Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten"

Transcriptie

1 Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in De gegevens mogen met bronvermelding (F.M. de Graaff, T.J. van Hasselt, A.L. Francke, Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005) worden gebruikt. Gezien het openbare karakter van NIVEL publicaties kunt u altijd naar deze pdf doorlinken. Het rapport is te bestellen via receptie@nivel.nl. Ga (terug) naar de website: Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten ervaringen en opvattingen van naasten en professionals F.M. de Graaff T.J. van Hasselt A.L. Francke

2 Dit onderzoek is gefinancierd door ZonMW Programma Palliatieve zorg in de Terminale Fase ISBN Telefoon Fax NIVEL, Postbus 1568, 3500 BN UTRECHT Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het NIVEL te Utrecht. Het gebruik van cijfers en/of tekst als toelichting of ondersteuning in artikelen, boeken en scripties is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.

3 Inhoud Samenvatting 7 1 Inleiding en achtergronden Achtergronden van het onderzoek en onderzoeksvragen Gebruikte begrippen Opzet van dit rapport 13 2 Onderzoeksmethoden Inleiding Interviews met naasten van Turkse en Marokkaanse terminale patiënten Keuze voor naasten en voor kwalitatieve interviews Werving van naasten Beschrijving van de geïnterviewde naasten Afname van interviews met naasten Analyse van interviews met naasten Interviews met indicatiestellers van RIO s en transferverpleegkundigen Algemene omschrijving van deze onderzoeksgroepen en keuze voor interviews Werving van indicatiestellers Beschrijving van de geïnterviewde indicatiestellers Werving van transferverpleegkundigen Beschrijving van de geïnterviewde transferverpleegkundigen Afname van de interviews met indicatiestellers of transferverpleegkundigen Analyse van interviews met indicatiestellers en transferverpleegkundigen Vragenlijstonderzoek onder thuiszorgmedewerkers en huisartsen Keuze voor deze onderzoeksgroepen en voor vragenlijstonderzoek Selectie en werving van thuiszorgmedewerkers Beschrijving van de ondervraagde thuiszorgmedewerkers Selectie en werving van huisartsen Beschrijving van de ondervraagde huisartsen Ontwikkeling en inhoud van vragenlijsten voor thuiszorgmedewerkers en huisartsen Analyse van de vragenlijstgegevens 26 3 Ervaringen en opvattingen van naasten Inleiding Ervaringen met thuiszorg en voor naasten belangrijke zorgelementen Factoren die toegang tot en gebruik van thuiszorg beïnvloeden Bespreekbaarheid van het ziektebeloop Samenstelling en taakverdelingen in de familie Bijdrage aan de zorg van de eigen gemeenschap Informatie over en ervaring met thuiszorg 37 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

4 3.3.5 Voorkeur voor verzorging door familie Conclusies en discussie 42 4 Ervaringen en opvattingen van indicatiestellers en transferverpleegkundigen Inleiding Ervaringen van indicatiestellers met Marokkaanse en Turkse terminale patiënten Factoren van invloed op toegang of gebruik van thuiszorg, vanuit perspectief van indicatiestellers Taal- en communicatieproblemen Bespreekbaarheid ziektebeloop Verwachtingen ten aanzien van zorg door familie Verwachtingen ten aanzien van Nederlandse zorgverleners Beperkingen van indicatie-organen en zorginstellingen Ervaringen van transferverpleegkundigen met Turkse en Marokkaanse terminale patiënten Factoren die volgens transferverpleegkundigen invloed hebben op de toegang tot en gebruik van thuiszorg Taal en communicatieproblemen Inzicht in ziektebeloop Verwachtingen ten aanzien van zorg door familie Verwachtingen ten aanzien van Nederlandse zorgverleners Beperkingen van ziekenhuizen en thuiszorgorganisaties Conclusies en discussie 61 5 Ervaringen en opvattingen van huisartsen en thuiszorgmedewerkers Inleiding Kenmerken van patiënten uit casussen van thuiszorgmedewerkers en huisartsen Ervaringen en opvattingen aan de hand van casussen Ervaringen en opvattingen van thuiszorgmedewerkers en huisartsen in het algemeen met de doelgroepen Factoren die toegang tot en gebruik van thuiszorg kunnen beïnvloeden Verschillen tussen Turkse en Marokkaanse terminale patiënten volgens Suggesties voor verbetering van de toegang tot en het gebruik van thuiszorg Conclusies en discussie 78 6 Aanbevelingen voor beleid en praktijk Inleiding Onderwerpen besproken in de expertmeeting Aanbevelingen voor uitvoerende professionals Aanbevelingen voor beleidsmakers en managers 84 Literatuur 85 4 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

5 Bijlagen: Bijlage 1 30 steden met een hoge concentratie aan Turken en/of Marokkanen (CBS, 2004) Bijlage 2 Participanten in begeleidingscommissie en expertmeeting Bijlage 3 Vragenlijst thuiszorgmedewerkers Bijlage 4 Vragenlijst huisartsen Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

6 6 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

7 Samenvatting Doelstellingen Het primaire doel van de gepresenteerde deelonderzoeken was inzicht krijgen in de ervaringen en opvattingen van Turkse en Marokkaanse families en van betrokken professionals omtrent thuiszorg in de terminale fase. Het tweede oogmerk was om 'experience based' aanbevelingen voor beleidsmakers en zorgverleners te formuleren om de thuiszorg aan terminale Turkse en Marokkaanse patiënten en hun familieleden te optimaliseren. Samenvatting per hoofdstuk Na een inleidend hoofdstuk (1) en een hoofdstuk (2) over de onderzoeksmethoden, behandelt het derde hoofdstuk resultaten van kwalitatieve interviews met naasten van negentien Turkse of Marokkaanse terminale of recent overleden patiënten. De volgende onderzoeksvragen staan daarbij centraal: 1. Welke ervaringen en opvattingen hebben naasten van Turkse en Marokkaanse terminale patiënten ten aanzien van professionele en vrijwillige thuiszorg en wat vinden zij en de terminale patiënten die zij verzorgd hebben belangrijke elementen in de zorg? 2. Welke belemmerende en bevorderende factoren spelen er volgens naasten bij de toegang tot en het gebruik van thuiszorg? De Turkse en Marokkaanse families die gebruik maken van thuiszorg zijn daarover vaak tevreden: over de zorg en bejegening van de thuiszorgmedewerkers is men veelal heel positief en ook over de verstrekte hulpmiddelen is men tevreden. Toch wordt niet altijd gebruik gemaakt van thuiszorg als de zorg voor de familie erg zwaar wordt of als om andere redenen thuiszorg geëigend lijkt. Op grond van de analyses van de interviews met naasten zijn verschillende factoren onderscheiden die de toegang tot en het gebruik van thuiszorg kunnen belemmeren. Het blijkt dat persoonlijk factoren, zoals het vaak beperkte inzicht in het ziektebeloop mede bepalen of men thuiszorg gebruikt. Ook factoren op familieniveau, zoals de samenstelling en taakverdelingen binnen de familie, spelen een rol. Ook zijn er determinanten op het niveau van de gemeenschap en op het niveau van de professionele voorzieningen. Of en hoe gebruik gemaakt wordt van thuiszorg is echter volgens de interviews met naasten, bovenal afhankelijk van de mate waarin de familie de voorkeur geeft aan uitsluitend verzorging door de eigen familie. Daarbij is het in veel gevallen zo dat de familie het vaak als vanzelfsprekend ziet dat een vrouwelijk familielid vrijwel alle uitvoerende zorgtaken op haar schouders neemt. Met als gevolg dat deze persoon vaak zeer zwaar belast is. Het vierde hoofdstuk gaat in op ervaringen en opvattingen van indicatiestellers en transferverpleegkundigen; professionals die een belangrijke rol (kunnen) spelen bij de toegang tot thuiszorg. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

8 De onderzoeksvragen daarbij luiden: 3. Welke ervaringen en opvattingen hebben indicatiestellers en transferverpleegkundigen omtrent professionele thuiszorg voor Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en naasten? 4. Welke factoren belemmeren of bevorderen volgens hen de toegang tot en het gebruik van professionele thuiszorg door die doelgroepen? 5. Zijn er volgens indicatiestellers en transferverpleegkundigen verschillen tussen Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en naasten voor wat betreft (a) het soort diensten van de thuiszorg waar men naar verwezen wordt of gebruik van maakt; (b) de factoren die de toegang tot of het gebruik van thuiszorg belemmeren of bevorderen? Indicatiestellers en transferverpleegkundigen blijken slechts sporadisch contacten te hebben met deze doelgroepen, ook al werken ze in steden met hoge concentraties Turkse en Marokkaanse inwoners. De kwalitatieve interviews met indicatiestellers en transferverpleegkundigen geven inzicht in de factoren die - gezien vanuit het perspectief van de hulpverlener - van invloed zijn op de toegang tot en het gebruik van thuiszorg. Taal- en communicatieproblemen zijn volgens indicatiestellers en transferverpleegkundigen een belangrijke barrière als het gaat om de toegang tot thuiszorg. Ook beperkingen van indicatie-organen, thuiszorgorganisaties en ziekenhuizen (bijvoorbeeld de vele reorganisaties en de hoge werkdruk) en de verschillende verwachtingen ten aanzien van familiezorg of thuiszorg, evenals een beperkt inzicht in het ziektebeloop, spelen volgens deze professionals een rol. Echter al die beïnvloedende factoren zouden overschaduwd worden door de centrale rol die taal- en communicatieproblemen spelen. Vervolgens staan in hoofdstuk 5 de perspectieven van huisartsen en thuiszorgmedewerkers centraal. Door middel van vragenlijstonderzoek onder deze professionals worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord: 6. Welke ervaringen en opvattingen hebben thuiszorgmedewerkers en huisartsen omtrent professionele thuiszorg voor Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en naasten? 7. Welke factoren belemmeren of bevorderen volgens hen de toegang tot en het gebruik van professionele thuiszorg door die doelgroepen? 8. Zijn er volgens voornoemde professionals verschillen tussen Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en naasten voor wat betreft: (a) het soort diensten van de thuiszorg waar men naar verwezen wordt of gebruik van maakt; (b) de factoren die de verwijzing naar, de indicatiestelling voor of het gebruik van thuiszorg belemmeren of bevorderen? Teneinde inzicht te krijgen in de meningen en ervaringen thuiszorgmedewerkers en huisartsen omtrent thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten beschreven de respondenten in hun vragenlijst hun laatste patiënt die tot de doelgroepen behoorde. De thuiszorgmedewerkers zijn minder positief dan huisartsen over hoe de thuiszorg is verlopen in de casussen. In twee derde van de casussen van de thuiszorgmedewerkers zou de thuiszorg met enige tot veel problemen gepaard zijn gegaan. 8 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

