i5000 Series-scanners

Transcriptie

1 i5000 Series-scanners Signaalcode-informatie A-61801_nl

2 Signaalcode-informatie Inhoud Details van het signaalpatroon... 4 Richting van het signaalpatroon... 5 Details van het streepjespatroon... 7 Positioneren van de signaal... 9 Details van het papier Patchcodes zijn streepjespatronen die worden afgedrukt op pagina's die, wanneer ze door een scanner van Kodak gescand worden, de scanner of de scantoepassing de instructie geven om een functie van de scanner of de scantoepassing te activeren. Het scheiden van documenten is een gebruikelijke toepassing van patchvellen. Meestal zijn patchvellen afzonderlijke vellen papier met streepjescodes erop die zich in een stapel met documenten bevinden die gescand moeten worden. De functies die door de patchvellen geactiveerd worden, worden bepaald door de specifieke scanner of scantoepassing. Hierna volgen de eisen voor het maken van patchvellen die betrouwbaar werken met de scanners van Kodak uit de serie i5000. Het maken van patchvellen dient zorgvuldig te gebeuren omdat er zeer specifieke eisen bestaan ten aanzien van de grootte en de locatie van signaalpatronen. De scannerfuncties die door patchvellen worden aangeroepen, staan beschreven in de configuratiehandleidingen voor het scannen met TWAIN en ISIS of in de documentatie van uw scantoepassing. De scanners van Kodak uit de serie i5000 zijn niet uitgerust met fysieke patchlezersensoren. Deze scanners uit de serie i5000 lezen de patchvellen met behulp van beeldvormingssensoren voor het scannen van de voor- en achterkant van gescande pagina's voor een signaalpatroon, en beschikken over uitgebreide firmware en mogelijkheden van het stuurprogramma om de scanner alle 6 de signaalpatronen te laten lezen. OPMERKING: Voor deze functie kan het zijn dat de firmware en het stuurprogramma bijgewerkt moeten worden. Andere scanners van Kodak, zoals de Kodak Imagelink 9500-scanner of Kodak i800 of i1800 serie scanners, gebruiken fysieke signaalsensoren om de signaalpatronen op de gescande pagina's te lezen. Andere scanners, zoals de Kodak i600, i700 of i4000 serie scanners, gebruiken de beeldvormingssensoren om de signaalpatronen te lezen, maar zijn beperkt tot het lezen van gekleurde schakelsignalen. Omdat de Kodak i5000 serie scanners een andere methode hanteren voor het lezen van patchvellen, moet de opbouw van de patchvellen worden aangepast om zo constant en betrouwbaar mogelijk te kunnen worden gelezen. A-61801_nl februari

3 Het belangrijkste verschil tussen het systeem van de i5000 serie scanners om signalen te kunnen lezen en andere Kodak-scanners, is dat alleen signalen met streepjes worden herkend die in lijn zijn met de eerste ingevoerde documentrand. Om documenten in elke richting te kunnen invoeren, worden signaalpatronen meestal op alle vier de randen van de pagina aangebracht. 2 A-61801_nl februari 2013

4 Het is ook mogelijk om een patchvel aan te maken met streepjescodes die betrouwbaar gelezen kunnen worden met een camera of een sensor en die op elke Kodak-scanner gebruikt kan worden. Voorbeeldbestanden in PDF-formaat van de gecombineerde signaalpatronen kunnen worden gedownload vanaf de website in het gedeelte Kodak i5000 Scanner>Ondersteuning>Gebruikershandleiding. OPMERKING: Er staan PDF-versies die geschikt zijn gemaakt om te worden afgedrukt op A4-papier en papier met US-lettergrootte. Er staan ook bronbestanden in.tiff-formaat die gebruikt kunnen worden voor het maken van signalen voor uw bedrijf. Volg de meegeleverde instructies om ervoor te zorgen dat de pagina's goed op uw printer worden afgedrukt. A-61801_nl februari

