Begroting Stichting SWV PassendWijs Versie 30 november 2015 BEGROTING Stichting Samenwerkingsverband Passend Wijs

Transcriptie

1 BEGROTING 2016 Stichting Samenwerkingsverband Passend Wijs 1

2 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING BEGROTING 2016 STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND PASSEND WIJS BEGROTE STAAT VAN BATEN & LASTEN TOELICHTING ALGEMEEN TOELICHTING BEGROTE BATEN Toelichting Rijksbijdrage OCW Toelichting inkomstenoverdrachten TOELICHTING BEGROTE PERSONELE LASTEN TOELICHTING BEGROTE HUISVESTINGSLASTEN TOELICHTING BEGROTE OVERIGE INSTELLINGSLASTEN MEERJARENPERSPECTIEF BIJLAGEN

3 1. INLEIDING Het SWV PassendWijs heeft afspraken gemaakt en besluiten genomen over de wijze waarop de beschikbare ondersteuningsmiddelen worden verdeeld, bestemd en besteed. Deze afspraken en besluiten zijn opgenomen in de grondslagen bij de meerjarenbegroting, een bijlage bij de meerjarenbegroting die reeds in het bezit van alle aangesloten schoolbesturen is. Belangrijk hierbij is dat zowel de MJB als de Grondslagen uitgaan van een centrale aanpak en een centrale begroting. Het SWV PassendWijs werkt organisatorisch en inhoudelijk in vijf (5) subregio s, maar deze subregio s zijn geen formele gremia in de zin van financiële entiteiten. Wel is besloten dat elke subregio jaarlijks een regionaal plan van aanpak op bestuurlijk niveau ontwerpt, op grond waarvan de ondersteuningsmiddelen voor lichte en zware ondersteuning aan de besturen in de regio s worden toegekend. De verdeling, besteding en bestemming vinden hun oorsprong in de Meerjarenbegroting (MJB) van PassendWijs. Deze MJB kent een looptijd van 1 augustus 2015 tot 31 juli Vanuit de MJB wordt de begroting 2016 opgesteld. Voor de verdeling van de rijksbudgetten voor de ondersteuning heeft het bestuur van het samenwerkingsverband de volgende systematiek bepaald o.b.v. de grondslagen en de wettelijke verplichtingen en regelgeving: Het budget voor de bestuurlijke en administratieve organisatie wordt gesteld op maximaal 8% van de ontvangen rijksbudgetten na aftrek van de ondersteuningskosten voor SO en kosten Sbao De kosten van de inrichting van de wettelijke Commissie van Advies (CvA) worden ten laste gebracht van het budget voor de bestuurlijke en administratieve organisatie Er wordt een financiële buffer aangelegd als weerstandsvermogen Het restant van de budgetten voor lichte en zware ondersteuning wordt verdeeld onder de besturen in het samenwerkingsverband. Verdeling vindt plaats op basis van leerlingaantal per regio en per bestuur uitgaande van de leerlingenaantallen op 1 oktober van elk schooljaar, op basis van een goedgekeurd regionaal plan van aanpak door de directeur van het SWV. Daarna vindt verdeling plaats na doorbelasting personele kosten voortkomend uit het tripartiete akkoord en weergegeven in de Raamovereenkomst Expertise PassendWijs en daaraan toegevoegde individuele detacheringsovereenkomsten. De peildatum voor de groeitelling in het speciaal (basis)onderwijs is wettelijk bepaald op 1 februari. Voor leerlingen die tussen de teldatum 1 oktober en de daarop volgende peildatum met een nieuwe TLV geplaatst werden in het speciaal(basis) onderwijs, wordt de benodigde subsidie voor basisbekostiging en ondersteuningsbekostiging (personeel en materieel), m.i.v. het schooljaar daaropvolgend overgemaakt aan de betrokken schoolbesturen. Het budget voor bijzondere regelingen en voorzieningen, zoals project SLB Over-Betuwe, Leerlingen met het syndroom van Down in Bao (solidariteit), mogelijke groei van leerlingen in het SO en en inzet van Ergotherapeuten komen ten laste van het budget voor zware ondersteuning. Het budget voor crisisplaatsen in het SO (gegarandeerde reservering van 10 plaatsen) komt ten laste van het budget voor lichte ondersteuning. Terugbrengen verwijzingen SBO en SO; Een eerste inventarisatie en analyse van de instroom en uitstroom van het SBO en SO leert dat het SWV op 1 oktober 2015 meer dan op schema ligt als het gaat om het terugbrengen van de verwijzingen naar het SO en het SBO. Grondslagen van de bekostiging De Rijksoverheid hanteert een tweetal grondslagen voor de bepaling van de bekostiging 1. Leerlingaantallen 2. Bedragen t.b.v. de bekostiging van de ondersteuning Zie voor een gedetailleerd overzicht van de aantallen en bedragen bijlage 2 en 3 van deze begroting. 3

