NOTA 4: Arbeidstrajectbegeleider en de begeleiding van de MMPP-doelgroep: randvoorwaarden voor goede begeleiding, kennis en attitude

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NOTA 4: Arbeidstrajectbegeleider en de begeleiding van de MMPP-doelgroep: randvoorwaarden voor goede begeleiding, kennis en attitude"

Transcriptie

1 LUCAS Centrum voor Zorgonderzoek & Consultancy Kapucijnenvoer 39 bus Leuven Tel Fax NOTA 4: Arbeidstrajectbegeleider en de begeleiding van de MMPP-doelgroep: randvoorwaarden voor goede begeleiding, kennis en attitude Jeroen Knaeps Prof. Chantal Van Audenhove Leuven 2012

2 Colofon Opdrachtgever Open KennisNetwerk (VDAB en GTB) Projectmedewerkers LUCAS K.U.Leuven Jeroen Knaeps Wetenschappelijk medewerker Prof. dr. Chantal Van Audenhove Directeur

3 Inhoudstafel Inhoudstafel 3 Lijst tabellen 5 Lijst figuren 5 1 Doelstelling 7 2 Methode Deelnemers Bevragingsinstrument Voorwaarden voor het aanbieden van kwalitatieve begeleidingen Attitude en kennis ten opzichte van evidence-based principes 15 Attitude 15 Kennis 15 Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Dataverwerking 16 3 Resultaten Voorwaarden voor het aanbieden van kwalitatieve begeleidingen Mate van belangrijkheid Mate van realisatie Discrepantiescores Focus op regulier werk Kennis en toepassing van IPS Kennis van IPS Huidige toepassing van IPS Bereidheid tot toepassing van IPS-principes Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Verschillen tussen vier types voorzieningen Belangrijkheid van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen Realisatie van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen Bereidheid tot focus op regulier werk Kennis en attitude tov IPS 27 Kennis van IPS 27 Bereidheid tot toepassing van IPS-principes Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Verschillen tussen mensen die IPS kennen en mensen die IPS niet kennen 28

4 3.6.1 Belangrijkheid en realisatie van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Bereidheid tot toepassen van IPS in eigen begeleidingen 31 4 Samenvatting en discussie Randvoorwaarden voor een goede begeleiding IPS als evidence based practice Conclusies en aanbevelingen 35 Referentielijst 39 5 Bijlagen Vragenlijst Voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen volgens organisatietype Belangrijkheid voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen volgens organisatietype Realisatie van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen volgens organisatietype Bereidheid tot focus op regulier werk volgens organisatietype Kennis van IPS en bereidheid tot toepassen van IPS volgens organisatietype Haalbaarheid van IPS-principes volgens organisatietype Voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen volgens kennis IPS Belangrijkheid voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen volgens kennis IPS Realisatie van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen volgens kennis IPS Haalbaarheid van IPS volgens kennis van IPS Bereidheid tot toepassen van IPS volgens kennis IPS 59

5 Lijst tabellen Tabel 1 Frequentie van begeleiding van de doelgroep 10 Tabel 2 Verdeling van respondenten over provincies 10 Tabel 3 Responsgraden per tewerkstellingsgroep 14 Tabel 4 Belangrijkheid van voorwaarden voor een goede begeleiding (min 1 max 5) 17 Tabel 5 Mate van realisatie van voorwaarden (min 1 max 5) 18 Tabel 6 Percentage begeleiders met een type I- of -II discrepantie 19 Tabel 7 Prioriteit van focus op regulier werk 20 Tabel 8 Mate van toepassing van IPS volgens begeleiders 21 Tabel 9 Perceptie van haalbaarheid van IPS-principes in huidige context (min 1- max 5) 22 Tabel 10 Belangrijkheid van voorwaarden per type organisatie 24 Tabel 11 Realisatie van voorwaarden per type organisatie 25 Tabel 12 Perceptie van de haalbaarheid van IPS principes per organisatie 28 Tabel 13 Belangrijkheid van voorwaarden volgens kennis IPS (min 1 max 5) 29 Tabel 14 Mate van realisatie van voorwaarden volgens kennis IPS (min 1 - max 5) 29 Tabel 15 Haalbaarheid van IPS volgens kennis (min 1 - max 5) 30 Tabel 16 Kennis van IPS en bereidheid tot toepassing (freq) 31 Lijst figuren Figuur 1 Verdeling van respondenten over vier clusters (in% s) 11 Figuur 2 Zelf gerapporteerde kennis van IPS (in in % s) 20 Figuur 3 Bereidheid IPS toe te passen (in in % s) 21 Figuur 4 Focus op regulier werk per type voorziening (in % s) 26 Figuur 5 Kennis van IPS per groep (in%'s) 27

6

7 Deel 1 Doelstelling 1 Doelstelling Vele mensen met ernstig psychische problemen willen graag werken omdat het bijdraagt tot het welbevinden, het gevoel erbij te horen en voor stabiele financiële inkomsten zorgt. Tal van factoren verhinderen hun echter de toegang tot en het behoud van betaald werk. Dit blijkt niet alleen uit internationaal onderzoek, ook in België kon men vaststellen dat dit zo is (Van Audenhove et al, 2004). Om een goede ondersteuning aan te bieden is het belangrijk om te werken vanuit een herstelvisie en evidence-based praktijken te hanteren (Torrey et al, 2005). In de periode wil het Open KennisNetwerk van VDAB en GTB een aantal initiatieven nemen om de doelgroep van mensen met psychische problemen krachtiger te ondersteunen in de zoektocht naar een passende baan. Hiervoor worden goede praktijken en aandachtspunten bij de toeleiding van de MMPP-doelgroep naar regulier betaald werk op basis van wetenschappelijke en lokale kennis in kaart gebracht. In eerder uitgegeven nota s werden internationale evidence-based practices in de begeleiding van mensen met psychische problemen naar regulier werk beschreven (Knaeps, DeSmet, & Van Audenhove, 2011c). Het meest onderzochte en wetenschappelijk onderbouwde model hiervoor is Supported Employment (SE). Verschillende Vlaamse arbeidsrehabilitatiediensten en andere werden bezocht en er werd gekeken in welke mate men SE reeds toepast (Knaeps, DeSmet, & Van Audenhove, 2011a). Ook de succesfactoren en de barrières die men ervaart in de begeleiding van de MMPPdoelgroep werden via interviews bevraagd en gerapporteerd (Knaeps, DeSmet, & Van Audenhove, 2011b). Het doel van deze nota is dieper in te gaan op de barrières en randvoorwaarden die in de kwalitatieve interviews verzameld werden. Dit wordt gedaan aan de hand van een breed uitgestuurde vragenlijst. De volgende onderzoeksvragen worden vervolgens beantwoord: In welke mate focussen arbeidstrajectbegeleiders op regulier werk? Welke voorwaarden zijn volgens begeleiders bepalend voor een succesvolle begeleiding? Welke van deze voorwaarden zijn momenteel gerealiseerd in Vlaanderen? Wat is de kennis van IPS als een evidence-based model? Zijn evidence-based principes op korte termijn implementeerbaar in Vlaanderen? 7

8

9 Deel 2 Methode 2 Methode In dit deel bespreken we het profiel van de deelnemers en het gehanteerde bevragingsinstrument. 2.1 Deelnemers Omdat de expertise van verschillende actoren en disciplines belangrijk is, wordt in dit onderzoek een zo ruim mogelijke doelgroep bevraagd van personen die actief betrokken zijn in de arbeidsrehabilitatie van de MMPP-doelgroep. Dit maakt het mogelijk om bij het formuleren van aanbevelingen uit dit onderzoek, een breed gedragen nieuw begeleidingsmodel te ontwikkelen dat vanuit verschillende invalshoeken vormgegeven wordt. Om een antwoord te formuleren op de onderzoeksvragen werd een zo groot mogelijke steekproef van begeleiders van de MMPP-doelgroep genomen. Volgende drie groepen werden gecontacteerd: Hulpverleners die in de eerste fase van het onderzoek deelnamen aan het semigestructureerd interview. Hulpverleners in het kader van de TAZ (arbeidstrajectbegeleiders, partners Zorg, partners Empowerment ). Een ruimere groep professionelen. De ruimere groep van professionelen werd gecontacteerd via een lijst van de VDAB en/of via de websites van de koepelorganisaties (sociale economie.be, FeGOB ). Deze doelgroep omvat begeleiders of hulpverleners uit Gespecialiseerde Trajectbepaling en -Begeleidingsdiensten (GTB), Gespecialiseerde Opleidings-, begeleidings- en Bemiddelingsdiensten (GOB), Tender ActiveringsZorg (TAZ), Beschutte Werkplaatsen (BW), Sociale Werkplaatsen (SW), Dagactiviteitencentra (DAC) en arbeidsrehabilitatie die door psychiatrische ziekenhuizen wordt aangeboden. Er worden ook begeleiders bevraagd die ondersteuning bieden aan personen die een IBO starten (Individuele BeroepsOpleiding). Om een representatief beeld te verkrijgen werden alle personen van wie een persoonlijk adres werd gevonden, gecontacteerd. Het was onze bevinding dat in verschillende organisaties niet alle begeleiders een persoonlijk werkadres hebben waardoor het moeilijk was de volledige populatie te bevragen, vooral werknemers van de DAC s, BW s en SW s. In totaal werden 507 personen gecontacteerd met de vraag deel te nemen aan het onderzoek. De vragenlijsten werden vanaf 16 mei 2011 uitgestuurd en elke groep kreeg een herinnering één week na de eerste uitsturing. Van de 507 gecontacteerde personen namen 222 mensen deel aan de vragenlijst (responsgraad tov gecontacteerd aantal: 44%). De meerderheid van de respondenten (73%) begeleidt regelmatig tot dagelijks personen uit de MMPP-doelgroep in hun arbeidstraject (Tabel 1). Er zijn 15 respondenten die eerder zelden begeleiding aanbieden en 44 die een andere vorm van ondersteuning bieden (zoals administratie, begeleiding van werkgevers en supervisie van arbeidstraject-begeleiders). 9

10 Deel 2 Methode Tabel 1 Frequentie van begeleiding van de doelgroep Begeleiding Freq % Dagelijks Regelmatig Eerder zelden 15 7 Andere ondersteuning Totaal De laatste twee groepen (zelden of andere begeleiding) worden niet opgenomen in de verdere analyses. Wanneer in de rest van dit rapport gesproken wordt over de respondenten, slaat dit dus op de groep van 163 effectieve begeleiders die momenteel in het werkveld staan. De vragenlijst werd ingevuld door 137 vrouwen (84%) en 26 mannen (16%). De gemiddelde respondent is 33 jaar (SD: 8.46, range: 21-60j.) en meer dan 80% van de respondenten is jonger dan 40 jaar. De meerderheid van de respondenten (77%) heeft een Bachelor of aanverwant diploma, 21% heeft een Masterdiploma. Van alle GTB-medewekers die antwoordden, heeft 88% een Bachelordiploma. Bij de GOB, Werkinitiatieven en Tender ligt dit aantal lager (respectievelijk 32%, 24% en 35%) en hebben relatief gezien meer respondenten een Masterdiploma. Alle provincies zijn ongeveer gelijkwaardig vertegenwoordigd met uitzondering van de kleinere provincie Vlaams-Brabant (Tabel 2). Tabel 2 Verdeling van respondenten over provincies Provincie Freq % Vlaams-Brabant Antwerpen West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Totaal Aan de 163 respondenten werd gevraagd aan te geven in welke voorzieningen men werkte, meerdere antwoorden waren hierbij mogelijk. Op basis van de antwoorden op deze vraag werden verschillende tewerkstellingscategorieën opgesteld. Hoewel individuen binnen elke categorie verschillend antwoordden, werd in overleg met de stuurgroep van het OKN gekozen om personen in te delen op basis van enkele algemene krijtlijnen: type voorziening, finaliteit begeleiding en methode van begeleiding. Op basis van deze verdeling ontstonden vier groepen waarvan GTB de grootste groep vormde (n: 81, 50%). De andere groepen zijn GOB+IBO (n: 22, 14%), Werkinitiatieven (n: 37, 23%) en de TAZ (Partner Empowerment en Zorg, n: 23, 14%) (Figuur 1). 10

