van de markt met zo n 5 à 10% per jaar. (Roland Berger, 2012 groeiverwachting t/m 2015 in toegevoegde waarde). Bedrijven of onderdelen van bedrijven in de clean tech sector die zijn georiënteerd op de export zullen hiervan kunnen profiteren. Tabel 2.2 Scenario s energetisch eindverbruik hernieuwbare energie in 2010 en 2020 uitgesplitst naar technologie (Pj en aandeel). Energetisch eindverbruik in Scenario A: Baseline Scenario B: 16% scenario 1) 2010 (Pj) scenario PBL (vastgesteld beleid) Wind op land 13,0 28,0 51,8 Wind op zee 2,8 21,0 72,0 Zon PV 0,2 4,7 24,5 Meestook kolencentrales 13,0 0,0 25,2 Zonnewarmte 1,0 1,3 7,3 Geothermie 0,3 7,2 21 Bodemwarmte 2,1 6,1 6,1 Buitenluchtwarmte 1,9 8,1 8,1 AVI 11,0 12,0 12,0 Vergisting 8,6 15,0 15,0 Overige biomassa verbranding 6,4 14,0 14,0 Houtkachels- en ketels en ketels op 15,3 32,0 32,0 biogas Biobrandstoffen transport 9,6 37,0 37,0 Totaal hernieuwbaar 86,0 186,4 326,2 Overig 2218,0 2020,6 1732,2 Totaal energetisch eindverbruik 2304,0 2207,0 2040,0 Aandeel hernieuwbaar 3,7% 8,4% 16,0% Bron: Planbureau voor de Leefomgeving & ECN (2012) 1) Gebaseerd op Ecofys (2012) en Eneco (2012). Eindverbruik is berekend o.b.v. 2% energiebesparing/jr. Het aandeel bijstook is op 13% gehouden, bij een verondersteld kolen vermogen van 55 TWh, als sluitpost om tot 16% duurzame energie in 2020 te komen. 13
16 Figuur 2.2 Het scenario voor 16% duurzame energie in % 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% Overige biomassa Bij- en meestoken biomassa in centrales Windenergie Biobrandstoffen voor wegverkeer Overige zon, bodem, water Zon-PV 14
17 3 Huidige economische waarde clean tech sector 3.1 Beschikbare bronnen De clean tech sector omvat een palet aan technologieën, van energiebesparing, zon-, wind, bioenergie tot elektrisch vervoer. De bedrijven die actief zijn binnen de sector behoren vooral tot het midden- en kleinbedrijf. Omdat de bedrijven uit de clean tech sector niet onder een SBI code vallen, maar zijn verspreid over verschillende SBI classificaties, is de omvang van de sector intrinsiek moeilijk te schatten. Wel zijn er her en der studies verricht om een inschatting te kunnen maken van de omvang van de sector. In het al eerder gememoreerde rapport van Roland Berger (2012) wordt de omvang van de sector voor een 25-tal landen in beeld gebracht op basis van de toegevoegde waarde (grofweg de omzet minus de waarde van de ingekochte goederen en diensten). Door Ecorys is in 2010 in opdracht van het Ministerie van EL&I een studie verricht naar de mogelijkheden voor versterking van de Nederlandse Duurzame Energiesector. Als onderdeel van deze studie is een inschatting gemaakt van het aantal banen binnen de sector. Deze cijfers zijn vervolgens gebruikt door het CBS als vertrekpunt voor de Economische radar duurzame energiesector die voor het eerst in 2011 is verschenen en vervolgens in 2012 is herhaald. 3.2 Huidige werkgelegenheid clean tech sector in Nederland Uitgaande van de studie Economische radar duurzame energiesector 2012 van het CBS was de clean tech sector in 2009 goed voor circa fte s aan werkgelegenheid. Ongeveer de helft van deze werkgelegenheid wordt gerealiseerd bij gespecialiseerde bedrijven die (vrijwel) uitsluitend gericht zijn op vernieuwbare energie. De andere helft van de werkgelegenheid heeft betrekking op niet-gespecialiseerde bedrijven die slechts voor een deel van hun omzet afhankelijk zijn van activiteiten op het gebied van duurzame energie. Denk in dit geval bijvoorbeeld aan installatiebedrijven die zonnepanelen installeren of bouwbedrijven die de fundering van een windmolen realiseren. De onderscheiden bedrijven in de clean tech sector zijn voor het overgrote deel actief in de preexploitatiefase. Het gaat hierbij om bedrijven die actief zijn in de waardeketens voorafgaand aan de exploitatiefase, zoals de productie van hernieuwbare energiesystemen, R&D gericht op duurzame energietechnologieën, transport van windmolens of handel in biomassa. Ook bedrijven en instellingen die zich bezig houden met energiebesparing worden hierbij meegenomen (CBS 2012, p. 7). De bovengenoemde schatting van fte s is exclusief de installatie van energiebesparende maatregelen in de gebouwde omgebouwde, zoals isolatie. Ecorys (2010) schat het aantal banen als gevolg van de installatie van energiebesparingsmaatregelen op à banen. Dit betreft banen in de bouwnijverheid, maar ook banen bij allerlei toeleverende bedrijven. 15
18 Tabel 3.1 Werkgelegenheid in de pre-exploitatiefase van cleantech sector ( FTE s, vast en inhuur tijdelijk) Subsectoren Werkgelegenheid Gespecialiseerd Niet Totaal gespecialiseerd Zon-PV Zon-CSP Zonthermisch Biogas Biomassa (vast&afval) Biobrandstoffen Bioraffinage Wind op land Wind op zee Warmte en geothermie Energie uit water (incl. waterkracht) Energiebesparing Elektrisch vervoer Smart grids Waterstoftechnologie CO2 afvang en opslag (CCS) Totaal Bron: CBS (2012) 3.3 Productiewaarde en toegevoegde waarde Uitgedrukt in productiewaarde is de clean tech sector in 2009 (uitgaande van CBS gegevens) goed voor een omzet van in totaal bijna 3,9 miljard. De toegevoegde waarde (grofweg de omzet minus de waarde van de ingekochte goederen en diensten) die door de sector wordt gegenereerd bedraagt in datzelfde jaar ruim 1,1 miljard. Deze waarde komt goed overeen met de schattingen van Roland Berger over de omvang van de sector in Nederland in termen van value added Voor 2011 is deze waarde geraamd op 1,2 miljard (Roland Berger 2012). Deze cijfers zijn exclusief de omzet en toegevoegde waarde die wordt gecreëerd als gevolg van de het uitvoeren van energiebesparingsmaatregelen. 16
19 4 Economisch waarde clean tech sector bij 16% duurzame energie in Inleiding In dit hoofdstuk gaan we nader in op het verdienpotentieel van de clean tech sector in Nederland in termen van productiewaarde, werkgelegenheid en toegevoegde waarde. Uitgangspunt voor het bepalen van het toekomstige verdienpotentieel is het in hoofdstuk 2 gepresenteerde scenario in combinatie met de huidige omvang van de sector. 4.2 Deelelementen toekomstig verdienpotentieel Naar verwachting neemt het aandeel hernieuwbare energie in het totale energieverbruik in de toekomst sterk toe. Uitgaande van het referentiescenario van PBL verdubbelt het aandeel van bijna 4% in 2010 naar ruim 8% in Het bereiken van de 16% doestelling in 2020 betekent nogmaals een verdubbeling (zie ook hoofdstuk 2). Met de sterke toename van het aandeel hernieuwbare energie neemt het verdienpotentieel eveneens fors toe. Deze toename valt uiteen in een aantal verschillende deelelementen. Relevant zijn: a) Een toename van de export kansen voor die bedrijven die zich (voor een deel) richten op buitenlandse afzetmarkten vanwege de veronderstelde wereldwijde groei van de markt met zo n 5 à 10% per jaar. b) Groei van de binnenlandse afzetmarkt vanwege een toename van het aandeel van hernieuwbare energie. c) Substitutie-effecten als gevolg van een verhoogde inzet op energiebesparing. In dat geval daalt de omzet van de energiesector, maar profiteren die bedrijven die zich richten op de uitvoering van energiebesparende maatregelen. Denk in dit geval bijvoorbeeld aan extra werkgelegenheid en omzet voor de bouwnijverheid vanwege de uitvoering van energiebesparende maatregelen zoals woningisolatie. 