Trainingsprogramma met meetinstrumenten voor COPD patiënten in een particuliere praktijk. Auteurs: J. Oerlemans, S. Veltrop, en A.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Trainingsprogramma met meetinstrumenten voor COPD patiënten in een particuliere praktijk. Auteurs: J. Oerlemans, S. Veltrop, en A."

Transcriptie

1 Naam auteurs: Jorden Oerlemans Stefan Veltrop Anton van den Bosch Docentbegeleider: Olav Braunbach-Bakhuys Methodologische begeleidster: Monica Veeger Onderzoeksverslag Fontys Paramedische Hogelschool Opleiding: Fysiotherapie te Eindhoven Datum: 19 Juni

2 Voorwoord In het kader van het afstuderen, aan de opleiding fysiotherapie aan de Fontys Hogeschool Eindhoven, is in opdracht van Dhr. R. Loeffen onderzoek verricht naar een trainingsschema met bijbehorende meetinstrumenten voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) patiënten in FYSIOtherapie / fitness Vinkel. Dhr R. Loeffen is praktijkhouder en fysiotherapeut van FYSIOtherapie / fitness Vinkel. Hij krijgt regelmatig patiënten doorverwezen uit het Groot Zieken Gasthuis (GZG). De opdrachtgever wil graag een wetenschappelijk onderbouwd trainingsprogramma voor COPD patiënten. Zodoende kan hij na verwijzing van het GZG en andere instellingen de training continueren, waardoor de skeletspierkracht, ademhalingspierkracht en uithoudingsvermogen onderhouden worden en / of verbeteren. Als gevolg hiervan kan de patiënt lichamelijk weer goed functioneren in het dagelijkse leven. Aan het trainingsprogramma moeten meetinstrumenten gekoppeld worden. Hiermee moeten veranderingen qua kracht van skeletspieren, ademhalingsspieren en het uithoudingsvermogen gemeten en geëvaluereerd worden. Vervolgens kan gekeken worden in hoeverre de training effect heeft. Het verslag bestaat uit twee gedeeltes. Het eerste gedeelte gaat over de methode, resultaten, discussie en conclusie van het project. Het tweede gedeelte bestaat uit het eidproduct dat tot stand is gekomen na uitvoering van het project. Voor het tot stand komen van dit afstudeerproject willen de samenstellers de volgende personen hartelijk bedanken voor hun medewerking: Dhr O. Braunbach-Bakhuys, docentbegeleider, Mvr. M. Veeger, methodologische begeleidster, Dhr. R. Loeffen, fysiotherapeut FYSIOtherapie / fitness Vinkel en tevens opdrachtgever, Fysiotherapie Groot Zieken Gasthuis (GZG), Mevr. A. Verhagen, Dhr. R. Gosselink, Dhr. W. Cambach. Eindhoven, 19 Juni, 2003 Anton van den Bosch Jorden Oerlemans Stefan Veltrop 2

3 Samenvatting Dit verslag is geschreven in het kader van de onderwijseenheid afstudeerproject van de Opleiding voor Fysiotherapie van Fontys Paramedische Hogeschool te Eindhoven. Aanleiding van het project is dat FYSIOtherapie / fitness Vinkel op dit moment geen goed aansluitend trainingsprogramma met bijbehorende meetinstrumenten voor het meten en evalueren van skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en uithoudingsvermogen heeft. FYSIOtherapie / fitness Vinkel wil een optimaal trainingsprogramma voor COPD patiënten zodat deze hier verder kunnen revalideren. Er wordt geprobeerd antwoord te vinden op de onderzoeksvraag door middel van een literatuurstudie. De artikelen zijn gezocht op de databases Medline, Cochrane library, Pedro en Cinahl en in de zoekmachines Pubmed en Nlm. Verder is informatie gezocht door contact op te nemen met specialisten en instellingen op het gebied van COPD. Er is getracht zoveel mogelijk literatuur te verzamelen over de training van COPD patiënten en meetinstrumenten bij COPD die binnen de gestelde in- en exclusiecriteria vallen. De gevonden artikelen over verschillende studies zijn onderworpen aan de Delphi list om zo te toetsen of het artikel van voldoende methodologische kwaliteit is. Nadat de data-extractie heeft plaatsgevonden is er begonnen met het opstellen van het trainingsprogramma. De artikelen die gaan over meetinstrumenten zijn onderworpen aan een review om te beoordelen of de meetinstrumenten betrouwbaar, valide, toepasbaar en gevoelig zijn. Daarna zijn de meetinstrumenten gekozen die het best aansluiten bij het trainingsprogramma. Gevonden protocollen zijn gebruikt als extra onderbouwing en achtergrond informatie in het project. De protocollen zijn beoordeeld door te kijken naar de auteurs. Als er sprake was van een auteur die bekend staat als specialist op het gebied van COPD of als het protocol onderschreven werd door een universiteit werd het protocol positief beoordeeld. Er zijn drie trainingsschema s opgesteld met een duur van twaalf weken. Er zijn trainingsschema s opgesteld voor patiënten die: Thuis willen oefenen en die het lopen en fietsen willen verbeteren Thuis willen oefenen maar niet meer fietsen Thuis niet meer oefenen Meetinstrumenten De onderstaande meetinstrumenten worden gebruikt om de intensiteit te bepalen van de training en om te meten en evalueren wat de effecten van de training zijn. Meetinstrumenten: De 0-10 Borgschaal 6 Minuten WandelTest (MWT) op de loopband Fietsergometrie test De PImax 1 RepetitieMaximum (RM) Uit de gevonden literatuur blijkt dat er geen eensgezindheid bestaat op het gebied van trainingsprogramma s voor COPD patiënten. De gevonden studies gebruiken bijna allemaal verschillende populatie criteria en interventies waardoor er veel verschillende conclusies worden getrokken. Een gestandaardiseerd trainingsprogramma bestaat er niet. Toch is er getracht overeenkomsten te vinden. Er mag geconcludeerd worden dat COPD patiënten een uitgebreid en gevarieerd trainingsprogramma moeten krijgen om het maximale resultaat te bereiken met de training. In een trainingsprogramma moeten de volgende aspecten naar voren komen wat betreft lichamelijke training: krachttraining van 3

4 ademhalingsspieren, krachttraining van perifere skeletspieren en training van het uithoudingsvermogen. Deze aspecten zijn op verschillende manieren te trainen. Waarschijnlijk is de beste vorm een combinatie van duur en interval training op een voldoende hoge intensiteit. Trainingseffecten die zijn verkregen zijn reversibel, dit betekent dat als de COPD patiënt niet meer traint na afloop van het trainingsprogramma al na enkele dagen het inspanningsvermogen weer begint af te nemen. Het is dus zaak om de patiënt te laten inzien dat hij of zij moet blijven trainen. Meetinstrumenten om de kracht en het uithoudingsvermogen te meten zijn voldoende aanwezig. Meetinstrumenten om de kracht van ademhalingsspieren te meten zijn er niet veel en vaak erg kostbaar en daarom moeilijk te realiseren in de praktijk. Summary This graduation project is written in order of physiotherapy at the Fontys Hogescholen in Eindhoven. Inducement of this graduation project is that FYIOtherapy / fitness Vinkel does not have a proper trainingprogramme with measurement tools for measuring and evaluatign skeletal muscle strenght, respioratoire muscle strenght and endurance at the moment. FYIOtherapy / fitness Vinkel wants to develop an optimal trainingprogram for COPD patients so they can continue their revalidation at FYSIOtherapy / fitness Vinkel. Literary studies were researched to find an answer for this research question. The articles have been found in the databases; Medline, Cochrane Library, Pedro, Cinahl and in thes search programs Pubmed and Nlm. Besides that information was gathered by contacting specialist and institutions who are specialised on COPD. As much information as possible was gathered together about training for COPD patients and measurement tools of COPD that match the in- and exclusion criteria. The articles that have been found about different studies were submitted at the Delphis list to measure it s methodologic quality. After data extraction, a trainingprogramme was started. The articles which describe measurement tools, were judged by a review to see if they were reliable, valid, sensitive and functional. Afterwards those measurement tools that suited the trainingprogram best, were chosen. T he protocols that were found, were used as an extra foundation and background information for the project. The protocols were judged by looking at the authors, when it was wtitten by a specialist of COPD or written by a university, it was used in the graduation project. There were three training programs set up with a duration of twelve weeks. There were training programs for patiënts who: Want to practise at home and want to improve both cycling and walking Don t cycle anymore and only want to improve walking Don t want to practise at home Measurements The measurements were used to determine the intensity of the training and to measure and evaluate the effects of the training. The Borg-scale from 0-10 was used 6 MWT on the treadmill Cycle ergometer test PImax 1RM 4

5 The found research literature shows that there s no agreement to trainingsprogrammes for COPD patients. Almost all the research use different patient criteria and interventions by which many different conclusions have been drawn. A standardised training programme is not yet available. Comparisons, however, have been made. The conclusion is that COPD patients need an enlarged and varied training programmeto reach the maximum result. The following aspects need to be highlighted in the training programme: respiratory muscle training, strength training for peripheral skeletal muscles and endurance training. There are several ways to train these aspects. The best way is probably a combination of endurance and interval training at a high intensity. The effects of the training are reversible, this means that if the COPD patient stops training, the effects will decrease after a few days. So it is necessary to make clear to the patient that it s important for him to continue his training. There are enough measurements to measure the strength of peripheral skeletal muscles and the endurance of a patient. There aren t many measurements to measure the strength and endurance of respiratory muscles and are often very expensive. That s why it s very hard/ not viable to measure this in a private practise. 5

6 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding P aanleiding P probleemstelling P vraagstelling P Doelstelling P Inhoud per hoofdstuk P Theoretische kader P COPD P Trainingsprogramma P Meetinstrumenten P. 017 Hoofstuk 2 Methode P. 018 Hoofdstuk 3 Resultaten P Resultaten zoekstrategie P Trainingsprogramma P Resultaten krachttraing P Resultaten uithoudingsvermogen P Resultaten ademhalingsspiertraining P Meetinstrumenten P RM P Minuten Wandel Test P Minuten Wandel Test P Shuttle Walk Test P Fietstest P Borg schaal P Visueel Audiotieve Score P NRS P BDI P DC-ITL P Aneroid pressure gauge P Conclusies van de resultaten P Krachttraining P Uithoudingsvermogen P Krachttraining ademhalingsspieren P Meetinstrumenten P. 039 Hoofdstuk 4 Discussie P Discussie algemeen trainingsprogramma P Discussie methode P Discussie inspanningstolerantie P Discussie krachttraining P Discussie uithoudingsvermogen P Discussie meetinstrumenten P aanbevelingen P. 044 Hoofdstuk 5 Conclusie P. 045 Literatuurlijst P