4 De speerpunten voor het beleid in 2016 zijn onder meer: De uitwerking van de Monitor PassendWijs in een concrete managementsamenvatting: Hierbij gaat het om de vertaling van de uitkomsten van de monitor in een concrete samenvatting waaruit door het DB eb de directie conclusies kunnen worden getrokken voor de voortgang van het implementatieproces binnen PassendWijs op het gebied van o.a. de besteding en bestemming van de middelen, de arrangementen en de invulling van de zorgplicht door de scholen De concretisering en uitwerking van de bepalingen opgenomen in de Raamovereenkomst Expertise PassendWijs: In deze Raamovereenkomst zijn bestuurlijke afspraken opgenomen over de wijze waarop de individuele medewerkers worden ingezet t.b.v. de borging en ontwikkeling van de reeds aanwezige expertise in PassendWijs. Actualisering en optimalisering van de ondersteunings- en zorgstructuur in de scholen, de subregio s en de regio PassendWijs: Op basis van periodieke evaluaties in de subregio s wordt nagegaan of de gekozen ondersteuningsstructuur nog voldoende aansluit bij de ontwikkelingen die de scholen doormaken op de thema s die passend onderwijs direct raken. Het inrichten van onderwijszorgarrangementen samen met de gemeenten/zorgaanbieders in het kader van de transitie Jeugdzorg, Wet Langdurige Zorg en WMO: In toenemende mate moet er sprake zijn van afstemming, verbinding en samenwerking tussen het onderwijs en de gemeenten als het gaat om de inzet van zowel onderwijs als zorg voor kinderen die daar recht op hebben. Om te voorkomen dat zorg en onderwijs te veel gescheiden werelden zijn/worden, werken we aan gezamenlijke onderwijszorgarrangementen voor de leerlingen die naast onderwijs ook aangewezen zijn op bijvoorbeeld vormen van dagbesteding Specifieke aandacht en uitwerking van arrangementen voor observatieplaatsen, crisisleerlingen en (potentiële) thuiszitters o.b.v. expertisebekostiging: Voor een gelukkig beperkt aantal leerlingen is er meer nodig dan alleen passend onderwijs. Deze leerlingen hebben ook ondersteuning van professionals in de jeugdzorg/jeugdhulpverlening nodig om hun ontwikkeling weer op de rails te krijgen. Dat lukt alleen als er sprake is van een gezamenlijke verantwoordelijkheid en inzet, zowel qua ondersteuning als ook qua financiering Actualisering en herziening van het Ondersteuningsplan: Voor 1 mei 2016 ligt er een geactualiseerde versie van het Ondersteuningsplan, waarin de actuele en relevante ontwikkelingen binnen PassendWijs zijn beschreven. Afstemming en samenwerking met het V(S)O, onder meer door de aanpak: Naast de reeds bestaande vormen van overdracht tussen PO en VO, si de aanpak gericht op leerlingen in het primair onderwijs met een zeer specifieke ondersteuningsbehoefte. Uit onderzoek en ervaring blijkt dat wanneer deze leerlingen al vanaf begin groep 7 worden besproken door het primair onderwijs en voortgezet onderwijs (in aanwezigheid van de ouders), dat er dan gericht toegewerkt kan worden naar een passend arrangement in het VO, zonder dat er min of meer automatisch een beroep moet worden gedaan op het VSO Afstemming en verbinding met de voorzieningen in de voorschoolse periode: Relatief veel kinderen uit de voorschoolse periode (peuterspeelzalen/kinderdagverblijven, MKD s etc) stromen direct in het SO of SBO in. Juist een betere afstemming en samenwerking tussen PassendWijs en deze voorzieningen, maakt dat er in gezamenlijkheid kan worden gekeken naar wat deze kinderen nu echt nodig hebben en of het toch niet in het regulier onderwijs begeleid kan worden. Herinrichting van de website PassendWijs.nl 4

5 2. BEGROTING 2016 STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND PASSEND WIJS 2.1 BEGROTE STAAT VAN BATEN & LASTEN 2016 De totale exploitatiesom 2016 van SWV Passend Wijs bedraagt 15 miljoen. De overdracht van de bekostiging aan de schoolbesturen wordt conform de regelgeving verantwoord onder de Baten. De begrote overdracht van bekostiging aan de schoolbesturen bedraagt bijna 14,4 miljoen. Begroting Begroting Begroting 2016 januari tm juli augustus tm december Baten 3.1 Rijksbijdrage OCW Af: inkomensoverdrachten totaal baten Lasten 4.1 Personele lasten Afschrijvingen 4.3 Huisvestingslasten Overige instellingslasten totaal lasten Saldo baten en lasten financiële baten en lasten Exploitatieresultaat

