Bij een klein debiet is de verdunning van de afvalwaters minder en zijn de negatieve effecten veroorzaakt door de afvalwaters groter.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bij een klein debiet is de verdunning van de afvalwaters minder en zijn de negatieve effecten veroorzaakt door de afvalwaters groter."

Transcriptie

1 2. WATERLOOP 2.1. Oriëntering op de waterloop Als we naar de bron toe varen, die hoger ligt dan de monding gaan we de rivier op, stroomopwaarts. Varen we naar de monding, die lager ligt dan de bron, dan drijven we mee met de stroming, dit heet stroomafwaarts. Om te weten wat de linker- en de rechteroever is, moet je met je gezicht naar de monding staan (of met je rug naar de bron), wat dan aan de linkerkant ligt, is de linkeroever, aan de rechterkant de rechteroever Waterlopen en bekkens Een beek is een min of meer natuurlijke waterloop die vanuit een oorsprong, vaak een bron, naar lager gelegen gebieden (stroomafwaarts) vloeit. Waar meerdere beken samenkomen en een zekere grootte krijgen, spreken we van een rivier. De vuistregel om te bepalen of een waterloop nu een beek of een rivier is, is dat een beek op alle plaatsen doorwaadbaar is, terwijl een rivier dit maar op enkele plekken is. Een rivier ligt in een bekken. De bekkens zijn afgebakend op basis van waterscheidingslijnen. Deze lijnen geven de scheiding aan tussen het hemelwater dat in de richting van de rivier vloeit. In het Vlaams Gewest kennen we 11 rivierbekkens: Brugse polders, Gentse kanalen, Beneden-Scheldebekken, Boven-Scheldebekken, Demerbekken, Denderbekken, Dijlebekken, IJzerbekken, Leiebekken, Maasbekken, Netebekken. De grootte van een bekken bepaalt hoeveel water er maximaal door een rivier stroomt. Een bekken is bepalend voor de verspreiding van aan water gebonden organismen. Op gebied van milieu geeft een bekken aan waar het effect van een verstoring, bv. de lozing van een giftige stof, verder merkbaar zal zijn. Een stroom is een rivier die in zee uitmondt. Alle bekkens van de rivieren die in de stroom uitmonden vormen samen het stroomgebied. In Vlaanderen kennen we vier stroomgebieden: IJzer, Schelde, Maas en de Brugse Polders. De eerste drie zijn grensoverschrijdend. Een kanaal is een door de mens (al dan niet met de hand) gegraven waterweg, meestal in een rechte lijn aangelegd. Het water in een kanaal is afkomstig van rivieren. Een kanaal kan verschillende bekkens doorkruisen. Kanalen werden gegraven voor het goederentransport of voor de afvoer van overtollig water (afleidingskanalen) Verval - debiet Het verval is het hoogteverschil van de waterspiegel tussen twee plaatsen. Hoe kleiner het verval, hoe trager het water stroomt en hoe kleiner het debiet. De meeste Vlaamse rivieren hebben een klein verval. Het debiet is de hoeveelheid water (in m 3 ) dat per seconde op een bepaalde plaats voorbij stroomt. Het debiet van een rivier kan heel hard schommelen. In de winter is er een hoge afvoer door de grote regenval. In de zomer is het droger en is er een lagere afvoer. Als een debiet gelijk is aan nul, dan stroomt het water niet. Bij een klein debiet is de verdunning van de afvalwaters minder en zijn de negatieve effecten veroorzaakt door de afvalwaters groter. Hieronder vind je een overzicht van de gemiddelde debieten van enkele rivieren in 2009 (bron: Hydrologisch jaarboek 2009 Hydrologisch Informatiecentrum) Rivier Plaats Gemiddeld jaardebiet (m 3 /s) Minimum debiet in 2009 (m 3 /s) Maximum debiet in 2009 (m 3 /s) Kleine Nete Grobbendonk 5,26 1,65 25,53 Dijle Wijgmaal 4,74 2,12 21,87 Demer Aarschot 13,04 4,54 54,50 Zenne Vilvoorde 7,4 5,04 30,47 Dender Aalst 6,01 5,79 6,78 Deel Info najaar 2012 EMBT 7

2 Zeeschelde Melle 30,88-2,40 255,90 Bovenschelde Bossuit 31,23 10,89 146,22 Leie St-Baafs-Vijve 28,89 5,72 203,12 IJzer Roesbrugge 3,72 0,19 76,42 Een aantal rivieren staan in voor de voeding van kanalen. Zo wordt het Albertkanaal gevoed door de Maas, en het Kanaal Gent - Oostende door de Bovenschelde en de Leie. Daardoor vermindert het debiet van die rivieren Waterkwaliteit De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) meet de kwaliteit van het oppervlaktewater aan de hand van een uitgebreid meetnet. Er worden monsters genomen van het water in onze beken, rivieren, kanalen, vijvers en aan onze kust. In Vlaanderen (de wetten in Vlaanderen, Brussel en Wallonië verschillen van elkaar) moet al het oppervlaktewater een basiswaterkwaliteit hebben. Uitzondering hierop kunnen aangevraagd worden - in de stroomgebiedbeheerplannen (zie 13.4 & 13.6) - voor sterk veranderde of kunstmatige waterlichamen. Voorbeelden: Kunstmatig waterlichaam: Zeekanaal Brussel-Schelde Sterk veranderd waterlichaam (omwille van: Scheepvaart inclusief Havenfaciliteiten, Bescherming overstroming): Leie vanaf de gewestgrens te Wervik t.e.m. de monding in de Ringvaart te Gent. Er zijn ook waarden voor waterlopen met een bestemming van viswaterkwaliteit en ook zijn er andere waarden voor water waaruit drinkwater moet gemaakt worden of voor waterlopen die bestemd zijn als zwemwater en schelpdierwater. Afhankelijk van de geldende kwaliteitsdoelstelling moeten bepaalde normen voor verschillende parameters gehanteerd worden. De Europese kaderrichtlijn Water (EKW; zie 13.4) heeft onder meer als doel om een goede toestand te bereiken in alle oppervlaktewateren. Het behalen van een goede toestand wordt verder omschreven als het bereiken van een goede chemische toestand en een goede ecologische toestand. De EKW verplicht de lidstaten de oppervlaktewaterkwaliteit op te volgen op zo een manier dat de kwaliteitsgegevens onderling uitwisselbaar zijn. De chemische toestand van een waterlichaam wordt beoordeeld aan de hand van de concentratie van de prioritaire stoffen en de andere chemische stoffen waarvoor er een Europese milieukwaliteitsnorm bestaat. De goede chemische toestand van een waterlichaam wordt behaald wanneer de milieukwaliteitsnorm voor al deze in totaal 41 stoffen gehaald wordt (principe one out, all out ). Voor de beoordeling van de ecologische toestand worden zowel biologische, hydromorfologische als chemische en fysische-chemische kwaliteitselementen in beschouwing genomen. De EKW schrijft per categorie waterlichamen voor welke biologische kwaliteitselementen van toepassing zijn. De biologische kwaliteitselementen (fytoplankton 1, fytobenthos 2 en macrofyten 3, macro-invertebraten 4 en vissen 5 ) worden beoordeeld met een ecologische kwaliteitscoëfficiënt (EKC of in het Engels EQR). Elk van deze vijf kwaliteitselementen moet beoordeeld worden aan de hand van een door de lidstaten vrij te kiezen methode, die aan een aantal vereisten moet voldoen. De EKW eist dat deze beoordelingssystemen van de verschillende lidstaten onderling vergelijkbaar zijn. De EKC geeft de verhouding aan tussen de waarde van de voor een bepaald waterlichaam vastgestelde biologische parameter en de waarde van die parameter onder de voor dat waterlichaam geldende referentieomstandigheden. Deze EKC wordt uitgedrukt als een getalswaarde tussen nul en één, waarbij de waarden in de buurt van één op een zeer goede ecologische toestand (geen of zeer 1 De microscopische, niet vastgehechte en dus los drijvende planten (algen). 2 De op stenen, waterplanten, vastgehechte algen; in de praktijk worden enkel de kiezelwieren of diatomeeën in het beoordelingssysteem voor dit kwaliteitselement meegenomen. Gemeten met PISIAD-index. 3 Alle water- en oeverplanten die zichtbaar zijn met het blote oog. Gemeten met macrofytenindex. 4 Met het blote oog waarneembare ongewervelde dieren (groter dan 0,5 mm). Gemeten met MMIF. 5 Gemeten met de IBI-index. Deel Info najaar 2012 EMBT 8