9 De voornaamste reden waardoor thuiszorgmedewerkers niet tevreden zijn betreft taal-/ communicatieproblemen met de patiënt of familie. Daarbij spelen bijvoorbeeld het moeilijk kunnen afstemmen van de zorg en problemen met het maken van afspraken een rol. Hoewel de thuiszorgmedewerkers dus zorgen hebben over (de kwaliteit van) de verleende thuiszorg, geeft een meerderheid wel aan dat de behoefte aan thuiszorg onder deze doelgroepen groot is. Huisartsen schatten de behoefte aan thuiszorg lager in dan thuiszorgmedewerkers en weten vaak niet of de zorgverlening door thuiszorg na hun verwijzing goed verloopt. De lagere behoefte-inschatting lijkt verklaarbaar: huisartsen zien immers zowel de Turkse en Marokkaanse patiënten die geen thuiszorg krijgen als de patiënten die wel thuiszorg krijgen, terwijl thuiszorgmedewerkers alleen de families zien die wel thuiszorg hebben gekregen. Maar de lagere behoefte-inschatting kan ook duiden op een minder goed zicht op de reële behoefte aan ondersteuning van de patiënt en diens primaire verzorger. In de huisartsencasussen maakte vier op de tien patiënten geen gebruik van thuiszorg, in veel gevallen omdat familieleden zelf alle zorg voor het zieke familielid op zich wilde nemen. Bijna de helft van de huisartsen die in de casus de patiënt niet hebben doorverwezen naar de thuiszorg, stelt dat het achteraf gezien beter zou zijn geweest als de patiënt wel naar thuiszorg was verwezen, omdat het zorgende familielid dan ontlast had kunnen worden of omdat de zorg thuis dan waarschijnlijk beter was verlopen. Ook hebben huisartsen en thuiszorgmedewerkers factoren genoemd die de toegang tot of gebruik van thuiszorg bij deze doelgroep in het algemeen beïnvloeden. Opnieuw in dat kader worden taal- en communicatieproblemen veel genoemd, zowel door de thuiszorgmedewerkers als door de huisartsen. Tevens is aan thuiszorgmedewerkers en huisartsen gevraagd of zij verschillen zien tussen Turkse en Marokkaanse terminale patiënten als het gaat om de diensten van thuiszorg of de barrières in de thuiszorg. Hoewel een klein deel wel verschillen zag, wordt de aard van die verschillen niet duidelijk benoemd door huisartsen en thuiszorgmedewerkers. Mogelijk speelt daarbij een rol dat de ervaringen die men heeft met deze doelgroepen beperkt zijn. Ook is de thuiszorgmedewerkers en huisartsen gevraagd suggesties ter verbetering te geven op grond van hun eigen ervaringen. De belangrijkste punten die thuiszorgmedewerkers noemen zijn het inzetten van tolken ook aan huis, scholing op het gebied van culturele achtergronden in familiezorg en voorlichting vanuit de thuiszorg over aanbod en werkwijze. Huisartsen noemen als belangrijkste aanbeveling het inzetten van een VETC-er (zie tabel 5.8). Tenslotte is in een expertmeeting gediscussieerd over hoe de resultaten uit beide deelstudies vertaald kunnen worden in aanbevelingen voor praktijk en beleid. Mede op basis van de discussies in de expertmeeting komen we aan het eind van dit rapport tot een aantal aanbevelingen voor uitvoerende professionals: - overleg zowel met de vrouwelijke familieleden die de zorg uitvoeren als met de mannelijke familieleden die de familie vertegenwoordigen; - accepteer dat open communicatie over sterven moeilijk is, maar bespreek wel de zorgmogelijkheden; - overleg met en verwijs vaker naar andere professionals die bij de thuiszorg betrokken zijn. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

10 Ook zijn aanbevelingen voor beleidsmakers en managers geformuleerd: - bied gerichte voorlichting aan de Turkse en Marokkaanse doelgroepen over de mogelijkheden van thuiszorg; - optimaliseer de indicatiestelling; - school Nederlands personeel in de zorg voor deze doelgroepen. 10 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

11 1 Inleiding en achtergronden 1.1 Achtergronden van het onderzoek en onderzoeksvragen Turkse en Marokkaanse ouderen vormen een groeiende groep in de Nederlandse samenleving. Hoewel hun aantal nog gering is 1 zal dit aantal naar verwachting snel toenemen door de vergrijzing van de doelgroepen. Dit zal ook gevolgen hebben voor het aantal allochtonen dat in Nederland sterft en een beroep doet op zorgverleners. Uit onderzoek blijkt dat Turken en Marokkanen relatief weinig gebruik maken van thuiszorg (Maravelias, 2000; Raad voor de Volksgezondheid en Zorg, 2000). Dat geldt ook voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten en hun families (Van den Brink, 2000). Verschillende factoren lijken een rol te spelen zoals taalproblemen, de norm van de familie dat zij de zieke zelf behoren te verzorgen en verschillende opvattingen over 'goede zorg' (Yerden, 2000; De Graaff en Francke, 2003). Het is in dit verband belangrijk dat professionele thuiszorgorganisaties hun aanbod aan Turkse en Marokkaanse migranten meer bekend maken en tevens in staat zijn om op maat gesneden terminale zorg te leveren. Voor zorg op maat, is inzicht in de zorgbehoeften en zorgervaringen van deze allochtone doelgroepen cruciaal. Om dit inzicht te bevorderen is in met subsidie van ZonMw (programma Palliatieve Zorg in de Terminale Fase) onderzoek verricht naar de behoefte van Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en hun familieleden aan thuiszorg. De onderzoeksvragen van deze studie, die in dit rapport aangeduid wordt als deelonderzoek I, luiden: 1. Welke ervaringen en opvattingen hebben naasten van Turkse en Marokkaanse terminale patiënten ten aanzien van professionele en vrijwillige thuiszorg en wat vinden zij en de terminale patiënten die zij verzorgd hebben belangrijke elementen in de zorg? 2. Welke belemmerende en bevorderende factoren spelen er volgens naasten bij de toegang tot en het gebruik van thuiszorg? Om de onderzoeksvragen te beantwoorden zijn kwalitatieve interviews gehouden met familieleden van terminale of recent overleden patiënten. Uit dit onderzoek, waarvan de resultaten in hoofdstuk 3 worden gepresenteerd, bleek dat de toegang tot en het gebruik van thuiszorg niet alleen afhankelijk is van de mate waarin het aanbod aansluit op de behoeften, maar ook van de opstelling van huisartsen en andere verwijzers. Vandaar dat het Nivel een onderzoeksvoorstel ontwikkelde om ook de perspectieven en ervaringen van thuiszorgmedewerkers, huisartsen, transferverpleegkundigen en indicatiestellers ten aanzien van de toegang tot en het gebruik van thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten in kaart te brengen. 1 In 2004 telde Nederland volgens het CBS Marokkanen, waarvan 2460 van 70 jaar en ouder en van 50 jaar of ouder en Turken, waarvan 3355 van 70 jaar en ouder en van 50 jaar en ouder. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

12 Dat onderzoeksvoorstel is gehonoreerd door ZonMw en met financiering van deze organisatie is tussen september 2004 en eind februari 2005 het onderzoek onder de genoemde professionals uitgevoerd. In dit onderzoek, aangeduid in dit rapport als deelonderzoek II, gaat het uitsluitend om professionele thuiszorg. Uit het eerste deelonderzoek was namelijk bekend dat vrijwillige thuiszorg, in de zin van zorg verleend door vrijwilligers van organisaties voor vrijwillige thuiszorg, nooit of vrijwel nooit aan deze doelgroepen wordt verleend. De volgende drie onderzoeksvragen uit deelonderzoek II hebben specifiek betrekking op indicatiestellers en transferverpleegkundigen: 3. Welke ervaringen en opvattingen hebben indicatiestellers en transferverpleegkundigen met de professionele thuiszorg voor Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en naasten? 4. Welke factoren belemmeren of bevorderen volgens hen de toegang tot en het gebruik van professionele thuiszorg door die doelgroepen? 5. Zijn er volgens indicatiestellers en transferverpleegkundigen verschillen tussen Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en naasten voor wat betreft a. het soort diensten van de thuiszorg waar men naar verwezen wordt of gebruik van maakt; b. de factoren die de toegang tot of het gebruik van thuiszorg belemmeren of bevorderen? De onderzoeksvragen 6, 7 en 8 zijn geheel analoog aan de voorgaande 3, maar betreffen dan de perspectieven van thuiszorgmedewerkers en huisartsen, in plaats van die van indicatiestellers en transferverpleegkundigen. 1.2 Gebruikte begrippen Onder professionele thuiszorg werd in de eerste deelstudie verstaan de thuisverzorging, thuisverpleging en de activiteiten op het gebied van preventie, voorlichting en uitleen van verpleeg- en hulpmiddelen door een Nederlandse professionele thuiszorgorganisatie. Per 1 januari 2003 zijn er echter wijzigingen in het ABWZ-pakket doorgevoerd die invloed hebben op de terminologie. Vanaf 2003 krijgen cliënten op grond van een onafhankelijke indicatie recht op één of meer zorgfuncties die zowel door een thuiszorgorganisatie als door een andere aanbieder geleverd kunnen worden. De in de ABWZ onderscheiden zorgfuncties die (ook) thuiszorg betreffen zijn: huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding en activerende/adviserende begeleiding. Onder Turken en Marokkanen worden in dit rapport alle inwoners van Nederland verstaan van wie minstens één ouder in Turkije, c.q. Marokko, geboren is. Deze definiëring sluit aan bij de definitie van 'allochtoon' van het CBS (Keij, 2000). Onder terminale patiënten verstaan we patiënten die lijden aan een ongeneeslijke aandoening die gepaard gaat met een ziekbed en die (waarschijnlijk) binnen een half jaar tot de dood zal leiden. 12 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