6 3. TOELICHTING BEGROTING ALGEMEEN De begroting 2016 sluit af met een overschot van Dit overschot kan in de loop van 2016 eventueel nog worden aangewend worden ten behoeve van nog te realiseren projectaanvragen. Verdere opbouw van het weerstandsvermogen is niet noodzakelijk gezien de huidige omvang van het eigen vermogen. 3.1 TOELICHTING BEGROTE BATEN Toelichting Rijksbijdrage OCW De Rijksbijdrage bestaat sinds schooljaar uit een drietal componenten: Een budget voor de lichte ondersteuning. Dit budget is vergelijkbaar met het budget voor de oude samenwerkingsverbanden WSNS. Voor is budget Personeel vastgesteld op 156,61 per leerling regulier basisonderwijs. Voor is uitgegaan van eenzelfde bedrag. Het budget Materieel is vastgesteld op 7,44 per leerling regulier basisonderwijs. Een budget voor de zware ondersteuning. Voor is dit budget vastgesteld op 318,83 per leerling regulier en speciaal basisonderwijs. Voor is uitgegaan van eenzelfde bedrag. Het budget Materieel is vastgesteld op 30,64 per leerling regulier en speciaal basisonderwijs. Vergoeding voor schoolmaatschappelijk werk voor risicoleerlingen. Het leerlingenaantal waar deze vergoeding op gebaseerd is, is het aantal leerlingen in de reguliere basisscholen met een gewicht, conform de berekening van het ministerie. Begroting Begroting Begroting Rijksbijdrage OCW augustus tm januari tm juli december Personeel component Lichte ondersteuning Zware ondersteuning Verevening Materieel component Lichte ondersteuning Zware ondersteuning Verevening Schoolmaatschappelijk werk risico lln Vereveningscorrectie Bij de invoering van Passend Onderwijs wordt voor de zware ondersteuning een normbudget ingevoerd. Als gevolg daarvan wordt de bekostiging van de zware ondersteuning geëgaliseerd. In de afgelopen jaren zijn aanzienlijke regionale verschillen zichtbaar geworden in het verbruik van ondersteuningsmiddelen. Er zijn Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs die als gevolg van de egalisering een aanzienlijke korting op de ondersteuningsmiddelen moeten zien op te lossen, terwijl andere samenwerkingsverbanden juist ruimer in de middelen komen te zitten. Om de samenwerkingsverbanden die gekort worden de gelegenheid te geven zich aan te passen, heeft de overheid besloten een vereveningsperiode in te lassen. De verschillen zullen daardoor geleidelijk genivelleerd worden. 6

7 Het samenwerkingsverband Passend Wijs zal in de vereveningsperiode gekort worden op het budget voor zware ondersteuning. De korting wordt gefaseerd afgebouwd. Vanaf 1 augustus 2021 is het volledige normbudget beschikbaar. De vastgestelde correctiebedragen Personeel wordt voor het schooljaar met 3,315% geïndexeerd. Het vastgestelde correctiebedrag Materieel wordt voor het kalenderjaar 2016 met 2,10% aangepast. Voor een gedetailleerde uitwerking van de correctie verwijzen we naar bijlage Toelichting inkomstenoverdrachten Vanwege de aanpassing van het verantwoordingsmodel, wordt de door het samenwerkingsverband doorgeschoven lumpsumfinanciering negatief verantwoord onder de Rijksbijdrage. Dat heeft ook consequenties voor de verantwoording van schoolbesturen. Tot nu toe werden ontvangsten vanuit het swv WSNS door het schoolbestuur verantwoord onder post 3.5 (Overige baten). De middelen vanuit het swv passend onderwijs zullen moeten worden verantwoord onder post 3.1 (Rijksbijdragen). De bovenschoolse ondersteuning is, op de directeur na, allen werkzaam bij de schoolbesturen ressorterend onder het samenwerkingsverband. Voor de overzichtelijkheid zijn deze kosten verantwoord onder de personele lasten. In de eindverantwoording naar het ministerie van OCW zullen ook deze kosten, conform het aangepaste verantwoordingsmodel, worden verantwoord onder Inkomensoverdrachten. Begroting Af: inkomensoverdrachten januari tm juli Begroting augustus tm december Begroting 2016 SO Niet-beïnvloedbaar SO beïnvloedbaar Expertise inzet centraal (zwaar) Expertise SO - ondersteuningsteam Regionaal budget zware ondersteuning Uitgaven Sbao Expertise inzet centraal (licht) Uitgaven Extra middelen SMW Regionaal budget lichte ondersteuning