11 Deel 2 Methode GTB GOB+IBO Werkinitiatieven TAZ-tender Figuur 1 Verdeling van respondenten over vier clusters (in % s) De vier tewerkstellingsgroepen kunnen als volgt omschreven worden: 1) GTB De begeleiders van de Gespecialiseerde Trajectbepaling en begeleidingsdiensten (GTB) begeleiden personen met een arbeidshandicap naar een gepaste job. De arbeidstrajectbegeleiders van de GTB s bieden deze begeleiding vanuit de lokale werkwinkels. Ze zoeken samen met hun cliënten in de eerste plaats naar betaald werk, maar ook alternatieven zoals arbeidszorg kunnen aan bod komen. Om de begeleiding succesvol te maken, werkt GTB samen met een breed netwerk van partners, waarvan een vertegenwoordiging ook deelnam aan dit onderzoek. Op basis van de personeelslijst van mei 2011 (verkregen via GTB-secretariaat) werd de vragenlijst naar alle GTB-medewerkers gestuurd (n: 158). Van de 158 gecontacteerde respondenten, vulde 51.3% (n:81) de vragenlijst volledig in. Omdat het aantal uitgestuurde vragenlijsten overeenkomt met de totale populatie, wil dit zeggen dat meer dan de helft van de Vlaamse GTB-trajectbegeleiders vertegenwoordigd is in deze bevraging. 2) GOB + IBO Eén van de partners van de GTB is de Gespecialiseerde Opleidings-, begeleidings- en Bemiddelingsdienst (GOB). De GOB s richten zich vooral op personen met een arbeidshandicap die een gespecialiseerde opleiding of ondersteuning nodig hebben om een job in het normaal economisch circuit te vinden. Wanneer een persoon recent een nieuwe job gevonden heeft in het normaal economisch circuit, maar de werkgever en de persoon van mening zijn dat er nog extra opleiding voorzien moet worden, kan men een IBO starten. Bij een IBO wordt een cursist op de werkplek getraind en begeleid. Om het bedrijf te compenseren betaalt het geen loon en RSZ, enkel een productiviteitspremie die gradueel toeneemt. Na deze opleiding is het bedrijf verplicht om de cursist aan te werven met een contract voor onbepaalde duur. De medewerkers van de IBO bieden vanuit hun ervaring unieke inzichten in het 11

12 Deel 2 Methode samenwerken met werkgevers en personen die een nieuwe job in het normaal economisch circuit hebben. Aangezien beide instellingen focussen op opleiding onder begeleiding van een arbeidstrajectbegeleider of consultent worden deze in één groep geplaatst. Om voldoende personen te bereiken, werden de verschillende GOB s en IBO-verantwoordelijken gecontacteerd met de vraag zoveel mogelijk adressen van begeleiders en consulenten door te geven. In totaal werken er 162 jobcoaches bij de GOB, maar konden slechts 80 GOB-jobcoaches gecontacteerd worden via hun persoonlijke adres omdat niet alle GOB s adressen doorgaven. In 2011 werkten er in Vlaanderen 108 IBO-consulenten (Studiedienst VDAB) waarvan van 52 personen een adres doorgegeven werd via de regionale verantwoordelijke van de IBO. De vragenlijst werd door 22 jobcoaches van de GOB of IBO-consulenten ingevuld. 3) Werkinitiatieven Aangezien niet alle personen op korte termijn toeleidbaar zijn naar het normaal economisch circuit, bestaan er organisaties die zich richten naar de begeleiding van tijdelijk niet-toeleidbare personen. Vanwege hun expertise met mensen die lang niet toeleidbaar zijn naar werk, worden ze ook opgenomen in onze steekproef. Een beschutte werkplaats 1 (BW) is een tewerkstellingsplaats waarbij de prioritaire doelgroep bestaat uit personen met een handicap die arbeidsmatige activiteiten kunnen stellen. Het doel van de beschutte werkplaats is de integratie in de maatschappij te verhogen via arbeid. Een sociale werkplaats 2 (SW) stelt mensen te werk die gedurende lange tijd geen baan vinden in een regulier bedrijf vanwege hun lage scholing en omwille van fysieke, psychische of sociale beperkingen. Slechts een combinatie van deze factoren maakt dat iemand in een sociale werkplaats kan werken. Voor personen die op lange termijn niet toeleidbaar zijn naar werk, maar wel nood hebben aan sociale contacten en dagstructuur, bestaan er dagactiviteitencentra (DAC). Het DAC vormt een laagdrempelige schakel in een zorgnetwerk waarbij herstel en maatschappelijke integratie centraal staan. In een DAC verrichten mensen met een handicap/beperking verschillende bezigheden onder leiding van begeleiders. De activiteiten zijn gewoonlijk bedoeld als ontspanning en gericht op sociale contacten, maar door de beperkte subsidies is men ook verplicht producten af te leveren. In Vlaanderen bestaat de traditie dat mensen die zijn opgenomen in een psychiatrische instelling daar ook arbeid kunnen verrichten. In het verleden waren deze industriële werkplekken afgesloten van de gemeenschap. Sinds kort ijveren enkele instellingen inclusie na door naar buiten te komen met hun arbeid via fietsenateliers, schilderwerken of een groendienst (De Prins et al., 2009). Deze organisaties re-integreren personen na een psychiatrische opname via werk in de samenleving. De groep van Werkinitiatieven bestaat dus uit een combinatie van verschillende organisaties. Men heeft gemeenschappelijk dat men expertise heeft met de begeleiding van mensen met psychische 1 Definitie van 2 Definitie van 12

13 Deel 2 Methode problemen. Binnen deze organisaties bestaan, net zoals binnen de drie andere clusters, veel interindividuele verschillen. Omdat deze organisaties vooral begeleiding bieden op (middel)lange termijn en veel contact hebben met de functie Zorg in vergelijking met GTB en GOB, werd gekozen om hen te groeperen. Bovendien waren enkele respondenten tewerkgesteld in een sociale werkplaats alsook in een dagactiviteitencentrum. Er werden 144 mensen gecontacteerd op basis van lijsten vanuit de VDAB en via verdere bevraging van de organisaties. Men moet attent zijn voor de interpretatie van de gegevens aangezien een volledige bevraging van alle begeleiders in DAC, SW en BW zeer moeilijk is doordat van een groot aantal begeleiders geen gegevens gevonden werden. De vragenlijst werd 37 keer volledig ingevuld. 4) Tender De Vlaamse Regering biedt via de Tender ActiveringsZorg (TAZ) extra middelen voor de begeleiding van langdurig werkzoekenden met een MMPP-problematiek waarbij de instap in het normaal economisch circuit vertraagd verloopt. Het doel is om de drempels die een traject naar tewerkstelling of arbeidszorg verhinderen, weg te werken. Om deze begeleidingen te realiseren doet men gedurende maximaal 18 maanden beroep op (niet-) commerciële partners. De partners Zorg staan in voor de psychologische opvolging van de cliënt. De partners Empowerment proberen de autonomie van de cliënt te verhogen en gaan op zoek naar stages. Voorbeelden van dergelijke partners zijn Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW) en sociale werkplaatsen (SW). Beide partners hebben, samen met GTB die het traject stuurt, regelmatig overleg. Na een traject van 18 maanden wordt gekeken of een persoon toeleidbaar is naar werk, arbeidszorg of andere. Ook hier geldt dat er veel individuele verschillen bestaan tussen Partners Zorg en Empowerment, maar omwille van de samenwerking in de TAZ werden ze gegroepeerd. Indien respondenten aangaven als partner Zorg of Empowerment te werken, gecombineerd met een andere tewerkstelling, werd gekozen om deze personen in te delen bij de categorie Tender. Om contactgegevens te verzamelen, werd aan verschillende TAZ-contactpersonen per provincie gevraagd hoeveel begeleiders actief zijn in de TAZ. Echter, de contactpersonen geven aan dat het moeilijk is om het exact aantal begeleiders op te geven aangezien sommige partnerorganisaties hun hele team kunnen inschakelen zonder dat men weet hoeveel mensen dit exact zijn. Er werden 68 begeleiders van de Partner Zorg en 57 personen van de Partner Empowerment gecontacteerd (tot.: 125). Hiervan vulden 23 de vragenlijst in (18%). 13

14 Deel 2 Methode De responsgraden over de vier tewerkstellingsgroepen ziet er als volgt uit (Tabel 3): Tabel 3 Responsgraden per tewerkstellingsgroep Freq uitgenodigd Freq antwoord Responsgraad tov uitnodiging Responsgraad tov totaal ontvangen vragenlijsten GTB % 50% GOB+IBO % 14% Werkinitiatieven % 23% Tenders % 14% Totaal % 100% 2.2 Bevragingsinstrument Om zoveel mogelijk mensen te bevragen werd een elektronische vragenlijst geconstrueerd via QuestionPro. Deze vragenlijst werd vervolgens verdeeld over de respondenten via hun persoonlijke e- mailadres. De bevraging bestond uit enkele grote luiken, de kennis, attitude en perceptie (van barrières bij de implementatie) van evidence-based principes, die hieronder besproken worden Voorwaarden voor het aanbieden van kwalitatieve begeleidingen In een eerste fase van het onderzoek (zie nota 2) werden via kwalitatieve interviews een aantal barrières en succesfactoren voor goede begeleidingen gedistilleerd. De twaalf meest terugkerende factoren worden in de elektronische bevraging opgenomen. Deze zijn: 1) Realistische caseload 2) Voldoende motivatie bij de cliënt 3 om te gaan werken 3) Financiële stimulering: meer verdienen door te werken dan met een uitkering 4) Aangepaste wetgeving (bv.: flexibele statuten, progressieve tewerkstelling) 5) Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten 6) Er is voldaan aan de basisnoden van de cliënt (bv.: huisvesting, vervoer) 7) Stabiele psychische problematiek van de cliënt 8) Juiste werkattitude van de cliënt (bv.: op tijd komen) 9) Goede ondersteuning van de begeleider zelf 10) Weinig stigma en vooroordelen in de werkomgeving 11) Veel contact met werkgevers 12) Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners (bv.: RVA, mutualiteiten) 3 De term cliënt is evenzeer te lezen als klant, patiënt, burger en andere. 14