3 geringe afwijking van de ecologische toestand tot de referentie) wijzen en de waarden in de buurt van nul op een slechte ecologische toestand (zeer sterke afwijking tot de referentie). Onder hydromorfologische kwaliteitselementen worden hydrologische en structurele eigenschappen verstaan zoals stromingsregime en natuurlijkheid van de oevers. Onder de chemische en fysisch-chemische kwaliteitselementen vallen de algemene fysischchemische kwaliteitselementen (zoals zuurstof en nutriënten) en de specifieke niet-prioritaire polluenten waarvan door de lidstaat is vastgesteld dat ze in significante hoeveelheden in het waterlichaam worden geloosd. De normen voor de biologische, de hydromorfologische en de algemene fysisch-chemische elementen zijn typespecifiek. Deze typespecifieke normen worden beoordeeld volgens een systeem met vijf niet noodzakelijk gelijkmatig verdeelde - kwaliteitsklassen, namelijk zeer goed (blauw), goed (groen), matig (geel), ontoereikend (oranje) en slecht (rood) (zie bovenstaande figuur). Deze eindscore voor de ecologische toestand van een oppervlaktewaterlichaam wordt bepaald door het laagste beoordelingsresultaat van alle biologische en fysico-chemische kwaliteitselementen. Het doel van de ecologische beoordeling is het beoordelen van de effecten van menselijke activiteiten op ecologische kenmerken op de verschillende geïntegreerde schalen in ruimte en tijd en het evalueren van de resulterende beoordeling in beheersmaatregelen. Het primaire einddoel is het bereiken van de goede ecologische toestand. De specifieke niet-prioritaire polluenten kunnen enkel conform of niet conform de norm zijn, wat dan vertaald wordt in slechts twee kwaliteitsklassen, namelijk goed en niet goed. Een waterlichaam behaalt pas de goede ecologische toestand als alle relevante kwaliteitselementen minstens goed zijn (principe one out, all out )! Voor de beoordeling van de waterlichamen worden de milieukwaliteitsnormen getoetst aan één of meerdere voor het waterlichaam representatief geachte meetpunten. Voor fytobenthos en macrofyten worden standaard drie trajecten, gespreid over het waterlichaam, bemonsterd. Terwijl de fysisch-chemische kwaliteitselementen jaar in, jaar uit gemeten worden, verplicht de EKW de biologische kwaliteitselementen slechts om de drie jaar operationeel te meten. Vermits in Vlaanderen de metingen in 2007 gestart werden, is de eerste cyclus in 2009 beëindigd. Sinds 2010 worden de waterlichamen aan een tweede beoordelingsronde onderworpen. Er wordt dieper ingegaan op 2 methoden die aan bod komen tijdens de educatieve milieuboottochten Biologische waterkwaliteit (enkel macro-invertebraten) Bij de beoordeling van de biologische waterkwaliteit kan gebruik gemaakt worden van de Belgische Biotische Index (BBI). Deze index steunt op de aan- of afwezigheid van macro-invertebraten in het water. Als macro-invertebraten beschouwt men met het blote oog waarneembare ongewervelden, zoals insectenlarven, weekdieren, kreeftachtigen, wormen. Deel Info najaar 2012 EMBT 9

4 De Biotische Index evalueert de waterkwaliteit over een ruimere tijdspanne. De indexwaarde schommelt tussen 0 (zeer slechte kwaliteit) en 10 (zeer goede kwaliteit). De bekomen resultaten krijgen volgende beoordeling: BBI Kleur Beoordeling 9 10 blauw zeer goede kwaliteit 7 8 groen goede kwaliteit 5 6 geel matige kwaliteit 3 4 oranje slechte kwaliteit 1 2 rood zeer slechte kwaliteit 0 zwart uiterst slechte kwaliteit Opmerking: de BBI is een betrouwbare robuuste methode met veel praktijkervaring (o.a. bij VMM), goed gekend en ingeburgerd. De berekening is gebaseerd op gevoeligheid van klassen organismen en kan met een eenvoudige tabel bepaald worden. Maar, in tegenstelling tot wat de Europese Kaderrichtlijn Water eist (zie hierboven) is de BBI niet typespecifiek, geldt die enkel voor de categorie rivier en kent deze geen referentietoestand en abundantie. VMM berekent nog steeds de BBI als index voor macro-invertebraten, maar rapporteert er niet meer over. BBI-normen gelden wettelijk niet meer in Vlaanderen. Sinds 2007 meet de VMM de biologische waterkwaliteit voor het kwaliteitselement macroinvertebraten aan de hand van de Multimetric Macroinvertebrate Index Flanders (MMIF) of de multimetrische macroinvertebraten index Vlaanderen. De MMIF is een aanpassing van de BBI om te voldoen aan eisen van de Kaderrichtlijn Water. Het resultaat van de MMIF (= EKC voor macro-invertebraten) is een getalwaarde tussen 0 en 1, die dan vertaald kan worden naar een klasse met de overeenkomstige kleuraanduiding (vb. matig = geel). Met die bijzonderheid dat voor de sterk veranderde en de kunstmatige waterlichamen afgemeten wordt t.o.v. het maximum ecologisch potentieel. Dat laatste betekent dat er voor macroinvertebraten gewerkt wordt met aangepaste klassegrenzen per waterlichaam (behalve de niet sterk veranderde waar 0,7 goed is). Bijvoorbeeld: in de Zenne heb je al kwaliteitsklasse goed vanaf MMIF = 0,6 en in het Zeekanaal Brussel-Schelde vanaf MMIF = 0,65. In niet afwijkende gevallen geldt kwaliteitsklasse goed vanaf MMIF = 0,7. Ter vergelijking: MMIF = 0,6 komt overeen met een BBI = 7. De beoordeling o.b.v. macroinvertebraten is dus iets strenger geworden voor de niet afwijkende gevallen (nl. MMIF = 0,7 = goed ). Let op: Conform de Europese Kaderrichtlijn Water worden onder biologische waterkwaliteit niet enkel de macro-invertebraten (vroeger de BBI, nu MMIF) bedoeld, maar ook (naargelang het geval) het fytoplankton, de fytobenthos, de macrofyten en de vissen! Fysico-chemische waterkwaliteit Een tweede methode om de waterkwaliteit te onderzoeken is de fysico-chemische methode. Op de meetpunten wordt een basispakket van parameters onderzocht. De temperatuur van het water, de concentratie aan opgeloste zuurstof, de zuurtegraad (ph), het chemisch zuurstofverbruik (CZV), ammoniakale stikstof, nitriet en nitraat, totaal orthofosfaat, totaal fosfor, chloride en het geleidingsvermogen. De parameters die in het deel labo aan boord onderzocht worden, staan vetgedrukt. Het belang van deze parameters wordt kort toegelicht. temperatuur De meeste waterdieren hebben een actief en een passief seizoen afhankelijk van de temperatuur van het water. De koudwatervissen die bij ons leven sterven of kunnen zich niet meer voortplanten in water dat warmer is dan 25 C. De concentratie opgeloste zuurstof in het water is afhankelijk van de temperatuur van het water. Bij 0 C kan er ongeveer 2 maal zoveel zuurstof opgelost zijn in het water, als bij 30 C! opgeloste zuurstof Een belangrijke parameter voor de bespreking van de waterkwaliteit is de opgeloste zuurstof. De aanwezigheid van een voldoende hoge concentratie aan opgeloste zuurstof is van zeer groot belang Deel Info najaar 2012 EMBT 10

