Yvet Arts Ernst-Jan Meerbeek Maatschappelijke ontwikkeling Martijn van der Putten Gebaseerd op programmabegroting Ja Programma 1 Leven

Transcriptie

1 B en W Voorblad Onderwerp Regioplan VSV Datum Kenmerk B en W datum 18 oktober oktober 2016 Naam steller Teammanager Team Portefeuillehouder Yvet Arts Ernst-Jan Meerbeek Maatschappelijke ontwikkeling Martijn van der Putten Gebaseerd op programmabegroting Ja Programma 1 Leven Financiële dekking Bijgevoegde adviesnota integraal openbaar Juridische gevolgen Fatale termijnen Personele/organisatorische gevolgen N.v.t. Ja, integraal openbaar N.v.t. N.v.t. N.v.t. Per direct. Voorafgaand instemming c.q. advies gevraagd aan Akkoord? Alg. dir. OR GO Participatieraad Bevoegd orgaan B en W Commissie: Via de griffie aanbieden aan de Commissie Leven Advies/voorstel 1. Kennis te nemen van de Aanvraag VSV-middelen regio Akkoord Bespreken Beslissing Burgemeester Wethouder Loonen Wethouder Busser Wethouder Peeters Wethouder van der Putten Secretaris

2 Adviesnota aan B en W Onderwerp Regioplan VSV Datum 24 oktober 2016 Naam steller Yvet Arts Kenmerk xx Teammanager Ernst-Jan Meerbeek Team Maatschappelijke ontwikkeling Voorstel 1. Kennis te nemen van de Aanvraag VSV-middelen regio Aanleiding De afgelopen jaren is veel inzet door onderwijs en gemeenten gepleegd om het voortijdig schoolverlaten onder jongeren van jaar terug te dringen. Voor de aanpak hiervan heeft het ministerie van OCW extra regiomiddelen ter beschikking gesteld. De landelijke doelstelling van maximaal nieuwe voortijdig schoolverlaters (hierna vsv ers) in 2016 is behaald (in 2002 waren dat er ). De minister van OCW wil het (succesvolle) VSV-beleid continueren en heeft hiervoor opnieuw budget beschikbaar gesteld middels de regeling regionale aanpak VSV. In haar brief van 15 februari 2016 worden de contouren van het nieuwe VSV-beleid geschetst. Hierin staat o.a. de ambitie om het aantal naar maximaal in 2021 te verminderen. Hierbij wordt bijzondere aandacht gevraagd voor jongeren in een kwetsbare positie en oud vsv ers (jongeren van jaar die in voorgaande schooljaren zijn uitgevallen). Binnen de doelgroep kwetsbare jongeren staan de leerlingen die uitstromen uit het Praktijkonderwijs of het Voortgezet Speciaal Onderwijs centraal. Al deze leerlingen tussen de jaar worden onder de gemeentelijke verantwoordelijkheid van het RMC gebracht. Onderdeel van het regioplan zijn afspraken van de regio -met het RMC als spin in het web- over de begeleiding van deze doelgroep. De minister wil ook de regionale samenwerking tussen onderwijs en het arbeids- en zorgdomein versterken. Doel is het realiseren van een samenhangende en sluitende aanpak. Beoogd resultaat Het college informeren over de aanvraag en maatregelen in het kader van de regionale aanpak voorkomen voortijdig schoolverlaten. Argumenten 1.1. Het college heeft ingestemd met het aangaan van een intentieovereenkomst voorkomen Voortijdig Schoolverlaten regio Noord en Midden Limburg Om het belang van samenwerking tussen onderwijs en lokale overheden bij de aanpak van voortijdig schoolverlaten te onderstrepen hebben de V(S)O- en MBO-besturen met de wethouders van de vier RMC-gemeenten besloten om een intentieovereenkomst te ondertekenen (collegebesluit Venray dd 19 september 2016). Doel van de overeenkomst is het dragen van een gezamenlijke verantwoordelijkheid in de regionale VSV-aanpak en een sluitend vangnet voor kwetsbare jongeren. De overeenkomst maakt duidelijk welke doelen de partners nastreven en wie daarin welke taak en rol heeft 1.2. Besluitvorming over de aanpak voortijdig schoolverlaten vindt plaats in de stuurgroep VSV. De stuurgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de 5 VO- en MBO-besturen en de wethouders onderwijs van Venlo, Roermond, Weert en Venray en komt minimaal tweemaal per jaar bijeen. Pagina 1 van 3

3 Adviesnota aan B en W De beleidsvoorbereiding vindt plaats in de projectgroep, bestaande uit de VSVprogrammamanager en twee vertegenwoordigers van de contactschool (ROC Gilde Opleidingen) en contactgemeente (Venlo). Ook de accountmanager van het ministerie neemt deel aan het overleg van de projectgroep. In de subregio s Noord en Midden bespreken vertegenwoordigers uit het onderwijs en gemeenten, onder leiding van de programmamanager, gezamenlijk de voortgang in de uitvoering van (individuele) VSV-maatregelen. Hierbij wordt tevens de samenhang tussen de maatregelen (inclusief ontwikkelpunten) besproken als de afstemming met aanpalende gemeentelijke beleidsterreinen waaronder arbeidsmarkt en jeugdzorg. Een aantal keer per jaar is er uitwisseling over de voortgang van het programma op regio 38 niveau. 1.3 De stuurgroep VSV heeft ingestemd met het regioplan en maatregelen. Vervolgens is de aanvraag ingediend bij het ministerie van OCW. Hoewel de aanvraag een periode van 4 jaar omvat heeft de regio er bewust voor gekozen om vooralsnog haar maatregelen alleen voor het eerste jaar vast te leggen. In deze periode stuurt een programmamanager op de verdere ontwikkeling van een integraal VSV-beleid in de regio. Om dit te realiseren zijn er bij en tussen maatregelen specifieke ontwikkelpunten benoemd. Op het einde van schooljaar 2016/17 is er een evaluatie van het nieuwe programma op samenhang, effectiviteit en efficiency. Op basis van de uitkomsten wordt vervolgens een programma voor de drie resterende schooljaren opgesteld. De aanvraag bevat wel de verplichte meerjarenbegroting, gebaseerd op het actuele programma. De regio behoudt zich echter het recht voor om gedurende de looptijd van de nieuwe VSV-periode wijzigingen van maatregelen voor te stellen als dat in het belang is van de effectiviteit van en samenhang in het regionale VSV-beleid. Integraliteit/Relatie met andere beleidsvelden passend onderwijs, participatie, jeugdzorg, arbeidsmarkttoeleiding Kanttekeningen/risico's n.v.t. Communicatie Communicatie wordt op de schaal van regio 38 georganiseerd in december, na de formele afsluiting van het convenant en het ontvangen van de beschikking vanuit het ministerie voor de aanvraag Financiële gevolgen n.v.t. De gemeente ontvangt jaarlijks via contactgemeente Venlo de rijksbijdrage (de zogeheten RMCgelden) voor de uitvoering van de wettelijke RMC-taken voor de subregio Venray. De inzet van RMC geschiedt budgettair neutraal. Voor de uitvoering van de maatregelen uit het VSV-regioplan ontvangt de regio eveneens rijksmiddelen, zogeheten VSV-programmagelden. Deze worden, na besluitvorming in de stuurgroep VSV, via de contactschool (Gilde Opleidingen) en contactgemeente (Venlo) ingezet. Daarnaast ontvangen de scholen voor VO en MBO rechtstreeks rijksmiddelen (vaste voet en prestatiebudget). Personele/organisatorische gevolgen Inzet wordt ten laste gebracht van het RMC-budget dat de gemeente Venray ontvangt Pagina 2 van 3