7 Bijlagen P. 050 Bijlage I Projectvoorstel P. 051 Bijlage II FLP-Format P. 052 Bijlage III Trainingsprotocol van het Groot Zieken Gasthuis P. 063 Bijlage IV Trainingsprotocol Astmacentrum Horneheide / Leuven P. 065 Bijlage V Delphi list P. 070 Bijlage VI Data extractie P. 97 Bijlage VII Data analyse en synthese P. 120 Bijlage VIII Review P. 139 Bijlage IX Borg schaal P

8 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Dit verslag is geschreven in het kader van de onderwijseenheid afstudeerproject van de Opleiding voor Fysiotherapie van Fontys Paramedische Hogeschool te Eindhoven. FYSIOtherapie / fitness Vinkel krijgt regelmatig COPD patiënten doorverwezen uit het GZG en andere instellingen. Aanleiding van het project is dat FYSIOtherapie / fitness Vinkel op dit moment geen goed aansluitend trainingsprogramma met bijbehorende meetinstrumenten voor het meten en evalueren van skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en uithoudingsvermogen heeft. FYSIOtherapie / fitness Vinkel wil een optimaal trainingsprogramma voor COPD patiënten zodat deze hier verder kunnen revalideren. Door middel van literatuurstudie wordt er een wetenschappelijk onderbouwd trainingsprogramma ontwikkeld gericht op skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en uithoudingsvermogen. Tevens worden er door middel van literatuurstudie meetinstrumenten gezocht om veranderingen in skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en uithoudingsvermogen te meten. Er is veel wetenschappelijk onderzoek verricht naar de training van COPD patiënten maar er zijn veel verschillende conclusies getrokken. Hierdoor is er nog weinig duidelijkheid over een wetenschappelijk onderbouwd trainingsprogramma voor COPD patiënten, met de bij behorende meetinstrumenten voor het meten en evalueren van skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en uithoudingsvermogen. 1.2 Probleemstelling Er is op dit moment nog geen wetenschappelijk onderbouwd trainingsprogramma voor COPD patiënten bij FYSIOtherapie Vinkel aanwezig dat aansluit op het trainingsprogramma van het GZG en andere instellingen, ondersteund met meetinstrumenten die de skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en het uithoudingsvermogen meten en evalueren. 1.3 Vraagstelling Hoe ziet een optimaal trainingsprogramma eruit voor COPD patiënten in particuliere praktijk FYSIOtherapie Vinkel met ondersteunende meetinstrumenten die de kracht van: skeletspieren, ademhalingsspieren en verbetering van het uithoudingsvermogen meten? Definities van begrippen uit de vraagstelling met bronvermelding COPD: Chronic Obstructive Pulmonary Diseases, verzamelnaam voor chronische, irreversibele, diffuse vernauwingen van de luchtwegen (31). Ademhalingsspieren: Spieren die actief zijn bij de ademhaling (22) Uithoudingsvermogen: het vermogen om tegen weerstand in gedurende een lange tijd een oefening vol te houden (28). Trainingsprogramma: bestaat uit trainingen die zo op elkaar zijn afgesteld dat er bij elke training sprake is van een trainingsprikkel(28). 8

9 1.4 Doelstelling Het hebben van een wetenschappelijk onderbouwd trainingsprogramma met bijbehorende meetinstrumenten die de kracht van skeletspieren, ademhalingsspieren en het uithoudingsvermogen meten, voor patiënten die worden doorverwezen vanuit het GZG en andere instellingen naar de particuliere praktijk FYSIOtherapie / fitness Vinkel. Uit alle gevonden meetinstrumenten wordt er één gekozen voor elk van de volgende onderdelen; skeletspierkracht, ademhalingsspierkracht en het uithoudingsvermogen. Het meetinstrument moet betrouwbaar, valide, toepasbaar en gevoelig zijn. Er wordt één algemeen trainingsprogramma opgesteld. 1.5 Inhoud per hoofdstuk Het verslag is verdeeld in verschillende hoofdstukken. In het tweede hoofdstuk wordt voor de totstandkoming van dit onderzoeksverslag gebruikte methode uitgelegd en verantwoord. Het derde hoofdstuk bevat de resultaten van de zoekstrategie tevens staan de resultaten van de artikelen ten aanzien van krachttraining, uithoudingsvermogen, ademhalingsspiertraining en meetinstrumenten vermeldt. In hoofdstuk vier wordt de discussie beschreven tussen de resultaten en de literatuur. Verder worden hier de beperkingen van het onderzoek aangegeven en worden aanbevelingen gedaan voor verder onderzoek. Tot slot wordt in hoofdstuk vijf de conclusies weergegeven. Hierin staat het antwoord op de vraagstelling. Er is tevens een aparte hand-out gemaakt waarin het trainingsprogramma met bijbehorende werkwijze en trainingsschema in staan. 1.6 Theoretisch kader COPD Hieronder zal in het kort uitgelegd worden wat COPD inhoudt, wat de gevolgen van COPD zijn en wat bij COPD training de belangrijke behandeldoelen zijn. Ook zal er in het kort verteld worden hoe het COPD trainingsprogramma er op dit moment uitziet in FYSIOtherapie/ fitness Vinkel. COPD omvat de begrippen chronische bronchitis en emfyseem. Er is sprake van chronische bronchitis indien een continue bronchusobstructie en een chronische productieve hoest gedurende minimaal drie maanden in twee opeenvolgende jaren aanwezig zijn. Bij deze diagnose dienen andere oorzaken van chronische hoest te worden uitgesloten. Er wordt gesproken van emfyseem bij de aanwezigheid van een toegenomen longvolume, gepaard gaande met destructie van de alveolaire wanden, zonder dat daarbij sprake is van fibrose. Bij patiënten met COPD staat chronische bronchitis centraal, met klachten als dyspneu (tijdens inspanning en / of rust) en / of hoesten, het opgeven van sputum en wheezing (piepen). Door de aandoening en de directe en indirecte gevolgen hiervan (bijvoorbeeld; hypoxemie (zuurstof tekort), medicatie, immobiliteit en een mindere voedingstoestand) gaat de algemene conditie van de patiënt achteruit. Patiënten hebben vaak de neiging om inspanning te vermijden, waardoor de algemene conditie nog verder verslechtert. Hierdoor kunnen patiënten problemen in hun ADL gaan ervaren en kunnen psychische klachten tot uiting komen in de vorm van angst, depressiviteit en een lagere zelfwaardering. Daardoor kan een sociaal isolement optreden. De belangrijkste oorzaken van COPD zijn sigarettenrook en een beroepsmatige blootstelling aan risicostoffen. Hiernaast zouden ook luchtverontreiniging, genetische factoren en respiratoire infecties bijdragen aan het ontstaan van klachten. Een slechtere prognose hangt samen met persisterend roken, een grotere aspecifieke hyperreactiviteit, mucussercretie, hypoxemie en gewichtsverlies. De mate waarin inspanning kan worden geleverd draagt positief bij aan de overleving (53). 9

10 Een algemeen behandeldoel van revalidatie is het verminderen / opheffen van stoornissen, beperkingen en participatie problemen en hierdoor het verbeteren van de kwaliteit van leven. De meest voorkomende behandeldoelen bij COPD zijn: Bevordering van de mucusklaring Verbetering van het inspanningsvermogen Vermindering van dyspneu Bevordering van therapietrouw (53) Waar vroeger zonder enige twijfel het accent lag op het bevorderen van de ophoesting van sputum is de laatste tien jaar het accent komen te liggen op conditietraining en het behandelen van spierzwakte die bij deze patiënten dikwijls aanwezig is. Vermoeidheid in de benen is frequent de reden van het stoppen van een inspanningstest bij COPD patiënten. De afgenomen spierzwakte word zowel aangetroffen in de respiratoire spieren als in de perifere skeletspieren. De relatie tussen spierkracht en inspanningscapaciteit is gevonden voor respiratoire spieren maar nog duidelijker voor perifere skeletspieren (31). Naar aanleiding van deze ontwikkeling in de laatste tien jaar is het belangrijk dat er onderzoek wordt gedaan naar de optimale behandeling van COPD patiënten. Deze moet dan vooral gericht zijn op het verbeteren van de spierkracht van perifere skeletspieren, ademhalingsspieren en het verbeteren van het uithoudingsvermogen. Het trainen is een belangrijk deel in het leven van de COPD patiënt. Met de training probeert de COPD patiënt een betere conditie te krijgen. Hierdoor zal hij minder problemen van zijn aandoeningen ervaren. Het is belangrijk om de training te continueren omdat de trainingseffecten reversibel zijn op het gebied van skeletspierkracht, ademhalingspierkracht en uithoudingsvermogen (18). Uit onderzoek is gebleken dat er sprake kan zijn van spierkrachtverlies van zowel de perifere skeletspieren als de ademhalingsspieren bij COPD patiënten die stoppen met trainen (9). Verder ziet men een afname van het uithoudingsvermogen bij COPD patiënten als men stopt met trainen. Deze functies zijn erg belangrijk bij COPD patiënten om zo goed mogelijk lichamelijk te kunnen blijven functioneren in het dagelijks leven (31). Lang durende programma s blijken te resulteren in een beter behoudt van de trainingseffecten bij skeletspierkracht, ademhalingspierkracht en uithoudingsvermogen verbetering (31). Op dit moment wordt er in de particuliere praktijk FYSIOtherapie / fitness Vinkel twee keer per week één uur training gegeven aan COPD patiënt in groepsverband. De training bestaat uit een uithoudingsvermogen en een kracht gedeelte. Het uithoudingsvermogenprogramma bestaat uit fietsen (interval, 2 min inspannen, 2 min rust, maximaal 10 keer = in totaal 38 minuten, waarbij de weerstand afhankelijk is van de zuurstofsaturatie, onder de 90% is niet acceptabel en betekent stoppen tot de zuurstofsaturatie voldoende hersteld is), indien mogelijk ook wandelen op een loopband. Het krachtprogramma worden met behulp van de volgende apparaten leg-press, leg-extension, front pull down, horizontale roeien ingevuld. Waarbij 3 series van 20 herhalingen in een rustig tempo werden uitgevoerd met als doel krachtuithoudingsvermogen Trainingsprogramma Hieronder zal iets verteld worden over de algemene trainingsleer. Er zal verteld worden wat de doelen en grondprincipes zijn van training en verder nog andere belangrijke aandachtspunten verteld worden. Ook wordt er in het kort iets verteld over training bij ouderen. Algemeen: Het regelmatig verrichten van lichamelijke inspanning of het regelmatig beoefenen van sport veroorzaakt een aanspanning van het lichaam, veelal in de zin van een verbeterde functie. Een van die functies is het hart. Het hart wordt sterker waardoor na verloop van tijd er minder hartslagen per minuut nodig zijn om het lichaam optimaal te laten functioneren dan voorheen. 10