5 voor het leven in het water en speelt een grote rol in zelfzuiverende processen van de waterloop(aërobe bacteriën). De Italiaanse onderzoeker Prati ontwikkelde voor verscheidene parameters een transformatieformule om een gemeten waarde om te rekenen naar een onderling vergelijkbare kwaliteitsindex. Aan de hand van deze index kan de kwaliteitsklasse bepaald worden. De VMM gebruikt voor de beoordeling van de waterkwaliteit de Prati-index voor zuurstofverzadiging (PIO). Deze index krijgt een slechte score bij lage zuurstofconcentraties, maar ook bij oververzadiging; die treedt immers op bij eutrofiëring een verschijnsel dat de kwaliteit aantast. De bekomen resultaten krijgen volgende beoordeling (let wel: een hogere index wijst op een slechtere kwaliteit): PIO Klasse Kleur Beoordeling blauw niet verontreinigd >1 2 2 groen aanvaardbaar >2 4 3 geel matig verontreinigd >4 8 4 oranje verontreinigd > rood zwaar verontreinigd >16 6 zwart zeer zwaar verontreinigd zuurgraad (PH): waarden tussen 1 en 14: 7 is neutraal, minder dan 7 is zuur, meer dan 7 is basisch De meeste vissen kunnen goed leven in neutraal water. Zuur water tast bij vissen de kieuwen en de beschermende slijmlaag aan. Te basisch water is eveneens ongeschikt als viswater. (rechtstreekse invloed). Doordat het water van ph verandert, kan de giftigheid van stoffen veranderen (onrechtstreekse invloed). vb. bij daling van de ph van 8 naar 7: cyaniden worden 500 keer giftiger vb. van stijging van de ph van 7 naar 8: ammoniak wordt 10 maal giftiger Verzuring door lozing van afvalwater, inspoeling van zuur water uit sterk bemeste akkers of zure regen vormt in Vlaanderen een groot milieuprobleem. nitraat (NO 3 - ), nitriet (NO 2 - ) Nitraat is een essentiële voedingsstof voor planten. Nitraat komt onder natuurlijke omstandigheden voor in waterlopen, maar vooral door inspoeling van meststoffen kunnen de concentraties te hoog oplopen. Nitraat is samen met fosfaat de oorzaak van de eutrofiëring van vele oppervlaktewaters. Als er minder zuurstof in het water is, worden de nitraten omgezet in nitrieten. Bij nog lagere zuurstofgehaltes in stikstofgas (N 2 ). Nitrieten zijn zowel schadelijk voor de waterdieren als voor de mens: meer bepaald voor baby s en kleine kinderen. In de darmflora wordt nitraat gedeeltelijk omgezet in nitriet en ammoniak. De toxiciteit van nitriet houdt verband met de zuurstofvoorziening in het lichaam. Nitriet bindt met hemoglobine, de stof die normaal zuurstof opneemt in het bloed zodat zuurstofgebrek en verstikking kunnen optreden (blauwziekte). In de lever worden nitrieten omgezet tot nitrosamines die kankerverwekkend zijn. Voor drinkwater gelden strenge normen voor het nitraatgehalte. Omdat nitraten niet vastgehouden worden door de bodem, sijpelen ze door tot in het grondwater. fosfaat (PO 4 3- ) Net zoals nitraat is fosfaat een voedingsstof voor planten. Fosfaten in kunstmeststoffen worden meestal vastgehouden door de bodem. De fosfaten in het oppervlaktewater komen meestal van lozingen van huishoudelijk (wasmiddelen) en industrieel rioolwater. Industrie 25,1 % Bevolking 68,7 % Landbouw 6,2 % Zuiver water bevat minder dan 0,1 mg PO 4 3- /l, terwijl verontreinigd water meer dan 1 mg PO 4 3- /l bevat. ammonium Ammonium (NH 4 + ) en ammoniak (NH 3 ) komen vrij bij de afbraak van plantaardig en dierlijk materiaal door bacteriën. In natuurlijke omstandigheden gaat het steeds om uiterst kleine concentraties. Een concentratie van 1mg/l wijst al op organische vervuiling en die is meestal toe te schrijven aan Deel Info najaar 2012 EMBT 11

6 overbemesting. Bij aanwezigheid van zuurstof zetten bacteriën ammonium om in nitraat en nitriet (nitrificatie). Onder bepaalde omstandigheden (lage zuurstofconcentraties) doet het omgekeerde proces zich voor (denitrificatie). Naast bovengenoemde parameters worden op een aantal meetpunten nog de gehaltes biochemisch zuurstofverbruik (BZV), Kjeldahl-stikstof, sulfaat, totale hardheid, gehalte aan zwevende stoffen en zware metalen bepaald. De monsterneming in het kader van het routinematig onderzoek gebeurt 12 maal per jaar. Uitzonderlijk worden enkele meetpunten 26 maal bemonsterd. Naast deze routinematige metingen wordt door de VMM sedert 1996 eveneens onderzoek verricht naar de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen (pesticiden) in oppervlaktewater. De frequentie van monsterneming is gelet op het inventariserend karakter van de metingen - 6 maal per jaar Kleine manipulaties watervang Met een watervang wordt water uit een rivier of kanaal gehaald. Dat kan gebeuren om het omliggende land te bevloeien, om visvijvers aan te vullen, als drinkwater voor vee, als koelwater of productiewater voor bedrijven. Het koelwater komt in vele gevallen weer terug in het kanaal of de rivier, maar een groot deel ervan is verdampt. Hierdoor vermindert het debiet van een rivier stuw Op gekanaliseerde rivieren (en op sommige kanalen) kan het debiet van de waterweg geregeld worden met een stuw die meestal naast een sluis gelegen is. Door de hoogte van de stuw te regelen, kan er meer of minder water doorstromen. De stuw zal laag staan wanneer er veel water is. Zo kan het vele water snel naar zee stromen. De stuw zal hoog staan, wanneer er weinig water in de rivier zit. Op die manier wordt het water opgehouden en blijft de diepte van de rivier bewaard. Ook dan is er een klein debiet sifon / duiker Kanalen die hoger liggen dan de omgeving maken geen deel uit van het stroombekken van de nabij gelegen beken en rivieren. De beken en rivieren die zo'n kanaal moeten kruisen, liggen lager en kunnen niet op een natuurlijke manier uitmonden in het kanaal. Dat rivierwater kan onder het kanaal door geleid worden met een duiker of sifon of opgepompt worden in het kanaal. Een duiker werkt volgens het principe van de verbonden vaten. Voor het water het kanaal onderdoor gaat, wordt het grootste vuil tegenhouden door een rooster. Duikers komen het meest voor. Op enkele plaatsen vind je pompen terug, die het rivierwater van een lager naar een hoger niveau oppompen zodat het in het kanaal kan lopen terugslagklep De meeste lozingen of uitmondingen van beekjes gebeuren via een open buis. In sommige gevallen gebeurt dit met een terugslagklep. De terugslagklep zit op het uiteinde van zo n buis en kan slechts in één richting openen, nl. die van de grootste waterloop. Het scharnierpunt zit bovenaan. Wanneer nu de waterstand van het uit te monden beekje hoger is dan die van de grotere waterloop, zal de klep door de druk van het water in het beekje geopend worden. Omgekeerd zal bij een hoge waterstand de druk van het water uit de grotere waterloop de klep dichtduwen, zodat er geen water naar het kleinere beekje stroomt. De klep regelt dus als het ware een éénrichtingsverkeer van de kleinere naar de grotere waterloop overstort Een riooloverstort is een nooduitlaat in een rioleringsbuis, die in werking treedt als het water in de buis boven een bepaald peil staat, bv. na een hevige regenbui. Dat ongezuiverde en met regenwater verdunde rioolwater gaat dan rechtstreeks naar een nabijgelegen beek of rivier. Zo komen o.a. extra zwevende stoffen in het oppervlaktewater. Dat zwevende materiaal kan bezinken en het leefgebied van dieren en planten bedekken met een sliblaag. Naast zwevende stoffen bevat het rioolwater ook voedingsstoffen (nitraten en fosfaten), bacteriën en virussen, zware metalen en andere stoffen zoals bestrijdingsmiddelen en PAK s (polycyclische aromatische koolwaterstoffen). Deel Info najaar 2012 EMBT 12