4 Adviesnota aan B en W Juridische gevolgen/rechtmatigheid n.v.t. Fatale termijnen n.v.t. Vervolgtraject besluitvorming Uitvoering geven aan het regioplan i.s.m. de onderwijs- en gemeentelijke partners. Evaluatie Onderdeel van het regioplan. Bijlagen Aanvraag VSV-middelen regio Overleg en organisatiestructuur Intentieovereenkomst VSV regio Naslagwerk B&W voorstel intentieovereenkomst regio Brief minister OCW 15 februari 2016 Pagina 3 van 3

5 Invulblad aanvraag financiering voor de regionale aanpak van voortijdig schoolverlaten en voor jongeren in een kwetsbare positie. Aanvraag in het kader van Regeling regionale aanpak voortijdig schoolverlaten (in ontwikkeling) 1. Contactgegevens Nummer RMC-regio 38 Naam RMC-regio Naam VSV-accountmanager (van OCW) Gewest Limburg Noord Mevr. A. Gerbrandij Contactgemeente van de RMC-regio Contactgemeente Naam verantwoordelijk wethouder contactgemeente Postadres wethouder Naam contactpersoon bij contactgemeente Functie cp Postadres cp Venlo Dhr. S. Satijn Postbus RK Venlo Dhr. J.Lamberts Beleidsadviseur A Postbus RK Venlo Telefoonnummer cp adres cp j.lamberts@venlo.nl Contactschool van de RMC-regio Naam contactschool BRIN-nummer Voorzitter College van Bestuur Postadres CvB Naam contactpersoon bij contactschool Functie cp Postadres cp Gilde Opleidingen 25 LT Dhr. P. Thuis Postbus KB Roermond Dhr. P. Tummers Directeur bestuursbureau/secretaris CvB Postbus 1065 KB Roermond Telefoonnummer cp adres cp Bestuursbureau@rocgilde.nl 2. Totaal bedrag Wat is het totaal van het bedrag dat u aanvraagt: waarvan via contactschool: via contactgemeente:

6 3. Maatregelen Maatregel 1 VSV-makelaars A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Deze maatregel richt zich op leerlingen in het laatste jaar van het VO (inclusief PrO/VSO) voor wie de overstap naar het MBO door de school als risicovol wordt aangemerkt. Het gaat hierbij om potentiele VSV-ers. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? Dat risicovolle overstappers uit het VO (inclusief PrO/VSO) op het MBO aankomen en daar hun opleiding continueren. 3. Wat is de activiteit? De VSV-makelaar zorgt er -in afstemming met school- voor dat de risicovolle overstappers in beeld komen en begeleidt hen bij de overstap naar het MBO. Monitoring van de aanmelding op het MBO wordt door Intergrip ondersteund. De makelaar is ervoor verantwoordelijk dat alle leerlingen met een MBO-opleiding starten en is desgewenst in de eerste periode beschikbaar voor ondersteuning. Bij onverhoopte uitval is de makelaar -in afstemming met school en leerplicht/rmc actief om een nieuw en passend (school)perspectief te realiseren. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Het gaat op dit moment jaarlijks om zo n 3200 leerlingen. Gedurende de gehele looptijd gaat het -bij een gelijkblijvend leerlingenaantal- om leerlingen. Maatregel 2 Elke leerling in beeld (Intergrip) A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? onderverdeeld in in het eerste jaar, gevolgd door 3 jaar a per jaar B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? De maatregel omvat twee submaatregelen: Overstap VO-MBO en het Digitaal Doorstroom Dossier (DDD). Overstap VO-MBO richt zich op het in beeld brengen van alle schoolverlaters vanuit het V(S)O die overstappen naar het MBO. Het gaat dan om het monitoren van deze leerlingen vanaf het keuzemoment voor het MBO tot en met de definitieve inschrijving in het MBO. 2