11 Naarmate de training voortgaat wordt het effect geringer. Blijven trainen is altijd zinvol omdat beëindigen van training resulteert in een teruggang van diverse orgaanfuncties (57). Bij topsporters die volledig stoppen met trainen na hun carrière hebben binnen een paar jaar een slechtere conditie dan een recreatieve loper die 3 keer per week een uurtje hard loopt. Opnieuw trainen herstelt de situatie weer, dit kan echter langer duren dan de tijd waarin de afname zich voltrok (56). Als een persoon gaat trainen heeft dit altijd een bepaald doel. Enkele van deze doelen staan hieronder beschreven: Training heeft meestal een van de volgende factoren als doel: 1. Het handhaven of vergroten van de spierkracht. 2. Het handhaven of vergroten van het uithoudingsvermogen, waarmee dan bedoeld wordt dat arbeid met een bepaalde intensiteit gedurende een langere tijd kan worden volgehouden. Het trainen van de spierstofwisseling kan op twee gebieden: aërobe of anaërobe. De anaërobe stofwisseling wordt getraind als de trainingsduur onder één minuut blijft. De aërobe stofwisseling wordt getraind als de trainingsduur langer is dan één minuut. Activiteiten met een submaximale intensiteit gedurende 30 minuten of langer vergroten met name het uithoudingsvermogen. 3. Het handhaven of vergroten van de snelheid bij de presentaties, die door duur of afstand zijn bepaald. 4. Verbetering van het coördinatievermogen waardoor bewegingen efficiënter kunnen worden uitgevoerd. 5. Vergroting van de lenigheid, waarmee bedoeld wordt het overwinnen van beperkingen aan de bewegingsuitslag in spieren en gewrichten (57). Een beperkte bewegingsrange kan het cardio respiratoire uithoudingsvermogen beïnvloeden. De parameter lenigheid moet daarom worden opgenomen in de testprocedure. Bruikbare tests zijn de Sit and reach test en de shoulder mobility test (56), zie bijlage VII. Voor het nastreven van het doel dient de belasting aangepast te worden aan het fitheids niveau van de patiënt. Om een juist trainingsprogramma voor iemand te kunnen opstellen dient minimaal bekend te zijn wat de klachten van deze persoon zijn en of de patiënt ongetraind of getraind is. De minste winst wordt behaald bij getrainde personen en de meeste bij ongetrainde personen (56). Grondprincipes van training: Waaraan moet een training voldoen om effectief te zijn. 1. Het principe van overbelasting. Alleen zware belasting is effectief in het oproepen van adaptatieverschijnselen in de vorm van trainingseffecten. De werkelijke zwaarte van de inspanning is afhankelijk van de duur, de intensiteit en de frequentie van de lichaamsoefeningen. 2. Het principe van specificiteit. Specifiek trainen voor specifieke resultaten. Weten hoe je wat moet trainen voor een bepaald doel. 3. Het principe van individuele gevoeligheid. Elk persoon is anders en daar moet rekening mee gehouden worden tijdens de trainingen. Men heeft vastgesteld dat bij duurtraining effecten optreden als tijdens de training de frequentie 70% of meer van de maximale hartfrequentie bedraagt, hetgeen neerkomt op een presentatie op het niveau van 50-60% van de maximale aërobe capaciteit. Naarmate de trainingstoestand vordert zal de belasting dus toenemen om nog een verdere vergroting van het presentatievermogen te bewerkstelligen. 4. Het principe van omkeerbaarheid. Trainingseffecten nemen snel af als de training wordt beëindigd. Een oude en nimmer voldoende weerlegde stelregel hierbij is dat hoe trager de effecten tijdens training worden bereikt hoe langer deze ook na het beëindigen van de training aanhouden (57). 5. Een grondgedachte met betrekking tot training heeft te maken met het principe van opklimmende belasting. Dit houdt met betrekking tot de krachttraining in dat de belasting vrijwel maximaal is en 11

12 dat deze geleidelijk aan wordt verhoogd naarmate de spierkracht en het uithoudingsvermogen als gevolg van de krachttraining toeneemt. Bij krachttraining wordt dit afgemeten aan het herhalingsmaximum. Wanneer de training bestaat uit hardlopen, fietsen of zwemmen moet de belasting op een andere wijze dan bij krachttraining worden aangepast: onder dergelijke omstandigheden gebeurt dat door de intensiteit, de frequentie en/of de duur van de belasting te veranderen (58). Zo blijkt training ter verbetering van kracht en explosiviteit weinig rendement op te leveren als deze wordt gecombineerd met omvangrijke duurtraining. Beide factoren zijn echter relevant en belangrijk om uiteindelijk een maximale prestatie te kunnen leveren en zullen dus onderhouden en / of verbeterd moeten worden door regelmatige belasting. Het is dan ook belangrijk voldoende hersteltijd tussen de accentgebieden aan te houden, zodat onderlinge beïnvloeding beperkt blijft (56). Om het prestatievermogen optimaal te trainen moet niet te veel maar ook niet te weinig hersteltijd gebruikt worden tussen de trainingen. Er wordt gesproken over supercompensatie. Dit houdt in dat het prestatievermogen na volledig herstel van een trainingsbelasting tijdelijk op een hoger niveau komt te liggen. Op dat moment moet de volgende training plaatsvinden omdat bij te lang wachten het maximale prestatievermogen weer gedaald is. Als men te vroeg weer traint en er dus nog geen supercompensatie bereikt is zal het prestatievermogen steeds verder afnemen (56). Om tot een optimale belasting (duur en frequentie) te komen met bijbehorende hersteltijden moet gekeken worden naar het type training, ervaring van de fysiotherapeut en het gevoel van de patiënt van dag tot dag. Daar er zoveel verschillende hersteltijden gelden voor de verschillende weefsels is een optimale planning erg lastig (56). Een training bestaat uit een aantal onderdelen, er wordt meestal begonnen met een warming-up. Reden hiervoor zijn dat de warming-up zorgt voor een beter resultaat tijdens de training. Dit komt omdat er een hoger kerntemperatuur bereikt wordt en hierdoor de spieren makkelijker O 2 loslaat. Hiervoor moet de warming-up wel een intensiteit hebben die niet te laag is en ongeveer 15 minuten duren. Ook passief kan er een verhoogde kerntemperatuur verwezenlijkt worden door bijvoorbeeld in een warme omgeving te zijn, alleen de actieve benadering heeft de voorkeur (57). De methode van trainen is mede bepalend voor de oefenstof. Er bestaan verschillende trainingsmethoden waar gebruik van gemaakt kan worden. Uithoudingsvermogen 1. Anaërobe training. Deze bijna tot volledige uitputting voerende trainingsvorm vergroot met name de alactische component van de anaërobe capaciteit. Dit betekent dat mensen die vaker anaëroob trainen minder snel verzuren (melkzuur ontwikkeling in spieren) dan mensen die nooit anaëroob trainen. Het voorschrift voor anaërobe training is eenvoudig; deze is evenwel niet aangenaam om te ondergaan en het vereist veel doorzettingsvermogen (57). 2. Aërobe training. Deze training heeft tot doel de aërobe capaciteit, zoals deze kan worden afgeleid uit de VO 2 max. waarde en de volhoudtijd van de duurinspanning te vergroten. Bij aërobe training is het doel niet om melkzuur te ontwikkelen in de spieren. De energie moet geleverd worden uit de verbranding van adenosinetrifosfaat (ATP) en zuurstof. Als vuistregel kan er aangenomen worden dat de arbeid zo zwaar is dat de hartfrequentie moet oplopen tot 70% van de maximale hartfrequentie, hetgeen overeenkomt met 50-60% van de aërobe capaciteit (57). 12

13 3. Intervaltraining. Onder intervaltraining wordt een trainingsmethode verstaan waarbij een aantal relatief korte perioden van lichamelijke belasting wordt afgewisseld met korte herstelperioden. Deze herstelperioden worden gekenmerkt door het feit dat er of nog enige lichte tot geringe arbeid verricht wordt of helemaal geen arbeid verricht wordt en dat het lichaam niet volledig herstelt van de eerder opgelegde belasting. Het grote verschil tussen duurtraining en intervaltraining is, dat tijdens belasting zoals die wordt uitgevoerd volgens het intervalprincipe er minder ophoping van lactaat plaatsvindt, waardoor ook het vermoeidheidsgevoel minder was dan bij duurtraining met dezelfde intensiteit en belasting. Dit komt omdat tijdens de relatieve rustperioden weer nieuwe energie wordt aangevoerd via het aërobe systeem. Ook wordt er via dit systeem weer nieuwe zuurstof aangevoerd, zodat er na een periode van herstel weer opnieuw gebruik kan worden gemaakt van de geleverde energie, zo wordt het melkzuursysteem als het ware gespaard. Hierdoor treedt melkzuurophoping niet zo snel op als bij duurtraining met dezelfde intensiteit en belasting. Bij intervaltraining met een relatieve rustperiode, dus met geringe arbeid, treedt er weer sneller lactaat ophoping op dan bij intervaltraining met volledige rustperioden. Dit komt omdat, wanneer er tijdens de relatieve rustperiode lichte arbeid wordt verricht dat gedeeltelijk de nieuwe aanvoer van energie en zuurstof blokkeert. Het grote voordeel bij intervaltraining is als volgt: de winst die bij intervaltraining wordt geboekt met betrekking tot het optreden van spiervermoeidheid kan worden gebruikt om de intensiteit van de training te verhogen. Er is aangetoond dat de intensiteit bij intervaltraining ongeveer 2,5 keer zo groot moet zijn als die bij duurtraining om tot een gelijke melkzuurconcentratie in het bloed te komen (58). De intensiteit van de inspanning tijdens het arbeidsinterval moet hoog zijn 85-95% van de maximale hartslag waarbij geldt dat hoe hoger de belasting, hoe minder keren deze inspanning kan worden herhaald voordat uitputting optreedt. Hieruit volgt al dat voor het minimum aantal keren inspanning per trainingssessie geen voorschrift te geven is. Als het om lopen gaat moet de totale loopafstand twee en een half tot drie km zijn. De rustperiode dient dan lang genoeg te zijn om een daling van van de hartfrequentie tot onder de 140 slagen/min mogelijk te maken; dit zal als regel het geval zijn in een periode die twee tot drie keer zo lang is als de voorafgaande inspanningsperiode (57,58). 4. Continue training. Hierbij gaat het om langdurige perioden van submaximale inspanning. Doordat er geen melkzuur ontstaat kan de inspanning langer volgehouden worden. Zeer geschikt voor minder getrainde personen (jogging) (57). Duurtraining: 20 minuten tot 6 uur. Intensiteit van 45-70% VO 2 max. tot 70-85% VO 2 max (56). 5. Duurlooptraining. Deze methode is voornamelijk gebaseerd op het langdurig, aan een stuk door, verrichten van arbeid over relatief grote afstanden. Er worden drie vormen van duurlooptraining onderscheiden duurlooptraining met lage snelheid, duurlooptraining met hoge snelheid en joggen. In al deze gevallen levert het aërobe systeem de belangrijkste bijdrage in de energiebehoefte van het lichaam. Deze programma s vergroten dus het aërobe uithoudingsvermogen (58). 6. Fartlek. Dit is een snelheidsspel dat wisseling in loopsnelheid de essentie van de methode vormt. Het is een tussenvorm tussen interval en continue training. De duur en frequentie van de hoge belastingsperioden worden geheel aan het gevoel van de sporter overgelaten (57). Krachttraining Er zijn een aantal principes en wetmatigheden waar rekening mee gehouden moet worden, onder andere dat er is 6-8 weken nodig zijn ongetrainde personen om de juiste techniek in te slijpen. Bij goed getrainde personen is dit 2-4 weken (56). Verder is het zo dat volgens het principe van overbelasting in een spier alleen hypertrofie optreedt en er alleen een toename van kracht en uithoudingsvermogen plaatsvindt wanneer de spier gedurende een bepaalde tijd maximale kracht levert en het uithoudingsvermogen maximaal wordt aangesproken, dat wil zeggen wanneer een spier op meer dan normale wijze wordt belast. 13

