Adviesrapport. Onderzoek naar de wensen en behoeften van werkgevers en werknemers op gebied van bedrijfsfitness. Met collega s sporten

Transcriptie

1 Adviesrapport Onderzoek naar de wensen en behoeften van werkgevers en werknemers op gebied van bedrijfsfitness Met collega s sporten Goedkoop sporten! Gezondere werknemers?! 1

2 Onderzoek naar de wensen en behoeften van werkgevers en werknemers op gebied van bedrijfsfitness Afstudeerscriptie voor de opleiding Sport, Gezondheid & Management Instituut Sport & Bewegingsstudies Faculteit Gezondheid, Gedrag & Maatschappij Januari 2011 Auteur: Marije Bruggeman SGM VH01 30 augustus januari 2011 Afstudeerbegeleiding: Marc Boschker (docent) Ward Trutmans (afstudeerbegeleider) Opdrachtgever: Lifestyle Centre Praktijkbegeleider Lifestyle Centre: Oscar Duteweert 2

3 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Adviesvraag... 5 Aanbevelingen

4 Inleiding Deze afstudeerscriptie is geschreven door Marije Bruggeman, student Cios/SGM aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. In opdracht van Lifestyle Centre te Raalte, is onderzoek gedaan naar de wensen van werknemers en werkgevers ten opzichte van bedrijfsfitness. Om dit onderzoek vorm te kunnen geven is literatuuronderzoek gedaan, tevens zijn enquêtes en interviews gehouden binnen vier bedrijven. In dit beknopte adviesrapport zijn de adviesvraag van de organisatie en de aanbevelingen opgenomen. In bijgaand onderzoeksrapport is weergegeven hoe het onderzoek naar bedrijfsfitness eruit heeft gezien. De aanbevelingen in dit adviesrapport zijn voortgekomen uit de conclusies die getrokken zijn in het onderzoeksrapport. 4

5 Adviesvraag Het onderzoek naar bedrijfsfitness is gedaan bij Lifestyle Centre te Raalte. Lifestyle Centre is een modern fitnesscentrum. Lifestyle Centre is net verhuisd naar een nieuwe locatie van 1100 m2 met een grotere capaciteit. Door de verhuizing en het toenemende belang van fitness voor de werknemer, wil Lifestyle Centre bedrijfsfitness binnen het centrum uitbreiden door meer bedrijven lid te laten worden. Bedrijven kunnen lid worden, zodat hun werknemers met belastingvoordeel kunnen komen sporten. Dit levert zowel de werkgever (minder verzuim en klachten) als de werknemers (fitter en gezonder op het werk) winst op. Op het moment van schrijven zijn er vier bedrijven die een bedrijfsfitnesscontract hebben bij Lifestyle Centre. Omdat er genoeg ruimte is voor meer sporters (en dus de werknemers van bedrijven), is er onderzoek gedaan naar hoe Lifestyle Centre meer bedrijven lid kan laten worden. Een belangrijke oorzaak van het feit dat er nog niet zoveel bedrijven bij Lifestyle Centre aangesloten zijn, is dat naast de ontbrekende capaciteit er geen tijd is geweest om een duidelijk concept voor bedrijfsfitness op te zetten. Tevens heeft Lifestyle Centre nog niet zoveel naamsbekendheid opgebouwd. Dit blijkt uit gesprekken met werknemers van Lifestyle Centre. Organisatorisch ziet Lifestyle Centre er als volgt uit: Directie Joost te Wierik Oscar Duteweert Onderhoud Administratie Joost te Wierik Oscar Duteweert Fitness Joost te Wierik Groepslessen Karin Alberts Frontoffice & facilitaire diensten Oscar Duteweert Commercie Oscar Duteweert Marlou Alferink Rick Veldwijk Stan Dijk Chantal van Marle Celine Groenestein Tim Wiefferink Kim Loo Stagiaires Marlou Alferink Jacqueline Yntema Celine Groenestein Rick Veldwijk Jan Vanhommerig Chantal van Marle Vanessa Hoffman Lodia Muljkarno Jolinda Grootherder Irene Eektimmerman Chantal Duteweert Loes Huis in t Veld Chantal van Marle Marlou Alferink Karin Alberts Marije Bruggeman Marlou Alferink 5