7 Het DDD draagt bij aan terugdringing van VSV als gevolg van gebrekkige informatieoverdracht omdat het systematisch digitale informatie aanlevert die automatisch verwerkt wordt in de MBO-systemen. Het vervangt het decaneninlichtingenformulier. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? De Overstap VO-MBO brengt het proces van overdracht van leerlingen naar het MBO in beeld. Het DDD zorgt voor digitale overdracht van alle informatie vanuit het VO die nodig is voor de plaatsing en eventuele begeleiding. De informatie is uit drie bronnen afkomstig: LOB, Passend Onderwijs en NAW-gegevens. 3. Wat is de activiteit? Het in beeld brengen, monitoren en overdragen van passende informatie van leerlingen bij hun overstap naar het MBO. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? De maatregel richt zich op zo n 3100 VO en 100 VSO-deelnemers, dus in totaal 3200 jaarlijks. Bij gelijkblijvende leerlingenaantallen gaat het om leerlingen over een periode van 4 jaar. Daarnaast wordt onderzocht of de maatregelen ook betrekking kunnen hebben op de zij-instromers in de MBO-opleidingen in de regio. Er zijn naar schatting jaarlijks zo n zij-instromers. Maatregel 3 Educatiemeter A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? Eén jaar, daarna worden scholen zelf verantwoordelijk voor de financiering. C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Deze maatregel is in principe beschikbaar voor alle leerlingen in het VO en MBO. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? De maatregel levert een bijdrage aan vermindering van VSV en bevordert een passende (her)plaatsing in vervolgonderwijs en/of arbeidsmarkt. 3. Wat is de activiteit? De educatiemeter is een test die persoonskenmerken vertaalt naar perspectieven op scholing en/of arbeid. De activiteit richt zich op het (bij)scholen van experts (VO/MBO/RMC) die vervolgens in staat zijn deze test bij jongeren af te nemen. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Ongeveer 500 jongeren 3

8 Maatregel 4 Dashbord A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? In principe richt deze maatregel zich op alle VO- en MBO leerlingen. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? De maatregel moet ervoor zorgen dat er -door het combineren van verschillende informatiebronnen- actuele en adequate sturingsinformatie beschikbaar is. Het kan zorgen voor een fijnmazig informatiestructuur tot op leerlingniveau. 3. Wat is de activiteit? Dashbord biedt een platform waarin beschikbare gegevens/bestanden kunnen worden gecombineerd. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Er zijn op dit moment bijna VO- en MBO-leerlingen in de regio. Bij een looptijd van 4 jaar gaat het om het viervoudige hiervan. In deze optelsom wordt een leerling meerdere keren meegeteld. Maatregel 5 BZV-maatwerktrajecten VSV Plusvoorziening (Noord Limburg) A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Kwetsbare leerlingen uit VMBO bovenbouw en doorstromers naar MBO. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? Het bieden van hulp en structuur aan kwetsbare (V)MBO-leerlingen die bijdragen aan het behalen van een startkwalificatie. Doel is dat tenminste 75% die startkwalificatie ook behaalt. 3. Wat is de activiteit? De activiteit betreft een maatwerktraject van maximaal 6 maanden dat gericht is op het realiseren van een gedragsverandering en structuur en motivatie biedt voor het reguliere onderwijs. 4

9 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Per schooljaar kan aan 30 leerlingen een maatwerktraject worden geboden. Bij een looptijd van 4 jaar gaat het om zo n 120 leerlingen. Maatregel 6 Persoonlijke arrangementen voor overbelaste jongeren (Midden-Limburg) A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Kwetsbare jongeren die uitvallen of dreigen uit te vallen in het VO. Kwetsbare jongeren die uitvallen of dreigen uit te vallen in de entreeopleiding en niveau 2. PrO en VSO-leerlingen die de overstap naar vervolgonderwijs gaan maken. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? Dat door passende maatwerktrajecten (combinatie van onderwijs, zorg en arbeidstoeleiding) VSV voorkomen wordt. Ervoor zorgen dat het regionale VSVcijfer gelijk of liefst lager ligt dan de landelijke norm. 3. Wat is de activiteit? Het bieden van passende maatwerktrajecten (combinatie van onderwijs, zorg en arbeidstoeleiding) waarmee VSV wordt voorkomen. Elke jongere krijgt een persoonlijk traject, waarin arbeid altijd een rol speelt. Zorg wordt ingezet ter ondersteuning. Mogelijkheden binnen het onderwijs worden maximaal benut. Flexibel op inhoud, organisatie en middelen. Het streven is een gezamenlijke visie en een sluitend en integraal aanbod voor leerlingen met ondersteuningsvragen en een gecoördineerde arbeidstoeleiding waarbij onderwijs in de regio samenwerkt met gemeenten richting werkgevers met als doel een sluitende aanpak te realiseren. Iedere jongere met een gepersonaliseerd traject krijgt een casusverantwoordelijke en wordt besproken in de actietafel thuiszitters of actietafel arbeidsmarkt. De jongere wordt nog twee jaar gemonitord in de actietafel kwetsbare jongeren. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Jaarlijks richt de maatregel zich op: -MBO (inclusief entree en uitval niveau 2): 100 jongeren -VO/VSO Weert: 60 jongeren (30 onderwijs, 30 onderwijs-arbeid) -VO/VSO Roermond: 100 jongeren (50 onderwijs, 50 onderwijs-arbeid) In een periode van 4 jaar gaat het om zo n 4 x 260 = 1040 jongeren. Maatregel 7 Versterken, verbinden VSO-PrO en MBO A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan?

10 B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Leerlingen uit de laatste twee jaren van het VSO en PrO met het uitstroomperspectief doorleren in het MBO 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? Voor het schooljaar zijn de volgende concrete doelen benoemd: In kaart brengen van de omvang van de (uitval van) leerlingen die overstappen van het PrO en VSO naar opleidingen in het MBO (0-meting) en het opleveren van een model doorstroom- en VSV-rapportage voor de VSO en PrO-leerlingen bij Gilde en Citaverde Verminderen van de uitval door het uitwerken van een of meer concrete symbiosetrajecten tussen het Praktijkonderwijs en VSO en de MBO-opleidingen van Citaverde Het in werkgroepen vastleggen van de procedure van vroegmeting en vroegmelding, besluitvorming en communicatie bij doorstroom van VSO- en PrOleerlingen naar MBO-opleidingen van Gilde. Afstemming over de te gebruiken VSV-instrumenten en voorzieningen in de regio, onder meer gericht op monitoring van de resultaten 3. Wat is de activiteit? Voor de uitvoering van het project wordt een projectplan uitgewerkt en richten de partners een projectorganisatie in. Hiervoor werken in een kernteam experts en functionarissen vanuit Aloysius, Buitengewoon, Gilde en Citaverde actief samen. Zij gaan aan de slag met de volgende activiteiten: 1) Opzetten van 0-meting en monitoring van leerlingen vanuit de VSO-scholen van Aloysius en vanuit het VSO/PrO onderwijs van Buitengewoon. 2) Beschrijven begeleidingsmogelijkheden en expertise binnen VSO, PrO en binnen Gilde/Citaverde. Hoe kan de expertise over en weer benut worden in een doorlopende leerlijn? 3) Wat is er nodig voor een goed lopende vroegmeting, vroegmelding en intakeprocedure? Wat is er al en wat moet nader afgesproken en georganiseerd worden en wat betekent dit voor de intakeprocedure? 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? De totale populatie die in schooljaar 2016/17 doorstroomt naar het MBO is naar verwachting rond de 50 leerlingen. Bij een looptijd van 4 jaar gaat het -bij een gelijkblijvend leerlingenaantal- om zo n 200 leerlingen. Maatregel 8 ISK en doorstroming A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar 6