14 Wanneer het principe van overbelasting wordt toegepast op krachttraining, dient de belasting van de spieren na verloop van tijd, naarmate het trainingsprogramma verder wordt doorlopen, te worden vergroot, omdat de spieren inmiddels krachtiger zijn geworden en over een groter uithoudingsvermogen zijn gaan beschikken (56,58). Het is belangrijk dat een trainingsprogramma zo opgesteld dient te worden, dat de trainingsstof aansluit op de eisen van de beoefenaar. Er zijn 4 soorten programma s voor krachttraining: Isotone programma s Isometrische programma s Excentrische programma s Isokinetische programma s Isotone programma s Een van de eerste programma s voor isotone belasting van spieren met opklimmende weerstand werd ontwikkeld door DeLorme en Watkins. Hun methode met oefeningen die een maximale toename van kracht dienen te bewerkstelligen, is gebaseerd op het nieuwe idee van een maximaal aantal herhalingen (herhalingsmaximum). Hieronder wordt verstaan, de maximale belasting die een spiergroep kan worden opgelegd tijdens een oefening die een bepaald aantal malen achtereen moet worden uitgevoerd zonder dat spiervermoeidheid optreedt. Bovengenoemde onderzoekers maakten in hun programma gebruik van een maximaal aantal van 10 herhalingen (10 HM), dat wil zeggen het maximale gewicht dat door een spiergroep tijdens een oefening tienmaal achtereen kan worden verplaatst zonder dat er spiervermoeidheid optreedt. Voor elke spiergroep die wordt belast, bestaat het programma uit een totaal van 10 herhalingen per trainingsbijeenkomst, verdeeld over 3 series van elke 10 herhalingen. Serie 1 = 10 herhalingen bij een belasting van 0,5 X 10 HM Serie 2 = 10 herhalingen bij een belasting van 0,75 X 10 HM Serie 3 = 10 herhalingen bij een belasting van 1,0 X 10 HM Het is nu de bedoeling dat iemand probeert om gedurende een aantal opeenvolgende trainingsbijeenkomsten bij gelijkblijvende belasting het aantal herhalingen op te voeren. Wanneer het aantal herhalingen de 10 overschrijdt in serie 3, wordt de belasting verhoogd tot een nieuwe 10 HM. DeLorme en Watkins deden tevens de aanbeveling te trainen met een frequentie van 4 opeenvolgende dagen per week. Bij meer zou de totale belasting zo zwaar worden dat geen volledig herstel meer optreedt van de tijdens de training belaste spiergroepen. Naar aanleiding hiervan is er veel onderzoek gedaan. Bij veel onderzoek werd gebruik gemaakt van programma s die een trainingsfrequentie voorschreven van 3 dagen per week over een periode van 8 tot 12 weken. Naar aanleiding van verschillende onderzoeken over de herhalingen en series kan worden geconcludeerd dat er geen bepaalde combinatie bestaat van een aantal series en herhalingen die bij iedereen een optimale toename van kracht bewerkstelligt. Voor krachttraining geldt nog steeds de volgende regel: kracht = gering aantal herhalingen en grote belasting en uithoudingsvermogen = groot aantal herhalingen en geringe belasting. Er is wel 1 opmerking te plaatsten bij deze regel. Deze opmerking gaat over de geringe belasting. Het langdurig herhalen van oefeningen waarbij spieren onbelast worden heeft weinig effect op het uithoudingsvermogen (58). Isometrische programma s Van deze programma s zijn Hettinger en Müller degene die de aanzet hebben gegeven voor wetenschappelijk onderzoek. Uit hun onderzoek kwam naar voren dat de maximale kracht van een spiergroep met 5% per week kan toenemen door deze spieren eenmaal per dag, gedurende 5 dagen per week, hoofdzakelijk isometrische contracties te laten verrichten gedurende 6 seconden met tweederde van de maximaal te leveren spanning. 14

15 De toename in kracht werd niet beïnvloed door de contracties krachtiger te laten uitvoeren of door het aantal contracties of de duur daarvan te laten toenemen. Hierna zijn er verschillende wetenschappelijke onderzoeken gedaan. De uitkomst hiervan was, dat de grootste toename in maximale isometrische kracht kan worden bereikt met een trainingsfrequentie van 5 dagen per week, waarbij tijdens elke bijeenkomst 5 tot 10 contracties met maximale kracht worden uitgevoerd, elk gedurende 5 seconden. Ook hiervoor geldt dat er niet echt een programma bestaat dat door iedereen te gebruiken is en dat bij iedereen het beste resultaat oplevert met betrekking tot de vergroting van de spierkracht (58). Excentrische programma s Het komt niet zoveel voor dat in programma s voor krachttraining de nadruk ligt op het uitvoeren van excentrische contracties. Ze worden ook niet vaak toegepast in de praktijk. Het is bekend dat vooral na excentrische spiercontracties flinke spierpijn kan ontstaan, hetgeen ook een belangrijk nadeel is van programma s die veel van dit soort oefeningen bevatten (58). Isokinetische programma s Isokinetische programma s vormen het nieuwste type van programma s voor krachttraining. Er is nog maar weinig onderzoek verricht naar het effect van dergelijke programma s. In theorie dienen isokinetische krachtoefeningen de grootste toename in spierkracht en uithoudingsvermogen te geven. Met isokinetische oefeningen is het mogelijk maximale spierspanning te ontwikkelen over de volledige bewegingsuitslag in een gewricht. Dit heeft tot resultaat dat de spieren die getraind worden zwaarder belast worden dan bij andere vormen van krachttraining (58). Trainingsintensiteit De intensiteit van de belasting is waarschijnlijk wel het belangrijkste van de drie bovengenoemde trainingsvariabelen waarop het principe van overbelasting kan worden toegepast. De eenvoudigste methode voor het bepalen van de intensiteit van de training, is die waarbij gebruik gemaakt wordt van de slagfrequentie van het hart. Er is vastgesteld dat de mate waarin de slagfrequentie van het hart toeneemt als gevolg van een bepaalde opgelegde belasting, gebruikt kan worden als maat voor de overbelasting van het lichaam in het algemeen en van het cardiovasculair systeem in het bijzonder. Naast de methode die gebruik maakt van de slagfrequentie van het hart, bestaat er ook nog een andere methode om de intensiteit van de opgelegde belasting tijdens duurtraining te bepalen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de anaërobe drempel. De anaërobe drempel is de intensiteit van de belasting waarbij het melkzuurgehalte van het bloed en het spierweefsel snel begint toe te nemen. Er bestaan 2 methoden om de intensiteit van belasting bij de anaërobe drempel te bepalen; voor beide methoden is een laboratorium uitrusting nodig (58). Trainingsfrequentie en duur In het algemeen kan worden gesteld dat naarmate de trainingsfrequentie en duur toeneemt dit een grotere lichamelijke fitheid tot gevolg heeft. Dit geldt vooral voor duurtraining. Zo is aangetoond dat de belasting van het cardiovasculaire systeem tijdens het verrichten van submaximale arbeid minder is naarmate programma s voor interval duurtraining zijn toegepast met een hogere trainingsfrequentie en een langere trainingsduur. In het algemeen wordt een trainingsfrequentie aanbevolen voor duur programma s van 3 tot 5 dagen in de week en voor sprint programma s van 3 dagen per week. Ook is gebleken dat eenmaal trainen per dag de voorkeur heeft boven meer keren per dag, omdat het niveau van de algemene lichamelijke fitheid of het prestatieniveau daar niet extra door toeneemt (58). Veel artikelen gaan niet over dezelfde populatie of trainingsvorm daardoor bestaan er zeer weinig vergelijkingen tussen programma s met verschillende parameters (duur en intensiteit). Wel is er een globale richtlijn aan te geven: gezondheidsbevorderende effecten kan men vaak bereiken met alleen aërobe training, maar voor het verbeteren van het prestatievermogen dient daarnaast dikwijls ook anaërobe training te worden verricht. 15