7 De voedingsstoffen kunnen aanleiding geven tot eutrofiëring. In de buurt van het overstort overleven bacteriën en virussen (waaronder een aantal ziekteverwekkers) een tijd in de waterbodem. Organische polluenten en zware metalen kunnen er zich opstapelen en in de voedselketen terechtkomen, zodat geleidelijk een concentratie ontstaat die giftig is. Als het overstort werkt, komt het rioolwater er met grote gutsen uit. Dit zorgt voor extra aanvoer van zwevend materiaal, waarbij zelfs organismen weggespoeld kunnen worden. Eigenlijk zou een overstort overbodig moeten zijn. Invoeren van een gescheiden rioleringsstelsel is een beter alternatief. Regenwater dat op verharde oppervlakken zoals parkeerterreinen en daken valt, kan beter niet naar de riolering geleid worden. Dat regenwater kan infiltreren in de grond of naar een beek in de buurt stromen. Het grachtenstelsel is dus aan herwaardering toe inkapseling waterloop Vaak worden beken, rivieren (zoals bv. de Zenne in Brussel of de Mandel in Roeselare) in buizen onder de grond geleid. De redenen hiervoor zijn legio: geurhinder, minder onderhoud van de oevers, angst voor overstroming of gewoon geen plaats ervoor. De gevolgen voor de rivier en haar omgeving zijn meer nadelig dan voordelig: - Het water is niet meer blootgesteld aan de lucht, er kan dus minder zuurstof in het water oplossen en het zelfzuiverend vermogen van de waterloop daalt. - Zowel de insijpeling als de afvoer van regenwater wordt bemoeilijkt, waardoor het gevaar voor overstromingen stijgt. - De relatie van de omwonenden met de rivier gaat verloren - Vervuiling is niet meer zichtbaar - De watergebonden fauna en flora verdwijnen Van natuurlijke waterloop naar kanaal Natuurlijke waterloop De natuurlijke oever wordt gekenmerkt door de oeverbegroeiing. De wortels bieden bescherming aan dieren en jonge vissen, ze houden de bodem vast en beperken de erosie door de waterstroming. Een deel van de opgeloste stoffen in het water worden via de wortels door de planten opgenomen en bovendien gaat er een niet onbelangrijke fractie via de wortels naar het water. Tussen en op de planten leven diverse micro-organismen die instaan voor het zelfzuiverend vermogen van de waterloop. De natuurlijke oever heeft een licht hellende structuur die plantengroei bevorderd. Hierdoor wordt de stroming van het water eveneens beïnvloed. Een natuurlijk riviersysteem heeft een zomerbedding en een winterbedding. Bij hoge regenval (winterperiodes) treedt de rivier buiten haar oevers. In de overstroomde gebieden (alluviale vlaktes) worden sedimenten afgezet. Het water krijgt de tijd te infiltreren en voedt de ondergrondse waterlagen. Daarom liggen de akkers vlak naast rivieren. De grond was er immers vruchtbaarder door de sediment-afzettingen na overstromingen. Onze landschappen zijn getekend door rivieren: samen met wind, regen chemische en thermische effecten hebben ze het landschap geboetseerd tot wat het nu is met vlakten, heuvels en valleien. Een landschap is in voortdurende evolutie. Het landschap dat we nu zien is een momentopname van een dynamisch systeem. Een natuurlijke waterloop wordt gekenmerkt door een bovenloop, middenloop en benedenloop. De bovenloop is een vlechtend rivierstelsel. Het verval is er groot, de stroomsnelheden zijn er hoog en er vindt erosie plaats. De middenloop wordt gekenmerkt door een meanderend systeem. Een meander is een lus in een natuurlijke waterloop. Dergelijke lussen ontstaan doordat in de buitenbocht (holle oever), waar het water het snelst stroomt, grond wordt weggespoeld (erosie) terwijl aan de andere zijde (bolle oever) grond wordt afgezet (sedimentatie). Op deze manier verplaatst de meander zich ongeveer 1 meter per jaar. Door dit mechanisme heeft een meander de natuurlijke neiging zichzelf af te snijden. Als dit gebeurt, wordt de meander een stuk van de rivier met stilstaand water en herneemt de rivier zelf nagenoeg zijn oude loop. In de benedenloop daarentegen is het verval klein, zijn de stroomsnelheden laag en worden sedimenten afgezet. Deel Info najaar 2012 EMBT 13

8 Gekanaliseerde rivier / waterloop De meeste bevaarbare waterlopen zijn gekanaliseerd. Deze ingreep omvat het rechttrekken van de rivier: meanders worden afgesneden zodat onnodige omwegen worden vermeden, de vaarweg wordt diep en breed genoeg gemaakt om schepen van een bepaald gabariet de doorgang mogelijk te maken. De oevers worden verstevigd om de golfslag die de schepen veroorzaken op te vangen. Daarnaast worden bepaalde kunstwerken gebouwd voor debiet regeling: stuwen en sluizen. Kanalisaties gebeuren in de eerste plaats om scheepvaart mogelijk te maken, maar daarnaast kunnen ze ook helpen om de afwatering onder controle te houden. Bij het rechttrekken van rivieren ontstaan er kunstmatig afgesneden meanders. De oude rivierarmen staan al dan niet in verbinding met de rivier. De waterkwaliteit is er meestal beter. Het zijn een soort vijvers met een natuurlijke oeverbegroeiing en vissen. Afgesneden rivierarmen vinden we langs de Leie, de Dender, de Bovenschelde, de Nete, de Durme, Kanaal Kanalen zijn gegraven waterwegen. De meeste kanalen zijn gegraven voor de scheepvaart. Maar er zijn ook kanalen die het teveel aan oppervlaktewater moeten afvoeren, "afleiden", de afleidingskanalen. Kanalen die water moeten aanvoeren zijn voedingskanalen. Een kanaal wordt gevoed met water van een rivier of van andere kanalen. Veel stroming is er niet, het debiet is klein. Kanalen lopen soms vlak langs een rivier. Voorbeelden : Kanaal Brussel - Schelde tussen Brussel en Zemst evenwijdig aan de Zenne, het Netekanaal gedeeltelijk evenwijdig aan de Nete en het Albertkanaal tussen Luik en Lanaye evenwijdig aan de Maas. Andere kanalen verbinden verschillende stroombekkens, zoals het Albertkanaal (Maas en Schelde), Kanaal naar Charleroi (Samber/Maas en Schelde), Kanaal Bossuit-Kortrijk (Schelde en Leie). Soms behoren kanalen tot het stroombekken b.v. het Afleidingskanaal van de Leie; soms ook helemaal niet zoals het Kanaal Gent Brugge - Oostende (gedeeltelijk), het Albertkanaal, het Netekanaal, de Zuid-Willemsvaart en het Kanaal Bossuit-Kortrijk. Kanalen die hoger liggen dan de omgeving maken geen deel uit van het stroombekken van de nabij gelegen beken en rivieren. Als we de waterkwaliteit van de Vlaamse kanalen die geen deel uitmaken van het stroombekken gaan vergelijken met die van de rivieren en beken, valt op dat de waterkwaliteit van de kanalen beter is. Er mag in die kanalen meestal niet geloosd worden. Het debiet is namelijk te klein zodat de vervuiling die erin komt niet voldoende kan verdunnen. Ook de samenstelling van het kanaalwater kan totaal anders zijn dat het omringende rivierwater. De samenstelling is afhankelijk van het voedingswater. Dit is duidelijk bij de Kempense kanalen die eerder alkalisch (basisch) zijn, ze worden nl. gevoed door de Maas. De rivieren en beken in de buurt zijn eerder zuur daar de Kempen een zure bodem heeft. Deel Info najaar 2012 EMBT 14

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT Naam: Klas: Datum: 1 Situering van het biotoop Plaats: Type water: vijver / meer / ven / moeras/ rivier / kanaal / poel / beek / sloot / bron Omgeving: woonkern / landbouwgebied

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten

Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten 21 3.12 KWALITEIT OPPERVLAKTEWATER P Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten belasting oppervlaktewater (2=1) 12 P landbouw N landbouw P huishoudens N huishoudens

Nadere informatie

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2015

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2015 Vlaanderen is milieu Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2015 VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2015 Samenstellers Afdeling

Nadere informatie

Kwaliteit van de Zenne stroomafwaarts RWZI Brussel Noord

Kwaliteit van de Zenne stroomafwaarts RWZI Brussel Noord Kwaliteit van de Zenne stroomafwaarts RWZI Brussel Noord Thierry Warmoes - Afdeling Rapportering Water januari 2012 m.m.v. Bram Haspeslagh 1. Effect ingebruikname RWZI Brussel Noord 2. Beoordeling van

Nadere informatie

Meetstrategie en methodiek macrofyten 1 METHODIEK

Meetstrategie en methodiek macrofyten 1 METHODIEK ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Meetstrategie en methodiek macrofyten //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2014

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2014 Vlaanderen is milieu Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2014 Vlaamse MilieuMaatschappij www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2014 Samenstellers Afdeling

