INGEKOMEN 0 9 JUNI JUN Paraaf Provinciesecretaris

Transcriptie

1 X t HOLLAND INGEKOMEN 0 9 JUNI minuten versie voor Provinciale Staten Directie DRM Afdeling Verkeer en Vervoer Registratienummer PZH (DOS ) Datum vergadering Gedeputeerde Staten 18 mei 2010 Portefeuillehouder Dijk, JWA, van Verzenddatum 9 JUN 2010 Paraaf Provinciesecretaris Geheim Nee Termijn 30 juni 2010 Onderwerp Bereikbaarheidsstudie grensstreek Bijlagen - Eindrapport Bereikbaarheidsstudie grensstreek provincies Noord- en Zuid-Holland - Samenwerkingsagenda Bereikbaarheidsstudie grensstreek - Eindrapport Verkenning OV corridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol, incl. bestuurlijke aanbiedingsbrief Holland Rijnland m.b.t. vaststelling eindrapport en vervolgacties OV verkenning - Eindrapport Maatregelen middengebied - Concepteindrapport Verkenning volgens MIRT N206-N205 (Route Zuid-Kennemerland) Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van bijgaande stukken. 1. Onderwerp in kort bestek Bereikbaarheidsstudie grensstreek De "Bereikbaarheidsstudie grensstreek provincies Noord-Holland en Zuid-Holland" is eind 2008 afgerond en was gericht op leefbaarheids- en bereikbaarheidsproblemen. Deze studie is onder trekkerschap van provincie Zuid-Holland in samenwerking met provincie Noord- Holland, Rijkswaterstaat NH/ZH, Stadsregio Amsterdam, regio Holland Rijnland en regiogemeenten uitgevoerd. Afstemming heeft plaatsgevonden in een Breed Bestuurlijk overleg (BBO). Afspraken zijn vastgelegd in een Samenwerkingsagenda (d.d '08) die de gewenste richting aangeeft voor de ontwikkeling van de weginfrastructuur en het regionale (H)OV netwerk in de Duin- en Bollenstreek, Haarlemmermeer en Zuid-Kennemerland tot De gewenste duurzame hoofdwegenstructuur bestaat uit de Rijnlandroute, de N206 en een noordelijke verbinding tussen de N206 en de N205 met aansluiting op de A4. Deze hoofdstructuur wordt vanwege het oplossend vermogen (leefbaarheid en lokale bereikbaarheid) voor het zuidelijke deel van de Bollenstreek aangevuld met een (boven)lokale verbinding bij Rijnsburg (Randweg Rijnsburg incl. aansluiting Flora / A44). De gewenste duurzame hoofdstructuur voor OV bestaat uit een koppeling van het Zuidvleugelnetwerk (RijnGouwelijn West) en het netwerk van de Metropoolregio Amsterdam (zuidtangent), ontwikkeling van Stedenbaan op beide spoorlijnen en aansluiting van het busnetwerk op de NS stations. 1/7