11 C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Leerlingen (en hun ouders), die de ISK bezoeken en leerlingen (en hun ouders) die na de ISK periode doorstromen naar andere vormen van onderwijs of begeleid worden naar de arbeidsmarkt. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? De inzet van maatschappelijk werkers voor Poolse en Arabisch sprekende leerlingen heeft als doel: Begrijpen en begrepen worden (in eigen taal). De leerling op verhaal laten komen. Bevordert ontwikkeling en participatie aan de samenleving (aanvragen sportfonds, clubs bezoeken, bespreken van cultuurverschillen en hoe hier mee om te gaan etc.) Veiligheid binnen de ISK behouden. o Indien nodig mee in overleg treden met LPA/gemeente/politie/voogd om tot een adequate oplossing te komen. Indien nodig in gesprek met ouders om leerling te ondersteunen en waar mogelijk ook om de ouders steun/begrip te geven. Tijdiger handelen door mentor/docenten is mogelijk, doordat zaken eerder helder zijn. Bijdragen aan terugdringen VSV (leerlingen voelen zich eerder gehoord / veilig en komen daardoor sneller tot ontwikkeling). 3. Wat is de activiteit? Het gaat in deze maatregel de inzet van specialistisch schoolmaatschappelijk werk door een Arabische en een Poolse (Oosteuropese) functionaris. Primair worden de functionarissen ingezet vanuit de ISK locaties in Venlo en Horst. De doorstroom is gericht op alle V(MB)O-scholen, MBO-scholen, PRO en VSO. Ook de specifieke toeleiding naar arbeid is van belang. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Naar schatting in schooljaar 2016/17 op 100 leerlingensituaties van leerlingen, die de ISK bezoeken en 50 leerlingen die komend schooljaar in een doorstroomtraject zitten. Bij een looptijd van 4 jaar gaat het naar schatting om zo n 600 leerlingen. Maatregel 9 Plusvoorziening Gilde Opleidingen A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Kwetsbare, overbelaste en risicovolle jongeren in MBO-onderwijs op niveau 1 en Wat wilt u bereiken met de maatregel? Dat 75-80% van de deelnemende studenten aan de Plusvoorziening, liefst binnen de nominale duur van de (Entree)opleiding een diploma behalen en daarna succesvol een startkwalificatie behalen, of een passende arbeidsplek vinden. 7

12 3. Wat is de activiteit? De activiteit bestaat uit: -specifieke inzet in het kader of ter voorbereiding op de warme overdracht waaronder bv. leerling-ouderinformatiebijeenkomsten op toeleverende scholen, meeloopdagen en intensieve monitoring gedurende de eerste 20 weken bij Entreeopleidingen. -inzet van een intern begeleider die multiproblematiek in kaart brengt -intensieve ondersteuning door de trajectbegeleider -nazorg bij uitstroom -deelname aan actietafels/overleg kwetsbare jongeren en thuiszitters 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? In schooljaar 2015/16 hebben 187 studenten gebruik gemaakt van de Plusvoorziening Entreeopleidingen. Bij niveau 2 behoren in dat jaar 574 deelnemers tot de groep kwetsbare jongeren. Globaal richt de activiteit zich op zo n 750 studenten. Over een periode van 4 jaar zou het bereik zo n 3000 studenten zijn als de omvang van deze doelgroep constant blijft. Maatregel 10: Oud VSV-ers A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Oud-vsv ers onder 23 jaar zonder startkwalificatie (niet als gevolg van een handicap), die niet op school zitten, niet werken (inkomen < 300) en geen uitkering ontvangen. De groep jongeren die buiten beeld is voor bemiddeling naar onderwijs en/of werk gemeenten en UWV, (de zogeheten onzichtbare jongeren ) 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? Alle oud-vsv ers tot 23 jaar die de intellectuele capaciteiten hebben en waarbij geen belemmeringen gelden die al dan niet met ondersteuning- binnen een half jaar kunnen worden opgelost, benutten onderwijs als voorliggende voorziening. 3. Wat is de activiteit? Deze jongeren actief benaderen en hen motiveren en begeleiden weer naar school te gaan om een startkwalificatie te behalen. Uitwerking Noord (ism Participatiewet/aanpak jeugdwerkeloosheid): a. Praktische analyse van de 463 jongeren via RMC, jongerencoaches, schulddienstverlening/cjib, detentieverleden, jeugd, WMO, inburgering, straatcoach, werkplein en jongerenzorgnetwerkoverleg. b. Outreachend en actief benaderen doelgroep (door RMC) en uitnodigen voor aansprekend event. Uitwerking Midden (ism regionaal arbeidsmarktbeleid/jeugdwerkloosheid): a. Nadere analyse van de 501 jongeren via RMC b. Actief benaderen doelgroep door RMC en uitnodigen voor gesprek c. jongeren uitnodigen voor een gesprek en bespreken mogelijkheden terugkeer naar school met als doel behalen startkwalificatie 8

