ji^ DeIfshaven Deelgemeente van Rotterdam

Transcriptie

1 ji^ DeIfshaven Deelgemeente van Rotterdam Bezoek adres Looiershof CZ Rotterdam postadres Postbus JA Rotterdam betreft Circus Herman Renz Circus Herman Renz B.V. t.a.v. Dhr. J. Plug Vlierdensedijk CK HELMOND inlichtingen G. Matinburgh Team Vergunning en Handhaving telefoon /639 fax info(5)delfshaven. rotterdam.nl website ABNAMRO NL20ABN t.n.v. Deelgemeente Delfshaven Geachte heer Plug, Casenummer: Reg.nr: C IIIII IM IUI ï MIM datum: 1 0 JULI 2013 In antwoord op uw verzoek d.d. 14 december 2012, deel ik u mede, dat er ingevolge artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012 een vergunning verleend wordt voor: Opbouw Afbouw Evenement Datum Locatie Tijd 24juli augustus 2013 Circus Herman Renz 24 juli tot en met 3 augustus 2013 Lloyd Multiplein Dagelijks van: uur tot en met uur (2 voorstellingen per dag) Aan deze vergunning zijn de in de bijlage opgenomen voorschriften verbonden. De in de bijlage opgenomen voorschriften laten verplichtingen van vergunninghouder voortvloeiende uit andere wet- en regelgeving onverlet. U dient, in overleg met de politie, voldoende maatregelen te nemen om de veiligheid van bezoekers en deelnemers aan het evenement te waarborgen. Indien door de politie of door andere controlerende diensten geconstateerd wordt dat de voorschriften niet worden nageleefd, kan de politie het evenement voortijdig laten beëindigen. Tot slot wijs ik u erop, dat u aansprakelijk bent voor alle schade die door het gebruik van deze vergunning aan eigendommen van de gemeente of van anderen mocht worden toegebracht. Deelgemeente Delfshaven Bank: NL20ABNA Bereikbaarheid: tramlijn 8, metrostation Coolhaven

2 Rotterdam, 9 juli 2013 Namens de burgemeester van Rotterdam, de secretaris van de deelgemeente Delfshaven, *J h V. Florijn i- < Het dagelijks bestuur van de deelgemeente Delfshaven, de secretaris, de voorzitter, A 7 //' '. ' / / / / V. jflcjrijn C.G ft<ja1ves \\

3 Bezwaar Belanghebbenden kunnen tegen een besluit binnen zes weken na datum van verzending ervan een bezwaarschrift indienen bij de burgemeester van Rotterdam Dit bezwaarschrift moet ondertekend zijn en moet tenminste bevatten: naam en adres van de indiener; telefoonnummer van de indiener, zodat contact opgenomen kan worden om samen te bespreken wat de beste aanpak van het bezwaarschrift is; datum bezwaarschrift; de gronden van het bezwaar; een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt. U wordt verzocht tevens een kopie van dit besluit mee te zenden. Het bezwaarschrift moet worden verzonden naar: De burgemeester van Rotterdam, t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 1011, 3000 BA te ROTTERDAM. Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: U kunt uw bezwaarschrift ook via internet indienen via het webformulier. Dit is te vinden onder het kopje 'Formulier' op de website indienen. U heeft daarvoor wel een DigiD-code, of als bedrijf een E-herkenning, nodig. Deze kunt u aanvragen via respectievelijk Kijkt u ook op de website op de pagina van de voorlopige voorziening. Bijlage(n) behorende bij de evenementenvergunninq Bijlage I Bijlage II Bijlage lil voorschriften geluidsvoorschriften brandvoorschriften

