landbouw-service MAGAZINE Juli - Augustus - September 2014 dubbele hark met middenafleg Mitas, tien jaar productie van Continental landbouwbanden

Transcriptie

1 landbouw-service MAGAZINE Juli - Augustus - September 2014 AFZENDER: Landbouw-Service vzw, Gasthuisstraat 31 b2, 1000 Brussel, nummer 3 (driemaandelijks), afgiftekantoor Brussel X P Crop-Sensor Claas Isaria dubbele hark met middenafleg Hibiscus 715CD Mitas, tien jaar productie van Continental landbouwbanden

2 NU KORTING OP UW RTK-PACK!* PUMA AFS ACCUGUIDE. PRECISIE WAAR ONZE CONCURRENTIE ALLEEN MAAR VAN KAN DROMEN. De AFS AccuGuide op de Puma is het meest nauwkeurige geleidingssysteem dat is getest door DLG**. Dit komt doordat onze tractoren nauwkeurig zijn afgestemd op de AFS-technologie. Hierdoor is de AFS AccuGuide 29% nauwkeuriger. Het is een satellietgestuurd geleidingssysteem dat u helpt bij het zaaien, cultiveren, spuiten of verspreiden van meststoffen tot 3 cm nauwkeurig tussen verschillende passages dankzij de RTKtechnologie. Dit verhoogt de productiviteit door de kosten te verlagen, tijd en geld te besparen en vermoeidheid van de bestuurder te verminderen. De intelligente Puma, toonaangevende technologie. * Actie geldig op Puma CVX en Maxxum CVX van 1 juni 2014 tot 30 september 2014 (op nieuwe bestellingen) vb. Puma CVX 200: RTK Completion pack (incl. AFS 700 scherm / AGR ready / RTK Unlock code en modem) min = excl. BTW ** 4,2 cm gemiddelde nauwkeurigheid van de machine / 29% nauwkeuriger dan het gemiddelde van alle uitgevoerde tests. PUMA. FARM SMART

3 VOORWOORD GGeachte Collega, De nieuwe reglementeringen vliegen rond onze oren. Alles is begonnen met een aantal transporteurs die dachten dat een tractor met aanhangwagen een bedreiging vormde voor de transportsector. Niets is minder waar. Ook die transporteurs waren vrij om tractoren aan te kopen en zo te genieten van de voordelen om te rijden met deze voertuigen. De Minister van Mobiliteit heeft wel geluisterd naar de transportsector. Vorig jaar kwam dan het Koninklijk Besluit voor de nummerplaten. Het kwam er op neer dat iedereen die een vergunning energieproducten en elektriciteit (contingentnummer) heeft, ook een rode landbouwnummerplaat moet aanvragen voor zijn tractoren. Toch was de reglementering die hij uitvaardigde een slag in het water omdat het niet afgestemd was met de Minister van Financiën. De uiteindelijke bedoeling was: rode nummerplaat = rode diesel en witte nummerplaat = witte diesel. Uiteindelijk heeft het dieselgebruik niets te maken met nummerplaten maar wel met het gebruik van de voertuigen. De accijnsreglementering is gekoppeld aan de technische keuring van de voertuigen. Daarom volgde eerder dit jaar het Koninklijk Besluit voor de technische periodieke keuring voor de landbouwtractoren. Voor die tractoren die puur en alleen ingezet worden voor landbouwwerken verandert er niets. Tractoren die ook andere activiteiten bijdoen, zoals grondverzet of vervoer, deze zijn wel onderhevig aan periodieke technische keuring. Concreet betekent dit dat vanaf 1 mei 2014, als gevolg van de inwerkingtreding van het Koninklijk Besluit over de periodieke keuring, meerdere fiscale situaties inzake het gebruik van motorbrandstof door de landen bosbouwtractoren zich kunnen voordoen. Speciaal voor onze sector werd een regeling dubbel gebruik in het leven geroepen. Als landbouwtractoren worden ingezet voor zowel landbouwwerken als andere activiteiten dan kan van deze regeling gebruik gemaakt worden, op voorwaarde dat ten minste 50 % van de uren gespendeerd worden in de landbouwsector. Als organisatie zijn we niet zo tevreden over de prijs die hiervoor betaald moet worden: 0,2 liter per kilowatt uur komt niet overeen met de betaling van de accijns van 427 euro per liter. Dit zal ook verder aangekaart worden bij de betrokken diensten en de Minister van Financiën. De komende maanden zullen uitwijzen in hoeverre deze regeling haalbaar is voor onze sector. De telefoon op het secretariaat staat roodgloeiend, veel loonwerkers vragen zich af of het niet gemakkelijker is om de tractoren met witte diesel te laten rijden. Op die manier moet men zich niet in orde stellen met de registratieformulieren en doet men wat men wil Maar de landbouwsector zal het wel voelen dan Of denkt de landbouwsector dat die kosten niet zullen worden doorgerekend? We wensen u een prettige zomerperiode. Johan VAN BOSCH Algemeen Secretaris Landbouw-Service Johan Van Bosch verwacht uw reacties: johan.vanbosch@sectors.be Landbouw-service / 3

4 DE NIEUWE FR Top hakselkwaliteit loont KLANTEN winnen wordt makkelijker dankzij constante oogstkwaliteit EN grote capaciteit FR450: FPT Cursor 9 (6Cil) (1939 Nm bij 1500 t/m) 449 pk FR500: FPT Cursor 13 (6Cil) (2272 Nm bij 1500 t/m) 516 pk FR600: FPT Cursor 13 Turbo Compound (6Cil) (2590 Nm bij 1500 t/m) 600 pk FR700: Caterpillar C18 (6Cil) (2957 Nm bij 1500 t/m) 685 pk FR850: FPT Vector 20 (V8) (3584 Nm bij 1500 t/m) 824 pk NEW HOLLAND TOp SErvicE /7 ondersteuning en informatie. Uw oproep is gratis vanaf een vaste lijn. Vraag op voorhand aan uw telecomoperator of er kosten worden aangerekend.