2 P H0LLAND In de agenda zijn vijf trajecten benoemd die het gevolg zijn van de Bereikbaarheidsstudie grensstreek. Deze zijn in 2009 en 2010 verder uitgewerkt. De vervolgwerkzaamheden worden ook binnen deze 5 dossiers beschreven: 1. HOV Bollenstreek - Schiphol: gericht op kwaliteitssprong OV en verknoping RijnGouwelijn West en het zuidtangentsysteem in de Haarlemmermeer. 2. Ontwikkeling van Stedenbaan op de beide spoorlijnen in de grensstreek (wordt verder uitgewerkt door OV-bureau Randstad). 3. Aansluiting Bollenstreek-A44, incl. randweg Rijnsburg, is in samenhang met de Rijnlandroute bekeken (Integrale Benadering Holland Rijnland). 4. Maatregelen middengebied (Bollenstreek): kleinschalige verkeersmaatregelen gericht op leefbaarheid en lokale bereikbaarheid. 5. Verbinding N206-N205 (aansluitend opwaarderen verbinding N205-A4). Ad 1) Hoogwaardig openbaar vervoer (HOV) Duin- en Bollenstreek - Schiphol In de "Verkenning OV-corridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol is onderzocht welk robuust netwerk in 2020 de beste openbaar vervoer oplossing voor de corridor zou bieden en wat daarvan de haalbaarheid zou zijn. Het vertrekpunt hierbij was doortrekking van de zuidtangent vanuit de Haarlemmermeer naar de Duin- en Bollenstreek. De OV-corridor is onderdeel van het Programma Buscorridors. Het programma bestaat uit drie prioritaire buscorridors, waaronder de corridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol, en wordt gefinancierd vanuit provinciale middelen, een rijksbijdrage en bijdragen van de wegbeheerders. Een voorstel voor de verdeling van deze middelen over de drie prioritaire buscorridors wordt separaat ter besluitvorming aan Provinciale Staten voorgelegd. De verkenning is afgerond en laat zien dat een structurele verbetering van het openbaar vervoer in de corridor noodzakelijk en mogelijk is. Uit de verkenning blijkt dat het mogelijk is een robuust OV netwerk kan worden gerealiseerd waarbij het Zuidvleugelnet (Rijngouwelijn West en Stedenbaan) gekoppeld kan worden aan het netwerk van de Metropoolregio Amsterdam (zuidtangent, SLT). NS station Sassenheim vervult een belangrijke rol als schakel tussen beide netwerken. Het Zuidvleugelnet is onderdeel van het te ontwikkelen regionale netwerk op het schaalniveau van de gehele Randstad, beter bekend als het Randstadnet. Andere dragers daarin zijn de regionale (H)OV-netwerken van Utrecht en Metropoolregio Amsterdam. De coördinatie hiervan ligt in handen van het OV-bureau Randstad. Op het deeltraject Noordwijk/Noordwijkerhout-Voorhout-Sassenheim is het mogelijk een nieuwe reizigersmarkt te bedienen en kan een frequente en kwalitatief hoogwaardige OV verbinding gerealiseerd worden. Op het deeltraject Sassenheim-Lisse-Nieuw Vennep/Schiphol bestaan kansen om de zuidtangent door te trekken naar de Bollenstreek. De haalbaarheid hiervan is afhankelijk van de situering van de woningbouwlocaties in de Westflank Haarlemmermeer. De planvorming ten aanzien van de woningbouw in de Westflank Haarlemmermeer is echter nog volop in beweging en aanvullend onderzoek is nodig. 2/7

3 pi c E?" i! HOLLAND Met de betrokken partijen is afgesproken een vervolg te geven aan deze verkenning (planstudie voor de gehele corridor). Provincies Zuid- en Noord-Holland zijn trekker van deze planstudie in samenwerking met Stadsregio Amsterdam en regio Holland Rijnland. De planstudie bestaat uit drie fases en zal na instemming door Gedeputeerde Staten over de vervolgacties formeel gestart worden. In de eerste fase van de planstudie, in relatie tot de haalbaarheid van doortrekking van de zuidtangent, zal nader onderzocht worden wat de samenhang is tussen woningbouwlocaties, mogelijke tracés, vervoerwaarde, exploitatie en investeringen. Na afronding van dit onderzoek (eind september) volgt een "go, no go" besluit om met de volgende fase van de planstudie te starten. Dit besluit wordt genomen door de betrokken partijen op basis van helder inzicht in vervoerwaarden, investeringsbeeld en exploitatieeffecten. In de volgende fases wordt het voorkeurstracé bepaald en nader uitgewerkt en worden het investeringsniveau en de exploitatielasten bepaald. No regretmaatregelen NS station Sassenheim De verkenning voor de corridor Duin- en Bollenstreek wordt ter kennisname aan Provinciale Staten voorgelegd. Vooruitlopend op de start van een planstudie zijn vanaf begin 2010 al voorbereidingen getroffen voor de uitwerking van maatregelen op het traject NoordwijkVoorhout-Sassenheim NS station. De bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt in het kader van de Rijngouwelijn West en de vergevorderde plannen voor ontwikkeling van het stationsgebied voor het NS station Sassenheim hebben ertoe geleid dat er veel urgentie ligt voor snelle planvorming en realisatie van maatregelen. In 2010 wordt een aantal no regret maatregelen uit deze verkenning uitgevoerd die de doorstroming van het openbaar vervoer bevorderen. Hiertoe behoort ook de ontsluiting van het NS station Sassenheim. Gemeente Teylingen heeft een subsidieaanvraag gedaan voor het realiseren van infrastructur maatregelen ten behoeve van de bus naar NS station Sassenheim als onderdeel van de OV-corridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol. Een besluit over het verstrekken van deze subsidie wordt voorzien als onderdeel van besluitvorming over de buscorridors (Uitvoeringsbesluit buscorridors PZH ). Ad 2) Ontwikkeling van Stedenbaan op de beide spoorlijnen in de grensstreek De verdere ontwikkeling van Stedenbaan wordt opgepakt door OV-bureau Randstad. In de dienstregeling van NS voor het jaar 2012/2013 is een ontwikkelingsrichting benoemd voor het traject Schiphol-Hoofddorp-Sassenheim-Leiden. Het doortrekken van stoptreinen van Hoofddorp naar Leiden is daarin bedoeld om Hoofddorp in twee richtingen te ontsluiten. In relatie tot de ontwikkeling van Stedenbaan in de grensstreek wordt het mogelijk om een kwartiersdienst te realiseren op NS station Sassenheim. Ad 3) Aansluiting Bollenstreek-A44. incl. randweg Riinsburq De Bereikbaarheidsstudie grensstreek Zuid- en Noord-Holland laat zien dat de Randweg Rijnsburg een oplossend vermogen biedt voor de leefbaarheids- en (boven)lokale bereikbaarheidsproblemen in Katwijk/Rijnsburg en het zuidelijk deel van de Bollenstreek. Deze verbinding is onderdeel van de gewenste wegenstructuur in de grensstreek, maar realisering van de Rijnlandroute geldt voor provincie Zuid-Holland als eerste prioriteit. 3/7