4.3 Toename export kansen De clean tech sector in Nederland is vooral op de binnenlandse markt gericht. Slechts een beperkt deel van de omzet wordt via export naar het buitenland gerealiseerd. Subsectoren met een relatief groot aandeel export in de totale omzet zijn zon-pv, biomassa, biobrandstoffen en wind op zee. Om het effect van een toename van de wereldwijde groei van de markt te bepalen is (indicatief) aangenomen dat de bedrijven in de betreffende subsectoren hun huidige exportpositie ook op termijn weten te behouden en de exportwaarde toeneemt naar rato van de veronderstelde wereldwijde groei van de markt in de periode Dit betekent grofweg een verdubbeling van de omzetwaarde (in 2009 circa 765 miljoen). Uitgedrukt in werkgelegenheid zijn circa fte s van de gespecialiseerde clean tech bedrijven (uitgaande van de CBS afbakening) toe te schrijven aan de export. Vanwege de veronderstelde ruimere exportmogelijkheden zal de werkgelegenheid in de periode toenemen met circa fte s. Gemakshalve is aangenomen dat de onderscheiden scenario s op dit punt niet wezenlijk verschillen. 17
20 4.4 Verhoging binnenlandse afzet Met de sterke toename van het aandeel hernieuwbare energie nemen ook de binnenlandse afzetmogelijkheden van de clean tech sector toe. Om de effecten van de toegenomen afzetmogelijkheden te kunnen bepalen, is voor de meeste sub sectoren uitgegaan van het huidige en het toekomstige energetische eindverbruik voor de betreffende subsector. De toename van de werkgelegenheid, omzet en toegevoegde waarde is vervolgens geraamd op basis van het aandeel van de binnenlandse afzet in de totale omzet en de veronderstelde toename van het energetisch eindverbruik. Mede vanwege de sterke toename van het productievolume en binnenlandse afzet, zal ook sprake zijn van een verhoogde productiviteitsgroei in de betreffende subsectoren. Een toename van de vraag betekent immers een toename van het productievolume, waardoor verdere schaalvoordelen en andere efficiencyverbeteringen mogelijk zijn. In de ramingen is hiermee rekening gehouden. In tegenstelling tot de andere subsectoren is bij de raming van de verdiencapaciteit van zon-pv een afwijkende methodiek gekozen. Reden hiervoor is dat deze sector in Nederland sterk op de export is gericht en bovendien sterk is gespecialiseerd in bepaalde onderdelen van de waarde keten. Een sterke toename van de binnenlandse afzet heeft dan relatief weinig invloed op dit type bedrijvigheid, maar juist wel op bedrijven die zorg dragen voor de installatie van de zonnepanelen. Om hiermee rekening te houden is gekeken naar de veronderstelde toename van het energetisch eindverbruik van deze subsector, het aantal zonnepanelen dat hiervoor moet worden geïnstalleerd en de daarvan af te leiden installatiekosten. Op basis van deze installatiekosten is vervolgens een doorvertaling gemaakt naar een te verwachte toename van de werkgelegenheid bij bedrijven die de zonnepanelen installeren. In onderstaande tabel is het resultaat van de ramingen opgenomen. Naast het effect van een verhoging van de binnenlandse afzet is ook de toename van de werkgelegenheid vanwege een toename van de export in de tabel verwerkt. De tabel laat zien dat de clean tech sector, uitgaande van de CBS definitie, kan groeien naar maximaal fte s in Dat is circa fte s meer dan in de huidige situatie en circa fte s meer ten opzichte van het referentiescenario. In het licht van de Europese en Nederlandse lange termijn ambitie voor vergaande CO 2 reducties en een verduurzaming van de energievoorziening in 2050 zal deze groei een structureel karakter hebben. 18
21 Tabel 4.1 Verwachte werkgelegenheid per scenario en per technologie in 2020 (Fte s) Subsectoren Huidig Scenario A: Baseline Scenario B: 16% scenario scenario PBL Zon-PV Zon-CSP Zonthermisch Biogas Biomassa (vast&afval) Biobrandstoffen Bioraffinage Wind op land Wind op zee Warmte en geothermie Energie uit water (incl. waterkracht) Energiebesparing Elektrisch vervoer Smart grids Waterstoftechnologie CO2 afvang en opslag (CCS) Totaal Bron: CBS (2012) voor huidige werkgelegenheid. Scenario-uitkomsten gebaseerd op ramingen Ecorys. 4.5 Effecten van energiebesparende maatregelen In de gepresenteerde ramingen is nog geen rekening gehouden met de effecten vanwege een verhoogde inzet op energiebesparing. In dat geval daalt de omzet van de energiesector, maar profiteren die bedrijven die zich richten op de uitvoering van energiebesparende maatregelen. Denk in dit geval bijvoorbeeld aan extra werkgelegenheid en omzet voor de bouwnijverheid vanwege de uitvoering van energiebesparende maatregelen zoals woningisolatie. Opgave voor energiebesparing in de onderscheiden scenario s Aangenomen is, dat het PBL baseline scenario een jaarlijkse energiebesparing van 1,2% per jaar bevat. Dat is iets hoger dan het gemiddelde tempo over de periode (1,1% per jaar, (ECN, 2012)). In het 16% duurzame energie scenario is dit tempo opgehoogd naar 2% per jaar. Ten opzichte van de baseline wordt daarmee een extra besparing van 167 PJ gerealiseerd. Wat betreft verdeling van de opgave gaan we er in beide scenario s van uit dat 53% van de energiebesparing wordt gerealiseerd in de gebouwde omgeving, 37% in de industrie, 8% in transport en 2% in de landbouw (afgeleid uit PBL, 2012) Raming investeringsbedragen Om de effecten van de energiebesparende maatregelen te kunnen bepalen is de opgave allereerst vertaald in een gemiddeld investeringsbedrag dat jaarlijks nodig is om de veronderstelde energiebesparing in de periode te kunnen realiseren. Informatie hierover is ontleend aan een rapport dat in 2011 is opgesteld door Fraunhofer ISI en Ecofys. In deze rapportage is voor de EU als geheel becijferd welke investeringen nodig zijn om de energiebesparingen in de EU in 2020 te kunnen verdubbelen. Deze gegevens zijn vervolgens door vertaald naar de Nederlandse situatie, om zodoende een indicatie te krijgen van de benodigde jaarlijkse investeringen uitgesplitst naar maatregelen in de industrie (incl. raffinaderijen), transport en de landbouw. Specifiek voor de 19
