Didactische structuren

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Didactische structuren"

Transcriptie

1 Didactische structuren TAALKNAP Debat Kinderen kunnen aangewezen worden het eens of oneens te zijn met de stelling, of kinderen mogen zelf bepalen of ze het eens of oneens zijn. Kinderen die het ermee eens zijn gaan naar de ene kant van het lokaal en kinderen die het oneens zijn gaan naar de andere kant. Dan worden er groepjes gevormd, gewoonlijk met twee kinderen die het met de stelling eens zijn en twee die het oneens zijn. In die groepjes gaan de kinderen over het onderwerp discussiëren. Als vervolg kunnen leerlingen een opstel schrijven over het onderwerp. Tweegesprek keer drie De leerkracht geeft een onderwerp. Kinderen wisselen drie keer over een onderwerp van gedachten, één keer met elk van hun groepje (in een groepje van vier). Door herhaaldelijk hun ideeën over hetzelfde onderwerp te bespreken scherpen ze hun eigen ideeën over het onderwerp aan. BreinStorm BreinStorm zorgt ervoor om snel ideeën op te roepen. Kinderen kunnen alleen, maar ook in tweetallen, een kleine of een grote groep breinstormen. De ideeën die in het hoofd opkomen, worden genoteerd. A-Z Breinstorm De kinderen schrijven letters A tot Z verticaal op de linkerkant van een blad. In elk groepje verzint de eerste leerling een woord of idee, over het thema of onderwerp, dat begint met de A. De volgende leerling verzint iets met de B. (is eveneens samenknap) Teken wat ik schrijf Kinderen tekenen een eenvoudig plaatje. Ze tekenen bijvoorbeeld een robot en maken alleen gebruik van geometrische figuren (zo kan je er ook rekenknap bij betrekken). Daarna schrijven de kinderen zo duidelijk mogelijk aanwijzingen voor een partner, zodat hun partner een identiek plaatje kan tekenen, zonder de tekening te zien. De kinderen wisselen hun beschrijvingen met elkaar. Ze proberen daarna aan de hand van de beschrijving de echte tekening na te tekenen. Als dit is gedaan vergelijken ze de tekeningen en bespreken ze hoe ze de aanwijzingen eventueel kunnen verbeteren. (is eveneens beeldknap) Varianten: Bouw wat ik schrijf: Constructie nabouwen met lego, blokken, Zoek wat ik schrijf: de kinderen moeten a.d.h.v. de beschrijving van hun partner een voorwerp terugvinden in de klas. Talenten in de kijker 1

2 Leerlogboek De leerlingen schrijven op wat ze geleerd hebben van een les, een werkstuk of een uitstap. (Dit kan aangevuld worden met tekeningen, zo spreek je ook de beeldknappe leerlingen aan). Lezen Er zijn veel vormen van lezen. De teksten kunnen van alles zijn: van boeken tot tijdschriften en kranten tot verpakkingen, gebruiksaanwijzing, Verschillende manieren van lezen: - stillezen - hardop lezen - tweepraatlezen (in tweetallen om de beurt lezen) - rondpraatlezen (in kleine groepjes wordt om de beurt gelezen) - voorlezen (leerkracht leest voor) - Een woordveld maken - Je eigen woordenschatboekje of woordenmapje maken - Lees- en luisterteksten vanuit verschillende leergebieden - Opzoeken in boeken, kranten of tijdschriften - Presenteren - Voordragen - Vertellen in de kring - Verslag, opstel en/of stappenplan schrijven - ICT-opdrachten: werken met Word, vertalen op het internet, - Trefwoorden noteren tijdens een luisteroefening - Scrabble en/of andere taalspelletjes - Vertelstoel, verteltafel, vertelkoffer, Talenten in de kijker 2

3 BEELDKNAP Mindmap Kinderen maken een visuele kaart van hun ideeën. De leerkracht geeft een onderwerp. De kinderen schrijven het woord in het midden van een vel papier. Rondom dit woord komen ideeën, verbanden, kleuren, pijlen en symbolen die gebruikt worden om het woord/onderwerp voor te stellen. Voordoen en demonstreren Kinderen die een mondelinge instructie niet begrijpen, begrijpen deze meestal onmiddellijk door als leerkracht de opdracht voor te doen of te demonstreren, begrijpen de kinderen meteen wat er van hen wordt verwacht. Ondersteuning van gebaren en afbeeldingen is dus belangrijk. Geleide voorstelling De kinderen doen hun ogen dicht en richten zich op het visualiseren van wat de leerkracht beschrijft. De leerkracht leest voor of beschrijft een gebeurtenis. De kinderen gaan met hun ogen dicht het voorstellen. Voorstellen-schrijven-rondpraat De leerkracht neemt de kinderen mee in het onderwerp. De kinderen doen hun ogen dicht en de leerkracht gaat vertellen. Bijvoorbeeld: Je bent in het Amazonegebied. Je stapt in het regenwoud uit de auto. Wat zie je? De leerkracht geeft de kinderen even de tijd om dit voor zich te zien. Daarna gaat de leerkracht weer verder. Hoe voelt dit? etc. Na deze voorstelling schrijven (of tekenen) de kinderen op wat zij hebben gezien. In kleine groepjes lezen (of vertellen) de kinderen elkaar voor wat ze op hebben geschreven/getekend. (als ze het neerschrijven is deze werkvorm eveneens voor taalknappe kinderen) Teken het! Het kan in een klein groepje of met de hele klas gedaan worden. Voorwerpen of gebeurtenissen die te maken hebben met het onderwerp worden op stukjes papier geschreven en ondersteboven op een stapel op de tafel gelegd. Een kind neemt een papiertje en leest het voor zichzelf zonder het aan iemand te laten zien. Hij tekent het voorwerp of de gebeurtenis en de groepsleden proberen te raden wat het is. Strips & Beeldverhalen De kinderen tekenen één of meerdere stripvakjes om een gebeurtenis, de stappen van een vraagstuk, de gebeurtenissen in een verhaal of een volgorde in tijd weer te geven. Bij deze werkvorm gebruiken de kinderen de plaatjes, gebruiken foto s, digitale clipart, of knippen plaatjes uit een tijdschrift om het verhaal te vertellen. Strips en beeldverhalen kunnen gecombineerd worden met taal, maar dit hoeft niet. (stimuleert eveneens de rekenknappe leerlingen door het afbeelden van een logische volgorde) Talenten in de kijker 3

4 - Een collage maken - Lees- en luisterteksten illustreren - Werken met foto- en beeldmateriaal - Leerstof associëren met beelden - Werken met kleuren, symbolen en andere visuele hulpmiddelen - Knutselen om te begrijpen hoe iets eruit ziet, hoe iets werkt - ICT-opdrachten: maak een PowerPoint, zoeken op het internet, - Pictionary MUZIEKKNAP Achtergrondmuziek Er zijn onderzoeken die suggereren dat door muziek stress afneemt, het leren en vasthouden van het geleerde verbetert. Verschillende soorten muziek kunnen gebruikt worden om de kinderen tot rust te laten komen, om een les of een dagdeel te starten, een werkstuk te verlevendigen, een stemming te creëren en uiteraard om kinderen energie te geven. Leerliedjes Tijdens leerliedjes houden kinderen zich bezig met het schrijven of uitvoeren van liedjes gebaseerd op de leerstof. Er blijft veel leerstof hangen met behulp van allerlei genres muziek, van biologie-raps, tot de spelling-rock. Een effectieve techniek om kinderen te leren hun eigen leerliedje te schrijven, is door ze eerst te laten breinstormen over ideeën, zinnen en woorden en daarna de zinnen op een populair wijsje te zetten. Lied voor twee stemmen De kinderen vormen een tweetal om samen een liedje te zingen. Sommige regels zijn aangeven met A andere met B en andere met AB. Een lied voor twee stemmen kan ook met de hele klas gezongen worden. De helft van de klas zingt de A regels, de andere helft de B regels en de hele klas zingt de AB regels. Teamkreet De kinderen werken in kleine groepjes om een teamkreet te maken over een bepaald onderwerp. Eerst bedenken de kinderen woorden en zinnen die met de leerstof te maken hebben. Dan verzinnen ze een ritme, waarbij de belangrijke woorden of zinnen benadrukt worden. Er kunnen bewegingen worden ingezet bij teamkreet om Talenten in de kijker 4

