Naam opleider en registratienummer XXXXXXXXXXXXXXX xxxxxx. Versienummer en datum Versie 1.0, 23 april 2015.

Transcriptie

1 Naam opleider en registratienummer XXXXXXXXXXXXXXX xxxxxx Versienummer en datum Versie 1.0, 23 april Code en type training Code: U21-1 EHBO/BHV Type: Regulier en in dagdelen. Naam training Eerste Hulp / BHV. Doel en doelgroep Doel van de training is het bewust en veilig handelen in het geval van een verkeersincident (letselongeval of brand). De cursisten worden geleerd: te zorgen voor de eigen veiligheid en van de omstanders (RVB doelstellingen) om Spoedeisende en Niet-Spoedeisende hulp te verlenen een beginnende brand te blussen samen te werken met professionele hulpverleningsdiensten bij een incident. De training is gericht op chauffeurs die tijdens hun werk te maken krijgen met eerste hulpverleningssituaties en/of een beginnende brand. Opzet en eindtermen van de opleiding De opleiding Bedrijfshulpverlener Eerste Hulp heeft een totale duur van 7 uur. De opleiding bevat de volgende theorie onderwerpen: vijf belangrijke punten bij het verlenen van eerste hulp stoornissen in het bewustzijn stoornissen van de ademhaling stilstand van de bloedsomloop ernstige uitwendige bloedingen shock uitwendige wonden brandwonden kneuzing en verstuiking ontwrichting en botbreuken oogletsels vergiftiging elektriciteitsongevallen letsels door koude letsels door warmte Versie 1.2, , Pagina 1

2 het menselijk lichaam De praktijkonderwerpen zijn: vervoer over korte afstand verband- en hulpmiddelen reanimatie en gebruik AED In de vrije ruimte komen de volgende theorie onderwerpen aan bod m.b.t. Bestrijding van een beginnende brand (B) in en rondom een voertuig wat is brand, wat zijn de gevaren van brand en hoe kan brand worden geblust wat moet men doen in geval van brand: alarmeren branduitbreiding voorkomen blussen. De praktijkonderwerpen zijn op een veilige wijze het juiste blusmiddel gebruiken bij een brand samenwerken met professionele hulpverleningsdiensten bij een incident. Instructeur De Instructeur beschikt over een geldig NIBHV certificaat instructeur BHV Eerste Hulp of vergelijkbaar. Voor de vrije ruimte (Brandbestrijding) beschikt de instructeur over een geldig NIBHV certificaat instructeur BHV Brandbestrijding en Ontruiming of vergelijkbaar. Daarnaast beschikt de instructeur over goede didactische vaardigheden. Per instructeur kunnen maximaal 16 deelnemers worden opgeleid voor de theoretische onderwerpen. Voor de praktijkonderdelen EH geldt dat maximaal 8 deelnemers per instructeur kunnen worden opgeleid. Voor de praktijkonderdelen van het vrije deel Brandbestrijding kunnen per instructeur maximaal 8 deelnemers worden opgeleid. Versie 1.2, , Pagina 2

