Groente en Fruit op School: SchoolGruiten en het EU-Schoolfruitprogramma

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Groente en Fruit op School: SchoolGruiten en het EU-Schoolfruitprogramma"

Transcriptie

1 Interventie Groente en Fruit op School: SchoolGruiten en het EU-Schoolfruitprogramma Samenvatting Doel Het doel van Groente en Fruit op School is kinderen in de basisschoolleeftijd, minimaal twee keer per week op school groente en fruit te laten eten. Doelgroep. Kinderen / jongeren van 4-12 jaar. Leerkrachten en schooldirectie. Ouders / opvoeders Aanpak Het programma bestaat uit twee delen: SchoolGruiten (SG) en het EU-Schoolfruitprogramma (EUSF). Van werd SG uitgevoerd door het Voorlichtingsbureau Groente en Fruit, nu GroenteFruit Bureau, met subsidie van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en de groente- en fruitsector via het Productschap Tuinbouw (PT). Vanaf 2009 wordt SG uitgevoerd door het Steunpunt SchoolGruiten van de Wageningen University. Het Voedingscentrum is vanaf het begin betrokken bij de educatieve kant. Er nemen 700 scholen en schoolkinderen deel aan SG. SG heeft tot doel kinderen minstens twee keer in de week op school groente en fruit te laten eten. Dit kan door het ouders mee te laten geven of door een abonnement met een leverancier af te sluiten. Scholen worden gestimuleerd groente- en fruitbeleid in hun schoolbeleid vast te leggen. Zij kunnen zich inschrijven bij het Steunpunt en worden ondersteund in de regio door GGD-en. Het Europese Schoolfruitprogramma (EUSF) is een stimulansprogramma voor gratis groente en fruit op school en bestaat sinds Het biedt een stimulans aan scholen om te starten met een gratis periode van 2-3 keer per week schoolgroente en -fruit om daarna zelfstandig door te gaan. Het ministerie van Economische Zaken en de EU ondersteunen en financieren het programma, samen met sponsoren van groente- en fruit leveranciers. Het Productschap Tuinbouw voert het programma uit, samen met het Steunpunt SG dat verantwoordelijk is voor de inschrijving en ondersteuning van scholen. Er hebben sinds de start scholen en leerlingen deelgenomen. Materiaal Voor beide onderdelen zijn gratis ondersteunende materialen beschikbaar via de websites of of in hard copy. Dit zijn:. Voor SG: het online stappenplan SG; verschillende posters; DVD; ouderbrochure; lerarenhandleiding met lessuggesties voor groep 1 t/m 6 en lessen met werkbladen voor groep 7 en 8; nieuwsbrieven; keurmerk; website Voor EUSF: online stappenplan EUSF; ouderbrochure; wekelijkse digitale nieuwsbrief; één les voor elke groep, lessen voor het digibord, educatieve en algemene poster van EUSF; website Onderzoek effectiviteit Er zijn in Nederlandse scholen verschillende projecten uitgevoerd gericht op het stimuleren van de groente- en

2 fruit consumptie bij jeugdigen die door effectonderzoek en/of projectevaluaties zijn begeleid. Dit onderzoek bestond uit vooronderzoek ( ), pilotproject SchoolGruiten ( ), landelijke implementatie ( ) en het EU-Schoolfruitprogramma ( ). De resultaten van het vooronderzoek gaven aan dat kinderen door het verstrekken van groente en fruit op school zowel volgens eigen zeggen als naar de mening van de ouders tijdens schooltijd en thuis meer groente en fruit zijn gaan eten (v.d. Ham, 2002). De belangrijkste conclusies van het pilotproject (gerandomiseerd quasi-experimenteel design met twee jaar follow-up bij 953 kinderen (500 interventie en 253 controle) waren dat SchoolGruiten effectief de fruitconsumptie bij scholieren verhoogt (kwart stuk per dag). Voor groente was dit niet het geval. Bovendien zijn er aanwijzingen gevonden dat SchoolGruiten ongezond snacken tijdens de schoolpauze vermindert. Er werden ook positieve effecten gevonden op kennis en waardering voor het project als beïnvloedende factor. Tot slot bleek de interventie met een waarschijnlijkheid van 60% kosteneffectief (te Velde et al, 2011). De bevindingen van de landelijke implementatie (voor -en nametingen na 9 maanden en na 1 jaar en 9 maanden bij 497 kinderen) geven aan dat de kennis en houding ten aanzien van fruitconsumptie is verbeterd maar niet voor groente. In het aantal stuks fruit en groente per week is geen significante verandering waargenomen. De bevindingen van het EU-Schoolfruitprogramma zijn hiermee in overeenstemming (IPM KidsWi-se, en Willemsens, 2011). In het EU-programma (voor -en nameting na 6 maanden) is de consumptie van koek significant afgenomen. Dat geldt ook voor aanpalend Nederlands onderzoek en buitenlandse effectstudies. Uit alle procesevaluaties blijkt dat de scholen, kinderen, ouders en leerkrachten de interventie als goed en positief beoordelen (Wind, 2006). Ontwikkeld door Steunpunt Smaaklessen & SchoolGruiten; Hante Meester Postbus 8129 (bode 172) 6700EV Wageningen Schoolgruiten@wur.nl; euschoolfruit@wur.nl; hante.meester@wur.nl Telefoon: Contactpersoon: Voedingscentrum, Jeltje Snel snel@voedingscentrum.nl Telefoon: Erkenning Erkend door Deelcommissie jeugdgezondheidszorg, preventie en gezondheidsbevordering d.d Oordeel: Goed onderbouwd De referentie naar dit document is: H. Meester ( ). Databank effectieve jeugdinterventies: beschrijving 'Groente en Fruit op School: SchoolGruiten en het EU-Schoolfruitprogramma'.Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut. Gedownload van 1. Toelichting naam van de interventie Groente en Fruit op school bestaat uit 2 onderdelen: SchoolGruiten en EU-Schoolfruit. De naam SchoolGruiten is samengesteld uit Groente en Fruit eten op School. EUSF staat voor het Europese Schoolfruitprogramma. In de rest van Europa is het bekend als School Fruit Scheme of -Programme. 2. Risico en/of probleem waar de interventie zich op richt Vanaf de leeftijd van 12 jaar wordt aanbevolen dagelijks 3 tot 4 lepels (à 50 gram) groente en twee stuks fruit te eten (Voedingscentrum, 2011). Naast het belang van groente en fruit voor de voorziening met essentiële voedingsstoffen (vitamines en mineralen) en voedingsvezel wordt een ruime consumptie van groente en fruit als belangrijk gezien voor de preventie van diverse chronische ziekten (Gezondheidsraad, 2006). In Nederland is de groente- en fruitconsumptie van kinderen en volwassenen veel lager dan de richtlijnen van de Gezondheidsraad aangeven (2006). Van de 2-tot 3-jarigen eet ongeveer 80% minder dan de aanbevolen 50 tot 100 gram groente per dag, en van de 4-6 jaren zo goed als geen. Voor fruit voldoet één op de vier aan de aanbevolen consumptie (Ocké, 2008). Uit de Voedselconsumptiepeiling blijkt dat 99% van de kinderen van 7 -

3 13 jaar niet voldoet aan de richtlijnen voor groente en 81-96% niet aan die voor fruit (Van Rossum e.a., 2011). Chronische ziekten als hart- en vaatziekten, kanker en overgewicht dragen substantieel bij aan de morbiditeits- en mortaliteitsratio's in Nederland. (RIVM, 2012). Risicofactoren die daarmee samenhangen worden vooral gezocht in leefstijlfactoren, zoals het eten van onvoldoende groente en fruit. Er is epidemiologisch bewijs dat er verband bestaat tussen voldoende groente en fruit eten en een verminderd risico op chronische ziekten (WHO, 2003; Gezondheidsraad, 2006; WCRF, 1997). Bevorderen van groente- en fruitconsumptie is daarom één van de speerpunten van gezondheidsbeleid in Nederland (VWS, 2008). Daarnaast is er voldoende bewijs dat de adoptie van een gezonde leefstijl op jonge leeftijd wordt geassocieerd met gezonde leefstijl bij volwassenen (Rozin, 1990; Kelder et al, 1994; Klepp et al, 2005; Licence, 2004). Bovendien zullen eetgewoonten die op jonge leeftijd zijn aangeleerd voor een deel op oudere leeftijd doorgaan (Kelder et al, 1994; Lien et al, 2001; Te Velde et al, 2007). 3. Doel van de interventie Hoofddoel Het doel van Groente en Fruit op School, in de vorm van SchoolGruiten en het EU-Schoolfruitprogramma, is kinderen in de basisschoolleeftijd met hulp van hun ouders en leerkrachten, minimaal twee keer per week op school groente en fruit te laten eten. Korte termijn doelen. Scholen zijn enthousiast en bereid groente en fruit minstens 2x per week op vaste dagen op school te laten eten.. Scholen zijn bereid het eten van groente en fruit op school planmatig en structureel in te bedden in het schoolbeleid.. Kinderen zijn enthousiast en gemotiveerd om groente en fruit in of voor de pauze op school te eten. Lange termijn doel Kinderen eten structureel meer groente en fruit dan vóór het programma door het goede voorbeeld van groente en fruit eten op school. 4. Doelgroep van de interventie Voor wie is de interventie bedoeld Einddoelgroep Leerlingen van groep 1 t/m 8 van basisscholen in Nederland (4-12 jarigen) Intermediaire doelgroepen. Ouders van deze leerlingen. Leerkrachten en schoolleiding van basisscholen. GGD-en. Indicatie- en contra-indicatiecriteria Niet van toepassing. Toepassing bij migranten De interventie richt zich niet specifiek op migrantengroepen. Wel is bij de uitwerking van de lesmaterialen rekening gehouden met verschil in culturele achtergronden. 5. Aanpak Opzet van de interventie Het programma Groente en Fruit op School bestaat uit: A. EU-Schoolfruitprogramma (EUSF): Gratis groente- en fruitverstrekking op scholen als start en stimulans voor structurele inbedding van schoolfruit. B. SchoolGruiten (SG): Het structureel inbedden van het eten van groente en fruit in de schoolomgeving, het schoolbeleid en binnen educatie. In deze paragraaf worden de twee onderdelen van Groente en Fruit op School beschreven. De reden voor een

4 gecombineerde aanvraag van deze programma's is dat in de praktijk beide programma's elkaar steeds meer aanvullen. Waar ze eerst zelfstandig naast elkaar bestonden, is sinds schooljaar een opzet gekozen waarbij scholen via EUSF een tijd gratis groente en fruit krijgen om dit vervolgens, al dan niet via SG, structureel vorm te geven in schoolfruitbeleid. A. EU-Schoolfruit (EUSF) EUSF is bedoeld als laagdrempelige stimulans om te bevorderen dat schoolgaande kinderen samen fruit én groente eten in de klas. De sponsors van het programma zijn tevens de leveranciers van groente en fruit. Alle deelnemende basisscholen ontvangen voor elke leerling één keer per week drie stuks gratis groente en fruit voor een periode van 20 weken (eerste fase). Na de gratis periode gaat de school een inspanningsverplichting aan om op minimaal twee vaste dagen in de week groente en fruit te eten gedurende de rest van het schooljaar (tweede fase). Scholen worden hierbij ondersteund door het Steunpunt SG. Scholen worden in de tweede fase gestimuleerd om een schoolfruitbeleid te maken dat jaar in jaar uit wordt gehandhaafd, al dan niet via het programma SG. Zij kunnen hiertoe gebruik maken van diverse materialen zoals een stappenplan, startles, digitale lessen, een ouderfolder en posters. Om scholen te enthousiasmeren voor deelname aan EU-Schoolfruit en uiteindelijk een structureel schoolfruitbeleid te stimuleren, wordt gebruik gemaakt van een netwerkstructuur met de Medebewind Organisatie Productschappen (voorheen Productschap Tuinbouw (PT)), schoolfruitleveranciers, het Steunpunt SG en GGD-en. Deze zorgen mede voor de werving van scholen (schoolfruitleveranciers) en sponsors (PT). B. SchoolGruiten (SG) SG is bedoeld voor alle groepen van het basisonderwijs. SG staat voor het structureel inbedden van het eten van groente en fruit in het schoolbeleid op minimaal twee vaste dagen in de week. Op deze manier wordt het eten van groente en fruit in de ochtendpauze op school jaar in jaar uit gehandhaafd. Ter ondersteuning van het groente- en fruitbeleid zijn er ondersteunende lessen en materialen die aanvullend en verdiepend zijn op de EUSF lesmaterialen. Om scholen te enthousiasmeren voor het maken van schoolfruitbeleid via SG wordt gebruik gemaakt van de netwerkstructuur van het Steunpunt SG bij Wageningen University in samenwerking met de GGD-en. Het steunpunt is verantwoordelijk voor de werving, de begeleiding en communicatie naar scholen en GGD-en. Als de school geen gebruik wil maken van de ondersteuning van een GGD bij het maken van schoolfruitbeleid, kan de school zelfstandig aan de slag met het online stappenplan SG ( In vijf stappen zet een school zelfstandig een goed schoolfruitbeleid op de kaart. Per stap staan alle materialen en informatie genoemd die voor de school relevant zijn. Dit stappenplan kan ook in zijn geheel in pdf worden gedownload. Inhoud van de interventie Groente en Fruit op School is een interventie die ingezet wordt op school en wil ingrijpen op leerprocessen die de ontwikkeling van eetgewoontes beïnvloeden. De interventie richt zich op:. De beschikbaarheid van groente en fruit op school (gratis, via ouders of abonnement systeem).. De kennis, houding en intentie van leerlingen (lessen, dvd, posters, dagboekjes voor bewustwording, ouderbrieven).. Het eetgedrag zelf (twee keer per week samen met de leerlingen en leerkrachten fruit of groente eten, de ouderbrochure om ouders te betrekken).. De smaakvoorkeuren van de leerlingen (blootstelling aan verschillende soorten fruit en groente, positieve cues). Groente en Fruit op School bestaat uit twee delen: een startfase met gratis schoolfruit (het EUSF programma) en een structurele fase waarin scholen zelf groente en fruit op hun scholen realiseren of via ouders, of via schoolfruitabonnementen (SchoolGruiten). A. EU-Schoolfruitprogramma (2010-heden) Werving en inschrijving De werving en inschrijving van scholen wordt uitgevoerd door het Steunpunt SG. De schoolfruitleveranciers en GGD-en helpen mee met de werving van scholen. Het Steunpunt zorgt voor bekendmaken van de regeling via de media en reguliere kanalen, zoals nieuwsbrieven van GGD-en, Voedingscentrum en eigen nieuwsbrieven. Scholen schrijven zich in op als de ronde wordt opengesteld in het voorjaar. Bij inschrijving kiest de school voor één van de schoolfruitleveranciers in de database. De school wordt vervolgens in contact gebracht met de leverancier. GGD-en