5 ook de intelligentie van beweegknap te stimuleren. - Leerstof ritmisch verwerken - Samen zingen en dansen - Musical om geschiedenis te leren - Songteksten om talen te leren - Patronen herkennen door noten te leren NATUURKNAP Rubriceren De kinderen of de leerkracht kunnen zelf een indeling bedenken en/of de voorwerpen die ingedeeld moeten worden. De kinderen krijgen de voorwerpen en een aantal kenmerken of een grafisch schema zoals een 2x2 matrix aangereikt. Kinderen werken alleen of in kleine groepjes om de voorwerpen te rubriceren. Wat je als leerkracht ook kunt doen is de kinderen zelf laten kiezen wat ze in categorieën gaan indelen en kiezen hun eigen indelingssysteem. Rubriceren werkt goed bij dieren, planten, stenen, wolken, etenswaar. Maar ook andere dingen kunnen in rubrieken onderverdeeld worden: woordenlijsten, plaatjes, vormen, getallen, vraagstukken, acties, muziek, auto s. Kijk-Schrijf-Gesprek Ieder groepje krijgt een voorwerp, bijvoorbeeld een bloem, tandenborstel of keukengerei. De kinderen krijgen twee minuten de tijd om het voorwerp te bekijken. Het doel is om ieder detail vast te leggen in hun geheugen. Daarna wordt het voorwerp weggehaald. De kinderen maken zo goed mogelijk een beschrijving van het voorwerp vanuit hun geheugen. Tenslotte gebruiken ze de beschrijvingen als een basis voor een bespreking van de kenmerken van het voorwerp. Na het gesprek kunnen de kinderen het voorwerp weer bekijken om te zien hoe nauwkeurig ze waren of wat ze gemist hebben. Kijk-Teken-TweePraat Kinderen bekijken een voorwerp, bijvoorbeeld een blaadje onder een vergrootglas, een cel onder een microscoop of een worm met het blote oog. Terwijl ze het voorwerp bestuderen tekenen de kinderen het. Dan komen twee kinderen die hetzelfde voorwerp hebben bestudeerd en getekend bij elkaar. Ze noemen om de beurt eigenschappen van het voorwerp. Tweetallen kunnen hun observaties vergelijken met een ander tweetal. (is eveneens beeldknap) Talenten in de kijker 5

6 Gelijk/Ongelijk Elk tweetal krijgt twee voorwerpen die in sommige opzichten gelijk zijn en in andere verschillend. Voorbeelden: mot en een vlinder, een roos en een madeliefje, een eikenblad en een plataanblad. De kinderen zitten zo dat ze elkaars voorwerp niet kunnen zien. De kinderen werken samen om alle overeenkomsten en alle verschillen tussen de twee voorwerpen te beschrijven en te noteren. Als de kinderen klaar zijn, vergelijken ze hun voorwerpen om te zien welke andere overeenkomsten en verschillen ze nog kunnen vinden. Gelijk/Ongelijk is een goede techniek om aandacht te leren schenken aan details en kan ook goed gebruikt worden op andere gebieden. Kinderen ontdekken wat overeenkomsten en verschillen zijn bij beschrijvingen, nieuwsberichten over dezelfde gebeurtenis, illustraties of schilderijen met hetzelfde onderwerp, paren van plaatjes met missende of veranderde elementen, of historische personen. - Ontdekken in de natuur - De natuur in de klas halen - Knutselen met natuurelementen - Leerstof associëren met dingen uit de natuur - Verzamelen, classificeren, groeperen, - Proefjes doen, experimenteren - Buiten leren SAMENKNAP Taakverdeling Bij taakverdeling specialiseert iedere kind zich in een specifiek deel van de te leren taak. De kinderen bestuderen hun deel van de informatie, komen weer als groep bij elkaar en leren hun groepsgenoten wat ze zelf hebben geleerd. Deze vorm van taakverdeling creëert een sterke onderlinge afhankelijkheid, omdat niemand het echt goed kan doen zonder de hulp van de anderen. Genummerde koppen bij elkaar De kinderen werken in een groep samen om de vragen van de leerkracht te beantwoorden. De leerkracht stelt een vraag. De vraag kan een weetvraag zijn of het kan een open vraag zijn die denken op hoger niveau vereist. Kinderen steken de koppen bij elkaar om de vraag te bespreken en te zorgen dat ze allemaal het antwoord weten. De leerkracht noemt een getal tussen 1 en 4 en wijst dan een groep aan. Het kind uit die groep met dat nummer geeft dan het antwoord van zijn groep. Talenten in de kijker 6

7 Respect Signaal De kinderen moeten elkaar positieve commentaar geven voordat ze kunnen bijdragen aan de taak of het gesprek: Ik vind het mooi hoe je dat geel hebt gebruikt om de naam beter te laten uitkomen. Ik ga nu oranje gebruiken om Praatkaartjes Ieder kind heeft één praatkaartje (blanco kaartje). De kinderen leggen hun praatkaartje in het midden van de tafel als ze gaan praten. Ze kunnen in willekeurige volgorde het woord nemen maar ze kunnen geen tweede keer praten totdat alle praatkaartjes in het midden liggen. Op deze manier krijgen alle kinderen een gelijke kans om zijn ideeën te uiten. Bordgesprek Een kind van het groepje gaat naar het bord om zijn groepsidee of antwoord op te schrijven. Verschillende kinderen kunnen tegelijkertijd schrijven, ieder uit een ander groepje. Als er een tweede idee bij een groepje ontstaat en het is nog door niemand opgeschreven, dan gaat een tweede kind van het groepje naar het bord om dat idee op te schrijven. Mix-Tweetal-Gesprek De kinderen lopen rond in het lokaal tot de docent een seintje geeft om een tweetal te vormen met een klasgenoot die het dichtste bij staat. In tweetallen bespreken de leerlingen dan een vraag. (variatie: bewegen op muziek. Als de muziek stopt, vormen de kinderen een tweetal = eveneens beweegknap) Knappe koppen quiz Kinderen breinstormen over een gegeven onderwerp en schrijven elk idee op een apart blaadje. Ze zetten hun initialen bij de ideeën waarvan ze denken dat ze deze aan hun groepsgenoten kunnen uitleggen. Kinderen ondervragen om de beurt de knappe koppen: degenen die hun initialen bij de ideeën hebben gezet. De knappe kop legt de ideeën uit terwijl een groepslid vragen stelt. Deze didactische structuur werkt goed bij het herhalen van leerstof, belangrijke begrippen, principes en formules. - Groepswerk - Coöperatieve werkvormen - Samen oefenen - Iets uitleggen aan een lagere klas - Babbelhoek of praatcafé Talenten in de kijker 7