15 Deel 2 Methode Aan de respondenten werd gevraagd om van de 12 factoren voor een goede begeleiding op een Likertschaal van één tot vijf aan te geven in welke mate het een belangrijke voorwaarde is. Daarnaast moest men ook aangeven in welke mate de voorwaarde in de huidige begeleidingen gerealiseerd is. Elke voorwaarde kreeg bijgevolg een score tussen één en vijf voor belangrijkheid en voor mate van implementatie. Wanneer een item een lage score op implementatie en een hoge op belangrijkheid krijgt, kan verondersteld worden dat dit item dringend door de organisatie verandert moet worden Attitude en kennis ten opzichte van evidence-based principes Attitude Om de MMPP-doelgroep op een kwalitatieve manier terug naar betaald regulier werk te begeleiden, is het belangrijk dat hulpverleners bereid zijn tot het zoeken naar dergelijke banen. Om dit na te gaan, werd gevraagd om op een vijfpuntschaal aan te geven in welke mate het een prioriteit is om in de arbeidstrajectbegeleiding te streven naar regulier betaald werk. Kennis Hoewel kennis van een bepaald model niet meteen impliceert dat het model wordt uitgevoerd, is het een minimale en noodzakelijke voorwaarde om programma s van een hoge kwaliteit te implementeren. Daarom is kennis van evidence based practices, naast een attitude van respect, één van de basiscompetenties die een hulpverlener moet beschikken (Coursey et al., 2000). Om de kennis van IPS na te gaan, werd een onderscheid gemaakt tussen personen die aangeven IPS te kennen (goed of oppervlakkig) en mensen die IPS niet kennen (niet of enkel van naam). Van de groep respondenten die zeggen IPS te kennen, werd de IPS-Q (Dreher, Bond, & Becker, 2010) afgenomen. Van de groep mensen die IPS niet of enkel van naam kennen, werd de IPS-Q niet afgenomen vanwege de tijdsinvestering en bijgevolg mogelijke drop-out. Uit de resultaten blijkt dat de kennis van IPS zeer laag is en de scores op de IPS-Q worden daarom niet verder gerapporteerd. Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Om na te gaan in welke mate de IPS-principes volgens respondenten haalbaar zijn in Vlaanderen, werd gevraagd om elk IPS-principe op dit criterium te beoordelen. Voor de groep respondenten die IPS niet of enkel van naam kenden, werd een samenvatting van de IPS-principes aangeboden zoals ze vaak in de literatuur staan vermeld: Er wordt aan alle cliënten informatie geboden over het effect van werk op hun uitkering. De cliënt en de werkgever krijgen hulp en advies bij het regelen van administratieve zaken. De voorkeur van de cliënt staat centraal. De trajectbegeleider helpt cliënten bij het beëindigen van een baan en het zoeken naar een nieuwe baan. Trajectbegeleiders nemen enkel arbeidsgerelateerde taken op zich (dus geen huisvestingsproblemen, schulden...). 15

16 Deel 2 Methode De cliënt en zijn omgeving worden langdurig ondersteund (zolang de cliënt en omgeving dit willen). De trajectbegeleider maakt deel uit van een geestelijk gezondheidszorgteam. De trajectbegeleider focust op regulier betaalde jobs. Elke cliënt die wil werken, kan begeleiding krijgen, ongeacht de ernst van de beperkingen. Er wordt binnen één maand na de start van de begeleiding een concrete jobzoektocht gestart. De caseload van trajectbegeleiders is beperkt tot maximaal 16 cliënten. De haalbaarheidsscores maken duidelijk welke evidence-based principes, volgens hulpverleners, moeilijk implementeerbaar zijn en waar de organisatie nog ver van afstaat. 2.3 Dataverwerking Vanwege ongelijke steekproefgroottes in de verschillende organisatietypes en de niet-normale verdeling van antwoorden op sommige items, worden niet-parametrische statistische testen gebruikt. Om uitspraken te maken over verschillen tussen organisatietypes wordt gekozen voor de nonparametrische variant van de ANOVA, namelijk de Kruskall-Wallis test (aangegeven door H). Om verschillen tussen de groep van mensen die IPS kennen en de groep die IPS niet kennen te onderzoeken, wordt de non-parametrische variant van de t-test, de Mann-Whitney (aangegeven door U), gebruikt. De output van deze testen vindt u terug in de bijlagen. Wanneer de teststatistieken statistische verschillen aangaven, werden post-hoc hypotheses getoetst aan de hand van Mann- Whitney teststatistieken en/of de output zoals weergegeven in bijlage. Om de leesbaarheid van de tekst te verhogen, worden deze post-hoc testen niet genoteerd. 16

17 Deel 3 Resultaten 3 Resultaten 3.1 Voorwaarden voor het aanbieden van kwalitatieve begeleidingen Mate van belangrijkheid In een vorige fase van het onderzoek werden via kwalitatieve interviews een aantal barrières en succesfactoren voor goede begeleidingen gedistilleerd. Onderstaande tabel geeft weer hoeveel mensen aangeven dat een bepaalde voorwaarde zeer belangrijk is (Tabel 4). Aangezien de scores voor belangrijkheid heel hoog liggen, kunnen we besluiten dat wat in de kwalitatieve bevraging naar boven kwam als veel gehoorde voorwaarden en barrières gedeeld wordt door een grote groep van begeleiders. De belangrijkste voorwaarde om een goede begeleiding te kunnen bieden, is dat de basisnoden van de cliënt op het vlak van huisvesting, toegang tot openbaar vervoer vervuld zijn (M: 4.51). Ook een realistische caseload (M: 4.4), voldoende motivatie (M: 4.43) en een vlotte intersectorale samenwerking (M: 4.36) is volgens de respondenten heel belangrijk. Minder belangrijke voorwaarden zijn het contact met werkgevers (M:3.99), weinig vooroordelen in de werkomgeving (M:4.18) en stabiele psychiatrische problematiek bij de cliënt (M:4.18). Er moet opgemerkt worden dat de gemiddelde scores op deze items nog steeds relatief hoog liggen en ze dus niet beschouwd kunnen worden als te negeren voorwaarden. Tabel 4 Belangrijkheid van voorwaarden voor een goede begeleiding (min 1 max 5) Randvoorwaarden M SD Zeer belangrijk 1 Er is voldaan aan de basisnoden van de cliënt % Realistische caseload % Voldoende motivatie bij de cliënt om te gaan werken % Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners % Juiste werkattitude van de cliënt % Goede ondersteuning van de begeleider zelf % Aangepaste wetgeving % Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten % Financiële stimulering: meer verdienen door werk dan met een uitkering % Stabiele psychische problematiek van de cliënt % Weinig stigma en vooroordelen in de werkomgeving % Veel contact met werkgevers % 1 Score van 4 of 5: (zeer) belangrijk 17

18 Deel 3 Resultaten Mate van realisatie Behalve de graad van belangrijkheid werd ook gemeten hoeveel mensen vinden dat de voorwaarden op dit moment goed gerealiseerd of geïmplementeerd zijn. Een belangrijke bevinding is dat de scores voor implementatie zeer laag liggen (Tabel 5). Dit wil zeggen dat zeer veel respondenten vinden dat de voorwaarden voor goede begeleidingen (nog) niet goed geïmplementeerd zijn. De best geïmplementeerde voorwaarde, volgens 65% (n: 106) van de respondenten, is de supervisie en intervisie van de begeleider (M:3.59). Ook de vlotte samenwerking met andere organisaties (M:3.13) is redelijk goed geïmplementeerd. De gemiddelden van alle andere items vallen onder het tussenniveau van de vijfpuntschaal (3) en kunnen beschouwd worden als niet goed gerealiseerd. Er is nog sprake van werkloosheidsvallen (M:2.34) en stigma en vooroordelen op de werkvloer (M: 2.56). Tabel 5 Mate van realisatie van voorwaarden (min 1 max 5) M SD Zeer goed gerealiseerd 1 Goede ondersteuning van de begeleider zelf % Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners % Veel contact met werkgevers % Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten % Juiste werkattitude van de cliënt (bv.: op tijd komen) % Realistische caseload % Er is voldaan aan de basisnoden van de cliënt % Voldoende motivatie bij de cliënt om te gaan werken % Aangepaste wetgeving % Stabiele psychische problematiek van de cliënt % Weinig stigma en vooroordelen in de werkomgeving % Financiële stimulering: meer verdienen door werk dan met uitkering % 1 Score van 4 of 5: zeer goed gerealiseerd/geïmplementeerd Discrepantiescores Belangrijke aspecten die niet goed of minder goed gerealiseerd zijn, vormen mogelijks knelpunten of discrepanties in de begeleiding van de MMPP-doelgroep. Voor elke kritische randvoorwaarde werd daarom nagegaan of er discrepanties bestaan tussen belangrijkheid en realisatie. Discrepantiescores ontstaan via het berekenen van verschilscores tussen belangrijkheid en realisatie. Er bestaan twee types discrepantie. Een type-i discrepantie wijst op aspecten die begeleiders belangrijk vinden, maar (tot nu) niet of onvoldoende gerealiseerd zijn. Een discrepantiescore van bv 4 op realistische caseload wil zeggen dat de score van belangrijkheid 4 punten hoger ligt dan die van realisatie. Of nog anders, een evenwichtige caseload is belangrijk, maar momenteel niet aanwezig. Een type-i discrepantie is het meest belangrijk omdat het informatief is voor een toekomstige vormgeving bij nieuwe begeleidingsprogramma s. 18

19 Deel 3 Resultaten Wanneer bij een bepaalde voorwaarde een type-ii discrepantie wordt opgemerkt, wijst dit op een randvoorwaarde die gerealiseerd is, maar minder belangrijk wordt geacht. Type-II discrepanties vertellen daarom soms iets over te veel energie die in een niet-belangrijke randvoorwaarde gestoken wordt door de organisatie. Van alle respondenten werd voor elke voorwaarde de discrepantiescore berekend. In deze nota wordt gesproken over een discrepantie indien de verschilscore groter is dan drie punten. Tabel 6 geeft weer welk percentage begeleiders een type I- of -II discrepantie ervaart. Voor 35% (n: 57) van de respondenten is er een discrepantie tussen de belangrijkheid van meer financiële stimulering van cliënten en de realisatie van deze voorwaarde. Met andere woorden, het blijkt een belangrijke voorwaarde te zijn die volgens de begeleiders nog niet gerealiseerd is. Ook de ondersteuning van de basisnoden van de cliënt is niet voldoende gerealiseerd hoewel dit volgens de begeleiders wel heel belangrijk is (27%, n: 44). Ongeveer 12 à 14% ervaart een type-i discrepantie op de items motivatie (n: 22), goede werkattitude (n: 19) en contact met werkgevers (n: 23). Er zijn weinig respondenten die sterke type-ii discrepanties ervaren. Dit wil zeggen dat de meeste randvoorwaarden die gerealiseerd zijn, ook belangrijk geacht worden. Bovendien zijn de minder gerealiseerde randvoorwaarden, minder belangrijk. Tabel 6 Percentage begeleiders met een type I- of -II discrepantie Item % type-i % type-ii Financiële stimulering: meer verdienen door te werken dan met een uitkering 35 1 Er is voldaan aan de basisnoden van de cliënt (bv.: huisvesting, vervoer) 27 0 Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten 25 0 Weinig stigma en vooroordelen in de werkomgeving 25 0 Aangepaste wetgeving (bv.: flexibele statuten, progressieve tewerkstelling) 21 0 Realistische caseload 20 1 Voldoende motivatie bij de cliënt om te gaan werken 14 0 Veel contact met werkgevers 14 0 Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners (bv.: RVA, mutualiteiten) 14 1 Stabiele psychische problematiek van de cliënt 12 0 Juiste werkattitude van de cliënt (bv.: op tijd komen) 12 0 Goede ondersteuning van de begeleider zelf Focus op regulier werk Op de vraag of het een prioriteit is om te focussen op regulier betaald werk, blijkt dat men dit van een gemiddelde prioriteit vindt (M: 3.21, SD: 1.07). Over alle groepen heen, vindt minder dan de helft (n: 73, 45%) van de respondenten dat er binnen een begeleiding een focus moet zijn op regulier betaald werk (Tabel 7). Ongeveer 28% (n: 45) vindt dat het helemaal geen of eerder geen prioriteit is om regulier werk als een prioriteit te zien. 19

20 Deel 3 Resultaten Tabel 7 Prioriteit van focus op regulier werk Freq % Helemaal geen prioriteit 9 6 Eerder geen prioriteit Tussenin Eerder wel een prioriteit Zeker een prioriteit Kennis en toepassing van IPS Kennis van IPS Aan alle respondenten werd gevraagd of men de evidence-based practice IPS/Individuele Plaatsing en Steun kent. De gemiddelde kennis ligt zeer laag (M:1, SD:.75) (Figuur 2). Ongeveer 77% kent IPS niet (n: 126), daarnaast zijn er 20 mensen (12%) die de term IPS ooit wel eens gehoord hebben, hoewel ze er niet meer over weten. Er zijn 12 respondenten (7%) die zeggen het model oppervlakkig te kennen en 5 (3%) die het model goed kennen geen kennis enkel de term oppervlakkige kennis 7 3 goede kennis Figuur 2 Zelf gerapporteerde kennis van IPS (in in % s) Huidige toepassing van IPS Aan de groep van 17 mensen die zeggen dat ze IPS goed of oppervlakkig kennen, werd gevraagd in welke mate ze momenteel IPS toepassen in hun begeleidingen. Men gaf hiervoor een percentage tussen 0 (niet trouw toegepast) en 100% (volledige getrouwe toepassing van IPS). De gemiddelde zelf gerapporteerde toepassing van IPS was 48% (SD: 28). Zes van de 17 mensen vindt dat ze IPS niet getrouw 4 toepassen (Tabel 8). Dit wil zeggen dat 11 respondenten vinden dat ze IPS 4 Indien respondenten aangaven 50% of meer van IPS te gebruiken, werd dit als een getrouwe toepassing 20 beschouwd.