6 Voor dit onderzoek is er gekeken naar de wensen en behoeften van werkgevers en werknemers op het gebied van bedrijfsfitness. Hiervoor zijn onder andere enquêtes en interviews afgenomen. Aan de hand van de resultaten van het onderzoek werd het fitnessaanbod voor de bedrijven opgesteld. Het opstellen van dit aanbod behoort echter niet binnen de grenzen van dit afstudeeronderzoek, maar zal Lifestyle Centre zelf gaan doen. Wel zijn aanbevelingen gedaan omtrent het aanbod en de werkwijze. De begeleiding van de werknemers die lid worden, valt buiten de grenzen van dit onderzoek. Dit wordt gedaan door de fitnessinstructeurs. Het opnemen van contact met de bedrijven is gedaan door Oscar Duteweert, het onderhouden van contact is zowel door Oscar als door Marije gedaan. Om het onderzoek gericht uit te kunnen voeren, zijn een probleemstelling en doelstelling geformuleerd. De probleemstelling is als volgt geformuleerd: Hoe kan Lifestyle Centre werkgevers en werknemers aan het fitnesscentrum binden met bedrijfsfitness? De doelstelling die hierbij hoort is: Het doel van het onderzoek is het doen van aanbevelingen aan de directie van Lifestyle Centre om zo meer bedrijven lid te kunnen laten worden bij Lifestyle Centre, waardoor het marktaandeel op de zakelijke markt vergroot wordt. Dit zal gebeuren door een onderzoek te doen naar de wensen en behoeften van de werkgevers en werknemers van vier verschillende bedrijven, waarbij rekening wordt gehouden met wat er in de theorie geschreven staat over sport, bedrijfsfitness, motivatie en gedragsverandering bij mensen. Bij deze doelstelling zijn een centrale vraag en deelvragen geformuleerd. De centrale vraag die voor dit onderzoek is opgesteld is de volgende: Hoe kan Lifestyle Centre zo effectief mogelijk inspringen op de wensen en behoeften van de werknemers en werkgevers van bedrijven op gebied van bedrijfsfitness, zodat de deelname aan de bedrijfsfitnessregeling bij Lifestyle Centre verhoogd wordt? Om erachter te komen of en waardoor werknemers willen gaan sporten bij Lifestyle Centre, is er gekeken naar motivatie en gedrag. Dit kan verklaren waarom mensen wel of niet sporten. Hierop kan Lifestyle Centre vervolgens inspringen met hun communicatie en kan er een passend aanbod worden gemaakt. Daarnaast is het ook van belang te onderzoeken wat er in de theorie geschreven staat over het effect van sport en bedrijfsfitness op werknemers. Als de effecten positief zijn, kan dit ook gebruikt worden in de promotie voor bedrijfsfitness. Verder is het ook van belang om te weten wat er is geschreven in de theorie over wensen en behoeften van werknemers ten opzichte van sport en (bedrijfs)fitness. Dit kan worden meegenomen in de enquêtes en in het aanbod. Tot slot is het uiteindelijk van belang te weten om welke redenen werkgevers hun werknemers willen laten sporten. De centrale vraag is dus opgesplitst in een aantal deelvragen. Op deze manier wordt concreet weergegeven welke informatie nodig is en wat onderzocht moet worden. De deelvragen werken ondersteunend bij het beantwoorden van de centrale vraag. 6