5 GGD-en zijn lokaal en regionaal verantwoordelijk voor het begeleiden van scholen bij het planmatiger verankeren van gezondheid in educatie en beleid op school. GGD-en werven scholen voor EUSF en stimuleren en begeleiden scholen om na de gratis periode zelfstandig verder te gaan met schoolfruitbeleid. GGD-en begeleiden dan het proces binnen een school met directie en ouders, geven voorlichting en uitleg, begeleiden voorlichtingsactiviteiten, helpen bij het zoeken naar externe financiering en zijn intermediair tussen het Steunpunt SG en de school. Verder verzorgen zij de nazorg voor scholen die na afloop van EUSF met structureel schoolfruitbeleid zijn begonnen. Scholen Scholen kunnen alleen op een vast tijdstip starten met EUSF. Voor het schooljaar was dit in september. Bij deelname gaan zij akkoord met een inspanningsverplichting om na de gratis periode nog 20 weken (de rest van het schooljaar) zelfstandig verder te gaan met het eten van groente en fruit op school op minimaal twee vaste dagen in de week. Dit betekent dat zij zich in principe een jaar lang committeren aan EUSF. Na afloop van het schooljaar mogen scholen zelf kiezen of zij verder willen met een structureel schoolfruitbeleid of willen stoppen. Verder met een structureel schoolfruitbeleid kan zelfstandig, maar kan ook via SG. Door eerst 20 weken gratis groente en fruit te ontvangen, kunnen team, ouders en leerlingen wennen aan het eten van groente en fruit op school. Deze periode wordt gebruikt als aanloopfase naar 20 weken zelfstandig schoolfruitbeleid (tweede fase). Deze tweede fase wordt gebruikt om scholen te stimuleren een structureel schoolfruitbeleid te maken dat jaar in jaar uit wordt gehandhaafd, bijvoorbeeld via SchoolGruiten. Fase 1. Scholen ontvangen voor de start informatie over EUSF via een startpakket. Dit pakket bestaat uit een startles per jaargroep, posters en een begeleidende brief. De lessen zijn: Groep 1: Groenten en fruit op school Groep 2: Gezond sap Groep 3: Nieuwe fruitsmaken Groep 4: Nieuwe schoolgroenten Groep 5: Vreemde sappen Groep 6: Fruit testen Groep 7: Hoe zit het met ons SchoolGruiten? Groep 8: Wat proef ik in deze shake? Er wordt een educatieve poster geleverd met afbeeldingen van ver- schillende soorten groente en fruit en twee EU-Schoolfruitposters die bij de hoofdingang van de school moeten worden opgehangen. Bij het startpakket zit een begeleidende brief van het Steunpunt SG met uitleg over de start en uitvoering van de leveringen.. Elk jaar start met een feestelijke aftrap op een school, waar de media voor worden uitgenodigd.. Scholen worden wekelijks geïnformeerd door een digitale nieuwsbrief waarin het Steunpunt, leveranciers en andere partners gezamenlijk communiceren over EUSF, de leveringen en andere gerelateerde onderwerpen.. Om de gratis groente- en fruitverstrekking te evalueren, ontvangen scholen na afloop van fase 1 een online enquête.. Tijdens fase 1 start een prijsvraag om schoolfruit leuk te maken. Scholen maken bij deelname kans op een mooie prijs voor op het schoolplein. Bij de keuze van de prijzen wordt gezocht naar een koppeling met beweging. Voorbereiding fase 2. Halverwege de gratis periode ontvangen scholen een stappenplan per post om ze te ondersteunen bij het uitvoeren van de inspanningsverplichting om na de gratis periode op minimaal twee vaste dagen in de week verder te gaan met het eten van groente en fruit gedurende de rest van het schooljaar. Dit stappenplan staat ook online. Het sluit aan bij het verdiepende stappenplan van SchoolGruiten, dat extra documenten levert zodat scholen een goed schoolfruitbeleid kunnen opzetten. Via de digitale nieuwsbrief worden scholen gestimuleerd om met het stappenplan aan de slag te gaan.. Tegen het einde van de gratis periode wordt scholen gevraagd hun keuze door te geven via een online tool. Hiermee wil het Steunpunt inzicht krijgen in of scholen verder gaan en hoe scholen verder gaan (via ouders of schoolfruitabonnement) in de tweede fase. Deze gegevens worden gekoppeld aan de inschrijfgegevens en zijn in te zien door de GGD.. Als scholen verder gaan met schoolfruit in de tweede fase, kunnen ze via deze tool gratis ouderbrochures aanvragen.

6 Fase 2. Scholen starten met zelfstandig schoolfruitbeleid op minimaal twee vaste dagen in de week gedurende de rest van het schooljaar (dit is SchoolGruiten).. Tijdens de tweede fase worden scholen gestimuleerd het digibordmateriaal voor EUSF te gebruiken. Dit digitale lesmateriaal voor EUSF heeft twee lessen per jaargroep die ieder minuten duren. Voor groep 1 en 2 zijn samen twee lessen ontwikkeld. In iedere groep komen vijf thema's terug: smaakopvoeding, gezondheid, herkomst, recepten en wat eet je zelf.. Voor groep 1 t/m 5 is er een voorleesverhaal met tussentijds meerkeuze-, open- en doevragen. Na afloop is er een extra lessuggestie waarbij de kinderen een recept gaan maken. In de lessen zijn filmpjes opgenomen.. Voor groep 6 t/m 8 is er een groente- en fruitquiz. De klas wordt in twee teams opgedeeld en zij krijgen om de beurt een vraag. Het gaat erom in welk team de grootste groente- en fruitkenners zitten. Tussentijds zijn er filmpjes en worden vragen toegelicht. Na afloop is er een extra lessuggestie waarbij de kinderen een recept gaan maken.. Naast dit digibord materiaal kunnen scholen ook de verdiepende lessen van SchoolGruiten gebruiken. Deze zijn als pdf toegevoegd aan het digibord materiaal. Stimuleren naar structureel schoolfruitbeleid In mei ontvangen de scholen een online enquête om de tweede fase te evalueren en om scholen te stimuleren zelfstandig vorm te geven aan schoolfruitbeleid, al dan niet via SG. B. SchoolGruiten (SG): 2001-heden. Werving en inschrijving Scholen beginnen op verschillende manieren met SchoolGruiten. Bijvoorbeeld, scholen die niet meedoen aan EUSF of die voor het EUSF programma al bezig waren met groente en fruit op school schrijven zich rechtstreeks in voor SchoolGruiten. Scholen die wel meedoen aan EUSF gaan in de tweede fase door met SchoolGruiten. Het werven van scholen voor SG gebeurt dus op verschillende manieren:. Landelijke werving vanuit het Steunpunt.. GGD-en werven actief scholen in hun regio.. GGD-en hebben inzage in de scholen die deelnemen aan EUSF. GGD-en stimuleren en ondersteunen de scholen in hun regio tijdens EUSF om verder te gaan met SG.. Scholen die deelnemen aan EUSF worden door het Steunpunt gestimuleerd na afloop van EUSF door te gaan met SG.. Scholen komen via het programma Smaaklessen in contact met SG en worden op deze manier geworven. Scholen kunnen zich aanmelden voor SG via het inschrijfformulier op de website Na inschrijving ontvangt de school een met uitleg over het programma en hoe de school kan starten. Scholen Scholen kunnen op ieder moment starten met SG. Als scholen school-fruitbeleid via SG willen realiseren op minimaal twee vaste dagen in de week kan de school zich aanmelden via Op de website staat een stappenplan waarmee de scholen de stand van zaken inventariseren, hoe ze hun doel kunnen formuleren en met welke stappen ze hun doel kunnen bereiken en handhaven. Scholen kunnen dit stappenplan zelfstandig doorlopen, maar kunnen in de meeste regio's ook ondersteuning van hun GGD vragen. Stappenplan Om een goed schoolfruitbeleid op de kaart te zetten, doorlopen scholen de volgende vijf stappen: 1. Inventariseren Scholen brengen in kaart in hoeverre het team, de ouders en de leerlingen klaar zijn voor schoolfruitbeleid. Hiervoor kunnen ze gebruik maken van een voorbeeldenquête. Scholen krijgen de tip ondersteuning aan te vragen bij hun GGD en kunnen informatie vinden over de voordelen van schoolfruitbeleid. Hier wordt ook de koppeling gelegd met de online test voor eet- en beweegbeleid van het Voedingscentrum, NISB en NHS, Gezonde Basis op School, waarmee scholen zichzelf in kaart kunnen brengen. Ook wordt schoolfruitbeleid in het bredere kader van de Gezonde School gezet en van het behalen van het deelcertificaat Voeding van het Vignet Gezonde School. 2. Doel formuleren Scholen stellen het aantal dagen vast waarop groente en fruit wordt gegeten (minimaal twee keer per week). Zij bepalen ook of ze de ondersteunende lessen en lesmaterialen van SchoolGruiten of de startlessen van EUSF

7 willen gebruiken. 3. Aanpak kiezen Scholen kiezen uit twee modellen:. Ouders geven groente en fruit mee (geen kosten voor de school). School sluit abonnement af bij leverancier naar keuze Bij de keuze voor een schoolfruitabonnement krijgen scholen tips en adviezen over hoe ze een abonnement kunnen financieren, hoe ze een leverancier kiezen, hoe ze afspraken kunnen maken over prijs, kwaliteit en variatie en hoe ze groente en fruit goed bewaren op school. Ook vinden scholen een voorbeeldovereenkomst voor het afleveren van groente en fruit. 4. Uitvoeren Bij de uitvoering krijgen scholen tips over de communicatie, praktische uitvoering en verankering van het beleid. Dit zijn tips om het team, ouders en leerlingen te enthousiasmeren en te betrekken. Hiervoor worden voorbeeld ouderbrieven aangereikt en wordt verwezen naar de ouderbrochure, het lesmateriaal, posters, dvd en het Keurmerk. Ook worden tips gegeven voor inspiratie voor het tienuurtje dat scholen kunnen meenemen in een nieuwsbrief naar ouders. Er is een voorbeeldtekst beschikbaar voor opname in de schoolgids die scholen kunnen aanpassen voor hun eigen situatie. Op de website worden ideeën aangedragen voor een feestelijke start en er is een voorbeeld persbericht. 5. Evalueren Na een half jaar wordt scholen geadviseerd het beleid te evalueren met ouders en het team. Hiervoor is een voorbeeld enquête beschikbaar. Lesmateriaal Alle scholen kunnen lessuggesties en lessen van SG gratis downloaden van en van het digibordmateriaal bij EUSF. Deze lessen zijn verdiepend op de startles en digibord lessen van EUSF.. Een handleiding voor leerkrachten: Deze bestaat uit een introductie over de aanleiding en leerdoelen, een beschrijving van de lesmaterialen, benodigde hulpmiddelen en lesvoorbereiding en er wordt een toelichting gegeven op de lessen en lessuggesties. Tevens wordt er achtergrondinformatie over het belang van groente en fruit en de herkomst gegeven.. Lessuggesties voor groepen 1 t/m 6 die in te passen zijn in bestaande schoolactiviteiten kennis en houding). Het zijn kleine opdrachten met het thema groente en fruit rond smaak, herkomst, gezondheid en bereiding die in bestaande activiteiten van natuuronderwijs, rekenen, taal en wereldoriëntatie kunnen worden meegenomen. Daarnaast gaan de lessuggesties in op het eten op school en het eten thuis.. Tien lessen van een uur voor groepen 7 en 8. Deze lessen over groente en fruit kunnen verspreid of als project worden gegeven. De eerste les bestaat uit een test waarin leerlingen hun eigen groente- en fruitkennis testen. De tweede les bestaat uit het bijhouden van een dagboek. De derde les gaat over bekende en favoriete groente en fruit. In de vierde les worden nieuwe soorten groente en fruit geïntroduceerd. De vijfde les staat in het teken van uitproberen, wat vind ik lekker? De zesde les gaat in op etiketten, hoe lees ik een etiket? Les zeven staat stil bij veranderen. Hoe verander ik mijn groente en fruit gewoonten? Les acht gaat in op het kopen van groente en fruit. In les negen wordt gekeken in hoeverre leerlingen veranderd zijn. Tevens ontvangen ze in deze les een oorkonde. In de laatste les gaan leerlingen zelf aan de slag met groente en fruit en gaan ze koken.. Overig materiaal in de vorm van posters, dvd, ouderbrochure en keurmerk. 6. Materialen en links A. De materialen voor EUSF bestaan uit:. Startpakket met brief, lesboekje met één startles per jaargroep, educatieve poster en EUSF poster. De lessen zijn: Groep 1; Groente en fruit op school Groep 2: Gezond sap Groep 3: Nieuwe fruitsmaken Groep 4: Nieuwe schoolgroente Groep 5: Vreemde sappen Groep 6: Fruit testen Groep 7: Hoe zit het met ons SchoolGruiten? Groep 8: Wat proef ik in deze shake?. Lessen voor het digibord met filmpjes en digitale opdrachten. De verdiepende lessen en lesmaterialen van

8 SG zijn aanvullend hierop.. Stappenplan voor scholen (hard copy & digitaal) met recente informatie over het programma inclusief modelbrieven en tips.. Ouderbrochure. Wekelijkse digitale nieuwsbrief over het te leveren groente en fruit, informatie over EUSF, informatie over de leveranciers, leuke weetjes over eten. Tijdens de gratis fase ontvangen scholen de digitale nieuwsbrief wekelijks, in 2e fase op regelmatige basis.. De website B. De materialen voor SG bestaan uit:. Een online stappenplan met recente informatie over het programma inclusief modelbrieven, overeenkomsten en het aanvragen van materiaal. Dit stappenplan is aanvullend en uitgebreider dan het stappenplan EUSF.. Ondersteunend lesmateriaal: o Een handleiding lesmateriaal voor leerkrachten. o Lessuggesties voor groepen 1 t/m 6, aanvullend op de startlessen van EUSF, ook voor het digibord. o Tien lessen van een uur voor groepen 7 en 8, aanvullend op de startlessen van EUSF, ook voor het digibord. o Ouderbrochure. o Dvd met 4 filmpjes. o Posters o Keurmerk o Website o Nieuwsbrieven 7. Verantwoording van de doelen, de doelgroep en de aanpak Probleemanalyse Volwassenen en kinderen in Nederland eten te weinig groente en fruit. In het programma Groente en Fruit op School wordt getracht groente- en fruitconsumptie in de schoolsetting te bevorderen door het gezamenlijk klassikaal eten van groente en fruit (beïnvloeding van de sociale omgeving), het aanleren van een goede gewoonte (in de pauze groente en fruit eten) en het verhogen van het kennisniveau over de voordelen van groente en fruit. De basisschool lijkt een geschikte plaats om kinderen te bereiken en iets bij te brengen over voeding en voedsel, omdat kinderen veel tijd van hun jeugd doorbrengen op school (Deghan et al, 2005). Een studie van Contento laat zien dat het aanbieden van gezond voedsel op school waardoor kinderen bekend laten raken met de smaak en bereiding van voedsel, resulteert in gezondere voedselkeuzes (Contento et al, 1995). Ook anderen adviseren dat een succesvolle interventie op school gericht moet zijn op het aanbieden van een gevarieerd aanbod van producten en het aanmoedigen van kinderen om onbekende producten te proeven (Westerhoefer, 2002; Reinaerts, 2008). Determinanten van groente- en fruitconsumptie Om eetgedrag te veranderen moeten we inzicht hebben in de belangrijkste determinanten en beïnvloedbare factoren van het eetgedrag. Eetgedrag wordt beïnvloed door omgevingsfactoren zoals het beschikbare aanbod van voedingsmiddelen en de toegankelijkheid van dat aanbod, bekendheid met het voedingsmiddel; fysiologische factoren zoals honger, dorst; smaakvoorkeuren; sociale en culturele factoren; persoonlijke factoren zoals attitudes; intenties en andere cognities (Booth et al, 2001; Glanz et al., 1998). De gebruikte theoretische modellen, literatuur en een analyse van potentiële determinanten van groente en fruit consumptie zoals beschreven in het proefschrift van Tak worden hier toegelicht (Tak, 2009). In het programma Groente en Fruit op School wordt vooral ingezet op omgevingsvariabelen zoals voldoende aanbod van groente en fruit in de klas en sociale factoren zoals het gezamenlijke eten ervan en cognitieve factoren zoals het verhogen van kennis. Omgevingsvariabelen. Omgevingsvariabelen hebben invloed op de groente- en fruitconsumptie. De belangrijkste factoren zijn aanbod en beschikbaarheid van groente en fruit (Blanchette & Brug, 2005; Rasmussen et al., 2006). In het programma Groente en Fruit op School wordt de fysieke omgeving op school aangepakt door groente en fruit op school aan te bieden of te laten meenemen. De sociale omgeving gaat over welke rol ouders en bijvoorbeeld klasgenoten hier bij spelen als rolmodellen (Pearson et al., 2009). De sociale en fysieke omgeving heeft niet alleen een directe invloed op het aanbod van groente en fruit, maar ook op de kennis, attitude, subjectieve norm en het idee dat ouders en klasgenoten hebben over hoe moeilijk of gemakkelijk het