21 Deel 3 Resultaten getrouw toepassen. Wanneer deze groep van getrouwe toepassers verder ontleed wordt, blijkt dat de groep die vindt dat ze IPS voor de helft (=50%) (n: 6) toepassen bijna even groot is als de groep die vindt dat ze IPS zeer getrouw (meer dan de 70%) toepassen (n: 5). Tabel 8 Mate van toepassing van IPS volgens begeleiders Toepassing van IPS < 50% 6 50% 6 > 70% 5 Freq Bereidheid tot toepassing van IPS-principes De meeste respondenten zijn bereid de IPS-principes in hun begeleidingen toe te passen (M:4, SD:.85) (Figuur 3). Ongeveer 60% (n: 97) is bereid om het IPS model te volgen, nadat men de basisprincipes zoals ze in de standaardliteratuur gepresenteerd worden, hadden gelezen. Daartegenover staat een kleine groep die hier helemaal niet toe bereid is (n: 2, 1%) of eerder niet bereid is (n: 18, 11%). Ongeveer één derde twijfelt (n: 46, 28%) over de toepassing van IPS Helemaal niet Eerder niet Tussenin Eerder wel Helemaal wel 9 Figuur 3 Bereidheid IPS toe te passen (in in % s) 3.4 Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Alle respondenten gaven weer in welke mate ze vinden dat IPS-principes op korte termijn haalbaar zijn in de huidige arbeidsrehabilitatiecontext in Vlaanderen. Alle principes zijn evidence-based en zouden zo veel mogelijk geïmplementeerd moeten worden. Men kan items met een lage waarde interpreteren als voorwaarden waarop de huidige werking nog niet inspeelt. 21

22 Deel 3 Resultaten Items met een hoge waarde kunnen volgens de respondenten gemakkelijk geïmplementeerd worden en wijzen dus op principes die snel doorgevoerd kunnen worden of die momenteel reeds toegepast worden. Gemiddeld gezien vinden de respondenten de principes redelijk haalbaar om op korte termijn toe te passen (Tabel 9). Zo blijkt dat uitleg over het effect van werk op de uitkering (M: 4.14, 87%) en het bieden van meer administratieve hulp aan werkgevers en cliënten (M: 3.99, 81%) haalbaar is. Deel uitmaken van een ggz-team (M: 3.04) en focussen op reguliere jobs (M:3.04) is in het huidige klimaat slechts matig haalbaar. Het zoeken van een reguliere job binnen één maand nadat een begeleiding gestart is (M: 2.83, 37%) en het beperken van de caseload (M: 2.61, 47%) is volgens de respondenten op dit moment niet haalbaar. Tabel 9 Perceptie van haalbaarheid van IPS-principes in huidige context (min 1- max 5) Principe M SD (zeer) haalbaar 1 (helemaal) niet haalbaar² Er wordt aan alle cliënten informatie geboden over het effect van werk op hun uitkering % 2% De cliënt en werkgever krijgen hulp en advies bij het regelen van administratieve zaken % 4% De voorkeur van de cliënt staat centraal % 6% De trajectbegeleider helpt cliënten bij het beëindigen van een baan en het zoeken naar een nieuwe baan % 14% Trajectbegeleiders nemen enkel arbeidsgerelateerde taken op zich % 23% De cliënt en zijn omgeving worden langdurig ondersteund % 26% De trajectbegeleider maakt deel uit van een geestelijk gezondheidszorgteam % 31% De trajectbegeleider focust op regulier betaalde jobs % 25% Elke cliënt die wil werken, kan begeleiding krijgen, ongeacht de ernst van de beperkingen. Er wordt binnen één maand na de start van de begeleiding een concrete jobzoektocht gestart. De caseload van trajectbegeleiders is beperkt tot maximaal 16 cliënten. 1 Score van 4 of 5 ² Score van 1 of % 32% % 37% % 47% Zoals hierboven duidelijk werd zijn sommige evidence-based principes wel haalbaar. Voor meer dan de helft van de respondenten is het, mits enige investering, zeker haalbaar om cliënten ook te begeleiden bij het beëindigen van hun job (n: 85, 52%), de voorkeur van de cliënt centraal te stellen (n: 83, 51%), de werkgever en cliënt administratief te ondersteunen (n: 132, 81%) en informatie te bieden over het effect van werk op de uitkering (n: 141, 87%). 22

23 Deel 3 Resultaten 3.5 Verschillen tussen vier types voorzieningen Tot op dit punt werd geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende types voorzieningen. In dit deel worden verschillende schalen uit de vragenlijst opnieuw besproken, maar wordt er rekening gehouden met verschillen tussen voorzieningen. Deze resultaten worden echter slechts summier besproken, vanwege de responsgraad en de opsplitsing in vier types organisaties Belangrijkheid van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen De verschillende organisaties leggen een iets andere nadruk op wat voor hen belangrijk is. Zo blijkt dat (Tabel 10): Een realistische caseload vooral belangrijk is voor de TAZ en GTB (H(3):.11.52, p<.05) Voldoende motivatie vooral belangrijk is voor de GOB + IBO (H(3):.7.88, p<.05) Een vlotte samenwerking met andere organisaties vooral belangrijk is voor de TAZ en GTB (H(3):.10.43, p<.05) 23

24 Deel 3 Resultaten Tabel 10 Belangrijkheid van voorwaarden per type organisatie GTB (n: 81) GOB+IBO (n: 22) Werkinitiatieven (n: 37) TAZ (n:23) M SD M SD M SD M SD Realistische caseload 4,49,760 4,27,550 4,16,727 4,61,499 Voldoende motivatie bij de cliënt 4,43,670 4,73,456 4,41,896 4,17,717 om te gaan werken Financiële stimulering: meer 4,26,818 4,09,750 4,05,880 4,43,728 verdienen door te werken dan met een uitkering Aangepaste wetgeving (bv.: 4,17,771 4,23,685 4,32,709 4,52,665 flexibele statuten, progressieve tewerkstelling) Voldoende financiële subsidies 4,19,726 4,05,722 4,38,828 4,43,662 voor de begeleidingsdiensten Er is voldaan aan de basisnoden 4,53,709 4,64,492 4,30,777 4,65,573 van de cliënt (bv.: huisvesting, vervoer) Stabiele psychische problematiek 4,21,754 4,32,716 4,14,751 4,00,798 van de cliënt Juiste werkattitude van de cliënt 4,30,732 4,55,596 4,30,740 4,00,798 (bv.: op tijd komen) Goede ondersteuning van de 4,32,609 4,14,640 4,22,712 4,26,752 begeleider zelf Weinig stigma en vooroordelen 4,17,787 4,00,756 4,32,852 4,13,815 in de werkomgeving Veel contact met werkgevers 4,02,851 3,91,811 4,05,705 3,87,869 Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners (bv.: RVA, mutualiteiten) 4,46,708 4,00,756 4,24,723 4,52, Realisatie van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen Ook wat betreft de realisatie van randvoorwaarden bestaan er verschillen tussen organisaties. Hoe lager de score, hoe minder goed een voorwaarde op dit moment gerealiseerd is (hoe minder het voorkomt). Een overzicht van gemiddelde realisatie binnen elke voorziening wordt weergegeven in Tabel

25 Deel 3 Resultaten Tabel 11 Realisatie van voorwaarden per type organisatie GTB (n: 81) GOB+IBO (n: 22) Werkinitiatieven (n: 37) TAZ (n:23) M SD M SD M SD M SD Realistische caseload 2,78,866 2,91,811 2,86,673 2,65,885 Voldoende motivatie bij de cliënt om te gaan werken 2,78,689 3,36,492 3,03,645 2,74,689 Financiële stimulering: meer verdienen door te werken dan met een uitkering Aangepaste wetgeving (bv.: flexibele statuten, progressieve tewerkstelling) Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten Er is voldaan aan de basisnoden van de cliënt (bv.: huisvesting, vervoer) Stabiele psychische problematiek van de cliënt Juiste werkattitude van de cliënt 2,43,935 2,59,734 2,35,824 1,78,795 2,73,689 2,82,664 2,97,833 2,65 1,112 2,98,851 2,82,664 2,32,884 2,52 1,039 2,52,743 3,05,575 3,00,782 2,83,887 2,80,621 2,86,560 3,05,575 2,57,788 2,94,731 3,00,535 2,97,687 2,91,733 (bv.: op tijd komen) Goede ondersteuning van de 3,59,818 3,68,477 3,43,689 3,74,752 begeleider zelf Weinig stigma en vooroordelen in 2,46,822 2,64,581 2,62,721 2,74 1,010 de werkomgeving Veel contact met werkgevers 2,63,798 3,36,727 2,95,848 2,96,928 Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners (bv.: RVA, mutualiteiten) 3,41,803 2,68,568 2,95,880 2,87 1,014 Er blijken significante verschillen te bestaan op volgende randvoorwaarden: Voldoende motivatie is het meest gerealiseerd bij GOB+IBO in vergelijking met de anderen (H(3):.15.38, p<.05). Dit sluit aan bij hun hogere score op dit item qua belangrijkheid. TAZ-partners rapporteren dat mensen nog te weinig verdienen door terug te gaan werken (H(3):.11.22, p<.05). GTB rapporteert dat er realistische financiering is van de diensten zelf. De lage score van de werkinitiatieven toont aan dat ze meer financiële middelen verwachten (H(3):.15.75, p<.05). De GTB vindt dat er nog te weinig voldaan is aan de basisnoden van de doelgroep zodat er niet gestart kan worden met kwalitatieve begeleidingen (H(3):.14.78, p<.05). GOB+IBO hebben reeds voldoende contact met werkgevers, consistent met hun opdrachtverklaring. GTB scoort het laagste op contact met werkgevers (H(3):.15.07, p<.05). 25