22 gebouwde omgeving is uitgegaan van investeringsbedragen zoals opgenomen in de rapportage De vrijblijvendheid voorbij: op weg naar een structurele markt voor energiebesparing in de bestaande bouw (Spaar het klimaat, 2010). Uitgaande van genoemde bronnen is in totaal een (additioneel) investeringsbedrag becijferd van 3,2 miljard per jaar gedurende de periode die in beschouwing is genomen. Van dit bedrag is circa 1,0 miljard nodig voor de te realiseren energiebesparing in de industrie (incl. raffinaderijen) en 2,1 miljard voor maatregelen in de gebouwde omgeving. Effecten vanwege realisatie energiebesparende maatregelen Op basis van een aanname over de verdeling van de investeringen over relevante economische sectoren, structuurgegevens over deze sectoren en de doorwerking naar toeleverende bedrijven, is vervolgens een doorvertaling gemaakt naar het gemiddelde aantal arbeidsjaren dat per jaar in de periode nodig is om de veronderstelde energiebesparing te realiseren 2. Onderstaande tabel toont het resultaat. Voor het PBL scenario wordt het werkgelegenheidseffect geraamd op gemiddeld arbeidsjaren per jaar gedurende de in beschouwing genomen periode. Aangezien er in het PBL scenario een beperkte extra energiebesparing plaatst vindt ten opzichte van het huidige besparingstempo, zien we het genoemde aantal arbeidsjaren tevens als een schatter van de huidige werkgelegenheid. In het 16% scenario verdubbelt het werkgelegenheidseffect bijna naar arbeidsjaren, een toename van banen t.o.v. business as usual. In beide scenario s komt het merendeel van de banen terecht in de bouwnijverheid, daaraan verwante sectoren alsmede de electro-technische industrie en allerlei toeleverende bedrijven. De hiermee samenhangende (directe) toegevoegde waarde bedraagt gedurende de uitvoeringsperiode circa 1 miljard per jaar. Tabel 4.2 Verwachte werkgelegenheid effect a) vanwege extra energiebesparing ten opzichte van huidige autonome trend (fte s) Maatregelen Scenario A: Baseline Scenario B: 16% scenario scenario PBL Gebouwde omgeving Industrie (incl. raffinaderijen) Transport Landbouw Totaal a) In de tabel genoemde ramingen betreffen het gemiddelde aantal arbeidsjaren per jaar dat nodig is om de gewenste energiebesparingen in de periode te kunnen realiseren 4.6 Totaal beeld verdienpotentieel Op basis van de beschikbare bronnen kan worden vastgesteld dat de clean tech sector momenteel bij benadering werk biedt aan zo n werkzame personen. Als stevig wordt ingezet op energiebesparing en toename van het aandeel hernieuwbare energie, kan de sector eveneens fors in omvang toenemen. Uitgaande van een door het Wereld Natuur Fonds geformuleerd scenario waarbij het aandeel hernieuwbare energie toeneemt van 4% naar 16% in de periode , kan de omvang van de clean tech sector in termen van werkgelegenheid stijgen van naar fte s). De waarde die deze sector toevoegt aan de Nederlandse economie stijgt van circa 1,2 miljard per jaar naar circa 5,2 miljard per jaar, oftewel een verviervoudiging. Dit is in ieder geval vastgesteld indien de sector in enge zin volgens de CBS definitie wordt afgebakend. 2 Voor het bepalen van de werkgelegenheidsramingen is (afhankelijk van de sector die de maatregelen zal uitvoeren) uitgegaan van productiewaarden per arbeidsjaar die varieert van tot maximaal per jaar. Voor de bepaling van de werkgelegenheid bij bedrijven die goederen en diensten toeleveren is een gemiddelde multiplier gebruikt van 1,6. 20
23 Hier bovenop komen nog de effecten vanwege de realisatie van energiebesparende maatregelen. Uitgaande van de gemaakte veronderstellingen over energiebesparing in het 16%- scenario worden hierdoor nog eens banen per jaar t.o.v. business as usual gecreëerd gedurende de periode dat de aanvullende maatregelen worden gerealiseerd. De hiermee samenhangende (directe) toegevoegde waarde bedraagt gedurende de uitvoeringsperiode circa 1 miljard per jaar. De ontwikkelingen die hier zijn doorgerekend, waaronder de uitvoering van de energiebesparende maatregelen, kunnen leiden tot vraaguitval in de energiesector. In de ramingen zijn deze substitutie-effecten niet meegenomen. Het gaat derhalve om bruto-effecten. 21
24 22
25 Geraadpleegde bronnen Literatuur Breitschopf, B., C. Nathani en G. Resch (2011), Review of approaches for employment impact assessment of renewable energy deployment, Karlsruhe. Bijleveld, P. (2011), Clean tech sector in Oost-Nederland, Saxion Kenniscentrum Leefomgeving, Enschede. CBS (2011), Economische radar duurzame energiesector, Heerlen/ Voorburg. CBS (2012), Economic Radar of the Sustainable Energy Sector in the Netherlands, Heerlen/ Voorburg. CBS (2012), Nationale Rekeningen 2012, Heerlen/ Voorburg. ECN (2012), Energiebesparing Ecorys (2010), Versterking van de Nederlandse Duurzame Energiesector, Rotterdam. Ecorys (2010), De winst van CO2 reductie (Achtergronddocument ten behoeve van advies SER Gelderland & Overijssel), Rotterdam. Ecofys (2012), Costs and risks of the import of RES by the Dutch Government. Eneco (2012), Ambitie, beleid en consistentie, het ABC van 16% duurzame energie in Federal Ministry for the Environment, Nature Conservation and Nuclear Safety (2006), Renewable Energy: employment effects. Impact of the Expansion of Renewable Energy on the German Labour Market. Berlin. Fraunhofer ISI & Ecofys (2011), The upfront investments required to double energy savings in the European Union in 2020, Karlsruhe/ Utrecht. Planbureau voor de Leefomgeving & ECN (2012), Referentieraming energie en emissies: actualisatie Energie en emissies in de jaren 2012, 2020 en 2030, Den Haag. Ragwitz, M. e.a.(2009), EmployRes: The impact of renewable energy policy on economic growth and employment in the European Union, Karlsruhe. Roland Berger Strategy Consultants (2012), Clean Economy, Living Planet. The Race to the Top of Global Clean Energy Technology Manufacturing 2012, Amsterdam. Sinke, W. en A Hasper (2012), Towards Green Jobs: Building Our Solar Future. Spaar het klimaat, (2010). De vrijblijvendheid voorbij: op weg naar een structurele markt voor energiebesparing in de bestaande bouw. 23
26 Topteam Energie (2012), Innovatiecontract Wind op Zee. WWF/ Ecofys (2011), The Energy Report: 100% renewable energy by 2050, Gland (Zwitserland)/ Utrecht/ Rotterdam. Internet The-Netherlands.pdf
27 Begrippenlijst Afval Afval in de zin van de EU wetgeving ( stof waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen ), indien deels of volledig biogeen. Biobrandstoffen Productie in Nederland van vloeibare biobrandstoffen voor inzet in de transportsector; vooral bio-ethanol, pure plantaardige olie, biomethanol (indien voor transport) en biodiesel. Bouw van productiefaciliteiten, onderzoek & ontwikkeling, op- en overslag, transport en diensten. De productie van de biomassa en de reststromen voor het conversieproces, en producten en diensten ten behoeve van het eindverbruik en dergelijke, vallen buiten het profiel. Biogas Productie van apparatuur om biogas en groen gas (opgewerkt en gecomprimeerd biogas naar aardgaskwaliteit) te maken via biologische conversie; bouw en exploitatie van vergisters, transport en distributie infrastructuur voor biogas en/of groen gas, onderzoek & ontwikkeling en relevante diensten. Productie van biomassa en reststromen voor het proces, compostering, transport van het digestaat en dergelijke vallen buiten het profiel; specifieke apparatuur ten behoeve van de voor- en nabewerking van de biomassa weer wel. Biomassa & afval Voorbewerking en thermische omzetting van (vaste) biomassa & afval (indien deels biogeen) voor energieopwekking (verbranding, vergassing, torrefactie, pyrolyse - indien voor energieopwekking), inclusief bouw van installaties, op- en overslag, onderzoek & ontwikkeling en relevante diensten. Overheidsdiensten zijn niet meegenomen. Bioraffinage Raffinage van biomassa (en biogeen afval) als groene grondstof indien de traditionele koolstofketen wordt verdrongen. Bouw van raffinagefaciliteiten, onderzoek & ontwikkeling en relevante diensten. Biomassa voor de voedselindustrie, de papierindustrie en traditionele recycling zijn uitgesloten. Biomassa als energiebron en als grondstof voor de transportsector valt onder één van de andere profielen. Elektrisch vervoer Productie van (onderdelen van) elektrische voertuigen (met name auto s), batterijtechnologie (indien voor vervoer), bijbehorende software en laadinfrastructuur. Onderzoek & ontwikkeling en diensten. Netaanpassing als gevolg van de introductie van EV valt onder het profiel smart grids. Energie uit water Productie van apparatuur ten behoeve van getijdenenergie, osmose, waterkracht en oceaanenergie. Relevant onderzoek & ontwikkeling en diensten. CO2-afvang en - opslag Productie van afvang en opslagfaciliteiten, boren, transport en distributie infrastructuur, onderzoek & ontwikkeling en diensten, exclusief 25