9 is meer groente en fruit te eten. In het programma worden ouders betrokken bij het groente- en fruitgebruik door te stimuleren dat zij dit meegeven naar school. Klasgenoten worden gestimuleerd samen groente en fruit te proeven zodat zij ook elkaar positief beïnvloeden. Cognitieve factoren. Er zijn veel theoretische modellen ontwikkeld die zich richten op sociaal-cognitieve factoren die eetgedrag beïnvloeden, via de intentie om dit gedrag te willen uitvoeren. Veel gebruikte modellen zijn: de Theory of Planned Behavior (beredeneerd gedag) en het Attitude, Social Influence en Self-efficacy (ASE) model (Baranowski et al., 2003; Brug et al.,1995; Bogers et al., 2004). Brug et al (2006) liet zien dat de Theorie van Beredeneerd Gedrag een voorspeller is van fruitconsumptie. De intentie tot gedrag wordt bepaald door attitudes, subjectieve norm en gepercipieerd gedrag. Het programma Groente en Fruit op School richt zich op het vormen van positieve attitudes van kinderen wat betreft het eten van groente en fruit. Dit wordt vooral in de ondersteunende lessen en op het digibord uitgewerkt door de voordelen van het eten van groente en fruit te benadrukken. Het programma richt zich op het verhogen van kennis over de gezondheidsaspecten van groente en fruit en over de herkomst van deze producten. Dit wordt uitgewerkt in de ondersteunende lessen, de digibord materialen en de posters. Subjectieve norm, de waargenomen mening van anderen in de sociale omgeving, wordt in het programma uitgewerkt door ouders te betrekken door middel van een ouderbrochure die mee naar huis wordt gegeven. Ook worden ouders opgeroepen zelf 2x per week groente en fruit mee naar school te geven. Bovendien worden ouders bij huiswerkopdrachten betrokken. Kinderen leren door regelmatig samen op school groente en fruit te eten dat dit de sociale norm is. Self-efficacy of eigen effectiviteit, het vertrouwen dat kinderen hebben om een bepaald gedrag ook te kunnen uitoefenen, wordt in het programma gestimuleerd door kinderen vaardigheden aan te leren om voldoende groente en fruit te gaan eten. Zo leren kinderen in de lessen op welke momenten van de dag je allemaal groente en fruit kunt eten. Smaakvoorkeur Een andere belangrijke factor die een rol speelt bij het eten van groente en fruit is smaakvoorkeur. Smaakvoorkeur is een combinatie van persoonlijke factoren zoals aanleg en motivationele factoren, maar wordt wel degelijk door de sociale omgeving versterkt. De ontwikkeling van eetgedrag bij kinderen begint al voor de geboorte met biologische factoren als voorkeur voor of afkeer van bepaalde smaken en interne regulatiefactoren als honger en dorst (Westenhoefer, 2001). Na de geboorte spelen vervolgens drie processen een rol die deze aangeboren voorkeuren en afkeuren van smaken beïnvloeden en omvormen tot nieuwe voedselvoorkeuren. Het eerste proces is de blootstelling aan verschillende smaken en producten. De keuze van ouders om hun kind borstvoeding of flesvoeding te geven, is een keuze die invloed heeft op de blootstelling van kinderen aan smaken (Birch & Fisher, 1998). Daarnaast speelt het eetpatroon van de ouders en de keuze wat ze hun kinderen voor eten aanbieden een grote rol (Birch & Fisher, 1998). Welke producten ouders beschikbaar hebben en aanbieden, wordt beïnvloed door onder andere demografische, sociaal-culturele en sociaaleconomische factoren (Davison & Birch, 2001). Het tweede proces dat de blootstelling aan nieuwe smaken en producten beïnvloedt, is de sociale beïnvloeding van ouders, andere mensen en media (Westenhoefer, 2001; Birch & Fisher, 1998; Davison & Birch, 2001). Factoren die dit proces beïnvloeden, kunnen ook teruggevonden worden in het model van Davison & Birch (2001). Ten eerste is de opvoedstijl van ouders bij het aanbieden van eten belangrijk. Bijvoorbeeld de manier waarop ouders reageren op het eetgedrag van hun kind heeft invloed op de acceptatie van voedsel en associaties die het kind met het voedsel maakt (Birch & Fisher, 1998). Ten tweede zijn kinderen gevoelig voor de sociale beïnvloeding van broertjes en zusjes, vriendjes, TV en rolmodellen zoals leerkrachten op de basisschool (Birch & Fisher, 1998; Hendy & Raudenbush, 2000). Het derde proces dat een rol speelt bij de ontwikkeling van het eetgedrag bij kinderen is het verkrijgen van kennis over en associaties met eten, ook wel cues genoemd (Westenhoefer, 2001). Kinderen leren bijvoorbeeld dat eetgedrag is gerelateerd aan gezondheid. Ook het krijgen van positieve dan wel negatieve ervaringen met het eten van een product hoort bij dit proces. Voor de ontwikkeling van een gezond eetgedrag waaronder het eten van voldoende groente en fruit bij kinderen, is het belangrijk om alle drie de genoemde processen te benutten. Kinderen moeten de mogelijkheid krijgen om smaken en producten te proeven, hierbij positieve sociale beïnvloeding te ontvangen van ouders,

10 vriendjes, leerkrachten en andere rolmodellen, en positieve associaties en ervaringen opdoen met het proeven van gezonde producten (Westenhoefer, 2001). In Groente en Fruit op School worden onbekende groente- en fruitsoorten in de lessen geproefd en smaakproefjes met groente en fruit uitgevoerd. Hierdoor wordt het smaakpalet van kinderen uitgebreid. Door de schoolfruitleveranties van verschillende groente- en fruitsoorten raken kinderen gewend aan het eten van groente- en fruitsoorten die ze misschien thuis niet zouden eten. Doordat dit samen in de klas wordt gedaan stimuleren kinderen elkaar om onbekende groente- en fruitsoorten te gaan proberen. Kerndoelen primair onderwijs Naast bovenstaande theorieën uit de gezondheidsbevordering- en de voedingsgedragswetenschap is bij de interventieopzet gebruikt gemaakt van de kerndoelen voor het primair- of basisonderwijs van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OC&W) voor de ontwikkeling van de educatieve component. Groente en Fruit op School sluit aan bij het leergebied 'Oriëntatie op jezelf en de wereld' en met name bij vier kerndoelen (34, 35, 37, 39) binnen het domein 'mens en samenleving' en twee in het domein 'natuur en techniek' (40, 41). Leerlingen leren in kerndoel 34 zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid voor henzelf en anderen; in kerndoel 35 zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument; in kerndoel 37 zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen; in kerndoel 39 met zorg om te gaan met het milieu; in kerndoel 40 veel voorkomende planten en dieren te onderscheiden en in kerndoel 41 over de bouw van planten, dieren, mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen (SLO-TULE, 2009). In de lessen worden de kerndoelen uitgewerkt. De laatste versie van het lespakket voor SG en EUSF is in 2012 aangepast op de herziene doorlopende leerlijn van het Voedingscentrum 'Hanteren van een gezond en duurzaam voedingspatroon voor 4-18 jarigen in primair, voortgezet en onderbouw middelbaar onderwijs' (Snel, 2012). Effect van interventies gericht op verhogen groente en fruitconsumptie Pro-children was een tweejarige ( ) interventiestudie onder 1601 kinderen op 62 scholen in Nederland, Spanje en Noorwegen, gericht op het verhogen van de groente en fruitconsumptie bij de schoolkinderen. De interventie bestond uit het twee dagen per week uitdelen van gratis groente of fruit, lesmateriaal aangevuld met drie nieuwsbrieven en computergestuurd advies voor de ouders. De interventie leidde tot een hogere groente- en fruitconsumptie bij de schoolkinderen Verder bleek dat de inname van groente en fruit van 11 jarige Nederlandse en Vlaamse kinderen met name werd beïnvloed door hun smaakvoorkeuren, de beschikbaarheid van groente en fruit en de invloed van de ouders; ouders moeten het juiste voorbeeld geven en het eten van groente en fruit opleggen en faciliteren. (Wind, 2006). Een ander onderzoek naar groente en fruit op de basisschool was het Vita + Froet project dat in Zuid Limburg werd uitgevoerd. In dit promotieonderzoek werd de ontwikkeling, implementatie en evaluatie van twee interventies onderzocht, gericht op het tot gewoontegedrag maken van groente- en fruitcon-sumptie door 4-12 jarige kinderen. De één via een gratis verstrekking van groente en fruit op school, de andere via een leeftijdsspecifiek programma bestaande uit meerdere componenten, zoals een lesprogramma en betrokkenheid van de ouders. Beide interventies - groente en fruit uitdelen en het leeftijdsspecifieke programma leidden tot een hogere fruitconsumptie zowel op de korte als de langere termijn. Verder bleek het uitdelen van groente en fruit ook de consumptie van groente te verhogen. Op basis van effectiviteit gaat de voorkeur uit naar de uitdeel variant.(reinaerts,2008). De begeleidende onderzoeken laten verschillen in resultaten zien. Die verschillen kunnen worden toegeschreven aan factoren als de mate van implementatie door de school, het al dan niet insluiten van groep 6, de periode, de steekproefomvang of het type onderzoek. Ondanks deze verschillen kan worden geconcludeerd dat een groente- en fruitprogramma op school een duidelijk positief effect heeft op de houding en het gedrag van de leerlingen ten aanzien van het eten van fruit en in iets mindere mate op de consumptie van groente. 8. Samenvatting van de onderbouwing De interventie Groente en Fruit op School wil de groente- en fruitconsumptie bij 4-12 jarige schoolkinderen verhogen. Het programma bestaat uit twee delen: het stimulansprogramma EU-Schoolfruit waarbij scholen starten met een periode gratis groente en fruit en het programma SchoolGruiten waarbij scholen zelfstandig, minstens 2x per week, groente en fruit op school regelen, via ouders of schoolfruitleveranciers. De interventie zet daarmee vooral in op omgevingsvariabelen als voldoende aanbod van groente en fruit in de klas, sociale factoren als het gezamenlijk eten ervan en cognitieve fac-toren als het verhogen van kennis.

11 9. Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking Eisen ten aanzien van opleiding De interventie kan worden uitgevoerd door leerkrachten zelf voor wat betreft de lessen. Hiervoor bestaan handleidingen. Voor wat betreft het realiseren van een planmatig en structureel schoolfruitbeleid op school werkt het landelijke steunpunt SG zoveel mogelijk samen met GGD-en. De GGD kan scholen adviseren hoe zij groente en fruit op hun school kunnen realiseren met behulp van de stappenplannen en kan scholen begeleiden om het vignet Gezonde School te halen. GGD-en worden twee keer per jaar bijgeschoold in partneroverleggen. Protocol / handleiding Handleiding Er is een duidelijke handleiding voor het opzetten van de groente- en fruitlevering; het inbedden van het eten van groente en fruit in het schoolbeleid en het uitvoeren van lessen. Daarnaast is er ter ondersteuning een telefoonnummer/ adres en een website via het steunpunt SG. Bij vragen, opmerkingen en/of problemen kan daarmee contact opgenomen worden. Dat het materiaal goed overdraagbaar is wordt ondersteund door het feit dat het programma in het hele land wordt uitgevoerd. De ervaring wijst uit dat het betrekken van een GGD een positieve invloed heeft op het structureel inbedden van het project. Partneroverleggen Samenwerkende GGD-en (van SG en EUSF) komen tweemaal per jaar in partneroverleggen samen om te worden geïnformeerd en samen de strategie te bepalen voor de ondersteuning van de implementatie voor scholen in hun regio. De partneroverleggen worden door het steunpunt SG gecoördineerd. Scholen die hebben deelgenomen aan EUSF worden door het Steunpunt geïnformeerd over de stappen die zij kunnen nemen om door te gaan met groente en fruit op hun school. Ingeschreven scholen ontvangen nieuwsbrieven van het Steunpunt. Voor EUSF zijn er wekelijkse nieuwsbrieven waarin de leveranciers hun communicatie bundelen. Voor SG zijn er 4 keer per jaar nieuwsbrieven en er is zes keer per jaar een nieuwsbrief speciaal voor GGD-en. Eisen ten aanzien van kwaliteitsbewaking Scholen die deelnemen aan SG (700 scholen) staan geregistreerd bij het steunpunt SG. Leveranciers moeten zich eerst aanmelden bij het Steunpunt om te voldoen aan de voorwaarden. Deze leverancier kan daarna samen met scholen die zich aanmelden de zaak regelen. Scholen die zich inschrijven voor het EU-Schoolfruit programma (1220 in dit schooljaar) worden in het hetzelfde systeem geregistreerd. Samen met het Productschap Tuinbouw, die verantwoordelijk is voor de sponsorgelden en contacten met de leveranciers worden communicatieplannen gemaakt en uitgevoerd. Voor GGD-en worden twee keer per jaar partneroverleggen georganiseerd op een centrale locatie. De 6 GGDen die aanvullend budget ontvangen van het Steunpunt voor de ondersteuning van scholen bij SG, leveren aan het eind van elk schooljaar een eindrapportage aan. Stuurgroep EUSF kent een stuurgroep die 4x per jaar bijeenkomt om de voortgang van het programma te evalueren. Deze stuurgroep wordt voorgezeten door het Productschap Tuinbouw. Leden van de Stuurgroep komen van de Ministeries van EZ, VWS, het Steunpunt SG, de schoolfruitleveranciers, het Voedingscentrum en het GroenteFruit Bureau. De stuurgroep van SchoolGruiten is een gecombineerde stuurgroep van Smaaklessen & SchoolGruiten en bestaat uit de Ministeries van EZ en VWS en het Steunpunt SchoolGruiten. Proces- en effectonderzoek Vanaf 1996 zijn er in Nederland projecten uitgevoerd gericht op het stimuleren van de groente- en fruitconsumptie bij de jeugd binnen de setting school die door effectonderzoek en/of projectevaluaties zijn begeleid. Dit onderzoek is onderverdeeld in vooronderzoek ( ), pilot project SchoolGruiten ( ), landelijke implementatie ( ) en EU-Schoolfruitprogramma ( ). Kosten Aan de beide interventies die vallen onder Groente en Fruit op School zijn geen directe kosten verbonden. Wel