5 INHOUD VOORWOORD 3 PC 132 Maak gebruik van de tussenkomsten vanuit het Sociaal Fonds voor Technische Land- en Tuinbouwwerken 6 SOCIALE ACTUALITEITEN Lonen PC actueel Meld uw vestigingseenheden aan de RSZ 7 Herinnering: Let op voor de gevolgen van de inhoudingsplicht voor sociale en fiscale schulden! 8 Accijnzen - periodieke keuring - nummerplaten 10 COLOFON landbouw-service Landbouw-Service is een periodieke nieuwsbrief voor de leden van de Nationale Centrale Landbouw-Service, de enig erkende beroepsvereniging voor aannemers van land- en tuinbouwwerken, loonsproeiers, handelaars in veevoeders en in meststoffen. Copyright: Nationale Centrale Landbouw-Service is niet aansprakelijk voor het gebruik van de informatie in deze publicatie. Citeren mag mits bronvermelding. Verantwoordelijke uitgever: Johan Van Bosch, Algemeen Secretaris Nationale Centrale Landbouw-Service, Gasthuisstraat 31 B2, 1000 Brussel, T , F landbouwservice@sectors.be BTW-nummer BE Diefstallen bij landbouwers 16 Nieuwe opleiding EduPlus: Peter/meterschap 20 Niet sneller dan 30 km/u op fietswegen en landbouwwegen 21 Reglementering blustoestellen en gevaarsdriehoeken 23 Innovatie in drijfmest kan einde kunstmest inluiden 24 Autocontrolegids gewasbeschermings-middelen 25 In Dworp bij Brussel: Algemene Vergadering CEETTAR 26 Striptilltechniek Bij Mais 34 Europees nieuws Frankrijk: FNEDT Congres in Duinkerke (Frankrijk): Voorzitter Napias pleit voor meer duidelijkheid 28 Verenigd koninkrijk : NAAC publiceert zijn gids met de tarieven 2014/ Duitsland: BLU ijvert voor een betere samenwerking tussen loonwerkers 29 Spanje: Asemfo lanceert het Agua Forestal II project 29 Nederland: New Holland, John Deere en Fendt populair bij loonwerkers 30 Nederland: Landbouwvoertuigen betrokken bij 2% van de dodelijke verkeersongevallen 31 DOSSIER Mechanisatie Nieuwigheden 47 Actualiteit 58 Landbouw-service / 5

6 > PC 132 Maak gebruik van de tussenkomsten vanuit het Sociaal Fonds voor Technische Land- en Tuinbouwwerken Terugbetaling van loonkosten voor arbeiders die tijdens de werkuren bijscholing volgen. E en arbeider die tijdens de werkuren bijscholing volgt ontvangt van zijn werkgever het gewone loon. Volgens de cao vorming, moeten arbeiders twee dagen bijscholing volgen per twee jaar. De loonkost hiervan wordt betaald door de werkgever. Evenwel betaalt het Waarborg en Sociaal Fonds voor de Technische Land- en Tuinbouwwerken aan de werkgever een tussenkomst voor de kosten voor loon (sociale bijdrage inbegrepen) van de arbeider. Dit komt neer op 115 euro per dag (ten minste 8 uren). De cursus die gevolgd wordt dient wel vooraf door de Raad van Bestuur van het fonds te worden goedgekeurd. Deze goedkeuring dient door de inrichter van een cursus aan het Fonds te worden aangevraagd. De cursussen, ingericht door EduPlus of Mission Wallonne des Secteurs Verts worden aanbevolen. Komen eveneens in aanmerking: sociaal-economische en professionele vorming: opleiding die de technische kennis, de beroepsbekwaamheid van de arbeider verhoogt. vorming inzake veiligheid en gezondheid op het werk. opleidingen ergonomie. Terugbetaling opleidingskosten forfaitaire tussenkomst van 115 euro per volledige dag opleiding vanaf 1 december Verplaatsingskosten worden niet terugbetaald. Terugbetaling kosten rijbewijzen Tussenkomst G-rijbewijs: 300 euro Tussenkomst CE-rijbewijs: 150 euro Voor meer informatie: i 6 / Landbouw-service

7 SOCIALE ACTUALITEITEN < Meld uw vestigingseenheden aan de RSZ V anaf 1 juli 2014 moet elke werkgever aan de RSZ de vestigingseenheid meedelen waar een personeelslid tewerkgesteld is. De locatie van de vestiging zal de RSZ toelaten de correcte doelgroepvermindering aan de betrokken werknemer te koppelen. Wanneer er geen vestigingseenheid meegedeeld wordt, zal de doelgroepvermindering geweigerd worden. Sinds 1 januari 2014 kunnen werkgevers hun vestigingseenheden aan de RSZ meedelen via de tewerkstellingslijn. Toch merkt de RSZ dat er nog veel werkgevers zonder vestigingseenheid zijn. Een vestigingseenheid is elke locatie waar activiteiten van de onderneming uitgeoefend worden of waar personeel tewerkgesteld wordt. Al deze locaties moeten worden opgenomen in de Kruispuntbank voor Ondernemingen (KBO). In samenwerking met de FOD Economie werden reeds brieven verstuurd naar alle werkgevers die nog geen vestigingseenheid hadden. De afwezigheid van het vestigingseenheidsnummer zal vanaf het derde kwartaal 2014 immers tot een weigering van de bijdragevermindering leiden. De FOD voegt bij haar schrijven ook een rechtzettingsformulier Aanvraag voor invoering van gegevens van een ontbrekende vestigingseenheid toe. U moet zich daarbij richten tot een erkend ondernemingsloket. Om zeker te zijn dat uw gegevens correct en up-to-date zijn, kunt u ze verifiëren via de website van zoeknummerform.html i Lonen PC 132 Technische land- en tuinbouwwerken ( ) 01/04/2014 CATEGORIE 1 Categorie 1A 8.65 Categorie 1B Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 ) Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 ) Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 ) Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 ) Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 ) CATEGORIE 2 Categorie Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 ) Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 ) Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 ) Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 ) Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 ) CATEGORIE 3 Categorie Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 ) Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 ) Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 ) Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 ) Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 ) CATEGORIE 4 Categorie Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 ) Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 ) Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 ) Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 ) Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 ) CATEGORIE 5 Categorie Anciënniteit van 1 tot 5 jaar (+0,03 ) Anciënniteit vanaf 5 jaar (+0,05 ) Anciënniteit vanaf 10 jaar (+0,15 ) Anciënniteit vanaf 15 jaar (+0,25 ) Anciënniteit vanaf 20 jaar (+0,38 ) Vergoedingen Vergoeding op verplaatsing Huisvestingsvergoeding Scheidingsvergoeding per verplichte overnachting 8.52 Nachtwerk in de winteruurregeling (tussen 22u en 6u) +20 % in de zomeruurregeling (tussen 23u en 7u) +20 % Landbouw-service / 7

8 > actueel HERINNERING Let op voor de gevolgen van de inhoudingsplicht voor sociale en fiscale schulden! In de bouwsector bestaat er een inhoudingsplicht voor aannemers die sociale of fiscale schulden hebben. Bij de betaling van (een gedeelte van) de werken moet er worden nagegaan of de (onder)aannemer op dat ogenblik sociale of fiscale schulden heeft. Er bestaat nog steeds onduidelijkheid over deze verplichting, zowel over de manier waarop deze moet toegepast worden als voor wie de verplichting geldt. In principe gaat dit immers over werken in onroerende staat. Toch is het belangrijk goed op de hoogte te zijn want het niet naleven van de inhoudingsplicht kan vervelende financiële gevolgen hebben voor de loonwerksector of in het grondverzet. Voor wie? De verplichte inhouding voor sociale of fiscale schulden geldt voor: de opdrachtgever (onderneming). de aannemer (hij die werken gaat uitvoeren of laat uitvoeren voor een opdrachtgever). de onderaannemer (hij die werken geheel of gedeeltelijk gaat uitvoeren in opdracht van een aannemer). Inhoudingsplicht Een opdrachtgever die werken laat uitvoeren door een aannemer, of een aannemer die werken laat uitvoeren door een onderaannemer, moet bij de betaling van de factuur steeds nagaan of de medecontractant sociale of fiscale schulden heeft. Het bestaan van dergelijke schulden brengt de verplichting mee om inhoudingen en stortingen ten voordele van de overheid te verrichten. Wie deze inhoudingsplicht niet of niet correct naleeft, riskeert hoofdelijk aansprakelijk gesteld te worden voor de betaling van de schulden van zijn medecontractant. De inhouding voor sociale schulden is volledig losgekoppeld van de inhouding voor fiscale schulden. Beiden moeten apart gecontroleerd worden. Of een medecontractant sociale of fiscale schulden heeft, kan opgezocht worden in de daartoe voorziene databank van de RSZ en van de FOD Financiën op de website van de sociale zekerheid Niet alleen voor bouwwerken Het zijn niet enkel bouwwerken (grondwerken, metsel- en betonwerken, voegwerken, dakwerken, stukadoorswerken,...) waarop de reglementering van toepassing is. Ook voor de werkzaamheden van tuinaannemers (aanleg en onderhoud van diverse terreinen), loonwerkers, schoonmaak- en onderhoudsfirma s en ondernemingen actief in de bewakingssector moet de inhoudingsplicht nagegaan worden. Inhoudingen voor sociale schulden De opdrachtgever of aannemer die over- 8 / Landbouw-service