7 1. Wat is er vanuit de theorie bekend over het effect van sporten en bedrijfsfitness op mensen (werknemers)? 2. Wat is er vanuit de theorie bekend over de wensen en behoeften van werknemers op het gebied van sport en (bedrijfs)fitness? 3. Welke vorm van motivatie hebben mensen/werknemers om te sporten en voor welk aanbod kunnen ze zich het best motiveren? Hoe kan hierop worden ingespeeld door Lifestyle Centre? 4. In welke fase van gedragsverandering verkeren de werknemers en hoe kan je gedragsverandering realiseren bij werknemers (vooral de werknemers die nog niet sporten)? Van welke determinanten is dit afhankelijk? 5. Wat vinden werkgevers belangrijk wanneer zij bedrijfsfitness aanbieden aan hun werknemers bij Lifestyle Centre? In het volgende hoofdstuk zijn de aanbevelingen geformuleerd. Deze aanbevelingen zijn tot stand gekomen uit de conclusies van het onderzoek en een gesprek dat gevoerd is met Lifestyle Centre. Hieruit zijn de meest praktische aanbevelingen voor Lifestyle Centre gekozen. 7

8 Aanbevelingen De aanbevelingen in dit adviesrapport zijn tot stand gekomen door het onderzoek dat gedaan is naar bedrijfsfitness. Tevens is er een gesprek geweest met Lifestyle Centre. In dit gesprek zijn verschillende aanbevelingen gegeven, die uit de conclusies zijn afgeleid. In overleg met Lifestyle Centre is de meest praktische aanbeveling gekozen. De aanbevelingen staan niet in volgorde van de conclusies, omdat er prioriteit is aangebracht in de aanbevelingen. De belangrijkste aanbeveling is als eerste genoemd. 1. Ontwikkelen van vaste werkwijze omtrent bedrijfsfitness Doordat de uitvoering van dit onderzoek betreffende het benaderen van bedrijven succesvol is gebleken, kan Lifestyle Centre van deze uitvoering nu de vaste werkwijze maken. Deze werkwijze zal nog iets uitgebreider worden, en zal er dan als volgt uitzien: Contact opnemen met bedrijf (voorkeur voor telefonisch contact), afspraak maken voor kennismaking. (Bij bedrijven die uit zichzelf komen én bij bedrijven die door Lifestyle Centre zelf benaderd worden.) Bij kennismaking Bedrijfsfitness Starterpakket aanbieden aan werkgever (zie aanbeveling 3), uitleg geven over wat er in het pakket zit en wensen werkgever bespreken a.d.h.v. checklist uit starterpakket. Hierbij het belang van de sportende werkgever benadrukken (uitkomst ASEmodel). Gegevens van werknemers opvragen voor enquête. Enquête met begeleidingsbrief (inclusief aanmeldformulier) sturen naar werknemers. N.a.v. resultaten van enquêtes en interviews evt. aangepast aanbod maken (anders gewoon totaalpakket aanbieden, uit de resultaten van het onderzoek bleek dat dit is wat de werkgevers én werknemers graag willen). Eén keer per half jaar terugkoppeling naar werkgever over werknemers die sporten. 2. Integreren van Motivational Interviewing in de werkwijze van Lifestyle Centre Uit de conclusies is gebleken dat Motivational Interviewing een belangrijk hulpmiddel is om de motivatie van sporters te vergroten. Mensen kunnen zo meer gemotiveerd worden om te sporten. Hierdoor wordt meteen ingespeeld op de fasen van gedragsverandering. Met Motivational Interviewing kunnen mensen naar een volgende fase worden geleid, met als uiteindelijk doel de fase van gedragsbehoud. Voor het behoud van leden kan dit dus een belangrijk hulpmiddel zijn voor Lifestyle Centre. Om dit te kunnen integreren kan het volgende stappenplan gevolgd worden: Er zal een training plaatsvinden over Motivational Interviewing (MI), de Sport Motivation Scale (SMS) en gedragsverandering (gegeven door Oscar Duteweert en Marije Bruggeman). In deze training wordt alle instructeurs geleerd wat MI en de SMS zijn en welke fasen van gedragsverandering er zijn en hoe hierop kan worden ingespeeld. 8