12 vergt het opzetten van een fruitbeleid een tijdsinvestering. Deze investering is afhankelijk van de manier waarop het programma wordt uitgevoerd. Voorbereiding om met een schoolfruitleverancier te gaan werken kost een paar weken tot een paar maanden, voor het regelen van de administratieve zaken. Globaal is er zeker een half tot een schooljaar nodig om een goed groente- en fruitbeleid op te zetten in de school, met een breed draagvlak bij ouders en schoolteam. Kosten van groente en fruit Voor het schooljaar wordt een adviesprijs per kind per schooljaar van 25,- gerekend voor 2 porties per week gedurende 40 schoolweken. Bij het meegeefmodel betalen ouders zelf groente en fruit die zij hun kinderen meegeven; bij een abonnement met een schoolfruitleverancier worden de kosten betaald door een ouderbijdrage of in sommige gevallen door de gemeente of een andere sponsor. Bij EUSF wordt gebruik gemaakt van het model met leveranties; daarna, zoals ook bij SG wordt door scholen meestal het meegeefmodel gehanteerd. Groente en fruitverstrekking in EUSF is tot nu toe gratis. Dit wordt betaald uit de subsidie van sponsoren en de EU. De EU heeft 90 miljoen euro beschikbaar voor dit programma tot en met het schooljaar , waarvan 2,9 miljoen voor Nederland. Dit moet worden verdubbeld door private partijen, in dit geval schoolfruitleveranciers. Iedere school in Nederland kan zich inschrijven voor EUSF. Wel zit er een maximum aan het aantal scholen dat deel kan nemen. Het EUSF programma zal van een budgetverhoging van 90 naar 150 miljoen euro krijgen. Tijdsinvestering van de lessen Bij SG:. Groep 7 en 8: 10 lessen van 1 uur.. Groep 1 t/m 6: lessuggesties in te passen in bestaande activiteiten.. Van de docent wordt verwacht dat deze een korte voorbereidingstijd opneemt. Bij EUSF:. 1 les per jaargroep van een lesuur. Tot slot kost het eten van groente en fruit vlak voor of in de pauze ook tijd. 10. Onderzoek naar de uitvoering van de interventies Vanaf 1996 zijn er in Nederland projecten uitgevoerd gericht op het stimuleren van de groente- en fruitconsumptie bij de jeugd binnen de setting school die door effectonderzoek en/of projectevaluaties zijn begeleid. Dit onderzoek is onderverdeeld in vooronderzoek ( ), pilot project SchoolGruiten ( ), landelijke implementatie ( ) en EU-Schoolfruitprogramma ( ). Een beschrijving van hiervan is te vinden in hoofdstuk 10 Vooronderzoek Aan het pilotproject SG ( ) is sinds 1996 uitgebreid onderzoek voorafgegaan. Dit onderzoek is uitgevoerd onder supervisie van het toenmalige Voorlichtingsbureau Groente en Fruit (huidige Groente Fruit Bureau). Dit vooronderzoek bestond uit:. Het enkele weken uitdelen van gesponsorde groente en fruit aan: o Alle groepen van 10 basisscholen in de regio Rotterdam o 50 basisscholen verspreid over heel Nederland o Schoolfruit project gemeente Stede Broec (5 basisscholen).. Kwalitatieve haalbaarheidsonderzoeken onder ouders en leerkrachten. Parallel aan het uitdelen van groente en fruit werden aan de scholen lespakketten met als thema groente en fruit verstrekt. De scholen waren vrij om zelf met de materialen invulling aan een project over groente en fruit te geven. De belangrijkste bevindingen uit voorgaande vooronderzoeken:. Leerkrachten onderschrijven dat het stimuleren van gezonde voeding met ruim groente en fruit op school belangrijk is. De voorziening van groente en fruit op school is daartoe een goede manier. Het is ook een taak van de school gezonde voeding van kinderen te stimuleren, maar in de eerste plaats is de verantwoording van de ouders. 55% van de ouders vindt het niet noodzakelijk dat er fruit op school wordt uitgedeeld omdat de verantwoordelijkheid voor het eten van fruit door hun kind bij hen ligt

13 . Leerkrachten steunen het invoeren van een groente- en fruitvoorziening op scholen op voorwaarde dat één en ander geen extra werkzaamheden met zich meebrengt. 2 keer fruit in de klas per week is haalbaar voor hen met het oog op de belasting. De eventuele financiële bijdrage van de ouders moet beperkt blijven omdat anders de participatie te laag wordt. De kracht van het verstrekken van groente en fruit volgens leerkrachten in ouders zit in: o Het klassikaal gezamenlijk eten van groente en fruit o Het aanleren van een gewoonte zodat groente en fruit onderdeel worden van het voedingspatroon o Het verhogen van het kennisniveau over het belang van groente en fruit. Tot slot gaven de kinderen aan meer fruit te gaan eten en steeg de spontane bekendheid van het groenteen fruitadvies van 15% naar 60% (Tromp, 1998; Petter, 1998; Tromp en van Dijk, 2000; v.d. Ham, 2002). Pilot project SchoolGruiten ( ) De procesevaluatie is anderhalf jaar na de start uitgevoerd. Er is een vragenlijst voorgelegd aan een steekproef van 200 scholen uit een totaalbestand van 311 SchoolGruitscholen. Daarbij zijn 169 scholen blind getrokken en 31 scholen aangewezen die het lesmateriaal hadden aangevraagd. De respons was met 63% goed te noemen. De vragenlijst is ontwikkeld op basis van ervaringen met evaluaties van Pro Children (Europese groente- en fruit interventie) interviews bij twee deelnemende scholen en een pretest bij 9 basisscholen. Afzonderlijke delen van de vragenlijst zijn ingevuld door de schooldirecteur of de coördinator en een leerkracht onderbouw en een leerkracht bovenbouw. De belangrijkste resultaten uit deze procesevaluatie waren:. De scholen beoordelen het project met een score van 8,4 op een schaal van 10 in het algemeen positief. De logistiek binnen de scholen (levering, opslag, afval e.d.) levert weinig problemen op. Bijna driekwart van de scholen heeft de ouders over het project geïnformeerd (jaarlijkse informatieboekje, nieuwsbrief). De echte betrokkenheid van de ouders is echter beperkt. Driekwart van de scholen maakt gebruik van de posters. 79% van de scholen rapporteert dat de kinderen enthousiast zijn. De scholen geven het lesmateriaal van het project een score 7,4 op een schaal van 10. De lessen vereisen weinig voorbereidingstijd, zijn makkelijk uit te voeren en de informatie in de docentenhandleiding is duidelijk. Circa 40% maakt daadwerkelijk gebruik van het lesmateriaal. Tijdgebrek is de belangrijkste reden om het lesmateriaal niet te gebruiken. Daarnaast gaf een deel van de leerkrachten aan dat één pakket voor de leerlingen van de groep 5 tot en met 8 problemen oplevert, te moeilijk voor de jongere groepen en/of te makkelijk voor de oudere groepen, ook leverde de huiswerkopdrachten problemen op (Tak, 2004). Naar aanleiding van deze evaluatie zijn de lesmaterialen in 2006 aangepast tot een lespakket voor groep 7 en 8 en lessuggesties voor de groepen 1 t/m 6. Dit is de huidige versie van de verdiepende lessen die aansluiten bij de startlessen van EUSF. Landelijke implementatie Tijdens de landelijke implementatie zijn in 2006 en 2008 proces- en effectevaluaties uitgevoerd. De procesevaluaties werden uitgevoerd om de waardering en het gebruik van het programma te achterhalen. De onderzoeken vonden beide jaren plaats in de regio's Drenthe en de gemeente Ridderkerk. Op dezelfde scholen zijn dezelfde kinderen benaderd. Het onderzoek betrof interviews op basis van een gespreksleidraad bij 45 kinderen, meestal in duo's. Vooraf zijn aan de ouders en de kinderen een eetdagboekje en een vragenlijst toegestuurd. Gegeven de aard van het onderzoek en omvang van de steekproef hebben de resultaten de waarde van indicaties.. Kinderen zijn erg positief over het initiatief SG, vanwege de lekkere groente en fruit die ze hebben geproefd en vanwege het feit dat zij het leuk vinden meer over groente en fruit te leren.. Kinderen zijn positief over de 2x per week dat zij groente en fruit krijgen. Ze zouden het wel vaker willen krijgen.. Deelname van de kinderen aan de SG verloopt goed. Bij de meeste scholen nemen de kinderen zelf fruit of groente mee. Dit gebeurt niet alleen tijdens de gruitdagen zelf (meestal op dinsdag en donderdag), maar ook op dagen daarbuiten.. De SG website is voor de scholen de belangrijkste informatiebron. GGD en Steunpunt worden nauwelijks geraadpleegd.. Informatie aan ouders vindt voornamelijk plaats via een nieuwsbrief en de ouderbrochure.

14 . De algehele conclusie is dat het project SG als een goed en positief initiatief wordt gezien door zowel kinderen, ouders als leerkrachten (IPM Kidwise., 2008). EU-Schoolfruitprogramma Om zicht te krijgen op het effect van dit programma is het door de Stichting Marktonderzoek Tuinbouw geëvalueerd. Er heeft zowel een procesevaluatie als een effectonderzoek plaatsgevonden (zie ook paragraaf 10). Doel van de procesevaluatie was inzicht krijgen in de uitvoering en de tevredenheid over het programma. De procesevaluatie is uitgevoerd onder deelnemende scholen. Het onderzoek betreft een online onderzoek en is uitgevoerd in samenwerking met Right Marktonderzoek te Zwolle. De vragenlijst is door 456 van de 703 uitgenodigde scholen ingevuld (respons 65%). De belangrijkste resultaten zijn:. Alle scholen zijn erg positief over het programma (99%). 31 % van de scholen geeft aan dat buiten de fruitdagen om kinderen zelf fruit mee naar school nemen. 31% van de scholen geeft aan het programma zelf door te zetten. Eenzelfde percentage twijfelt nog. Hierbij wordt gekozen voor het meegeefmodel op 1 of 2 (fruit)dagen per week. De scholen die afhaken geven als belangrijkste redenen: de kosten en de eigen verantwoordelijkheid van de ouders.. De scholen hebben de ouders o.a. via de schoolnieuwsbrief over het programma geïnformeerd.. Daarnaast zijn verschillende eigen initiatieven ontplooid om aandacht te besteden aan het eten van groente en fruit.. Het belangrijkste logistieke probleem betrof het ontbreken van bewaarmogelijkheden (Willemsen, L., 2011). Samengevat kan worden geconcludeerd dat alle betrokken partijen Groente en Fruit op School als positief beoordelen. Ouders zijn beperkt betrokken en worden vooral via nieuwsbrief en/of ouderbrochure geïnformeerd. Buiten de perioden van gratis verstrekken wordt er veelal voor het meegeefmodel gekozen. Logistiek zijn er weinig problemen. 11. Nederlandse effectstudies Studies naar de effectiviteit van de interventie in Nederland Vooronderzoek Schoolfruit project gemeente Stede Broec Aan het onderzoek hebben 302 leerlingen (groep 7 en 8) deelgenomen verdeeld over 5 basisscholen. Het aantal leerkrachten betrof 48. Het aantal ouders betrof 405 bij de 0-meting en 384 bij de 1-meting (respons 40%). De scholen ontvingen in de periode mei/juni en september/oktober (totaal 13 weken) twee keer in de week gratis fruit. De proces- en effectevaluatie hebben aansluitend in november plaatsgevonden. Doel van het onderzoek: o Leerlingen: meten van kennis ten aanzien van het eten van groente en fruit en houding ten aanzien van de actie o Ouders: idem inclusief het nut van de actie o Leerkrachten: registreren van de ervaring en het meten van de houding ten aanzien van het project. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van schriftelijke enquêtes, die door de leerlingen van de groepen 7 en 8 in de klas zijn ingevuld en waarvan 140 leerlingen zowel de 0- als de 1-meting hebben ingevuld (groep 7 in mei - groep 8 in oktober). De ervaringen van de leerkrachten zijn opgetekend tijdens twee teamvergaderingen. Belangrijke resultaten (p=0,05):. Bijna de helft (47%) van de leerlingen zegt door het project meer fruit te zijn gaan eten.. 7% zegt na het beëindigen van het project vaker fruit mee naar school te nemen.. 14% van de ouders zegt na het project hun kind vaker fruit mee te geven naar school. Eén vijfde deel van de kinderen vraagt volgens de ouders thuis door het project vaker om fruit. 10% van de kinderen is door het project thuis meer groente gaan eten. 55% van de ouders vindt het niet noodzakelijk dat er fruit op school wordt uitgedeeld omdat de verantwoordelijkheid voor het eten van fruit door hun kind bij hen ligt.. 75% van de leerkrachten geeft aan in de klas gewerkt te hebben aan het thema groente en fruit. (v.d. Ham, 2002). Pilot project SchoolGruiten ( ) Het project SG is op effect onderzocht via een promotieonderzoek mogelijk gemaakt met financiële steun van het WCRF. Het onderzoek betrof een tweejarig quasi experimenteel onderzoek met interventie- en controlescholen. De vragenlijsten zijn samengesteld op basis van de gevalideerde Pro-Children vragenlijsten

15 en klassikaal onder begeleiding van hun leerkracht door de kinderen ingevuld. De ouders kregen de vragenlijst via hun kinderen. Het effectonderzoek bestond uit. Een nulmeting (2003) bij 9-10 jarige schoolkinderen van 31 scholen uitgevoerd in twee interventiesteden: Den Haag en Almelo en in drie controlesteden Zoetermeer, Leidschendam en Hengelo kinderen (100%) en 1070 ouders (81%) hebben de vragenlijsten bij de 0-meting ingevuld.. Doordat vijf scholen tijdens het eerste jaar zijn gestopt resulteerde dit in 1140 kinderen (86%) en 931 ouders (70%) die aan het follow-up onderzoek hebben deelgenomen.. Twee follow-up onderzoeken (1 en 2 jaar).. Na één jaar follow up zijn de resultaten van 953 kinderen (500 interventie en 253 controle, 565 Nederlandse en 388 niet Westerse etniciteit) geanalyseerd. Voor de ouders waren deze aantallen totaal 458 Nederlandse (195 interventie en 263 controle) en 247 niet Westerse etniciteit (160 interventie en 87 controle). Totaal werden na twee jaar de gegevens van 346 interventie kinderen (425 controle kinderen) en 148 interventie ouders (287 controle ouders ) geanalyseerd omdat die de meest volledige vragenlijsten in alle drie metingen hadden ingevuld. Belangrijkste resultaten:. Na één jaar follow-up werd bij kinderen van niet-westerse afkomst een significant hogere groenteconsumptie (ruim 20 gram/dag) gemeten (p=0,013; 95% CI=0,07-0,39) en bij de Nederlandse kinderen een significant hogere fruitconsumptie (ca. een kwart stuks/dag) (p=0,14; 95% CI=0,07-0,39).. De ouders rapporteerden deze effecten niet maar zagen wel een duidelijk verhoogde smaakvoorkeur bij hun kinderen (p=0,018).. Na twee jaar follow up kon op basis van zowel de rapportage van de ouders (p=0,008) als van de kinderen (p=0,005; 95% CI=0,004-0,286) een hogere fruitconsumptie (0,15-0,19 stuks/dag) worden vastgesteld. Voor groente kon dit effect niet worden vastgesteld.. Er werden ook positieve effecten op het terrein van kennis en de waardering voor het project als beïnvloedende factor vastgesteld (Regressie co-efficiënt =0,039; 95%CI= ).. De onderzoekers concluderen dat het onderzoek heeft vastgesteld dat SG effectief de fruitconsumptie bij scholieren verhoogd.. Bovendien zijn er aanwijzingen dat SG ongezond snacken tijdens school-pauzes vermindert (OR=0,56; 95% CI=0,34-0,92).. Tot slot en niet onbelangrijk is dat de onderzoekers hebben vastgesteld dat SG met een waarschijnlijkheid van 60% kosteneffectief is.. Op basis van dit pilot onderzoek en het eerder gerapporteerde Prochildren onderzoek (Wind, 2006) is geconcludeerd dat de waardering voor fruit, het aanbieden van groente door de ouders, de regels rond het eten van groente binnen het gezin en de beschikbaarheid van fruit thuis van invloed zijn op de groente- en fruitconsumptie.. Andersom lijkt het eten van fruit van invloed op de waardering ervan. (Tak, 2009). Landelijke implementatie ( ) De landelijke implementatie is begeleid met evaluatieonderzoek waarbij naast een 0-meting in 2006, na 9 maanden (2007) en 1 jaar en 9 maanden vervolgonderzoeken zijn uitgevoerd. De onderzoeken vonden plaats in de regio's Drenthe en de gemeente Ridderkerk. De onderzoeksgroep bestond uit kinderen in groep 7 (2006/2007) en groep 8 (2008) en ouders van deelnemende kinderen. Onderzoekspopulatie:. Totaal 0-meting n=497, 1-meting n=272, 2-meting n=369. Ridderkerk: 0-meting n= 138, 1-meting n= 91, 2-meting n= 84. Drenthe: 0-meting n= 359, 1-meting n= 181, 2-meting n= 285 Methode:. Klassikaal onder begeleiding van hun leerkracht is door de kinderen de schriftelijke vragenlijst ingevuld.. De ouders kregen de vragenlijst via hun kinderen. Het doel van het onderzoek was inzicht krijgen in kennis, houding en gedrag van ouders en kinderen ten aanzien van groente en fruit. De werkelijke (verandering) in de consumptie is in dit onderzoek niet gemeten. Wel is naar indicatoren voor de consumptie gekeken als aantal dagen dat groente en fruit wordt gegeten, de omvang van de portie op de dagen dat fruit wordt gegeten.