28 handelsactiviteiten in rechten. Directe werkgelegenheid Aantal voltijdbanen van alle partijen die tot het profiel behoren (dus inclusief relevante R&D en diensten) in Nederland. Energiebesparing Productie van materialen, apparatuur en systemen die (significant) energie besparen ten opzichte van de bestaande technieken, en onderdeel zijn van de jaarlijkse besparing volgens het protocol. Hieronder vallen bijvoorbeeld isolatie (steenwol, dubbel glas, etc.), LEDlicht, HRe en HR-ketels, energiezuinige elektrische apparatuur, besparing in de industrie, etc. Voorts onderzoek & ontwikkeling en diensten (met name installatie en onderhoud). De vervangingsmarkt valt buiten het profiel (dus alleen productie en onderhoud van die HR-ketels die verouderde ketels vervangen; alleen apparatuur met recente en zeer zuinige labeling (A en/of A/B, afhankelijk van het type apparaat); isolatie van de bestaande bouw, etcetera). Randapparatuur zoals klimaatregeling- en ventilatieapparatuur vallen ook buiten het profiel. Indirecte werkgelegenheid Aantal voltijdbanen van alle partijen die indirect tot het profiel behoren (met name toeleveranciers, logistiek, overheidsdiensten, secundaire diensten als vergunningverlening, milieustudies, subsidies, octrooiverlening enzovoorts) in Nederland. Omzet Jaarlijkse omzet in euro s van alle partijen die tot het profiel behoren (dus inclusief R&D, omzet uit export en diensten maar exclusief de omzet uit indirecte werkgelegenheid en de monetaire waarde van de energiedragers als groene elektriciteit, duurzame warmte en/of groen gas). Smart grids Netwerken die het gedrag van alle gebruikers (opwekking en consumptie) intelligent kunnen integreren, zodat het elektriciteits aanbod duurzaam, economisch en veilig wordt. Producenten van hardware (slimme meters, slimme regelaars) en software (ICT toepassingen om op de gemeten data te reageren) die het net intelligenter kunnen maken behoren tot het profiel, evenals onderzoek & ontwikkeling en diensten (projectontwikkeling, consultancy, financiering, installatie en dergelijke). Waterstoftechnologie Productie van brandstofcellen (indien op waterstof) en aggregaten. Productie van technologie om waterstof te produceren (en infrastructuur), indien uit duurzame bronnen. Essentieel (toegepast) onderzoek & ontwikkeling en diensten. Waardeketen Primaire activiteiten in de gehele keten; van grondstofproductie en R&D tot toepassing: de kern is echter de maakindustrie. Wat wordt gezien als primaire en secundaire activiteiten is per profiel verschillend. Waardeketen wordt hier ook wel industrieprofiel genoemd. Warmte & geothermie Productie en/of assemblage van warmtepompen, aanleg van aquifers (WKO), diepe geothermie en bijbehorende diensten (met name installatie, advieswerk en onderhoud). Warmte uit andere bronnen zoals 26
29 Wind op land Wind op zee biomassa, zonne-energie en wkk valt niet onder dit profiel Productie van onshore wind turbines en/of onderdelen (indien essentieel voor de turbine), installatie van turbines, (delen van) transport, onderzoek & ontwikkeling en diensten (projectontwikkeling, consultancy, financiering, installatie, onderhoud en dergelijke). Secundaire activiteiten als o.a. vergunningverlening, subsidies, meteorologie, bodemonderzoek, overheidsdiensten en toeleveranciers vallen buiten het profiel. Productie van offshore wind turbines en/of onderdelen (indien essentieel voor de turbine zoals monopalen), installatie van fundering en turbines, (delen van) transport, onderzoek & ontwikkeling en diensten (projectontwikkeling, consultancy, financiering, installatie, onderhoud en dergelijke). Secundaire activiteiten als o.a. vergunningverlening, subsidies, meteorologie, bodemonderzoek, overheidsdiensten en toeleveranciers vallen buiten het profiel. Zon CSP Productie van spiegels, absorbers, draagconstructies, warmtewisselaars (indien voor CSP-projecten) en dergelijke. Diensten als projectontwikkeling en consultancy. Zon PV Productie van ( concentrator ) zonnecellen, modules en bijbehorende Balance-Of-System (BOS) elementen. Machinebouwers (indien significante omzet uit zon PV) behoren ook tot het profiel, evenals onderzoek & ontwikkeling en diensten (projectontwikkeling, consultancy, financiering, installatie en dergelijke). Onder meer toeleveranciers (chemicaliën, kunststoffen, etsmiddelen, substraten, etc.) en overheidsdiensten behoren niet tot het profiel. Zonthermisch Productie en/of assemblage van zonnecollectoren, onderzoek & ontwikkeling en diensten (projectontwikkeling, consultancy, financiering, installatie, onderhoud en dergelijke). Productie en assemblage van boilers alleen indien onlosmakelijk verbonden met de collector. 27
30 28 Bijlagen
31 Bijlage 1 Achtergrondtabellen Tabel b1.1 Subsectoren Totale productiewaarde clean tech sector ( x miljoen euro) Gespecialiseerd Productiewaarde Niet gespecialiseerd Totaal Zon-PV Zon-CSP Zonthermisch Biogas Biomassa (vast&afval) Biobrandstoffen Bioraffinage Wind op land Wind op zee Warmte en geothermie Energie uit water (incl. waterkracht) Energiebesparing Elektrisch vervoer Smart grids Waterstoftechnologie CO2 afvang en opslag (CCS) Totaal Bron: CBS (2012), Economic Radar of the Sustainable Energy Sector in the Netherlands, Heerlen/ Voorburg. Tabel b1.2 Subsectoren Totale toegevoegde waarde clean tech sector (x miljoen euro) Gespecialiseerd Toegevoegde waarde Niet gespecialiseerd Totaal Zon-PV Zon-CSP Zonthermisch Biogas Biomassa (vast&afval) Biobrandstoffen Bioraffinage Wind op land Wind op zee Warmte en geothermie Energie uit water (incl. waterkracht) Energiebesparing Elektrisch vervoer Smart grids Waterstoftechnologie CO2 afvang en opslag (CCS) Totaal Bron: CBS (2012), Economic Radar of the Sustainable Energy Sector in the Netherlands, Heerlen/ Voorburg 29
32 30
33
34 3Postbus AD Rotterdam Nederland Watermanweg GG Rotterdam Nederland T F E netherlands@ecorys.com W Sound analysis, inspiring ideas BELGIË BULGARIJE HONGARIJE INDIA NEDERLAND POLEN RUSSISCHE FEDERATIE SPANJE TURKIJE - VERENIGD KONINKRIJK - ZUID-AFRIKA
Welke hernieuwbare energie in 2020?