13 d. jongeren helpen bij een oriëntatie op terugkeer in het onderwijs e. indien onderwijs niet tot de mogelijkheden behoort, doorleiden naar jongerenteam/jobhunter jeugd tbv toeleiding naar werk 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Noord Limburg (feb 16): 463 jongeren (327 zonder uitkering, 136 werkt met loon < 300) verdeling: Subregio Venray: 159 (108 zonder uitkering, 51 werkt met loon < 300) Subregio Venlo: 304 (219 zonder uitkering, 85 werkt met loon < 300) Midden Limburg (mrt 16): 501 jongeren (379 zonder uitkering, 122 met loon < 300) verdeling: Subregio Weert: 166 (112 zonder uitkering, 54 werkt met loon < 300) Subregio Roermond: 335 (267 zonder uitkering, 68 werkt met loon < 300) In totaal gaat het nu om zo n 964 jongeren die tot de doelgroep behoren. Het is lastig om een inschatting te geven van de omvang van de doelgroep als de looptijd 4 jaar is. Maatregel 11 VSV coach Gilde Opleidingen A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1 e jaar C. Doel van de maatregel (maximaal 200 woorden per subvraag) 1. Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? De VSV-coaches richten zich op alle studenten op niveau 2, 3 en 4 (incl. VAVO) die bij Gilde Opleidingen zijn aangemeld en/of willen gaan starten met een opleiding. 2. Wat wilt u bereiken met de maatregel? Het zo preventief mogelijk signaleren en ondersteunen van risicojongeren die de overstap maken van de toeleverende school/instantie naar MBO en bij Gilde Opleidingen een opleiding gaan starten. Door deze jongeren tijdig (liefst vóór de aanmelding) en goed in beeld te hebben en te houden wordt het succes bij het voortzetten van de studieloopbaan in het MBO vergroot. 3. Wat is de activiteit? De VSV-coaches zijn gericht op risicoleerlingen die aangemeld worden bij Gilde Opleidingen. Zij hebben en houden alle risicoleerlingen, overbelaste jongeren en jongeren in een kwetsbare positie in beeld ( kennen de leerling ). Elke uitvoeringslocatie van Gilde Opleidingen heeft een VSV-coach. Dit houdt in dat de VSV-coach decentraal en regionaal werkt in samenwerking met de V(S)Oscholen en gemeentes in de betreffende regio. Hij werkt nauw samen met de VSV-makelaars van de V(S)O-scholen. Op die manier versterkt de VSV-coach de (lokale) focus op het voorkomen van VSV. Tevens stimuleren en organiseren coaches de warme overdracht van leerlingen behorende tot de doelgroep of voeren deze warme overdracht uit in samenwerking met de onderwijsteams op locatie en de V(S)O-scholen. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? 9

14 De maatregel geldt voor alle leerlingen die problemen hebben met de overstap van de toeleverende school/instantie naar het MBO en daardoor het risico lopen van voortijdig schooluitval. Het is moeilijk in te schatten hoeveel leerlingen van de ruim 5000, die jaarlijks bij Gilde Opleidingen starten met een opleiding, risicoleerlingen zijn en daardoor extra begeleiding nodig hebben. Maatregel 12: Match A. Gevraagd bedrag 1.Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1.Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 4 jaar, indien er sprake is van positieve besluitvorming na het 1e jaar C. Doel van de maatregel 1.Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? De Matchtrajecten zijn bedoeld voor studenten, niveau 2, 3 of 4 en havo-4-5) die onderwijs volgen binnen of buiten regio 38, woonachtig zijn in regio 38 en potentiële uitvallers zijn. Zij hebben een verkeerde opleidingskeuze gemaakt maar willen wel een mbo-opleiding volgen. 2.Wat wilt u bereiken met de maatregel? Match is een voorziening die als doel heeft om het aantal studenten dat voortijdig stopt met studeren, zonder een diploma te hebben behaald, terug te dringen. Match richt zich daarom op heroriëntatie en motivatieontwikkeling en creëert doorstroom met reële nieuwe opleidingskansen. 3.Wat is de activiteit? Match kent twee trajectvormen: 1. Groepstraject: Match 2. Maatwerktraject: MatchOpMaat Match2.0 start in de tweede onderwijsperiode van het schooljaar (november) en wordt achtereenvolgens in drie periodes uitgevoerd tot aan de zomervakantie. In de eerste weken start Match2.0 met een groepsgericht programma. Het programma heeft een looptijd van maximaal 8 weken. De beoogde groepsgrootte is maximaal 16 deelnemers. MatchOpMaat is een flexibel en individueel gericht traject. MatchOpMaat gaat direct bij het begin van het schooljaar van start. MatchOpMaat is bedoeld voor studenten die meer nodig hebben dan alleen een loopbaangesprek maar waarvoor een groepstraject van 8 weken niet nodig is. Bij MatchOpMaat blijft de student voor het grootse deel van de week onderwijs volgen bij de opleiding. Gedurende een periode van maximaal 8 weken ontvangt de student voor maximaal 1 dag per week gerichte keuze- en heroriëntatiebegeleiding. MatchOpMaat kent een flexibele in- en uitstroom. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? Met ingang van schooljaar kunnen 100 studenten deelnemen aan Match. Bij een looptijd van 4 jaar gaat het om een capaciteit van 400 studenten. 10

15 Maatregel 13 ISK-leerarrangement A. Gevraagd bedrag 1. Wat is het totaalbedrag voor de maatregel voor de gehele looptijd ervan? B. Looptijd 1. Wat is de looptijd van de maatregel (maximaal vier jaar)? 1 jaar C. Doel van de maatregel 1.Op welke doelgroep is deze maatregel gericht? Welk(e) onderwijssoort(en) en / of onderwijsniveau(s) betreft dit? Het ISK-leerarrangement beoogt ISK-studenten die instromen in MBO-onderwijs (Entreeopleidingen) bij Gilde Opleidingen en die in het bezit zijn van een aantoonbaar taalniveau A2 additioneel taalonderwijs te bieden dat specifiek gericht is op vaktaal en vaktheorie. Ongeveer 20% van de Entreestudenten stroomt in vanuit de ISK. Gilde Opleidingen gaat in schooljaar 2016/17 op zoek naar andere mogelijkheden (bv. inzet vrijwilligersorganisaties) om deze ondersteuning na dit schooljaar zonder kosten vorm te geven. 2.Wat wilt u bereiken met de maatregel? Voorkomen van VSV bij specifieke doelgroep in de Entreeopleidingen. De maatregel zorgt er niet alleen voor dat studenten taalvaardiger worden maar maakt het vinden van en functioneren op een BPV-plek ook kansrijker. 3. Wat is de activiteit? Taalgericht vakonderwijs (additioneel) in de lessen Nederlands, theorie- en praktijklessen. 4. Hoeveel deelnemers wilt u met deze maatregel bereiken gedurende de gehele looptijd ervan? 40 deelnemers 11