9 > gaat tot de betaling van (een deel van) de prijs van de werken aan zijn aannemer/ onderaannemer die op het ogenblik van de betaling sociale schulden heeft, moet bij de betaling 35% van het factuurbedrag (exclusief btw) inhouden en doorstorten aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Indien het factuurbedrag groter is dan EUR mag de inhouding beperkt worden tot het reële bedrag van de schuld. De opdrachtgever vraagt hiertoe aan de medecontractant een attest af te leveren ter verduidelijking van het bedrag van de sociale schulden. Inhoudingen voor fiscale schulden Bij de betaling van de factuur moet ook gecontroleerd worden of de medecontractant fiscale schulden heeft. Indien dit het geval is, moet bij de betaling 15% van het factuurbedrag (exclusief btw) ingehouden en doorgestort worden aan de fiscus. Net zoals bij de inhouding voor sociale schulden mag ook hier de inhouding beperkt worden tot het reële bedrag van de schuld bij facturen vanaf EUR. Sinds 1 mei 2013 gewijzigd... Op 1 mei werd een administratieve vereenvoudiging ingevoerd voor de afhandeling van een inhouding voor sociale schulden. Bij consultatie van de inhoudingsplicht kunt u doorklikken en een aantal factuurgegevens invoeren in een onlinetoepassing. Vervolgens ontvangt u een gestructureerde mededeling die u kunt vermelden bij uw betaalopdracht waarmee u het ingehouden bedrag doorstort aan de RSZ (IBAN: BE ; BIC: PCHQBEBB). Een voordeel van de nieuwe toepassing is dat er achteraf geen papieren formulier meer moet ingevuld worden en teruggestuurd worden. Het gebruik van een gestructureerde mededeling bij betaling garandeert bovendien een onmiddellijke en automatische toewijzing van het bedrag. mededeling van de betaalopdracht en een kopie van de factuur opsturen naar het Ontvangstkantoor Brussel 3, Bijzondere Ontvangsten, Kruidtuinlaan 50, bus 3110, 1000 Brussel. Hoofdelijke aansprakelijkheid Wanneer de inhoudingsplicht niet wordt nageleefd, riskeert de niet-particuliere opdrachtgever of aannemer hoofdelijk aansprakelijk gesteld te worden voor de schulden van de medecontractant. Vorig jaar werd bijkomend ook nog eens een getrapte hoofdelijke aansprakelijkheid ingevoerd. Dit houdt in dat wanneer een onderneming haar verplichtingen in het kader van de hoofdelijke aansprakelijkheid niet of slechts gedeeltelijk nakomt, de in een eerder stadium tussengekomen aannemer hoofdelijk aansprakelijk wordt voor de sociale of fiscale schuld. Een aannemer hogerop in de keten kan bijgevolg worden aangesproken voor de betaling van openstaande sociale of fiscale schulden van een onderaannemer waarmee hij niet rechtstreeks heeft gecontracteerd, zelfs indien de aangesproken aannemer ten aanzien van zijn rechtstreekse medecontractant de inhoudingsplicht wel correct heeft nageleefd. Het is dan ook belangrijk dat alle aannemers in de keten de inhoudingsplicht correct naleven. De getrapte hoofdelijke aansprakelijkheid wordt niet toegepast in hoofde van de opdrachtgever. Sancties bij niet-inhouding Indien u de verplichte inhouding voor de RSZ en/of fiscus niet verricht, moet u aan de RSZ en/of fiscus niet alleen het verschuldigde bedrag maar daarbovenop hetzelfde bedrag als boete betalen. De opdrachtgever is bovendien hoofdelijk aansprakelijk voor de sociale of fiscale schulden van zijn medecontractant. De hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale schulden bedraagt 100% van de prijs van de werken, exclusief btw. In geval van fiscale schulden wordt de aansprakelijkheid beperkt tot 35%. Om te vermijden dat een cumulatie van aansprakelijkheden op sociaal en fiscaal vlak zou leiden tot een aansprakelijkheid van meer dan 100% van de prijs van de werken, is de hoofdelijke aansprakelijkheid op fiscaal vlak niet van toepassing indien ze op sociaal vlak reeds werd ingeroepen. Aan de controle en opvolging van de fiscale inhoudingsplicht is er niets gewijzigd. Is er een fiscale schuld dan moet u 15% inhouden en doorstorten aan de fiscus, de naam en het ondernemingsnummer van de medecontractant vermelden in de > Landbouw-service / 9

10 > actueel Accijnzen - periodieke keuring - De laatste tijd zijn er heel wat wijzigingen in de wetgeving voor tractoren geweest. We zetten alles op een rijtje. Nummerplaten Landbouw- of bosbouwtrekkers, ingezet voor landbouwwerken, en waarvan de gebruiker een vergunning energieproducten en elektriciteit (of wat we ook contingentnummer noemen) heeft, hebben een nieuwe nummerplaat gekregen (rode plaat met witte letters, voorafgegaan door G). Er is een overgangstermijn voor deze nieuwe nummerplaten: landbouw- of bosbouwtrekkers, ingeschreven vóór 1 januari 2002, dienen uiterlijk vóór 1 januari 2015 heringeschreven te zijn; landbouw- of bosbouwtrekkers, ingeschreven vanaf 1 januari 2002 en vóór 1 januari 2007, dienen uiterlijk vóór 1 juli 2014 heringeschreven te zijn; landbouw- of bosbouwtrekkers, ingeschreven vanaf 1 januari 2007, dienen uiterlijk vóór 1 januari 2014 heringeschreven te zijn. De rode kentekenplaat voor landbouwtractoren kan aangevraagd worden via de verzekeraar, die een formulier aanvraag tot inschrijving van een voertuig kan afleveren. De verzekeraar moet expliciet in vak X10 van het aanvraagformulier tot inschrijving van een voertuig vermelden dat de voertuigeigenaar fiscaal vrijgestelde gasolie wenst te gebruiken, en aldus een G-kentekenplaat aanvraagt. Deze vermelding moet ook worden ondertekend. Deze aanvraag wordt samen met het oude kentekenbewijs opgestuurd naar de DIV. Let op! Bij het overzetten van de oude naar de nieuwe nummerplaat moet u zien dat alle documenten in orde zijn en eveneens omgezet kunnen worden. We denken daarbij aan de eventuele vervoersvergunning die op de nummerplaat van de tractor wordt afgeleverd. Voor het Vlaams Gewest moet eveneens het eurovignet aangepast worden aan de nieuwe nummerplaat. Periodieke keuring Op 28 april 2014 verscheen in het Belgisch Staatsblad het Koninklijk besluit van 19 maart 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto s, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen. Dit Koninklijk Besluit regelt de periodieke keuring voor landbouw- en bosbouwtrekkers (tractoren) en gaat in vanaf 1 mei Men moet zijn landbouw- of bosbouwtrekker met een maximaal toegestane massa van meer dan 3500 kg voor de periodieke keuring aanbieden naarge- 10 / Landbouw-service