13 1.3 Opzet van dit rapport In Hoofdstuk 2 wordt verantwoording afgelegd van de voor de verschillende vragen gebruikte onderzoeksmethoden. Hoofdstuk 3 bevat de resultaten van de kwalitatieve interviews met familieleden van Turkse en Marokkaanse terminale patiënten. Niet alleen worden de bevindingen gepresenteerd rond de toegang tot en het gebruik van thuiszorg, ook wordt aangegeven welke factoren volgens de naaste familieleden bepalend zijn geweest voor de toegang tot en het gebruik van thuiszorg. Hoofdstuk 4 bevat de bevindingen uit kwalitatieve interviews met indicatiestellers en transferverpleegkundigen. Hoofdstuk 5 doet verslag van de ervaringen en meningen van thuiszorgmedewerkers en huisartsen zoals die naar voren komen uit het vragenlijstonderzoek. Hoofdstuk 6 bevat een verslag van de expertmeeting en de aanbevelingen voor beleid en praktijk. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

14 14 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

15 2 Onderzoeksmethoden 2.1 Inleiding In het kader van de eerste deelstudie zijn in 2001 kwalitatieve interviews gehouden met naasten van terminale of recent overleden Turkse en Marokkaanse patiënten over hun ervaringen en opvattingen over thuiszorg. De methodische wetenswaardigheden daarover staan in paragraaf 2.2. In de tweede deelstudie zijn in 2004 kwalitatieve interviews gehouden met indicatiestellers en transferverpleegkundigen om meer zicht te krijgen op de verwijzing naar, de indicatiestelling voor en het gebruik van thuiszorg door Turkse en Marokkaanse patiënten. De methodische verantwoording daarvan staat in paragraaf 2.3. Daarnaast zijn in het kader van de tweede deelstudie vragenlijsten gestuurd naar huisartsen en thuiszorgmedewerkers van steden of stadsdelen met grote concentraties Turken en Marokkanen. Om 'ervaren' thuiszorgmedewerkers te bereiken zijn de vragenlijsten verstuurd naar contactpersonen binnen thuiszorginstellingen die deze gericht verspreid hebben onder medewerkers die volgens hen ervaring hebben met zorgverlening aan Turken en Marokkanen. Hoe dat is verlopen staat in paragraaf Interviews met naasten van Turkse en Marokkaanse terminale patiënten Keuze voor naasten en voor kwalitatieve interviews In dit deelonderzoek is gekozen om naasten te ondervragen omdat zij degenen zijn die niet alleen over hun eigen ervaringen en opvattingen veel kunnen vertellen, maar ook over de zorgbehoeften van hun familielid in de terminale fase. Besloten is niet rechtstreeks terminale patiënten over hun zorgbehoeften te ondervragen, vanwege de ethische problemen en praktische problemen die zich voordoen bij het ondervragen van deze allochtone patiënten in de allerlaatste fase van hun leven. De reden waarom er voor kwalitatieve interviews is gekozen hangt samen met het feit dat op dit terrein nauwelijks onderzoek is verricht en er ook geen bestaande vragenlijsten waren die goed aansloten bij dit thema en deze doelgroep. Ook speelt mee dat verwacht werd dat het moeilijk zou zijn om veel naasten te werven die wilden vertellen over het onderzoeksonderwerp. Bij een kleine onderzoeksgroep is een kwalitatieve aanpak eveneens het meest geschikt Werving van naasten Voor het eerste deelonderzoek is gezocht naar Turkse en Marokkaanse mensen die bereid waren te vertellen over hun ervaringen met de zorg in de terminale fase van een familielid. De eerste stap voor de werving betrof het informeren van tussenpersonen om Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

16 via hen de adressen (en toestemming) van familieleden van recent overleden of terminale Turkse en Marokkaanse patiënten te verkrijgen. De onderzoeker heeft in de eerste plaats (een aantal van 182) haar bekende tussenpersonen ingeschakeld. Dit betrof personen werkzaam bij thuiszorgorganisaties, ouderenvoorzieningen, welzijnsorganisaties, scholen, trainingscentra, gemeenten, moskeeën, et cetera. De benaderde thuiszorgorganisaties bleken geen nabestaanden van Turkse en Marokkaanse patiënten te kunnen traceren, sommige huisartsen konden dit wel, mits de familie nog steeds in zorg was. De Turkse en Marokkaanse welzijnswerkers, onderwijzers en trainers die de onderzoeker persoonlijk benaderde hadden minder moeite met het aanleveren van respondenten dan hun Nederlandse collega's. Verschillende keren is het verzoek om medewerking in de Nederlandse bureaucratie verzand. De Turkse en Marokkaanse werkers vroegen echter geen toestemming van de instellingen, zij zochten gegadigden onder bekenden en familieleden. De tussenpersonen hebben veelal zelf voor een persoonlijke benadering gekozen en de respondenten mondeling uitgebreid ingelicht over het doel en de zin van het onderzoek. Om eenduidige informatie te kunnen geven aan potentiële respondenten over het onderzoeksdoel en de te volgen werkwijze ontvingen de tussenpersonen in het Nederlands, Marokkaans of Turks opgestelde schriftelijke informatie voor familieleden. De respondenten die via Nederlanders zijn geworven hadden allen dit formulier voordat het interview is afgenomen gekregen. De respondenten die via Turken, Marokkanen of in één geval - een Nederlandse moslim zijn benaderd hadden het formulier soms wel, soms niet gezien. Wanneer de onderzoeker het formulier alsnog wilde overhandigen, gaven de betreffende respondenten aan deze schriftelijke informatie niet belangrijk te vinden, zij deden mee omdat de hen vertrouwde en gewaardeerde tussenpersoon het hen gevraagd had. Duidelijk is dat er bij een dergelijke wervingsmethode sprake is van selectie. Soms meldde een tussenpersoon bijvoorbeeld dat hij een beoogde respondent niet in staat achtte de nog niet verwerkte ervaringen rondom het overlijden van de naaste te bespreken. Daardoor bestaat een kans dat naasten met zeer schrijnende verhalen ondervertegenwoordigd zijn in de steekproef Beschrijving van de geïnterviewde naasten Er zijn in totaal achttien interviews met naasten van terminale of recent overleden patiënten afgenomen. De achttien interviews hadden betrekking op negentien patiënten, omdat één (Turkse) respondent informatie kon verstrekken over twee terminale familieleden. Daarmee zijn de ervaringen van naasten met in totaal negen Turkse en tien Marokkaanse patiënten in kaart gebracht. Tabel 2.1 geeft de belangrijkste kenmerken van de terminale patiënten waar de naasten over vertelden weer, evenals enkele kenmerken van de naasten zelf. Het was de bedoeling een diverse groep te interviewen. Daarom zijn er gesprekken gevoerd met familieleden van zowel mannelijke als vrouwelijke patiënten. Ook was het streven qua sociaal-economische positie en mate van maatschappelijke integratie een gemêleerde groep respondenten te bereiken. 16 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

17 Tabel 2.1 Kenmerken van de naasten en hun patiënten Kenmerken van de naasten Turken Marok Totaal Familierelatie met de patiënt. De naaste is: Echtgenote Dochter Schoondochter Zoon Overigen Kenmerken van de patiënten Sekse Vrouw Man Aandoening Kanker Hartfalen Cva Leverziekten Overige (terminale) aandoeningen Plaats van overlijden Thuis Herkomstland Ziekenhuis Verpleeghuis/Hospitium 2-2 N.v.t. 2-2 Gebruik thuiszorg Wel Minimaal 2-2 Niet Naast kordate respondenten die op basis van de informatie van de tussenpersoon zelf contact opnamen met het Nivel omdat zij wat te vertellen hadden, waren er ook respondenten die nooit een Nederlander over de vloer kregen. De respondenten woonden in heel verschillende omstandigheden: acht respondenten woonden in grote steden in het westen van Nederland, één in een kleinere stad in het Westen, vier in grotere en kleinere steden in het centrum van Nederland en vier in steden in het oosten van Nederland. Meer dan de helft van de respondenten woonde in oude buurten of flatwijken waar veel migranten gehuisvest zijn. Een minderheid woonde in nieuwbouwwijken ten midden van redelijk welgestelde Nederlanders. In de Marokkaanse families verzorgden de respondenten - op één na - hun terminale familielid binnen het eigen huishouden. Bij de Turkse families waren vier patiënten zelfstandig wonend, twee inwonend en twee woonden een deel van de zorgperiode in. Een ander verschil tussen de Marokkaanse en Turkse respondenten betrof hun Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

18 werksituatie: de Marokkaanse respondenten hadden over het algemeen geen werk buitenshuis. De twee die een opleiding volgden, onderbraken die opleiding direct om te zorgen voor hun moeder. Van de Turkse respondenten waren er twee alleen huisvrouw, vier respondenten hadden daarnaast een baan buitenshuis, twee waren daarnaast actief als vrijwilligsters in de gezondheidsvoorlichting. Tenslotte is bewust gezocht naar Turkse en Marokkaanse families die wel gebruik maakten van thuiszorg, om het verschil met nietgebruikers beter in beeld te krijgen. In tien situaties was er wel sprake van thuiszorg in de terminale fase, in de negen andere gevallen niet Afname van interviews met naasten Alle 'Turkse' interviews zijn bij de respondenten thuis afgenomen, onder de Marokkanen gaven vier respondenten de voorkeur aan een locatie buitenshuis: op het werk, een dagcentrum of op het Nivel. Vooraf werd niet gemeld dat het interview op band zou worden opgenomen, omdat de onderzoeker eerst persoonlijk wilde kennismaken. Onder vermelding dat de onderzoeker beter kon luisteren als deze niet hoefde te schrijven, werd de cassetterecorder geïntroduceerd. Slechts één respondent had er moeite mee dat zijn stem zou worden opgenomen. Van dat interview is geen letterlijke tekst voorhanden; de onderzoeker heeft aantekeningen gemaakt van zijn verhaal. Alle respondenten konden het gesprek voeren in hun voorkeurstaal. Voor zes interviews is een tolk ingeschakeld. Eenmaal een Turkse, eenmaal een Marokkaanse en viermaal een Berbers sprekende Marokkaanse tolk. Niet alle tolken waren professioneel opgeleid, maar de onderzoeker (die zelf Marokkaans spreekt) kon de vertalingen meestal wel volgen en heeft waar nodig om opheldering gevraagd. De in het Turks, Marokkaans of Berber gesproken informatie is tijdens het interview door de tolk zoveel mogelijk vertaald in het Nederlands. In de informatie die familieleden kregen stond dat het interview een uur zou kosten. De interviews duurden echter vaak langer dan een uur. De respondenten hadden daar nooit bezwaar tegen. Omdat een schriftelijke verklaring tot toestemming voorafgaand aan het interview, hoogstwaarschijnlijk tot grote uitval zou leiden is er pas formeel toestemming gevraagd na de persoonlijke kennismaking. De toestemming is geregistreerd op de bandopname van het interview Analyse van interviews met naasten De interviews zijn kwalitatief geanalyseerd. Eerst werden de op band opgenomen interviewteksten, voor zover er door de respondent, de tolk of de interviewster in het Nederlands gesproken werd, integraal uitgetypt. De uitgetypte teksten zijn ingevoerd in WINMAX, een computerprogramma dat kwalitatief onderzoeksmateriaal op een overzichtelijke en systematische manier kan ordenen. Alle tekstdelen die bijdroegen aan het beantwoorden van een onderzoeksvraag zijn voorzien van een trefwoord. De door zo'n trefwoord gemarkeerde tekstdelen zijn met elkaar in verband gebracht. Tussentijdse inzichten werden gebruikt en getoetst in volgende interviews. Het voortdurend vergelijken van relevante fragmenten binnen en tussen interviews leidde tot de beantwoording van de onderzoeksvragen. Om de validiteit en betrouwbaarheid van de analyses te bevorderen hebben twee senior 18 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