16 4.Begroting Beheerskosten post(en) Projectmanagement (0.6 fte) per jaar Secretariaat (0.2 fte) Financiële coördinatie en administratie Accountant en onvoorzien Subtotaal beheerskosten per jaar per jaar per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 1 VSV-makelaars post(en) 3.2 fte VSV-makelaar per jaar 0.5 fte projectcoördinator per jaar Subtotaal maatregel per jaar gehele looptijd Maatregel 2 (a) Intergrip Overstap VO-MBO post(en) Intergrip in 2017 Auditconnect in 2017 Stagnatiemeldpunt in 2017 Beheer in 2017 Projectleiding in 2017 Subtotaal maatregel 2 (a) in in 2018/2019/2020 gehele looptijd Maatregel 2(b) Intergrip DDD post(en) Intergrip (regulier) in 2017 Intergrip (zij-instromers) in 2017 Auditconnect in 2017 Implementatiekosten in 2017 Licentiekosten in 2017 Beheer in 2017 Projectleiding in 2017 Subtotaal maatregel 2 (B) in in 2018/2019/2020 gehele looptijd

17 Maatregel 3 Educatiemeter post(en) 6 groepen huidige experts bijscholen a groepen nieuwe experts scholen a in in 2017 Subtotaal maatregel in 2017 gehele looptijd Maatregel 4 Dashbord post(en) Abonnement Licentie Subtotaal maatregel per jaar per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 5 BZV Maatwerktrajecten post(en) Docent/mentor ( 1 fte) Gedragsdeskundige, inzet MBO, extra activiteiten loket Inhuur/hulpmiddelen Subtotaal maatregel per jaar per jaar per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 6 Persoonlijke arrangementen post(en) Begeleiding doelgroep VO/MBO Subtotaal maatregel gehele looptijd Maatregel 7 Versterken, verbinden VSO-PrO en MBO post(en) Projectcoördinatie Aloysius Projectcoord. Buitengewoon Projectgroepen Aloysius Projectgroepen Buitengewoon Subtotaal maatregel per jaar per jaar per jaar per jaar per jaar gehele looptijd

18 Maatregel 8 ISK en doorstroming post(en) Maatschappelijk werker (0.65 fte) Subtotaal maatregel per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 9 Plusvoorziening Gilde Opleidingen post(en) Begeleiding (1.43 fte) Subtotaal maatregel per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 10 Oud VSV-ers post(en) 0.43 fte begeleiding Limburg Noord (Venray/Venlo) 0.43 fte begeleiding Limburg Midden (Roermond/Weert) Subtotaal maatregel per jaar per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 11 VSV coach Gilde Opleidingen post(en) Coördinatie VSV coach (0.51 fte) VSV-coaches (2.7 fte) Inhuur externe expertise Subtotaal maatregel per jaar per jaar per jaar per jaar gehele looptijd Maatregel 12 Match Gilde Opleidingen post(en) Bijstellen en ontwikkelen programma s Uitvoering programma s (ruim 2 fte) Nederlands en rekenen Coördinatie (0.4 fte) Administratie Subtotaal maatregel gehele looptijd

19 Maatregel 13 ISK-leerarrangement post(en) 0.43 fte inzet docent in 2017 Subtotaal maatregel gehele looptijd Totaal van de maatregelen (inclusief innovatiebudget in 2018, 2019 en 2020 zie meerjarenbegroting) in in in in 2020 Totaal van de beheerskosten en alle maatregelen Ondertekening Namens de scholen en instellingen in de regio: Naam bevoegd gezag van de contactschool Plaats Mevr. I. Janssen Reinen lid CvB Gilde Opleidingen Roermond Datum Handtekening Namens de gemeenten in de regio: Naam verantwoordelijke wethouder van de RMC-contactgemeente van de RMC-regio Plaats Dhr. S. Satijn Wethouder gemeente Venlo Venlo Datum Handtekening 15

20 Intentieovereenkomst van de bevoegde gezagen van de onderwijsinstellingen en de contactgemeente van de RMC-regio Noord Limburg (regio 38), inzake de aanpak van voortijdig schoolverlaten en voor jongeren in een kwetsbare positie in de schooljaren t/m ten behoeve van subsidie voor de uitvoering van het regionale programma aan maatregelen. Partijen: ROC Gilde Opleidingen te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw I.A.M. Janssen Reinen, hierna te noemen: de contactschool. De RMC-contactgemeente Venlo van regio Noord Limburg (38) te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer S. Satijn, hierna te noemen: de contactgemeente De gemeente Venray, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer M. van der Putten De gemeente Roermond, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer F.Pleyte De gemeente Weert, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer G. Gabriëls Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO), te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer R.K.M. Bonekamp Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken (OGVO), te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer P.B.M. Badoux Stichting Onderwijs Midden Limburg (SOML), te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer M.J.H.M. Kikken Onderwijsgroep Buitengewoon, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer A. Kempe De Aloysius Stichting, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer H.Kelderman Stichting Citaverde College, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.P. Janssen Praktijkonderwijs Roermond te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw A.G.J.F. Geenen Verklaren op 22 september 2016 het volgende te zijn overeengekomen: Artikel 1. Begripsbepalingen 1