11 > nummerplaten lang van het gebruik dat men ervan maakt, met name: voor landbouwers en landbouwondernemers, zodra zij activiteiten uitoefenen die geen verband houden met land-, tuin- of bosbouw of visteelt of wanneer zij niet optreden als onderaannemers voor gemeenten voor activiteiten die zijn vrijgesteld (bermonderhoud en sneeuwruimen); voor bouwondernemers, transportondernemers of elk ander type ondernemer die een landbouw- of bosbouwtrekker gebruikt (per hypothese bij activiteiten die geen verband houden met land-, tuinof bosbouw of visteelt of wanneer zij niet optreden als onderaannemers voor gemeenten voor activiteiten die zijn vrijgesteld, namelijk bermonderhoud en sneeuwruimen); voor particulieren wanneer er geen verband is met land-, tuin- of bosbouw of visteelt, bijvoorbeeld: vervoer van puin van de eigen woning of die van een vriend; voor gemeenten wanneer het niet om een activiteit gaat waarvoor vrijstellingen (bermonderhoud en sneeuwruimen) gelden. Zijn vrijgesteld van de periodieke technische keuring: trekkers met een MTM (maximaal toegelaten massa) van niet meer dan 3500 kg voor elk type gebruik; trekkers die worden gebruikt in het raam van land-, tuin- of bosbouw of visteelt door een landbouwer, bosbouwer, tuinbouwer of een viskweker in zijn eigen exploitatie of door een landbouwondernemer in de exploitatie van een derde landbouwer, bosbouwer, tuinbouwer of viskweker. trekkers die worden gebruikt door de wegbeheerders of hun onderaannemers, wanneer deze zijn belast met het bermonderhoud of tijdens de winterperiode worden ingezet voor sneeuwruimingsopdrachten of opdrachten tot het strooien van bepaalde stoffen op de openbare weg om het verkeer te beveiligen tegen gevaarlijke weers- of andere omstandigheden; > > Landbouw-service / 11

12 > actueel > trekkers die worden gebruikt door particulieren in het kader van activiteiten van het type landbouw, tuinbouw, bosbouw of visteelt voor private doeleinden. Het gratis helpen van een ouder of een vriend in het kader van dit type activiteit is ook toegelaten. Landbouwtrekkers die sedert meer dan vijfentwintig jaar in gebruik zijn genomen, kunnen ingeschreven worden onder een Oldtimer -kentekenplaat. De landbouw- of bosbouwtrekkers, die onderhevig zijn aan periodieke keuring, moeten: 1. worden aangeboden voor de periodieke technische keuring vóór 1 november 2014 indien de datum van de eerste inschrijving plaatsvond op of na 1 januari 2007; 2. worden aangeboden voor de periodieke technische keuring vóór 1 mei 2015 indien de datum van de eerste inschrijving plaatsvond tussen 1 januari 2002 en voor 1 januari 2007; 3. worden aangeboden voor de periodieke technische keuring vóór 1 november 2015 indien de datum van de eerste inschrijving plaatsvond vóór 1 januari Accijnzen Vanaf 1 mei 2014, en als gevolg van de inwerkingtreding van het koninklijk besluit over de periodieke keuring, kunnen meerdere fiscale situaties inzake het gebruik van motorbrandstof door de landen bosbouwtractoren zich voordoen. 1. De land- en bosbouwtractoren die zijn vrijgesteld van periodieke keuring: - Voor land- en bosbouwactiviteiten en afvoeren tussen hoeve en veld: vrijgesteld van accijnzen, indien de gebruiker een vergunning energieproducten en elektriciteit (contingentnummer) heeft. - Voor aan- of afvoeren van of naar andere locaties, gekoppeld aan het loonwerk op het veld: gasolie belast tegen het tarief industriële en commerciële doeleinden (22,68 euro per liter) - Activiteiten buiten de landbouw, evenals transport is verboden met deze tractoren. 2. De land- en bosbouwtractoren die onderhevig zijn aan periodieke keuring, en waarvan er op jaarbasis minimum 50 % van de uren worden gepresteerd voor land- of bosbouwactiviteiten (alleen de vrijgestelde activiteiten worden geteld, dus land- of bosbouwactiviteiten en afvoeren tussen hoeve en veld): - Voor land- en bosbouwactiviteiten en afvoeren tussen hoeve en veld: vrijgesteld van accijnzen, indien de gebruiker een vergunning energieproducten en elektriciteit (contingentnummer) heeft. - Voor aan- of afvoeren van of naar andere locaties, gekoppeld aan het loonwerk op het veld: gasolie belast tegen het tarief industriële en commerciële doeleinden (22,68 euro per liter) - Activiteiten buiten de landbouw, evenals transport: vrijgestelde gasolie met bijbetaling van een supplement witte gasolie (forfait van 0,2 liter per gepresteerd uur en per kilowatt van de betrokken tractor) 3. De land- en bosbouwtractoren die onderhevig zijn aan periodieke keuring, en waarvan er op jaarbasis maximum 50 % van de uren worden gepresteerd voor land- of bosbouwactiviteiten (alleen de vrijgestelde activiteiten worden geteld, dus land- of bosbouwactiviteiten en afvoeren tussen hoeve en veld): - Voor land- en bosbouwactiviteiten en afvoeren tussen hoeve en veld: vrijgesteld van accijnzen, indien de gebruiker een vergunning energieproducten en elektriciteit (contingentnummer) heeft. - Voor aan- of afvoeren van of naar andere locaties, gekoppeld aan het loonwerk op het veld: witte gasolie, waarbij geen contaminatie is toegestaan. - Activiteiten buiten de landbouw, evenals transport: witte gasolie, waarbij geen contaminatie is toegestaan. Een aangifte moet uiterlijk de tiende van de maand volgend op het kwartaal gedaan worden in volgende gevallen: De land- en bosbouwtractoren die zijn vrijgesteld van periodieke keuring: - Voor aan- of afvoeren van of naar andere locaties, gekoppeld aan het loonwerk op het veld: bewijslast ligt bij de gebruiker De land- en bosbouwtractoren die onderhevig zijn aan periodieke > 12 / Landbouw-service