16 Er is aangegeven dat de belastbaarheid van het individu grenzen stelt aan de hoeveelheid trainingsarbeid die verricht kan worden. Anaërobe training is per definitie van hoge intensiteit en kan als te belastend ervaren worden (56). Bij een verhoogde O 2 consumptie zullen de spieren tijdens inspanning meer O 2 aan het bloed moeten leveren, het hart meer bloed moeten rond pompen om aan de verhoogde vraag van de arbeidende spieren te voldoen, en de skeletspieren zullen meer zuurstof aan het bloed moeten onttrekken om de aërobe energievoorziening op peil te houden. Door duurtraining neemt de maximale O 2 opname toe. Het hart is meestal de beperkende factor voor de capaciteit om O 2 te leveren. Door een toename in onder andere de capillarisatie van de getrainde spier leidt tot een lokale verhoging van de VO 2. Dit wil zeggen dat alleen de getrainde spier meer zuurstof kan opnemen. Het gevolg is dat tijdens inspanning meer O 2 aangevoerd zal kunnen worden naar de arbeidende spier. Dit resulteert in een grotere aërobe capaciteit van die spier. De toename in de opname capaciteit van O 2 van de longen verandert relatief gezien weinig ten opzichte van het hart. Toch zijn de longen zeer wel in staat het bloed in de slagaderen van zuurstof te voorzien: bij intensive uitputtende inspanning is de zuurstofverzadiging van het arteriële bloed zo n 95%. Training verandert hier nauwelijks iets aan (56). Ademhalingstraining: In rust gebruikt een gezond persoon 1 tot 2% van het totale O 2 verbruik voor de ademhalingsspieren. Tijdens inspanning verhoogt dit tot 8-10%. Voor mensen zonder luchtweg- en / of longaandoeningen is de longventilatie zelf geen beperkende factor voor het leveren van een sportprestatie. Mensen met een longaandoening hebben een verhoogde luchtweerstand waardoor de longventilatie een beperkende factor kan zijn voor het leveren van inspanning. Een specifieke training van de ademhalingsspieren, bij ongetrainde en getrainde personen, blijkt een positief effect te hebben op het prestatievermogen. Dit effect kan verkregen worden door bijvoorbeeld in te ademen tegen een weerstand of met behulp van hypercapneatraining (soort hyperventileren) (56). Voor aanpassingen ten gevolge van inspanning geldt in het algemeen dat alle longvolumes en longcapaciteiten, met uitzondering van het ademteugvolume, in rust groter zijn bij getrainde mensen dan bij ongetrainde mensen. Dit leidt tot een betere toevoer van zuurstof en afvoer van koolstofdioxide. De toename van het hart minuut volume (HMV) zorgt ervoor dat er tijdens inspanning een veel homogenere doorbloeding van de longen plaats vindt. Ook de alveoli van de longtoppen worden nu doorstroomd en kunnen dus meedoen aan de gaswisseling. Kortom tijdens inspanning ontstaat er door een toename van het HMV een vergroting van het alveoli-oppervlak dat is betrokken bij de gaswisseling en wordt de fysiologische dode ruimte dus verkleind. Een tweede aanpassing om het diffusieoppervlak te vergroten is dat verschillende longvolumes toenemen als een gevolg van duurtraining. Een groter longvolume betekent een groter diffusieoppervlak en heeft dus ook een gunstig effect op de gaswisseling tussen alveoli en cappilairen. Diffusiecapaciteit zelf kan niet getraind worden, de toename is waarschijnlijk een gevolg van de vergrote diffusieoppervlak (56). Bij COPD patiënten zijn er verschillende redenen waardoor de gasuitwisseling is verstoord. Of gedeelten van de longen worden niet goed meer doorbloed, of sommige gedeelten worden niet goed meer geventileerd. In beide gevallen is de gasuitwisseling gestoord. Een andere reden voor de gestoorde gaswisseling bij COPD patiënten is het verkleinde diffusieoppervlak ten opzichte van het normale diffusieoppervlak (31). Wel trainbaar zijn de ademhalingsspieren, deze worden minder vermoeibaar door training. Het gevoel na inspanning buiten adem te zijn met een pijnlijk gevoel in het longgebied, heeft waarschijnlijk te maken met lokale vermoeidheid van deze ademhalingsspieren (56). 16

17 Trainbaarheid bij ouderen Er wordt hedendaags verondersteld dat lichamelijke belasting op oudere leeftijd zeker leidt tot trainingseffecten, ongeacht de voorgeschiedenis wat betreft lichamelijke activiteiten. Het is nog niet duidelijk in hoeverre de effecten van training bij ouderen vergelijkbaar zijn met die bij jongere mensen. Vaak wordt het aanvangsniveau bij ouderen te laag ingeschat, omdat bijvoorbeeld de motivatie ontbreekt, men bang is om tot het uiterste te gaan en/of er sprake is van een beperkte belastbaarheid, hetgeen tot een overwaardering van de trainingseffecten kan leiden. De belastingsrichtlijnen zoals die hierboven genoemd staan gelden ook voor ouderen. Er is geen verschil met mensen van bijvoorbeeld middelbare leeftijd (58) Meetinstrumenten: Een aantal algemene testvoorwaarden die altijd in acht moeten worden genomen bij het testen zijn: -deelnemer duidelijke informatie geven over de test. -omstandigheden zo veel mogelijk standaardiseren. (temperatuur, luchtvochtigheid) -voldoende scholing tester. -bij patiënten moet er eerst een medische screening plaatsvinden voor afname test. -gebruikte apparatuur goed onderhouden. -goed gestandaardiseerde warming-up vooraf. -tijdens en na afloop van de test goede controle op testpersoon. -tester heeft een goede aansprakelijkheidsverzekering (56). Hieronder worden enkele testen beschreven die vaak gebruikt worden om de intensiteit en inspanningstolerantie te bepalen in het trainingsprogramma. Ook worden deze testen gebruikt om de effecten van het trainingsprogramma te meten. Maximale fietsergometer test Het maximale vermogen op de fietsergometer testen blijkt goed reproduceerbaar te zijn bij herhaling van de test. Een voordeel van de test is dat deze goedkoop is. Er hoeft geen gebruik gemaakt te worden van kostbare apparatuur om de ademgasanalyse te meten (56). De fietstest is wel minder specifiek om het maximale aërobe uithoudingsvermogen te bepalen voor activiteiten waarbij gelopen wordt (56). Submaximale inspanningtest Voor al deze testen is het niet zeker is of de veronderstelde maximale waarden ook daadwerkelijk haalbaar zijn. Er zijn diverse oorzaken aan te wijzen waardoor de veronderstelde maximale waarden in werkelijkheid niet gehaald kunnen worden, bijvoorbeeld lokale beperkingen, angst of pijn (56). 6 minuten wandeltest 6 minuten wandeltest wordt het meest gebruikt, omdat deze goed blijkt te correleren met de activiteiten in het dagelijks leven van de patiënt. Door een goed gebruik van de Borg schaal kan overbelasting voorkomen worden. Voordelen van de test zijn dat het een eenvoudig protocol heeft, lage kosten en de test kan afgenomen worden bij slecht belastbare patiënten. De test is goed bruikbaar voor groepen mensen. Nadeel van de test is dat deze minder geschikt is om op een zeer betrouwbare manier het maximale aërobe uithoudingsvermogen te bepalen. Daar staat tegenover dat de test wel een behoorlijke validiteit heeft; hij geeft informatie over de lichamelijk activiteit in het dagelijks leven (56). 17

18 10-meter-shuttle-walktest van Singh Speciaal voor COPD patiënten die slecht belastbaar zijn. Voordelen zijn de lage kosten en het eenvoudige protocol. Er zijn goed gestandaardiseerde instructies, de test is goed bruikbaar in de klinische setting en om relatief slecht belastbare patiënten te testen. De test heeft een gering risico en is hoog valide voor activiteiten uit het dagelijks leven. De test heeft een goede betrouwbaarheid al is de meetfout voor het meten van de VO 2 max hoger dan bij andere testen. Patiënten hebben een oefensessie nodig om de test te leren uitvoeren (56). 18

19 Hoofdstuk 2 Methode Nadat toewijzing van het afstudeerproject trainingsprotocol bij COPD patiënten (bijlage I) werd er begonnen aan het FLP projectplan (bijlage II). Het FLP projectplan zorgde ervoor dat er structureel gewerkt werd aan het project. Door middel van literatuurstudie werd er geprobeerd om een antwoord te krijgen op de vraagstelling Hoe ziet een optimaal trainingsprogramma eruit voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) patiënten in particuliere praktijk FYSIOtherapie / fitness Vinkel. Met ondersteunende meetinstrumenten die de kracht van: skeletspieren, ademhalingsspieren en verbetering van het uithoudingsvermogen meten? Gezocht werd er in de databases: Verder werd er gezocht in de zoekmachines: -Medline -cochrane library -pedro -cinahl. -pubmed - nlm. Met gebruik van keywords werd het zoeken structureel gemaakt. De keywords die gebruikt zijn voor het zoeken staan hieronder vermeld. Nederlands: COPD longen longaandoeningen longemfyseem chronische bronchitis meetinstrument training protocol conditietraining fitness krachttraining skeletspieren ademhalingsspieren uithoudingsvermogen trainingprincipes trainingsprogramma revalidatie onderzoek Engels: COPD lungs pulmonary diseases pulmonary emphysema chronic bronchitis measurements training protocol endurance training fitness weight training skeletal muscles respiratory muscles endurance work-out principles training program rehabilitation research De zoektocht werd gelimiteerd door de taal, (Nederlands, Engels) door gebruik te maken van het voegwoord IN. Niet relevante artikelen worden geweerd met het voegwoord WITHOUT, AND or NOT. De artikelen die zijn gevonden met behulp van de databases en zoekmachines zijn in eerste instantie gezocht op het internet. De artikelen die niet volledig op internet stonden zijn gezocht in de bibliotheek van de Universiteit van Maastricht. Artikelen die ook daar niet aanwezig waren werden gezocht in het Nederlands Instituut voor Wetenschappelijke Informatiediensten (NIWI) te Amsterdam. Tijdens het literatuuronderzoek zijn er verschillende protocollen naar voren gekomen, om die te kunnen beoordelen is er contact opgenomen met het Koninklijk Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) 19