5 details van het signaalpatroon Er zijn twee signaalclassificaties: Document/batch scheidingssignalen (soms beeldadressignalen genoemd) deze signalen worden van oudsher gebruikt voor het scannen van veel verschillende documenten tegelijk met patchvellen als scheidingspagina's. Deze signalen zijn van het Type 2 (scheiden van documenten) Type 3 (scheiden van batches) en Type T dat gebruikt kan worden voor het scheiden van documenten of batchverwerking). Type 2 Type 3 Type T (5) Functiesignalen deze patchvellen worden van oudsher niet gebruikt voor het scheiden van documenten. Deze signalen kunnen gebruikt worden voor het activeren van scannerfuncties (zoals Kleurschakeling of detectie van meervoudige invoer) of kunnen worden gebruikt voor het aanroepen van softwarefuncties. Deze signalen zijn van het Type 1, Type 4 (Kleurschakeling) en Type 6. Type 6 Type 1 Type 4 (kleurschakeling) OPMERKING: Druk bovenstaande signaalpatronen niet af voor gebruik in een scanner. Deze voorbeeldpatronen zijn niet geschikt om voor productie te worden gebruikt. Afdrukbare PDF-versies kunnen vanaf de website van Kodak worden gedownload. 4 A-61801_nl februari 2013

6 Richting van het signaalpatroon De richting van de signaalpatronen is belangrijk. Een signaal van het Type 3 is het omgekeerde van een signaal van het Type T en een signaal van het Type 1 is het omgekeerde van een signaal van het Type 6. Als patchvellen niet goed geformatteerd worden, kan dit leiden tot het niet goed kunnen lezen van signaalpatronen, omdat alleen het eerste signaalpatroon gebruikt wordt dat door de camera of sensor gelezen wordt. Veel patchvellen bijvoorbeeld die voor scanners ontworpen worden die signalen lezen met fysieke patchlezersensoren (Kodak i800/i1800 serie scanners) hebben streepjes die doorlopen tot de randen van de pagina op meer dan één zijde. Hoewel dit goed werkt voor de Kodak i800/i1800 serie scanners, kan dit een probleem zijn bij het lezen van patchvellen, zoals deze, op de Kodak i5000 serie scanners. Als de pagina tijdens het scannen zodanig is verschoven dat de rechterrand van de pagina als eerste de camera passeert, zal de pagina worden gelezen als een signaal van het Type T in plaats van een signaal van het Type 3. A-61801_nl februari

7 Om de kans hierop te voorkomen, moet u de signaalpatronen zodanig aanbrengen dat slechts één streepjespatroon kan worden gelezen, zelfs wanneer het patchvel verschoven is. 6 A-61801_nl februari 2013

8 Details van het streepjespatroon Een signaal is een patroon van elkaar afwisselende evenwijdige zwarte strepen en spaties, afgedrukt op een document. Om te voorkomen dat andere documentgegevens als een signaal worden gezien, herkent de scanner alleen een correct gevormd streepjespatroon als een signaal. De breedte van de streepjes en de tussenliggende ruimtes vragen grote nauwkeurigheid om ervoor te zorgen dat de scanner het streepjespatroon herkent. De brede strepen dienen 5 mm breed + 0,25 mm te zijn. De smalle strepen dienen 2,03 mm breed + 0,25 mm te zijn. De maximale breedte van de signaalcode is 20 mm + 0,25 mm. De minimale totaallengte van de signaalstrepen is 50 mm. Signaalcodes Signaal 2 Signaal 2 Hiermee wijst u niveau 2 toe aan het huidige document. Specificaties van de signaalcode Zone Inches Millimeters A B C D E F G 0,19 0,27 0,35 0,43 0,51 0,59 0,79 0,21 0,29 0,37 0,45 0,53 0,61 0,81 4,83 6,86 8,89 10,92 12,95 14,99 20,01 5,33 7,37 9,40 11,43 13,46 15,49 20,57 Zone Inches Millimeters Signaal 3 Signaal 3 Hiermee wijst u niveau 3 toe aan het huidige document. A B C D E F G 0,19 0,27 0,35 0,43 0,63 0,71 0,79 0,21 0,29 0,37 0,45 0,65 0,73 0,81 4,83 6,86 8,89 10,92 16,00 18,03 20,07 5,33 7,37 9,40 11,43 16,51 18,54 20,57 Zone Inches Millimeters signaal T / Transfersignaal signaal T / Transfersignaal A B C D E F G 0,07 0,15 0,35 0,43 0,51 0,59 0,79 0,09 0,17 0,37 0,45 0,53 0,61 0,81 4,83 6,86 8,89 10,92 16,00 18,03 20,07 5,33 7,37 9,40 11,43 16,51 18,54 20,57 A-61801_nl februari