13 JAAR 3 Ter gelegenheid van zijn 30ste productieverjaardag GARANTIE biedt Joskin 2 extra jaar garantie voor de onderdelen bij iedere bestelling tussen 1ste juni 2014 en 31ste december INVESTEER SLIM EN PROFITEER VAN UITZONDERLIJKE AANBIEDINGEN! + 4% + 4% + 5% + 6% + 7% + 8% Voorraad Termijnen > EXTRA KORTING 4 maanden 5 maanden 6 maanden 7 maanden 8 maanden WIN TWEE KEER: KOOP VROEG, KIES UW TERMIJN EN PROFITEER VAN EEN EXTRA KORTING. * De aangegeven termijn is een vervaardigingstermijn exclusief leveringstermijn. Deze voorwaarden zijn geldig op het hele Joskin gamma vanaf 1ste juni 2014 Tel:

14 > actueel > keuring, en waarvan er op jaarbasis minimum 50 % van de uren worden gepresteerd voor land- of bosbouwactiviteiten: - Voor aan- of afvoeren van of naar andere locaties, gekoppeld aan het loonwerk op het veld - Activiteiten buiten de landbouw: op basis van een registratieformulier dat in de tractor moet liggen, en moet ingevuld worden vooraleer de werken aanvatten) De land- en bosbouwtractoren die onderhevig zijn aan periodieke keuring, en waarvan er op jaarbasis maximum 50 % van de uren worden gepresteerd voor land- of bosbouwactiviteiten: - Geen aangifte. Vrijstelling, bijbetaling van accijnzen of witte diesel heeft niets te maken met de nummerplaten, maar wel met het feit of een tractor onderhevig is aan periodieke keuring of niet. LET OP MET DERDEN OP UW TRACTOREN In principe wordt ervan uitgegaan dat de titularis van de nummerplaat de gebruiker is van de tractor. Wanneer de tractor gebruikt wordt door een personeelslid van deze titularis, blijft de titularis als gebruiker aangemerkt. Van zodra een tractor gebruikt wordt door een persoon, andere dan de titularis van de tractor of zijn personeel, zal deze persoon aangemerkt worden als de gebruiker. De gebruiker van de tractor waarvoor de regeling gemengd gebruik wordt toegepast moet zich laten registreren (moet een vergunning energieproducten en elektriciteit hebben). Er moet een gebruikersoverzicht bijgehouden worden door de titularis. Dit is een chronologische lijst met alle gebruikers waaraan één bepaalde tractor ter beschikking werd gesteld en wordt per kwartaal bijgehouden. Op dit overzicht wordt elke terbeschikkingstelling ingeschreven, ongeacht het gebruik dat de gebruiker van de tractor zal maken (zowel vrijgesteld als nietvrijgesteld gebruik). Het brandstofreservoir van een tractor die ter beschikking gesteld wordt aan een gebruiker zonder de nodige vergunning energieproducten en elektriciteit mag geen gemerkte rode gasolie, of sporen daarvan, bevatten. KUHN, DAT IS MIJN KRACHT! LSB 1270 doeltreffend Meer dan 30 jaar ervaring Integral Rotor : capaciteit en eenvoud Stevige, strakke en mooi gevormde balen Power Density voorkamer Twinpact-plunjer op LSB 1290iD bekroond op Agribex NIEUWE WEBSITE PACKO AGRI WERKT UITSLUITEND MET EEN PROFESSIONEEL DEALERNET. KENNIS EN SERVICE BIJ DE DEUR. 14 / Landbouw-service

15 S U C C E S V O L M E T P Ö T T I N G E R De revolutie in zaaitechnieken. PÖTTINGER AEROSEM NIEUW Unieke, revolutionaire technologie PCS Universeel zaaisysteem voor precisiezaaien en normaal zaaien gelijktijdige toediening van metstof of zaaien van een bodembedekker IDS gelijktijdige toediening van metstof of zaaien van een bodembedekker MAChInE van het jaar zilveren AREn AGRItEChnICA 2013 intelligent distribution system libramont 2014 Beursterrein: juli 2014 Dag van het gras: 29 juli 2014 Dominique Emond dominique.emond@poettinger.at Danny De Boeck danny.deboeck@poettinger.at Pöttinger Belgium SPrL, Avenue Adolphe Lacomblé (boite 5) Be-1030 Bruxelles, tél.:

16 > actueel Diefstallen bij landbouwers In 2012 werden in ons land 35 landbouwvoertuigen gestolen uit hoeves, stallen en schuren of op akkerlanden, velden en weiden. Dat zijn er opmerkelijk meer dan in 2010 en 2011 toen er telkens 21 ontvreemd werden. Exacte cijfers voor 2013 zijn nog niet beschikbaar, maar er wordt een lichte daling verwacht. Dat blijkt uit het antwoord van minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet op een schriftelijke vraag van Martine Taelman (Open Vld). Steeds meer boeren beveiligen hun stallen en weilanden met cameratoezicht of hekwerken met toegangscodes. De reden is naar verluidt een reeks diefstallen die agrariërs teistert. De Nederlandse Melkveehouders Vakbond maakt zich zorgen om de ontwikkeling. Complete veegmachines van 150 kilogram verdwijnen uit stallen. Volgens de vakbond zijn alvast in Nederland steeds meer boeren slachtoffer van diefstal en worden daarom maatregelen genomen. Er worden camera s opgehangen en er verschijnen hekwerken rondom landerijen, die alleen met een toegangscode te openen zijn. De beroepsvereniging Natuurboeren ziet ook een toename van diefstallen. Beveiligingscamera s zijn helaas nodig op agrarische bedrijven. Het dievengilde heeft het steeds meer hierop voorzien, zegt Evelien Al. De techniek om een camerasysteem aan te leggen wordt steeds nieuwer en daarbij ook gemakkelijker voor de boer. Er zijn nu bijvoorbeeld camerabeelden die op een mobiele telefoon gezien kunnen worden. Landbouwvoertuigen gestolen in hoeves, stallen, schuren, op akkerlanden, velden en weiden Landbouwmaterieel Landbouwmotor Landbouw- / bosbouwtrekker Landbouwvoertuig en trage oplegger Totaal Graag had ik hieromtrent dan ook een antwoord gekregen op de volgende vragen: 1 Is er ook in ons land sprake van een toename van diefstallen uit schuren, stallen, weilanden en erven van boerderijen waarbij criminelen azen op onder meer maaimachines en andere waardevolle zaken? Kan de minister dit cijfermatig toelichten? Het aantal diefstallen in hoeves, stallen, schuren, op akkerlanden, velden en weiden, is over de jaren vrij stabiel, zowel de diefstallen met en zonder verzwarende omstandigheden. Ten opzichte van 2007 was er in 2012 een stijging van 8,5 % van de feiten maar op basis van de eerste zes maanden van 2013 lijkt deze stijgende tendens zich niet door te zetten. (Tabel 1) Het aantal gestolen landbouwtuigen gestolen in hoeves, stallen, schuren, op akkerlanden, velden en weiden vertoont inderdaad een stijging sinds 2012 ten opzichte van de vorige jaren. Exacte cijfers voor 2013 zijn nog niet beschikbaar maar er wordt een lichte daling verwacht ten opzichte van Globaal genomen echter is het aantal landbouwvoertuigen dat gestolen wordt in hoeves, stallen, schuren, op akkerlanden, velden en weiden beperkt. 2 Welke concrete acties onderneemt de politie om deze diefstallen tegen te gaan? Diefstallen in hoeves, stallen, schuren, op akkerlanden, velden en weiden vormen geen prioritair fenomeen voor de politie en er worden dan ook geen specifieke > 16 / Landbouw-service