Welke hernieuwbare energie in 2020? Waar staan we en wat is de verwachting? Het aandeel hernieuwbare energie van het totaal energetisch eindgebruik groeide van 2000 1,4% via 2,3% in 2005 tot 4,3% in 2011
Nadere informatieProvinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL
Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Doelstellingen - Mondiaal Parijs-akkoord: Well below 2 degrees. Mondiaal circa 50% emissiereductie nodig in
Nadere informatieBetekenis Energieakkoord voor Duurzame Groei voor de Installatiebranche. Teun Bokhoven Duurzame Energie Koepel 3 februari 2014 / VSK beurs
Betekenis Energieakkoord voor Duurzame Groei voor de Installatiebranche Teun Bokhoven Duurzame Energie Koepel 3 februari 2014 / VSK beurs Inhoud Introductie Duurzame Energie Koepel en Sector beschrijving
Nadere informatieBeroepenveldcommissies voor de bouwsector in het mbo en hbo
Beroepenveldcommissies voor de bouwsector in het mbo en hbo Samenvatting Opdrachtgever: Bouwend Nederland Rotterdam, april 2013 Beroepenveldcommissies voor de bouwsector in het mbo en hbo Samenvatting
Nadere informatieKengetallen voor kosten overheidstransacties
Kengetallen voor kosten overheidstransacties Een toets op de Deense kengetallen voor bruikbaarheid in de Nederlandse situatie Samenvatting Opdrachtgever: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties
Nadere informatieInventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2016
1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2016, Vito, oktober 2017 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2016 bedraagt 6,4% Figuur 1 groene stroom uit bio-energie
Nadere informatieMaarten Timmerman. Offshore Windenergie. Staalbouwdag / 2 oktober 2014
Maarten Timmerman Offshore Windenergie Staalbouwdag / 2 oktober 2014 Wat doet TKI Wind op Zee? SEmuleert en faciliteert de ontwikkeling en implementaee van offshore windtechnologie voor de industrie (MKB)
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 28 april 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het binnenlandse
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 15 december 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het
Nadere informatieWat vraagt de energietransitie in Nederland?
Wat vraagt de energietransitie in Nederland? Jan Ros Doel/ambitie klimaatbeleid: Vermindering broeikasgasemissies in 2050 met 80 tot 95% ten opzichte van 1990 Tussendoelen voor broeikasgasemissies Geen
Nadere informatieInventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2013
1 Beknopte samenvatting van de Inventaris duurzame energie in Vlaanderen 2013, Deel I: hernieuwbare energie, Vito, februari 2015 1 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2013 bedraagt 5,8 % Figuur 1 zon-elektriciteit
Nadere informatieHet Energieakkoord: wat gaat het betekenen? Opzet, werkwijze Hoofdlijnen van de doorrekening Hernieuwbare energie Marc Londo Den Haag, 2 oktober
Het Energieakkoord: wat gaat het betekenen? Opzet, werkwijze Hoofdlijnen van de doorrekening Hernieuwbare energie Marc Londo Den Haag, 2 oktober Opzet, werkwijze Uitgangspunten doorrekening Effecten akkoord
Nadere informatieMonitor energie en emissies Drenthe
Monitor energie en emissies Drenthe 2012-2015 - november 2017 www.ecn.nl Monitor energie en emissies Drenthe 2012-2015 Deze monitor sluit aan op de notitie Energie en emissies Drenthe 2020, 2023 en 2030
Nadere informatieVerbruik van hernieuwbare energie
Indicator 11 juli 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel hernieuwbare energie
Nadere informatieInventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2015
1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2015, Vito, september 2016 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2015 bedraagt 6,0 % Figuur 1 groene stroom uit bio-energie
Nadere informatieDe rol van biomassa in de energietransitie.