21 1. In deze samenwerkingsovereenkomst wordt verstaan onder: a. onderwijsinstelling: regionaal opleidingen centrum als bedoeld in artikel van de wet, vak instelling als bedoeld in artikel 1.3.2a van de wet, agrarisch opleidingscentrum als bedoeld in artikel van de wet, alsmede school voor voortgezet onderwijs, met uitzondering van een school voor praktijkonderwijs, als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs; b. regeling regionale aanpak: de Regeling regionale aanpak voortijdig schoolverlaten (nog in ontwikkeling); c. regionaal programma: het regionaal programma voortijdig schoolverlaten, bedoeld in artikel PM van de Regeling regionale aanpak; d. wet: de Wet educatie en beroepsonderwijs en Wet voortgezet onderwijs. e. voortijdig schoolverlater: een jongere tussen de 12 en 23 jaar die zonder startkwalificatie het reguliere onderwijs verlaat. f. jongeren in een kwetsbare positie: jongeren die de overstap maken van VMBObasisberoeps- en VMBO-leerwerktrajecten naar entreeopleiding of MBO niveau 2. Jongeren die zijn uitgestroomd uit het Praktijkonderwijs (PrO) en Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) met uitstroomprofiel dagbesteding of arbeidsgericht. Jongeren die (voortijdig) uitstromen uit de entreeopleiding of niveau 2 van het MBO. g. onderwijs: scholen voor Voortgezet (Speciaal) Onderwijs en Middelbaar Beroepsonderwijs h. RMC-contactgemeente: de contactgemeente, bedoeld in artikel 8.3.2, derde lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en artikel 118h, derde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs. i. contactschool: de contactschool, bedoeld in artikel 9 van de Regeling regionale aanpak; j. startkwalificatie: minimaal een MBO niveau 2, havo of VWO diploma. k. plusvoorziening: een combinatieprogramma van zorg en hulpverlening, onderwijs en (indien van toepassing) arbeidstoeleiding, waarbij een duidelijke structuur voor en verbondenheid met de jongere voorop staan. l. oud VSV-ers: jongeren (tot 23 jaar) zonder startkwalificatie die de school al eerder voortijdig verlaten hebben. Artikel 2. Doel en wijze van samenwerking en resultaat 1. De partijen, hierna te noemen de samenwerkingspartners, sluiten op grond van artikel 7 van de Regeling regionale aanpak, een intentieovereenkomst voor het ontwikkelen en uitvoeren van een regionaal programma. 2. Het regionaal programma omvat maatregelen van onderwijsinstellingen en gemeenten die gezamenlijk en in overeenstemming met de RMC-gemeenten, blijkens een regionale analyse, zijn gericht op: a) het voorkomen van voortijdig schoolverlaten door enerzijds structurele borging van het voorkomen van voortijdig schoolverlaten in het onderwijsproces van de onderwijsinstellingen en anderzijds het bevorderen van de samenwerking tussen de onderwijsinstellingen onderling (ook onderwijsinstellingen buiten regio 38) en gemeenten in die RMC-regio; het bieden van passende begeleiding voor jongeren in een kwetsbare positie, zoals bedoeld in de brief Meer kansen voor jongeren in een kwetsbare positie van de 2

22 minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap; het bieden van begeleiding aan jongeren die niet tot deze doelgroep behoren maar toch een verhoogd risico op uitval hebben. Deze doelgroep bevindt zich bijvoorbeeld ook in niveau 3 en 4 van het MBO. Het bieden van een voorziening waarmee voorkomen wordt dat overbelaste jongeren uitvallen (een plusvoorziening); de begeleiding van eerder uitgevallen jongeren (de zgn. oude vsv ers). 3. De samenwerkingspartners uit het onderwijs hebben uit hun midden een contactschool aangewezen, zoals bedoeld in de Regeling regionale aanpak. 4. De contactschool en de contactgemeente hebben allebei een gelijkwaardige positie. Zij zijn allebei verantwoordelijk voor het beheer van een deel van het regionaal budget, dat bedoeld is voor de uitvoering van regionale maatregelen uit het programma. Beiden hebben wederzijdse zeggenschap over de inzet van de budgetdelen. Het is aan scholen en gemeenten samen om te bepalen hoe zij het regionale budget in willen zetten.. 5. De samenwerkingspartners leveren een actieve bijdrage aan het ontwikkelen en het uitvoeren van het regionaal programma. Hiertoe nemen (vertegenwoordigers van de) afzonderlijke samenwerkingspartners onder meer deel aan overleggen over de voorbereiding, voortgang, monitoring en evaluatie van de maatregelen uit het regionaal programma. 6. Indien de contactschool en/of de contactgemeente voor het uitvoeren van één of meer maatregelen (een deel van de) middelen verstrekt aan een of meer van de samenwerkingspartners, informeert elke onderwijsinstelling beleidsmatig over de voortgang van deze maatregel(en) en legt deze onderwijsinstelling financieel verantwoording af aan de contactschool, welke de administratie voert. Ten behoeve van de jaarlijkse voortgangsrapportage wordt beleidsmatig en financieel verantwoording afgelegd.. 7. De verantwoording naar het Rijk over het regiobudgetdeel dat de contactschool heeft ontvangen, vindt ongeacht de regionale structuur plaats op de gebruikelijke wijze via de jaarrekening van de contactschool. De verantwoording naar het Rijk over het regiobudgetdeel dat de contactgemeente heeft ontvangen, vindt ongeacht de regionale structuur plaats op de gebruikelijke wijze welke van toepassing is voor de contactgemeente, dit zal via de SISA bijlage plaatsvinden. Artikel 3. Duur De samenwerking wordt aangegaan voor de looptijd van de Regeling regionale aanpak. Artikel 4. Regionaal programma en afspraken over besteden van de subsidie 1. Er is een regionaal programma opgesteld op grond van de Regeling regionale aanpak. 2. Het deel van de subsidie dat bestemd is voor beheers- en coördinatiekosten bedraagt maximaal op basis van nacalculatie. 3. Declaranten verplichten zich conform de afspraken van de contactschool hun declaraties in te dienen. Artikel 5. Rol en activiteiten contactschool 3