17 > TABEL 1 Diefstal met verzwarende omstandigheden ste sem. Veld Stal Hoeve Schuur / Loods Weide Akkerland Subtotaal Diefstal zonder verzwarende omstandigheden ste sem. Veld Stal Hoeve Schuur / Loods Weide Akkerland Subtotaal Diefstal - niet gespecifieerd ste sem. Veld 1 1 Stal Hoeve Schuur / Loods Weide 1 1 Akkerland Subtotaal Totaal > acties ontwikkeld. Diefstallen in hoeves, stallen en schuren vallen wel onder de diefstallen in gebouwen, een prioritair fenomeen opgenomen in het nationale veiligheidsplan Binnen dat kader vallen ze dan ook binnen de geïntegreerde en integrale aanpak die hieromtrent is ontwikkeld op nationaal niveau. Aangezien er aanwijzingen zijn dat rondtrekkende dadergroepen ook actief zijn voor wat betreft diefstallen in hoeves, stallen en schuren als voor de occasionele diefstallen van landbouwvoertuigen, wordt er ook vanuit deze invalshoek op deze materie gewerkt. 3 In hoeverre deelt de minister de analyse dat er sprake zou zijn van criminaliteit van bendes uit Oost- Europa? Op welke wijze vindt er samenwerking plaats met autoriteiten van de bronlanden van de problematiek van deze rondtrekkende bendes? 4 In hoeverre wordt er door de politie specifieke kennis over de bronlanden van de problematiek en de criminele netwerken vergaard om de problemen bij de bron aan te pakken? Zoals gesteld in vraag 2, zijn er aanwijzingen dat internationaal opererende rondtrekkende dadergroepen (georganiseerde diefstallen) inderdaad ook actief zijn binnen dit fenomeen. Voor de strijd tegen rondtrekkende > Landbouw-service / 17

18 > actueel > dadergroepen heeft België reeds talrijke verdragen afgesloten inzake politionele en justitiële samenwerking. Voor wat betreft de problematiek van de rondtrekkende dadergroepen vermelden we o.a. de verdragen met de thuislanden Albanië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen, Polen, Roemenië en Slovakije. Met Moldavië en Montenegro zijn er Memorandi of Understanding om de samenwerking te bevorderen. Ook de gerechtelijke overheden, vertegenwoordigd door het Federaal Parket, hebben samenwerkingsovereenkomsten met Albanië, Roemenië, Moldavië en Servië. Al deze samenwerkingsverbanden vinden hun uitvoering op het terrein in operationele onderzoeken (met o.a. spiegelonderzoeken in de landen van herkomst, recuperatie van vermogen, enz.) en uitwisselingsprogramma s waarbij politie uit de thuislanden in ons land Belgische politie-eenheden komen ondersteunen. 5 In hoeverre vindt er samenwerking plaats met handelaren in ons land en landen in Oost-Europa om heling van in België gestolen goederen uit de landbouw en andere sectoren, zoals de bouw, zoveel mogelijk tegen te gaan? De problematiek van de diefstal van landbouwvoertuigen is vooralsnog beperkt in België. Voor deze specifieke materie zijn dan ook nog geen initiatieven genomen om de private sector op internationaal niveau te betrekken bij de aanpak. 6 Heeft de minister hieromtrent reeds overleg gehad met de verschillende beroepsorganisaties en staan bepaalde specifieke maatregelen op til wat betreft preventie? Zo neen, waarom niet? Zo ja, kan ze toelichten naar inhoud en timing toe? Er is momenteel geen specifiek overleg gepland met de sector aangaande dit fenomeen, daar er geen significante stijging waarneembaar is van het fenomeen, en we ook geen vraag vanuit de sector ontvingen in die zin. De SUPER ZOMERCONDITIES van MONOSEM zijn terug! Tot 19% EXTRA in juli 2014 DE 4 DETAILS DIE HET VERSCHIL MAKEN! Gepatenteerde gecombineerde onderdrukregeling: perfecte controle van de zaden. PRO-wiel en schuine aandrukwielen: ideaal contact tussen zaad en grond Dubbele schijven met afwerkingspunt, 2 dieptewielen en gebogen valpijp: verzorgde zaadafleg van het zaad en controle van de diepte. ans d importation Talloze snelle regelingen: aanpassing aan alle types bodembewerking. MONOSEM zaai- en schoffelmachines: dé perfectie, thans tegen UITDAGENDE prijzen ALLES wel BESCHOUWD voor een GEGARANDEERD RESULTAAT NG Plus 4 NC Classic NC Technic Meca V4 DistriTECH De garantie van een kwaliteitsvolle service Tel : JOSKIN 18 / Landbouw-service

19 TOTAL, een ruim aanbod aan energie Tankkaarten Tankstations Gas Mazout Pellets Smeermiddelen Alle de info over onze producten en diensten vindt u terug op Kies je niet toevallig

20 > actueel Nieuwe opleiding EduPlus: Peter/meterschap Vaak beginnen medewerkers gemotiveerd aan hun nieuwe job. Om deze motivatie hoog te houden is een goede introductie belangrijk. De meeste meters/peters maken of hebben weinig tijd voor nieuwelingen, alles wordt vlug tussendoor gedaan waardoor de inburgering van de nieuweling meestal langer duurt dan nodig is en de nieuweling zich onzekerder en minder gemotiveerd gaat voelen. Daarom is de eerste indruk die de meter/peter uitstraalt en de aandacht die Hij/zij geeft aan de nieuweling van zeer groot belang en bepalend voor de verdere samenwerking! A ls een meter/peter instructie gaat geven lijkt het hem/haar alsof hij/zij geen voorbereiding nodig heeft. Hij/zij doet dit werk al jaren en kent het als het binnenste van zijn/haar broekzak. Niets is minder waar. Om de boodschap duidelijk te kunnen overbrengen moet er vooraf goed over nagedacht worden. De nieuweling krijgt immers veel informatie te verwerken. De boodschap moet gestructureerd en eenvoudig overgebracht worden. Doelgroep Deze opleiding richt zich naar werknemers die binnen hun omgeving als peter/ meter een nieuwe collega onder hun hoede krijgen Deelnemers Minimum aantal deelnemers: 4 Aanpak Eerst wordt besproken hoe de eerste com- municatie met de nieuweling verloopt en waar het kan mislopen. Er wordt gelet op de verbale en non-verbale communicatie, de volledigheid en duidelijkheid van de informatie, hoe kom ik over en de interactie met de medewerker, rekening houdend met zijn referentiekader. Samen met de cursisten wordt stilgestaan bij hoe ze hun instructie goed kunnen opbouwen en welke informatie belangrijk is om te geven. Er is ook gelegenheid om dit in te oefenen. Duur 1 dag opleiding. De cursisten hebben na de opleiding inzicht in: Hoe communicatie vaak misloopt. Het belang van goede communicatie en introductie. Het belang van tweerichtingsverkeer (respecteren van de visie van de nieuweling is belangrijk). Hoe zij een boodschap duidelijk kunnen overbrengen. Hoe ze een instructie goed kunnen voorbereiden. De verschillende instructietechnieken. De structuur en logische opbouw van mondelinge instructies. De regels in het geven, vragen en ontvangen van feedback. Het motiveren en begeleiden van medewerkers en nieuwelingen. De valkuilen van een peter/meter. 20 / Landbouw-service