19 onderzoekers ieder drie interviews parallel aan de onderzoeker bestudeerd. Hun analyses zijn naast die van de onderzoeker gelegd en de (kleine) verschillen zijn bediscussieerd. Om de validiteit bij de verslaglegging te bevorderen zijn tussentijdse verslagen ter discussie voorgelegd aan drie collega-onderzoekers, aan deskundigen in een expertmeeting en aan de begeleidingscommissie (zie bijlage 2 voor deelnemers). 2.3 Interviews met indicatiestellers van RIO s en transferverpleegkundigen Algemene omschrijving van deze onderzoeksgroepen en keuze voor interviews In het tweede deelonderzoek zijn ten eerste interviews gehouden met professionals die direct te maken hebben met de toegang tot thuiszorg, namelijk indicatiestellers van Regionale Indicatie Organen en transferverpleegkundigen. Een indicatiesteller stelt de zorgbehoeften van een patiënt vast en op grond daarvan geeft een RIO een indicatiebesluit af over de aard en omvang van de benodigde zorg. Op basis van dit indicatiebesluit moeten (thuis)zorgorganisaties vervolgens de geïndiceerde zorg leveren. Een transferverpleegkundige, ook wel liaisonverpleegkundige genoemd, is òf in dienst van een thuiszorgorganisatie òf in dienst van het ziekenhuis. Het werk vindt (grotendeels) plaats in het ziekenhuis en bestaat uit het regelen van de zorg na een ziekenhuisopname, waarbij het kan gaan om thuiszorg of tijdelijke of langdurige opnames in een verzorgingshuis, verpleeghuis of hospice. De transferverpleegkundige dient de in kaart gebrachte zorgbehoefte en de zorgvraag in bij het RIO, die vervolgens een indicatiebesluit afgeeft. We verwachtten dat het aantal indicatiestellers en transferverpleegkundigen dat ervaring heeft met terminale Turkse en Marokkaanse mensen en hun familie beperkt zou zijn, een verwachting die bij de werving van deze professionals uitkwam. Ook bij deze deelfase hebben we daarom gekozen voor de afname van kwalitatieve interviews Werving van indicatiestellers Eerst is op basis van recente gegevens van het CBS in kaart gebracht in welke plaatsen het aandeel Turkse en Marokkaanse ingezetenen het grootst is (CBS, 2004). Uit deze gegevens zijn 30 steden geselecteerd met de grootste aantallen Turkse en Marokkaanse ingezetenen (zie bijlage 1). Indicatiestellers uit de 30 steden werden rechtstreeks of via hun leidinggevende benaderd met de vraag of zij ervaring hadden met het indiceren voor Turkse en/of Marokkaanse terminale cliënten en of zij bereid waren deel te nemen aan het onderzoek. Van de 27 RIO s met het verzorgingsgebied van de dertig steden, waren tien RIO-medewerkers verspreid over tien RIO s bereid om een interview te doen. De redenen voor de non-respons van de zeventien andere RIO s die niet mee wilden doen lopen uiteen. Ten eerste viel de looptijd van het onderzoek samen met de reorganisatie van de RIO s naar één landelijke organisatie per januari 2005, het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Tegen de achtergrond van deze reorganisatie is de minder grote bereidheid om deel te nemen aan het onderzoek te verklaren. De indicatiestellers gaven in de meeste gevallen een reden gerelateerd aan deze reorganisatie aan (7x): men gaf aan het te druk te hebben met het wegwerken van de nog Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

20 lopende indicaties in 2004 (4x) en ook gaf men aan dat er onduidelijkheid was binnen de organisatie of medewerkers hun baan konden behouden en dat dit veel spanningen opleverde voor de indicatiestellers (3x). Verder gaven indicatiestellers aan geen ervaring te hebben met indiceren voor specifiek Turkse of Marokkaanse terminale patiënten (4x), zag men geen specifieke verschillen tussen het indiceren van Nederlanders en de doelgroepen (2x) of had men een combinatie van bovenstaande redenen (4x) Beschrijving van de geïnterviewde indicatiestellers Er zijn gesprekken gevoerd met tien indicatiestellers (negen vrouwen en één man), werkzaam in Amsterdam (twee), Haarlem, Den Haag, Noord-West Brabant, Den Bosch, Eindhoven, Noord-Limburg, Utrecht of Deventer. De organisaties die bereid waren tot een interview hebben veelal de meest ervaren of meest gemotiveerde indicatiesteller benaderd. In dat opzicht zijn de respondenten mogelijk niet geheel representatief voor de totale groep indicatiestellers Werving van transferverpleegkundigen In totaal zijn contactpersonen van elf ziekenhuizen in grote steden met veel Turkse en Marokkaanse inwoners rechtstreeks benaderd met het verzoek of zij transferverpleegkundigen wilden benaderen vragen deel te nemen aan een interview over hun ervaringen met Turkse en Marokkaanse terminale patiënten. In totaal werden twaalf transferverpleegkundigen van acht ziekenhuizen uit de vier grote steden geïnterviewd. Bij de werving in ziekenhuizen in kleinere steden waar ook veel Turken en Marokkanen woonachtig zijn, bleek dat er daar geen transferverpleegkundigen waren die ervaring hadden met de doelgroepen (Amersfoort, Ede, Haarlem). Dientengevolge is besloten niet nog meer kleinere steden te benaderen voor het onderzoek Beschrijving van de geïnterviewde transferverpleegkundigen Van de in totaal twaalf geïnterviewde transferverpleegkundigen kwamen er uit drie uit Amsterdam (werkzaam in twee verschillende ziekenhuizen), één uit Rotterdam, drie uit Den Haag (uit twee verschillende ziekenhuizen) en vijf uit Utrecht (werkzaam in drie verschillende ziekenhuizen). Elf van de transferverpleegkundigen waren vrouw en één betrof een man Afname van de interviews met indicatiestellers of transferverpleegkundigen Bij de indicatiestellers zijn drie van de tien interviews face-to-face afgenomen en zeven telefonisch. Van de interviews met transferverpleegkundigen zijn er acht face-to face en één telefonisch afgenomen. In vier van die interviews op locatie zijn meer transferverpleegkundigen aan het woord geweest. Van alle interviews, ook de telefonische, zijn geluidsopnames gemaakt. De face-to-face interviews werden meestal op de werkplek van de geïnterviewde afgenomen en duurden gemiddeld ongeveer 40 minuten. De telefonische interviews duurden gemiddeld een half uur. 20 Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

21 2.3.7 Analyse van interviews met indicatiestellers en transferverpleegkundigen De interviews met indicatiestellers en transferverpleegkundigen zijn op een vergelijkbare wijze als de interviews met naasten geanalyseerd (zie hiervoor). De interviewteksten zijn uitgetypt, ingevoerd in en geanalyseerd met behulp van WINMAX. Relevante tekstdelen zijn voorzien van trefwoorden en de door zo'n trefwoord gemarkeerde tekstdelen zijn binnen en tussen interviews met elkaar vergeleken en waar relevant met elkaar in verband gebracht. Tussentijdse inzichten werden gebruikt en getoetst in volgende interviews. Ook hebben de twee uitvoerende onderzoekers uit dit deelonderzoek hun wederzijdse analyses van verschillende interviews bestudeerd en bediscussieerd. Tevens zijn ten behoeve van een valide en betrouwbare verslaglegging concept-verslagen bediscussieerd in een expertmeeting en in een bijeenkomst met de begeleidingscommissie (zie Bijlage 2 voor deelnemers). 2.4 Vragenlijstonderzoek onder thuiszorgmedewerkers en huisartsen Keuze voor deze onderzoeksgroepen en voor vragenlijstonderzoek In een onderzoek onder professionals die te maken hebben met thuiszorg voor terminale Turken en Marokkanen, moet uiteraard ook aandacht zijn voor het perspectief van de thuiszorgmedewerkers, aangezien zij degenen zijn die de thuiszorg leveren. Daarnaast leek het belangrijk om meer inzicht te krijgen in het perspectief van huisartsen omdat zij relatief vaak bij terminale patiënten en hun familie over de vloer komen en dus ook in kunnen schatten of ondersteuning door professionele thuiszorg nodig en gewenst is. In die zin zijn huisartsen in potentie belangrijke verwijzers naar thuiszorg. Om de ervaringen en meningen van huisartsen en thuiszorgmedewerkers te peilen zijn grotendeels voorgestructureerde vragenlijsten verzonden (zie bijlage 3 en 4). Vragenlijstonderzoek leek in dit geval een geschikte methode omdat uit het eerste deelonderzoek al duidelijk geworden was welke onderwerpen relevant zijn om te bevragen en ook omdat te verwachten was dat met de nodige wervingsinspanningen redelijk omvangrijke groepen thuiszorgmedewerkers en huisartsen bij het onderzoek betrokken konden worden. Bovendien zou een kwantitatieve benadering kunnen resulteren in bevindingen gebaseerd op een representatieve groep respondenten. Ook zouden op die manier eventuele statistisch significante verschillen in perspectieven van thuiszorgmedewerkers versus die van huisartsen vastgesteld kunnen worden Selectie en werving van thuiszorgmedewerkers Om thuiszorgmedewerkers te werven die ervaring hebben met Turkse of Marokkaanse terminale patiënten, is besloten om hen via contactpersonen in thuiszorgorganisaties gericht te benaderen. Van de dertig eerder genoemde steden met de grootste aantallen Turkse en Marokkaanse inwoners zijn in elke stad één of meer thuiszorgorganisaties benaderd. Het merendeel was aangesloten bij de Landelijke Vereniging voor Thuiszorg (LVT). Enkele steden behoorden tot het verzorgingsgebied van één thuiszorgorganisatie. In totaal zijn 31 thuiszorgorganisaties benaderd. Van de 31 organisaties konden of wilden acht organisaties niet deelnemen. Het gaat daarbij om thuiszorgorganisaties in Haarlem, Dordrecht, Leiden, Breda, Almere, Gouda, Bergen op Zoom en Veenendaal. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