De rol van biomassa in de energietransitie. Bert de Vries Plaatsvervangend directeur-generaal Energie, Telecom en Mededinging, Ministerie van Economische Zaken Inhoud 1. Energieakkoord 2. Energietransitie
Nadere informatieNet voor de Toekomst. Frans Rooijers
Net voor de Toekomst Frans Rooijers Net voor de Toekomst 1. Bepalende factoren voor energie-infrastructuur 2. Scenario s voor 2010 2050 3. Decentrale elektriciteitproductie 4. Noodzakelijke aanpassingen
Nadere informatiePDV/GDV cluster Eijsden (Gronsveld)
PDV/GDV cluster Eijsden (Gronsveld) Effecten op winkelgebieden in omgeving Opdrachtgever: Wyckerveste Adviseurs BV. Rotterdam, 4 november 2010 Over Ecorys Met ons werk willen we een zinvolle bijdrage leveren
Nadere informatieExterne notitie. Petten, 8 juli Cees Volkers Wouter Wetzels. Afdeling Policy Studies ECN-N Van
Externe notitie Petten, 8 juli 2013 Afdeling Policy Studies ECN-N--13-028 Van Cees Volkers Wouter Wetzels Onderwerp Nieuwste inzichten Nederlands gasverbruik Inleiding ECN Policy Studies voert regelmatig
Nadere informatieInventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2013
1 Beknopte samenvatting van de Inventaris duurzame energie in Vlaanderen 2013, Deel I: hernieuwbare energie, Vito, september 2014 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2013 bedraagt 5,9% Figuur 1 bio-elektriciteit
Nadere informatieDuurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025
Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025 Willemien Veele Cor Kamminga 08-04-16 www.rijksmonumenten.nl Achtergrond en aanleiding Ambitie om in 2020 16% van de energie duurzaam op te wekken in Fryslân
Nadere informatieVerbruik van hernieuwbare energie,
Indicator 20 december 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel hernieuwbare energie
Nadere informatieTransitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa. Ir. Harry A. Droog
Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa Ir. Harry A. Droog Voorzitter Platform Duurzame Electriciteitsvoorziening Biomassa meestook symposium, 27 mei 2010, Amsterdam
Nadere informatieInventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2014
1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2014, Vito, januari 2016 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2014 bedraagt 5,7 % Figuur 1 groene stroom uit bio-energie
Nadere informatieHERNIEUWBARE ENERGIE IN ITALIË
HERNIEUWBARE ENERGIE IN ITALIË Overzicht 1 Hernieuwbare energiebronnen (hierna ook: HE) spelen een belangrijke rol in het kader van het Italiaanse energiesysteem. Ze worden uitvoerig gebruikt om elektriciteit
Nadere informatieMacro-economie van offshore wind-energie
Macro-economie van offshore wind-energie Windkracht14 World Trade Center, Rotterdam 22/01/2014 David de Jager Stelling > De (potentiële) economische waarde van de Nederlandse toeleverende economische sectoren
Nadere informatieDuorsume enerzjy yn Fryslân. Energiegebruik en productie van duurzame energie
Duorsume enerzjy yn Fryslân Energiegebruik en productie van duurzame energie 1 15 11 oktober 1 Inhoud Management Essay...3 1 Management Essay De conclusies op één A4 De provincie Fryslân heeft hoge ambities
Nadere informatieCirculair Congres TKI-BBE Ronald Zwart, Platform Bio-Energie 08 mei 2019
De Toekomst van Bio-energie Circulair Congres TKI-BBE Ronald Zwart, Platform Bio-Energie 08 mei 2019 De Toekomst van Bio-energie Bio-energie is vandaag de belangrijkste bron van hernieuwbare energie in
Nadere informatiePerspectief voor klimaat neutraal en hernieuwbaar gas
Perspectief voor klimaat neutraal en hernieuwbaar gas Aardgas als transitiebrandstof of transitie van een brandstof? Marcel Weeda, ECN AkzoNobel Center, Amsterdam VEMW seminar, 22 april 2016 www.ecn.nl
Nadere informatieKernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec)
Kernenergie En dan is er nog de kernenergie! Kernenergie is energie opgewekt door kernreacties, de reacties waarbij atoomkernen zijn betrokken. In een kerncentrale splitst men uraniumkernen in kleinere
Nadere informatieHet Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten
Het Energiebeleid van komende jaren dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Opbouw Ambities en hoofdlijnen Ontwikkelingen in het energieveld Keuzes van het kabinet Ambitie Regeerakkoord: 1. Minder
Nadere informatieECN-N Energiescenario s Drenthe 2030
December 2016 ECN-N--16-031 Energiescenario s Drenthe 2030 Gerdes, J. Gewijzigd op: 16-12-2016 13:20 2 Inhoud 1 Context van de energiescenario s voor 2030 4 2 Uitgangspunten voor drie scenario s 5 3 Ontwikkelingen
Nadere informatieEnergieakkoord Kansen voor Warmtepompsystemen
Energieakkoord Kansen voor Warmtepompsystemen Teun Bokhoven Duurzame Energie Koepel 20 november 2013 Inhoud Algemeen het SER Energieakkoord Proces, doelen, borging, hoofdlijnen & pijlers, concrete afspraken
Nadere informatieBiomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie
Biomassa Pilaar in de energietransitie en Uitgangspunt voor de biobased economie Klimaatverandering: onze uitdaging Onze opdracht om er snel en écht iets aan te gaan doen Overeenstemming: er moet wat gebeuren!
Nadere informatieBiomassa. in het klimaatakkoord en de energietransitie
Biomassa in het klimaatakkoord en de energietransitie Over Morgen Energieke ruimdenkers en versnellers. Adviseurs die zichtbare oplossingen bieden voor een betere en toekomstbestendige leefomgeving. Oplossingen
Nadere informatieEfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving
Warmte en koude Kennis, advies, instrumenten en financiële steun EfficiEncy Duurzaam GebouwDe omgeving energie financiering KEnnis industrie instrumenten EnErgiEbEsparing De Nederlandse overheid streeft
Nadere informatieKansen voor topsector HTSM:
Kansen voor topsector HTSM: Nederlands-Aziatische samenwerking in high-tech clusters Sound analysis, inspiring ideas Nederlands-Aziatische samenwerking biedt kansen voor topsector HTSM Het Nederlandse
Nadere informatieEnergyNL2050, een serie van 4 bijeenkomsten, Korte uitleg over de bijeenkomsten. KIVI-E/USI energynl2050 UvU 13 /10/16
EnergyNL2050, een serie van 4 bijeenkomsten, 2016-2017 Korte uitleg over de bijeenkomsten KIVI-E/USI energynl2050 UvU 13 /10/16 EnergyNL2050, een serie van 4 bijeenkomsten, 2016-2017 (1) Organisatie: KIVI
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 21 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het binnenlandse
Nadere informatieEnergie in de provincie Utrecht. Een inventarisatie van het energiegebruik en het duurzaam energie potentieel
Energie in de provincie Utrecht Een inventarisatie van het energiegebruik en het duurzaam energie potentieel Doel van Onderzoek Dit onderzoek dient om: 1. Een nieuw overzicht samen te stellen van het energiegebruik
Nadere informatieBijlage 1: Berekening realisatie 9% duurzaam in 2010
Bijlage 1: Berekening realisatie 9% duurzaam in 2010 Toelichting bij de doelstelling van 9% duurzame elektriciteit: - De definitie van de 9% doelstelling is conform de EU richtlijn duurzame elektriciteit
Nadere informatieGemeente Bergen. Ontwikkelingen energiegebruik en duurzame energieproductie tot Mark Valkering en Herman Verhagen 14 oktober 2016
Gemeente Bergen Ontwikkelingen energiegebruik en duurzame energieproductie tot 2020 Mark Valkering en Herman Verhagen 14 oktober 2016 Energiegebruik 2010-2015 Energiegebruik Bergen (NH. (GWh) 2010 2011
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieTabellenbijlage. Michiel Hekkenberg (ECN) Martijn Verdonk (PBL) (projectcoördinatie) Oktober 2014 ECN-O--14-052
Tabellenbijlage Michiel Hekkenberg (ECN) Martijn Verdonk (PBL) (projectcoördinatie) Oktober 2014 ECN-O--14-052 Verantwoording Dit rapport is de tabellenbijlage bij de Nationale Energieverkenning 2014 verschenen
Nadere informatieInsights Energiebranche
Insights Energiebranche Naar aanleiding van de nucleaire ramp in Fukushima heeft de Duitse politiek besloten vaart te zetten achter het afbouwen van kernenergie. Een transitie naar duurzame energie is
Nadere informatieHernieuwbare elektriciteit,
Indicator 17 juli 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De productie van hernieuwbare elektriciteit
Nadere informatieAmsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz
RAI PTM - bijeenkomst Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz 1 Stedin Netbeheer is verantwoordelijk voor het transport van gas en elektriciteit in West Nederland Onze missie: duurzame energie voor iedereen
Nadere informatieDraagvlak onderzoek Parkeerbeleid
St Anna, Nijmegen Opdrachtgever: gemeente Nijmegen Amsterdam, augustus 2014 Draagvlak onderzoek Parkeerbeleid St Anna, Nijmegen Opdrachtgever: gemeente Nijmegen Arvid Toes Marco Martens Amsterdam, augustus
Nadere informatieen uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018
Energie-infrastructuur: overzicht en uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018 Indeling De drie fasen van ordening en regulering infrastructuur Nederland doorvoerland Wat is de opgave? Investeringen
Nadere informatieEnergievisie Borne 22 september 2011. Michel Leermakers Linda Rutgers Twence. Co Kuip HVC. www.twence.nl
Energievisie Borne 22 september 2011 Michel Leermakers Linda Rutgers Twence Co Kuip HVC Inhoud van vanochtend Gemeente Borne Visie Twence Werkwijze Energievisie Resultaten Huidige energieconsumptie Bronpotentieel
Nadere informatieNationale Energieverkenning 2014
Nationale Energieverkenning 2014 Remko Ybema en Pieter Boot Den Haag 7 oktober 2014 www.ecn.nl Inhoud Opzet van de Nationale Energieverkenning (NEV) Omgevingsfactoren Resultaten Energieverbruik Hernieuwbare
Nadere informatieMondiale en Europese energie trends Uitdagingen, prioriteiten en kansen
Mondiale en Europese energie trends Uitdagingen, prioriteiten en kansen 28/09/2015 Kees van der Leun Klimaat raakt al ontwricht bron: John Mason, skepticalscience.com bron: Guardian 2 100% duurzaam? Energie-efficiëntie
Nadere informatieAanbod en verbruik van elektriciteit,
Indicator 14 november 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2016 bedroeg het totale
Nadere informatieEnergie en emissies Drenthe 2020, 2023 en 2030
Juni 2015 ECN-N--15-013 Energie en emissies Drenthe 2020, 2023 en 2030 Gerdes, J. 2 Inhoud 1 Samenvattende inleiding dichter bij emissiedoel 2020 5 2 Geraamd energieverbruik en emissies Drenthe 2020 gedaald
Nadere informatieVeel meer hernieuwbaar hoe managen we dat? Frans Rooijers
Veel meer hernieuwbaar hoe managen we dat? Frans Rooijers Groeiend aandeel hernieuwbaar Doel NL en overige EU-landen: in 2020 14% >> 16% in NL, gemiddeld EU 20% Politieke wensen (regeerakkoord): meer,
Nadere informatieEnergie: inleiding en beleid Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (
Indicator 11 augustus 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Energiedragers De economie
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieDe Kromme Rijnstreek Off Grid in Hoe kan dat eruit zien?