21 > De cursisten vergroten hun vaardigheid om: Medewerkers door een goede introductie en begeleiding te motiveren Op een eenvoudige, duidelijke wijze hun boodschap over te brengen Tijdens het samenwerken met de medewerker op een assertieve wijze te handelen Door assertief te reageren hun uitstraling als peter/ meter te verhogen Reacties van de medewerker op te vangen Open te staan voor de reacties van die medewerker Instructies voor te bereiden en te formuleren In een 1-1-relatie efficiënt te instrueren Goede werkafspraken te maken Constructieve feedback en kritiek te vragen en te geven Programma De eerste indruk is belangrijk - Belang van een goede introductie - Eerste indruk en aandacht - Eerste communicatie met de nieuweling - Verbale en non-verbale communicatie - Hoe kom ik over De nieuweling en zijn/haar manier van denken - Elke nieuweling is anders - Openstaan voor zijn/haar manier van denken - Een vertrouwensband opbouwen - Referentiekader van de nieuweling - Luisteroefening Instructies geven en voorbereiding - Noodzaak voorbereiding - Een boodschap structuren en overbrengen - Praktische oefening Het lukt niet altijd van de eerste keer - Herhalen en corrigeren - Feedbackregels en assertiviteit - Rollenspel. Niet sneller dan 30 km/u op fietswegen en landbouwwegen De algemene gedragsregels voor wegen voorbehouden voor worden aangevuld met een verbod om er sneller te rijden dan 30 km/u. Wegen voorbehouden voor kunnen al vanaf 1 januari 2004 afgebakend worden. Hiervoor bestaat de verkeersbordenreeks F99 en de bijbehorende algemene gedragsregels zitten vervat in de wegcode-artikels 22 quinquies en 22 octies. Vanaf nu worden deze algemene gedragsregels aangevuld met een maximumsnelheid tot 30 km/u. Op deze wegen zijn ook gemotoriseerde voertuigen toegelaten. Door deze aanpassing aan de wegcode geldt er nu een duidelijk en uniform snelheidsregime op al deze wegen voorbehouden voor. De wegbeheerders hoeven zich niet meer apart om het snelheidsregime te bekommeren. Deze regeling is van kracht vanaf 31 maart Voor meer informatie: i Landbouw-service / 21

22 Libramont korting tot 4.500!! * *korting afhankelijk van model STAND MATERA S.A. Rue des Praules, 3A 5030 Gembloux 081/

23 actueel > Reglementering blustoestellen en gevaarsdriehoeken Blustoestellen In de voertuigen in gebruik genomen vanaf 1 februari 2002 moet zich een blustoestel bevinden overeenstemmend met een Belgische norm betreffende blustoestellen of met een door een andere EU-lidstaat aanvaarde norm betreffende blustoestellen die een evenwaardig veiligheidsniveau inhoudt, en met de voorschriften van dit artikel. Het blustoestel dient voorzien te zijn van deze normaanduiding. In de voertuigen in gebruik genomen vóór 1 februari 2002 moet zich een blustoestel bevinden overeenstemmend met hetzij de normen NBN S /017, gepubliceerd door het Belgisch Instituut voor Normalisatie, hetzij met een andere Belgische norm betreffende blustoestellen of met een door een andere EU-lidstaat aanvaarde norm betreffende blustoestellen die een evenwaardig veiligheidsniveau inhoudt, en met de voorschriften van dit artikel. Het blustoestel dient voorzien te zijn van deze normaanduiding. Het blustoestel moet een capaciteit hebben in verhouding tot de categorie waartoe het te beschermen voertuig behoort. De blustoestellen moeten minstens de hieronder beschreven hoeveelheden bevatten: Voertuigen waarvan de hoogste toegelaten massa: niet meer bedraagt dan kg meer dan kg doch niet meer dan kg bedraagt meer dan kg bedraagt poeder BC of ABC 1 kg 2 kg 3 kg Er moet zich een supplementair, aan dezelfde voorwaarden voldoend blustoe- stel bevinden in de voertuigen gebezigd voor het trekken van een aanhangwagen met een maximale toegelaten massa van meer dan kg. De voertuigen voor traag vervoer moeten evenwel niet voorzien zijn van een supplementair blustoestel. Volgende voorwaarden zijn er ook nog: De blustoestellen moeten op een steun staan en op een in het oog vallende en gemakkelijk te bereiken plaats zijn aangebracht. Ten minste één blustoestel moet zich binnen het bereik van de bestuurder bevinden. De blustoestellen moeten bedrijfswaardig zijn. De steun van het blustoestel moet aan het voertuig zijn vastgemaakt en het afnemen van het toestel van zijn steun mag niet meer dan 10 seconden in beslag nemen. De inrichting voor het in werking stellen van het blustoestel moet verzegeld zijn door middel van een metalen of plastieken draad en een verzegeling (vb loodje) waarop de slagstempel van de fabricant voorkomt. Elke blustoestel waarvan de verzegeling niet intakt is, wordt niet meer geacht te voldoen aan voornoemde normen. De geldigheidsduur moet op de romp van het blustoestel worden aangebracht. Deze geldigheidsduur wordt aangeduid op een etiket of label van de fabrikant waarop volgende vermelding voorkomt Geldig tot 1 januari yyyy (jaartal). Wanneer de geldigheid verstreken is, wordt het blustoestel niet meer geacht te voldoen aan voornoemde normen. Elk blustoestel moet kunnen werken in vertikale toestand, zonder het toestel om te draaien en de bedieningsorganen moeten zich op het bovenste gedeelte van de romp van het blustoestel bevinden gedurende zijn werking. De blustoestellen met een capaciteit groter dan 3 kg moeten dezelfde inrichting voor inwerkinstelling hebben als de blustoestellen met een capaciteit van 9 kg. Gevaarsdriehoeken Een gevaarsdriehoek, gebruikt voor het signaleren van een geïmmobiliseerd voertuig of van een op de openbare weg gevallen lading, moet zich aan boord van elk voertuig bevinden. Landbouw-service / 23