26 Deel 3 Resultaten In vergelijking met de andere organisatietypes vindt GTB dat er voldoende samenwerking is met andere organisaties (H(3):.18.71, p<.05). De andere organisaties rapporteren minder sterke samenwerkingsverbanden Bereidheid tot focus op regulier werk Wat de bereidheid tot focus op regulier werk betreft, merken we op (Figuur 4): Binnen de GTB vindt 6% (n: 5) dat een focus op regulier betaald werk een belangrijke prioriteit is in hun begeleidingen en 36% (n: 29) vindt het een eerder belangrijke prioriteit. Ongeveer één op vier van de GTB-respondenten (n: 19, 24%) vindt het (helemaal) geen prioriteit. Binnen de GOB-IBO is ongeveer drievierde van de respondenten (n: 10, 46%) ervan overtuigd dat een focus op regulier werk een heel belangrijke prioriteit is. Voor 32% (n:7) is het belangrijk, terwijl slechts 23% (n: 5) hierover een gematigde mening heeft en niemand het geen prioriteit vindt. Bij de Werkinitiatieven is niemand van de respondenten zeker bereid tot een focus op regulier werk (n: 0). Één derde is wel van mening dat het een prioriteit is (n: 12, 32%), hoewel bijna de helft (n: 17, 46%) van de respondenten regulier werk (eerder) niet als een focus ziet. Bij de partners van de TAZ zijn er ongeveer evenveel mensen geneigd te focussen op regulier werk (n: 10, 43%), als personen die hier niet toe geneigd zijn (n: 9, 39%). Er bestaat een statistisch significant verschil tussen de verschillende organisatietypes wat betreft bereidheid tot focussen op regulier werk (H(3): 26.14, p<.05), vooral door de hoge bereidheid van GOB+IBO. TAZ Werkinitiatieven Helemaal geen prioriteit Eerder geen prioriteit Tussenin GOB+IBO Eerder prioriteit Zeker een prioriteit GTB % 20% 40% 60% 80% 100% Figuur 4 Focus op regulier werk per type voorziening (in % s) 26

27 Deel 3 Resultaten Kennis en attitude tov IPS Kennis van IPS Wanneer we de kennis van IPS vergelijken tussen de verschillende groepen, blijken er statistisch significante verschillen op te treden (H(3):18.02, p<.0). Bij de respondenten van de Tender wordt de hoogste zelfgerapporteerde kennis van IPS (n: 5, 22%) opgemerkt (Figuur 5). Bij de Werkinitiatieven meldt 19% dat men IPS kent (n: 7), bij de GOB+IBO is dit 14% (n: 3). Bij de GTB ligt de proportie zelf gerapporteerde kennis van IPS veel lager (n: 2, 3%). TAZ Werkinitiatieven Geen kennis GOB+IBO Kennis GTB % 20% 40% 60% 80% 100% Figuur 5 Kennis van IPS per groep (in %'s) Bereidheid tot toepassing van IPS-principes Er bestaat geen significant verschil tussen de verschillende types voorzieningen wat betreft de bereidheid om IPS in de begeleidingen toe te passen (H(3):4.72, ns) Perceptie van de haalbaarheid van IPS-principes Er werd nagegaan of er verschillende meningen bestaan tussen de vier types organisaties wat betreft de haalbaarheid van enkele evidence-based principes (Tabel 12). De test toont significante verschillen tussen de groepen bij volgende items: GOB + IBO vinden het meer haalbaar dan alle andere groepen om steeds te focussen op regulier betaalde arbeid (H(3):13.02, p<.05). Een beperkte caseload is voor de GTB s, de Werkinitiatieven en de Tender significant minder haalbaar in de huidige context dan voor de GOB + IBO (H(3):12.03, p<.05). De haalbaarheid om enkel arbeidsgerelateerde taken op te nemen is voor de GTB s, de GOB+IBO en de Werkinitiatieven significant meer haalbaar dan voor de Tenders (H(3):9.67, p<.05). Dit werd waarschijnlijk beïnvloed door de focus van de partners Zorg op psychosociale ondersteuning. 27

28 Deel 3 Resultaten Tabel 12 Perceptie van de haalbaarheid van IPS principes per organisatie GTB (n: 81) GOB+IBO (n: 22) Werkinitiatieven (n: 37) TAZ (n:23) M SD M SD M SD M SD Elke cliënt die wil werken, kan begeleiding krijgen, ongeacht de ernst van de beperkingen. De trajectbegeleider maakt deel uit van een ggz-team. Focus op regulier betaalde jobs De cliënt en zijn omgeving worden langdurig ondersteund. De trajectbegeleider helpt cliënten bij het beëindigen van een baan en het zoeken naar een nieuwe baan. Voorkeur van cliënt staat centraal De cliënt en de werkgever krijgen hulp en advies bij het regelen van administratieve zaken. Informatie over effect van werk op hun uitkering. Er wordt binnen één maand na de start van de begeleiding een concrete jobzoektocht gestart. De caseload van trajectbegeleiders is beperkt tot maximaal 16 cliënten. Trajectbegeleiders nemen enkel arbeidsgerelateerde taken op zich Verschillen tussen mensen die IPS kennen en mensen die IPS niet kennen Belangrijkheid en realisatie van voorwaarden voor kwalitatieve begeleidingen Wanneer een vergelijking gemaakt wordt tussen mensen die aangeven dat ze IPS kennen en mensen die IPS niet kennen, worden significante verschillen tussen deze groepen gevonden (Tabel 13). Een realistische caseload (U:779, p<.05), aangepaste wetgeving (U:645, p<.05), stabiele financiële subsidies voor de diensten (U:698.5, p<.05), weinig stigma op de werkvloer (U:906.5, p<.05) en goede intersectorale samenwerking (U:795, p<.05) is belangrijker voor mensen die zeggen dat ze IPS kennen in vergelijking met mensen die IPS niet kennen. Respondenten die IPS niet kennen vinden het belangrijker dat er sprake is van een stabiele psychische problematiek voordat een kwalitatieve begeleiding kan gestart worden (U:736.5, p<.05). Een voorwaarde waaraan binnen IPS geen tot weinig gewicht aan wordt gegeven. 28

29 Deel 3 Resultaten Tabel 13 Belangrijkheid van voorwaarden volgens kennis IPS (min 1 max 5) Geen IPS kennis (n: 146) IPS kennis (n: 17) M SD M SD Realistische caseload Voldoende motivatie bij de cliënt om te gaan werken Financiële stimulering: meer verdienen door werk dan met uitkering Aangepaste wetgeving Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten Er is voldaan aan basisnoden van de cliënt (bv.: huisvesting, vervoer) Stabiele psychische problematiek van de cliënt Juiste werkattitude van de cliënt (bv.: op tijd komen) Goede ondersteuning van de begeleider zelf Weinig stigma en vooroordelen in de werkomgeving Veel contact met werkgevers Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners Ook wat betreft de huidige realisatie van verschillende voorwaarden, blijken mensen die zeggen dat ze IPS kennen en mensen die er geen kennis van hebben, te verschillen (Tabel 14). In vergelijking met respondenten die IPS niet kennen, vinden respondenten die IPS kennen vaker dat er sprake is van: voldoende stabiele psychische problematiek bij de cliënt (U:768.5, p<.05) goede werkattitudes om te starten in een job (U:871.5, p<.05) voldoende contact met werkgevers (U:547.5, p<.05) Personen die IPS kennen vinden wel dat er nog te weinig sprake is van vlotte samenwerking tussen organisaties (U:797, p<.05) en voldoende financiële subsidies voor de diensten (U:751.5, p<.05). Tabel 14 Mate van realisatie van voorwaarden volgens kennis IPS (min 1 - max 5) Geen IPS-kennis (n: 146) IPS kennis (n: 17) M SD M SD Realistische caseload Voldoende motivatie bij de cliënt om te gaan werken Financiële stimulering: meer verdienen door werk dan met uitkering Aangepaste wetgeving Voldoende financiële subsidies voor de begeleidingsdiensten Er is voldaan aan basisnoden van de cliënt (bv.: huisvesting, vervoer) Stabiele psychische problematiek van de cliënt Juiste werkattitude van de cliënt (bv.: op tijd komen) Goede ondersteuning van de begeleider zelf Weinig stigma en vooroordelen in de werkomgeving Veel contact met werkgevers Vlotte samenwerking tussen VDAB en andere partners

Supported Employment modelgetrouwheid in Vlaamse arbeidsrehabilitatieprogramma s Knaeps J. & Van Audenhove Ch. GGZ-congres, 2012 Overzicht Inleiding Onderzoek Onderzoeksvragen Methode Analyse Resultaten

Nadere informatie

Arbeidsre-integratie Personen met psychische problemen Arbeidstrajectbegeleiders Hulpverleners. PhD-verdediging Knaeps Jeroen 6 maart 2015

Arbeidsre-integratie Personen met psychische problemen Arbeidstrajectbegeleiders Hulpverleners. PhD-verdediging Knaeps Jeroen 6 maart 2015 Arbeidsre-integratie Personen met psychische problemen Arbeidstrajectbegeleiders Hulpverleners PhD-verdediging Knaeps Jeroen 6 maart 2015 Probleemstelling Een op drie werkzoekenden heeft psychische problemen

Nadere informatie

BEGELEIDING VAN PERSONEN MET PSYCHISCHE KWETSBAARHEID NAAR REGULIER WERK: AANBEVELINGEN

BEGELEIDING VAN PERSONEN MET PSYCHISCHE KWETSBAARHEID NAAR REGULIER WERK: AANBEVELINGEN LUCAS Centrum voor Zorgonderzoek & Consultancy Kapucijnenvoer 39 bus 5310 3000 Leuven Tel. + 32 16 33 69 10 Fax. +32 16 33 69 22 www.kuleuven.be/lucas BEGELEIDING VAN PERSONEN MET PSYCHISCHE KWETSBAARHEID

Nadere informatie

Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling en - begeleiding

Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling en - begeleiding SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 649 van SABINE VERMEULEN datum: 14 juni 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling

Nadere informatie

GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus Genk (Tel) 089/

GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus Genk (Tel) 089/ GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus 41 3600 Genk (Tel) 089/32 10 50 Info.lim@gtb-vlaanderen.be www.gtb-vlaanderen.be 1. Wat is de opdracht van GTB? De opdracht van GTB is opgedeeld is drie luiken:

Nadere informatie

ORGANISATIE GTB-West-Vlaanderen (gespecialiseerde trajectbegeleiding en bepaling voor mensen met arbeidshandicap)

ORGANISATIE GTB-West-Vlaanderen (gespecialiseerde trajectbegeleiding en bepaling voor mensen met arbeidshandicap) GTB-West-Vlaanderen (gespecialiseerde trajectbegeleiding en bepaling voor mensen met arbeidshandicap) Mensen (werkzoekenden) met arbeidsbeperking, op: - medisch - fysiek - psychisch - mentaal - Trajectbegeleiding

Nadere informatie

Op-Stap Een oriëntatie- en activeringsmodule voor personen met een psychische kwetsbaarheid

Op-Stap Een oriëntatie- en activeringsmodule voor personen met een psychische kwetsbaarheid Op-Stap Een oriëntatie- en activeringsmodule voor personen met een psychische kwetsbaarheid Ontstaan Doorheen de jaren een stijging van het aantal aanmeldingen van personen met een psychische kwetsbaarheid.

Nadere informatie

ADVIES BETREFFENDE DE PROVINCIALE GTB- DIENSTVERLENING IN HET KADER VAN ARBEIDSZORG periode 1 januari december 2012

ADVIES BETREFFENDE DE PROVINCIALE GTB- DIENSTVERLENING IN HET KADER VAN ARBEIDSZORG periode 1 januari december 2012 ADVIES BETREFFENDE DE PROVINCIALE GTB- DIENSTVERLENING IN HET KADER VAN ARBEIDSZORG periode 1 januari 2012 31 december 2012 1 ALGEMENE BEPALINGEN Het Platform Arbeidszorg Oost-Vlaanderen met zetel W. Wilsonplein

Nadere informatie

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld 2010-2017 September 2018 Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen 2 INHOUDSTAFEL INLEIDING... 5 1. ARBEIDSZORG IN OOST-VLAANDEREN: ALGEMEEN OVERZICHT...

