Studentenwoningen Korvezeestraat, Delft. Controlemetingen ventilatiesysteem

Transcriptie

1 Studentenwoningen Korvezeestraat, Delft Controlemetingen ventilatiesysteem Rapportnummer H 70-2-RA-001 d.d. 6 februari 2015

2 Studentenwoningen Korvezeestraat, Delft Controlemetingen ventilatiesysteem o p d r a c h t g e v e r S t i c h t i n g D U W O r a p p o r t n u m m e r H RA-001 d a t u m 6 f e b ruari r e f e r e n t i e J E / P v L / C J / H RA-001 v e r a n t w o o r d e l i j k e i r. J. A. E i j s a c k e r s o p s t e l l e r i r. P. B. v a n L u i p e n p. v a n l u i p e p e u t z. n l peutz bv, postbus 696, 2700 ar zoetermeer, , info@peutz.nl, opdrachten volgens 'De nieuwe regeling 2011' (DNR 2011) ingeschreven kvk onder nummer lid NL-ingenieurs, iso-9001:2008 gecertificeerd mook zoetermeer groningen düsseldorf dortmund berlijn leuven parijs lyon sevilla H 70-2-RA-001 2

3 I n h o u d s o p g a v e 1 I n l e i d i n g 4 2 E i s e n v e n t i l a t i e d e b i e t e n / i n s t a l l a t i e g e l u i d 5 3 S i t u a t i e 7 4 M e e t r e s u l t a t e n 8 5 B e o o r d e l i n g / C o n c l u s i e B e o o r d e l i n g C o n c l u s i e 1 0 H 70-2-RA-001 3

4 1 I n l e i d i n g Het ventilatiesysteem van de studentenwoningen van Blok 2 (nummers 80 t/m 159) aan de Korvezeestraat te Delft is in de loop van het jaar 2014 aangepast teneinde te kunnen voldoen aan de huidige eisen met betrekking tot de ventilatiedebieten (toevoer en afvoer) alsmede met betrekking tot het installatiegeluidniveau. In opdracht van Stichting DUWO te Delft zijn d.d. 19 januari 2015 steekproefsgewijs controlemetingen verricht van het installatiegeluidniveau en de luchtdebieten binnen de studentenwoningen van Blok 2 (nummers 80 t/m 159) aan de Korvezeestraat te Delft. Op 28 januari 2015 is het toevoer ventilatiedebiet in een aantal woningen verhoogd en gecontroleerd door Lutter Climate Balance. In het voorliggende rapport worden de resultaten van de controlemetingen samengevat en beoordeeld in relatie tot de formele eisen van het Bouwbesluit. H 70-2-RA-001 4

5 2 E i s e n v e n t i l a t i e d e b i e t e n / i n s t a l l a t i e g e l u i d De ventilatie-eisen zoals deze gelden voor de studentenwoningen zijn hieronder omschreven (ingescand uit het GGD-rapport): Betreffende de toevoer van verse lucht bedraagt het benodigde luchttoevoerdebiet conform het Bouwbesluit ,7 dm 3 /s per m 2 vloeroppervlakte verblijfsruimte voor bestaande bouw. Voor het merendeel van de studentenwoningen is het minimaal benodigde luchttoevoerdebiet derhalve lager dan het luchtafzuigdebiet, uitgezonderd de studentenwoningen op de hoogste verdieping (type AA). Er dient in beginsel te worden gestreefd naar het principe van balansventilatie: luchttoevoerdebiet = luchtafzuigdebiet. Echter, voor zover dit niet volledig haalbaar is kan een klein deel van de resterende luchttoevoer indirect c.q. ongecontroleerd plaatsvinden, bijvoorbeeld door overstort vanuit de gang en naden/kieren in de gevel. In het Bouwbesluit (versies vanaf 1990 tot 2012) zijn eisen gesteld aan het installatiegeluidniveau binnen verblijfsruimten, als gevolg van de werking van de mechanische ventilatie, voor zover deze installatie buiten de woning is gelegen. In de onderhavige situatie is sprake van een gemeenschappelijk ventilatiesysteem waarbij de luchtbehandelingskasten alsmede het kanaalsysteem zich feitelijk buiten de woningen bevinden, derhalve kunnen de eisen, zoals deze vanaf 1990 tot 2112 golden volgens het Bouwbesluit, van toepassing worden gehouden als kwaliteitsniveau voor de onderhavige situatie. In het Bouwbesluit 2012 worden in principe dezelfde eisen omschreven, maar gelden deze eisen daarbij ook voor de eventueel binnen de eigen woningen gesitueerde ventilatieinstallaties (individuele installaties, waaronder afzuigboxen, WTW-boxen en dergelijke). H 70-2-RA-001 5

6 De geluideis volgens het Bouwbesluit (2012) luidt als volgt: het volgens NEN 77 bepaalde karakteristieke installatiegeluidniveau van een in een woongebouw, doch buiten een van dat gebouw deel uitmakende woning, gelegen ventilatiesysteem mag in een verblijfsgebied van een woning of een ander gebouw niet hoger zijn dan L I,A,k = db(a). Deze eis geldt derhalve niet voor de badkamer/douche en het toilet en voor de verkeersruimten zoals gang en halletjes. Het karakteristieke installatiegeluid bepaald volgens NEN 77:2006 is het maximale geluiddrukniveau tijdens de werkingscyclus van de installatie, voor woningen genormeerd op een volume van 25 m 3 en op een nagalmtijd van 0,5 seconde in de octaafbanden met middenfrequenties van 63 Hz t/m 8 khz. De geluidmeter, waarmee de meting wordt uitgevoerd, moet worden ingesteld op een karakteristieke tijdwegingskarakteristiek die voldoet aan de eisen voor de tijdwegingskarakteristiek S volgens hoofdstuk 7 van NEN 651:1982 (voorheen aangeduid met Slow). H 70-2-RA-001 6