24 > actueel Innovatie in drijfmest kan einde kunstmest inluiden Sensoren die gemonteerd worden op drijfmesttanks gaan op het veld de nutriëntengehalten van de drijfmest bepalen. Daardoor wordt het mogelijk om drijfmest plaats-specifiek uit te rijden op basis van de nutriëntenbehoefte en -gehalten. Dat schrijft Trekker, het Nederlandse vakblad over tractoren en werktuigen, na een rondje langs diverse fabrikanten. Deze technologie zou een revolutie in het mestbeleid kunnen ontketenen. Met drijfmest die nauwkeuriger wordt dan kunstmest heeft de overheid geen reden meer om boeren te verplichten om de stikstofgift boven 170 kilo stikstof per hectare met kunstmest in te vullen. Eind dit jaar hopen enkele fabrikanten de eerste systemen te introduceren voor een sensorgestuurde drijfmestgift. John Deere presenteerde tijdens mechanisatiebeurs Agritechnica een gezamenlijk project rond NIR-technologie met de partners (en experten in mesttoediening) Fliegl, Kotte en Vervaet. Een NIR-sensor richt een lichtbron op de drijfmest die een deel van de uitgezonden golflengtes licht weerkaatst. Een detector meet de mate van reflectie. Hiermee berekent het systeem hoeveel licht is geabsorbeerd, en op basis daarvan de samenstelling van het product. John Deere gebruikt de HarvestLab NIR-spectroscopie al sinds 2005 op hakselaars. Daar dient de sensor om in de gewasstroom van gras of maïs het drogestofgehalte te meten evenals de voederwaardecomponenten suiker, zetmeel en eiwit. Met de toepassing in drijfmest wil John Deere meer grip krijgen op de koppeling tussen opbrengstbepaling en daarop afgestemde bemesting, schrijft Trekker. In Duitsland rijden al een aantal drijfmesttanks rond die met een NIR-sensor zijn uitgerust. Fabrikant Fliegl plaatste de sensor van John Deere achter op de tank, zo dicht mogelijk bij de afgifte. De gebruiker toetst de gewenste gift in stikstof per hectare in, of gebruikt een vooraf aangemaakte perceelkaart die de noodzakelijke stikstofgift bepaalt. Van één ander nutriënt, bijvoorbeeld fosfaat, kan een maximale gift ingesteld worden. De NIR-sensor stuurt op basis hiervan de pomp van de drijfmesttank aan. De John Deere tractor past automatisch de rijsnelheid aan zodat telkens de juiste hoeveelheid stikstof wordt toegediend. Met RTK-gps worden zowel de uitgereden 24 / Landbouw-service

25 > liters mest als de toegediende gehaltes stikstof en fosfor plaats-specifiek geregistreerd. De Nederlandse fabrikant Veenhuis werkt ook aan drijfmestanalyse met NIR, maar wil de sensoren op de trucks van transporteurs plaatsen en de analysegegevens via een dataverbinding naar de tractor met mesttank sturen. De drijfmest wordt in dat geval gedoseerd op basis van de werkelijke (gemiddelde gehaltes) in de tank. Trekker besluit: Het lijkt er echt op dat boeren drijfmest binnenkort plaats-specifiek kunnen uitrijden op basis van de nutriëntenbehoefte- en gehalten. Vergelijkbaar met het strooien van kunstmest, of beter nog, met de nauwkeurigheid van het toedienen van vloeibare meststoffen met een spuittoestel of spaakwielbemester. Zodra de wettelijke hobbels genomen zijn, is toepassing in de praktijk mogelijk. Minpunten zijn vooralsnog het hoge prijskaartje van de NIR-sensoren en een betrouwbare ijking. Als de fabrikanten erin slagen om deze technologie op punt te zetten, dan opent dat ook in Vlaanderen nieuwe perspectieven voor het mestbeleid. Vandaag mogen landbouwers dierlijke mest maar inzetten tot maximum 170 kilo stikstof per hectare voor de meeste gewassen. Daarboven dienen zij kunstmest toe te passen omdat de nutriënteninhoud daarvan exact gekend is. Op grasland wordt er om die reden meer minerale dan dierlijke mest gebruikt. Bij drijfmest houden landbouwers en loonwerkers, en bijgevolg ook de Mestbank, meestal rekening met de forfaitaire inhoud van de mest. Zelfs al wordt er een meststaal voor analyse genomen, dan volgen de resultaten te laat om daar als landbouwer nog veel rekening mee te kunnen houden. Met NIR-sensoren zou de veehouder precies weten wat hij afvoert, de transporteur wat hij vervoert en de akkerbouwer wat hij aanvoert. Bron: Trekker / VILT Autocontrolegids gewasbeschermingsmiddelen We hebben een brief ontvangen van de producenten van gewasbeschermingsmiddelen met betrekking tot certificatie. Handel in gewasbeschermingsmiddelen Daarbij stelt Phytofar (producenten gewasbeschermingsmiddelen) dat in het kader van een goed beheer, beslist werd dat vanaf 1 juli 2014 enkel nog gewasbeschermingsmiddelen worden geleverd aan distributeurs die gecertificeerd zijn voor de autocontrolegids G-038 of G-010. Daarbij worden geen extra legale eisen gesteld, er wordt enkel gevraagd om de huidige wetgeving in verband met autocontrole toe te passen en een positief resultaat te behalen bij een audit door een organisme dat erkend is door de overheid (OCI). Phytodis, de organisatie die de distributeurs van gewasbeschermingsmiddelen vertegenwoordigt, heeft een overgangsmaatregel bekomen. Er wordt een uitzondering toegestaan tot 31 december 2014 voor de handelaren in gewasbeschermingsmiddelen die concreet kunnen aantonen dat ze een dergelijke audit besteld hebben (zoals een afgetekende bestelbon, getekend contract, brief van de OCI met bevestiging). Deze overgangsmaatregel werd genomen om de bedrijven toe te staan deze vraag te combineren met andere audits (onder meer GMP-audit). Deze boodschap werd begin juni 2014 verstuurd naar de handelaren en loonsproeiers/handelaren die moeten voldoen aan de G010 en/of G038. Loonsproeiers Voor loonsproeiers die GEEN handelaar zijn geldt uiteraard de gids G-033. Phytofar heeft in het kader van een goed beheer van gewasbeschermingsmiddelen beslist om vanaf 1 juli 2014 enkel nog te leveren aan loonsproeiers die gecertificeerd of gevalideerd zijn voor de autocontrolegids G-033. Loonsproeiers die een IKKB-certificaat hebben (IKKB-aannemers met activiteit loonsproeien), zullen voorlopig ook als in regel beschouwd worden. Zij kunnen bij de volgende IKKB-audit ook het G-033-certificaat aanvragen. Handelaren en loonsproeiers die geen gevalideerd / gecertificeerd systeem hebben, kunnen zich uiteraard nog bevoorraden bij de handel. Landbouw-service / 25