Nadere informatie

Project Divers-city G O B

Project Divers-city G O B Project Divers-city G O B 09-02-2010 Job & Co Ann Bodyn Job & Co CBW project Divers-city 09-02-2010 1 G O B = Gespecialiseerde Opleidings- Begeleidings- en Bemiddelingsdienst 12 diensten erkend door VDAB

Nadere informatie

Bijlage 11: Stellingen voor focusgroepen activering. Thema s voor de focusgroepen activering

Bijlage 11: Stellingen voor focusgroepen activering. Thema s voor de focusgroepen activering Bijlage 11: Stellingen voor focusgroepen activering Thema s voor de focusgroepen activering Tekst door inleider : De thema s waarover in de focusgroep gediscussieerd wordt, zijn weergegeven in een overzicht.

Nadere informatie

Provinciale opdracht GTB vzw in het kader van Arbeidszorg budgetjaar 2012

Provinciale opdracht GTB vzw in het kader van Arbeidszorg budgetjaar 2012 Bijlage 10: Provinciale opdracht GTB vzw in het kader van Arbeidszorg budgetjaar 2012 BEPALINGLEN AAN HET PROVINCIEBESTUUR INZAKE DE PROVINCIALE OPDRACHT VAN GTB IN HET KADER VAN ARBEIDSZORG Bepaling 1

Nadere informatie

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014 decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014 Basis = participatieladder Kader: Trede 5 = maatwerkdecreet Trede 3 en 4= decreet Werk- en zorgtrajecten Trede

Nadere informatie

Visie. Herstel of recovery visie: Geloof dat het zetten van stappen naar werk bijdraagt aan herstel en gezondheid van persoon in kwestie

Visie. Herstel of recovery visie: Geloof dat het zetten van stappen naar werk bijdraagt aan herstel en gezondheid van persoon in kwestie RIZIV GTB- VDAB Visie Herstel of recovery visie: Geloof dat het zetten van stappen naar werk bijdraagt aan herstel en gezondheid van persoon in kwestie 1. Historiek 1. Twee jaar pilootproject Samenwerking

Nadere informatie

SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen. Ilse Van Houtteghem 20/11/2014

SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen. Ilse Van Houtteghem 20/11/2014 SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen Ilse Van Houtteghem 20/11/2014 Inhoud - Aantal niet-werkende werkzoekenden - Tewerkstelling (koppen) binnen zes werkvormen sociale economie - Beschutte

Nadere informatie

Implementatie van IPS in Nederland: is het uitvoerbaar?

Implementatie van IPS in Nederland: is het uitvoerbaar? Implementatie van IPS in Nederland: is het uitvoerbaar? Resultaten van een implementatieonderzoek N. van Erp, F. Giesen, L. van Leeuwen, J. van Weeghel Trimbos-instituut 2006 1 Inhoud presentatie Wat houdt

Nadere informatie

Introductiedag: Aan de slag met een handicap 1 december 2011

Introductiedag: Aan de slag met een handicap 1 december 2011 Introductiedag: Aan de slag met een handicap 1 december 2011 Voorstelling De Werklijn Samenwerking met Actiris Samenwerking met GTB Bijzondere Tewerkstellings-Ondersteunende Maatregelen (BTOM) Voorkomende

Nadere informatie

CONSULTATIEBUREAU DE VEST. Deelwerking vzw Centrum Ambulante Diensten

CONSULTATIEBUREAU DE VEST. Deelwerking vzw Centrum Ambulante Diensten CONSULTATIEBUREAU DE VEST Deelwerking vzw Centrum Ambulante Diensten OPBOUW PRESENTATIE 1. Wat is het consultatiebureau De Vest? 2. Gespecialiseerde arbeidsonderzoeksdienst (GA): Werkvragen Aanbod GA 3.

Nadere informatie

Workshop 1. Indicering

Workshop 1. Indicering Workshop 1. Indicering Patrick Ruppol Inhoud Beleidscontext Zorgactivering Maatwerk Werk-welzijn Indicering binnen VDAB Routing Gegevens set ICF Van welzijn naar werk Meerwaarde van een instrument Een

Nadere informatie

NOTA 2: ERNSTIGE PSYCHIATRISCHE AANDOENINGEN EN REGULIER BETAALD WERK: PERCEPTIE VAN BEGELEIDERS

NOTA 2: ERNSTIGE PSYCHIATRISCHE AANDOENINGEN EN REGULIER BETAALD WERK: PERCEPTIE VAN BEGELEIDERS Kapucijnenvoer 39 3000 Leuven +32(0)16 33 69 10 fax: +32(0)16 33 69 22 www.kuleuven.be NOTA 2: ERNSTIGE PSYCHIATRISCHE AANDOENINGEN EN REGULIER BETAALD WERK: PERCEPTIE VAN BEGELEIDERS Jeroen Knaeps Ann

Nadere informatie

Wuyts Nadia, Jobcoach MAGDA-LEUVEN

Wuyts Nadia, Jobcoach MAGDA-LEUVEN Wuyts Nadia, Jobcoach MAGDA-LEUVEN BEGELEID WERKEN Wat is begeleid werken? Voor wie is begeleid werken? Wie organiseert begeleid werken? DE PRAKTIJK: SUPPORTED EMPLOYMENT BEGELEID WERKEN Enkele praktijkvoorbeelden.

Nadere informatie

Werkplekleren P r o v i n ciale N e t werkdag 2 oktober 2 0 1 4

Werkplekleren P r o v i n ciale N e t werkdag 2 oktober 2 0 1 4 Werkplekleren P r o v i n ciale N e t werkdag 2 oktober 2 0 1 4 1. Wat is werkplekleren? 2 Werkplekleren Organiseren van leeractiviteiten die gericht zijn op het aanleren en toepassen van algemene, arbeids-

Nadere informatie

Welkom! Je stopt met school en je hebt nog geen werk. Wat Nu? 24-4-2014. Transitietraject. Wie zijn wij? Verloop info

Welkom! Je stopt met school en je hebt nog geen werk. Wat Nu? 24-4-2014. Transitietraject. Wie zijn wij? Verloop info Welkom! Wie zijn wij? Verloop info Afgestudeerd, en nu? Info over onze dienst GTB Info over de ondersteuningsmaatregelen vanuit de VDAB Vragen? Heb je goed nagedacht over je beslissing? Je stopt met school

Nadere informatie

Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven en de Kempen. Promenzo werkt

Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven en de Kempen. Promenzo werkt Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven en de Kempen Promenzo werkt Promenzo begeleidt en ondersteunt mensen met ernstige psychiatrische of psychische problemen bij het zoeken naar, vinden en behouden van

Nadere informatie

Integratie Begeleid Werken en Begeleid Leren: een transnationaal project

Integratie Begeleid Werken en Begeleid Leren: een transnationaal project Kapucijnenvoer 39 3000 Leuven +32(0)16 33 69 10 fax: +32(0)16 33 69 22 www.kuleuven.be Integratie Begeleid Werken en Begeleid Leren: een transnationaal project Veerle De Jaegere Jeroen Knaeps Marian De

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.747 ----------------------------- Zitting van woensdag 13 oktober 2010 -------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.747 ----------------------------- Zitting van woensdag 13 oktober 2010 ------------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.747 ----------------------------- Zitting van woensdag 13 oktober 2010 ------------------------------------------------- Outplacement - werknemers van beschutte en sociale werkplaatsen

Nadere informatie

Visie- en afsprakennota bij de samenwerkingsovereenkomst tussen de Vlaamse VI (via het NIC), het RIZIV, GTB en de VDAB

Visie- en afsprakennota bij de samenwerkingsovereenkomst tussen de Vlaamse VI (via het NIC), het RIZIV, GTB en de VDAB Samen werken aan werk Visie- en afsprakennota bij de samenwerkingsovereenkomst tussen de Vlaamse VI (via het NIC), het RIZIV, GTB en de VDAB Deze nota bevat de operationele visie en concrete afspraken

Nadere informatie

Kwaliteitsvoorwaarden aanbod 'Arbeidsmatige activiteiten /arbeidszorg'

Kwaliteitsvoorwaarden aanbod 'Arbeidsmatige activiteiten /arbeidszorg' Kwaliteitsvoorwaarden aanbod 'Arbeidsmatige activiteiten /arbeidszorg' Voorstel vanuit de Ronde Tafel Arbeidszorg 1 Achtergrond Het decreet 'Werk- en zorgtrajecten' van 23 april 2014 wil een structureel

Nadere informatie

VAN UNIEF / HOGESCHOOL NAAR WERK!

VAN UNIEF / HOGESCHOOL NAAR WERK! VAN UNIEF / HOGESCHOOL NAAR WERK! Diploma (bijna) op zak?! Je hebt al een stapje voor : Jouw kansen op werk verhogen met een masterdiploma! je hebt al wat bewezen : doorzettingsvermogen, stof kunnen verwerken,

Nadere informatie

Socioprofessionele reïntegratie. Conny Daens, GTB

Socioprofessionele reïntegratie. Conny Daens, GTB Socioprofessionele reïntegratie Conny Daens, GTB GTB - dienst, vzw die vanuit de werkwinkels heel nauw samenwerkt met VDAB binnen een samenwerkingsakkoord voor personen met een werkvraag. - Onderscheidt

Nadere informatie

Dienstverleningsmodel 2020: naar een futureproof Serr inn VDAB

Dienstverleningsmodel 2020: naar een futureproof Serr inn VDAB Dienstverleningsmodel 2020: naar een futureproof Serr inn VDAB 30 11 2018 DVL2020, onze ambities... 1 meer klanten bereiken: van 240.000 werkzoekenden naar 4 miljoen Vlamingen. Ons klantenbereik wordt

Nadere informatie

Actielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren

Actielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Actielijst arbeidsbeperking 2020 Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Evenredige arbeidsdeelname kansengroepen Diversiteit Gelijke behandeling Actielijst arbeidsbeperking 2020-2 december

Nadere informatie

Overzichtstabel werkplekleervormen

Overzichtstabel werkplekleervormen Overzichtstabel werkplekleervormen 1. Focus op oriëntering Alle niet-werkende werkzoekenden die interesse hebben voor een beroep maar zich geen concreet beeld kunnen vormen van dit beroep en/of twijfelen

Nadere informatie

Taalstages: STAP voor STAP

Taalstages: STAP voor STAP Taalstages: STAP voor STAP Praktijkdag Werkplekleren - donderdag 26/10/2017 door Stefany Tan (teamcoach GTB) & Karen Vanuytrecht (NT2-instructeur VDAB) 1 Wat vooraf ging: STAP 1 & STAP 2 STAP 1? Experiment

Nadere informatie

Verleden, heden en toekomst van W²-trajecten (werk/welzijn)

Verleden, heden en toekomst van W²-trajecten (werk/welzijn) WELKOM Verleden, heden en toekomst van W²-trajecten (werk/welzijn) VERLEDEN - Van ATB naar GTB. - Arbeidstrajectbegeleiding van werkzoekende met een arbeidsbeperking. - Van VAPH en projectsubsidie naar

Nadere informatie

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau. Een aantal arbeidsgehandicapten uit onze onderzoekspopulatie waren tijdens de referteperiode ingeschreven bij zowel RVA als RSZ. Deze (relatief kleine) groep van mensen bespreken we in dit deel van het

Nadere informatie

SOCIALE ECONOMIE STUDIEDAG OPENSTELLEN SPORTINFRASTRUCTUUR

SOCIALE ECONOMIE STUDIEDAG OPENSTELLEN SPORTINFRASTRUCTUUR SOCIALE ECONOMIE STUDIEDAG OPENSTELLEN SPORTINFRASTRUCTUUR Wat is Sociale Economie? Dit is een test Dit is een test Dit is een test 1 Wat is Sociale Economie? Sociale Economie bestaat uit een verscheidenheid