4 Bijlage I: voorschriften behorende bij de evenementenvergunning van: Organisatie Circus Herman Renz Adres organisatie Vlierdendijksedijk 105; 5705 CK Helmond Naam contactpersoon Dhr. J. Plug Telefoonnummer Datum evenement 24 juli tot en met 3 augustus 2013 Locatie evenement Lloyd Multiplein Tijd Dagelijks van: uur tot en met uur (2 voorstellingen per dag) Algemeen De voorgenomen activiteiten mogen geen gevaar of hinder opleveren voor omwonenden en het verkeer; Een vertegenwoordiger van de organisator dient beschikbaar te zijn als aanspreekpunt voor de politie; De organisatie draagt zorg voor een systeem waardoor te allen tijden inzichtelijk is hoeveel personen daadwerkelijk binnen het evenemententerrein aanwezig zijn; De houder van een vergunning of ontheffing is verplicht deze op eerste vordering van een ambtenaar, belast met de zorg voor de naleving van de voorschriften, ter inzage af te geven aan deze ambtenaar; Eventuele nadere aanwijzingen van de politie, gegeven in het belang van de openbare orde often behoeve van het (voetgangers )verkeer, en/of van andere betrokken gemeentelijke instanties vanuit hun taaksector, dienen stipt en onmiddellijk te worden nagekomen; De politie heeft de bevoegdheid om het evenement dan wel de activiteiten voortijdig te beëindigen indien de voorschriften niet worden nageleefd; Het evenement wijkt niet af van de afgesproken dag(en) en tijdstip(pen). Overeenstemming over het gebruik van het Lloyd Multiplem Voor het gebruik van het Lloyd Multiplein dient u overeenstemming te verkrijgen met de beheerder van het terrein. Dit is de dienst Sport & Recreatie van de Gemeente Rotterdam, de heer E. de Koning (e.dekoning@senr.rotterdam.nl, telefoon: ). Indien u geen volledige overeenstemming bereikt, kunt u geen gebruik maken van deze vergunning. Bereikbaarheid/verkeer De vrije doorgang van openbaar vervoersdiensten mag op generlei wijze worden belemmerd; De vrije doorgang van en naar aangrenzende straten dient ten behoeve van hulp- en redvoertuigen volledig gehandhaafd te blijven; Het evenement of de activiteiten mogen de bereikbaarheid van woningen, winkels of (horeca)bedrijven niet belemmeren; De bereikbaarheid ten behoeve van hulpdiensten dient volledig gehandhaafd te blijven;

5 Er moet een rijloper van tenminste 3,5 meter breed geheel vrij van obstakels aanwezig zijn; De aanwezige bluswatervoorziening moeten bereikbaar blijven voor brandweervoertuigen en vrij gehouden worden van obstakels. Circusdieren e De organisatie van het circus heeft ter bescherming van de dieren en het publiek, de plicht om de dieren die het circus bij zich heeft, fysiek ontoegankelijk te maken voor nieuwsgierig publiek en/of baldadige jeugd. Dit niet slechts tijdens of rond de voorstellingen, doch tevens inde nachtelijke uren en voor zolang als het circus gebruik maakt van het Lloyd Multiplein. Slechts onder auspiciën van een daartoe kundige medewerker van het circus, mag er publiek bij de dieren worden gelaten. Specifiek voor het Lloyd Multiplein Op de zogenaamde rondweg (Schiehaven), gelegen tussen het evenemententerrein en de kade van de Schiehaven, is het niet toegestaan om objecten of attracties geheel of gedeeltelijk op de rijbaan te plaatsen. Het is niet toegestaan om te parkeren door zowel bezoekers, deelnemers, of leden van de organisatie van het evenement op deze rijbaan.de organisatie dient hierop toe te zien. Deze rondweg dient fysiek afgesloten te worden voor het verkeer middels het plaatsen van rood/wit geblokte hekwerken,waarvan 1 hekwerk is voorzien van een bord model C1 (gesloten in beide richtingen van voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee) van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990). De organisatie dient er actief op toe te zien dat voertuigen ordelijk geparkeerd worden, zodat er te allen tijde een rijstrook van 4 meter breedte obstakelvrij en beschikbaar is en blijft voor hulpdiensten. Dit geldt zowel voor het Lloyd Multiplein alsmede de wegen die naar het Lloyd Multiplein toe leiden. De organisatie draagt zorg voor de aanwezigheid van voldoende redmiddelen alsmede voldoende opgeleid personeel aanwezig zijn dat eventuele drenkelingen op de juiste wijze gered kunnen worden. Het op het Lloyd Multiplein gevestigde horecabedrijf de C5 Jazzclub dient goed bereikbaar te blijven voor diens bezoekers en leveranciers en mag geenszins in diens bedrijfsvoering worden gehinderd; ook dient de omgeving van de C5 Jazzclub zodanig te worden ingericht dat bezoekers aan het evenement de C5 Jazzclub en de hekwerken er om heen, niet kunnen gebruiken als openbaar toilet. Er mogen geen hekwerken worden geplaatst op de dijk/het fietspad, grenzend aan het Lloyd Multiplein. «Enige vorm van verankering in de grond of in de bestrating d.m.v. pennen, haringen of anders, is niet toegestaan. Het terrein is een dijkiichaam dat lek kan raken (folie) en in de grond bevindt zich bijzonder veel kwetsbare infrastructuur.