3 Leermiddelen deelnemer Boek Basisopleiding Bedrijfshulpverlener Eerste Hulp, uitgever, 5 e druk, november 2014, NIBHV, Rotterdam, ISBN/EAN Boek Kleine blustoestellen, uitgever NIBHV, Rotterdam, 6 e druk feb 2013, ISBN/EAN Per groepje van 3 of 4 cursisten 1 x instructiekaarten Eerste Hulp, groot formaat, uitgever NIBHV, Rotterdam, 2 e druk, feb 2015, ISBN/EAN Per drie of vier cursisten dienen voldoende materialen beschikbaar te zijn: deken wonddrukverbanden: snelverband, synthetische watten en elastische zwachtels dekverbanden: steriel gaas, synthetische watten en elastische hydrofiele windsels drukverband: synthetische watten en elastische zwachtels driekante doeken en veiligheidsspelden kleefpleister schaar reanimatie-oefenpop en schoonmaakspullen instructie-aed op het bedrijf afgestemde draagbare blustoestellen: o vaste stoffenbrand: poederblussers o vloeistofbrand: poederblussers o oppervlakte van de vloeistof- of gasgestookte vloeistofbrand circa 0,25 m 2 o voldoende brandstof persoonlijke beschermingsmiddelen voor alle cursisten. Leermiddelen docent Het opleidingsplan zoals ingediend bij CCV Pc of laptop Beamer, audioboxen en scherm USB stick met PowerPointpresentatie Basisopleiding Bedrijfshulpverlener, NIBHV, Boek Basisopleiding Bedrijfshulpverlener Eerste Hulp, uitgever, 5 e druk, november 2014, NIBHV, Rotterdam, ISBN/EAN Boek Kleine blustoestellen, uitgever NIBHV, Rotterdam, 6 e druk feb 2013, ISBN/EAN Boek Eerste Hulp, groot formaat, uitgever NIBHV, Rotterdam, 2 e druk, feb 2015, ISBN/EAN Enscenering vaste stoffenbrand: een prullenbak, stapeltje of korfje hout of simulatie via gasbrand Enscenering vloeistofbrand: vloeistof in bak of gasgestookte vloeistofbrand Versie 1.2, , Pagina 3

4 Oppervlakte van de vloeistof- of gasgestookte vloeistofbrand circa 0,25 m 2 Voldoende brandstof Lansaansteker Persoonlijke beschermingsmiddelen voor de instructeur Plattegrond met een weg erop getekend en simulatiemateriaal (auto, vrachtauto, poppetjes) Evaluatieformulieren Theorielokaal: één ruimte die voldoende groot is Praktijkruimte voor brandbestrijding (vrije ruimte) Versie 1.2, , Pagina 4

5 Dagdeel A Niet-spoedeisende Eerste Hulp Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 5 minuten Introductie Klassikaal. Kennismaking met de groep. Groepsgrootte per docent: maximaal 16 Doelen en opbouw van de cursus Inleiding Competenties Eerste Hulp 10 minuten Vijf belangrijke punten bij het Theorie. Onderwerpen: Hulp: verlenen van eerste hulp Groepsgrootte per docent: maximaal 16 Alarmeren van de BHV Alarmeren en de Algemene hulpverleningsregels algemene Doceren. hulpverleningsregels. Slachtoffer geruststellen Groepsgesprek naar aanleiding van de Omgaan met omstanders videofragmenten. Betrek cursisten bij de stof door hun antwoorden op de oriënterende opdrachten te inventariseren en te vergelijken. Stel de cursisten vragen hoe het een en ander geregeld is in hun organisatie. Sluit af met het stellen van enkele meerkeuze vragen uit het boek. Versie 1.2, , Pagina 5

6 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 25 minuten Uitwendige wonden Verband- en hulpmiddelen Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Werk met groepjes van 4 cursisten. De cursisten zijn afwisselend hulpverlener, begeleider en observator en slachtoffer. Laat na iedere ronde het groepje zelf evalueren aan de hand van de instructiekaarten. Laat de observator de hulpverlener tips en tops meegeven. Gun hen de tijd om te wennen en besteed aandacht aan het groepsproces. Laat elke cursist één van de onderdelen praktisch uitvoeren in stap 4 (vinger of hand of elleboog), zodat elke cursist minimaal eenmaal een dekverband heeft aangelegd. Evalueer de vaardigheid dan klassikaal. Competentie A: aanleggen van een dekverband: 1. vinger 2. hand 3. elleboog. Uitwendige wonden. Materialen: dekverbanden: steriel gaas, synthetische watten en elastische hydrofiele windsels, kleefpleister, schaar. Competentielijst. 25 minuten Uitwendige wonden Ernstige uitwendige bloedingen Verband- en hulpmiddelen Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Werk met viertallen, de cursisten zijn afwisselend hulpverlener, slachtoffer en observator/slachtoffer. Iedere cursist legt een snelverband en aansluitend het wonddrukverband aan de onderarm aan. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Competentie B aanleggen snelverband en in het verlengde daarvan het wonddrukverband onderarm. Uitwendige wonden. Materialen: snelverband, synthetische watten, elastische zwachtels kleefpleister, schaar. Competentielijst. Versie 1.2, , Pagina 6