8 - Educatieve spelen REKENKNAP Zoek mijn systeem De leerkracht geeft de groep een groot aantal dingen die ontstaan uit één denkwijze. De leerlingen moeten ontdekken wat die denkwijze is. Bv.: De leerkracht tekent twee kaders op het bord. Er worden verschillende items in deze kaders getekend of geschreven die gebaseerd zijn op een regel. De regel zou bijvoorbeeld even en oneven kunnen zijn; de oneven getallen worden in de ene kader geschreven, de even getallen in de andere kader. De taak van de klas is vervolgend om de regel te vinden. Zoek de valse Kinderen schrijven drie stellingen op een blaadje. Twee stellingen zijn waar, één stelling is een valse, dus een onjuiste stelling. De kinderen lezen om de beurt de stellingen voor. Nadat een kind dit heeft gedaan, proberen de andere kinderen erachter te komen welke van de drie vals is. Variant: waar of niet (klasgenoten of groepsleden proberen vast te stellen of één stelling waar of niet waar is). Tweevergelijk Kinderen werken in tweetallen en maken samen een lijst met ideeën. Hebben ze dit gedaan, dan komen twee tweetallen bij elkaar en vergelijken hun lijsten. Kinderen proberen bijvoorbeeld samen sommen te bedenken waarvan de uitkomst 28 is. Beiden schrijven om de beurt een nieuwe som op. Nadat deze lijst is gemaakt, vormen zij samen met een ander tweetal een groepje van vier. Hierbij vergelijken ze hun sommen, om te zien welke som alleen één van de twee tweetallen had opgeschreven. Hierna gaan de beide tweetallen samen meer sommen bedenken, die geen van beide tweetallen had gevonden. Op deze manier krijg je steeds meer antwoorden. (is eveneens samenknap) Blind op volgorde In een groep krijgt ieder kind een aantal kaartjes, vaak met alleen plaatjes van gebeurtenissen of fasen. De kinderen laten elkaar niet hun kaartjes zien. Ze moeten hun kaartjes beschrijven en als groep samenwerken om de volgorde van de kaartjes te bepalen en dat terwijl de kaartjes ondersteboven op de tafel liggen. Als ze klaar zijn draaien ze de kaartjes om en controleren de volgorde. Daarna bespreken ze hoe effectief ze waren in het bepalen van de volgorde en bedenken een aanpak om de volgorde te verbeteren. (is eveneens samenknap en taalknap) Talenten in de kijker 8

9 Deel bij deel Elk kind krijgt een kaartje met een aanwijzing erop. Deze aanwijzing is nodig om een groepsprobleem op te lossen. De kinderen moeten alles bij elkaar leggen om het probleem op te lossen. Om bijvoorbeeld de rangschikking van een ster, een cirkel, een vierkant en een driehoek te ontdekken, krijgt ieder kind een aanwijzing op een kaart: De cirkel ligt niet in het midden; De driehoek ligt aan een kant; De ster ligt links van het vierkant; Het vierkant ligt aan de rechterkant van de cirkel. Ieder kind in het groepje leest zijn kaart en beslist zelfstandig wat er uit die aanwijzing geconcludeerd kan worden. De kinderen beslissen of ze het hier allemaal mee eens zijn voordat de volgende zijn aanwijzing voorleest. Deel bij deel zorgt ervoor dat alle kinderen betrokken worden bij het oplossen van problemen. Wie ben ik? Kinderen proberen erachter te komen wie of wat ze zijn door rond te lopen en ja/nee vragen aan klasgenoten te stellen. (Een kaart wordt op hun rug geplakt) Ze mogen drie vragen per klasgenoot stellen, of een onbeperkt aantal vragen totdat er een nee antwoord wordt gegeven. Ze zoeken dan een nieuwe klasgenoot om vragen aan te stellen. Als het kind zijn identiteit heeft geraden, wordt hij een tipgever die aanwijzingen geeft aan de kinderen die hun identiteit nog niet hebben ontdekt. (is eveneens samenknap en taalknap) Variant: Hoe laat ben ik? De kinderen krijgen een papieren klok op hun rug gekleefd. Ze moeten raden hoe laat ze zijn. - Leerlingen een rekenkundig probleem geven dat ze moeten oplossen - Leerlingen meetkundige principes aan den lijve laten ondervinden - Bewegend tafels en sommen oefenen - Rekenen verwerken in techniekopdrachten - Structuur brengen in je werk - Afspraken en timing meegegeven aan de leerlingen - Werken aan de hand van een stappenplan - Correctiesleutel gebruiken - Coördinaten Talenten in de kijker 9

10 BEWEEGKNAP Acteren De kinderen kunnen begrippen, natuurverschijnselen, historische gebeurtenissen, verhalen en nog veel meer uitbeelden. Acteren kan plaatsvinden als een individuele voorstelling in kleine groepjes of als een volledig drama of toneelstuk. Rollenspel & Uitbeelden De kinderen krijgen inzicht in het leven van bepaalde personen en hun gedachtewereld als ze een rol spelen of die persoon uitbeelden. (Bv.: uitvinders, sportmensen, muzikanten, artiesten of personages uit een verhaal) Een rollenspelfeest is altijd een succes. Als de kinderen een rol uitbeelden, vaak verkleed, wisselen ze relevante informatie met anderen. Ze kunnen eventueel van tevoren een lijst met vragen maken om aan andere beroemdheden te stellen. Leren-door-doen Structuren * Experimenteel Leren: de kinderen experimenteren met materiaal. * Handelend Leren: de kinderen gaan met voorwerpen bouwen, ontdekken, spelen, in elkaar zetten, uit elkaar halen en manipuleren. Eens/oneens cirkel De groep staat in één grote cirkel. De leerkracht doet een uitspraak over een belangrijk thema zoals Euthanasie moet verboden worden. Kinderen bewegen om aan te geven of ze het eens of oneens zijn met die stelling. Als een kind het er helemaal mee eens is gaat hij dicht bij de leerkracht staan, als hij het oneens is blijft hij op de omtrek van de cirkel. Kinderen discussiëren met anderen die dicht bij hen staan over het onderwerp. In één oogopslag kunnen kinderen zien hoe anderen over het onderwerp denken. Na een aantal rondes over verschillende onderwerpen is het ook mogelijk dat kinderen zelf naar het midden komen en een stelling uiten. Dans & Beweging Deze werkvorm helpt de kinderen kennis te vergaren via het lichaam en begrippen van binnenuit te ontdekken. De kinderen kunnen hun eigen bewegingen verzinnen om gebeurtenissen, fenomenen en woorden te symboliseren. Dans & Beweging kan uitgevoerd worden met de vingers, handen, armen of het hele lichaam. Formatie De leerkracht geeft de klas of groepjes een opdracht, bijvoorbeeld: vorm de hoofdletter H, gebruik jullie lichamen om het zonnestelsel uit te beelden. Kinderen beslissen wie waar moet staan of bewegen om de opdracht uit te voeren. Je hebt elkaar nodig om de opdracht uit te voeren. (is eveneens samenknap) In De Rij De leerkracht geeft een opdracht, bijvoorbeeld: maak een rij op lengte, in de rij naar verjaardag, vorm een rij naar het aantal broertjes/zusjes. Moeilijkheidsgraad: Talenten in de kijker 10