20 Uit een telefoon gesprek met het KNGF blijkt dat een protocol aan heel veel eisen moet voldoen. Maar ze geven aan dat wanneer de protocollen geschreven zijn door een bekende specialist of een gerenommeerde universiteit of ziekenhuis deze in het verslag meegenomen mogen worden. De protocollen werden dus beoordeeld door te kijken of deze geschreven zijn door een bekend specialist op het gebied van COPD of een gerenomeerde universiteit of ziekenhuis. Als dit niet het geval was werden deze geëxcludeerd. De positief beoordeelde artikelen worden gebruikt als achtergrond informatie en als extra beargumentatie. Ook werd er literatuurstudie gedaan in de Mediatheek van de Fontys Hogeschool Eindhoven, Universiteitsbibliotheek Maastricht, NIWI en Nederlands Paramedisch Instituut (NPI). Er zijn boeken en artikelen gezocht die over het onderwerp COPD gingen en betrekking hadden op het projectonderwerp Naast literatuuronderzoek werd er contact gezocht met specialisten op het gebied van COPD. Contact werd opgenomen met Dhr. R. Gosselink, fysiotherapeut werkzaam aan Universiteit Leuven, Dhr. Janssen, hoofd paramedische dienst astmacentrum Hornerheide en Dhr. Wouters, longarts Academisch Ziekenhuis Maastricht (AZM) om informatie te verkrijgen betreffende de trainingsprogramma s met meetinstrumenten die gebruikt worden in specifieke longcentra s. Er werd contact gezocht met de verschillende medische instellingen om informatie in te winnen met betrekking tot COPD revalidatie. Er werd contact gezocht met Dekkerswald, Leuven, GZG en Astmacentrum Hornerheide om informatie in te winnen met betrekking tot hun revalidatieprogramma. De trainingsprogramma s en meetinstrumenten die gebruikt worden in de longcentra s Hornerheide, Leuven en van het Groot Zieken Gasthuis werden gebruikt als achtergrond informatie voor het verslag. De gevonden artikelen uit het literatuuronderzoek werden ter plekke beoordeeld aan de hand van de in- en exclusie criteria hieronder beschreven. Inclusie criteria: De artikelen moesten gaan over trainingsprogramma s en meetinstrumenten bij COPD patiënten. Patiënten populatie: criteria voor COPD-training: de Forced Expiration Volume in 1 second/ Vital Capacity (FEV1/VC) moest bij de patiënt minder zijn dan 60%, verwijzing door een arts was nodig, geslacht speelde geen rol, leeftijd: in principe boven de 16. (onder de 16 jaar na overleg en niet in deze COPD groep) Patiënten met diagnose COPD. Controle groep moest aanwezig zijn waarbij de controle groep wel en niet interventies ondergaat. Alleen fysiotherapeutische interventies. Alleen artikelen geschreven in het Nederlands of Engels. Exclusie criteria: Artikelen die gebruik maakten van patiënten met neven pathologieën. Patiëntengroep onder de 14 jaar. Bij elk artikel werd de methodologische kwaliteit met behulp van de Delphi list afgenomen door twee afzonderlijke onderzoekers. Daarna werden de twee uitslagen van de Delphi list met elkaar vergeleken, waarna werd besloten of het artikel wel of niet bruikbaar was voor het onderzoek. Een artikel werd goed gekeurd door de Delphi list als er van de negen onderwerpen die in deze lijst staan, er minimaal vier positief (ja) beantwoord werden en er maximaal vier negatief (nee) beantwoordt werden. 20

Voorwoord. Eindhoven, 19 Juni, 2003 Anton van den Bosch Jorden Oerlemans Stefan Veltrop

Voorwoord. Eindhoven, 19 Juni, 2003 Anton van den Bosch Jorden Oerlemans Stefan Veltrop Naam auteurs: Jorden Oerlemans Stefan Veltrop Anton van den Bosch Docentbegeleider: Olav Braunbach-Bakhuys Methodologische begeleidster: Monica Veeger Onderzoeksverslag Fontys Paramedische Hogelschool

Nadere informatie

Anaëroob a-lactisch Anaëroob lactisch Aërobe systeem

Anaëroob a-lactisch Anaëroob lactisch Aërobe systeem Anaëroob a-lactisch Afbraak ATP (voedsel van de spier) en creatinefosfaat. Waarbij geen zuurstof nodig is. Geen vorming van lactaat/melkzuur Maximale inspanning 20 seconde Ontwikkelen van veel snelheid

Nadere informatie

Training Trainingsintensiteit:

Training Trainingsintensiteit: Training Niet de kwantiteit maar wel de kwaliteit van de trainingen zorgen voor resultaat. Iedere sporter heeft individuele eigenschappen qua aanpassingsvermogen en genetische kenmerken. Training is daarom

Nadere informatie

Berekening hartslagzones

Berekening hartslagzones Berekening hartslagzones 1. Formule via maximale hartslag Een eenvoudige en snelle berekening (maar minst betrouwbare). MAN VROUW 220 minus leeftijd 226 minus leeftijd 2. Formule van KARVONEN via het verschil

Nadere informatie

DWV Klein DWV Verzet Klein Trainen met een Trainen hartslagmeter met een Jasp Ree Ree lda 04-02-2009

DWV Klein DWV Verzet Klein Trainen met een Trainen hartslagmeter met een Jasp Ree Ree lda 04-02-2009 DWV Klein Verzet Trainen met een hartslagmeter Jasper Reenalda 04-02-20092009 Opzet clinic Theoretische introductie: Inspanningsfysiologie Meten van de inspanning Basisprincipes training Trainen met een

Nadere informatie

Voorwoord 10. Inleiding 11. 1 Inleiding in de module inspanning 1 5

Voorwoord 10. Inleiding 11. 1 Inleiding in de module inspanning 1 5 Inhoud 5 Inhoud Voorwoord 10 Inleiding 11 module i aanpassen aan inspannen 1 Inleiding in de module inspanning 1 5 2 Energielevering bij inspanning 1 7 2.1 Bewegen kost energie 1 7 2.1.1 Energie, arbeid,

Nadere informatie

Trainingsprogramma COPD

Trainingsprogramma COPD Trainingsprogramma COPD Informatie voor patiënten F0947-3064 januari 2011 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411, 2260 AK Leidschendam 070

Nadere informatie

CLINIC PARELLOOP 2019 EFFECTIEF TRAINEN MET HARTSLAGMETER

CLINIC PARELLOOP 2019 EFFECTIEF TRAINEN MET HARTSLAGMETER CLINIC PARELLOOP 2019 EFFECTIEF TRAINEN MET HARTSLAGMETER ENERGIESYSTEMEN Fosfaatsysteem Melkzuursysteem Zuurstofsysteem FOSFAAT SYSTEEM Anaeroob (zonder zuurstof) Alactisch Duurt bij maximale sprint 14

Nadere informatie

Van bewegen naar trainen

Van bewegen naar trainen Van bewegen naar trainen Charles Heus Sportfysiotherapeut J&C Sportrevalidatie Geblesseerd Trainingsfit Wedstrijdfit Arts / Fysio??? Trainer Pat 0% Fysio 100% Pijn en of Functionele beperking 1e fase:

Nadere informatie

Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten

Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten 5 april 2017 Sarcoïdose ontsporing afweersyteem ophoping afweercellen: granulomen overal in lichaam: longen, lymfesysteem, huid,

Nadere informatie

In dit proefschrift worden effecten van verschillende vormen van training op het

In dit proefschrift worden effecten van verschillende vormen van training op het SAMENVATTING 201 202 Samenvatting In dit proefschrift worden effecten van verschillende vormen van training op het prestatievermogen van paarden beschreven. De paarden warden op stal gehouden en getraind

Nadere informatie

Hardloopschema voor semi-gevorderden

Hardloopschema voor semi-gevorderden Hardloopschema voor semi-gevorderden Heb je je eerste tien trainingsweken erop zitten? Dan kun je de overstap maken naar het onderstaande schema voor semi-gevorderden. Dit hardloopschema is opgebouwd als

Nadere informatie

Methoden voor training van het uithoudingsvermogen

Methoden voor training van het uithoudingsvermogen Methoden voor training van het uithoudingsvermogen Deel 1 Algemeen In dit stuk worden verschillende trainingsmethodieken besproken die het duur uithoudingsvermogen en snelheid uithoudingsvermogen verbeteren.

Nadere informatie

Algemeen trainingsschema scheidsrechters

Algemeen trainingsschema scheidsrechters Algemeen trainingsschema scheidsrechters Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, is het belangrijk het spel goed te kunnen volgen. Hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om je hierbij te helpen

Nadere informatie

PrestatieTest. De eerste stappen naar betere prestaties.

PrestatieTest. De eerste stappen naar betere prestaties. PrestatieTest De eerste stappen naar betere prestaties. Naam: Mevrouw X Lengte: 172 cm Geboortedatum: 23-9-1987 Gewicht: 67,3 kg Geslacht: Vrouw Testdatum: 22-01-13 Standaard metingen Vetpercentage (%)

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal april 2017

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal april 2017 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal april 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te

Nadere informatie

1. Trainingsleer. AWI opleiding Trainingsleer

1. Trainingsleer. AWI opleiding Trainingsleer 1. Trainingsleer AWI opleiding Trainingsleer Onderwerpen Algemene fysiologie Fysiologie en wandelen Energiesystemen Trainingswetten Fysiologie Algemene fysiologie Inspanning heeft direct invloed op: Bloedsomloop

Nadere informatie

B-FIT TRAININGSWIJZER. Appendix 2

B-FIT TRAININGSWIJZER. Appendix 2 B-FIT TRAININGSWIJZER Appendix 2 APPENDIX 2. SUB-MAXIMALE INSPANNINGSTEST. De sub-maximale inspanningstest zoals hieronder beschreven kan worden gebruikt worden om vast te stellen of de trainingsvorm geschikt

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal oktober 2018

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal oktober 2018 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal oktober 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2017

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2017 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te bereiken

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2017

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2017 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal oktober 2017

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal oktober 2017 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal oktober 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te

Nadere informatie

Het meten van beperkende factoren bij COPD een praktische kennismaking

Het meten van beperkende factoren bij COPD een praktische kennismaking Het meten van beperkende factoren bij COPD een praktische kennismaking Peter Willemsen Ziekenhuis Rivierenland Tiel De Lage Korn, Buren Inhoud Huiswerkopdracht Beperkende factoren bij gezonden Beperkende

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal augustus 2018

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal augustus 2018 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal augustus 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal mei 2018

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal mei 2018 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal mei 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te bereiken

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2018

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2018 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal februari 2018

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal februari 2018 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal februari 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2018

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2018 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te bereiken

Nadere informatie

B-FIT TRAININGSWIJZER. Verkorte therapeutenhandleiding

B-FIT TRAININGSWIJZER. Verkorte therapeutenhandleiding B-FIT TRAININGSWIJZER Verkorte therapeutenhandleiding Dit is een verkorte weergave van de therapeutenhandleiding. De volledige trainingswijzer is te vinden op https://www.amc.nl/web/amc-website/trainingswijzer-spierziekten/home.htm.

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal september 2017

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal september 2017 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal september 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal maart 2019

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal maart 2019 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal maart 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te

Nadere informatie

Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal december 2017

Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal december 2017 Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal december 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

HOE BEREID IK ME VOOR?