7 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 25 minuten Kneuzingen en verstuikingen Verband- en hulpmiddelen Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Werk met viertallen, de cursisten zijn afwisselend hulpverlener, slachtoffer en observator/slachtoffer. Laat elke cursist minimaal één van de onderdelen praktisch uitvoeren in stap 4 (enkel of pols), zodat elke cursist minimaal eenmaal een drukverband heeft aangelegd. Competentie C aanleggen van een drukverband: 1. enkel 2. pols Kneuzingen, verstuikingen. Materialen: Materialen: synthetische watten, elastische zwachtels, kleefpleister en schaar Competentielijst. 25 minuten Kneuzingen en verstuikingen Verband- en hulpmiddelen Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Werk met viertallen, de cursisten zijn afwisselend hulpverlener, slachtoffer en observator/slachtoffer. Laat elke cursist minimaal één van de onderdelen praktisch uitvoeren in stap 4 (mitella of brede das), zodat elke cursist minimaal eenmaal een driekante doek heeft aangelegd. Benadruk in de evaluatie de toepassingsmogelijkheden van de mitella (breuken en kneuzingen/verstuikingen van onderarm en hand) en brede das (breuken en kneuzingen/verstuikingen van bovenarm vanaf de elleboog en sleutelbeenbreuk). Competentie D: aanleggen van een: 1. mitella 2. brede das Kneuzingen, verstuikingen en sheets Botbreuken, ontwrichtingen en wervelletsels. Materialen: driekante doeken en veiligheidsspelden Competentielijst. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Versie 1.2, , Pagina 7

8 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 25 minuten Ontwrichting en botbreuken Verband en hulpmiddelen Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Werk met viertallen, de cursisten zijn afwisselend hulpverlener, slachtoffer en observator/slachtoffer. Laat elke cursist minimaal één van de onderdelen praktisch uitvoeren in stap 4 (ondersteunen been of afdekken botbreuk), zodat elke cursist minimaal éénmaal de aanpak bij een botbreuk heeft gedaan. Competentie E handelen bij botbreuken: 1. ondersteunen van een been 2. afdekken van open botbreuk aan onderbeen Botbreuken, ontwrichtingen en wervelletsels. Materialen: deken, snelverband, kleefpleister en schaar. Competentielijst. 10 minuten Brandwonden Letsels door warmte Letsels door koude Elektriciteitsongevallen Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Theorie. Groepsgrootte per docent: maximaal 16 Doceren en groepsgesprek Bij dit onderwerp kunt u volstaan met het toelichten van de theorie aan de hand van de bijbehorende sheets. Stel vragen aan cursisten, om ze te laten nadenken over de theorie, zoals: Wat gebeurt er met je huid als je je ergens aan verbrand? Wat moet je altijd als eerste doen bij een verbranding? Brandwonden Versie 1.2, , Pagina 8

9 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 10 minuten Oogletsels Theorie. Groepsgrootte per docent: maximaal 16 Doceren en groepsgesprek. Bij dit onderwerp kunt u volstaan met het toelichten van de theorie aan de hand van de bijbehorende sheets. Stel vragen aan cursisten, om ze te laten nadenken over de theorie, zoals: Waar hangt het handelen van een BHV er vanaf bij oogletsel? Waar moet je altijd voor zorgen wanneer iemand letsel aan het oog heeft opgelopen? Oogletsels Versie 1.2, , Pagina 9