4 provincie H o L L A N D De provincie heeft in de bestuursovereenkomst Rijngouwelijn West met gemeente Katwijk afgesproken dat de provincie een inspanningsverplichting heeft om deze weg op te nemen in de Provinciale Structuurvisie en naar vermogen mee te werken aan de realisatie van de Noordelijke Randweg. In bestuurlijk overleg (d.d ) tussen provincie Zuid-Holland en Rijkswaterstaat ZuidHolland is afgesproken dat wordt onderzocht welke mogelijkheden er op korte termijn zijn voor verbetering van de bereikbaarheid van de FloraHolland (aansluiting A44) en het verminderen van de verkeersoverlast in Rijnsburg. In het tweede kwartaal 2010 start daartoe een verkenning naar de aansluitingenproblematiek van de Bollenstreek op de A44 inclusief de randweg Rijnsburg en de mogelijkheden voor een aansluiting van de FloraHolland op de A44. Provincie Zuid-Holland is trekker van deze studie in samenwerking met Rijkswaterstaat, FloraHolland en betrokken gemeenten. Ad 4) Maatregelen middengebied (Bollenstreek) De afspraken in de Samenwerkingsagenda moeten op termijn leiden tot een duurzame hoofdstructuur. Op de lange termijn ontstaat een netwerk voor OV en auto, waarin het OV een concurrerende rol ten opzichte van de auto kan vervullen en het doorgaande autoverkeer een volwaardig alternatief krijgt voor de verbindingen in het onderzoeksgebied zelf. In het onderzoeksgebied ontstaat dan ruimte voor het lokale bestemmingsverkeer. In deze studie is gezocht naar kleinschalige maatregelen om lokale leefbaarheids- en bereikbaarheidsproblemen op te lossen. Op basis van een knelpunteninventarisatie en een inventarisatie van verbetermaatregelen aan de wegenstructuur die in uitvoering of voorbereiding zijn, is gewerkt aan een maatregelenpakket. Dit maatregelpakket komt voort uit een brede inventarisatie onder alle regiopartijen (incl. wegbeheerders) en kent ook bestuurlijk draagvlak voor een verdere aanpak van de bereikbaarheidsvraagstukken (leefbaarheid, doorstroming). Het maatregelenpakket is eind 2009 afgestemd in het breed bestuurlijk overleg. In 2010 wordt, na overleg met regiogemeenten (ontwerp, realisatie) en regio Holland Rijnland, gestart met realisatie van maatregelen en aanvullende planstudies. Voor de uitvoering van de maatregelen is globaal tussen de 24-34,5 min euro nodig Dekking hiervoor is naar verwachting voor een groot deel te vinden in het Regionaal Investeringsfonds (RIF) van regio Holland Rijnland en de beheer- en onderhoudsmiddelen van de provinciale Dienst Beheer Infrastructuur (DBI) in het kader van groot onderhoud (trajectstudies). Ad 5) Verbinding N206-N205 (aansluitend opwaarderen verbinding N205-A4) Provincie Noord-Holland (trekker van deze studie) is in augustus 2008 een verkenning volgens MIRT-uitgangspunten gestart. Doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in nut en noodzaak van een nieuwe verbinding tussen de Bollenstreek, Zuid-Kennemerland en de Haarlemmermeer. Vooral ook in relatie tot de ontwikkelingen in de Greenport Duin- en Bollenstreek, woningbouw in de Westflank Haarlemmermeer en Amsterdam Connecting Trade (ACT - nieuw innovatief logistiek knooppunt). De verkenning heeft een brede analyse opgeleverd van de (on)mogelijkheden voor een robuuste wegverbinding (natuur, ecologie, verkeerskundig, geluid, uitstoot etc). In tussenfases is toegewerkt naar een concepteindrapportage waarin enkele tracéaltematieven worden gepresenteerd incl. een kosten-batenanalyse. Deze concepteindrapportage ligt nu ter kennisname voor. 4/7