11 zonder te praten! De kinderen moeten samenwerken om binnen de tijd op een goede rij te staan. Als de kinderen niet mogen praten, wordt het natuurlijk alweer moeilijker. De kinderen moeten dan een andere manier bedenken om duidelijk te maken wat zij bedoelen. (is eveneens samenknap) Zoek Iemand Die Kinderen krijgen een werkblad met vragen of problemen over bepaalde leerstof. De kinderen lopen rond en maken tweetallen. Zij stellen elkaar om de beurt een vraag van het werkblad. Als de ander het antwoord op de vraag weet, dan geeft hij het antwoord. Het kind die de vraag stelt, schrijft het antwoord op. Beiden zetten hun naam op elkaars werkblad naast de vraag om te bewijzen dat ze het goed hebben gedaan en het antwoord goed hebben opgeschreven. De kinderen lopen hierna weer door en vormen nieuwe tweetallen. Er wordt weer een nieuwe vraag gesteld. De kinderen helpen elkaar om problemen op te lossen. Binnen/Buiten Kring De klas wordt in tweeën gedeeld. De helft van de groep vormt de binnenste kring, de andere helft de buitenste kring. De kinderen in de binnenste kring staan met hun gezicht naar de kinderen in de buitenste kring. De leerkracht introduceert een onderwerp, stelt een vraag, of kinderen stellen elkaar vragen die op kaartjes staan. Als de kinderen die bij elkaar horen elkaars vragen hebben beantwoord of meningen hebben uitgewisseld, draait de kring één keer verder, zodat de kinderen een nieuw kind voor zich hebben staan. De leerkracht introduceert weer een nieuwe vraag of onderwerp. - Inlassen van bewegingstussendoortjes - Zorgen voor een relaxatiehoek - Actieve lessen voorzien waarin leerlingen kunnen doen - Voeldozen - Op stap gaan (Bv.: de kinderen effectief laten meten) - Ondersteunende bewegingen aanleren om de inhoud te memoriseren Talenten in de kijker 11

12 ZELFKNAP Denk-Tweetal-Vertel De leerkracht stelt een vraag en vraagt de leerlingen over hun antwoord na te denken. Na voldoende denktijd vormen de kinderen tweetallen om hun antwoorden te bespreken. Sommige kinderen worden uitgekozen om hun antwoord of dat van hun partner aan de groep te vertellen. (is eveneens samenknap) Teambewering De leerkracht geeft een onderwerp of een stelling. Kinderen denken minstens 20 seconden over dit onderwerp na en daarna bespreken ze met een ander kind wat zij denken dat een goede reactie is. Vervolgens schrijven de kinderen ieder voor zichzelf hun bewering op en vertellen het daarna aan hun groepsgenoten. Het groepje werkt daarna samen om een teambewering te formuleren die de essentie van alle afzonderlijke meningen omvat. De teambewering kan anders zijn dan alle afzonderlijke standpunten. Daarna delen de teams hun beweringen met elkaar. (is eveneens samenknap) Denktijd Een stilte van 3 tot 20 seconden waarin kinderen na kunnen denken over het antwoord. Voordat kinderen dit bespreken met de hele klas of in een tweetal, schrijven ze hun antwoord op. Denktijd geeft de kinderen de tijd hun gedachten te ordenen voordat ze die moeten bespreken of opschrijven. Een korte denktijd voor reflectie achteraf werkt ook goed. Kinderen denken over hun eigen gedachten, leren hun denken en actie beter richting te geven. Tweegesprek Op Tijd De kinderen bespreken een opgegeven onderwerp met een ander kind gedurende een bepaalde tijd, bijvoorbeeld een minuut. Daarna is het andere kind aan de beurt. Tweegesprek op tijd biedt ieder gelijke kansen om te spreken en zorgt ervoor dat alle kinderen actief meedoen. Omdat de kinderen niet onderbroken worden terwijl ze zich uiten, bereiken ze een dieper intrapersoonlijk (= zelfknap) niveau tijdens het praten, vooral als het onderwerp persoonlijk van aard is. Hoeken De leerkracht kondigt een onderwerp een en geeft de kinderen de keuze uit vier alternatieven. (Bv. seizoenen, vakantie, beroep, dier, regel van een gedicht, ) In de hoeken van het lokaal worden woorden of plaatjes opgehangen. De kinderen denken na over hun favoriete keuze en schrijven het op een velletje papier. Daarna gaan de kinderen naar de hoek van het lokaal die overeenkomt met hun keuze. In de hoeken bespreken de kinderen in tweetallen (of in groep) de redenen waarom ze dit hebben gekozen. Talenten in de kijker 12

13 Ik Ook Groepen De leerkracht stelt een vraag waarover de kinderen verschillende meningen kunnen hebben. Kinderen vormen groepen (max. 8 groepen) gebaseerd op hun gelijke keuze. In groepjes van twee of drie kinderen worden de overeenkomsten besproken. Later kunnen ze hun keuze met de klas bespreken of individueel met kinderen met een andere keuze. Door het gebruik van Ik Ook Groepen leren kinderen zichzelf beter kennen doordat ze hun voorkeuren onderzoeken en deze delen met anderen. - Jezelf evalueren - Zelfstandig werk - Werken in een stiltehoek - Verkleedhoek - Presentatie geven - Dagboek bijhouden - Persoonlijk portfolio - IK-doos - Filosoferen Talenten in de kijker 13

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren?

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren? Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren? w 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 1 X 2 X X 3 X X X 4 X X X X 5 X X X X X 6 X X X X X X 7 X X X X X X X 8 X X X X X X X X ö 1. D e n k e n D e

Nadere informatie

en een buitenkring. Voor de leerkracht Van groep 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 Stappen: Coöperatief leren

en een buitenkring. Voor de leerkracht Van groep 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 Stappen: Coöperatief leren Binnen en buitenkring - onderwerp bedenken - nadenken over de organisatie Interpersoonlijk: Klasbouwer, Sociale vaardigheden oefenen en informatie uitwisselen, denkvaardigheden De kring Binnen buiten kring

Nadere informatie

6. Meningsvorming. doel Kritisch denken voorbereiding op een gesprek over verschillende oplossingen/meningen/enzovoort.

6. Meningsvorming. doel Kritisch denken voorbereiding op een gesprek over verschillende oplossingen/meningen/enzovoort. 6.1 Plakker parade doel Kritisch denken voorbereiding op een gesprek over verschillende oplossingen/meningen/enzovoort. wanneer begin, kern of einde les(senserie) groepssamenstelling klassikaal duur 10-20

Nadere informatie

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS Lesidee: Wat is weg? Speel dit spel met een klein groepje. Leg steeds vijf tot acht kaarten open op tafel. Geef de cursisten even de tijd om alle foto s in

Nadere informatie

Structuren. Coöperatief leren

Structuren. Coöperatief leren Structuren Coöperatief leren Mix En Koppel 1. Leerlingen mixen (muziek) 2. Leerlingen zoeken een maatje, stellen een vraag die past bij de kaart. 3. Maatje antwoordt, lln. bedankt of coacht. 4. Wissel

Nadere informatie

Coöperatief leren Wat is coöperatief leren? Waarom is coöperatief leren belangrijk? Coöperatieve werkvormen

Coöperatief leren Wat is coöperatief leren? Waarom is coöperatief leren belangrijk? Coöperatieve werkvormen Coöperatief leren Wat is coöperatief leren? Coöperatief leren is een onderwijsleersituatie waarin de leerlingen in kleine groepen op een gestructureerde manier samenwerken aan een leertaak met een gezamenlijk

Nadere informatie

De golf spoelt op het strand. 1. golf 2. strand

De golf spoelt op het strand. 1. golf 2. strand Coöperatieve werkvormen voor spellingonderwijs Schud & pak : - Maak een stapel kaartjes met (werk)woorden in een ondersteunende zin De golf spoelt op het strand. 1. golf 2. strand - - Zet leerlingen in

Nadere informatie

Handleiding. Hoe ben jij knap? Voor groep 3/4

Handleiding. Hoe ben jij knap? Voor groep 3/4 Handleiding Hoe ben jij knap? Voor groep 3/4 1 Inleiding Met name wanneer je in de klas op verschillende niveaus werkt kan er ongewild competitie onder de leerlingen ontstaan. Vandaar dat het slim is het

Nadere informatie

Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten.

Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten. Werkvorm 1 Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten. Stap 2 Vervolgens formuleren ze vragen over wat ze

Nadere informatie

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter. WERKBOEK 3 Meetkundige begrippen Les 11 Dit kan ik al! Ik ken verschillende soorten lijnen. Ik weet wat een punt en een lijn is en kan die tekenen en noteren. Ik kan van een figuur zeggen of het een driehoek,

Nadere informatie

Overzicht van de coöperatieve werkvormen per leerjaar Tweede leerjaar

Overzicht van de coöperatieve werkvormen per leerjaar Tweede leerjaar Hoe maakt TALENT interactie mogelijk? In elke les van TALENT wordt coöperatief gewerkt. De leerlingen gaan samen aan de slag bij opdrachten, leggen elkaar zaken uit... Om het coöperatief leren haalbaar

Nadere informatie

BIJLAGE 5 ACTIVERENDE WERKVORMEN

BIJLAGE 5 ACTIVERENDE WERKVORMEN 15 BIJLAGE 5 ACTIVERENDE WERKVORMEN De zeventien activerende werkvormen uit Coöperatief leren in het basisonderwijs (CPS: M. Förrer, B. Kenter en S. Veenman). Voor een nadere uitwerking verwijzen we naar

Nadere informatie

Met Talenten aan de slag. Van theoretische basis tot concrete lespraktijk

Met Talenten aan de slag. Van theoretische basis tot concrete lespraktijk Met Talenten aan de slag Van theoretische basis tot concrete lespraktijk AN JACOBS SUPER MEGA KNAP VZW info@supermegaknap.be www.supermegaknap.be 0497/53.30.23 INTELLIGENTIE MEERVOUDIGE INTELLIGENTIE

Nadere informatie

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe. HOUT EN BOUW Activerende werkvormen? Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat we na 14 dagen gemiddeld slechts 10 % hebben onthouden van datgene wat we gelezen hebben en 20 % van wat we hebben gehoord.

Nadere informatie

Meervoudige intelligentie test

Meervoudige intelligentie test Meervoudige intelligentie test Hieronder zie je een meervoudige intelligentie test (Gardner). In totaal beantwoord je 64 stellingen in met of jij vindt dat die stelling bij jou past. Er zijn geen goede

Nadere informatie

Wat is Kraak kracht? Kraak kracht

Wat is Kraak kracht? Kraak kracht Wat is? Met de kaarten van Kraak Kracht evalueert u Kraak de Klas. U gaat door middel van de vragen die op de kaarten staan in gesprek met de leerlingen over de vaardigheden die ze hebben gebruikt. U kunt

Nadere informatie

Leerdoel: De leerlingen oefenen met herkennen van symmetrie van verschillende vormen.

Leerdoel: De leerlingen oefenen met herkennen van symmetrie van verschillende vormen. Meetkunde Symmetrie Leerjaar 5 Tijdsduur: Voorbereiding: 10 minuten Uitvoering: 15 minuten Leerdoel: De leerlingen oefenen met herkennen van symmetrie van verschillende vormen. Benodigdheden: Kopieerblad

Nadere informatie

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe?

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe? Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe? Deze opdracht doe je alleen, in tweetallen of in een Maak een woordveld bij de tekst. Je mag

Nadere informatie

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend

Nadere informatie

Bloom. Taxonomie van. in de praktijk

Bloom. Taxonomie van. in de praktijk Bloom Taxonomie van in de praktijk De taxonomie van Bloom kan worden toegepast als praktisch hulpmiddel bij het differentiëren in denken en doen. Het helpt je om in je vraagstelling een plaats te geven

Nadere informatie

Dalton (samenwerking/ samenwerkend leren) en Coöperatief leren

Dalton (samenwerking/ samenwerkend leren) en Coöperatief leren Dalton (samenwerking/ samenwerkend leren) en Coöperatief leren Vijf basiskenmerken van coöperatief leren: 1. Positieve wederzijdse verantwoordelijkheid. De leerlingen moeten het gevoel hebben elkaar nodig

Nadere informatie

Hoe ben jij KNAP??? >> Doe nu de test! Ga naar de 'Vragenlijst' Howard Gardner

Hoe ben jij KNAP??? >> Doe nu de test! Ga naar de 'Vragenlijst' Howard Gardner Hoe ben jij KNAP??? Je zou talent kunnen omschrijven als ergens heel goed in zijn. Elk mens heeft zo z n eigen talenten. Zelfs de grootste luilak die heeft namelijk een slaaptalent en een lui op de bank

Nadere informatie

Taxonomie van. Bloom in de praktijk van de kleuterklas

Taxonomie van. Bloom in de praktijk van de kleuterklas Taxonomie van Bloom in de praktijk van de kleuterklas De taxonomie van Bloom kan worden toegepast als praktisch hulpmiddel bij de ontwikkeling van lesmateriaal en activiteiten. Het model gaat ervan uit

Nadere informatie

Werkwijzer Verslagkring:

Werkwijzer Verslagkring: Werkwijzer Verslagkring: 1. Je maakt een tweetal. 2. Met zijn tweeën kies je een onderwerp, waarin jullie je willen verdiepen en waarover jullie meer willen weten. 3. Samen ga je op zoek naar informatie

Nadere informatie

Leerlingen leren hoe ze zelf (zonder hulp van de leerkracht) conflicten constructief kunnen oplossen.

Leerlingen leren hoe ze zelf (zonder hulp van de leerkracht) conflicten constructief kunnen oplossen. Les 12 Drie petjes Doel blok 2: Leskern: Woordenschat: Materialen: Leerlingen leren hoe ze zelf (zonder hulp van de leerkracht) conflicten constructief kunnen oplossen. Met behulp van Aap en Tijger maken

Nadere informatie

Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox. Handleiding Leerkrachten. De materialen in de BloomBox -

Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox. Handleiding Leerkrachten. De materialen in de BloomBox - Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox Handleiding Leerkrachten De materialen in de BloomBox - Maken leerlingen vaardig in het stellen van hogere orde denkvragen Zijn speels van opzet en nodigen uit

Nadere informatie

VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID

VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID VOLLEDIGE INSTRUCTIES LEESVAARDIGHEID Maak een mindmap of schema van een tekst ga je dan doen? Naar aanleiding van een titel, ondertitel, plaatjes en of de bron van de tekst ga je eerst individueel (en

Nadere informatie

1. Denken-delen-uitwisselen

1. Denken-delen-uitwisselen Vijf basiswerkvormen voor activerend leren 1. Denken-delen-uitwisselen 2. Check-in-duo s 3. Genummerde-hoofden-tezamen 4. Experts 5. Drie-stappen-interview 1. Denken-delen-uitwisselen - De docent stelt