10 Spoedeisende Eerste Hulp Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 15 minuten Vijf belangrijke punten bij het verlenen van eerste hulp Het menselijk lichaam Stilstand van de bloedsomloop Vervoer over korte afstand Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Uitleg over de Eerste Hulpbenadering. Pas de 4-stappenmethode toe. Werk met groepjes van 3 cursisten. De cursisten zijn afwisselend hulpverlener, begeleider en observator/slachtoffer. Als de groep groter is als 3 dan zijn er meerdere observatoren. Laat elke cursist alle onderdelen praktisch uitvoeren. Laat na iedere ronde het groepje zelf evalueren aan de hand van de instructiekaarten. Laat de observator de hulpverlener tips en tops meegeven. Gun hen de tijd om te wennen en besteed aandacht aan het groepsproces. Evalueer de vaardigheid dan klassikaal. Competentie F 1. Aanspreken en aanschudden. 2. Roep om hulp. 3. Noodvervoersgreep van Rautek. Reanimatie: de géénlijn. Competentielijst. Materialen: medecursist. Eerste Hulp Inslijpen: Laat eerst het aanspreken en aanschudden, roep om hulp beoefenen. Vervolgens los de noodvervoersgreep van Rautek beoefenen. Hierna het geheel beoefenen: noodvervoersgreep van Rautek, aanspreken, aanschudden, roep om hulp. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Versie 1.2, , Pagina 10

11 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 25 minuten Reanimatie Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Houd zoveel mogelijk dezelfde groepjes Bij deze leersituatie wordt ervan uit gegaan dat het slachtoffer bij de ademhalingscontrole géén ademhaalt. Let erop dat het groepje de uitvoering van de kinlift goed controleert bij elkaar: door het uitvoeren van de kinlift komt de tong vrij van de achterkant van de mond, op deze wijze komt de luchtweg vrij. Geef elk groepje individueel de opdracht om drie video s te bekijken (gaspen en normale ademhaling). Laat ze bediscussiëren op welke van de video s het slachtoffer een normale ademhaling vertoont. Gebruik hierbij onderstaande vragen: Hoeveel ademhalingen in 10 seconden telt u bij het slachtoffer in de video? Heeft het slachtoffer in de video een regelmatige ademhaling? Maakt het slachtoffer in de video normale ademhalingsgeluiden? Voldoet het slachtoffer in de video aan de kenmerken van een normale ademhaling? Hoe handelt u als u het slachtoffer uit deze video eerste hulp moet verlenen? Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Competentie G1 1. Aanspreken en aanschudden. 2. Roep om hulp. 3. Hoofd kantelen en kinlift. 4. Kijken, luisteren, voelen. 5. Alarmeren. 6. Slachtoffer draaien van buik naar rug. Materialen: Reanimatie: de géénlijn. Video s Blended Learning, normale ademhaling? 4 t/m 6. Uitwerking opdracht gaspen (bijlage 2). medecursist. Competentielijst. Versie 1.2, , Pagina 11

12 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 25 minuten Reanimatie Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas de 4-stappenmethode toe. Houd zoveel mogelijk dezelfde groepjes. Inslijpen: Laat eerst de stabiele zijligging beoefenen. Hierna het geheel beoefenen: aanspreken, aanschudden, roep om hulp, luchtweg openen, ademhaling controleren en alarmeren, stabiele zijligging. Competentie G2: Luchtweg openen, ademhaling controleren en alarmeren en stabiele zijligging 1. Aanspreken en aanschudden. 2. Roep om hulp. 3. Hoofd kantelen en kinlift. 4. Kijken, luisteren, voelen. 5. Alarmeren. 6. Stabiele zijligging. Reanimatie: de géénlijn. Materialen: medecursist. Competentielijst. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Versie 1.2, , Pagina 12