8 Expertise team (zwaar) Dit betreft de extra inzet bij een zestal projecten, alsmede de bovenregionale inzet van medewerkers bij de zware ondersteuning Augustus tm WTF Loonkosten Januari tm juli Totaal december Project SLB Over-Betuwe 1, Leerlingen met SvD in BaO Bovenregionale inzet 2, Mogelijke groei SO en Ergotherapie 0, Compensatie AWBZ Steunpunt autisme Het Project SLB Over-Betuwe wordt in ieder geval tot en met het schooljaar gecontinueerd. Compensatie AWBZ betreft de bekostiging van bijzondere regelingen en voorzieningen, zoals de voorzieningen voor gehandicapte leerlingen zoals die voorheen waren geregeld in de AWBZ. Er is een bedrag van 1,98 per leerling gereserveerd. De middelen zullen op aanvraag worden uitgekeerd. Ten behoeve van het steunpunt autisme is 1,52 per leerling gereserveerd. SO Niet-beïnvloedbaar Hier gaat het om de SO leerlingen met een categorie 2 (LG) en categorie 3 (MG) indicatie die te allen tijde in het SO geplaatst worden en daar ook blijven gedurende hun schoolloopbaan. Deze leerlingen krijgen een TLV voor de periode dat hun SO schoolloopbaan duurt. SO beïnvloedbaar Hier gaat het om SO leerlingen die we duiden als de categorie 1 leerlingen. Wellicht komt een aantal van deze leerlingen met extra ondersteuning in aanmerking voor terugplaatsing in het SBO of BAO. Tevens gaat het om leerlingen waarvoor een SO categorie 1 Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) wordt aangevraagd, maar die door de Commissie van Advies worden voorgedragen voor een SBO beschikking, dan wel een BAO-BAO plaatsing. Personele verplichtingen Zwaar (regulier) Het betreft hier de ambulant begeleiders en andere personeelsleden die voorheen (peildatum is 1 mei 2012) vanuit LGF en REC-middelen werden bekostigd. In het zgn. Tripartiete Akkoord is opgenomen dat het SWV een inspanningsverplichting heeft om deze medewerkers een werkplek te bieden. Deze medewerkers hebben in de nieuwe structuur van het SWV een werkplek gekregen in de ondersteuningsteams van de regio s. Deze inzet is vastgelegd in de Raamovereenkomst Expertise PassendWijs tussen het samenwerkingsverband en de betrokken schoolbesturen. Voor de individuele medewerkers zijn detacheringsovereenkomsten opgesteld. Middelen scholen (zwaar) De scholen kunnen beschikken over de lichte en zware ondersteuningsmiddelen na verrekening van een aantal centrale posten, zoals management/organisatie, verantwoording en monitoring en solidariteit. De middelen worden toegewezen aan de schoolbesturen o.b.v. een door de directeur van het SWV goedgekeurd regionaal plan van aanpak per subregio. 8

9 Expertiseteam (licht) De scholen en besturen en de subregio s kunnen beschikken over ondersteuning van zgn. ondersteuningsteams waarin o.a. de expertise en experts zijn verenigd die voorheen waren verbonden aan de REC s en de SWV en WSNS. De ondersteuningsteam kunnen op basis van het plan van aanpak ook worden aangevuld met andere deskundigen. Bekostiging Sbao Dit betreft de personele ondersteuningsbekostiging van de speciale basisscholen voor het aantal leerlingen dat de eerste twee procent van alle leerlingen in het regulier basisonderwijs en het speciale basisonderwijs van het samenwerkingsverband overstijgt. Voor de eerste twee procent betaalt het Rijk de basisbekostiging en de personele ondersteuningsbekostiging rechtstreeks uit aan de speciale basisscholen. Daarnaast is in dit bedrag de personele basis- en ondersteuningsbekostiging opgenomen voor de verwachte leerlingengroei tussen 1 oktober en 1 februari. Conform de afspraken, opgenomen in de grondslagen meerjarenbegroting. Personele verplichtingen (licht) Het hierboven al eerder genoemde Tripartiete Akkoord voorziet ook in een inspanningsverplichting voor een werkplek voor de personeelsleden die op 1 mei 2012 in dienst waren, dan wel werkzaamheden verrichten voor de swv en WSNS en bekostigd werden vanuit de middelen WSNS. Ook hier geldt dat voor de medewerkers die in de nieuwe structuur van het SWV een plaats hebben gekregen een Raamovereenkomst en een individuele detacheringsovereenkomst wordt afgesloten. Grensverkeer Er is in de begroting in dit stadium nog geen bedrag opgenomen voor inkomend grensverkeer. Er is sprake van grensverkeer wanneer leerlingen uit een basisschool van een aangrenzend dan wel ander samenwerkingsverbanden worden geplaatst in een school voor speciaal basis onderwijs in dit samenwerkingsverband. De bekostiging wordt dan overgedragen door het aangrenzende dan wel andere samenwerkingsverband. De directeur van het SWV is in overleg met de aanpalende SWV-en over het opstellen van een nieuwe regeling voor grensverkeer. Uitgaande van een eerste verkenning en analyse van het grensverkeer, kan geconstateerd worden dat het aantal in- en uitgaande grensverkeer leerlingen in evenwicht is over een periode van de afgelopen drie jaar. Grensverkeer van SO leerlingen wordt automatisch door DUO verrekend o.b.v. de T-1 systematiek. 9