9 Bij de intake zal met een nieuw lid een kort gesprekje gehouden worden. In dit gesprekje zal het nieuwe lid de Sport Motivation Scale invullen, zodoende kan de instructeur van Lifestyle Centre in beeld brengen hoe dit nieuwe lid gemotiveerd is. De instructeur stelt in dit gesprekje een aantal vragen waaruit zal blijken in welke fase van gedragsverandering de persoon zich bevindt. Op elke fase kan de instructeur gericht inspelen met Motivational Interviewing. De motivatie van de persoon om te sporten zal vergroot worden en de persoon zal uiteindelijk in de fase van gedragsbehoud terecht komen. De instructeurs zullen regelmatig een praatje maken met de mensen in de zaal. Hierin kunnen zij ook MI toepassen om mensen te blijven motiveren. Dit zorgt ervoor dat mensen bijv. realiseren hoe belangrijk sporten is en hoe leuk ze het eigenlijk vinden. Bij de tussentijdse test, die eens in de 8 weken gehouden wordt, zal weer gekeken worden hoe de persoon gemotiveerd is en in welke fase de persoon zich bevindt. Wanneer terugval dreigt, kan dit vroegtijdig worden opgespoord en met MI voorkomen worden. 3. Ontwikkelen van Bedrijfsfitness Starterpakket Uit de resultaten van het onderzoek naar bedrijfsfitness is gebleken dat de financiën en het belastingvoordeel een zeer grote rol spelen in het aanbieden van bedrijfsfitness voor de werkgevers en het deelnemen aan bedrijfsfitness voor de werkgevers. Het is dus van belang dat zowel de werkgevers als de werknemers goed op de hoogte zijn van de financiën van bedrijfsfitness. Ook vinden werkgevers het belangrijk dat de werknemers fitter en gezonder worden door bedrijfsfitness en dat daardoor het verzuim naar beneden zal gaan. Verder is gebleken dat er behoefte is aan foldermateriaal bij de bedrijven, waarin het aanbod uitgelegd wordt. Een Bedrijfsfitness Starterpakket zou een goede oplossing zijn bij nieuwe bedrijven. Dit pakket moet gezien worden als een map waarin informatie gegeven wordt aan de werkgever en werknemer over bedrijfsfitness bij Lifestyle Centre. Hierin zullen de volgende dingen worden opgenomen: Algemene informatie over bedrijfsfitness. Een folder gericht aan de werkgever, waarin het belastingvoordeel duidelijk wordt uitgelegd en waarin cijfers over verzuim en gezondheid worden gegeven. Hierin wordt tevens kenbaar gemaakt wat het belang van de meesportende werkgever/manager is (uitkomst ASE-model). Folders gericht aan de werknemers, waarin o.a. duidelijk uitgelegd wordt hoe de financiën omtrent bedrijfsfitness geregeld zijn en waarin een stuk bewustwording over gezond bewegen en voeding gegeven wordt (uitkomst ASE-model). De verantwoordelijkheid voor de verspreiding van deze folders ligt bij de werkgever. Een checklist voor de werkgever, waarin hij eenvoudig kan aanvinken wat hij graag wil op gebied van bedrijfsfitness (denk aan facturatie, terugkoppeling van werknemers, etc.) Voor elke werknemer een extra dagpas, zodat alle werknemers een keer iemand gratis kunnen meenemen naar Lifestyle Centre. Hiermee kan Lifestyle Centre tevens leden werven. De bedoeling van dit starterpakket is de deelname aan bedrijfsfitness laagdrempeliger te maken en in de wensen van de werkgevers tegemoet te komen. 9

10 Om deze aanbeveling goed te kunnen implementeren bij Lifestyle Centre, zal dit Bedrijfsfitness Starterpakket gemaakt worden door Marije Bruggeman nadat dit onderzoek is afgerond. Dit starterpakket zal gemaakt worden in overleg met Oscar Duteweert. 10