Nadere informatie

WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek

WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Chemisch wateronderzoek 1 WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Een goede waterkwaliteit is van groot belang voor het leven van waterdieren en waterplanten. Biologisch leven in het water is afhankelijk van

Nadere informatie

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad Chemisch wateronderzoek 1 water leeft 2 Abio Chemisch wateronderzoek 2 Chemisch wateronderzoek 3 WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Een goede waterkwaliteit is van groot belang voor het leven van waterdieren

Nadere informatie

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR.   PaccoParameters PACCO-PARAMETERS PH DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR PH De ph geeft de zuurtegraad van het water weer. Ze varieert doorgaans op een schaal

Nadere informatie

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2016

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2016 Vlaanderen is milieu Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2016 VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2016 Samenstellers

Nadere informatie

Jaarverslag Water 2015

Jaarverslag Water 2015 Vlaanderen is milieu Jaarverslag Water 2015 VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be \\\\\\ JAARVERSLAG WATER 2015 \\\\\ DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Jaarverslag water 2015 Samenstellers Afdeling Rapportering

Nadere informatie

Een kanaal heeft geen bron. Het verbindt twee (of meer) rivieren met elkaar en kan dus de bekkens doorkruisen. weinig of geen bochten

Een kanaal heeft geen bron. Het verbindt twee (of meer) rivieren met elkaar en kan dus de bekkens doorkruisen. weinig of geen bochten Leerkracht Stromen van water 7 Scheepjes varen al over de baren... Maar om een rivier vlot bevaarbaar te maken, is er meer nodig dan water alleen! 1. Waterlopen in het landschap: enkele definities Een

Nadere informatie

WAAR KOMT ONS DRINKWATER VANDAAN?

WAAR KOMT ONS DRINKWATER VANDAAN? WAAR KOMT ONS DRINKWATER VANDAAN? VERSCHILLENDE SOORTEN WATER De VMM onderscheidt zes soorten water, afhankelijk van hun oorsprong of functie. Oppervlaktewater = water dat op natuurlijke wijze in bronnen,

Nadere informatie

Saint-Quentin (Frankrijk) Frankrijk. België. Nederland. in de Noordzee (Nederland) Vlaams Gewest. Waals Gewest

Saint-Quentin (Frankrijk) Frankrijk. België. Nederland. in de Noordzee (Nederland) Vlaams Gewest. Waals Gewest Leerlingen Naam: Het Kanaal Bossuit-Kortrijk: varen tussen Zwevegem en Bossuit Klas: 9 Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Schelde 1a. Waar bevindt zich de bron van de Schelde?

Nadere informatie

MIRA-T Kwaliteit oppervlaktewater. Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten DPSIR

MIRA-T Kwaliteit oppervlaktewater. Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten DPSIR Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten belasting oppervlaktewater (1995=100) 120 100 80 60 40 P landbouw N landbouw N huishoudens P huishoudens CZV huishoudens N

Nadere informatie

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2017

Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2017 Vlaanderen is milieu Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2017 VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Fysisch-chemische kwaliteit oppervlaktewater 2017 Samenstellers Afdeling

Nadere informatie

Saint-Quentin (Frankrijk) Frankrijk. België. Nederland. in de Noordzee (Nederland) Vlaams Gewest. Waals Gewest

Saint-Quentin (Frankrijk) Frankrijk. België. Nederland. in de Noordzee (Nederland) Vlaams Gewest. Waals Gewest Leerlingen Naam: De Boven-Schelde: varen tussen Bossuit en Oudenaarde Klas: 9 Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Schelde 1a. Waar bevindt zich de bron van de Schelde? Saint-Quentin

Nadere informatie

Vlaanderen is milieu. Kwaliteit van de waterbodem VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ.

Vlaanderen is milieu. Kwaliteit van de waterbodem VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ. Vlaanderen is milieu Kwaliteit van de waterbodem 2015 VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be \\\\\\ KWALITEIT VAN DE WATERBODEM IN 2015 \\\\\ DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Kwaliteit van de waterbodem in 2015

Nadere informatie

Eindrapport analyses controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk gewest

Eindrapport analyses controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk gewest eindrapport : BIM-2005 aantal blz. : 5 blz : 1 Eindrapport analyses controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk gewest - 2005 1. Staalname Staaknames werden uitgevoerd op: 19/05/05;

Nadere informatie

Saint-Quentin (Frankrijk) Frankrijk. België. Nederland. in de Noordzee (Nederland) Vlaams Gewest. Waals Gewest

Saint-Quentin (Frankrijk) Frankrijk. België. Nederland. in de Noordzee (Nederland) Vlaams Gewest. Waals Gewest Leerlingen Naam: De Boven-Schelde: varen tussen Oudenaarde en Merelbeke Klas: 9 Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Schelde 1a. Waar bevindt zich de bron van de Schelde?

Nadere informatie

Biologische kwaliteit van het oppervlaktewater

Biologische kwaliteit van het oppervlaktewater Vlaanderen is milieu Biologische kwaliteit van het oppervlaktewater 2015 VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be BIOLOGISCHE KWALITEIT VAN HET OPPERVLAKTEWATER DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Biologische kwaliteit

Nadere informatie

Waterkwaliteit 2: Natuur/chemie

Waterkwaliteit 2: Natuur/chemie Waterkwaliteit 2: Natuur/chemie Prof. ir. Hans van Dijk 1 Afdeling Watermanagement Sectie Gezondheidstechniek Inhoud hydrologische kringloop kwalitatief 1. regenwater 2. afstromend/oppervlaktewater. infiltratie

Nadere informatie

14. OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE BRONNEN VAN

14. OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE BRONNEN VAN 1.Inleiding 14. OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE BRONNEN VAN WATERVERONTREINIGING IN HET BRUSSELS GEWEST Het Brussels Gewest ligt voor het grootste deel in het subbekken van de Zenne. Deze waterloop en zijn

Nadere informatie

Riegman & Starink. Consultancy

Riegman & Starink. Consultancy Riegman & Starink Consultancy Huidige vegetatie Knelpunt analyse Fysisch Chemisch Milieu Fysisch Chemisch Milieu Gewenste vegetatie -Voor alle KRW typen -Voor eigen gekozen plantengemeenschap Chemie 1

Nadere informatie

5. KWALITEIT VAN DE VISWATEREN

5. KWALITEIT VAN DE VISWATEREN 1.Inleiding 5. KWALITEIT VAN DE VISWATEREN Waterorganismen zijn afhankelijk van de kwaliteit van hun leefmilieu. Deze kwaliteit wordt niet alleen bepaald door abiotische parameters, (ph, zoutgehalte, zuurstofgehalte,

Nadere informatie

Evaluatie zelfzuiverend vermogen van gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem (Sint-Truiden)

Evaluatie zelfzuiverend vermogen van gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem (Sint-Truiden) Evaluatie zelfzuiverend vermogen van gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem (Sint-Truiden) 2 DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Evaluatie zelfzuiverend vermogen van gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem

Nadere informatie

Homogeen meetnet. Resultaten en beoordeling

Homogeen meetnet. Resultaten en beoordeling Homogeen meetnet Resultaten 2011-2013 en beoordeling Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Een balans van de waterkwaliteit... 5 2.1. Organische vervuiling en eutrofiëring... 5 2.2. Toxische vervuiling...

Nadere informatie

Stroomgebiedbeheerplan voor de Maas

Stroomgebiedbeheerplan voor de Maas Stroomgebiedbeheerplan voor de Maas 2016-2021 Kaartenatlas bij het beheerplan voor het Vlaams deel van het internationaal stroomgebieddistrict Planonderdelen Stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021 Beheerplannen

Nadere informatie

Kwaliteit van het oppervlaktewater

Kwaliteit van het oppervlaktewater Kwaliteit van het oppervlaktewater Indicatorgegevens Naam Definitie Meeteenheid Kwaliteit van het oppervlaktewater: zuurstofhuishouding en biologische kwaliteit Prati-index voor zuurstofverzadiging (PIO):

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 45463 GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID N. 2010 2345 [C 2010/35462]

Nadere informatie

Vlaanderen is milieu. Jaarverslag Water 2016 syntheserapport VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ.