Nadere informatie

Les 17 Zo zeg je dat (niet)

Les 17 Zo zeg je dat (niet) Blok 3 We hebben oor voor elkaar les 17 Les 17 Zo zeg je dat (niet) Doel blok 3: Leskern: Woordenschat: Materialen: Leerlingen leren belangrijke communicatieve vaardigheden, zoals verplaatsen in het gezichtspunt

Nadere informatie

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen Titel Eerlijk verdelen 2 Groep / niveau Groep 5/6 Leerstofaspecten Benodigdheden Organisatie Bedoeling Voorwaardelijke vaardigheden Lesactiviteit Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen

Nadere informatie

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8 MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8 Inleiding In groep 7 of 8 komen leerlingen vaak voor de tweede keer met hun klas naar het van Abbemuseum. Bij het eerste bezoek, in groep 5 of 6, hebben ze

Nadere informatie

WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang

WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteits zijn te vinden op www.taalpilots.nl en www.rekenpilots.nl. De rubriek

Nadere informatie

Onderbouw, groep 1 & 2

Onderbouw, groep 1 & 2 Onderbouw, groep 1 & 2 Vooral kleutergroepen zijn gewend om spelenderwijs te leren. Veel werkvormen van coöperatief leren kunnen in spelvorm aangeboden worden. De kinderen leren daar veel van; ze zijn

Nadere informatie

Hoe kunnen we WAT ACTIE zodat IETS VERANDERT

Hoe kunnen we WAT ACTIE zodat IETS VERANDERT Anouk Nooteboom Hand-out Cultuurhelden Delft Werkvormen creatief proces & passende vragen In dit document zijn een aantal werkvormen te vinden die toe te passen zijn binnen het creatief proces. Bij de

Nadere informatie

9. Schrijfopdrachten

9. Schrijfopdrachten 9.1 Poëzie doel Creatief schrijven activeren voorkennis toepassen kennis wanneer n.v.t. groepssamenstelling individueel duur 20 minuten De leerkracht geeft leerlingen een begrip, apparaat, mening, enzovoort.

Nadere informatie

augustus 2012 Kwaliteitskaart Coöperatief leren

augustus 2012 Kwaliteitskaart Coöperatief leren augustus 2012 Kwaliteitskaart Coöperatief leren Coöperatief leren WEB P a g i n a [ 2 ] 1. Inleiding Samenwerken is een belangrijke vaardigheid die leerlingen nodig hebben om goed te kunnen functioneren

Nadere informatie

DENKEN DELEN UITWISSELEN (5 min.)

DENKEN DELEN UITWISSELEN (5 min.) DENKEN DELEN UITWISSELEN (5 min.) 1. De leerkracht geeft een opdracht/vraag. 2. De kinderen denken individueel (1-2 minuten) na en schrijven hun antwoord op. 3. De kinderen delen in tweetallen hun antwoord.

Nadere informatie

Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt.

Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt. Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt. Om het overzichtelijk te maken, hebben we onder elk onderdeel een afvinklijstje

Nadere informatie

Meervoudige intelligentie. Andrea Rutjes Pernel Remmers Suzanne van Gaalen. Werkvormen per intelligentie. Door:

Meervoudige intelligentie. Andrea Rutjes Pernel Remmers Suzanne van Gaalen. Werkvormen per intelligentie. Door: Meervoudige intelligentie Werkvormen per intelligentie Door: Andrea Rutjes Pernel Remmers Suzanne van Gaalen In het kader van de opleiding voor het Dalton-certificaat. Arnhem, januari 2004. 1 WERKVORMEN

Nadere informatie

Groep 1-3 - "Nog 100 nachtjes slapen" (prentenboek)

Groep 1-3 - Nog 100 nachtjes slapen (prentenboek) Groep 1-3 - "Nog 100 nachtjes slapen" (prentenboek) Inleiding Introductie "Nog 100 nachtjes slapen" Bewegingsspel 5 minuten Kring Benodigdheden: Prentenboek "Nog 100 nachtjes slapen" Deze dramales beweging

Nadere informatie

Coöperatief leren (CLS) Volgens Dr. Spencer Kagan Verwerkt door Peter Steurs en Natascha Vansteelant

Coöperatief leren (CLS) Volgens Dr. Spencer Kagan Verwerkt door Peter Steurs en Natascha Vansteelant Coöperatief leren (CLS) Volgens Dr. Spencer Kagan Verwerkt door Peter Steurs en Natascha Vansteelant 7 Sleutels tot succes Sleutel 1: Didactische structuren Sleutel 2: Teams Sleutel 3: Management Sleutel

Nadere informatie

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen 1 Basisstof t/m 10 Lesdoelen De kinderen: kunnen hoeveelheden t/m ; kunnen een optelsom met voorwerpen t/m in de abstracte vorm noteren; kunnen werken met de rekentekens en. Materialen Klassikaal: Per

Nadere informatie

Beoordeling power-point groep 5

Beoordeling power-point groep 5 Beoordeling power-point groep 5 Leerkracht: Leerling: Onderdeel 2 4 6 8 10 Opmerkingen Titeldia: Duidelijke titel met onderwerp/naam/groep Inhoudsopgave: Puntsgewijs wat ga je behandelen. Plaatjes: Functioneel

Nadere informatie

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke Spinners Een nieuwe rage: spinners! Heb jij ze al gespot in jouw klas? Vervelend, al dat speelgoed op school, of handig! spinners in de klas, daar kun je leuke, leerzame activiteiten mee doen! Wij bedachten

Nadere informatie

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is.

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is. U UNPLUGGED Liedjes schrijven Lestijd: 20 minuten Deze basisles omvat alleen oefeningen. Er kunnen inleidende en afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd

Nadere informatie

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1 Versie 1 Datum: 11 juni 2011 Cursus: Docent: Taal in alle vakken Radha Gangaram Panday Door: Mario Hummeling, 1597628 Shafi Ilahibaks, 1540943 Cyril Bouwman, 1581806 Herman Hofmeijer, 1058201 Nico van

Nadere informatie

5. Klassen-of groepsgesprek

5. Klassen-of groepsgesprek 5.1 Beurten verdelen: Rondje doel Iedereen aan het woord laten over een onderwerp tijdens een gesprek wanneer n.v.t. groepssamenstelling klassikaal, groepjes duur 30 minuten voorbereiding: - Tijdens een

Nadere informatie

HANDLEIDING TALENTENQUIZ

HANDLEIDING TALENTENQUIZ HANDLEIDING TALENTENQUIZ STAPPENPLAN TALENTENQUIZ 1. Download alle nodige bestanden van de talentenquiz kleur bekennen met kinderen op de studentenpagina bij de pagina voor de coördinator bedenk & doe

Nadere informatie

Les Dieren met een baan, thema vermaak

Les Dieren met een baan, thema vermaak Les Dieren met een baan, thema vermaak Lesvoorbereidingsformulier Doelgroep: groep 6 Beginsituatie: Wat kunnen en kennen de leerlingen al m.b.t. de doelstelling? Kijk in de methode, praat met je mentor,

Nadere informatie

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID Beleid is alleen nodig als je iets gaat veranderen. INLEIDING Het beleid van een organisatie bepaalt hoe je moet werken en wat de bestuurders belangrijk vinden. Dat beleid

Nadere informatie

12. Leerstof samenvatten

12. Leerstof samenvatten 12.1 Samenvatten van tekst(gedeelt)en doel Hoofdzaken uit een tekst halen en samenvatten in steekwoorden wanneer kern les(senserie) groepssamenstelling individueel, tweetallen voorbereiding: - De leerling

Nadere informatie

Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen?

Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen? Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen? In groep 5-6 nemen kinderen steeds vaker werk mee naar huis. Vaak vinden kinderen het leuk om thuis aan schooldingen

Nadere informatie

Werkvormen Vooraf aan EduMedia

Werkvormen Vooraf aan EduMedia Werkvormen Vooraf aan EduMedia 0 Deze inspiratiekaartjes bevatten werkvormen voorafgaand aan EduMedia te gebruiken 0 Doelen zijn: 0 Voorkennis te activeren 0 Het leereffect te vergroten 0 21st century

Nadere informatie

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 R.K. Basisschool De Vlinder RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 GOEDE STUDIEGEWOONTEN Bij goed studeren (leren) of huiswerk maken

Nadere informatie

De ontwikkelde materialen per unit.

De ontwikkelde materialen per unit. Handleiding. Dit is de handleiding voor het remediërende programma voor de leeszwakke leerling bij het vak Engels. De hulpmiddelen zijn ontwikkeld voor leerlingen die bij de toetsen technisch lezen uitvallen

Nadere informatie

Werkvorm 1: "Je laatste Whatsapp, Sms, Ping of Tweet"

Werkvorm 1: Je laatste Whatsapp, Sms, Ping of Tweet Werkvorm 1: "Je laatste Whatsapp, Sms, Ping of Tweet" Doel: Leerlingen komen in gesprek over hun persoonlijke leefwereld Vanaf A2/ F1 Vertel je gesprekspartner gedurende een /twee minuten over je laatste

Nadere informatie

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument.

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument. spel melodie grafisch notatie Groep Groep 5/6 en 7/8 afhankelijk van niveau Eindproduct De kinderen maken in groepjes van 2 x 2 een samenspel van hun eigen melodieimprovisatie Onderdeel O Zingen X Muziek

Nadere informatie

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Blooms taxonomie Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Evalueren Evalueren = de vaardigheid om de waarde van iets (literatuur, onderzoeksrapport, presentatie etc) te kunnen beoordelen

Nadere informatie

in een rekenles & in een taalles Art de Co www.artdc.be

in een rekenles & in een taalles Art de Co www.artdc.be in een rekenles & in een taalles M.I. Zeg niet Hoe knap ben je? maar Hoe ben je knap? 2 Praktisch verloop Korte sessie Actieve werkvormen en korte vertelmomenten Ontwikkelen van een werkkader Hand-outs

Nadere informatie

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren 1. Inleiding Een mobiele telefoon; niet meer weg te denken uit de broekzak van elke scholier. In deze opdracht kijken de leerlingen naar een

Nadere informatie

Het houden van een spreekbeurt

Het houden van een spreekbeurt Het houden van een spreekbeurt In deze handleiding staan tips over hoe je een spreekbeurt kunt houden. Waar moet je op letten? Wat moet je wel doen? En wat moet je juist niet doen? We hopen dat je wat

Nadere informatie

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Groep 8 Les 1. Boeven in beeld Les 1. Boeven in beeld Nationaal Gevangenismuseum Groep 8 120 minuten Samenvatting van de les De les begint met een klassikaal

Nadere informatie

Reis naar andere hemellichamen

Reis naar andere hemellichamen Reis naar andere hemellichamen GROEP 5-6 44 80 minuten 1, 5, 6, 8, 23, 54 en 55 De leerling: weet welke planeten manen hebben weet welke planeten ringen hebben weet welke kleur de verschillende planeten

Nadere informatie

TULE inhouden & activiteiten Oriëntatie op jezelf en de wereld - natuur en techniek. Kerndoel 46. Toelichting en verantwoording

TULE inhouden & activiteiten Oriëntatie op jezelf en de wereld - natuur en techniek. Kerndoel 46. Toelichting en verantwoording TULE - ORIËNTATIE OP JEZELF EN DE WERELD KERNDOEL 46 162 TULE inhouden & activiteiten Oriëntatie op jezelf en de wereld - natuur en techniek Kerndoel 46 De leerlingen leren dat de positie van de aarde

Nadere informatie

Winkelen in het bos?

Winkelen in het bos? Winkelen in het bos? Natuur, tweede graad Doelstellingen Kinderen ervaren dat het bos uit verschillende delen en bewoners bestaat. Kinderen ontdekken verbanden tussen alle delen en bewoners van het bos.

Nadere informatie

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen? werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen? Noteer ook 2 reservekeuzen: 1. 2. 1. Wat weet je al van dit beroep? Schrijf het

Nadere informatie

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity Basisonderwijs Versie 22 mei 2018 INHOUD Inleiding... 2 Tijdsverloop... 2 Quiz: Waar gaat de gemeente over?... 3 Filmpje Hoe werkt de gemeenteraad?... 6 Wie is de baas in de gemeente?... 7 Van probleem

Nadere informatie

Zeg niet hoe knap ben je? maar hoe ben je knap?

Zeg niet hoe knap ben je? maar hoe ben je knap? Matchen met MI Zeg niet hoe knap ben je? maar hoe ben je knap? www.artdc.be 2 Saskia Vandeputte Trainer Art de Co ( 2006): 2 sporen Innovatieve onderwijstechnieken Energizers, Lord of The kring, Meervoudige

Nadere informatie

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard.

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard. Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard. Doel: Eén van jullie groep gaat opschrijven wat jullie al weten over De Tweede Wereldoorlog (bekend). Daarna schrijven jullie op wat jullie graag willen weten over

Nadere informatie

Discussiëren Kun Je Leren:

Discussiëren Kun Je Leren: Chantal Deken Discussiëren Kun Je Leren: discussielessen voor groep 3 t/m 8; sluit aan bij referentieniveaus Mondelinge taal; versterkt 21 e -eeuwvaardigheden als communiceren en samenwerken; compleet

Nadere informatie

Workshop Coöperatief leren voor beginners

Workshop Coöperatief leren voor beginners Workshop Coöperatief leren voor beginners Onderwijsdag Scholengroep Holland Maandag 1 april 2019 Presentatie: Cissy van Eede Doelen voor de workshop Je hebt kennis gemaakt met: De uitgangspunten voor het

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum

Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum Inhoud handleiding: - Wat ga je doen bij het muzieum - Huisregels - Media opdrachten - Doe opdrachten Wat ga je doen bij het muzieum? De donkerbeleving (hoofdonderdeel)

Nadere informatie

Leerlingen leren hoe ze ruzies constructief kunnen oplossen. Leerlingen leren hoe ze het na een ruzie weer goed kunnen maken

Leerlingen leren hoe ze ruzies constructief kunnen oplossen. Leerlingen leren hoe ze het na een ruzie weer goed kunnen maken Les 13 We maken het weer goed! Doel blok 2: Leerlingen leren hoe ze ruzies constructief kunnen oplossen. Leskern: Leerlingen leren hoe ze het na een ruzie weer goed kunnen maken Woordenschat: goedmaken,

Nadere informatie

Spellen bij kern 3 Spel 1: Schrijven op je rug Spel 2: Winkeltje spelen Spel 3: Lezen voor het slapen gaan Spel 4: Blijven voorlezen