10 3.2 TOELICHTING BEGROTE PERSONELE LASTEN De personele lasten van het samenwerkingsverband betreft de ingehuurde expertise van de directeur van de stichting. Daarnaast worden ook voor de secretariële en administratieve werkzaamheden externe medewerkers ingehuurd. Ook de kosten met betrekking tot de Commissie TLV en coördinatie van de regio s zijn hier begroot. 3.3 TOELICHTING BEGROTE HUISVESTINGSLASTEN De huisvestingslasten betreft de kosten van medegebruik ruimten aan de Beverweerdlaan en Kazerneplein in Arnhem. Het betreft het gebruik door het MT en de Ondersteuningsteams en Schoolcontactpersonen. Het gebruik van ruimten door de regiocoördinatoren wordt verrekend met de lichte ondersteuningsmiddelen. 3.4 TOELICHTING BEGROTE OVERIGE INSTELLINGSLASTEN Voor de communicatie en materieel zijn bedragen begroot ( respectievelijk per jaar). 10

11 4. MEERJARENPERSPECTIEF Bij het overzicht van de geraamde baten en lasten en bij het overzicht van de bestuursbudgetten (bijlage 1.) wordt een meerjarenbeeld gegeven. Hierin is rekening gehouden met een jaarlijkse krimp in het leerlingenaantal van het samenwerkingsverband. Dit is gedaan omdat diverse publicaties over de demografische ontwikkeling aangeven dat er in de komende jaren een afname van het aantal inwoners in deze regio wordt verwacht. Het bestuur is uitgegaan van een jaarlijkse krimp van 1% van het leerlingentotaal in haar regio. In het meerjarenperspectief wordt ook duidelijk wat de invloed is van de toepassing van de vereveningscorrectie tot 1 augustus De verevening begint op 1 augustus 2016, wanneer de uitbetaling van normbudgetten totaal wordt ingevoerd. Het meerjarenperspectief biedt inzicht in de te verwachten mogelijkheden voor zowel de hoogte van de ondersteuningsbedragen per schoolbestuur als ook de gerealiseerde doelstellingen m.b.t. het terugdringen van de instroom in het SO en SBO. De regionale plannen van aanpak van de subregio s en de uitkomsten van de jaarlijkse monitor van PassendWijs zijn de leidraad voor het bijstellen van de doelstellingen, ambities en opbrengsten in het Ondersteuningsplan en de Jaarplanning-werkagenda. De meerjarenbegroting is mede gebaseerd op onderstaande leerlingprognose. Hierbij is uitgegaan van een verwijspercentage voor het SO op landelijk niveau in Kengetallen Leerlingenaantallen Omvang SWV Omvang t.o.v % 99% 97% 96% 95% 94% 93% 92% Leerlingen bao Leerlingen sbao Leerlingen SO Cat 1 <8 jaar15,6% Cat 1 >8 jaar Cat 2 <8 jaar2,7% Cat 2 >8 jaar,7% Cat 3 <8 jaar,8% Cat 3 >8 jaar11,6% Verwijspercentages sbao 2,89% 2,99% 2,71% 2,68% 2,65% 2,62% 2,59% 2,56% SO 1,95% 1,77% 1,69% 1,75% 1,72% 1,69% 1,66% 1,63% 11

12 BIJLAGEN 1. Meerjarenbegroting Passend Wijs op schooljaarniveau (tabblad MJB Passend Wijs) 2. Overzicht tarieven en verevening 3. Grondslagen bij de meerjarenbegroting 12

13 Bijlage 1 Begroting 2015/ / / / / /21 Baten zware zorg Verevening Totaal baten zware zorg Lasten zware zorg SO Niet-beïnvloedbaar SO beïnvloedbaar Uitgaven SO Budget Overhead SWV (50%) Expertise inzet centraal (zwaar) Expertise SO - ondersteuningsteam Uitgaven centraal niveau Regionaal budget zware ondersteuning

14 Begroting 2015/ / / / / /21 Baten lichte zorg Extra middelen SMW Totaal baten lichte zorg Lasten lichte zorg Uitgaven Sbao Budget Overhead SWV (50%) Expertise inzet centraal (licht) Uitgaven Extra middelen SMW Uitgaven centraal niveau Regionaal budget lichte ondersteuning Regionaal budget Regionaal budget zwaar Regionaal budget licht Totaal

15 Begroting 2015/ / / / / /21 Resultaat Totale baten Ondersteuningskosten SO Expertise SO - ondersteuningsteam Uitgaven Sbao Programma's SWV (inc AWBZ en St. Aut.) Middelen schoolbesturen Per leerling Resultaat