De Kromme Rijnstreek Off Grid in 00. Hoe kan dat eruit zien? De gemeenten Houten, Wijk bij Duurstede en Bunnik op weg naar energieneutraal in 00 Exact bepalen hoe het energiesysteem van de toekomst er uit
Nadere informatieNije enerzjy foar Fryslân. september 2013
Nije enerzjy foar Fryslân september 2013 Inleiding Nije enerzjy foar Fryslân - 1 Nije enerzjy foar Fryslân Nije enerzjy foar Fryslân geeft een beeld van feiten en cijfers op het gebied van duurzame energie.
Nadere informatieRoute naar een Duurzame Energievoorziening
Route naar een Duurzame Energievoorziening Teun Bokhoven Duurzame Energie Koepel Bijeenkomst: 25 november 2013, Power Lab 5 / USI & KIVI-NIRIA Inhoud Energie-transitie Energieakkoord voor duurzame groei
Nadere informatieVerbruik van hernieuwbare energie
Indicator 14 mei 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel hernieuwbare energie
Nadere informatieWaterstof, het nieuwe gas. Klimaatneutraal is de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft
Waterstof, het nieuwe gas Klimaatneutraal is de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft CE Delft Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 Energie, Transport en Grondstoffen Economische, technische
Nadere informatieRol energiedragers binnen de Nederlandse energievoorziening
Indicator 12 februari 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Energie speelt een cruciale
Nadere informatieDe voortgang van het Nederlandse energie- en klimaatbeleid
De voortgang van het Nederlandse energie- en klimaatbeleid Wouter Wetzels Presentatie voor het HVC Innovatieplatform, 15 juli 2010, Petten www.ecn.nl Werkprogramma Schoon en Zuinig Doelen van het kabinet
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 4 juli 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het binnenlands
Nadere informatieTechnisch-economische scenario s voor Nederland. Ton van Dril 20 mei 2015
Technisch-economische scenario s voor Nederland Ton van Dril 20 mei 2015 Overzicht Energieplaatje in historisch perspectief Hoeveel en hoe gebruiken we energie? Wat gebeurt er met verbruik en uitstoot
Nadere informatieDe Energietransitie van de Elektriciteitsproductie
De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie door Adriaan Wondergem 6 october 2010 De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie van 2008 tot 2050. De kernvragen zijn: Hoe ziet een (bijna) CO2-loze
Nadere informatieSchone technologie voor een levende aarde Bouwen aan de Nederlandse schone technologie sector
Wereld Natuur Fonds Driebergseweg 10 Postbus 7 3700 AA Zeist Tel: +31 30 693 7333 Direct: Fax: +31 30 691 2064 Info@wnf.nl www.wnf.nl Schone technologie voor een levende aarde Bouwen aan de Nederlandse
Nadere informatieGrootschalige introductie van micro wkk systemen. Harm Jeeninga ECN Beleidsstudies
Grootschalige introductie van micro wkk systemen Harm Jeeninga ECN Beleidsstudies jeeninga@ecn.nl Micro wkk een controversieel onderwerp? De discussie rondom het nut van micro wkk wordt niet altijd niet
Nadere informatieBiomassa: brood of brandstof?
RUG3 Biomassa: brood of brandstof? Centrum voor Energie en Milieukunde dr ir Sanderine Nonhebel Dia 1 RUG3 To set the date: * >Insert >Date and Time * At Fixed: fill the date in format mm-dd-yy * >Apply
Nadere informatieGroen gas. Duurzame energieopwekking. Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Welke keuzes en wat levert het op?
Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Groen gas Welke keuzes en wat levert het op? Huidig beleid 100 miljoen m 3 groen gas. Opbrengst: 3 PJ. Extra inspanning 200 miljoen m 3 groen gas. Opbrengst: 6 PJ.
Nadere informatieWat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2
Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Energietransitie Papierketen De ambities binnen Energietransitie Papierketen: Halvering van het energieverbruik per eindproduct in de keten per
Nadere informatieEnergievoorziening Rotterdam 2025
Energievoorziening Rotterdam 2025 Trends Issues Uitdagingen 9/14/2011 www.bollwerk.nl 1 Trends (1) Wereld energiemarkt: onzeker Toenemende druk op steeds schaarsere fossiele bronnen Energieprijzen onvoorspelbaar,
Nadere informatieBiomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA)
Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA) Marit van Hout, PBL 10 oktober 2018, Den Bosch TKI BBE overleg Wat staat er over biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het
Nadere informatieBiobased economy in het Groene Hart
Biobased economy in het Groene Hart Energie & Bio/Groen Gas 27 juni 2013, Langeraar, Michiel van Galen Inhoud Landelijke doelen energie en beleid Stimuleringsbeleid Groen Gas Het proces Stand van zaken
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 29 april 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken Het aandeel duurzaam in het binnenlands
Nadere informatieEnergy2050NL Klimaatneutraal energiesysteem. Frans Rooijers - directeur CE Delft
Energy2050NL Klimaatneutraal energiesysteem Frans Rooijers - directeur CE Delft CE Delft - Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 - Energie, transport en grondstoffen - Economische, technische en
Nadere informatieWKO in duurzame gebiedsontwikkeling case Westland Ir. Marion Bakker SenterNovem 030 2393677 m.m.c.bakker@senternovem.nl
WKO in duurzame gebiedsontwikkeling case Westland Ir. Marion Bakker SenterNovem 030 2393677 m.m.c.bakker@senternovem.nl 12-11-2007Sheet nummer 1 Ontwikkelingen wereldwijd Heeft de Al Gore film impact?