HOE BEREID IK ME VOOR? HOE BEREID IK ME VOOR? Nando Liem sportarts Mediweert - SJG te Weert ploegarts Vacansoleil DCM lid expertgroep wielrennen VSG GESCHIEDENIS AD6 2006 66 deelnemers - 370.082 2012-2 dgn 8000-32.231.747 AD6

Nadere informatie

Energie systemen v/h lichaam. Door: Theo Baks, Hennie Lensink

Energie systemen v/h lichaam. Door: Theo Baks, Hennie Lensink Energie systemen v/h lichaam Door: Theo Baks, Hennie Lensink DATUM: 21-2-2014 Inleiding De bloedglucose van een gezond lichaam zit tussen 4/9 mmol/l lactaat. Net als vuur voor verbranding zuurstof nodig

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2019

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2019 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal februari 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit

Nadere informatie

Voor COPD-patiënten. Beroepsopdracht Hogeschool van Amsterdam Opleiding fysiotherapie. Namen:

Voor COPD-patiënten. Beroepsopdracht Hogeschool van Amsterdam Opleiding fysiotherapie. Namen: Voor COPD-patiënten Beroepsopdracht Hogeschool van Amsterdam Opleiding fysiotherapie Namen: Anna Keijsers Suzanne Poelgeest Paola Ramirez Bedoya Datum: 24 januari 2008 Periode BO: 5 november 2007 24 januari

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal mei 2019

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal mei 2019 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal mei 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te bereiken

Nadere informatie

55 à 60% volgens de formule van Karvonen of 70à 75% van het omslagpunt.

55 à 60% volgens de formule van Karvonen of 70à 75% van het omslagpunt. Duurtrainingen A. De herstelduurtraining. Trainingseffect: Versnellen van het herstel. Vermoeidheid verdwijnt het snelst door het leveren van lichte inspanningen, waardoor afvalstoffen afgevoerd worden.

Nadere informatie

Trainingsplan. 1. Doelstelling

Trainingsplan. 1. Doelstelling Trainingsplan 1. Doelstelling Dit trainingsplan heeft tot doel een overzicht te genereren van de trainingsdoelstellingen op lange en korte termijn en zal als leidraad dienen voor invulling van de trainingsschema

Nadere informatie

Training is oefenen, het verbeteren van prestaties. "Het regelmatig, systematisch toedienen van prikkels om de prestatie te verhogen.

Training is oefenen, het verbeteren van prestaties. Het regelmatig, systematisch toedienen van prikkels om de prestatie te verhogen. Training algemeen Training is oefenen, het verbeteren van prestaties. "Het regelmatig, systematisch toedienen van prikkels om de prestatie te verhogen." Prestatie Psychische eigenschappen o Motivatie o

Nadere informatie

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2017

Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2017 Trainingsschema scheidsrechters amateur voetbal juli 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om dit te bereiken

Nadere informatie

Training en praktische beweegadviezen. Voor kwetsbare groepen

Training en praktische beweegadviezen. Voor kwetsbare groepen Training en praktische beweegadviezen Voor kwetsbare groepen Onderwerpen Trainingsleer Richtlijnen voor het trainen Praktische oefeningen Trainingsleer Trainingsprincipes Trainingsvariabelen Training stijl

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal oktober 2018

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal oktober 2018 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal oktober 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal augustus 2018

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal augustus 2018 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal augustus 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal augustus 2019

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal augustus 2019 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal augustus 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal juli 2019

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal juli 2019 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal juli 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig. Om

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal april 2019

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal april 2019 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal april 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Fysiotherapie Longrevalidatie

Fysiotherapie Longrevalidatie Fysiotherapie Longrevalidatie 2 COPD en conditie De longaandoening die u heeft wordt COPD genoemd. Dit is een Engelse afkorting die staat voor Chronic (chronische) Obstructive (de uitademing beperkende)

Nadere informatie

Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal oktober 2017

Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal oktober 2017 Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal oktober 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal september 2017

Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal september 2017 Trainingsschema assistent scheidsrechters amateur voetbal september 2017 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainingsprogramma scheidsrechters ter voorbereiding op de FIFA conditietest en het nieuwe voetbalseizoen

Trainingsprogramma scheidsrechters ter voorbereiding op de FIFA conditietest en het nieuwe voetbalseizoen Trainingsprogramma scheidsrechters ter voorbereiding op de FIFA conditietest en het nieuwe voetbalseizoen Om je optimaal voor te bereiden op de FIFA conditietest en het nieuwe voetbalseizoen 2016-2017

Nadere informatie

Testverslag. Jan Janssen 12-08- 14. Verslaglegging van de meetresultaten zoals gemeten tijdens de inspanningstest in het Robic Wielerlab.

Testverslag. Jan Janssen 12-08- 14. Verslaglegging van de meetresultaten zoals gemeten tijdens de inspanningstest in het Robic Wielerlab. Testverslag 12-08- 14 Jan Janssen Verslaglegging van de meetresultaten zoals gemeten tijdens de inspanningstest in het Robic Wielerlab. 1 Testverslag Algemene gegevens Naam Jan Janssen Datum 12-08- 14

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal december 2018

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal december 2018 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal december 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Trainen met een hartslagmeter

Trainen met een hartslagmeter Trainen met een hartslagmeter Giel Hermans 11-2008 Dit artikelt is gemaakt ten behoeve van PVB3.4 (kennis vergaren) van de ST3 cursus van de KNSB. Inleiding In iedere sportwinkel zie je ze liggen. Hartslagmeters.

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal november 2018

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal november 2018 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal november 2018 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

Wat maakt het verschil?

Wat maakt het verschil? Wat maakt het verschil? Waarvoor ben je aan het trainen? Ik train niet, ik loop... (Peter Klos). Wie te weinig traint zal niet finishen, maar wie te hard traint zal niet starten. WAT IS TRAINEN? Het regelmatig,

Nadere informatie

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal maart 2019

Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal maart 2019 Trainingsschema assistent-scheidsrechters amateur voetbal maart 2019 Om voetbalwedstrijden goed te kunnen leiden, dien je het spel goed te kunnen volgen en hiervoor heb je een optimale conditie nodig.

Nadere informatie

TRAINEN MET HARTSLAGMETERS

TRAINEN MET HARTSLAGMETERS TRAINEN MET HARTSLAGMETERS Door Mette van der Ven In dit stuk worden redenen beschreven om te gaan sporten/trainen met een hartslagmeter. Verder wordt informatie gegeven over het hart, de sterkste spier

Nadere informatie

FYSIOTHERAPIE OP DE LONGAFDELING BIJ EEN EXACERBATIE COPD

FYSIOTHERAPIE OP DE LONGAFDELING BIJ EEN EXACERBATIE COPD FYSIOTHERAPIE OP DE LONGAFDELING BIJ EEN EXACERBATIE COPD Wat is COPD? COPD is een ongeneeslijke chronische aandoening aan de luchtwegen (Chronic Obstructive Pulmonary Diseases). Deze longaandoening kan

Nadere informatie

1 Inleiding 9 INHOUDSOPGAVE

1 Inleiding 9 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding 9 Voor wie is dit boek? 9 Structuur van het boek 9 Theorie 11 Factoren die het succes op de 10K bepalen 11 Aerobe capaciteit en uithoudingsvermogen 12 Snelheid 17 Efficiëntie

Nadere informatie

Inspanningsfysiologie Rhijn Visser, sportarts Beatrix Ziekenhuis Gorinchem

Inspanningsfysiologie Rhijn Visser, sportarts Beatrix Ziekenhuis Gorinchem Inspanningsfysiologie Rhijn Visser, sportarts Beatrix Ziekenhuis Gorinchem SMA Middenrivierengebied Gorinchem 2015 Jaarlijks aantal sportblessures Alle Blessures: 4.500.000 Behandelingen: 1.900.000 Ziekenhuisopnames:

Nadere informatie

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken Dutch Summary (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken 9 In Hoofdstuk 1 wordt een inleiding gegeven over algemene fitheid en algehele gezondheid. Uit diverse studies blijkt dat er een relatie bestaat tussen

Nadere informatie

Revalidatie/Longziekten Longrevalidatie

Revalidatie/Longziekten Longrevalidatie Revalidatie/Longziekten Longrevalidatie COPD en conditie De longaandoening die u heeft wordt COPD genoemd. Dit is een Engelse afkorting die staat voor Chronic (chronische) Obstructive (de uitademing beperkende)

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

Het kwantificeren van bewegen

Het kwantificeren van bewegen 20 Geen calorieën, maar FIT-punten tellen Het kwantificeren van bewegen Tekst: Caroline Mangnus De eenvoudigste manier om gezondheid te bevorderen is door het uitvoeren van fysieke activiteiten in de juiste

Nadere informatie

Even Voorstellen. 22-3-2010. COPD en longrevalidatie / longreactivatie. Fonny Heijerman Fysiotherapeut, (sport)fysiotherapeut

Even Voorstellen. 22-3-2010. COPD en longrevalidatie / longreactivatie. Fonny Heijerman Fysiotherapeut, (sport)fysiotherapeut COPD en longrevalidatie / longreactivatie. Even Voorstellen. Fonny Heijerman Fysiotherapeut, (sport)fysiotherapeut Hoe werkt het in de praktijk - Aanmelding - Intake/nulmeting/baseline meeting - Longrevalidatie

Nadere informatie

Ademhalingsoefeningen bij een longaandoening. Afdeling fysiotherapie IJsselland Ziekenhuis

Ademhalingsoefeningen bij een longaandoening. Afdeling fysiotherapie IJsselland Ziekenhuis Ademhalingsoefeningen bij een longaandoening Afdeling fysiotherapie IJsselland Ziekenhuis Wat kan de fysiotherapeut voor u betekenen? Fysiotherapie kan u helpen uw conditie op peil te brengen door inspanningstraining

Nadere informatie

Trainen met je hartslag. Pieter Breeuwsma Looptrainer 3 Runnersclub Woerden www.runnersclub.nl

Trainen met je hartslag. Pieter Breeuwsma Looptrainer 3 Runnersclub Woerden www.runnersclub.nl Trainen met je hartslag Pieter Breeuwsma Looptrainer 3 Runnersclub Woerden www.runnersclub.nl Waarom trainen we eigenlijk? Ik ben niet aan het trainen, ik loop gewoon lekker.. Conditieverbetering of conditiebehoud?

Nadere informatie

Gezondheid & Voeding

Gezondheid & Voeding VO2max verhogen, meer zuurstof en daardoor beter hardlopen Afgelopen zondag heb ik een training gedaan in de Drunense Duinen. Dat is een duingebied hier in de buurt met pittige heuvels en vooral veel zand.