16 Belangrijke resultaten (p=0,05):. Kennis en houding ten aanzien van de fruitconsumptie is verbeterd sinds de start van het project in september Kennis van fruit is toegenomen : 62 % van de kinderen heeft meer kennis over de aanbevolen hoeveelheid fruit, in de nulmeting was dit 52%.. De houding ten aanzien van fruit is in enige mate verbeterd, daar het aantal kinderen dat wel elke dag fruit zou willen eten is toegenomen. Het overgrote deel van de kinderen geeft aan fruit lekker te vinden (70-75%). Kinderen hebben vooral positieve associaties bij fruit (lekker, gezond, vitamine).. Wat kennis betreft is een ruime meerderheid van de ouders op de hoogte van de dagelijkse behoefte aan fruit, evenals het feit dat kinderen dagelijks fruit nodig hebben. De tevredenheid van ouders wat betreft het eten van fruit door hun kind is toegenomen (van 51% naar 61%).. Kennis en houding ten aanzien van groente komt overeen met vorige metingen.. In het gemiddeld aantal dagen per week dat er fruit wordt gegeten en de gemiddelde portie die de kinderen aangeven op zo'n dag te eten is geen significante verandering waargenomen.. Dit geldt ook voor de hoeveelheid groente die kinderen eten en het aantal dagen dat ze groente eten ( 0- en 2 meting) (IPM KidsWise, 2008) EU-Schoolfruitprogramma In het voorjaar van 2010 is het EU-Schoolfruitprogramma in Nederland van start gegaan. Het programma is door de Stichting Marktonderzoek Tuinbouw geëvalueerd. Dit vergelijkend onderzoek betrof zowel een 0- meting (november 2010) als een 1- meting (april 2011) onder kinderen en ouders. De 0- meting is uitgevoerd voorafgaand aan de schoolfruitperiode van januari 2011 en de effectmeting erna. Onderzoekspopulatie:. Kinderen (1- meting, n= 416) uit de bovenbouw (groepen 6, 7 en 8) die in het programma hebben geparticipeerd. Kinderen uit de bovenbouw zijn onder andere oud genoeg om een vragenlijst goed in te vullen.. Ouders (1- meting, n= 311) van alle kinderen die aan het programma hebben meegedaan verdeeld over onderbouw (groep 1 en 2), middenbouw (groep 3, 4 en 5) en bovenbouw (groep 6, 7 en 8). Methode: Online vergelijkend onderzoek in samenwerking met Right Marktonderzoek in Zwolle. De basis van vragenlijsten is gelijk aan die uit het onderzoek in 2008 aangepast aan de eisen vanuit het EUschoolfruitprogramma. Via geselecteerde scholen zijn uitnodigingskaartjes voor de kinderen en ouders van kinderen uitgedeeld. Op ieder kaartje stond een persoonlijke code en wachtwoord om online op de vragenlijst in te kunnen loggen. Ook zijn vragenlijsten op school ongevuld. Doel van het onderzoek was het meten van het effect van het Schoolfruitprogramma Belangrijkste resultaten (p=0.05):. 60% van de kinderen kent het advies om 2 stuks fruit per dag te eten en het belang van elke dag groente eten.. Kinderen die fruit mee naar school nemen, eten meer porties fruit per dag dan kinderen die geen fruit mee naar school nemen. Gemiddeld eet een kind 1,3 porties fruit per dag.. De kinderen geven aan de intentie te hebben om meer fruit/groente te gaan eten.. Twee derde van de kinderen vindt fruit lekker, de rest vindt sommige soorten wel en andere soorten niet.. Meisjes nemen vaker fruit en/of groente mee naar school dan jongens. Van de meisjes zegt 75% en 42% wel fruit en respectievelijk groente mee te nemen naar school, bij de jongens zegt 61% en 29% dit.. De consumptie van fruit en ook van groente op school lijkt licht toegenomen. In de nulmeting gaf nog respectievelijk 40% en 11% aan dit mee te nemen, in de 1-meting ligt dit met 45% en 14% iets hoger. Deze verschillen voor fruit en groente zijn echter niet significant.. De consumptie van koek is wel significant afgenomen, te weten van 65% naar 55%.. Dit wordt bevestigd door de resultaten bij de ouders.. Zo goed als alle ouders vinden het schoolfruitprogramma een goed initiatief, rapportcijfer 7,8 op een schaal van 1-10 (Willemsens, 2011). Samenvatting Nederlandse effectstudies Studie 1 Ham, v.d. E. Schoolfruitproject Univé/VGF/PT (2002). Onderzoek leerlingen, leerkrachten en ouders. Productschap Tuinbouw, Afdeling marketing. Zoetermeer

17 Onderzoekstype: kwantitatief vergelijkend interventieonderzoek, schriftelijke enquête, 0 en 1 meting na afloop van interventie Belangrijkste resultaten. Bijna de helft (47%) van de leerlingen zegt door het project meer fruit te zijn gaan eten.. 7% zegt na het beëindigen van het project vaker fruit mee naar school te nemen.. 14% van de ouders zegt na het project hun kind vaker fruit mee te geven naar school.. Eén vijfde deel van de kinderen vraagt volgens de ouders thuis door het project vaker om fruit.. 10% van de kinderen is door het project thuis meer groente gaan eten.. 75% van de leerkrachten geeft aan in de klas gewerkt te hebben aan het thema groente en fruit. Bewijskracht onderzoek: 3 Resultaten effectiviteit: positieve resultaten Studie 2a Tak, N.I., te Velde, S.J. en Brug J. (2008). Long-term effects of the Dutch Schoolgruiten Project - promoting fruit and vegetable consumption among primary-school children. Public Health Nutrition, 12(8), Ook in Proefschrift N.I Tak, Onderzoekstype: quasi experimenteel onderzoek met interventie- en controle-scholen, 1 en 2 jaar follow-up Belangrijkste resultaten:. Na twee jaar follow up kon op basis van zowel de rapportage van de ouders als van de kinderen een hogere fruitconsumptie (0,15-0,19 stuks/dag)worden vastgesteld. Voor groente kon dit effect niet worden vastgesteld. Er werden ook positieve effecten op het terrein van kennis en de waardering voor het project als beïnvloedende factor vastgesteld.. De onderzoekers concluderen dat het onderzoek heeft vastgesteld dat SG effectief de fruitconsumptie bij scholieren verhoogd.. Bovendien zijn er aanwijzingen dat SG ongezond snacken tijdens schoolpauzes verminderd. Bewijskracht onderzoek: 6 Resultaten effectiviteit: positieve resultaten Studie 2b Tak, N.I, te Velde, S.J. en Brug, J. (2008). Are positive changes in potential determinants associated with increased fruit and vegetable intakes among primary schoolchildren? Results of two intervention studies in the Netherlands: The Schoolgruiten Project and the Pro children Study. International Journal of Behavioral Nutrition and Physical Activity, Ook in proefschrift N.I. Tak, 2009 Voor deze studie is gebruik gemaakt van de resultaten van het Pilot onderzoek en het eerder gerapporteerde Pro-children onderzoek (Wind.M.,2006) Geconcludeerd is dat de waardering voor fruit, het aanbieden van groente door de ouders, de regels rond het eten van groente binnen het gezin en de beschikbaarheid van fruit thuis van invloed zijn op de groente en fruit consumptie. Andersom lijkt het eten van fruit van invloed op de waardering ervan Studie 2c Te Velde, S.J., Veerman, L., Tak, N.I., Bosmans, J.E., Klepp, K.I., Brug, J.. (2011). Modeling the long term health outcomes and cost-effectiveness of two interventions promoting fruit and vegetable intake among schoolchildren. Economics and Human Biology 9: Ook in proefschrift N.I. Tak, 2009 Onderzoekstype: quasi experimenteel onderzoek met interventie- en controle-scholen, 1 en 2 jaar follow-up. Belangrijkste resultaat van dit onderdeel van de evaluatie van de pilot is dat de onderzoekers hebben vastgesteld dat SG met een waarschijnlijkheid van 60% kosteneffectief is. Studie 3 IPM KidWise (2009). SchoolGruiten Onderzoek (3 metingen) Provincie Drenthe en Ridderkerk. Onderzoekstype: kwantitatief vergelijkend interventieonderzoek, schriftelijke enquête, 0 meting en 9 maanden en 1 jaar en 9 maanden follow up meting Belangrijkste resultaten:. Kennis en houding ten aanzien van de fruitconsumptie is verbeterd sinds de start van het project in september Kennis van fruit is toegenomen : 62 % van de kinderen heeft meer kennis over de aanbevolen hoeveelheid fruit, in de nulmeting was dit 52%.. De houding ten aanzien van fruit is in enige mate verbeterd, daar het aantal kinderen dat wel elke dag fruit

18 zou willen eten is toegenomen. Het overgrote deel van de kinderen geeft aan fruit lekker te vinden (70-75%). Kinderen hebben vooral positieve associaties bij fruit (lekker, gezond, vitamine) Bewijskracht onderzoek: 5 Resultaten effectiviteit: positieve resultaten, effectiviteit onduidelijk Studie 4 Willemsens, L.(2011). Meer fruit en groente eten op school is lekker én gezond. Nulmeting en éénmeting EU- Schoolfruitprogramma onder basisschoolkinderen en hun ouders. Productschap Tuinbouw, Markt en Innvotie, PT Onderzoekstype: kwantitatief vergelijkend interventieonderzoek, online enquête (vragenlijst studie 2), 0- meting en 1- meting na afloop van de interventie Belangrijkste resultaten:. 60% van de kinderen kent het advies om 2 stuks fruit per dag te eten en het belang van elke dag groente eten.. Kinderen die fruit mee naar school nemen, eten meer porties fruit per dag dan kinderen die geen fruit mee naar school nemen. Gemiddeld eet een kind 1,3 porties fruit per dag.. De kinderen gegeven aan de intentie te hebben om meer fruit/groente te gaan eten.. Twee derde van de kinderen vindt fruit lekker, de rest vindt sommige soorten wel en andere soorten niet.. De consumptie van fruit in de kleine pauze lijkt te zijn toegenomen (40-45%) waar die van koek is afgenomen (65% - 55%). Dit wordt bevestigd door de resultaten bij de ouders. Bewijskracht onderzoek: 5 Resultaten effectiviteit positieve resultaten 12. Buitenlandse effectstudies Internationaal onderzoek Het Nederlandse effectonderzoek wordt ondersteund door resultaten van vergelijkbare projecten in Denemarken en Noorwegen. In het Deense onderzoek (n=445) konden leerlingen (6-10 jaar) zich inschrijven voor een verstrekking van groente/fruit op school gedurende vijf weken. Op de interventiescholen schreef 45% zich hiervoor in. Bij zowel de leerlingen die zich inschreven, als de leerlingen die zich niet inschreven ging de consumptie van fruit na vijf weken omhoog, resp. 0,4 en 0,3 stuk per schooldag. Bij de consumptie van groente zijn geen effecten gevonden (Eriksen et al., 2002). In Noorwegen is het gratis verstrekken van groente/fruit vergeleken met het betaald aanbieden en het niet aanbieden. Uit dit onderzoek komt duidelijk naar voren dat het gratis aanbieden het meest effectief is en het meest langdurig effect sorteert, gevolgd door het tegen betaling aanbieden en het niet aanbieden:0,2-0,4 en1,1 stuks per dag (Bere, 2005). Tot slot kan worden gemeld dat er een eerste evaluatie op Europees niveau van het EU- Schoolfruitprogramma heeft plaatsgevonden. Naast het bereik van het programma zijn ook schattingen gemaakt van het effect en zijn enkele succesfactoren benoemd. Als eerste resultaten worden gemeld:. De meeste deelnemende lidstaten zien op de korte termijn een positieve impact van het programma op de consumptie van groente en fruit.. Dit betreft een kwalitatieve rapportage omdat de kwantitatieve analyses niet robuust genoeg zijn om tot uitspraken te komen.. De variatie van groente en fruitsoorten draagt bij aan het succes. Dit is van belang om kinderen kennis te laten maken verschillende smaken en texturen.. Dit geldt ook voor de frequentie van de verstrekking. Eén keer per week wordt als onvoldoende gezien voor effect. (European Commission, 2012). 13. Uitvoering van de interventies Niet bekend 14. Overeenkomsten met andere interventies Niet bekend 15. Lijst met aangehaalde literatuur