16 Bijlage 2 Verevening Personeel op basis van telling Nummer SWV Naam SWV PO2506 Samenwerkingsverband PO normatieve ondersteuningsbudget normbekostiging verevening 277 (bedrag per leerling bao en sbao) ondersteuningskosten cf artikel 28 (Prijzen op basis van personeel ) so jonger dan 8 so 8 jaar en ouder so cat 1 (CLUSTER 4, ZMLK,. LZ) 8.770, ,38 so cat 2 (LG) , ,11 ondersteuningskosten so so cat 3 (MG) , , rugzak bekostiging inclusief P&A AB in bao in sbao CLUSTER , ,31 LG , ,31 MG , ,49 ondersteuningskosten rugzakken LZ , ,31 ZMLK , ,31 ZMLK bovenbouw 6.571, /+ overige ambulante begeleiding totaal totaal zware ondersteuningskosten /- verevening normatieve ondersteuningsbudget minus totaal zware ondersteuningskosten * 3,32% * tbv aanpassing verevening personeel 16

17 Verevening Materieel Nummer SWV Naam SWV op basis van telling PO2506 Samenwerkingsverband PO normatieve ondersteuningsbudget normbekostiging verevening 29,32 (bedrag per leerling bao en sbao) ondersteuningskosten (Prijzen op basis van materieel 2015) so jonger dan 8 so 8 jaar en ouder so cat 1 (CLUSTER 4, ZMLK,. LZ) 702,26 784,40 so cat 2 (LG) 1.171, ,44 ondersteuningskosten so so cat 3 (MG) 1.545, , rugzak bekostiging in bao in sbao CLUSTER LG MG ondersteuningskosten rugzakken LZ ZMLK ZMLK bovenbouw /+ totaal zware ondersteuningskosten verevening normatieve ondersteuningsbudget minus totaal zware ondersteuningskosten /- 17

18 Bijlage 3 Grondslagen voor personele en financiële inrichting van de MJB PassendWijs Inleiding Deze notitie is bedoeld als onderlegger bij de door de Raad van Toezicht vastgestelde en goedgekeurde meerjarenbegroting (MJB) van het samenwerkingsverband PassendWijs. Hieronder vinden alle betrokkenen een uitleg bij de keuzes die gemaakt zijn en de verwerking daarvan in de MJB. Na het verwerken van deze keuzes en bovenal de laatste wijzigingen vanuit DUO en OCW, is de definitieve uitwerking van de Meerjarenbegroting als bijlage bij deze grondslagen meegestuurd: In de bijlage 2 vindt u meerjarenbegroting. Hieronder volgt een korte toelichting op de meerjarenbegroting en daarna vindt u een uitgewerkt overzicht van de grondslagen bij de begroting.. - In dit overzicht wordt duidelijk dat de bijdragen voor de zware en lichte ondersteuning nu respectievelijk 91 en 100 euro per leerling bedragen. Dit bedrag is door het DB vastgesteld op 15 december 2015 en door de RvT goedgekeurd op 16 december Tevens is de tussentijdse groei van zowel het SO als SBO meegenomen, alsmede de bekostiging van een aantal bestaande en succesvolle onderwijs-zorgarrangementen, zoals de ondersteuning van de SLB-groep in de regio Overbetuwe, de ondersteuning van de leerlingen met een Syndroom van Down in het reguliere onderwijs en het inrichten van een arrangement voor crisisplaatsingen. Daarnaast is opgenomen het bedrag dat besteed wordt aan de ondersteuning vanuit het speciaal onderwijs, het voormalige LGF-AB. Uit deze middelen wordt ook de personele inzet voor expertise op centraal niveau (o.a. ergotherapie) en de SLB-groep in Overbetuwe (specifiek voor regio 2) bekostigd. De 2000 euro per rugzak verdwijnt, de bijdragen voor de zware en lichte ondersteuning wijzigen daardoor naar respectievelijk 91 en 100 euro. De inzet, besteding en bestemming van deze middelen is weliswaar bestuurlijk geoormerkt, maar wordt o.b.v. een regionaal plan van aanpak (kort, eenvoudig en transparant) verantwoord. De regio coördinator zal de besturen in de regio s ondersteunen bij de inrichting van dit plan van aanpak. Het plan dient door de directeur van het SWV PassendWijs te worden vastgesteld. 1. Personele bezetting. 18

19 a. Centraal - directeur: nu 2 dagen straks 2 á 3 dagen Secretariële ondersteuning: 2 dagen Financiële ondersteuning: 1 dag controller en 8000 AK communicatie (nieuwsbrief webstite etc.) Materieel Huisvesting Totaal Toelichting: De centrale CvA ( het MT van het swv PassendWijs) heeft alleen een toetsingsopdracht. De feitelijke toeleiding tot de TLV gebeurt in de regio s vanuit de scholen en hun zorgteams. Als de school een ondersteuningsvraag formuleert die neigt naar de aanvraag van een TLV voor het sbo of so, kan de school in ieder geval beschikken over een orthopedagoog/psycholoog en een tweede deskundige o.b.v. de specifieke ondersteuningsbehoefte van de leerling. Deze expertise is verbonden aan de regionale ondersteuningsteams. Samen met deze wettelijk verplichte deskundigen en de ouders formuleert de school de aanvraag voor een TLV. Vervolgens wordt deze TLV voorgelegd aan de regio coördinator die de eerste en werkelijke check uitvoert op de toegepaste procedure en de bekostiging van de aanvraag. Vervolgens wordt de TLV ingebracht in het MT en daar wordt door de directeur gemandateerd door het bestuur de TLV afgegeven. Zowel in de regio als binnen het MT is er sprake van secretariële en administratieve centrale ondersteuning. De kosten voor de secretariële en administratieve ondersteuning in de regio s moet uit het budget van de regio komen. Het bestuur geeft een goedkeuring middels de vaststelling van de begroting van de regio s. b. Regionaal 19