Vlaanderen is milieu. Jaarverslag Water 2016 syntheserapport VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ. Vlaanderen is milieu Jaarverslag Water 2016 syntheserapport VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Jaarverslag water 2016 Samenstellers Afdeling Rapportering Water, VMM Inhoud

Nadere informatie

Onderwerp: Eindrapport analyses controle van de kwaliteit van de viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk gewest

Onderwerp: Eindrapport analyses controle van de kwaliteit van de viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk gewest Verslag : BIM :eindverslag Datum : 26/2/29 Pag. : 1/6 BIM Mevrouw Sandrine Dutrieux Gulledulle 98 12 Brussel Uw ref. : afd NWB/SDU/viswaters 28 Uw gegevens: Contact via: Onze ref. : T 2/775 76 87 T 9/342.81.18

Nadere informatie

Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen

Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Leerlingen Naam: Het Kanaal Bossuit-Kortrijk: varen tussen Zwevegem en Bossuit Klas: 9 Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Schelde 1a. Waar bevindt zich de bron van de Schelde?

Nadere informatie

Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen...

Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen... BIJLAGE F Afleiding biologische doelen voor vrijwel ongestoorde, sterk veranderde en kunstmatige waterlichamen....................................................................... De milieudoelstellingen

Nadere informatie

is een door de mens aangelegde waterweg (kunstmatig) West-Vlaanderen is een natuurlijke waterweg, met bron en monding Schelde Leie de Schelde

is een door de mens aangelegde waterweg (kunstmatig) West-Vlaanderen is een natuurlijke waterweg, met bron en monding Schelde Leie de Schelde Leerlingen Naam: Het Kanaal Bossuit-Kortrijk tussen Bossuit en Zwevegem Klas: 9 Opdracht 1: rivieren het Kanaal en kanalen Bossuit-Kortrijk in Vlaanderen < Zoek de volgende woorden op in je woordenboek:

Nadere informatie

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Kwaliteit oppervlaktewater, 2009 Indicator 6 maart 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De meeste waterlichamen voldoen

Nadere informatie

2 De zuivering van afvalwater Typen bedrijfsafvalwater De zuivering in vogelvlucht Afsluiting 21

2 De zuivering van afvalwater Typen bedrijfsafvalwater De zuivering in vogelvlucht Afsluiting 21 Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Waterverontreiniging: aard en omvang 9 1.1 Oorzaken van de waterverontreiniging 9 1.2 Om welke stoffen gaat het? 10 1.3 Kengetallen van waterverontreiniging 12 1.4 Afsluiting

Nadere informatie

In onderstaande tabel worden de gemeten neerslagtotalen vanaf het begin van dit jaar opgelijst voor Ukkel en vergeleken met de normaal.

In onderstaande tabel worden de gemeten neerslagtotalen vanaf het begin van dit jaar opgelijst voor Ukkel en vergeleken met de normaal. Laagwaterbericht Hydrologische situatie 16 juni 2017 1 Samenvatting Gezien de aanhoudende lage afvoeren op de waterwegen en beperkte neerslagprognoses voor de komende periode vindt u hier een tussentijdse

Nadere informatie

Milieu- en natuurstudie op en rond de hoeve

Milieu- en natuurstudie op en rond de hoeve Landbouw en ecologie 2de graad Meetjesland 7 Milieu- en natuurstudie op en rond de hoeve Het bedrijf Steven Vanhecke Inneke Hebbrecht 9990 Maldegem Steven is een jonge bedrijfsleider en heeft vroeger les

Nadere informatie

Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen

Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Leerlingen Naam: De Boven-Schelde: varen tussen Oudenaarde en Merelbeke Klas: 9 Opdracht 1: rivieren het stroomgebied en kanalen van in Vlaanderen Schelde 1a. Waar bevindt zich de bron van de Schelde?

Nadere informatie

Eindrapport: Controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Eindrapport: Controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Eindrapport: Controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 2009 Colofon Projectleider : Ing. Dieter Croonenborghs Opdrachtgever : Brussels Instituut voor Milieubeheer Publicatiedatum

Nadere informatie

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater april 2005 One Cue Systems Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009

Ecologische kwaliteit oppervlaktewater, 2009 Indicator 2 maart 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De ecologische kwaliteit van het

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3. Oppervlaktewater

HOOFDSTUK 3. Oppervlaktewater HOOFDSTUK 3 Oppervlaktewater Het oppervlaktewater in het Schelde-stroomgebied wordt ingedeeld in waterlichamen. Deze indeling is belangrijk, want voor ieder waterlichaam moeten doelstellingen geformuleerd

Nadere informatie

WATERKWALITEIT VAN DE DEMER

WATERKWALITEIT VAN DE DEMER WATERKWALITEIT VAN DE DEMER WATERKWALITEIT VAN DE DEMER Waterkwaliteitsparameters worden beoordeeld per waterlichaam Fysisch-chemische kwaliteit Gevaarlijke stoffen Hydromorfologische kwaliteit Biologische

Nadere informatie

Lesbrief. Watersysteem. Droge voeten en schoon water. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Watersysteem. Droge voeten en schoon water. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Watersysteem Droge voeten en schoon water www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Droge voeten en schoon water Waterschappen zorgen ervoor dat jij en ik droge

Nadere informatie

Eindrapport: Controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Eindrapport: Controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Eindrapport: Controle van de kwaliteit van viswaters in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 2006 Colofon Projectleider : Martijn Goffings Projectnummer : PMMG6367 Opdrachtgever : Brussels Instituut voor

Nadere informatie

1 BELANG VAN DE INDICATOR EN ELEMENTEN VOOR INTERPRETATIE

1 BELANG VAN DE INDICATOR EN ELEMENTEN VOOR INTERPRETATIE Methodologische fiche INDICATOR: ECOLOGISCHE KWALITEIT VAN DE WATERLOPEN EN VIJVERS THEMA: WATER EN AQUATISCH MILIEU 1 BELANG VAN DE INDICATOR EN ELEMENTEN VOOR INTERPRETATIE Vraag achter de indicator:

Nadere informatie

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. 29 september 2010 Inhoud 1 Tekstdelen uit van 5 varianten naar 2 alternatieven 3 1.1 Referentiesituatie 3 1.2 Effecten waterkwaliteit KRW 5 2 Nieuw tekstdeel 7 ARCADIS

Nadere informatie

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen 2. Waterkwaliteit De zomergemiddelden voor 2008 van drie waterkwaliteitsparameters

Nadere informatie

Screening van waterlopen: hoe samenwerken met partners. Filip Raymaekers Buitendienst Demer, Dijle en Maas

Screening van waterlopen: hoe samenwerken met partners. Filip Raymaekers Buitendienst Demer, Dijle en Maas Screening van waterlopen: hoe samenwerken met partners Filip Raymaekers Buitendienst Demer, Dijle en Maas Doel: Screening van waterlopen Zo snel mogelijk halen van de milieudoelstellingen voor Vlaamse

Nadere informatie

Evaluatie waterzuiverend vermogen van het gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem

Evaluatie waterzuiverend vermogen van het gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem Aanleiding Evaluatie waterzuiverend vermogen van het gecontroleerd overstromingsgebied Bernissem Thierry Warmoes (VMM) en Karel Vandaele (Watering Sint-Truiden), oktober 2011 In 2009 werden door de Watering

Nadere informatie

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011 Ammonium in de Emissieregistratie?! Natuurlijke processen, antropogene bronnen en emissies in de ER Bert Bellert, Waterdienst Ammonium als stof ook in ER??: In kader welke prioritaire stoffen, probleemstoffen,

Nadere informatie

Onderzoek waterkwaliteit en waterzuivering

Onderzoek waterkwaliteit en waterzuivering Onderzoek waterkwaliteit en Onderzoek waterkwaliteit en waterzuivering Met behulp van kiezel, grof en fijn zand, actieve kool en wat watten werd het natuurlijk zuiveringssysteem van de bodem nagebootst.

Nadere informatie

BIODIVERSITEIT. RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER. ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering

BIODIVERSITEIT. RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER. ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering BIODIVERSITEIT RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering DUURZAME ONTWIKKELING INTEGRAAL WATERBEHEER BIODIVERSITEIT Wat? Belang?