5 P HOLLAND Een nieuwe wegverbinding tussen de N205 en de N206, de weg loopt deels door ZuidHolland en deels door Noord-Holland, heeft oplossend vermogen voor de leefbaarheids-, verkeersveiligheids en bereikbaarheidsproblematiek in de grensstreek van Noord- en ZuidHolland. De bereikbaarheid van huidige en toekomstige ruimtelijke en economische zwaartepunten verbetert aanzienlijk en het wegennetwerk wint aan robuustheid. De verkeersmodellen geven aan dat er aanzienlijk minder (vracht)verkeer door de kernen zal gaan, wat de nodige positieve baten oplevert op de aspecten lucht, geluid en veiligheid. Er zullen wel aanvullende maatregelen moeten worden getroffen om het doorgaande verkeer door de kernen en over de Ringvaartbruggen verder terug te brengen. De studie is een voorverkenning conform de MIRT-spelregels met als doel bouwstenen aan te dragen voor de dialoog met het Rijk over het opnemen van de wegverbinding N206-N205 in het MIRT. Bij vrijwel alle partijen in de regio is draagvlak voor aanleg van de verbinding, maar er zijn nog geen afspraken gemaakt over financiële bijdragen van de regio. De uitkomsten van de Bereikbaarheidsstudie grensstreek, in het bijzonder twee projecten die een relatie hebben met rijksdoelstellingen (HOV corridor en verbinding N206-N205) worden geagendeerd voor het MIRT overleg van oktober In de verkenning is een kosten-batenanalyse (KBA) verricht. Enkele varianten hebben een positieve kosten/batenverhouding. De beschikbare globale kostenraming loopt van 115 min tot 161 min. excl. onzekerheidsmarges. In de vervolgfase wordt deze KBA verder uitgewerkt en zal beter inzicht ontwikkeld worden in wat deze wegverbinding zal gaan kosten. In de 2e doorkijk van het Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur (MPI) is een provinciale bijdrage van 20 min euro aan dit project gereserveerd. Het Rijk heeft nog niet bepaald of er een rijksbelang aanwezig is. Dit zal in het vervolgtraject aan de orde moeten komen. De regio Holland Rijnland bepaalt in 2010 welke bijdrage zij vanuit het Regionaal Investeringsfonds (maatregelpakket ontsluiting Greenport - 37,5 min) voor deze wegverbinding reserveert. Provincie Noord-Holland, gemeente Haarlemmermeer en Stadsregio Amsterdam hebben nog niet aangegeven middelen voor deze verbinding te reserveren. 2. Afbakening van (wettelijk) kader en partijen a. Europees/nationaal/provinciaal wettelijk en beleidskader In 2006 is de nota operationalisering Openbaar Vervoervisie vastgesteld. In het coalitieakkoord "duurzaam denken, dynamisch doen " zijn drie prioritaire corridors benoemd, waaronder de corridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol. b. Relatie andere interne beleidsterreinen Er bestaat een relatie met DBI met betrekking tot het regulier groot onderhoud. De uitvoeringswerkzaamheden voor de buscorridor Duin- en Bollenstreek-Schiphol worden afgestemd met regulier groot onderhoud aan de N444, N208, N443. Er bestaat een relatie met ARW in relatie tot de ruimtelijke ontwikkelingen in de grensstreek: woningbouwopgave grensstreek (Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer), herstructurering Greenport Duin- en Bollenstreek, ontwikkeling glastuinbouwsector. 5/7