20 Coördinatie: leerlingen Omvang Arnhem dagen verdeeld over 2 subregio's (Noord en Zuid) Over-Betuwe dagen Rheden dagen Renkum dagen Kosten Regionale commissie toelaatbaarheidsverklaringen: 2 deskundigen (orthopedagoog/gz psycholoog 4,5 dagen en 2 de deskundige) staf ondersteuning TLV s SO Secretariële/administratieve ondersteuning (zit centraal) Arnhem 8 uren Over-Betuwe 6 uren Rheden 1 uren Renkum 1 uren Totale personele kosten voor de regio Totale kosten a + b Uitgangspunten bij toedeling ondersteuningsmiddelen van het SWV a. Regio CvA is bepalend (expertise in de school) b. Secretariële ondersteuning bundelen in de zin dat de ondersteuning ook gebruikt kan worden in de CvA en het MT (centraal en regionaal) c. Regiocoördinatoren ook inzetten t.b.v. de ondersteuning van de regionale CvA. d. Bedrag per leerling uit de zware middelen; schooljaar ,- per leerling e. Lichte middelen zo veel als mogelijk terug naar de regio s en schoolbesturen; schooljaar per leerling f. Vanaf 2016 centraal budget voor verwijzing en ondersteuning plus een bedrag per leerling naar de regio s en schoolbesturen 20

21 3. Kaders voor het toedelen van beschikbare middelen aan de regio s a. De omvang van de vrij beschikbare regionale middelen wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur van het SWV in de begroting van het kalenderjaar. b. De inzet van de vrij beschikbare regionale middelen wordt gecoördineerd door de regiocoördinator in overleg met de deelnemende schoolbesturen. c. Invulling van de posities van de coördinatoren gebeurt onder verantwoordelijkheid van het bestuur van het SWV onder leiding van de directeur van het SWV i.o.m. de schoolbesturen uit de regio. d. De vrij beschikbare middelen worden op regioniveau ingezet, geoormerkt per schoolbestuur op basis van het aantal leerlingen. De directeur van het SWV PassendWijs dient goedkeuring te geven aan het plan van inzet in de regio. e. Uitgangspunt is dat de regio een eigen ondersteuningsstructuur inricht. f. In de opzet van deze structuur wordt rekening gehouden met de benodigde expertise op de verschillende scholen (vraag gestuurd). g. De ondersteuningsstructuur wordt vormgegeven door per regio (of wijkniveau) een ondersteuningsteam in te richten. h. Wanneer de regio een ander model voorstelt waarbij er een structuur op bijvoorbeeld het niveau van het schoolbestuur of school wordt ingericht, zal in elk geval duidelijk moeten worden gemaakt hoe de samenhang van de totale expertise in de regio wordt gewaarborgd. i. Bij de invulling van de personele bezetting wordt zoveel als mogelijk gebruik gemaakt van de beschikbare expertise bij de huidige betrokken medewerkers. De medewerkers die hierbij onder het tripartiete akkoord vallen hebben voorrang boven andere medewerkers. j. Totdat alle bestaande verplichtingen zijn herplaatst dient het bestuur of de directeur van het SWV goedkeuring te verlenen aan de benoeming van medewerkers op deze middelen. k. Zodra alle bestaande verplichtingen zijn herplaatst wordt er bij vacatures in eerste instantie geworven bij alle deelnemende besturen in het SWV en vervolgens bij onvoldoende respons dan wel kwaliteit - extern. l. Het ondersteuningsteam ondersteunt bij alle vragen om ondersteuning op het niveau van de BaO-scholen (eventueel inclusief ondersteuning bij het voorbereiden en inrichten van een TLV). m. Het SWV richt, indien gewenst door alle regio s, op het niveau van het SWV (centraal) nog een kleine structuur in van specialistische expertise, waar alle regio s gebruik van kunnen maken. n. Het SWV richt een virtuele expertisebank in waarin wordt vastgelegd welke expertise er in het SWV (op centraal, regio en schoolniveau) te vinden is. Wanneer regio s hier gebruik van willen maken stemmen zij dit onderling met elkaar af. 21