Spellen bij kern 3 Spel 1: Schrijven op je rug Spel 2: Winkeltje spelen Spel 3: Lezen voor het slapen gaan Spel 4: Blijven voorlezen Spellen bij kern 3 Spel 1: Schrijven op je rug Kinderen hebben in kern 1, 2 en 3 al veel woorden geleerd. Het is een leuk spel om de letters van die woorden op de rug van uw kind te schrijven en het kind

Nadere informatie

1. LEZEN Inleiding: doel en structuur Gebaren lezen

1. LEZEN Inleiding: doel en structuur Gebaren lezen 1. LEZEN Inleiding: doel en structuur De doorloopklok wordt gezet, zodat de leerlingen weten tot wanneer er wordt gewerkt. De leerkracht vertelt welke lesonderdelen aan bod zullen komen en vertelt ook

Nadere informatie

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave

Nadere informatie

Oefenen met breuken. Circuitles voor groep 6

Oefenen met breuken. Circuitles voor groep 6 Oefenen met breuken. Circuitles voor groep 6 Circuit met verschillende hoeken. Hierbij meerder intellegenties aanspreken. De kinderen wel in vele hoeken laten komen, zodat ze op verschillende manieren

Nadere informatie

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven?

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven? Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven? Teken een beeldtafel. Kijk naar het voorbeeld en gebruik je eigen fantasie.

Nadere informatie

(Vak)teksten lezen in vmbo - mbo - Handleiding

(Vak)teksten lezen in vmbo - mbo - Handleiding (Vak)teksten lezen in vmbo - mbo - Handleiding Aan de slag met lezen in beroepsgerichte vakken Voor de verbetering van leesvaardigheid is het belangrijk dat leerlingen regelmatig en veel lezen. Hoe krijg

Nadere informatie

INTERACTIEVE WERKVORMEN IN DE WISKUNDELES

INTERACTIEVE WERKVORMEN IN DE WISKUNDELES INTERACTIEVE WERKVORMEN IN DE WISKUNDELES WAAROM DEZE BIJSCHOLING? DE LEERDRIEHOEK Luisteren 5 tot 8% Lezen 11% Zien / horen (avm) 22% Leerkracht: docent Leerkracht: mediator Zien / horen (demo) 32% Erover

Nadere informatie

Uitleg bij de spellingskaartjes.

Uitleg bij de spellingskaartjes. Uitleg bij de spellingskaartjes. 1. De BLAUWE kaartjes zijn bedoeld om alleen te oefen met de spellingskaartjes 2. Met de Paarse kaartjes mag je met zijn tweeën oefenen met de spellingskaartjes 3. De Groene

Nadere informatie

Werkblad. LES 9: Ouders. GROEP 5-6. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Werkblad. LES 9: Ouders.  GROEP 5-6. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen. Werkblad Bijlage 1 Rood actief inspannen/ sporten Oranje middelmatig inspannen Rust Werkblad, vervolg Bijlage 2 Deze pagina zal vaker uitgeprint moeten worden om een beweegdagboek voor de hele week te

Nadere informatie

wwww.wijzeroverdebasisschool.nl

wwww.wijzeroverdebasisschool.nl 31 spelletjes voor in de auto 1. Bingo met nummerborden Voor dit spelletje heb je een speciale bingokaart nodig. Op de bingokaart staan de getallen t/m 100. voor de getallen t/m 9 staat een 0. Nu kan het

Nadere informatie

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo Bespreek met vakdocenten mogelijkheden om leerlingen in de vaklessen feedback over zichzelf te laten vergaren. Deel Vaardigheid:

Nadere informatie

Hoe bereid ik een spreekbeurt voor?

Hoe bereid ik een spreekbeurt voor? Hoe bereid ik een spreekbeurt voor? Het maken van een spreekbeurt is eigenlijk niets anders dan het schrijven van een informatieve tekst (weettekst). Het is daarom handig om net zo te werk te gaan als

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN Hotel Hallo - Thema 2 Hallo opdrachten TELEVISIE KIJKEN 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer

Nadere informatie

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën: > Categorieën De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën: 1 > Poten, vleugels, vinnen 2 > Leren en werken 3 > Aarde, water,

Nadere informatie

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren Taxonomie van Bloom (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren Ontwerpen, maken, plannen, produceren, uitvinden, bouwen 5. Evalueren Motiveren

Nadere informatie

Nederlands in Uitvoering

Nederlands in Uitvoering Nederlands in Uitvoering Leerjaar 1 Sport & spel Een mondelinge instructie begrijpen Algemene modulegegevens Leerjaar: 1 Taaltaak: Een mondelinge instructie begrijpen Thema: Sport & spel Leerstijlvariant:

Nadere informatie

Het geluidenvierkant. De menselijke xylofoon

Het geluidenvierkant. De menselijke xylofoon Het geluidenvierkant De leerkracht tekent op het bord een groot vierkant. Dit wordt vervolgens in een aantal hokjes verdeeld. In samenspraak met de kinderen verschijnt in ieder hokje een tekening van iets

Nadere informatie

PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN

PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN PAGINA 2 PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN HANDLEIDING VOOR DE SPELLEIDER PAGINA 2 PLEINGEIN Het SAT is het team van kinderen waarmee jullie gaan samenwerken om een Gezond Schoolplein

Nadere informatie

WIJ BESLISSEN MEE: KINDEREN EN INSPRAAK

WIJ BESLISSEN MEE: KINDEREN EN INSPRAAK WIJ BESLISSEN MEE: KINDEREN EN INSPRAAK VOORBESPREKING Een kinderreglement Kinderen laten nadenken over de rechten van het kind. Verzamel samen met de kinderen materiaal uit de media waarin kinderen betrokken

Nadere informatie

Beschrijving: De knuffels op verschillende lichaamsdelen houden. Bijvoorbeeld op je hoofd, op de buik, op de voet

Beschrijving: De knuffels op verschillende lichaamsdelen houden. Bijvoorbeeld op je hoofd, op de buik, op de voet Babygroepen Beweegknap 1. Bewegen met knuffel Beschrijving: De knuffels op verschillende lichaamsdelen houden. Bijvoorbeeld op je hoofd, op de buik, op de voet 2. Dansen en dan knuffelen Beschrijving:

Nadere informatie

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is.

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is. U UNPLUGGED Functie Bovenbouw: Liedjes schrijven met parameters Lestijd: 20 minuten Deze basisles omvat alleen oefeningen. Er kunnen inleidende en afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het

Nadere informatie

Naam:. Namen groepsleden:... Begeleider:

Naam:. Namen groepsleden:... Begeleider: Naam:. Klas: Namen groepsleden:........ Begeleider: 1 Inleiding In deze projectweek ga je onderzoek doen. Dit onderzoek is ter voorbereiding op het sectorwerkstuk in de vierde klas. Dit boekje is jouw

Nadere informatie

Leren als een expert!

Leren als een expert! Leren als een expert! Welk vak vind jij lastig? Wiskunde, of juist Frans? Ken je iemand die heel goed is in dat vak? En heb je wel eens aan diegene gevraagd hoe hij/zij voor dat vak leert? Als je dat weet,

Nadere informatie

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Voor jezelf? Les 1 Welkom! Voor jezelf? Les 1 Welkom! Welkom! Dit is de cursus Voor jezelf? Wil je voor jezelf beginnen? Droom je ervan een eigen bedrijfje te starten? Zou je dit ook kunnen? In deze cursus ga je dit onderzoeken.

Nadere informatie