Nadere informatie

KANS Kwetsbaarheid Aanpakken in de Samenleving

KANS Kwetsbaarheid Aanpakken in de Samenleving KANS Kwetsbaarheid Aanpakken in de Samenleving Evelyn Verlinde, Annelien Poppe, Dr. Sara Willems, Ann DeSmet, Dr. Koen Hermans, o.l.v. Prof. Dr. Chantal Van Audenhove Prof. Dr. Jan De Maeseneer Studiedag

Nadere informatie

Samenwerking UWV- GGZ NHN. Nia de Wit Susan van der Heide Connie van Breugel

Samenwerking UWV- GGZ NHN. Nia de Wit Susan van der Heide Connie van Breugel Samenwerking UWV- GGZ NHN Nia de Wit Susan van der Heide Connie van Breugel Wat betekent werk? Meer tevredenheid over eigen leven Structuur Sociale contacten Inkomen: zelfstandigheid en onafhankelijkheid

Nadere informatie

Terugkoppeling kwartaaluitkomsten IPS 2017 en 2018

Terugkoppeling kwartaaluitkomsten IPS 2017 en 2018 Terugkoppeling kwartaaluitkomsten IPS en 1. Achtergrond GGNet / Twomorrow De wens van cliënten om regulier betaald werk of opleiding te vinden en/of behouden is het centrale doel van IPS. Voor ieder IPS

Nadere informatie

Samenwerkingsmodel SaRA en VDAB/GTB : VISIETEKST

Samenwerkingsmodel SaRA en VDAB/GTB : VISIETEKST Samenwerkingsmodel SaRA en VDAB/GTB : VISIETEKST Versiedatum 07/04/2015 Inhoudstafel 1. Situering 2. Visie 3. Het verloop van een traject naar werk 4. Aanbod 5. Draaiboek (andere bijlage op http://sara.oggpa.be)

Nadere informatie

Inzicht in psychische kwetsbaarheid. informatieblad. 1 augustus Vooruitgang door vernieuwend werkgeven

Inzicht in psychische kwetsbaarheid. informatieblad. 1 augustus Vooruitgang door vernieuwend werkgeven Inzicht in psychische kwetsbaarheid informatieblad 1 augustus 2018 Vooruitgang door vernieuwend werkgeven Blad 2 van 8 Inhoudsopgave Definitie... 3 Mogelijkheden... 5 Beperkingen... 6 Waarmee moet een

Nadere informatie

Sociale economie. 1 Tewerkstellingsgroei varieert van sociale economie initiatief. Streekpact Cijferanalyse

Sociale economie. 1 Tewerkstellingsgroei varieert van sociale economie initiatief. Streekpact Cijferanalyse Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Sociale economie De sociale economie bestaat uit een verscheidenheid van bedrijven en initiatieven die

Nadere informatie

Tabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996

Tabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996 Dit deel van het onderzoek omvat alle personen tussen de 18 en 55 jaar oud (leeftijdsgrenzen inbegrepen) op 30 juni 1997, wiens dossier van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met

Nadere informatie

Vzw De Lork Vzw Beschut Wonen De Lariks. Lieve Dekempeneer STUDIEDAG GIBBIS

Vzw De Lork Vzw Beschut Wonen De Lariks. Lieve Dekempeneer STUDIEDAG GIBBIS Vzw De Lork Vzw Beschut Wonen De Lariks Lieve Dekempeneer 1 Ø Vzw De Lork - sector personen met een beperking - Vaph - Verblijf - Dagactiviteiten (ontmoeten werken leren) - Mobiele ondersteuning Ø Vzw

Nadere informatie

CONCULLEGA S: PARTNERS OF CONCURRENTEN N. KEERSEBILCK

CONCULLEGA S: PARTNERS OF CONCURRENTEN N. KEERSEBILCK CONCULLEGA S: PARTNERS OF CONCURRENTEN N. KEERSEBILCK 1 AFBAKENING 2 BEGRIPSOMSCHRIJVING CONCULLEGA: Samentrekking van 'concurrent' en 'collega : Ondernemer die dezelfde producten of diensten aanbiedt.

Nadere informatie

Met een GOB naar werk

Met een GOB naar werk Met een GOB naar werk Katherine Smith Universitair Centrum voor Begeleiding en Opleiding (UCBO) 2009 www.ucbo.be GOB Dienst voor Gespecialiseerde Opleiding, Begeleiding en Bemiddeling doelgroep: personen

Nadere informatie

Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg

Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg Info avond SEL Waasland 24 mei 2012 Sint-Niklaas Stefaan Baeten Directeur psychiatrisch centrum Sint-Hiëronymus Historische context

Nadere informatie

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29).

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29). In het kader van het onderzoek kreeg de RVA de vraag om op basis van de door het VFSIPH opgestelde lijst van Rijksregisternummers na te gaan welke personen op 30 juni 1997 als werkloze ingeschreven waren.

Nadere informatie

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Het proces van gedetineerde tot (maat) werk

Het proces van gedetineerde tot (maat) werk Het proces van gedetineerde tot (maat) werk Situering rol als detentieconsulent GTB = Gespecialiseerd Team Bemiddeling. Begeleiding en ondersteuning van mensen met een lange afstand of begeleidingsnood

Nadere informatie

I B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat'

I B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat' I B O Een werknemer op maat gemaakt Eén van de kernopdrachten van de VDAB bestaat uit het verstrekken van opleiding. Het tekort aan specifiek geschoold personeel en de versnelde veranderingen in de werkomgeving

Nadere informatie

Duurzame activering binnen de Belgische OCMW s Op zoek naar goede praktijken. Peter Raeymaeckers

Duurzame activering binnen de Belgische OCMW s Op zoek naar goede praktijken. Peter Raeymaeckers Duurzame activering binnen de Belgische OCMW s Op zoek naar goede praktijken Peter Raeymaeckers 1 Structuur Waarom dit onderzoek? Perspectieven op activering Visie van OCMW s Wat doen OCMW s: een fasemodel

Nadere informatie

Mechelen 4 december 2012. CAG MOVI Seminarie. Workshop Tewerkstelling: iedereen mee, iedereen actief. Bijdrage OCMW Gent:

Mechelen 4 december 2012. CAG MOVI Seminarie. Workshop Tewerkstelling: iedereen mee, iedereen actief. Bijdrage OCMW Gent: CAG MOVI Seminarie Mechelen 4 december 2012 Workshop Tewerkstelling: iedereen mee, iedereen actief Bijdrage OCMW Gent: Enige (kritische) bedenkingen over de relatie Vlaanderen OCMW s aan de hand van het

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2014

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2014 DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2014 Inleiding De situatie op de Vlaamse arbeidsmarkt in 2014 lijkt te zijn gestabiliseerd ten opzichte van het jaar voordien: de werkzaamheidsgraad is licht gestegen, maar

Nadere informatie

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel 1 Inleiding Naar aanleiding van het nieuwe kwaliteitszorgsysteem dat werd ingevoerd bij de opschorting van de opleidingsvisitaties, werd beslist om

Nadere informatie

Tijdelijke Werkervaring (TWE)

Tijdelijke Werkervaring (TWE) Tijdelijke Werkervaring (TWE) 31-10-2017 Even kort kaderen HOE IS TWE TOT STAND GEKOMEN? 6 e Staatshervorming: uitbreiding bevoegdheden Gewesten. Alles start met het Vlaams Regeerakkoord van 23 juli 2014

Nadere informatie

Historiek. Twee ESF projecten. Hart voor Werk Samenwerking met hartrevalidatiecentrum

Historiek. Twee ESF projecten. Hart voor Werk Samenwerking met hartrevalidatiecentrum GTB/VDAB - SaRA Twee ESF projecten Historiek Hart voor Werk Samenwerking met hartrevalidatiecentrum Bruggen Bouwen: Samenwerking met VDAB/GTB met NGGZ Kempen ikv art 107 3. Samenwerkingsmodel Doel: Samenwerking

Nadere informatie

Synergiën en Convergenties tussen werk en welzijn. Hendrik Delaruelle, Commissie W² Vlaams Welzijnsverbond

Synergiën en Convergenties tussen werk en welzijn. Hendrik Delaruelle, Commissie W² Vlaams Welzijnsverbond Synergiën en Convergenties tussen werk en welzijn Hendrik Delaruelle, Commissie W² Vlaams Welzijnsverbond SYNERGIE = een begrip dat een proces beschrijft waarbij het samengaan van delen meer oplevert dan

Nadere informatie

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3 17 SOCIALE ECONOMIE 18 Sociale economie Iedereen heeft recht op een job, ook de mensen die steeds weer door de mazen van het net vallen. De groep werkzoekenden die vaak om persoonlijke en/of maatschappelijke

Nadere informatie

25 september Werkplekleren

25 september Werkplekleren 25 september 2017 Werkplekleren Werkplekleren bij VDAB Leeractiviteiten Aanleren en toepassen van competenties algemene, arbeids- en beroepsgerichte competenties In een werksituatie die een leeromgeving

Nadere informatie

Voorstelling arbeidscoaching SaRA en het ZoWeZo-team

Voorstelling arbeidscoaching SaRA en het ZoWeZo-team Voorstelling arbeidscoaching SaRA en het ZoWeZo-team Kader Veel vraag naar samenwerking tussen gezondheidszorg en VDAB/GTB Past binnen functie 3: rehabilitatieteams die werken rond herstel en sociale inclusie,

Nadere informatie

Supported Employment 2018

Supported Employment 2018 Supported Employment 2018 Welkom Supported employment: wat is dat? Vzw SUEM.be: wie en waarom? Aan de slag met supported employment Supported employment een methodiek om mensen met een handicap en andere

Nadere informatie

Werken op maat? Werkplekleren natuurlijk!

Werken op maat? Werkplekleren natuurlijk! Werken op maat? Werkplekleren natuurlijk! Provinciale Netwerkdag 6 oktober 2016 1. Wat is werkplekleren? 2 Werkplekleren Organiseren van leeractiviteiten die gericht zijn op het aanleren en toepassen van

Nadere informatie

Nota 3: Ernstige psychiatrische aandoeningen en regulier betaald werk: effectieve principes in de Vlaamse praktijk

Nota 3: Ernstige psychiatrische aandoeningen en regulier betaald werk: effectieve principes in de Vlaamse praktijk Kapucijnenvoer 39 3000 Leuven +32(0)16 33 69 10 fax: +32(0)16 33 69 22 www.kuleuven.be Nota 3: Ernstige psychiatrische aandoeningen en regulier betaald werk: effectieve principes in de Vlaamse praktijk

Nadere informatie

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes Heb je al gehoord van de 107? Niet 101 of 102 of 105 maar 107? gebaseerd op het nummer van het artikel in het KB over de ziekenhuizen die de

Nadere informatie

BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE

BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE Geachte, Beste, Voor u ligt een bevraging m.b.t. uw werk als ergotherapie in de psychiatrie. Met deze bevraging willen wij graag meer zicht krijgen op

Nadere informatie

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen.