13 Dagdeel B Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 45 minuten Reanimatie Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Nu keert men weer terug naar de géén lijn. Pas de 4-stappenmethode toe. Houd zoveel mogelijk dezelfde groepjes. Inslijpen: Laat eerst de borstcompressies beoefenen, dan daarna de beademingen beoefenen. Hierna het geheel beoefenen: van aanspreken en aanschudden t/m reanimeren). Als er tijd beschikbaar is, laat de cursisten dan oefenen met het wisselen van het reanimeren als zij met twee hulpverleners reanimeren. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Na competentie H worden een aantal competenties achter elkaar uitgevoerd, zodat cursisten hun vaardigheid in de competenties kunnen ontwikkelen. 15 minuten Reanimatie Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Competentie H x borstcompressies. 2. 2x beademen mond-opmond/mond-op-neus. 3. Mondinspectie/Snelle kantelmethode. Competenties F t/m H aanspreken en aanschudden, roep om hulp, luchtweg openen, hoofd kantelen en kinlift, ademhaling controleren, alarmeren, reanimeren Competentie F 1. Aanspreken en aanschudden. 2. Roep om hulp. Competentie G1 3. Luchtweg openen, Hoofd kantelen en kinlift. 4. Ademhaling controleren. 5. Alarmeren. Competentie H 6. 30x borstcompressies. 2x beademen mond-op-mond. Reanimatie: de géénlijn. Materialen: reanimatiepop, schoonmaakspullen. Competentielijst. Materialen: reanimatiepop, schoonmaakspullen. Competentielijst Versie 1.2, , Pagina 13

14 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 15 minuten Reanimatie en AED Elektriciteitsongevallen Theorie en praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Pas 4-stappenmethode toe. Houd zoveel mogelijk dezelfde groepjes. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Competentie J1 en J2: gebruik AED met 2 hulpverleners Gebruik AED met 2 hulpverleners Als hulpverlener competentie J1: 1. Aanspreken en aanschudden. 2. Roep om hulp. 3. Hoofd kantelen en kinlift. 4. Kijken, luisteren, voelen. 5. Laten alarmeren en AED laten halen x borstcompressies. 7. 2x beademen mond-op-mond. 8. Bij terugkomst de bediener de AED laten aansluiten. 9. Opvolgen AED instructie. Gebruik van de AED. Materialen: reanimatiepop, instructie-aed, schoonmaakmiddelen. Gebruik verschillende AED-scenario s. Eerste Hulp. Competentielijst. Gebruik AED met 2 hulpverleners Als bediener competentie J2: 1. Aanspreken en aanschudden. 2. Roep om hulp. 3. Hoofd kantelen en kinlift. 4. Kijken, luisteren, voelen. 5. Laten alarmeren en AED laten halen x borstcompressies. 7. 2x beademen mond-op-mond. 8. Als de bediener de AED aansluiten 9. Opvolgen AED instructie. Versie 1.2, , Pagina 14

15 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 15 minuten Stoornissen van de ademhaling Theorie en praktijk. Pas de 4-stappenmethode toe. Houd zoveel mogelijk dezelfde groepjes. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Competentie K: opheffen van een luchtwegblokkade 1. Aanspreken en aanschudden slachtoffer. 2. Slachtoffer beoordelen. 3. Roep om hulp/alarmeren. 4. Vijf slagen op rug. 5. Heimlichmanoeuvre. Overige Spoedeisende Competentielijst. 15 minuten Shock Vergiftiging Stoornissen in het bewustzijn Stilstand van de bloedsomloop Theorie. Doceren en groepsgesprek. Bij de overige onderwerpen kunt u volstaan met het toelichten van de theorie aan de hand van de bijbehorende sheets. Stel vragen aan cursisten, om ze te laten nadenken over de theorie, zoals: Wie heeft er wel eens een hersenschudding gehad? Waar had je toen last van, hoe kwam dat? Shock Vergifitiging Angina pectoris. Hartinfarct. Beroerte. Epileptische aanvallen. Suikerziekte of diabetes mellitus. Hersenschudding Overige Spoedeisende Versie 1.2, , Pagina 15