7 3 S i t u a t i e Op het dak van blok 2 zijn twee luchttoe- en afvoerkasten opgesteld. De toe- en afvoerkanalen worden gesplitst voor de noord- en zuidzijde en vervolgens doorgevoerd door de dakvloer boven de gang van de bovenste (3 e ) verdieping. De lucht wordt vervolgens boven het plafond op de 3 e verdieping verdeeld over de schachten met op elke verdieping aftakkingen naar de studentenwoonunits. Ten behoeve van de luchtverdeling c.q. inregeling zijn in de schachtkanalen naar de onderliggende verdiepingen constant volumekleppen opgenomen. Bij de kamers op de bovenste verdieping zijn op het eind van de toevoerkanalen / dicht voor de inblaasrozetten constant volumeregelaars geplaatst. Ten behoeve van de luchtinblaas zijn toevoerrozetten geplaatst van het type STH 125 van de leverancier Zehnder-JEStorkAir, ingesteld met maximale opening (circa 15 mm) ten behoeve van een laag drukverlies en lage geluidproductie. H 70-2-RA-001 7

8 4 M e e t r e s u l t a t e n In een aantal studentenwoningen binnen blok 2 van het wooncomplex zijn, waar mogelijk c.q. toegankelijk luchtdebietmetingen alsmede installatiegeluidniveaumetingen verricht. De meetresultaten zijn samengevat in de onderstaande tabel t4.1. Met de luchtdebietmeetapparatuur van Peutz konden niet alle afvoerpunten worden bereikt c.q. gemeten. Derhalve zijn op deze posities de door Lutter Climate Balance (LCB) gemeten debieten opgenomen in de tabel (blauw). Bij een controle door middel van vergelijkende metingen tussen de gekalibreerde apparatuur van Peutz en de meetapparatuur van LCB is gebleken dat de resultaten goed overeenkomen. t4.1 Meetresultaten woningen Woning L I,A,k Type Toevoerdebiet Afzuigdebiet Positie Gemeten Eis positie Gemeten nr. 84 niet gemeten D Woonkamer badkamer rechts toilet links totaal nr totaal nr Eis 25 nr. 87 D Woonkamer badkamer rechts 22 toilet niet gemeten links totaal nr totaal nr nr. 90 C badkamer 48 toilet nr C totaal nr totaal nr nr A nr B nr B nr. 113 B H 70-2-RA-001 8

9 Woning L I,A,k Type Toevoerdebiet Afzuigdebiet Positie Gemeten Eis positie Gemeten nr. 116 A Eis nr. 122 AA nr. 127 AA nr AA nr * A nr. 141 A nr. 143 A nr C badkamer 47 toilet nr C totaal nr totaal nr nr. 157 AA nr ** AA 133** * Bepaald door ruis vanuit afzuig boven blok. ** Geen regelkleppen in de toevoer. H 70-2-RA-001 9

10 5 B e o o r d e l i n g / C o n c l u s i e 5.1 B e o o r d e l i n g Uit de meetresultaten blijkt dat in de huidige situatie (binnen een meetnauwkeurigheid c.q. marge van 10%) in alle ruimten wordt voldaan aan de eisen met betrekking tot het minimaal benodigde toevoer- en afvoerdebiet per ruimte. In de meeste verblijfsruimten wordt beduidend meer lucht toegevoerd dan minimaal benodigd teneinde een luchtbalans met het vereiste afvoerdebiet te bewerkstelligen. In een aantal wooneenheden is een lichte onbalans geconstateerd waardoor een klein deel van de ventilatielucht 'ongecontroleerd' wordt toe- of afgevoerd. Voor zover bekend wordt daar geen hinder van ondervonden. In Kamer nr. 159 wordt beduidend meer lucht toegevoerd dan wordt afgevoerd. Bij nadere inspectie is gebleken dat de constant volumeregelkleppen achter de inblaasrozetten nog ontbreken. Uit de geluidmetingen blijkt dat, met uitzondering van kamers nr. 133 en nr. 159 in alle gecontroleerde kamers met het ventilatiesysteem wordt voldaan aan de eis van L I,A,k = db(a). In kamer 133 wordt het hoge installatiegeluidniveau veroorzaakt door de luchtafvoer boven het blok. Omdat dit in de overige kamers met een vergelijkbare situatie en luchtdebiet niet optreedt wordt ervan uitgegaan dat het geluid wordt veroorzaakt door een obstructie of iets dergelijks in het achterliggende kanalensysteem. In kamer 159 is de lichte overschrijding van het toelaatbare installatiegeluidniveau het gevolg van het onnodig hoge toevoerluchtdebiet. 5.2 C o n c l u s i e Geconcludeerd wordt dat met het aangebrachte ventilatiesysteem in alle ruimten wordt voldaan aan de eisen met betrekking tot het minimaal benodigde toevoer- en afvoerdebiet per ruimte (binnen een meetnauwkeurigheid c.q. marge van 10%). Daarnaast blijkt dat in alle gecontroleerde kamers (op twee kamers na) wordt voldaan aan de nieuwbouweis voor installatiegeluid van L I,A,k = db(a). Zoetermeer, Dit rapport bevat 10 pagina's. H 70-2-RA