22 4. Afspraken aangaande de bekostiging voor SBO en SO a. Er is een groeiregeling ingesteld conform de landelijke groeiregeling SO. b. De teldatum 1 oktober is bepalend voor de bekostiging schooljaar daaropvolgend. c. Tenzij er op 1 oktober sprake is van groei van tenminste één groep (N-factor) t.o.v. van de laatste teldatum of op 1 februari van ten minste een halve groep (halve N-factor). d. De N factor = 12 leerlingen voor SBO en Categorie 1 en 2 SO en 7 voor categorie 3 SO. e. De laatste teldatum is afhankelijk van eventuele groei die is geweest. Dit kan zijn op 1 oktober dan wel 1 februari. f. Bij een groeitelling op 1 oktober van enig schooljaar (met minimaal een hele N-factor), vindt uitbetaling van het personele deel voor zowel de basis- als ondersteuningskosten plaats vanaf 1 januari daarop volgend. g. Bij groei op 1 februari van enig schooljaar ( met minimaal een halve N-factor) vindt uitbetaling van het personele deel voor zowel de basis- als ondersteuningskosten plaats vanaf het daarop volgende schooljaar. De materiële instandhouding bij groei wordt niet bekostigd conform deze systematiek, maar volgt de landelijke richtlijnen en regelgeving h. Voor de toekenning van groeibekostiging dienen de officiële overzichten van DUO-BRON te worden overlegd. 5. Bekostiging ondersteuningsgroep in Elst Deze specifieke ondersteuning gericht op leerlingen met een cluster 3 indicatie wordt voor één schooljaar (schooljaar ) verlengd. In het schooljaar wordt een tweede groep ingericht. O.b.v. de inhoudelijke en financiële onderbouwing die door de regio Overbetuwe is aangeleverd, wordt vanuit het centrale budget van het SWV een bijdrage geleverd aan dit project. De bijdrage uit de regionale ondersteuningsmiddelen (de voormalige LGF-middelen voor school en ambulante begeleiding)aan de eerste groep, wordt gecontinueerd. 22

23 6. Nog uit te werken onderwerpen a. Toepassen van het solidariteitsfonds zware ondersteuning op centraal niveau (SO). Dit is alleen bedoeld voor leerlingen met een categorie 2 en 3 status, die rechtstreeks vanuit de voorschoolse voorzieningen, crisissituatie of de thuissituatie in het SO moeten instromen en leerlingen in het BaO met het Syndroom van Down. Het gaat dus om leerlingen waarbij direct duidelijk is dat hun passende onderwijsplek in het SO ligt en (nog) niet in het regulier onderwijs. Daarbij zal het voornamelijk gaan om leerlingen met een zgn. categorie 2 (LG) en categorie 3 (MG) Toelaatbaarheidsverklaring (TLV). Het gaat ook over leerlingen met het Syndroom van Down, die binnen het regulier onderwijs kunnen worden begeleid en ondersteund. Dit om te voorkomen dat deze doelgroep omwille van financieel beleid te allen tijde direct wordt doorverwezen naar het SO. Scholen die een leerling met het Syndroom van Down gaan begeleiden, kunnen zo lang de leerling de school bezoekt (of bij alsnog plaatsing op het SO) een beroep doen op het solidariteitsfonds. Hiervoor moet dan altijd een arrangement (OPP) gemaakt worden, waarin duidelijk wordt gemaakt wat de ondersteuningsbehoefte van zowel de leerling als de leerkracht en de school is. Toekenning vindt plaats op centraal niveau. b. Alle leerlingen die niet onder het solidariteitsfonds vallen, moeten in principe worden aangemeld bij een basisschool in de subregio waar die leerling woonachtig is. c. Voor de leerlingen met een ondersteuningsvraag in de voorschoolse periode, wordt de afspraak met de voorschoolse voorzieningen gemaakt dat deze leerlingen uiterlijk op de leeftijd van 3 jaar en 9 maanden worden aangemeld bij een school in de subregio. d. Besluitvorming eenmalige bekostiging groei SBO en SO 8. Monitoring en evaluatie Monitoring en evaluatie op zowel kwalitatief als kwantitatief niveau vindt plaats door het MT o.b.v. wettelijk vastgestelde indicatoren en modules die in overeenstemming zijn met het Toezichtkader Passend Onderwijs van de Inspectie. Daar waar het gaat om de monitoring van de ondersteuningsmiddelen richten we ons onder meer op: De uitvoering en opbrengsten van het regionaal plan van aanpak inclusief de besteding en bestemming van de bestuurlijk geoormerkte middelen Het aantal aanvragen en toekenningen van Toelaatbaarheidsverklaringen voor het SO en SBO en de kosten die daaraan verbonden zijn. De inzet, effectiviteit van en tevredenheid over het functioneren van de regionale Ondersteuningsteams De eventuele groei van het SO en het SBO Het aantal succesvolle terugplaatsingen Het aantal crisisplaatsingen De directe en onder instroom in het regulier en speciaal (basis) onderwijs. Het gebruik van het solidariteitsfonds. 23