6 pr HOLLAND c. Relatie externe partijen De provincie Noord-Holland, gemeente Haarlemmermeer, Stadsregio Amsterdam, regio Holland Rijnland en Connexxion zijn betrokken bij de Verkenning OV-corridor Duin- en Bollenstreek-Schiphol. 3. Procesbeschrijving en rol Staten Aan PS wordt gevraagd kennis te nemen van diverse eindrapportages als uitwerking van de Bereikbaarheidsstudie grensstreek / Samenwerkingsagenda. a. Voorgeschiedenis In de grensstreekregio (Duin- en Bollenstreek, Zuid-Kennemerland en Haarlemmermeer) is uitbreiding van woningen voorzien. Daarnaast is er behoefte aan ruimte voor groen, natuur, recreatie, water en bedrijventerreinen. In juni 2006 hebben de provincies Noord- en Zuid-Holland in samenwerking met regiopartijen, op verzoek van toenmalig minister Dekker (VROM), een ruimtelijk plan aan de minister aangeboden waarin de ontwikkeling van dit gebied in beeld is gebracht: de Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer/Bollenstreek. Het gaat hierbij om de ontwikkelingsmogelijkheden van luchthaven Schiphol, behoud en versterking van het bollencomplex (Greenport), waterberging, aanleg recreatieve groengebieden, nieuwe woongebieden en het verbeteren van de bereikbaarheid van het gebied. Om een goede invulling te geven aan de mobiliteitsopgave hebben beide provincies het initiatief genomen tot een "Bereikbaarheidsstudie grensstreek provincies Noord-Holland en Zuid-Holland". b. Waar staan we nu? De fase van visie/strategiebepaling Fase van realisatie van maatregelen in de corridor Noordwijk-Voorhout-Sassenheim kan gestart worden. c. Vervolgprocedure De vervolgwerkzaamheden binnen het kader van de Bereikbaarheidsstudie grensstreek worden binnen de 5 dossiers van de Samenwerkingsagenda beschreven. 4. Financiële aspecten (dekking en risico's) Dit besluit heeft geen directe financiële consequenties. De beoordeling van projecten voortkomend uit de Samenwerkingsagenda Bereikbaarheidstudie grensstreek, met betrekking tot inzet provinciale middelen, zal plaatsvinden in het licht van beoordeling van andere grote projecten in Zuid-Holland. Er is een PS besluit voorzien over de buscorridors (Uitvoeringsbesluit buscorridors PZH ) waarin voor wat betreft de financiële consequenties aan de orde komt: Ten aanzien van de gehele buscorridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol is op basis van MIRT afspraken een financiële dekking voor de uitvoering van maatregelen bepaald ter grootte van 37 min euro. 6/7

7 provincie HOLLAND Voor een van de no regret maatregelen uit de OV-Verkenning van deze corridor, namelijk infrastructurele maatregelen ten behoeve van de ontsluiting van NS station Sassenheim, wordt een voorstel gedaan voor het verstrekken van een subsidie aan gemeente Teylingen ten laste van het bovengenoemd budget. In dit besluit wordt voor deze prioritaire buscorridor 21 min uit de beschikbare Coalitieakkoord middelen (totaal 40 min) gereserveerd. Het Rijk draagt 16 min euro bij vanuit het Actieprogramma Regionaal Openbaar Vervoer (AROV). De financiering van maatregelen in de corridor Duin- en Bollenstreek - Schiphol gaat ten laste van programma 2 Bereikbaarheid "ontwikkelen buscorridors". Technische & proces vragen en informatie bij Ambtenaar Telefoon M.L.H. Louwman Kamer B1.30 7/7

8