9 Signaalcodes Signaal 1 Signaal 1 Specificaties van de signaalcode Zone Inches Millimeters A B C D E F G 0,19 0,27 0,47 0,55 0,63 0,71 0,79 0,21 0,29 0,49 0,57 0,65 0,73 0,81 4,83 6,86 11,94 13,97 16,00 18,03 20,07 5,33 7,37 12,45 14,48 16,51 18,54 20,57 Zone Inches Millimeters signaal 4 / Schakelsignaal signaal 4 / Schakelsignaal A B C D E F G 0,07 0,15 0,35 0,43 0,63 0,71 0,79 0,09 0,17 0,37 0,45 0,65 0,73 0,81 1,78 3,81 8,89 10,92 16,00 18,03 20,07 2,29 4,32 9,40 11,43 16,51 18,54 20,57 Zone Inches Millimeters Signaal 6 Signaal 6 A B C D E F G 0,07 0,15 0,23 0,31 0,51 0,59 0,79 0,09 0,17 0,25 0,33 0,53 0,61 0,81 1,78 3,81 5,84 7,87 12,95 14,99 20,07 2,29 4,32 6,35 8,38 13,46 15,49 20,57 8 A-61801_nl februari 2013

10 Positioneren van de signaal Het horizontaal en verticaal plaatsen van de signaalcode is essentieel om het signaal goed te kunnen lezen. Als de signaalcode niet goed op het document geplaatst is, wordt het signaal mogelijk niet gelezen. Patches dienen te verschijnen met de strepen loodrecht op de eerste ingevoerde documentrand De ruimte tussen de signaalcode en andere informatie moet minstens 6 mm zijn. Patchcodes moeten op minstens 6 mm afstand van de linker- en rechterrand van het document blijven en moeten verschijnen op minstens 12,7 mm afstand van de eerste ingevoerde documentrand. Het gedeelte voor het lezen van signalen eindigt op 5 cm afstand van de eerste ingevoerde documentrand. Ten minste 1,9 cm van de signaalcode moet zich binnen het leesgedeelte bevinden. A-61801_nl februari

11 Details van het papier Kleur van het papier wit papier is de meest betrouwbare keuze voor het lezen van signaalcodes. Als u de patchvellen herkenbaarder wil maken voor de mensen die de documenten voorbereiden om te scannen, dan kunt u daarvoor heldere kleuren gebruiken. Papier in de kleur lichtgeel of een lichte pastelkleur dat minstens 65% van de lichtbron reflecteert, zou voldoende moeten zijn. Het gebruik van donker papier voor patchvellen kan leiden tot onbetrouwbare leesresultaten. Afdrukken de signaalstrepen moeten altijd in de kleur zwart worden afgedrukt. De zwarte strepen die afgedrukt zijn, moeten minder dan 20% van de lichtbron weerspiegelen. Voorkom het fotokopiëren van signalen. Kopieerapparaten hebben de neiging om de afmetingen van de zwarte strepen te vergroten en tegelijkertijd de witte tussenruimtes te verkleinen, waardoor de afdrukspecificaties worden gewijzigd. Afmeting van het papier de lengte en breedte van patchvellen moet minstens 139,7 mm zijn. Papiergewicht als u de patchvellen na het uitsorteren opnieuw wilt gebruiken, moet het gewicht van het papier voldoende zijn om goed in stapel #2 terecht te komen. Kijk voor meer informatie in het gedeelte "Aanbevolen papierspecificaties" in hoofdstuk 5 van de Gebruikershandleiding. 10 A-61801_nl februari 2013

12 Eastman Kodak Company 343 State Street Rochester, NY U.S.A Kodak, Alle rechten voorbehouden. TM: Kodak