19 Baranowski,T., Cullen, K.W., Nicklas, T., Thompson, D. & Baranowski, J.H. (2003). Are current health behavioral change models helpful in guiding prevention of weight gain efforts? Obes Res 1, S23-S43. Bere, E., Veierød, M., Skare, O.& Klepp, K.I. (2007). Free school fruit - sustained effect three years later. Int J Behav Nutr Phys Act 4:5. Bes-Rastrollo et al (2006). Association of fiber intake and fruit/vegetable consumption with weight gain in a Mediterranean population. Nutrition 22, 504, uit Tak, Bogers, R.P., Brug, J., Van Assem, P. & Dagneli, P.C. (2004). Explaining fruit and vegetable consumption: the theory of planned behavior and misconception of personal intake levels. Appetite 42, Booth, S.L., Sallis, J.F., Ritenbaugh, C., Hill, J.O., Birch, L.L., Frank, L.F., Glanz, K., Himmelgreen, D.A., Mudd,, M., Popkin, B.M., Rickard, K.S., St Jeor, S. & Hays, N.P. (2001). Environmental and societal factors affect food choice and physical activity: rationale, influences, and leverage points. Nutr Rev 59, In Tak, Brug, J., Yngve, A. & Klepp, K.I. (2005). The Pro children study: conceptualization, baseline result and intervention development of a European effort to promote fruit and vegetable consumption in schoolchildren. Ann Nutr Metab 49, In Tak, Brug, J., Lechner, L. & de Vries, H. (1995). Psychosocial determinants of fruit and vegetable consumption, Appetite 25, Brug, J., Tak, N.I., Te Velde, S.J., Bere, E. & de Bourdeaudhuij, I. (2008). Taste preferences, liking and other factors related to fruit and vegetable intakes among schoolchildren: results from observational studies. Br. J. of Nutrition 99 Suppl.1S7-S14. Brug, J., de Vet, E., De Nooyer, J. & Verplanken, B. (2006). Predicting fruit consumption: cogitions, intention and habits. J Nutr Educ Behav 38, Dixey et al (1999). Healthy Eating for Young People in Europe. A Schoolbased nutrition education guide. Annexe 2. The Curriculum Framework: detailed objectives of learning outcomes of the taught curriculum. WHO. Duyn, M.A. van & Pivonka (2000). Overview of the health benefits of fruit and vegetable consumption for the dietetics professional: selected literature. J.AM Diet. Assoc 100, Uit Tak, Eriksen, K., Haraldsdo, J.,Pederson, R., Vig, Flyger H. (2002). Effect of a fruit and vegetable subscription in Danish schools. Public Health Nutrition: 6(1), European Commission (oktober 2012). Evaluation of the European School Fruit Scheme, Directorate- General for Agriculture and Rural Development. Bonn/Luxembourg, Glanz, K., Basil, M., Maibach, E., Goldber, J. & Snyder, D. (1998). Why Americans eat what they do: Taste, nutrition cost, convenience, and weight contral concerns as influences on food consumption. J Am Diet Assoc 98, In Tak, Handleiding SchoolGruiten (2009). Gezondheidsraad (2006). Richtlijnen goede voeding Den Haag: Ge-zondheidsraad. Ham, v.d. E, Schoolfruitproject Univé/VGF/PT. (2002). Onderzoek leerlingen en leerkrachten en ouders, Productschap Tuinbouw, Afdeling marke-ting. Zoetermeer. Heimendinger, J., Van Duyn, M.A., Chapelsky, D., Foerster, S.. & Stabels, G. (1996). The national 5 a Day for Better Health Program: a large-scale nutrition intervention. J Public Health Manag Pract 2, In Tak, Horne, P.J., Tapper, K., Lowe, C.F., Hardman, C.A., Jackson, M.C. & Woolner, J. (2004). Increasing children's' fruit and vegetable consumption: a peer-modelling and rewards-based intervention. Eur J Clin Nutr 58, IPM KidWise (2008). Fase 2 kwantitatief onderzoek SchoolGruiten uitge-voerd onder kinderen uit Drenthe & Ridderkerk. IPM Kidwise (2008). kwalitatief onderzoek SchoolGruiten. IPM KidWise (2008). Evaluatie SchoolGruiten. Uitgevoerd onder leerkrach-ten/ Gruitcoördinatoren van basisscholen uit Ridderkerk en Drenthe IPM Kidwise (2009). Evaluatie SchoolGruitenonderzoek (3 metingen) Provincie Drenthe-Ridderkerk. Samenvatting. Kelder, S.H., Perry, C.L., Klepp, K.I. & Lytle, L.L. (1994). Longitudinal tracking of adolescent smoking, physical activity and food choice behaviors,. Am J Public Health 84, In Tak, Klepp, K.I., Pérez-Rodrigo, C., De Bourdeauhuij, I., Due, P., Elmadfa, I., Haraldsdóttir, J., König, J., Sjöström, M., Thórsdottir, I., Vaz de Almeida, M.D., Yngve, A. & Brug, J. (2005). Promoting fruit and vegetable consumption among European schoolchildren: rationale, conceptualization and design of the Pro Children Project. Ann Nutr Metab 49, In Tak, 2009 Licence, K. (2004). Promoting and protecting the health of children and young people. Child: Care, Health and

20 Development 30, In Tak, Ministerie van VWS (2008). Gezonde Voeding, van begin tot eind. Nota voeding en gezondheid. Den Haag. Ministerie van OCW (2009) Kerndoelen, Ocké, M. et al (2008). Dutch National Food Survey - Young Children 2005/2006. RIVM, Report /2008 Petter, E.(oktober 1998). Onderzoek groente en fruitbreak. Productschap Tuinbouw, Afdeling Marktonderzoek, Den Haag, Reinaerts, E. (2008). The development and evaluation of two interventions to promote fruit and vegetable intake among primary schoolchildren. Academic Department: Nutrition and Toxicology Research Institute Maastricht (NU-TRIM), the Netherlands RIVM (2012). Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM. Slangen, L. (2005). Techniek: Leren door doen. Tweede druk. Baarn: HB Uitgevers, p 97. Rozin, P. (1990) Development in the Food domain. Developmental Psychology 26, In Tak, N.I. (2009). The SchoolGruiten Project. Evaluation of a primary school fruit and vegetable scheme in the Netherlands Tak, N.I. (2009). The SchoolGruiten Project. Evaluation of a primary school fruit and vegetable scheme in the Netherlands. Vrije Universiteit van Am-sterdam, Amsterdam. Tak, N.I., Te Velde, S.J., De Vries, J.H.M. & Brug, J. (2006). Parent and child reports of fruit and vegetable intakes and related family environmental factors show low levels of agreement J. Human Nutrition and Dietetics 19, Tak, N.I., Te Velde, S.J. & Brug, J. (2007). Ethnic differences in one-year follow-up effect of the Dutch SchoolGruiten Project- promoting fruit and vegetable consumption among primary schoolchildren. Public Health Nutrition 10: Epub 2007 Jul 5. Tak, N.I., Te Velde, S.J., Singh, A.S. & Brug, J. (2007). The effects of a fruit and vegetable promotion intervention on unhealthy snacks during mid-morning school breaks. Results of the Dutch SchoolGruiten Project. In Tak, Tak, N.I. (2009). The SchoolGruiten Project. Evaluation of a primary school fruit and vegetable scheme in the Netherlands, pp Tak, N.I, te Velde, S.J. en Brug, J. (2008). Are positive changes in potential determinants associated with increased fruit and vegetable intakes among primary schoolchildren? Results of two intervention studies in the Netherlands: The SchoolGruiten Project and the Pro Children Study. International J of Behavioral Nutrition and Physical Activity 5: 21. Te Velde, S.J., Veerman, L., Tak, N.I., Bosmans, J.E. & Brug, J. (2011). Modeling the long term health outcomes and cost-effectiveness of two interventions promoting fruit and vegetable intake among schoolchildren. Economics and Human Biology (9): Ook In Tak, N.I. (2009) The SchoolGruiten Project. Evaluation of a primary school fruit and vegetable scheme in the Netherlands pp Tromp, M. (augustus 1998). Houding ten aanzien van de groente en fruitbreak, ouders en leerkrachten. Rapport PT 98-73, Productschap Tuinbouw, Afdeling Marktonderzoek, Den Haag. Tromp, M en van Dijk, M. (januari 2000). Evaluatieonderzoek groente en fruitbreak. Productschap Tuinbouw, Afdeling Marktonderzoek, Zoetermeer, 2002 Wardle, J.U., Herrera, M.L., Cook, L. & Gibson, E.L. (2003). Modifying children's' food preferences: the effect of exposure and reward on acceptance of an unfamiliar vegetable. Eur J Clin Nutr 57: Willemsens, L. (2011). Meer fruit en groente eten op school is lekker én gezond. Nulmeting EU- Schoolfruitprogramma onder basisschoolkinderen en hun ouders. Productschap Tuinbouw, Markt en Innovatie, PT Willemsens, L. (2011). Meer fruit en groente eten op school is lekker én gezond. Éenmeting EU- Schoolfruitprogramma onder basisschoolkinderen en hun ouders. Productschap Tuinbouw, PT Wind, M. (2006). The development, implementation en evaluation of a school-based intervention to promote fruit and vegetable intake among year-old European schoolchildren. Erasmus Universiteit Rotterdam. World Cancer Research fund (WCRF) / American Institute for Cancer Re-search (AICR) (1997). In: Food, Nutrition, and the Prevention of Cancer. Washington, DC. In Tak, WHO (1998) Nutrition: An Essential Element of a Health Promoting School. Deze informatie is op 25 februari 2017 gedownload van

21

22 Samenwerking erkenningstraject Het erkenningstraject wordt in samenwerking uitgevoerd door het Nederlands Jeugdinstituut (NJi), het RIVM Centrum Gezond Leven (CGL), het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ), het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) en MOVISIE. Door samen te werken aan het beoordelen van interventies volgens eenduidige criteria streven wij naar kwaliteitsverbetering in de betrokken werkvelden.

Schoolfruit in de les Handleiding bij de lessen van EU-Schoolfruit en SchoolGruiten

Schoolfruit in de les Handleiding bij de lessen van EU-Schoolfruit en SchoolGruiten Schoolfruit in de les Handleiding bij de lessen van EU-Schoolfruit en SchoolGruiten Lessen over fruit en groente: geef leerlingen iets extra s mee! Uw school doet mee met het EU-Schoolfruitprogramma. Na

Nadere informatie

Schoolfruit in de les Handleiding bij de lessen van EU-Schoolfruit en SchoolGruiten

Schoolfruit in de les Handleiding bij de lessen van EU-Schoolfruit en SchoolGruiten Schoolfruit in de les Handleiding bij de lessen van EU-Schoolfruit en SchoolGruiten Lessen over fruit en groente: geef leerlingen iets extra s mee! Uw school doet mee met het EU-Schoolfruitprogramma. Na

Nadere informatie

Werkblad beschrijving interventie

Werkblad beschrijving interventie Werkblad beschrijving interventie Groente en Fruit op School: SchoolGruiten en het EU-Schoolfruitprogramma Gebruik de handleiding bij dit werkblad www.nji.nl/jeugdinterventies/beschrijven of www.loketgezondleven.nl/interventies/

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Voeding

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Voeding Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Voeding School: Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan gezondheidsthema

Nadere informatie

Voedingscentrum voor het Basisonderwijs

Voedingscentrum voor het Basisonderwijs Voedingscentrum voor het Basisonderwijs Het Voedingscentrum: voor onderwijs over gezonde en duurzame voeding! Als docent speel je een cruciale rol bij het enthousiasmeren van leerlingen en ouders als het

Nadere informatie

Evaluatieverslag project Groningse gruiten

Evaluatieverslag project Groningse gruiten Evaluatieverslag project Groningse gruiten Samenvatting Evaluatieverslag project Groningse gruiten Dit is de samenvatting van het Evaluatieverslag Project Groningse Gruiten. Het volledige Evaluatieverslag

Nadere informatie

Fruit- en groentetips! Lekker gemakkelijk, groente en fruit op school en thuis.

Fruit- en groentetips! Lekker gemakkelijk, groente en fruit op school en thuis. a Mam r o Vo a! en Pap Fruit- en groentetips! Lekker gemakkelijk, groente en fruit op school en thuis. Mijn dochter at laatst een tomaatje, dat doet ze anders nooit. Maar ja, als je klasgenootjes het ook

Nadere informatie

Smaaklessen. Smaak en eten in het basisonderwijs. Hante Meester Marlies Regelink. 17 oktober 2007

Smaaklessen. Smaak en eten in het basisonderwijs. Hante Meester Marlies Regelink. 17 oktober 2007 Smaaklessen Smaak en eten in het basisonderwijs Hante Meester Marlies Regelink 17 oktober 2007 Inhoud presentatie Deel 1: Waarom Smaaklessen? Wat is Smaaklessen? Hoe werkt Smaaklessen? Wie zijn betrokken?

Nadere informatie

Fruit- en groentetips! Lekker gemakkelijk, groente en fruit op school en thuis.

Fruit- en groentetips! Lekker gemakkelijk, groente en fruit op school en thuis. a Mam r o Vo a! en Pap Fruit- en groentetips! Lekker gemakkelijk, groente en fruit op school en thuis. Mijn dochter at laatst een tomaatje, dat doet ze anders nooit. Maar ja, als je klasgenootjes het ook

Nadere informatie

Gezond Gewicht activiteiten voor het voortgezet onderwijs

Gezond Gewicht activiteiten voor het voortgezet onderwijs Gezond Gewicht activiteiten voor het voortgezet onderwijs Politiek, onderwijs en ouders zijn het er allemaal over eens; het voedingsaanbod moet gezonder. Dit valt of staat met een schoolgezondheidsbeleid.

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School voortgezet onderwijs: Voeding

Menukaart Gezonde School voortgezet onderwijs: Voeding Menukaart Gezonde voortgezet onderwijs: Voeding : Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan gezondheidsthema

Nadere informatie

Workshop Smaaklessen

Workshop Smaaklessen Workshop Smaaklessen Inhoud workshop Wat is Smaaklessen? Nieuw: Smaakmissies! Proefjescircuit Voorproefje Waarom voedseleducatie Gezond, duurzaam eten moet je net als taal en rekenen leren Weten waar je

Nadere informatie

Voorbeeldadvies Cijfers

Voorbeeldadvies Cijfers Voorbeeldadvies GGD Twente heeft de taak de gezondheid van de Twentse jeugd, volwassenen en ouderen in kaart te brengen. In dit kader worden diverse gezondheidsmonitoren afgenomen om inzicht te verkrijgen

Nadere informatie

Alle kinderen voedselvaardig!

Alle kinderen voedselvaardig! Alle kinderen voedselvaardig! Voedseleducatie Platform Alle kinderen voedselvaardig! Alle kinderen voedselvaardig, dat is de ambitie van het Voedseleducatie Platform. Het Voedseleducatie Platform is een

Nadere informatie

Informatieboekje. GRIP- Studie GRoente Inname Peuters

Informatieboekje. GRIP- Studie GRoente Inname Peuters Informatieboekje GRIP- Studie GRoente Inname Peuters Contactgegevens Onderzoeksteam Prof. Dr. Ir. Kees de Graaf (hoofdonderzoeker Humane Voeding) Dr. Gerry Jager (Universitair Docent) Ir. Victoire de Wild

Nadere informatie

EU-Schoolfruit- en groenteprogramma

EU-Schoolfruit- en groenteprogramma EU-Schoolfruit- en groenteprogramma Werkblad beschrijving interventie Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad Werkblad erkenningscommissie, versie mei 2015 Dit is een gezamenlijk werkblad van de volgende

Nadere informatie

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma 7 Samenvatting 8 Dit proefschrift beschrijft de voorbereiding op de landelijke implementatie van het Dutch Obesity Intervention in Teenagers (DOiT) programma. Daarnaast wordt de evaluatie beschreven die

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Sport & Bewegen

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Sport & Bewegen Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Sport & Bewegen School: Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan

Nadere informatie

O.B.S. Het Palet Gezondheidsbeleid 2016/2017

O.B.S. Het Palet Gezondheidsbeleid 2016/2017 O.B.S. Het Palet Gezondheidsbeleid 2016/2017 1 Introductie Wij als school zien graag dat alle kinderen gezond zijn, daar proberen wij op onze manier een bijdrage aan te leveren. Dat doen we onder andere

Nadere informatie

Evaluatie van het Smaaklessen groentemenu onderzoek. 12 maart 2015

Evaluatie van het Smaaklessen groentemenu onderzoek. 12 maart 2015 Evaluatie van het Smaaklessen groentemenu onderzoek 12 maart 2015 Opbouw presentatie Waarom onderzoek Voorgaand onderzoek naar Smaaklessen Resultaten van het Smaaklessen groentemenu onderzoek Waarom effectonderzoek?