22 De redenen om niet deel te nemen waren divers: het management ging niet akkoord (1x), geen tijd om mee te werken (2x), te korte termijn van het onderzoek (1x), te weinig ervaring met deze doelgroepen (1x), geen opgaaf van reden (3x). Bij de 23 deelnemende organisaties is contact gelegd met personen die, op basis van mondelinge en schriftelijke informatie over het onderzoek, toestemden om als contactpersoon de verspreiding van de vragenlijsten op zich te nemen. Aan deze contactpersonen in de thuiszorgorganisaties zijn in totaal circa 330 vragenlijsten verstuurd voor verspreiding. Per organisatie is de verspreiding van de vragenlijsten anders verlopen, hetzij via het management, via secretariaten, via adviseurs of via zorgverleners zelf. De vragenlijsten werden door deze contactpersonen doorgestuurd naar verpleegkundigen, verzorgenden of helpenden met waarschijnlijk ervaring in het verlenen van thuiszorg aan Turkse en/of Marokkaanse patiënten. In totaal werden er 124 vragenlijsten afkomstig van de verschillende teams van thuiszorgmedewerkers geretourneerd, waarvan er 93 zijn ingevuld door thuiszorgmedewerkers die ervaring hadden met Turkse of Marokkaanse terminale patiënten (zie tabel 2.2.). De respons voldeed bijna aan de in het projectvoorstel beoogde respons van 100 ingevulde vragenlijsten van thuiszorgmedewerkers met ervaring met de doelgroepen Turkse of Marokkaanse terminale cliënten Beschrijving van de ondervraagde thuiszorgmedewerkers Tabel 2.2 laat de herkomst van de respondenten zien. Er zijn veel vragenlijsten ingevuld door thuiszorgmedewerkers uit Rotterdam, Den Haag en Almelo, maar ook uit andere regio s zijn er voldoende vragenlijsten ontvangen om een landelijk beeld te verkrijgen. Van de 93 respondenten werkten er vijftien als gespecialiseerde verpleegkundige, 41 als wijkverpleegkundige, negentien als verpleegkundige in de wijk, 21 als wijkziekenverzorgende en twee als gezinsverzorgende. Vijf respondenten gaven aan twee functies te hebben. Hoewel helpenden niet van te voren geëxcludeerd waren, was er onder de respondenten geen enkele helpende. Van de 93 respondenten waren er 86 vrouw en zes waren man, van één respondent was het geslacht onbekend. De gemiddelde werkervaring in de thuiszorg was 11 jaar. Gemiddeld was men 43 jaar oud. Tabel 2.2 Aantal verstuurde en teruggestuurde vragenlijsten, per stad/regio van thuiszorgorganisatie Plaats/ Regio Aantal vragenlijsten verstuurd aan contactpersonen Aantal door thuiszorgmedewerkers ingevulde en bruikbare vragenlijsten (netto respons) Almelo* 50 8 Rotterdam Den Haag s Hertogenbosch 10 7 Hengelo Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

23 vervolg tabel 2.2 Plaats/ Regio Aantal vragenlijsten verstuurd aan contactpersonen Aantal door thuiszorgmedewerkers ingevulde en bruikbare vragenlijsten (netto respons) Eindhoven 10 5 Enschede 20 6 Amsterdam 5 5 Tilburg 15 5 Arnhem* 10 3 Roosendaal* 20 5 Utrecht 15 3 Zaanstreek-Waterland* 30 3 Schiedam 10 2 Deventer 7 4 Helmond 5 4 Venlo 4 3 Ede 25 2 Amersfoort 10 1 Overig (Nijmegen e.a.) 5 2 Totaal 329 (100%) 93 (28%) * Almelo is verzorgingsgebied voor Almelo, Wierden, Tubbergen, Nijverdal. Arnhem is verzorgingsgebied voor Arnhem, Zevenaar, Elst, Doesburg, Duiven. Roosendaal is verzorgingsgebied voor Roosendaal, Oosterhout, Waalwijk en Rijen. Zaanstreek-Waterland is verzorgingsgebied voor Zaanstreek-Waterland, Zaanstad en Purmerend Selectie en werving van huisartsen Voor het selecteren van huisartsen is eveneens gebruik gemaakt van de gegevens van het CBS over de regio s met de grootste aantallen ingezetenen van Turkse of Marokkaanse afkomst. Daarnaast is gebruik gemaakt van een publicatie over de identificatie van achterstandsgebieden voor de huisartsenzorg, waarbij de achterstandswijken op buurt en postcode zijn onderscheiden (Devillé et al., 2003). Dankzij die publicatie waren van 21 van de 30 regio s met de meeste Turkse en Marokkaanse inwoners de postcodes van achterstandswijken bekend. Met behulp van die gegevens zijn uit het landelijke huisartsenregistratiesysteem van het NIVEL adressen van alle huisartspraktijken in die achterstandswijken uit die 21 steden geselecteerd, op basis van de 4-cijferige postcode. Dit leverde adressen van 589 huisartspraktijken op, waarbinnen 587 huisartsen werkzaam zouden zijn. Alle huisartsen hebben in de maand november 2004 een vragenlijst ontvangen. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

24 De gewenste netto respons van de vragenlijsten bij huisartsen was door ons gesteld op 100 vragenlijsten. De non-respons bij huisartsen was van tevoren hoog ingeschat, aangezien de vragenlijst onaangekondigd werd verstuurd en er nog geen inzicht was in de vraag of huisartsen ervaring hadden met het verwijzen van Turkse of Marokkaanse terminale patiënten naar de thuiszorg. In december is een schriftelijke reminder verstuurd met de vraag of men (indien dit nog niet gedaan was) alsnog de vragenlijst zou willen invullen. De reminder leverde slechts enkele extra vragenlijsten op. Van de 587 verstuurde vragenlijsten zijn in totaal 352 vragenlijsten binnengekomen, wat neerkomt op een bruto respons van 60%. Het netto responspercentage bedroeg 13%, wat neerkomt op 78 huisartsen die ervaring hadden met Turkse of Marokkaanse terminale patiënten en die de vragenlijst daarover ingevuld hebben (zie tabel 2.3). Tabel 2.3 Aantal verspreide en teruggestuurde vragenlijsten, per stad van huisartsenpraktijk Plaats Aantal verspreide vragenlijsten Aantal ingevulde en bruikbare vragenlijsten (netto respons 13%) Amsterdam Rotterdam Den Haag Arnhem 19 5 Utrecht 36 4 Dordrecht 29 4 Enschede 19 4 Amersfoort 10 2 Schiedam 12 2 s-hertogenbosch 9 2 Almelo 14 1 Gouda 12 1 Helmond 16 1 Leiden 8 1 Nijmegen 23 1 Tilburg 15 1 Breda 2 0 Deventer 4 0 Eindhoven 3 0 Haarlem 9 0 Roosendaal 7 0 Totaal Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL 2005

25 Gekoppeld aan de reminders konden huisartsen ook de reden van eventuele non-respons kenbaar maken. Zoals de volgende tabel laat zien, was de meest genoemde reden dat men geen ervaring had met Turkse of Marokkaanse terminale patiënten in de periode heden (als men in de periode geen zorg aan deze doelgroepen had verleend, kon niet deelgenomen worden aan het onderzoek). Tabel 2.4 Reden van non-respons van huisartsen (meer redenen mogelijk) Reden voor non-respons huisartsen Aantal malen genoemd Geen zorg verleend aan patiënten uit de doelgroepen tussen heden. 204 Te druk 26 Andere reden 19 Geen reden opgegeven 11 Geen zorg verleend en te druk 9 Geen zorg verleend en andere reden 4 Het onderwerp spreekt niet genoeg aan Beschrijving van de ondervraagde huisartsen Tabel 2.3 laat de herkomst van de responderende huisartsen zien. Er zijn veel ingevulde vragenlijsten ontvangen van huisartsen uit Amsterdam, Rotterdam of Den Haag. De onderzoeksgroep bestond uit 32 vrouwelijke huisartsen en 42 mannelijke huisartsen. Van 4 huisartsen was het geslacht niet bekend. De gemiddelde leeftijd was 49 jaar en de gemiddelde werkervaring als huisarts was 17,5 jaar Ontwikkeling en inhoud van vragenlijsten voor thuiszorgmedewerkers en huisartsen In het kader van de ontwikkeling van de vragenlijsten zijn interviews gehouden met drie thuiszorgmedewerkers en twee huisartsen over hun ervaringen met het zorg verlenen aan Turkse en Marokkaanse terminale patiënten en de knelpunten die men in het algemeen signaleerde bij de zorgverlening. Inzichten uit deze interviews, evenals inzichten verkregen op basis van het eerste deelonderzoek en uit literatuuronderzoek (De Graaff en Francke, 2002a en 2000b, 2003), vormden de basis voor de items van de vragenlijsten voor thuiszorgmedewerkers en huisartsen. De items uit de vragenlijst voor thuiszorgmedewerkers waren voor het merendeel analoog aan of precies hetzelfde als de items uit de vragenlijst voor huisartsen. Ten eerste werd in de vragenlijsten gevraagd naar de algemene kenmerken van de respondenten en de algemene kenmerken met betrekking tot het werk van de huisartsen en thuiszorgmedewerkers. Wanneer men in de laatste vier jaar Turkse of Marokkaanse terminale patiënten in zorg had gehad, kon de respondent een casus beschrijven over de ervaringen met de laatste patiënt uit die doelgroepen. Thuiszorg voor terminale Turkse en Marokkaanse patiënten, NIVEL

Tussentijds verslag experiment screen to screen

Tussentijds verslag experiment screen to screen Tussentijds verslag experiment screen to screen Rapportage Januari, 2006 J.T. Bos A.L. Francke Postadres Postbus 8258, 3503 RG Utrecht Bezoekadres Oudlaan 4, 3515 GA Utrecht www.actiz.nl 1 T (030) 273

Nadere informatie

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017.