Nadere informatieEnergiebesparing in Nederland,
Indicator 29 juni 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het energiebesparingtempo in Nederland
Nadere informatieEnergie, technologie en milieuproblemen: Europees onderzoek schetst somber wereldbeeld in 2030
IP/3/661 Brussel, 12 mei 23 Energie, technologie en milieuproblemen: Europees onderzoek schetst somber wereldbeeld in 23 In 23 zal het wereldenergieverbruik verdubbeld zijn; fossiele brandstoffen, voornamelijk
Nadere informatieNotitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug
Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug CONCEPT Omgevingsdienst regio Utrecht Mei 2015 opgesteld door Erwin Mikkers Duurzame energie per Kern in gemeente Utrechtse Heuvelrug
Nadere informatieEnergie. Gebruik, kosten & transitie. Frans Rooijers directeur CE Delft
Energie Gebruik, kosten & transitie Frans Rooijers directeur CE Delft CE Delft Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 Energie, transport en grondstoffen Economische, technische en beleidsmatige expertise
Nadere informatie16% Energie van eigen bodem. 17 januari 2013
16% Energie van eigen bodem 17 januari 2013 Inhoud Klimaatverandering Energie in Nederland Duurzame doelen Wind in ontwikkeling Northsea Nearshore Wind Klimaatverandering Conclusie van het IPCC (AR4, 2007)
Nadere informatieBijlage 2 Potentieelberekening energiestrategie 1/5
Bijlage 2 Potentieelberekening energiestrategie 1/5 Bijlage 2 Potentieelberekening energiestrategie 2/5 Toelichting bij scenario-analyse energiebeleid Beesel Venlo Venray Deze toelichting beschrijft wat
Nadere informatieEnergie voorziening op weg naar duurzaamheid: biomassa? Chris Westra.
Energie voorziening op weg naar duurzaamheid: biomassa? Chris Westra www.ecn.nl energiegebruik Alarmerende stijging energiegebruik klimaatproblemen duurzame energievoorziening noodzakelijk Ambitieus &
Nadere informatieDuurzame energie in balans
Duurzame energie in balans Duurzame energie produceren en leveren binnen Colruyt Group I. Globale energievraag staat onder druk II. Bewuste keuze van Colruyt Group III. Wat doet WE- Power? I. Globale energievraag
Nadere informatieImpact analyse: ambitie elektrisch transport
Impact analyse: ambitie elektrisch transport ad-hoc verzoek EL&I 29 maart 211, ECN-L--11-27, C. Hanschke www.ecn.nl Scope en aanpak impact analyse 1.8.6.4.2 Groeiambitie Elektrische auto's [mln] 215 22
Nadere informatieCleantech Markt Nederland 2008
Cleantech Markt Nederland 2008 Baken Adviesgroep November 2008 Laurens van Graafeiland 06 285 65 175 1 Definitie en drivers van cleantech 1.1. Inleiding Cleantech is een nieuwe markt. Sinds 2000 heeft
Nadere informatieVerkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 2050
Verkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 25 1 augustus 215 3.F61 Verkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 25 Bibliotheekgegevens rapport: Verkenning functionele energievraag
Nadere informatieMono vergisting in Wijnjewoude?!
Mono vergisting in Wijnjewoude?! Jan Willem Bijnagte bijnagte@cocos.nl www.cocos.nl 06 82404591 Inhoud CCS Mono mestvergisting Gasverwaarding Noord Deurningen Bio-Up Kansen Wijnjewoude Mono mestvergisting
Nadere informatieBeleid dat warmte uitstraalt. Van warmteopties voor klimaatverbetering naar klimaatverbetering voor warmteopties
Beleid dat warmte uitstraalt Van warmteopties voor klimaatverbetering naar klimaatverbetering voor warmteopties Doelen rijksoverheid voor 2020 Tempo energiebesparing 2 % per jaar Aandeel duurzaam in totale
Nadere informatieWarmtetransitie en het nieuwe kabinet. Nico Hoogervorst
Warmtetransitie en het nieuwe kabinet Nico Hoogervorst 24 november 2017 Regeerakkoord Rutte III (2017 - ) Opmerkelijk: Lange formatie Klimaat-minister op EZ Duurzaam = klimaatbescherming Milieubescherming
Nadere informatiethe state of renewable energies in europe
HERNIEUWBARE ENERGIE IN EUROPA 12 th EurObserv ER Report the state of renewable energies in europe 2012 12 th EurObserv ER Report Werkgelegenheid en omzet Voor de periode 2005-2010 is de energieproductie
Nadere informatieWELKOM BIJ PORT OF ROTTERDAM! Remco Neumann en Ankie Janssen 19 April 2018
WELKOM BIJ PORT OF ROTTERDAM! Remco Neumann en Ankie Janssen 19 April 2018 Inleiding Wat doet het Havenbedrijf Rotterdam? Hoe bouwen wij aan een duurzame haven? Wat doen wij aan waterstof? 2 Wat doet het
Nadere informatieDE REKENING VOORBIJ ons energieverbruik voor 85 % onzichtbaar
DE REKENING VOORBIJ ons energieverbruik voor 85 % onzichtbaar Drie scenario s bestaande technologie Netgebonden Infrastructuur: elektriciteit en warmte (gas) Actuele gegevens van 2012 vertaald naar 2035
Nadere informatieOnderzoek. Wie is de grootste producent van duurzame elektriciteit in Nederland 2012. Auteur: C. J. Arthers, afd. Corporate Responsibility, Essent
Onderzoek Wie is de grootste producent van duurzame elektriciteit in Nederland 2012 Auteur: C. J. Arthers, afd. Corporate Responsibility, Essent Datum: 9 september 2013 Vragen of reacties kunt u sturen
Nadere informatieRegio West-Brabant. Regionale duurzame energiedoelstelling in termen van bruto eindverbruik
Regio West-Brabant Regionale duurzame energiedoelstelling in termen van bruto eindverbruik Opdrachtgever Regio West-Brabant Kristie van Damme Postbus 503 4870 AM Etten-Leur Uitgebracht door INNAX bouwkundig
Nadere informatieDe kosten van de energietransitie, en: kansen voor de gasindustrie. Martien Visser Lector Energietransitie & Netwerken. Hanzehogeschool Groningen
De kosten van de energietransitie, en: kansen voor de gasindustrie Martien Visser Lector Energietransitie & Netwerken Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen (circa 30.000 studenten) Energy
Nadere informatieWestvoorne CO 2 - uitstoot
Westvoorne CO 2 - uitstoot De grafiek geeft de CO 2-uitstoot verdeeld over de hoofdsectoren over de jaren 2010 tot en met 2013. Cijfers zijn afkomstig uit de Klimaatmonitor van RWS. Cijfers over 2014 zijn
Nadere informatieRol van WKK in een toekomstige Nederlandse energievoorziening:
Rol van WKK in een toekomstige Nederlandse energievoorziening: Betaalbaar & betrouwbaar? Robert Harmsen ECN Beleidsstudies COGEN Symposium Zeist 22 oktober 2004 Een blik naar de toekomst (1) Four Futures
Nadere informatie