Nadere informatie

1 G>=>KE:G=L> Dutch summary

1 G>=>KE:G=L> Dutch summary 1 Dutch summary * - nederlandse samenvatting Alhoewel cerebrale parese (CP) wordt gezien als een non-progressieve aandoening treden er wel degelijk secundaire complicaties op zoals afname van beweeglijkheid,

Nadere informatie

Bijlage Leefstijl Gezond bewegen bij COPD en astma

Bijlage Leefstijl Gezond bewegen bij COPD en astma Bijlage Leefstijl Gezond bewegen bij COPD en astma In dit hoofdstuk vindt u informatie over: 1. Algemeen beweegadvies toegespitst op COPD en astma 2. Bewegen en astma 3. Bewegen en COPD 4. Belang van samenwerking

Nadere informatie

Inspanningsfysiologie. Energiesystemen. Fosfaatpool. Hoofdstuk 5. 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem

Inspanningsfysiologie. Energiesystemen. Fosfaatpool. Hoofdstuk 5. 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem Inspanningsfysiologie Hoofdstuk 5 Energiesystemen 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem Fosfaatpool Anaërobe alactische systeem Energierijke fosfaatverbindingen in de cel Voorraad ATP en

Nadere informatie

Inspanningsfysiologie Victor Niemeijer, sportarts

Inspanningsfysiologie Victor Niemeijer, sportarts Inspanningsfysiologie Victor Niemeijer, sportarts 18 e Grande Conference Verona 2012 Algemene veranderingen tijdens inspanning Binnen enkele seconden: Hartfrequentie neemt toe Ventilatie neemt toe Zuurstofopname

Nadere informatie

3 Super Oefeningen Voor Je Buik

3 Super Oefeningen Voor Je Buik 3 Super Oefeningen Voor Je Buik Vooraf 1. Lees eerst de algemene trainingsinstructies, deze vind je als bijlage bij dit schema. 2. Doe altijd een warming up van 10 minuten voordat je gaat trainen. 3. Sluit

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

VO2max. Aerobe Capaciteit Cerebrale Parese. Aerobe capaciteit bij kinderen met CP FITNESS

VO2max. Aerobe Capaciteit Cerebrale Parese. Aerobe capaciteit bij kinderen met CP FITNESS 19-6-2011 Hersenbeschadiging voor de eerste verjaardag Primaire beschadiging zit in de hersenen Olaf Verschuren Wat betekent dit voor de fitheid? De Hoogstraat Utrecht lopers rolstoelrijders Aerobe FITNESS

Nadere informatie

Het percentage overleden als gevolg van een hart- en vaatziekte is de laatste tientallen jaren gedaald door een aantal redenen:

Het percentage overleden als gevolg van een hart- en vaatziekte is de laatste tientallen jaren gedaald door een aantal redenen: Samenvatting door A. 2110 woorden 22 maart 2014 4,5 5 keer beoordeeld Vak LO Gezond levenspatroon wordt gekenmerkt door: Gezond (niet te vet, gevarieerd) eten Lichamelijke beweging Regelmatig ontspannen

Nadere informatie

Trainen voor Alpe d HuZes. 12 maart 2011

Trainen voor Alpe d HuZes. 12 maart 2011 Trainen voor Alpe d HuZes 12 maart 2011 Martin Breedijk Afgestudeerd aan de ALO; nu docent (o.a. duursport) opleiding SM&O. Oud proftriatleet, 1996 2 e NK wintertriathlon en 1/1 triathlon Almere (8:14).

Nadere informatie

3 Oefeningen Voor Strakke Benen & Billen

3 Oefeningen Voor Strakke Benen & Billen 3 Oefeningen Voor Strakke Benen & Billen Vooraf 1. Lees eerst de algemene trainingsinstructies, deze vind je als bijlage bij dit schema. 2. Doe altijd een warming up van 10 minuten voordat je gaat trainen.

Nadere informatie

Hoe gebruik je een hartslagmeter bij je training?

Hoe gebruik je een hartslagmeter bij je training? Hoe gebruik je een hartslagmeter bij je training? Looptraining is in de eerste plaats leren efficiënt met je energie omgaan. Dit betekent niet voor elke loper hetzelfde. Een sprinter zal zijn beschikbare

Nadere informatie

Fysiotherapie & Longfibrose. Bert Strookappe MSc Fysiotherapeut Ziekenhuis Gelderse Vallei, Ede 19 november 2014

Fysiotherapie & Longfibrose. Bert Strookappe MSc Fysiotherapeut Ziekenhuis Gelderse Vallei, Ede 19 november 2014 Fysiotherapie & Longfibrose Bert Strookappe MSc Fysiotherapeut Ziekenhuis Gelderse Vallei, Ede 19 november 2014 Inhoud presentatie Belang van bewegen (algemeen) Bewegen bij acute en chronische ziekte Literatuur

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

3 Super Oefeningen Voor Je Schoudergordel

3 Super Oefeningen Voor Je Schoudergordel 3 Super Oefeningen Voor Je Schoudergordel Vooraf 1. Lees eerst de algemene trainingsinstructies, deze vind je als bijlage bij dit schema. 2. Doe altijd een warming up van 10 minuten voordat je gaat trainen.

Nadere informatie

Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie

Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie Kinderen en jongvolwassenen met een fysieke beperking, zoals cerebrale parese (CP), ervaren vaak loopproblemen in het dagelijks leven. Veelgehoorde

Nadere informatie

BSM. Climaxloop Climaxloop en het opstellen van een individueel inspanningstraject. 1. Uitvoering van de climaxloop

BSM. Climaxloop Climaxloop en het opstellen van een individueel inspanningstraject. 1. Uitvoering van de climaxloop BSM Climaxloop Climaxloop en het opstellen van een individueel inspanningstraject De opdracht om een persoonlijk inspanningstraject te maken bestaat uit een aantal stappen. De komende les(sen) ga je een

Nadere informatie

5.3. Opdracht door Iris 2624 woorden 28 januari keer beoordeeld. Inleiding

5.3. Opdracht door Iris 2624 woorden 28 januari keer beoordeeld. Inleiding Opdracht door Iris 2624 woorden 28 januari 2015 5.3 15 keer beoordeeld Vak LO Inleiding Met BSM hebben wij de opdracht gekregen om een trainingsschema te maken om jezelf te verbeteren op verschillende

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

Laurens Lindeman Personal Training

Laurens Lindeman Personal Training Laurens Lindeman Personal Training HIIT Hoge intensiteit interval training of sprint interval training is een training strategie oftewel methodiek die bedoeld is om prestaties te verbeteren, met relatief

Nadere informatie

Onco-Move. Bewegen tijdens chemotherapie

Onco-Move. Bewegen tijdens chemotherapie Onco-Move Bewegen tijdens chemotherapie Introductie De behandeling van kanker, in het bijzonder de chemotherapie en/of radiotherapie, kan aanleiding zijn tot langdurige vermoeidheid en conditieverlies.

Nadere informatie

Fysiotherapie bij COPD

Fysiotherapie bij COPD FYSIOTHERAPIE Fysiotherapie bij COPD het longrevalidatieprogramma ADVIES Fysiotherapie bij COPD het longrevalidatieprogramma Bij u is COPD vastgesteld. Uw longarts heeft u verwezen naar de afdeling Fysiotherapie

Nadere informatie

SENIOREN LOPEN HARD MET...

SENIOREN LOPEN HARD MET... SENIOREN LOPEN HARD MET... TJITTE KAMMINGA Datum: 10-11-2012 TJITTE KAMMINGA DOCENT FYSIOTHERAPIE HS LEIDEN FYSIOTHERAPEUT/MANUEEL THERAPEUT EX- TRAINER HARDLOPER WWW.TJITTEKAMMINGA.NL 2 INLEIDING VERANTWOORDING

Nadere informatie

Goede en langdurige training leidt onder meer tot de volgende aanpassingen van de spieren en het cardiovasculaire systeem.

Goede en langdurige training leidt onder meer tot de volgende aanpassingen van de spieren en het cardiovasculaire systeem. Het Geheim van Wielrennen Sportfysiologie bij wielrennen In dit artikel gaan we nader in op de effecten van training op ons lichaam. We zagen eerder al in onze artikelen op TriPro dat training leidt tot

Nadere informatie

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1 A2 Workshops Woordkennis 1 A2 Workshops Woordkennis 1 A2 Woordkennis 1 Bestuderen Hoe leer je 2000 woorden? Als je een nieuwe taal wilt spreken en schrijven, heb je vooral veel nieuwe woorden nodig. Je

Nadere informatie

Gezond. Inhoud. Gezond. Gezond. Het metenvan beperkendefactorenbijcopd een praktische kennismaking. Peter Willemsen

Gezond. Inhoud. Gezond. Gezond. Het metenvan beperkendefactorenbijcopd een praktische kennismaking. Peter Willemsen Het metenvan beperkendefactorenbij een praktische kennismaking Peter Willemsen Ziekenhuis Rivierenland Tiel De Lage Korn, Buren Inhoud Huiswerkopdracht Beperkende factoren bij gezonden Beperkende factoren

Nadere informatie

En dit alles met als hoofddoel: het verbeteren van de prestaties op het veld en een zo hoog mogelijke eindklassering op de ranglijst die seizoen!

En dit alles met als hoofddoel: het verbeteren van de prestaties op het veld en een zo hoog mogelijke eindklassering op de ranglijst die seizoen! Wat is TopFitTest? TopFitTest is een test- en adviesbureau dat gespecialiseerd is in het afnemen van sportspecifieke testen. Aan de hand van de testen kan optimaal advies worden gegeven om jou door middel

Nadere informatie

Bron: http://www.emmausinstituut.eu/.../conditietests%20en%20training.doc

Bron: http://www.emmausinstituut.eu/.../conditietests%20en%20training.doc 1. CONDITIETESTS Je kan je conditie testen met de Coopertest en de Légertest (= beeptest). Deze laatste wordt ook shuttle-run-test genoemd, omdat je zoals een badmintonshuttle heen en weer loopt tussen

Nadere informatie

TRAINEN IN DE KLIMAATKAMER

TRAINEN IN DE KLIMAATKAMER TRAINEN IN DE KLIMAATKAMER GEEF JE LICHAAM EEN BOOST MET NIEUWE TRAININGSPRIKKELS Een trainingsstage of wedstrijd in een ander klimaat vereist voor atleten specifieke voorbereiding. In de klimaatkamer

Nadere informatie