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017. Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 07. CONTACTADRES NIVEL Dr. Anke J.E. de Veer Postbus 568 500 BN Utrecht

Nadere informatie

Wat als ik niet meer beter word...

Wat als ik niet meer beter word... Wat als ik niet meer beter word... 1 Deze folder is bedoeld voor mensen die ongeneeslijk ziek zijn en voor hen die betrokken zijn bij een ziek familielid of een andere zieke naaste waarvan het levenseinde

Nadere informatie

HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke

HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke CONTACT NIVEL K. de Groot, MSc RN Postbus 1568 3500

Nadere informatie

Meningen van verpleegkundigen en verzorgenden over de complexiteit van zorg Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, april 2007

Meningen van verpleegkundigen en verzorgenden over de complexiteit van zorg Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, april 2007 LEVV Landelijk Expertisecentrum Verpleging & Verzorging Meningen van verpleegkundigen en verzorgenden over de complexiteit van zorg Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, april 2007 De meeste

Nadere informatie

HOE U DE SAMENWERKING MET THUISZORGMEDEWERKERS VERBETERT

HOE U DE SAMENWERKING MET THUISZORGMEDEWERKERS VERBETERT HOE U DE SAMENWERKING MET THUISZORGMEDEWERKERS VERBETERT Tips voor mantelzorgers die voor thuiswonende ouderen zorgen ZORGNETWERK VAN EEN KWETSBARE OUDERE Team van verpleegkundigen en verzorgenden Partner

Nadere informatie

tweede nationale studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk Een kwestie van verschil:

tweede nationale studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk Een kwestie van verschil: Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (H van Lindert, M Droomers, GP Westert. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk.

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting 199

Samenvatting. Samenvatting 199 Samenvatting Samenvatting 199 Goede zorg aan het levenseinde van mensen met een verstandelijke beperking is niet vanzelfsprekend, bijvoorbeeld omdat de verstandelijke beperking mensen belemmert in het

Nadere informatie

De transferverpleegkundige kan u helaas niet helpen bij het aanvragen van huishoudelijke hulp en bij huisvestingsproblemen.

De transferverpleegkundige kan u helaas niet helpen bij het aanvragen van huishoudelijke hulp en bij huisvestingsproblemen. Transfer Zorg na uw ziekenhuisopname Het is mogelijk dat u na uw ziekenhuisopname nog zorg nodig heeft. Deze zorg wordt in het Havenziekenhuis geregeld via de afdeling Transfer. In deze folder leest u

Nadere informatie

Wat als ik niet meer beter word?

Wat als ik niet meer beter word? Wat als ik niet meer beter word? Als u te horen heeft gekregen dat u niet meer kunt genezen, is dat een harde boodschap. Deze boodschap roept veel vragen op, zoals: Deze folder is bedoeld voor mensen die

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Gemeten met de CQI index Februari 2015 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

BIJLAGEN. Betrekkelijke betrokkenheid Studies in sociale cohesie. Sociaal en Cultureel Rapport Redactie: Paul Schnabel Rob Bijl Joep de Hart

BIJLAGEN. Betrekkelijke betrokkenheid Studies in sociale cohesie. Sociaal en Cultureel Rapport Redactie: Paul Schnabel Rob Bijl Joep de Hart BIJLAGEN Betrekkelijke betrokkenheid Studies in sociale cohesie Sociaal en Cultureel Rapport 2008 Redactie: Paul Schnabel Rob Bijl Joep de Hart Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag, december 2008 Bijlage

Nadere informatie

Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg

Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg Enschede, 13 juli 2004 WD/04/1774/ebt ir. G. Vernhout drs. W. Dragt Inhoudsopgave

Nadere informatie

Waar vindt terminale zorg plaats? Terminale zorg bij u thuis

Waar vindt terminale zorg plaats? Terminale zorg bij u thuis Terminale Zorg Wanneer u en uw naasten deze folder onder ogen krijgen, heeft u van uw behandelend arts te horen gekregen dat u ongeneeslijk ziek bent en uw levensverwachting beperkt is. De behandeling

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index April 2014 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: april 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond en

Nadere informatie

Subsidiënt: Ministerie van VWS. Zorgverleners werken liever met interne oproepkrachten dan met personeel van buitenaf

Subsidiënt: Ministerie van VWS. Zorgverleners werken liever met interne oproepkrachten dan met personeel van buitenaf De gegevens in deze factsheet mogen met bronvermelding (E.E.M. Maurits, A.J.E. de Veer & A.L. Francke. Zorgverleners werken liever met interne dan met personeel van buitenaf. Utrecht: NIVEL, 2013) worden

Nadere informatie

RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016

RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016 RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016 Rapportage CQ Zorg Thuis ZGAO 2016 1 1. Inleiding Met het oog op het handhaven en/of verbeteren van de kwaliteit van de zorg die ZGAO levert,

Nadere informatie

Subsidiënt: Ministerie van VWS

Subsidiënt: Ministerie van VWS De gegevens in deze factsheet mogen met bronvermelding (E.E.M. Maurits, A.J.E. de Veer & A.L. Francke. Ruim de helft van de interne oproepkrachten in de verpleging en verzorging vindt voordelen van flexibel

Nadere informatie

Zorg na een ziekenhuisopname

Zorg na een ziekenhuisopname Zorg na een ziekenhuisopname Inhoudsopgave Inleiding... 1 Heeft u nog extra zorg nodig na uw ziekenhuis verblijf... 1 Als u naar huis gaat... 1 Thuiszorg... 1 Hulpmiddelen... 2 Medisch Specialistische

Nadere informatie

Inhoudsopgave volledig rapport

Inhoudsopgave volledig rapport NIVEL/VUmc, 2005 72 pag. NIVEL bestelcode: W9.69 Prijs: 7,50 Verzendkosten: 2,50 ISBN: 90-6905-749-2 Deze samenvatting van onderstaand rapport is een uitgave van het NIVEL in 2005. De gegevens mogen met

Nadere informatie

Toeristisch bezoek aan Dordrecht

Toeristisch bezoek aan Dordrecht Toeristisch bezoek aan Dordrecht Besteding van toeristische bezoekers groeit naar meer dan 100 miljoen In 2010 zorgde het toeristisch bezoek in Dordrecht voor een economische spin-off van ruim 73 miljoen.

Nadere informatie

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN Klanttevredenheidsonderzoek Schoonmaakdienst gemeente Haren Colofon Opdrachtgever Gemeente Haren Datum December 2016 Auteurs Tessa Schoot Uiterkamp

Nadere informatie

AANSTUREN OP BETERE SAMENWERKING TUSSEN PROFESSIONALS EN MANTELZORGERS

AANSTUREN OP BETERE SAMENWERKING TUSSEN PROFESSIONALS EN MANTELZORGERS AANSTUREN OP BETERE SAMENWERKING TUSSEN PROFESSIONALS EN MANTELZORGERS Informatie voor managers en beleidsmedewerkers van thuiszorgorganisaties ZORGNETWERK VAN EEN KWETSBARE OUDERE Team van verpleegkundigen

Nadere informatie

Samenvatting. Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm.

Samenvatting. Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm. Samenvatting Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm Samenvatting 173 Vanaf halverwege de jaren '90 is palliatieve zorg door de Nederlandse

Nadere informatie

INFOKAART ALLOCHTONEN EN GEZONDHEID ZORGGEBRUIK. Een tolk of tolkentelefoon wordt maar incidenteel gebruikt (1).

INFOKAART ALLOCHTONEN EN GEZONDHEID ZORGGEBRUIK. Een tolk of tolkentelefoon wordt maar incidenteel gebruikt (1). INFOKAART ALLOCHTONEN EN GEZONDHEID ZORGGEBRUIK Naast deze infokaart over allochtonen en zorggebruik zijn ook infokaarten beschikbaar over gezondheid (introductie op het thema) en over leefstijl bij allochtonen.

Nadere informatie

AFKORTINGEN IN TABELLEN

AFKORTINGEN IN TABELLEN VERANTWOORDING Dit document bevat de tabellen waarop het volgende artikel gebaseerd is: Veer, A.J.E. de, Francke, A.L. Verpleegkundigen positief over bevorderen van zelfmanagement. TVZ: Tijdschrift voor

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Gemeten met de CQI index Februari 2016 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in de huisartspraktijk tijdens kantooruren te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst

Nadere informatie

1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken

1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken 1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken 1.1 Opzet tabellenboek Dit tabellenboek geeft een uitgebreid overzicht van de uitkomsten van de Leefbaarheidsmonitor 2004. Het algemene rapport,

Nadere informatie

SAMENVATTING INTRODUCTIE

SAMENVATTING INTRODUCTIE SAMENVATTING INTRODUCTIE Zorg rond het levenseinde Wanneer patiënten en hun familie worden geconfronteerd met een levensbedreigende aandoening wordt verbetering van de kwaliteit van leven van de patiënt

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V St. Elisabeth Gemeten met de CQI index

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V St. Elisabeth Gemeten met de CQI index Ervaringen thuiszorgcliënten V&V St. Elisabeth Gemeten met de CQI index December 2014 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: december 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

Cliëntervaringen met de zorg en CZ Zorgkantoor Een herhaalmeting onder ouderen die zorg in natura ontvangen

Cliëntervaringen met de zorg en CZ Zorgkantoor Een herhaalmeting onder ouderen die zorg in natura ontvangen Cliëntervaringen met de zorg en CZ Zorgkantoor Een herhaalmeting onder ouderen die zorg in natura ontvangen Cliëntervaringen met de zorg en CZ Zorgkantoor Een herhaalmeting onder ouderen die zorg in natura

Nadere informatie

Sociaal netwerk bron van hulp en van zorg. Geeke Waverijn & Monique Heijmans

Sociaal netwerk bron van hulp en van zorg. Geeke Waverijn & Monique Heijmans Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Sociaal netwerk bron van hulp en van zorg, G. Waverijn & M. Heijmans, NIVEL, 2015) worden gebruikt. U vindt deze factsheet

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting SAMENVATTING. 167 Met de komst van verpleegkundigen gespecialiseerd in palliatieve zorg, die naast de huisarts en verpleegkundigen van de thuiszorg, thuiswonende patiënten bezoeken om te zorgen dat patiënten

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011)