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 636 van GRIET COPPÉ datum: 5 juli 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstencheques - Profiel gebruikers Sinds 1 januari 2014 is het

Nadere informatie

VDAB Beleid t.a.v. werkzoekenden met een alcohol- en/of drugsprobleem

VDAB Beleid t.a.v. werkzoekenden met een alcohol- en/of drugsprobleem SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 69 van FREYA SAEYS datum: 21 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT VDAB Beleid t.a.v. werkzoekenden met een alcohol- en/of drugsprobleem

Nadere informatie

Loopbaanbegeleiding en je werknemers met een (vermoeden) van arbeidshandicap: tussen mogelijkheden en dilemma's

Loopbaanbegeleiding en je werknemers met een (vermoeden) van arbeidshandicap: tussen mogelijkheden en dilemma's Loopbaanbegeleiding en je werknemers met een (vermoeden) van arbeidshandicap: tussen mogelijkheden en dilemma's Inhoud Werking GA Interne loopbaanbegeleiding? Externe loopbaanbegeleiding? Inzicht Psychomotorisch

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.777 ----------------------------- Zitting van woensdag 5 oktober 2011 -------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.777 ----------------------------- Zitting van woensdag 5 oktober 2011 ------------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.777 ----------------------------- Zitting van woensdag 5 oktober 2011 ------------------------------------------------- Outplacement werknemers van beschutte en sociale werkplaatsen en

Nadere informatie

Leeswijzer rapporten

Leeswijzer rapporten Leeswijzer rapporten Naar aanleiding van de lokale verkiezingen legt ACV Openbare Diensten de noden van het personeel van de gemeenten, OCMW s, provincies en intercommunales op tafel. We brengen de arbeidstevredenheid

Nadere informatie

Vlaams Archeologencollectief

Vlaams Archeologencollectief Vlaams Archeologencollectief Resultaten enquête verloning 7 Resultaten VLAC-enquête 7 Inhoudstafel. Algemene informatie. Verdeling respondenten. Private sector. Functie. Ervaring. Brutoloon. Contract 9.

Nadere informatie

FREDERIK DECLERCQ ARBEIDSCOACH MIRABELLO

FREDERIK DECLERCQ ARBEIDSCOACH MIRABELLO FREDERIK DECLERCQ ARBEIDSCOACH MIRABELLO Arbeidscoaching in een vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg ART 107 Psycho-sociaal revalidatiecentrum Mirabello Arbeidscoaching Art 107 Ziekenhuizen

Nadere informatie

Gespecialiseerde TrajectBepaling -en begeleiding naar werk (GTB)

Gespecialiseerde TrajectBepaling -en begeleiding naar werk (GTB) 1 GTB Gespecialiseerde TrajectBepaling -en begeleiding naar werk (GTB) Opdracht: werkzoekenden met een arbeidsbeperking begeleiden in hun participatie aan de arbeidsmarkt. Twee disciplines in huis: trajectbegeleiding

Nadere informatie

nr. 699 van MIRANDA VAN EETVELDE datum: 12 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VDAB - Jobbeurzen

nr. 699 van MIRANDA VAN EETVELDE datum: 12 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VDAB - Jobbeurzen SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 699 van MIRANDA VAN EETVELDE datum: 12 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT VDAB - Jobbeurzen De kerntaak van VDAB is werkzoekenden

Nadere informatie

Burn-out: een uitslaande brand?

Burn-out: een uitslaande brand? Burn-out: een uitslaande brand? Maar liefst 84 % van de Limburgers kent iemand die een burn-out had. Dit blijkt uit een grootschalige bevraging die ACV Limburg in november en december van het voorbije

Nadere informatie

DRAAIBOEK SAMENWERKING TUSSEN WERKWINKEL EN AMBULANTE ZORGSETTING

DRAAIBOEK SAMENWERKING TUSSEN WERKWINKEL EN AMBULANTE ZORGSETTING DRAAIBOEK SAMENWERKING TUSSEN WERKWINKEL EN AMBULANTE ZORGSETTING BEGELEIDER VOORBEREIDING OP DE VERWIJZING NAAR DE WERKWINKEL De begeleider gaat in gesprek met de klant om te horen waar hij werkt(e).

Nadere informatie

Handleiding Mijn Loopbaan voor partners voor registratie van de begeleiding van personen met een arbeidsbeperking

Handleiding Mijn Loopbaan voor partners voor registratie van de begeleiding van personen met een arbeidsbeperking Handleiding Mijn Loopbaan voor partners voor registratie van de begeleiding van personen met een arbeidsbeperking Deze handleiding is bestemd voor de externe partners van de VDAB die personen met een (vermoeden

Nadere informatie

Participatieladder als tool bij trajectbegeleiding?

Participatieladder als tool bij trajectbegeleiding? Participatieladder als tool bij trajectbegeleiding? Doel Deze oefening heeft als doel het in kaart brengen van het huidig participatieniveau (domein werken). Aandacht wordt besteed aan de inschatting door

Nadere informatie

Zondag 12 februari 2012 Ups & Downs vzw

Zondag 12 februari 2012 Ups & Downs vzw Terug aan het werk?! Zondag 12 februari 2012 Ups & Downs vzw Inhoud 1. Voorstelling Vlaams Patiëntenplatform vzw 2. Solliciteren 3. Redelijke aanpassingen 4. Ondersteuningsmaatregelen 5. Toegelaten arbeid

Nadere informatie

Leren. Werkervaring & Werkplekleren. 27 november 2012 29-5-2013. Wat is werkplekleren?

Leren. Werkervaring & Werkplekleren. 27 november 2012 29-5-2013. Wat is werkplekleren? Werkervaring & Werkplekleren 27 november 2012 Wat is werkplekleren? Leren Op de werkplek (productieomgeving) Gestructureerd en systematisch (met opleidingsplan) Situatiegebonden maar leidt naar overdraagbare

Nadere informatie

Implementatie van een werkmodel voor vroegdetectie en preventie bij KOPP in Vlaamse GGZ-voorzieningen voor volwassenen:

Implementatie van een werkmodel voor vroegdetectie en preventie bij KOPP in Vlaamse GGZ-voorzieningen voor volwassenen: Implementatie van een werkmodel voor vroegdetectie en preventie bij KOPP in Vlaamse GGZ-voorzieningen voor volwassenen: een stand van zaken. Ben Kwanten KOPP-Vlaanderen Zesde Vlaams Geestelijk Gezondheidscongres

Nadere informatie

Detectie instrument arbeidshandicap

Detectie instrument arbeidshandicap P a g i n a 1 Detectie instrument Doelstelling: Gevangenen die recht hebben op een specifiek aanbod m.b.t. arbeidstoeleiding detecteren in de gevangenis populatie. Deze detectie gebeurt in functie van

Nadere informatie

Meer personen met een arbeidshandicap aan het werk. Geschiedenis, visie, cijfers en veruidelijking.. VDAB GTB en de gespecialiseerde diensten

Meer personen met een arbeidshandicap aan het werk. Geschiedenis, visie, cijfers en veruidelijking.. VDAB GTB en de gespecialiseerde diensten 1 2 Meer personen met een arbeidshandicap aan het werk Geschiedenis, visie, cijfers en veruidelijking.. VDAB GTB en de gespecialiseerde diensten 3 Beleidsevoluties PMaH December 2003: rondetafelconferentie

Nadere informatie

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW -

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW - RESULTATEN VIP² GGZ 2017 - CGG PRISMA VZW - VISIE & AANPAK KWALITEIT TE MONITOREN EN TE VERBETEREN Kwaliteitszorg is een belangrijk thema binnen de werking van ons centrum. Het verbeteren van de kwaliteit

Nadere informatie

3. Start traject TWE = registratie van de werkervaringsovereenkomst (WEO) in MLP

3. Start traject TWE = registratie van de werkervaringsovereenkomst (WEO) in MLP Stappen in het traject TWE-OCMW Onderstaand stappenplan gaat uit van: - een art60 7-tewerkstelling met een duurtijd van 1 jaar - en een TWE-traject met maximale duurtijd van 2 jaar - het OCMW van de verblijfplaats

Nadere informatie

KANS Kwetsbaarheid Aanpakken in de Samenleving

KANS Kwetsbaarheid Aanpakken in de Samenleving KANS Kwetsbaarheid Aanpakken in de Samenleving Evelyn Verlinde, Annelien Poppe, Dr. Sara Willems Ann DeSmet, Dr. Koen Hermans, o.l.v. Prof. Dr. Jan De Maeseneer Prof. Dr. Chantal Van Audenhove Studiedag

Nadere informatie

PROTOCOL. (Dia-Land DEEL II)

PROTOCOL. (Dia-Land DEEL II) PROTOCOL Behoeftenonderzoek m.b.t. de diagnostiek van volwassenen met een beperking t.g.v. ontwikkelingsstoornissen of niet-aangeboren hersenletsel in Vlaanderen (Dia-Land DEEL II) Promotoren: Prof. dr.

Nadere informatie

LeidenPanel en Regiopanel DZB Leiden. BELEIDSONDERZOEK I I

LeidenPanel en Regiopanel DZB Leiden. BELEIDSONDERZOEK I I LeidenPanel en Regiopanel 2018 DZB Leiden BELEIDSONDERZOEK 071-516 5123 I info@leidenincijfers.nl I www.leidenincijfers.nl Inleiding De afdeling Marketing en Communicatie van DZB Leiden heeft de opdracht

Nadere informatie

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016 DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016 Inhoud Inleiding... 3 Methodologie... 3 Overzicht van de werknemers in de sociale economie... 5 Profielkenmerken van doelgroepwerknemers... 6 Regionale Spreiding...

Nadere informatie

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam Kwadraat staat voor. kwaliteit, want kwaliteitsvolle zorg vermenigvuldigt als je ze deelt.. het bundelen van de krachten om mensen met een psychische

Nadere informatie

nr. 703 van MIRANDA VAN EETVELDE datum: 12 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS Activering 50-plussers - Stand van zaken

nr. 703 van MIRANDA VAN EETVELDE datum: 12 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS Activering 50-plussers - Stand van zaken SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 703 van MIRANDA VAN EETVELDE datum: 12 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Activering 50-plussers - Stand van zaken Het inschakelen

Nadere informatie

OP WEG NAAR WERK: opportuniteiten en valkuilen. 29-11-2012 Seminarie VLOR - Brussel 1

OP WEG NAAR WERK: opportuniteiten en valkuilen. 29-11-2012 Seminarie VLOR - Brussel 1 OP WEG NAAR WERK: opportuniteiten en valkuilen 1 2 OVERZICHT GTB Algemeen Personen met een Arbeidshandicap (PmAH) Begeleiding naar werk Bijzondere TewerkstellingsOndersteunende Maatregelen (BTOM) Doven

Nadere informatie

Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015

Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015 Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015 1 Omgevingsanalyse 1. Werkzaamheid 2. Werkloosheid 3. Werkvormen in de sociale economie 4. Uitstroom Inhoud Strategische en operationele doelstellingen 1. SD1: Iedereen

Nadere informatie

TEWERKSTELLING EN PARTICIPATIE VAN PERSONEN UIT DE KANSENGROEPEN Editie 2018 (data 2017)

TEWERKSTELLING EN PARTICIPATIE VAN PERSONEN UIT DE KANSENGROEPEN Editie 2018 (data 2017) TEWERKSTELLING EN PARTICIPATIE VAN PERSONEN UIT DE KANSENGROEPEN Editie 2018 (data 2017) Tewerkstelling en participatie van kansengroepen Hoe en waar worden personen uit de kansengroepen (her)ingeschakeld

Nadere informatie

Rapportering Tevredenheidsmeting Loopbaanbegeleiding 2016

Rapportering Tevredenheidsmeting Loopbaanbegeleiding 2016 Rapportering Tevredenheidsmeting Loopbaanbegeleiding 1. BASISGEGEVENS In werden 19326 begeleidingen pakket 1 en 6415 begeleidingen pakket 2 beëindigd. Uiteindelijk hebben 18901 klanten (pakket 1) en 6287

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID

DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID Functie 1 Activiteiten op het vlak van preventie; geestelijke gezondheidszorgpromotie; vroegdetectie, -interventie en -diagnosestelling

Nadere informatie