16 Brandbestrijding in en om het voertuig: vrije ruimte Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 15 minuten Brand en de gevaren van brand Theorie. Groepsgrootte per docent: maximaal 16 Doceren. Groepsgesprek naar aanleiding van de videofragmenten. Stel vragen aan cursisten, om ze te laten nadenken over de theorie, zoals: Wat heb je nodig voor een brand? Hoe kun je brand/vuur waarnemen? Hoe zou je de zuurstof weg kunnen nemen? Of de brandbare stof? Of de temperatuur? Wat zijn gevaren van brand? 35 minuten Blustechniek Praktijk. Groepsgrootte per docent: maximaal 8 De instructeur maakt een keuze voor een vaste stoffen- of een vloeistofbrand en de juiste blusmiddelen Laat eerst droog oefenen met behulp van instructiekaarten en blusmiddelen. Pas als de competentie door allen uit het groepje goed wordt uitgevoerd, wordt de competentie uitgevoerd bij een echt brandje. Let op veiligheid (veiligheidsman) bij het bestrijden van het brandje en Evalueer de competentie van de cursisten. Evalueer de vaardigheid dan klassikaal. Evalueer de cursisten tijdens het werken in de groepjes. Wat is brand? Branddriehoek. Principe van brandbestrijding. Gevaren bij brand. Soorten brand. Competentie L, uitvoering praktijk: Blustechniek De keuze van het blusmiddel is afhankelijk van de het vervoersmiddel van het bedrijf. Carrousel mogelijk met competentie L en M. Sheets Brandbestrijding en Ontruiming: Brand en de gevaren van brand. Betrek cursisten bij de stof door hun antwoorden op de oriënterende opdrachten te inventariseren en te vergelijken. Sluit af met het stellen van enkele meerkeuzevragen vragen uit het boek. Oefenruimte/-locatie Brandbestrijding & Ontruiming, poederblussers stapeltje of korfje hout of simulatie via gasbrand vloeistof in bak of gasgestookte vloeistofbrand voldoende brandstof lansaansteker beschermende kleding competentielijst oppervlakte van de vloeistofbrand of gasgestookte vloeistofbrand circa 0,25 m 2 Versie 1.2, , Pagina 16

17 Tijd Inhoud Werkvorm Opmerkingen Hulpmiddelen 40 minuten Samenwerking met professionele Praktijk. hulpverleningsdiensten Groepsgrootte per docent: maximaal 8 Werken in groepjes van 4 cursisten Table-top Speel een incident met een voertuig na op een weg, en ga na waar je als chauffeur op moet letten om veilig op te treden en hoe er samengewerkt kan worden met de hulpverleningsdiensten (berger, ambulance, brandweer). 5 minuten Afsluiting Groepsgrootte per docent: maximaal 16 Competentie M uitvoering praktijk: Samenwerking met professionele hulpverleningsdiensten Sheets Plattegrond van een weg, simulatiemateriaal: auto s, vrachtauto of ander voertuig, mensenpoppetjes, hulpverleningsvoertuig en. Evaluatieformulieren Versie 1.2, , Pagina 17

18 Planningsoverzicht Eerste Hulp Niet-spoedeisende Eerste Hulp (exclusief pauzes) 160 minuten Spoedeisende Eerste Hulp (exclusief pauzes) 170 minuten Vrije ruimte Brandbestrijding (exclusief pauzes) 90 minuten Pauzes/lunch (totaal) Totale opleidingstijd (exclusief pauzes/lunch) Afsluiting Lunch 30 minuten 2 pauzes van 15 minuten 5 minuten 60 minuten 425 minuten Opleidingsduur één dag (inclusief lunch en pauzes) 485 minuten Opleidingsduur twee dagdelen (inclusief pauzes) Dagdeel 1: 225 minuten (t/m competentie G2) Dagdeel 2: 200 minuten Totaal 425 minuten = 7 uur en 35 minuten Versie 1.2, , Pagina 18