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Inhoudsopgave Verslag 2-4 Grafieken 5-10 Samenvatting resultaten 11-16 Bijlage - Vragenlijst 17+18 Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN

Nadere informatie

HOE U DE SAMENWERKING MET MANTELZORGERS VERBETERT

HOE U DE SAMENWERKING MET MANTELZORGERS VERBETERT HOE U DE SAMENWERKING MET MANTELZORGERS VERBETERT Tips voor professionals die voor thuiswonende ouderen zorgen ZORGNETWERK VAN EEN KWETSBARE OUDERE Team van verpleegkundigen en verzorgenden Partner 1 2

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo RAPPORTAGE Gemeente IJsselstein mei 2018 RESULTAAT KWALITEIT CONTACT 2017 Gemeente IJsselstein Deze samenvatting presenteert de belangrijkste uitkomsten van het cliëntervaringsonderzoek (CEO) Wmo over

Nadere informatie

Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. FZO-onderzoek 2014

Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. FZO-onderzoek 2014 Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. FZO-onderzoek 2014 Tabellenrapport: landelijk en regionaal NIVEL Lud van der Velden Ronald Batenburg U vindt

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

De bewezen waarde van. Telemedicine

De bewezen waarde van. Telemedicine De bewezen waarde van Telemedicine Maart 2008 Dora Tjalsma COLOFON Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) Postbus 1539 3500 BM Utrecht Churchilllaan 11 3524 GV Utrecht Telefoon: (030) 297 03

Nadere informatie

Patiënten oordelen over ziekenhuizen II

Patiënten oordelen over ziekenhuizen II Patiënten oordelen over ziekenhuizen II Ervaringen en meningen van patiënten in 37 Nederlandse ziekenhuizen A.F.C. Janse J.B.F. Hutten P. Spreeuwenberg In deze versie (d.d. 28-10-02) zijn de volgende wijzigingen

Nadere informatie

Den Haag, 17 mei 2000

Den Haag, 17 mei 2000 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 17 mei 2000 Hierbij leg ik aan uw Kamer over, conform artikel 10a, lid 6 van de Welzijnswet 1994, de tekst van de algemene maatregel

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Open Waard Alerimus Oud-Beijerland

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Open Waard Alerimus Oud-Beijerland Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Open Waard Alerimus Oud-Beijerland Gemeten met de CQI index April 2015 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: april 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek;

Nadere informatie

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews.

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews. Onderzoek nazorg afdeling gynaecologie UMCG (samenvatting) Jacelyn de Boer, Anniek Dik & Karin Knol Studenten HBO-Verpleegkunde aan de Hanze Hogeschool Groningen Jaar 2011/2012 Resultaten Literatuuronderzoek

Nadere informatie

Palliatieve zorg in de eerste lijn

Palliatieve zorg in de eerste lijn Palliatieve zorg in de eerste lijn Resultaten van een landelijke behoefte-inventarisatie onder zorgverleners, patiënten en naasten en de rol van PaTz hierbij. Ian Koper Roeline Pasman Bart Schweitzer Bregje

Nadere informatie

Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding.

Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Tabellenboek 'Burgerparticipatie bij het toezicht op de kwaliteit van zorg Behorende bij de volgende publicatie

Nadere informatie

Factsheet 1, oktober 2007

Factsheet 1, oktober 2007 Deze factsheet maakt onderdeel uit van een reeks van drie factsheets. Factsheet 1 beschrijft de bruikbaarheid en toepasbaarheid van de LDPmonitor. Factsheet 2 gaat in op de problemen en wensen van mantelzorgers

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Zorgprogramma DM - Eerste lijn (2013)

Klanttevredenheidsonderzoek Zorgprogramma DM - Eerste lijn (2013) Klanttevredenheidsonderzoek Zorgprogramma DM - Eerste lijn (2013) Inhoudsopgave Verslag Samenvatting resultaten Bijlage - Vragenlijst Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN VENLO +31 (77) 3203736

Nadere informatie

DE ETNISCHE SAMENSTELLING VAN DE BEVOLKING

DE ETNISCHE SAMENSTELLING VAN DE BEVOLKING DEMOGRAFISCH PROFIEL SURINAMERS IN NEDERLAND Op een studiedag voor het Surinaams Inspraak Orgaan in juni 2011 heeft Prof. dr. Chan Choenni een inleiding verzorgd over de demografie van de Surinaamse gemeenschap

Nadere informatie

administratie en ruim

administratie en ruim Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen mett bronvermelding (A.J.E. de Veer, K. de Groot, M. Brinkman, A.L. Francke. Administratieve druk: méér dan kwestie k van tijd. Utrecht: NIVEL,

Nadere informatie

Dit onderzoek heeft als doel het in kaart brengen van de wensen van de cliënt en het waar nodig verbeteren/ optimaliseren van de dienstverlening.

Dit onderzoek heeft als doel het in kaart brengen van de wensen van de cliënt en het waar nodig verbeteren/ optimaliseren van de dienstverlening. Cliënt tevredenheidsonderzoek 2014-2015 Inleiding en samenvatting 1 In het kader van een cliënt tevredenheidsonderzoek heeft Olcea een vragenlijst samengesteld. Deze vragenlijst is bedoeld voor thuiswonenden

Nadere informatie

Wat vinden uw cliënten van de zorg thuis?

Wat vinden uw cliënten van de zorg thuis? Wat vinden uw cliënten van de zorg thuis? onderzoek naar ervaringen met de zorg Opdrachtgever: dr. D.H.M. Frijters D.J. Homberg, MSc dr. H.C.M. Kamphuis drs. S.J.W. de Kroon drs. J.J.A. Stavenuiter drs.

Nadere informatie

VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY. Onderzoeksverantwoording

VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY. Onderzoeksverantwoording VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY Onderzoeksverantwoording Dongen, januari 2003 Ond.nr.: 6168.kvdr/mv Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Methode van onderzoek

Nadere informatie

Compensatie eigen risico is nog onbekend

Compensatie eigen risico is nog onbekend Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (M. Reitsma-van Rooijen, J. de Jong. Compensatie eigen risico is nog onbekend Utrecht: NIVEL, 2009) worden gebruikt. U

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Inleiding.

Hoofdstuk 1. Inleiding. 159 Hoofdstuk 1. Inleiding. Huisartsen beschouwen palliatieve zorg, hoewel het maar een klein deel van hun werk is, als een belangrijke taak. Veel ongeneeslijk zieke patiënten zijn het grootse deel van

Nadere informatie

Respijtzorg in de regio

Respijtzorg in de regio Respijtzorg in de regio Pagina 1 van 7 Respijtzorg in de regio Aandachtspunten van aanbieders en verwijzers in het Land van Cuijk Respijtzorg in de regio Pagina 2 van 7 Inleiding Respijtzorg geeft mantelzorgers

Nadere informatie

Werkend leren in de jeugdhulpverlening

Werkend leren in de jeugdhulpverlening Werkend leren in de jeugdhulpverlening en welzijnssector Nulmeting Samenvatting Een onderzoek in opdracht van Sectorfonds Welzijn Bernadette Holmes-Wijnker Jaap Bouwmeester B2796 Leiden, 1 oktober 2003

Nadere informatie

Vergelijking discriminatiemeldingen 2012 binnen de G32

Vergelijking discriminatiemeldingen 2012 binnen de G32 Vergelijking discriminatiemeldingen 2012 binnen de G32 Toelichting Benadrukt dient te worden dat de discriminatiecijfers van de G32 onderling moeilijk vergelijkbaar zijn. Als een bepaalde gemeente (op

Nadere informatie

Zorgbarometer 7: Flexwerkers

Zorgbarometer 7: Flexwerkers Zorgbarometer 7: Flexwerkers Onderzoek naar de positie van flexwerkers in de zorg Uitgevoerd door D. Langeveld, MSc Den Dolder, mei 2012 Pagina 2 Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research

Nadere informatie

De Transferverpleegkundige

De Transferverpleegkundige De Transferverpleegkundige In het Lievensberg ziekenhuis wordt veel aandacht besteed aan de kwaliteit van zorg. Daaronder valt ook de zorg, die nodig is na een ziekenhuisopname. De transferverpleegkundige

Nadere informatie

Bijlage verzuimcijfers

Bijlage verzuimcijfers Bijlage cijfers 1. Landelijke cijfers De cijfers over het schooljaar - zijn afkomstig uit de leerplichttelling die jaarlijks onder de gemeenten wordt uitgevoerd. De respons van gemeenten bedroeg dit jaar

Nadere informatie

Toolkit Cliëntenparticipatie Zorg en Welzijn

Toolkit Cliëntenparticipatie Zorg en Welzijn Toolkit Cliëntenparticipatie Zorg en Welzijn De toolkit Cliëntenparticipatie Zorg en Welzijn bevat vier praktische instrumenten om samen met cliënten te werken aan verbetering of vernieuwing van diensten

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC Diabetes Mellitus Eerste lijn

Klanttevredenheidsonderzoek DBC Diabetes Mellitus Eerste lijn Inleiding: Sinds 1 januari 2008 wordt in Noord-Limburg de diabeteszorg in de eerste lijn door Cohesie Cure and Care georganiseerd. De diabeteszorg wordt als DBC Diabetes Mellitus Eerste Lijn op gestructureerde

Nadere informatie

Samenwerking tussen Stichting Elisabeth en Thuiszorg Breda

Samenwerking tussen Stichting Elisabeth en Thuiszorg Breda Zorghotel Breda Samenwerking tussen Stichting Elisabeth en Thuiszorg Breda Februari 2006 Antoinette Bolscher, RIGO Research en Advies Stichting Elisabeth en Stichting Thuiszorg Breda hebben gezamenlijk

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting In Nederland is het Cerebro Vasculair Accident (CVA= hersenbloeding of herseninfarct) de derde doodsoorzaak. Van degenen die getroffen worden door een CVA overleeft ongeveer 75%. Veel van

Nadere informatie

Geachte Voorzitter, Voorzitter van de Tweede Kamer. der Staten Generaal Interne postcode 270 Postbus EA Den Haag Telefoon

Geachte Voorzitter, Voorzitter van de Tweede Kamer. der Staten Generaal Interne postcode 270 Postbus EA Den Haag Telefoon Directoraat-Generaal Wonen Directie Strategie Kennisontwikkeling Rijnstraat 8 Postbus 30941 Voorzitter van de Tweede Kamer 2500 GX Den Haag der Staten Generaal Interne postcode 270 Postbus 20018 2500 EA

Nadere informatie

Hospice de Regenboog. Zorg in de laatste levensfase

Hospice de Regenboog. Zorg in de laatste levensfase Hospice de Regenboog Zorg in de laatste levensfase Even voorstellen Hospice De Regenboog is onderdeel van Stichting Sint Annaklooster. Stichting Sint Annaklooster is een brede zorginstelling in de regio

Nadere informatie

Project Versterking van Palliatieve Zorg in Suriname

Project Versterking van Palliatieve Zorg in Suriname Project Versterking van Palliatieve Zorg in Suriname Ernstig zieke mensen voor wie geen genezing meer mogelijk is, willen de laatste fase van hun leven graag thuis doorbrengen in hun eigen vertrouwde omgeving.