Nadere informatie

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Resultaten WAHYD Hoe zit het in elkaar: afkijken bij Noord-Brabant In het onderzoeksproject WAHYD (Waterkwaliteit op basis van Afkomst en HYDrologische systeemanalyse)

Nadere informatie

Chemisch wateronderzoek

Chemisch wateronderzoek Handleiding Chemisch wateronderzoek 2 e en 3 e graad Secundair onderwijs NMEC 'De Helix' Chemisch wateronderzoek: 14 18 jaar (handleiding) 1 Handleiding: Doelgroep Periode Chemisch wateronderzoek 14 18

Nadere informatie

jaarverslag Water 2014

jaarverslag Water 2014 Vlaanderen is milieu jaarverslag Water 2014 Vlaamse MilieuMaatschappij www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Jaarverslag water 2014 Samenstellers Afdeling Rapportering Water, VMM Inhoud Dit rapport geeft

Nadere informatie

Praktijk : Voorschrift bacterieel wateronderzoek

Praktijk : Voorschrift bacterieel wateronderzoek LTO42 Toets 5.1 Boek: Biologie voor het MLO. (zesde druk) H17, pag 347 t/m 350 H17, pag 354 t/m 357 H17, pag 362 t/m 373 (dit is hoofdstuk 16 van de vijfde druk, Blz 321-324, Blz 328-332, Blz 336-345)

Nadere informatie

Invloed Waterkwaliteit op de Onderwater Flora en Fauna

Invloed Waterkwaliteit op de Onderwater Flora en Fauna Invloed Waterkwaliteit op de Onderwater Flora en Fauna Gezond en voedselrijkwater waarborgt een diversiteit aan Flora en Fauna. Een wankel evenwicht tussen de biologische elementen. Index. De voedselketen.

Nadere informatie

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10. III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10. is opgenomen III.2. Waterkwaliteit De meetpunten van het chemische meetnet liggen

Nadere informatie

Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018

Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018 Toestand KRW-waterlichamen Flevoland medio 2018 1. Inleiding In het beheergebied van waterschap Zuiderzeeland liggen 18 KRW-waterlichamen (zie figuur 1 op volgende pagina). Deze waterlichamen worden zowel

Nadere informatie

Vergelijkende studie en besluitvorming

Vergelijkende studie en besluitvorming Vergelijkende studie en besluitvorming - Verschillende biotopen: vijver / ven / beek - Stroomsnelheid: snelstromend / stilstaand water - Seizoenen: voorjaar / najaar Extra: basis leggen voor vergelijkende

Nadere informatie

MODULE 24. MILIEURISICOANALYSE

MODULE 24. MILIEURISICOANALYSE MODULE 24. MILIEURISICOANALYSE Deze methode is nog gebaseerd op de Nederlandse subselectiemethode. Eenmaal de in ontwikkeling zijnde Vlaamse Selectiemethode beschikbaar is zal de dienst VR een nieuw onderzoeksproject

Nadere informatie

AMINAL-richtlijn betreffende milieurisicoanalyse in veiligheidsrapporten

AMINAL-richtlijn betreffende milieurisicoanalyse in veiligheidsrapporten AMINAL-richtlijn betreffende milieurisicoanalyse in veiligheidsrapporten Inleiding In het eindrapport van de onderzoeksopdracht Milieurisicoanalyse in veiligheidsrapporten (januari 2005) wordt voor het

Nadere informatie

Toets 5.1 Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal)

Toets 5.1 Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal) LTO42 Toets 5.1 Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal) Biologie voor het MLO. (zesde druk) H17, pag 347 t/m 350 H17, pag 354 t/m 357 H17, pag 362 t/m 373 (dit is hoofdstuk 16 van de vijfde druk,

Nadere informatie

6.5. Werkstuk door een scholier 1097 woorden 2 maart keer beoordeeld. Keuzeopdracht; Hoofdstuk 6.4, opdracht B; Bron

6.5. Werkstuk door een scholier 1097 woorden 2 maart keer beoordeeld. Keuzeopdracht; Hoofdstuk 6.4, opdracht B; Bron Werkstuk door een scholier 1097 woorden 2 maart 2002 6.5 34 keer beoordeeld Vak ANW Keuzeopdracht; Hoofdstuk 6.4, opdracht B; Bron www.nicevzw.be www.food-micro.nl www.consumentenbond.nl Wat is nitraat

Nadere informatie

De Gouden Ham. Onderzoek blauwalgen. Rapportage : September 2007.

De Gouden Ham. Onderzoek blauwalgen. Rapportage : September 2007. Drema Waterbehandeling BV Daltonstraat 16 3316 GD Dordrecht The Netherlands Tel: 0031 78 618 40 11 Fax:0031 78 618 77 80 www.drema.nl Onderzoek blauwalgen De Gouden Ham Rapportage : September 2007. Ten

Nadere informatie

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting.

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting. Page 1 of 35 Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting Uitgevoerd door: Laboratorium Specialist in vijverwaterkwaliteit Page

Nadere informatie

Droogterapport 26 juli 2017

Droogterapport 26 juli 2017 Droogterapport 26 juli 217 Vlaanderen is milieu Documentbeschrijving Titel Droogterapport - 26 juli 217 Samenstellers Afdeling Operationeel Waterbeheer, VMM Dienst Hoogwaterbeheer, Dienst Grondwater en

Nadere informatie

De goede toestand, een utopie?

De goede toestand, een utopie? De goede toestand, een utopie? Jeroen Jansen VMM, planningsverantwoordelijke - bekkensecretariaat Demerbekken 1 De goede toestand, een utopie? De goede toestand bepalen en gebiedsgericht de goede toestand

Nadere informatie

Vervolg aantekeningen H1 Nat. Hulpbronnen. Omgaan met Natuurlijke Hulpbronnen Hoofdstuk 1.1 Aardrijkskunde CA-3

Vervolg aantekeningen H1 Nat. Hulpbronnen. Omgaan met Natuurlijke Hulpbronnen Hoofdstuk 1.1 Aardrijkskunde CA-3 Vervolg aantekeningen H1 Nat. Hulpbronnen Water kent geen grenzen. Het stroomt van land naar land. Het teveel aan water moet ergens naartoe. Het zoekt een weg naar zee. Zee is het laagste punt in een landschap.

Nadere informatie

Druk en impact analyse in afstroomzone

Druk en impact analyse in afstroomzone Druk en impact analyse in afstroomzone Waterlichaam Naam Lengte (m) Oppervlakte (m²) 59.442 Vlaams Waterlichaam L107_135 JABBEEKSE BEEK 4.251 Lokaal L107_140 SCHELLEVLIET 4.042 Lokaal 8.615 Lokaal L107_225

Nadere informatie

LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING

LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING INHOUD Voorwoord 13 Inleiding 15 Indeling van milieuproblemen 19 Indeling van dit boek 19 Inleiding tot de Vlaamse milieuwetgeving voor bedrijven 19 Deel 1. LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING 21 1. Inleiding

Nadere informatie

Nitraatgehalte in de meetplaatsen van het MAP-meetnet

Nitraatgehalte in de meetplaatsen van het MAP-meetnet Nitraatgehalte in de meetplaatsen van het MAP-meetnet Indicatorgegevens Naam Definitie Meeteenheid Nitraatgehalte in de meetplaatsen van het MAP-meetnet (MAP = mest-actie-plan) Percentage meetplaatsen

Nadere informatie

het Zennebekken INFO Het Zennebekken Bekken

het Zennebekken INFO Het Zennebekken Bekken Het Zennebekken Bekken INFO Het Zennebekken Het stroomgebied van de Zenne strekt zich uit over het Waalse, Brusselse en Vlaamse gewest. De Zenne ontspringt in Wallonië - de bronnen van de Zenne liggen

Nadere informatie

AK HF SE 2 'Wonen in NL' hoofdstuk 1

AK HF SE 2 'Wonen in NL' hoofdstuk 1 Balgstuw Opblaasbare dam in de rivier. Bij Kampen bedoeld om te voorkomen dat water van het IJsselmeer de IJssel in wordt gestuwd door de wind. Als dit wel gebeurd kan dat leiden tot hoge waterstanden

Nadere informatie

Demerdag 20 september Else Deflem

Demerdag 20 september Else Deflem Demerdag 20 september 2012 Else Deflem Het Demerbekken in Vlaanderen De Herk- en Mombeekvallei 3 De waterkwaliteit MAP-meetnet Waterbodem meetnet Meetnet oppervlaktewater Meetnet Meetnet afvalwater 4 Overstort

Nadere informatie

Factsheet: NL43_11 Bussloo

Factsheet: NL43_11 Bussloo Factsheet: NL43_11 Bussloo -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