23 Op grond van artikel 8, tweede lid, van de Regeling regionale aanpak heeft het bevoegd gezag van de contactschool in ieder geval tot taak: a. het informeren van de onderwijsinstellingen die het regionaal programma hebben ondertekend;. b. het onderhouden van contacten met de RMC-contactgemeente over de uitvoering van het regionaal programma voor de RMC-regio; c. het beheren van het regiobudgetdeel en uitvoering geven aan de afspraken over de besteding van de subsidie die wordt verstrekt; d. het als kassier school optreden voor het gehele regiobudget van contactschool en contactgemeente met inachtneming van de goedkeuring van de gemeenteraad van de contactgemeente en de regelgeving die ten behoeve van de financiële verantwoording aan het rijk vereist is Artikel 6. Rol en activiteiten contactgemeente a. het aansturen van de totstandkoming van het regionaal programma b. het betrekken van de contactschool bij de totstandkoming van het regionaal programma c. het zorgen voor formele instemming van de RMC-contactschool met het regionaal programma ten behoeve van de subsidieaanvraag; d. het initiëren van overleg op operationeel niveau over de voortgang van het regionaal programma; e. het onderhouden van contacten met de contactschool over de uitvoering van het regionaal programma f. het in afstemming met de contactschool laten beheren van het regiobudgetdeel en uitvoering geven aan de afspraken over de besteding van de subsidie die wordt verstrekt; g. het volgens de SISA-methodiek verantwoording afleggen over de inzet van financiën Artikel 7. Indienen aanvraag Contactschool en contactgemeente treden namens de samenwerkingspartners gezamenlijk op als aanvrager van de regionale subsidie die wordt verstrekt; Artikel 8. Slotbepaling Deze overeenkomst kan slechts gewijzigd worden met instemming van alle samenwerkingspartners. 4

24 ROC Gilde Opleidingen mevrouw I.A.M. Janssen Reinen Gemeente Venlo S. Satijn Gemeente Venray M. van der Putten Gemeente Roermond F.Pleyte Gemeente Weert G. Gabriëls Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO) R.K.M. Bonekamp Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken (OGVO) P.B.M. Badoux Stichting Onderwijs Midden Limburg (SOML) 5

25 M.J.H.M. Kikken Stichting Citaverde College J.P. Janssen Onderwijsgroep Buitengewoon A. Kempe Aloysiusstichting H. Kelderman Praktijkonderwijs Roermond mevrouw A.G.J.F. Geenen 6

26 De organisatie- en overlegstructuur VSV-programma regio 38 schooljaar 2016/17 De stuurgroep VSV Besluitvorming over de te nemen VSV-maatregelen en de verdeling van het budget vindt plaats in de stuurgroep Voortijdig schoolverlaten, die tenminste tweemaal per jaar bijeenkomt onder leiding van de portefeuillehouder van de contactgemeente. De stuurgroep bestaat uit vertegenwoordigers van VO- en MBO-besturen en de wethouders onderwijs van Venlo, Roermond, Weert en Venray. In het overleg staat de voortgang van het VSV-beleid op de agenda met specifieke aandacht voor de wijze waarop onderwijsbesturen en wethouders de samenwerking en onderlinge afstemming op het gebied van voortijdig schoolverlaten op bestuurlijk niveau kunnen bevorderen. De leden van de projectgroep VSV nemen ook deel aan het overleg van de stuurgroep. De projectgroep VSV De voorbereiding voor het overleg van de stuurgroep vindt plaats in de projectgroep VSV. De VSVprogrammamanager en de vertegenwoordiger van de contactschool (ROC Gilde Opleidingen) respectievelijk contactgemeente (Venlo) maken samen met de accountmanager van het ministerie deel uit van de projectgroep. De projectgroep monitort de voortgang van het VSV-programma als geheel, signaleert knelpunten en intervenieert -indien noodzakelijk- primair via de programmamanager om de uitvoering van het VSV-programma op koers te houden. De projectgroep legt verantwoording aan de stuurgroep af voor de resultaten van het programma. De VSV-programmamanager draagt hierbij een specifieke verantwoordelijkheid. Subregionale VSV-overleggen Het hart van de overlegstructuur wordt gevormd door de subregionale context en sluit zoveel mogelijk aan bij de (indeling in) arbeidsmarktregio s en samenwerkingsverbanden VO. Dit betekent dat de huidige structuur met overleg op het niveau van Limburg Midden en -Noord gehandhaafd blijft. Het gaat hierbij om overleg op tactisch niveau dat periodiek plaatsvindt. Onderwijs en gemeenten bespreken hier gezamenlijk de voortgang in de uitvoering van (afzonderlijke) VSVmaatregelen, de samenhang tussen de maatregelen (inclusief ontwikkelpunten) en de afstemming met aanpalende gemeentelijke beleidsterreinen als arbeidsmarkt en jeugdzorg. Doel is het realiseren van succesvolle en (meer) integrale VSV-aanpak in de subregio. Deelnemers zijn VO-directeuren, managers uit het MBO en ambtenaren uit de gemeente(n) in de subregio met verantwoordelijkheden op de gebieden leerplicht/rmc, arbeidsmarkt en jeugdzorg. Indien functioneel nemen ook verantwoordelijken voor een VSV-maatregel deel aan zo n overleg. NB. De overleggen in Noord en Midden worden op doel en samenstelling herijkt. Het voorzitterschap komt in handen van de VSV-programmamanager. Regionaal overleg Een paar maal per jaar organiseert de programmamanager een overleg op regionaal niveau om opbrengsten en ontwikkelingen op beleidsniveau tussen de subregio s -die relevant zijn op regionaal niveau- uit te wisselen. Dit kan bv. in de vorm van een expertoverleg. Lokaal casuistiekoverleg Hoewel dit geen (formele) plaats inneemt in de VSV-overlegstructuur blijken lokale overleggen op casuistiekniveau (actietafels) waar diverse partners -onder leiding van een onafhankelijk voorzitter- gezamenlijk bespreken welk (maatwerk)trajecten het best passend zijn voor VSV-ers een belangrijke bijdrage te kunnen leveren in het bieden van (nieuwe) perspectieven voor jongeren.