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Persoonlijke verzorging (hygiëne, huid, gebit en gehoor)

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Persoonlijke verzorging (hygiëne, huid, gebit en gehoor) Menukaart Gezonde basisonderwijs: Persoonlijke verzorging (hygiëne, huid, gebit en gehoor) : Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier

Nadere informatie

Resultaten evaluatie Schoolfruit- en groenteprogramma

Resultaten evaluatie Schoolfruit- en groenteprogramma Resultaten evaluatie Schoolfruit- en groenteprogramma 2018-2019 Right Marktonderzoek en Advies B.V. Telefoon : 038-4212185 Projectleider : de heer G. Hamstra Projectnummer : 4630-05 Aangevraagd door :

Nadere informatie

Schoolfruit strategie schooljaar 2016/2017

Schoolfruit strategie schooljaar 2016/2017 Member State: Nederland Date: 30 september 2016 Ref.: MinEZ/LBLW Schoolfruit strategie schooljaar 2016/2017 In overeenstemming met de Verordening (EU) 1308/2013, de Verordening (EU) 2016-247 en de Verordening

Nadere informatie

Lekker Fit! Organisatie: Nederlandse Hartstichting Contactpersoon: mevrouw Naomi Rosekrans-Navon Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed onderbouwd

Lekker Fit! Organisatie: Nederlandse Hartstichting Contactpersoon: mevrouw Naomi Rosekrans-Navon Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed onderbouwd Lekker Fit! Organisatie: Nederlandse Hartstichting Contactpersoon: mevrouw Naomi Rosekrans-Navon Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed onderbouwd Sport- en beweegaanbod Achtergrond Samenvatting Gezond eten

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017

Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017 Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' (GNL) gestart: met subsidie van

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Roken & Alcohol

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Roken & Alcohol Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Roken & Alcohol School: Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School Voortgezet Onderwijs: Sport en Bewegen

Menukaart Gezonde School Voortgezet Onderwijs: Sport en Bewegen Menukaart Gezonde School Voortgezet Onderwijs: Sport en Bewegen School: Plaats: Locatie: Ingevuld door: Functie: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling

Nadere informatie

Voeding. Kinderen die lekker in hun vel zitten, leren en werken beter. Gezonde School, 2018 GGD GRONINGEN NOVEMBER 2018

Voeding. Kinderen die lekker in hun vel zitten, leren en werken beter. Gezonde School, 2018 GGD GRONINGEN NOVEMBER 2018 Voeding G E ZO N D H E I DSA A N B O D I N H E T BA S ISO N D E R W I JS Kinderen die lekker in hun vel zitten, leren en werken beter. GGD GRONINGEN NOVEMBER 2018 Vignet Gezonde School Criteria voor themacertificaat

Nadere informatie

De oogst van 7 jaar Smaaklessen en SchoolGruiten

De oogst van 7 jaar Smaaklessen en SchoolGruiten De oogst van 7 jaar Smaaklessen en SchoolGruiten Gezond, bewust en lekker eten: leren door ervaren op de basisschool Inleiding Een droom die werkelijkheid is geworden, zo kijkt tv-kok Pierre Wind terug

Nadere informatie

Beleidsplan Gezonde School Voeding

Beleidsplan Gezonde School Voeding Beleidsplan Gezonde School Voeding eten en drinken: in de pauze traktaties - lunch bij de TSO C.B.S De Loopplank Hoofdweg 170 9697 NS Blijham 0597-562876 cbs-deloopplank@picto.nl www.cbs-loopplank.picto.nl

Nadere informatie

Lespakket over verantwoorde voeding voor mens, dier en milieu. Inleidend katern Groep 7 & 8

Lespakket over verantwoorde voeding voor mens, dier en milieu. Inleidend katern Groep 7 & 8 Lespakket over verantwoorde voeding voor mens, dier en milieu. Inleidend katern Groep 7 & 8 Voorwoord We willen het wel van de daken schreeuwen: alles wat we weten over verantwoorde en biologische voeding.

Nadere informatie

aat erkende nterventies Laat erkende interventies voor je werken

aat erkende nterventies Laat erkende interventies voor je werken aat erkende nterventies Laat erkende interventies voor je werken oor je Interventiedatabase Loketgezondleven.nl Erkende interventies Het is niet eenvoudig om van leefstijl te veranderen. Toch zijn er interventies

Nadere informatie

Gezond en duurzaam voedsel. Een folder ter inspiratie voor mbo-docenten

Gezond en duurzaam voedsel. Een folder ter inspiratie voor mbo-docenten Gezond en duurzaam voedsel Een folder ter inspiratie voor mbo-docenten Aan de slag met gezond en duurzaam voedsel in het mbo Werken aan gezondheid op school loont. Het draagt bij aan betere schoolprestaties,

Nadere informatie

In het meegestuurde verslag kunt u de uitslagen van het Tevredenheidsonderzoek lezen.

In het meegestuurde verslag kunt u de uitslagen van het Tevredenheidsonderzoek lezen. Lijnbaan 317 2728 AG Zoetermeer 079-342 20 57 Email: info@debuut.unicoz.nl Website: www.debuut.unicoz.nl 06-09-2013 Nr. 02 Inhoud week 36 1. Buut berichten 2. Schoolfruit 3. Fiets gezocht met kinderzitje

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Milieu en Natuur

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Milieu en Natuur Menukaart Gezonde basisonderwijs: Milieu en Natuur : Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan gezondheidsthema

Nadere informatie

Nationale Strategie 2014/2015. EU-schoolfruitregeling in Nederland

Nationale Strategie 2014/2015. EU-schoolfruitregeling in Nederland Nationale Strategie 2014/2015 EU-schoolfruitregeling in Nederland Definitieve versie, 28 april 2014 Inhoud 1.Inleiding 3 1.1 Doelstelling 3 1.2 Samenhang met nationaal beleid 3 1.2.1 Algemeen 3 1.2.2 Nationaal

Nadere informatie

Betreft: EU-schoolfruitregeling Zoetermeer d.d. 2_0September Circulaire EU-Schoolfruitregeling n02

Betreft: EU-schoolfruitregeling Zoetermeer d.d. 2_0September Circulaire EU-Schoolfruitregeling n02 Productschap \, I Tuinbouw Circulaire Aan Belanghebbenden Van Laura Willemsens _ Afdeling Medebewind Telefoonnummer 079-3470661 Totaal aantal pagina's 5 -------------- Betreft: EU-schoolfruitregeling 2012-2013

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst leerlingen

Resultaten vragenlijst leerlingen Resultaten vragenlijst leerlingen Drie scholen, tweede meting (T1) voorjaar 2018 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' gestart. Met subsidie van Fonds Nuts

Nadere informatie

Resultaten evaluatie Schoolfruit-en groentenprogramma

Resultaten evaluatie Schoolfruit-en groentenprogramma Resultaten evaluatie Schoolfruit-en groentenprogramma 2017-2018 Right Marktonderzoek en Advies B.V. Telefoon : 038-4212185 Projectleider : de heer G. Hamstra Projectnummer : 4630-04 Aangevraagd door :

Nadere informatie

Gezond en duurzaam voedsel. Een folder ter inspiratie voor docenten in het voortgezet onderwijs

Gezond en duurzaam voedsel. Een folder ter inspiratie voor docenten in het voortgezet onderwijs Gezond en duurzaam voedsel Een folder ter inspiratie voor docenten in het voortgezet onderwijs Aan de slag met gezond en duurzaam voedsel in het voortgezet onderwijs Werken aan gezondheid op jouw school

Nadere informatie

Bijlage 4. Schoolgezondheidsplan

Bijlage 4. Schoolgezondheidsplan Bijlage 4. Schoolgezondheidsplan RIVM, Handleiding Gezonde School Basisonderwijs, april 2010, Bijlage 4. Schoolgezondheidsplan 1 2 Bijlage 4. Schoolgezondheidsplan Inhoudsopgave Inleiding 1. Actuele gezondheidssituatie

Nadere informatie

Nationale strategie. EU Schoolfruitregeling Nederland. Versie 2012/ maart II

Nationale strategie. EU Schoolfruitregeling Nederland. Versie 2012/ maart II Nationale strategie EU Schoolfruitregeling Nederland Versie 2012/2013 12 maart 2012 - II Inhoud 1.Inleiding 1.1 Doelstelling 1.2 Samenhang met nationaal beleid 1.2.1 Algemeen 1.2.2 Nationaal beleid 1.2.3

Nadere informatie

Het Voedseleducatie Platform, de meerwaarde voor u en uw organisatie

Het Voedseleducatie Platform, de meerwaarde voor u en uw organisatie Het Voedseleducatie Platform, de meerwaarde voor u en uw organisatie Hante Meester Steunpunt Smaaklessen & EU-Schoolfruit Wageningen UR Meenemen in het verhaal van voedseleducatie; Van naar Van Smaaklessen

Nadere informatie

Samenvatting. In hoofdstuk 1 wordt een algemene introductie gegeven over de onderwerpen die in dit proefschrift worden behandeld.

Samenvatting. In hoofdstuk 1 wordt een algemene introductie gegeven over de onderwerpen die in dit proefschrift worden behandeld. 155 Sport- en spelactiviteiten bevorderen over het algemeen de gezondheid. Deze fysieke activiteiten kunnen echter ook leiden tot blessures. Het proefschrift beschrijft de ontwikkeling en evaluatie van

Nadere informatie

De stand van zaken. Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies

De stand van zaken. Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies Door de bomen het bos weer zien Meer inzicht in kwaliteit en effectiviteit interventies Djoeke van Dale Centrum Gezond Leven Joke van Wieringen Centrum Jeugdgezondheid De stand van zaken Schatting: minstens

Nadere informatie

model voor de school wat dóet de school? wat, waar, wanneer, hoeveel, hoe vaak? Overgewicht gerelateerd gedrag (school):

model voor de school wat dóet de school? wat, waar, wanneer, hoeveel, hoe vaak? Overgewicht gerelateerd gedrag (school): model voor de school Cognitieve mediatoren (leerkracht) Attitude: -Leerkrachten zien weinig beweging en slechte eetgewoonten als oorzaak van overgewicht bij kinderen (De Koning, 2010). -Leerkrachten denken

Nadere informatie

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle Onderzoekscentrum Preventie Overgewicht CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in ZWOLLE Een onderzoek naar het eet- en beweeggedrag van leerlingen van de 2 e klas

Nadere informatie

Resultaten evaluatie EU-Schoolfruitprogramma /

Resultaten evaluatie EU-Schoolfruitprogramma / Resultaten evaluatie EU-Schoolfruitprogramma 2011-2012 / 2015-2016 Right Marktonderzoek en Advies B.V. Telefoon : 038-4212185 Projectleider : de heer G. Hamstra Projectnummer : 4630-02 Aangevraagd door

Nadere informatie

Sport2U Organisatie: Stade Advies Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod

Sport2U Organisatie: Stade Advies Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod Sport2U Organisatie: Stade Advies Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod Achtergrond Samenvatting Sport2U is een virtuele sportinfrastructuur voor jongeren (12-18 jaar) (en

Nadere informatie

Gezondheidsbeleid Casper Diemerschool

Gezondheidsbeleid Casper Diemerschool Gezondheidsbeleid Casper Diemerschool 1 Aanleiding: Het aanleren van een gezonde eetgewoonte is voor kinderen belangrijk voor hun toekomst. Daar willen we als school een positieve en actievere rol in gaan

Nadere informatie

Info Nr. 3. Dinsdag 25 september Beste ouder(s) / verzorger(s),

Info Nr. 3. Dinsdag 25 september Beste ouder(s) / verzorger(s), Info Nr. 3 Dinsdag 25 september 2018 Beste ouder(s) / verzorger(s), Mail via ParnasSys Via het leerlingadministratiesysteem stuurt de school mail naar ouders. Soms hebben ouders twee mailadressen waar

Nadere informatie

Gezonde School. Conferentie MBO Vitaal voor leren en werken 7 april Anneke Meijer

Gezonde School. Conferentie MBO Vitaal voor leren en werken 7 april Anneke Meijer Gezonde School Conferentie MBO Vitaal voor leren en werken 7 april Anneke Meijer Programma Workshop Wat is Gezonde School? Gezonde School Fryslân Handleiding Centrum Gezond Leven Gezonde School in het

Nadere informatie

Jump-in scan. Naam school en schooljaar

Jump-in scan. Naam school en schooljaar Jump-in scan school en schooljaar Toelichting Jump-in doelen Gezondheid staat structureel op de agenda De school heeft de visie en afspraken rond gezonde leefstijl in het beleid opgenomen. Het schoolteam

Nadere informatie

Theatergroep Frisse Wind presenteert Vette Shit

Theatergroep Frisse Wind presenteert Vette Shit Beste kinderen, ouders en verzorgers, Dit schooljaar zijn we enthousiast gestart met ons gezonde beleid. Via deze weg wil ik jullie bedanken voor de medewerking. We vragen van jullie om elke dag fruit

Nadere informatie

10-0407 EvK/AE. Interventies preventie van overgewicht Vlissingen Gezamenlijk advies van GGD Zeeland en SportZeeland

10-0407 EvK/AE. Interventies preventie van overgewicht Vlissingen Gezamenlijk advies van GGD Zeeland en SportZeeland 10-0407 EvK/AE Interventies preventie van overgewicht Vlissingen Gezamenlijk advies van GGD en Sport GEZONDHEIDSWINST TOT 0 JAAR ADVISERING Fysiotherapie Paauwenburg Pagina 2 Interventies preventie van

Nadere informatie

JONG LEREN ETEN. Een 4 jarig programma over gezonde voeding en duurzaam voedsel. Doelgroep: 0-18 jaar

JONG LEREN ETEN. Een 4 jarig programma over gezonde voeding en duurzaam voedsel. Doelgroep: 0-18 jaar JONG LEREN ETEN Een 4 jarig programma over gezonde voeding en duurzaam voedsel Doelgroep: 0-18 jaar Wie zijn wij? Jolijn Zwart-van Kessel Bernadette Janssen Makelaar Co-makelaar 0317-489671 06-15603148

Nadere informatie

SAMENVATTING Dijkstra, Coosje.indd :45

SAMENVATTING Dijkstra, Coosje.indd :45 SAMENVATTING Samenvatting INTRODUCTIE Grote sociaal economische gezondheidsverschillen zijn een groeiend probleem in bijna alle Westerse landen. In Nederland leven mensen met een lagere opleiding gemiddeld

Nadere informatie

Aanleiding CheckTeen. Zwolle gezonde stad ( ) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012)

Aanleiding CheckTeen. Zwolle gezonde stad ( ) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012) Aanleiding CheckTeen Zwolle gezonde stad (2010 2013) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012) CheckTeen: kinderen voortgezet onderwijs (2010/2011)

Nadere informatie

3 Op 50% van de kinderopvangen en basisscholen wordt tijdens de pauze alleen water gedronken.

3 Op 50% van de kinderopvangen en basisscholen wordt tijdens de pauze alleen water gedronken. Bijlage : 0-meting 2015 en doelstellingen Jongeren Op Gezond Gewicht Arnhem 1 De stijgende lijn van jongeren van 2-19 jaar met overgewicht wordt omgezet tot minimaal een stagnering in april 2018 Input

Nadere informatie

VOEDINGSRECLAME GERICHT OP KINDEREN DEELRAPPORTAGE PRIMAIR ONDERWIJS

VOEDINGSRECLAME GERICHT OP KINDEREN DEELRAPPORTAGE PRIMAIR ONDERWIJS VOEDINGSRECLAME GERICHT OP KINDEREN DEELRAPPORTAGE PRIMAIR ONDERWIJS FEBRUARI 2016 OPZET Voedingsreclame op school In opdracht van het ministerie van VWS heeft Youngworks onderzoek onder schooldirecteuren