11de Waterforum: Waterschaarste en droogte, de nieuwe realiteit

11de Waterforum: Waterschaarste en droogte, de nieuwe realiteit 11de Waterforum: Waterschaarste en droogte, de nieuwe realiteit Analyse van de waterbeschikbaarheid in Vlaanderen, huidige toestand en uitdagingen naar de toekomst Fernando Pereira Waterbouwkundig Laboratorium

Nadere informatie

De rol van modellen in het beheer van de waterkwaliteit case WEISS. Colloquium Duurzaam ruimtegebruik In Vlaanderen Antwerpen 23/03/2018

De rol van modellen in het beheer van de waterkwaliteit case WEISS. Colloquium Duurzaam ruimtegebruik In Vlaanderen Antwerpen 23/03/2018 De rol van modellen in het beheer van de waterkwaliteit case WEISS Colloquium Duurzaam ruimtegebruik In Vlaanderen Antwerpen 23/03/2018 Inhoud Proloog Waterkwaliteitsbeleid in Vlaanderen Rol van modellen

Nadere informatie

Producten en Diensten. Versie: 2016-2

Producten en Diensten. Versie: 2016-2 Producten en Diensten Versie: 2016-2 Inhoudsopgave 1 Toelichting 3 2 Oppervlaktewater 4 2.1 Monsterneming 4 2.2 Veldmetingen 4 2.3 Chemisch onderzoek 5 2.4 Continue metingen on-site 6 2.5 Bacteriologisch

Nadere informatie

1 BELANG VAN DE INDICATOR EN ELEMENTEN VOOR INTERPRETATIE

1 BELANG VAN DE INDICATOR EN ELEMENTEN VOOR INTERPRETATIE Methodologische fiche INDICATOR: BIOLOGISCHE KWALITEIT VAN DE WATERLOPEN EN VIJVERS THEMA: WATER EN AQUATISCH MILIEU 1 BELANG VAN DE INDICATOR EN ELEMENTEN VOOR INTERPRETATIE Vraag achter de indicator:

Nadere informatie

Vermesting in meren en plassen,

Vermesting in meren en plassen, Indicator 18 mei 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De vermesting in de meren en plassen

Nadere informatie

Laagwaterbericht. 1 Samenvatting. 2 Meteorologie. 2.1 Vlaanderen. Hydrologische situatie 1 november Afgelopen maand oktober 2017

Laagwaterbericht. 1 Samenvatting. 2 Meteorologie. 2.1 Vlaanderen. Hydrologische situatie 1 november Afgelopen maand oktober 2017 Laagwaterbericht Hydrologische situatie 1 november 2017 1 Samenvatting Oktober 2017 was in Ukkel (KMI) abnormaal warm en droog. In oktober daalden aanvankelijk de basisafvoeren door het gebrek aan neerslag.

Nadere informatie

Taken: Voldoende water, Veilig gebied, Gezond en natuurlijk water.

Taken: Voldoende water, Veilig gebied, Gezond en natuurlijk water. Watersysteembeheer: (presentatie Anita 15 januari) Taken: Voldoende water, Veilig gebied, Gezond en natuurlijk water. Voldoende water: Stuwen, gemalen en waterinlaat, toegankelijkheid gebied d.m.v. waterlopen.

Nadere informatie

Overzicht laagwaterseizoen 2009

Overzicht laagwaterseizoen 2009 746_03 WL Rapporten www.watlab.be departement Mobiliteit en Openbare Werken Boeckx, L.; Deschamps, M.; Van Eerdenbrugh, K.; Mostaert, F. December 2009 WL2009R746_03_rev2_0 Deze publicatie dient als volgt

Nadere informatie

Mest Boeren gebruiken mest op weilanden en akkers. Ook via de koe zelf komt er mest in een weiland. Via de regen spoelt dit ook in het water van

Mest Boeren gebruiken mest op weilanden en akkers. Ook via de koe zelf komt er mest in een weiland. Via de regen spoelt dit ook in het water van Mest Boeren gebruiken mest op weilanden en akkers. Ook via de koe zelf komt er mest in een weiland. Via de regen spoelt dit ook in het water van sloten, beken en rivieren. Het waterschap meet hoeveel meststoffen

Nadere informatie

WATER : CHEMISCHE ANALYSE

WATER : CHEMISCHE ANALYSE Handleiding voor leerkrachten en gidsen die dit programma zelf willen begeleiden WATER : CHEMISCHE ANALYSE TWEEDE EN DERDE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS Natuureducatiecentrum De Vroente Putsesteenweg 129 2920

Nadere informatie

De Bosbeek: What s going on? Jef Guelinckx, Bekkensecretariaat Maasbekken

De Bosbeek: What s going on? Jef Guelinckx, Bekkensecretariaat Maasbekken De Bosbeek: What s going on? Jef Guelinckx, Bekkensecretariaat Maasbekken 1 Europese en Vlaamse wetgeving waterkwaliteitsdoelen 2 e generatie stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021: 17 speerpuntgebieden:

Nadere informatie

De Gouden Ham. Onderzoek blauwalgen. Rapportage : Augustus 2007.

De Gouden Ham. Onderzoek blauwalgen. Rapportage : Augustus 2007. Drema Waterbehandeling BV Daltonstraat 16 3316 GD Dordrecht The Netherlands Tel: 0031 78 618 40 11 Fax:0031 78 618 77 80 www.drema.nl Onderzoek blauwalgen De Gouden Ham Rapportage : Augustus 2007. Ten

Nadere informatie

Vraag nr. 64 van 12 december 2003 van mevrouw DOMINIQUE GUNS. k w a l i t e i t. Enkel in Mechelen is er een slechte biologische kwaliteit.

Vraag nr. 64 van 12 december 2003 van mevrouw DOMINIQUE GUNS. k w a l i t e i t. Enkel in Mechelen is er een slechte biologische kwaliteit. Vraag nr. 64 van 12 december 2003 van mevrouw DOMINIQUE GUNS Dijle Waterkwaliteit en visbestand De rivier de Dijle is ongeveer 100 km lang en is slechts bevaarbaar over 6,4 km stroomafwaarts M e c h e

Nadere informatie

Waterkwaliteit KRW, 2015

Waterkwaliteit KRW, 2015 Indicator 12 januari 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De meeste waterlichamen voldoen

Nadere informatie

Schoner water in sloten en plassen Maatregelen voor een betere waterkwaliteit

Schoner water in sloten en plassen Maatregelen voor een betere waterkwaliteit Schoner water in sloten en plassen Maatregelen voor een betere waterkwaliteit We leven in een land vol water. Daar genieten we van. We zwemmen, vissen, besproeien de tuin, varen in bootjes en waarderen

Nadere informatie

Handleiding chemische wateranalyse

Handleiding chemische wateranalyse Handleiding chemische wateranalyse Wateranalysekoffer 1 Provinciaal Natuurcentrum Inleiding In de natuur komt geen scheikundig zuiver water voor doordat water allerlei stoffen uit zijn omgeving oplost.

Nadere informatie

Nutriënten in oppervlaktewater in landbouwgebied

Nutriënten in oppervlaktewater in landbouwgebied Vlaanderen is milieu Nutriënten in oppervlaktewater in landbouwgebied 2014 Vlaamse MilieuMaatschappij www.vmm.be DOCUMENTBESCHRIJVING Titel Nutriënten in oppervlaktewater in landbouwgebied, resultaten

Nadere informatie

Soorten water en waterkwaliteit. Beschikbaarheid. Kwaliteit. Kosten

Soorten water en waterkwaliteit. Beschikbaarheid. Kwaliteit. Kosten Soorten water en waterkwaliteit Het ene water is het andere niet. Proef maar eens het verschil in kraanwater in Rotterdam of Breda. Of vergelijk het water uit een flesje Spa maar eens met een flesje Sourcis.

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 8 DECEMBER 1998. - Besluit van de Vlaamse regering tot aanduiding van de oppervlaktewateren bestemd voor de productie van drinkwater categorie A1, A2 en A3, zwemwater,

Nadere informatie

L E X I C O N KRACHTLIJNEN

L E X I C O N KRACHTLIJNEN Wat zou de mens zijn zonder dit vitale element? Zou het landschap niet een essentieel gegeven missen, zonder het uitzicht van water aan de oppervlakte, in de rivieren beken en vijvers? Om de aanvoer ervan

Nadere informatie