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Buitensluis Alerimus Numansdorp

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Buitensluis Alerimus Numansdorp Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Buitensluis Alerimus Numansdorp Gemeten met de CQI index April 2015 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: april 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek;

Nadere informatie

De waarde van de Academie. Gerard Marlet Antwerpen 7 november 2013

De waarde van de Academie. Gerard Marlet Antwerpen 7 november 2013 De waarde van de Academie Gerard Marlet Antwerpen 7 november 2013 Een stad met een Academie heeft meer 1,8% Aantal kunstenaars als percentage van de bevolking 18 Aanbod galerieën per 100.000 inwoners 1,6%

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Stichting Vrijwilligers Thuiszorg Geldrop - Mierlo & Nuenen c.a.

Stichting Vrijwilligers Thuiszorg Geldrop - Mierlo & Nuenen c.a. Stichting Vrijwilligers Thuiszorg Geldrop - Mierlo & Nuenen c.a. Jaarverslag 2013 Inhoudsopgave. Gedicht 3. Voorwoord 4. Doelstelling en werkwijze van de Stichting 5. Verslag van het bestuur 6. Verslag

Nadere informatie

Zorggebruikers zien patiëntenorganisatie als belangrijke bron voor lotgenotencontact Anne Brabers, Wouter van der Schors en Judith de Jong

Zorggebruikers zien patiëntenorganisatie als belangrijke bron voor lotgenotencontact Anne Brabers, Wouter van der Schors en Judith de Jong Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Anne Brabers, Wouter van der Schors en Judith de Jong. Zorggebruikers zien patiëntenorganisatie als belangrijke bron voor

Nadere informatie

Patiëntregistratie. 9.1 Inleiding. 9.2 Variabelen en meetinstrumenten

Patiëntregistratie. 9.1 Inleiding. 9.2 Variabelen en meetinstrumenten 9 Patiëntregistratie 9.1 Inleiding 81 In dit hoofdstuk wordt de patiëntregistratie beschreven. De patiëntregistratie is een van de zes gegevensverzamelingsmodules van de Tweede Nationale Studie. Het doel

Nadere informatie

Thuiszorg. Samen actief in zorg aan huis. persoonlijk. dichtbij ACTIEF ZORG HULP IN DE HUISHOUDING VERZORGING VERPLEGING ADVIES

Thuiszorg. Samen actief in zorg aan huis. persoonlijk. dichtbij ACTIEF ZORG HULP IN DE HUISHOUDING VERZORGING VERPLEGING ADVIES ACTIEF ZORG Postbus 317 5000 AH Tilburg T 013-467 28 30 F 013-750 82 10 E info@actiefzorg.nl www.actiefzorg.nl REGIO TILBURG Nimrodstraat 27 5042 WX Tilburg REGIO S-HERTOGENBOSCH Tolbrugstraat 8 5211 RW

Nadere informatie

Keten Palliatieve Zorg

Keten Palliatieve Zorg Keten Palliatieve Zorg Wat is palliatieve zorg? Palliatieve zorg begint wanneer iemand te horen heeft gekregen dat hij/zij ongeneeslijk ziek is en behandeling niet meer mogelijk is. Dat is een harde boodschap

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013. Concept. 11 augustus 2014

Gemeente Roosendaal. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013. Concept. 11 augustus 2014 Gemeente Roosendaal Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013 Concept 11 augustus 2014 DATUM 11 augustus 2014 TITEL Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013 ONDERTITEL Concept OPDRACHTGEVER Gemeente Roosendaal

Nadere informatie

Thuiszorg. Thuiszorg op maat, voor iedereen

Thuiszorg. Thuiszorg op maat, voor iedereen Thuiszorg Thuiszorg op maat, voor iedereen De meeste mensen willen zo lang mogelijk zelfstandig thuis wonen in de eigen omgeving, en als het nodig is, met hulp van thuiszorg. Pas wanneer dat niet meer

Nadere informatie

Wat is uw relatie met uw overleden naaste? Ik ben zijn/haar:

Wat is uw relatie met uw overleden naaste? Ik ben zijn/haar: Wat is uw relatie met uw overleden naaste? Ik ben zijn/haar: Ervaringen Palliatieve Zorg Thuiszorg Dichtbij > Wat is uw relatie met uw overleden naaste? Ik ben zijn/haar: 37% 52% 7% 4% echtgeno(o)t(e)partner

Nadere informatie

Advies en informatie direct vanaf beginfase belangrijk voor mantelzorgers van mensen met dementie

Advies en informatie direct vanaf beginfase belangrijk voor mantelzorgers van mensen met dementie Deze factsheet maakt onderdeel uit van een reeks van twee factsheets. Factsheet 1 beschrijft de problemen en wensen van mantelzorgers van mensen met dementie. Factsheet 2 beschrijft de motieven en belasting

Nadere informatie

Multiculturele aspecten van palliatieve zorg

Multiculturele aspecten van palliatieve zorg Multiculturele aspecten van palliatieve zorg Casuïstiek bespreking palliatieve zorg Buitenveld 18-11-2014 Marina van Gaans Verpleegkundig specialist longziekten/ palliatieve zorg Immigratie Nederland Nederland

Nadere informatie

De zorg na uw ziekenhuisopname

De zorg na uw ziekenhuisopname De zorg na uw ziekenhuisopname Universitair Medisch Centrum Groningen U ontvangt deze folder omdat u na het ontslag uit het ziekenhuis mogelijk nog hulp of zorg nodig heeft. U heeft bijvoorbeeld behoefte

Nadere informatie

Zorg bij ontslag uit het ziekenhuis. Wat kunnen wij voor u betekenen

Zorg bij ontslag uit het ziekenhuis. Wat kunnen wij voor u betekenen Zorg bij ontslag uit het ziekenhuis Wat kunnen wij voor u betekenen U ontvangt deze folder omdat u na opname in het ziekenhuis mogelijk nog hulp of zorg nodig heeft. In deze folder staat beschreven wat

Nadere informatie

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Martijn Souren Ongeveer 7 procent van de werknemers met een verleent zelf mantelzorg. Ze maken daar slechts in beperkte mate gebruik van aanvullende

Nadere informatie

Vrouwen In maatschappelijke Besluitvorming (VIB 2010) Onderzoeksverantwoording. Sociaal en Cultureel Planbureau

Vrouwen In maatschappelijke Besluitvorming (VIB 2010) Onderzoeksverantwoording. Sociaal en Cultureel Planbureau Vrouwen In maatschappelijke Besluitvorming (VIB 2010) Onderzoeksverantwoording In opdracht van: Sociaal en Cultureel Planbureau Datum: 20 augustus 2010 Referentie: 14665.PW/SD/ND GfK Panel Services Benelux

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Overdracht en samenwerking 1 e en 2 e lijns diëtisten bij de dieetbehandeling van ondervoede patiënten.

Overdracht en samenwerking 1 e en 2 e lijns diëtisten bij de dieetbehandeling van ondervoede patiënten. Overdracht en samenwerking 1 e en 2 e lijns diëtisten bij de dieetbehandeling van ondervoede patiënten. Inleiding Ziekte gerelateerde ondervoeding is nog steeds een groot probleem binnen de Nederlandse

Nadere informatie

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts E-Health en de huisarts Digitaal Stadspanel Rotterdam Achtergrond Een taak van de gemeente is het bevorderen van de gezondheid van haar inwoners. In haar nota Publieke Gezondheid 2016-2020 Rotterdam Vitale

Nadere informatie

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe, G. Waverijn

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Nazorg na ontslag uit het Refaja ziekenhuis

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Nazorg na ontslag uit het Refaja ziekenhuis Nazorg na ontslag uit het Refaja ziekenhuis NAZORG NA ONTSLAG UIT HET REFAJA ZIEKENHUIS INLEIDING U ontvangt deze folder omdat u na het ontslag uit het ziekenhuis mogelijk nog hulp of zorg nodig heeft.

Nadere informatie

resultaten Vacature-enquête

resultaten Vacature-enquête resultaten Vacature-enquête voorjaar 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Vacatures maart 2014 4 3. Vacatures per sector 5 4. Conclusies 11 Bijlage 1 Tabellen 12 Kenmerk: Project: 81110 Juni 2014 1. Inleiding

Nadere informatie

Hartstikke goed werk!

Hartstikke goed werk! Hartstikke goed werk! Mate van tevredenheid bij huurders die gebruik maken van de Huurteams Amsterdam Onderzoeksverslag december, Stedelijk Bureau Wijksteunpunten Wonen Inhoud Tevredenheidsmeting huurteams

Nadere informatie

Samenvatting. april 2006

Samenvatting. april 2006 Samenvatting Alzheimer Nederland spant zich in om de zorg voor mensen met dementie en hun familieleden te verbeteren. Het streven is de zorg in de regio beter af te stemmen op mensen met dementie en degenen

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Zorgbureau Endless Almere. Zorg Thuis

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Zorgbureau Endless Almere. Zorg Thuis Rapport Cliëntervaringsonderzoek Zorgbureau Endless Almere Zorg Thuis Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker juli 2012 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Kenmerken respondenten... 3 3. Afspraken over

Nadere informatie

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3 Rapportage Burgerpanel meting 3: Juni 2013 In opdracht van: Contactpersoon: Gemeente Horst aan de Maas Dhr. F. Geurts Utrecht, juli 2013 DUO Market Research drs. Aart van Grootheest drs. Marjan den Ouden

Nadere informatie

Motieven en belasting van mantelzorgers van mensen met dementie

Motieven en belasting van mantelzorgers van mensen met dementie Deze factsheet maakt onderdeel uit van een reeks van twee factsheets. Factsheet 1 beschrijft de problemen en wensen van mantelzorgers van mensen met dementie. Factsheet 2 beschrijft de motieven en belasting

Nadere informatie