Nadere informatie

JONG LEREN ETEN. Programmabureau JLE (RVO)

JONG LEREN ETEN. Programmabureau JLE (RVO) JONG LEREN ETEN voor een gezonde en duurzame generatie JONG LEREN ETEN voorbrummel, een gezonde duurzame generatie Machtelijn EllenenLeussink, Vivienne Tersteeg Programmabureau JLE (RVO) Waarom Jong Leren

Nadere informatie

ambitieakkoord stichting jongeren op gezond gewicht

ambitieakkoord stichting jongeren op gezond gewicht akkoord stichting jongeren op gezond gewicht De stichting Jongeren Op Gezond Gewicht en haar partners verbinden zich met dit akkoord gezamenlijk, elk vanuit de eigen verantwoordelijkheid, in de periode

Nadere informatie

De Actieve Pauze Organisatie: Fontys Sporthogeschool Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod

De Actieve Pauze Organisatie: Fontys Sporthogeschool Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod De Actieve Pauze Organisatie: Fontys Sporthogeschool Contactpersoon: Contactpersoon 2: Erkenningen: Sport- en beweegaanbod Achtergrond Samenvatting Gedurende een periode van 4 weken krijgen de kinderen

Nadere informatie

Meer fruit en groenten eten op school is lekker én gezond Eenmeting EU-Schoolfruitprogramma onder basisschoolkinderen en hun ouders

Meer fruit en groenten eten op school is lekker én gezond Eenmeting EU-Schoolfruitprogramma onder basisschoolkinderen en hun ouders Meer fruit en groenten eten op school is lekker én gezond EU-Schoolfruitprogramma onder basisschoolkinderen en hun ouders PT 2011-38 Juni 2011, Laura Willemsens Productschap Tuinbouw, Markt & Innovatie

Nadere informatie

NiBi-conferentie Gezonde leefstijl van leerlingen. SLO Ger van Mossel

NiBi-conferentie Gezonde leefstijl van leerlingen. SLO Ger van Mossel NiBi-conferentie Gezonde leefstijl van leerlingen SLO Ger van Mossel (g.vanmossel@slo.nl) Kennismaking Wie...? Werkwijze bijeenkomst Leerplankader Gezonde leefstijl Naar een leerplan gezonde leefstijl

Nadere informatie

Schoolnieuws De Achtsprong

Schoolnieuws De Achtsprong De Brink 126 7206 KD Zutphen T 0575 524213 h.hendriks@skbg.nl www.deachtsprong.nl 31-10-2016 Schoolnieuws De Achtsprong In dit nummer: -vervolg schoolfruit -open dag -meester en juffen dag -gevraagd (spijker)

Nadere informatie

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Effectiviteitsonderzoek naar lesmateriaal Wijzer in geldzaken voor groep 7 www.wijzeringeldzaken.nl Inleiding:

Nadere informatie

COMMUNICATIEPROTOCOL VOEDSELEDUCATIE PLATFORM

COMMUNICATIEPROTOCOL VOEDSELEDUCATIE PLATFORM COMMUNICATIEPROTOCOL VOEDSELEDUCATIE PLATFORM 7 december 2018 Versie 1.0, ingangsdatum 1 januari 2019 In dit protocol hebben de leden van het (VEP) vastgelegd hoe zij omgaan met communicatie binnen de

Nadere informatie

Gezondheidsbeleid. Ingaand per: 31 oktober 2016

Gezondheidsbeleid. Ingaand per: 31 oktober 2016 Gezondheidsbeleid Ingaand per: 31 oktober 2016 Introductie Dit gezondheidsbeleid is in samenwerking met kinderen, ouders en leerkrachten van basisschool Breedeweg opgesteld. Op onze school dragen we samen

Nadere informatie

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid De gebruikers 1200 gezondheidsbevorderaars, voorlichters en preventiewerkers, werkzaam bij: GGD

Nadere informatie

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad. Werkblad, versie mei 2015

Titel interventie. Werkblad beschrijving interventie. Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad. Werkblad, versie mei 2015 Titel interventie Werkblad beschrijving interventie Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad Werkblad, versie mei 2015 Dit is een gezamenlijk werkblad van de volgende kennisinstituten: Colofon Ontwikkelaar

Nadere informatie

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit

Menukaart Gezonde School basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit Menukaart Gezonde basisonderwijs: Relaties & Seksualiteit : Plaats: Locatie: Contactpersoon: Telefoonnummer: E-mailadres: Datum invullen: Inhoud: Om op een effectieve manier invulling te geven aan gezondheidsthema

Nadere informatie

Preventie van overgewicht binnen het VO Een gezonde kantine in de praktijk. Lyne Blanchette Pamela van Kessel Danielle Driebeek-Houtman

Preventie van overgewicht binnen het VO Een gezonde kantine in de praktijk. Lyne Blanchette Pamela van Kessel Danielle Driebeek-Houtman Preventie van overgewicht binnen het VO Een gezonde kantine in de praktijk. Lyne Blanchette Pamela van Kessel Danielle Driebeek-Houtman Prevalentie van overgewicht Rotterdam Rotterdam Nederland (2002/04)

Nadere informatie

EEN GEZONDE SCHOOL PRESTEERT BETER

EEN GEZONDE SCHOOL PRESTEERT BETER GEZONDE KINDEREN EEN GEZONDE SCHOOL PRESTEERT BETER INHOUDSOPGAVE Tip: Klik op deze interactieve inhoudsopgave! EEN GEZONDE SCHOOL PRESTEERT BETER 3 SCHOOLFRUIT.NL ONDERSTEUNT BIJ EEN STRUCTUREEL GEZOND

Nadere informatie

THEMA VOEDING Kern Subkern 0-4 groep 1-2 groep 3-6 groep 7-8 Onderbouw vo Bovenbouw vmbo Bovenbouw havo-vwo

THEMA VOEDING Kern Subkern 0-4 groep 1-2 groep 3-6 groep 7-8 Onderbouw vo Bovenbouw vmbo Bovenbouw havo-vwo Kern Subkern 0-4 groep 1-2 groep 3-6 groep 7-8 Onderbouw vo gezondheid groei De begrippen eten, drinken, snoep, honger, trek, dorst (correct) Uitleggen dat er eten om gezond van te groeien of om te snoepen

Nadere informatie

Workshop. De buurtsportcoach en de Gezonde School

Workshop. De buurtsportcoach en de Gezonde School Workshop De buurtsportcoach en de Gezonde School Gezonde Scholen presteren beter! (Scholieren en Leraren) Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde Leefstijl Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde

Nadere informatie

VOEDINGSLESSEN BASISSCHOOL DE REGENBOOG LEKKER GEZOND ETEN

VOEDINGSLESSEN BASISSCHOOL DE REGENBOOG LEKKER GEZOND ETEN VOEDINGSLESSEN BASISSCHOOL DE REGENBOOG LEKKER GEZOND ETEN VOEDINGSLESSEN BASISSCHOOL DE REGENBOOG Brede ontwikkeling is een van de uitgangspunten van het onderwijs op basisschool de Regenboog. Voorlichting

Nadere informatie

Resultaten evaluatie Schoolmelkprogramma

Resultaten evaluatie Schoolmelkprogramma Resultaten evaluatie Schoolmelkprogramma 2018-2019 Right Marktonderzoek en Advies B.V. Telefoon : 038-4212185 Projectleider : de heer G. Hamstra Projectnummer : 4630-05 Aangevraagd door : RvO.nl Datum

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

Eindrapportage. Smaaklessen & SchoolGruiten. Schooljaar 2012-2013

Eindrapportage. Smaaklessen & SchoolGruiten. Schooljaar 2012-2013 Eindrapportage Smaaklessen & SchoolGruiten Schooljaar 2012-2013 Naam project: Smaaklessen & SchoolGruiten 2012-2013 Verplichtingnummer: 1300012959 Aanvrager: Ir. Marlies Regelink Auteurs: Ir. Myrthe Tienstra

Nadere informatie

Introductie Gezonde School

Introductie Gezonde School Introductie Gezonde School 15-08-2018 1 Aan de slag met Gezonde School! Dit schooljaar ga je aan de slag met Gezonde School en ga je werken aan het door jouw school gekozen Gezonde Schoolthema. Het ondersteuningsaanbod

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017

Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting (T0) voorjaar 2017 Resultaten vragenlijst leerlingen en meten & wegen Drie scholen, nulmeting () voorjaar 2017 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' gestart: met subsidie van

Nadere informatie

Bijlage Lekker Fit! Kinderdagverblijf

Bijlage Lekker Fit! Kinderdagverblijf Bijlage Lekker Fit! Kinderdagverblijf Deze bijlage hoort bij de beschrijving van de interventie Lekker Fit! Kinderdagverblijf, zoals die is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies. Meer informatie:

Nadere informatie

DATUM: 07 november 2016

DATUM: 07 november 2016 Om de maandag krijgen onze leerlingen de Globe (nieuwsbrief) mee. Hierin leest u informatie over de activiteiten die plaatsvinden of al hebben plaatsgevonden. De Globe wordt in kleur aan uw kind meegegeven.

Nadere informatie

WBO: onderzoek naar online leefstijladvies om het risico op dementie te verlagen. Nr. 2018, Den Haag 12 juni Samenvatting

WBO: onderzoek naar online leefstijladvies om het risico op dementie te verlagen. Nr. 2018, Den Haag 12 juni Samenvatting WBO: onderzoek naar online leefstijladvies om het risico op dementie te verlagen Nr. 2018, Den Haag 12 juni 2018 WBO: onderzoek naar online leefstijladvies om het risico op dementie te verlagen pagina

Nadere informatie

Zwanger Workout Organisatie: Mom in Balance Contactpersoon: mevrouw Esther van Diepen Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed beschreven

Zwanger Workout Organisatie: Mom in Balance Contactpersoon: mevrouw Esther van Diepen Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed beschreven Zwanger Workout Organisatie: Mom in Balance Contactpersoon: mevrouw Esther van Diepen Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed beschreven Sport- en beweegaanbod Achtergrond Samenvatting De Zwanger Workout is

Nadere informatie

De mogelijkheden en grenzen van empowerment in de Nederlandse preventie en gezondheidsbevordering

De mogelijkheden en grenzen van empowerment in de Nederlandse preventie en gezondheidsbevordering De mogelijkheden en grenzen van empowerment in de Nederlandse preventie en gezondheidsbevordering Dr. Gerard Molleman NIGZ-Centrum Kennis & Kwaliteit 9 november 2007 Wilma Rouwenhorst (1915-2000) Pionier

Nadere informatie

PROGRAMMABEGROTING

PROGRAMMABEGROTING PROGRAMMABEGROTING 2016-2019 Programma 1 : Zorg, Welzijn, Jeugd en Onderwijs 1A Lokale gezondheidszorg Inleiding Op grond van de Wet publieke gezondheid (Wpg) heeft de gemeente de taak door middel van

Nadere informatie

Resultaten Jongerenonderzoek

Resultaten Jongerenonderzoek Resultaten Jongerenonderzoek 2013 Groenewald GGD Zuid Limburg Geleen, april 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2. Resultaten van uw school 2.1 VMBO klas 2 3 2.2 VMBO klas 4 4 2.3 HAVO/VWO klas 2 5 2.4 HAVO/VWO

Nadere informatie

Week 40 1 t/m 5 oktober. Felicitaties voor alle jarigen en we wensen jullie een hele fijne verjaardag! Agenda

Week 40 1 t/m 5 oktober. Felicitaties voor alle jarigen en we wensen jullie een hele fijne verjaardag! Agenda Leerlingenraad Maandag 24 september was het zover, het eerste overleg met de nieuwe leerlingenraad. Uit elke groep 5 t/m 8 is er een kind gekozen die de groep in de leerlingenraad mag vertegenwoordigen.

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding

Samenvatting. Inleiding Inleiding Overgewicht en obesitas bij kinderen is een serieus volksgezondheidsprobleem. Het wordt veroorzaakt door een complex geheel van onderling samenhangende persoonlijke, sociale en omgevingsfactoren.

Nadere informatie

Informatieboekje. GRISP- Studie GRoente Inname & Smaakontwikkeling Peuters

Informatieboekje. GRISP- Studie GRoente Inname & Smaakontwikkeling Peuters Informatieboekje GRISP- Studie GRoente Inname & Smaakontwikkeling Peuters Contactgegevens Onderzoeksteam Prof. Dr. Ir. Kees de Graaf (hoofdonderzoeker humane voeding) Dr. Gerry Jager (universitair docent)

Nadere informatie

Financiering Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)

Financiering Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) Financiering Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) Team HBSC-Nederland Universiteit Utrecht, faculteit Algemene Sociale Wetenschappen Prof. Dr. W.

Nadere informatie

We hebben ervoor gekozen om eerst onze aandacht te richten op de beleidsthema s: Voeding Roken, alcohol en drugs Bewegen en sport

We hebben ervoor gekozen om eerst onze aandacht te richten op de beleidsthema s: Voeding Roken, alcohol en drugs Bewegen en sport 2018-2019 Visie Gezonde leerlingen hebben meer kans op goede schoolprestaties. Goede schoolprestaties dragen op langere termijn bij aan een goede gezondheid en maatschappelijk succes. Ook voor medewerkers

Nadere informatie

Sport- en beweegaanbod

Sport- en beweegaanbod 'Zwemmen in de klas; alle waterratten opgelet' Organisatie: Koninklijke Nederlandse Zwembond (KNZB) Contactpersoon: mevrouw Annemieke Beute Contactpersoon 2: mevrouw Maritsa Venhof Erkenningen: Sport-

Nadere informatie

CHESS Het stappenplan

CHESS Het stappenplan CHESS Het stappenplan In 7 stappen naar betere jeugdsportplannen 1. Wat willen we verbeteren? De probleemanalyse 1.1 Welk probleem willen we aanpakken? 1.2. Voor wie is het een 1.3 Welke gevolgen heeft

Nadere informatie

Informatiebrief 5-gelijke-dagen-model

Informatiebrief 5-gelijke-dagen-model Informatiebrief 5-gelijke-dagen-model 1. Voorwoord Basisschool St. Barbara voert in het schooljaar 2016-2017 het 5-gelijke-dagen-model in. Dit betekent, dat kinderen overblijven op school en hun lunch

Nadere informatie

Gezonde Schoolpleinen

Gezonde Schoolpleinen Gezonde Schoolpleinen Gezonde Schoolpleinen Een Gezond Schoolplein geeft jongeren uit het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroeps onderwijs de ruimte om te bewegen en te spelen in een

Nadere informatie

De Nationale. Smaaktest 2009 Docentenhandleiding. Groep 1 t/m 4. Beste leerkracht, Tot culi, tot smaak. Wat is Smaaklessen? Wat is SchoolGruiten?

De Nationale. Smaaktest 2009 Docentenhandleiding. Groep 1 t/m 4. Beste leerkracht, Tot culi, tot smaak. Wat is Smaaklessen? Wat is SchoolGruiten? De Nationale Smaaktest 2009 Beste leerkracht, Wat is Smaaklessen? Eten doen we allemaal en elke dag. Maar wat weten we eigenlijk nog over eten? Smaaklessen is het lesprogramma over eten en smaak voor groep

Nadere informatie

Gezond en duurzaam eten Een inspiratiefolder voor mbo-docenten

Gezond en duurzaam eten Een inspiratiefolder voor mbo-docenten Gezond en duurzaam eten Een inspiratiefolder voor mbo-docenten Aan de slag met gezond en duurzaam eten in het MBO De school is dé plek om jongeren bewust te maken van gezond en duurzaam eten. Gezonde

Nadere informatie