6 Bewonersbrieven Bewoners van nabij gelegen woningen en bedrijven worden vooraf op correcte wijze geïnformeerd over het evenement endete organiseren activiteiten, door middel van een bewonersbrief. Deze bewonersbrief bevat tenminste de volgende informatie: datum(s) en tijd(en) evenement; datum(s) en tijd(en) op- en afbouw; verkeersmaatregelen (locaties entijden van o.a. afsluitingen); parkeerbeperkingen (locaties en tijden); regeling doorlaatbewijzen en regeling voor bewoners met parkeervergunningen; consequenties voor het openbaar vervoer; bereikbaarheid van het evenement per openbaar vervoer; P+R terreinen die voor het evenement van belang zijn; internetsite waar extra informatie te vinden is; telefoonnummer van de organisatie waarop informatie verkrijgbaar is (ook op de dag zelf); mogelijke overlast veroorzakende activiteiten of beperkingen (b.v. helikopters); telefoonnummer van de Meldkamer van de DCMR Milieudienst Rijnmond , 24 uur per dag bereikbaar waar contact mee kan worden gezocht bij geluidsoverlast. De organisatie levert uiterlijk 7 dagen van tevoren een kopie van bovengenoemde bewonersbrief (incl. de locaties waar deze brief is verspreid door middel van opgave postcodegebieden) aan de deelgemeente Delfshaven (Postbus 63006, 3002 JA Rotterdam, info@delfshaven.rotterdam.nl) en DCMR Milieudienst Rijnmond (t.a.v. de Meldkamer en Bureau Geluid, Postbus 843, 3100 AV Schiedam). Gebruiksvergunningen Voor het plaatsen en inrichten van tenten of afgesloten terreinen dient, zoals bedoeld in artikel van de Brandbeveiligingsverordening der Gemeente Rotterdam, ten minste 30 dagen voordat het evenement plaatsvindt een gebruiksvergunning te worden aangevraagd. Dit geldt alleen indien aan één van de onderstaande voorwaarden wordt voldaan: meer dan 50 personen tegelijk aanwezig zijn; bedrijfsmatig de in artikel bedoelde stoffen zullen worden opgeslagen; aan meer dan 10 personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft; aan meer dan 10 personen jonger dan twaalf jaar of aan meer dan tien lichamelijk en/of geestelijk gehandicapten personen dagverblijf zal worden. Voor tenten en tribunes moet bij de Regionale Brandweer Rotterdam Rijnmond, District Noord een gebruiksvergunning aangevraagd worden. Hiervoor kunt u contact opnemen via het telefoonnummer Spandoeken Ten aanzien van mogelijk tijdens het evenement te gebruiken spandoeken, gelden de navolgende voorschriften: a. De spandoeken mogen alleen gedurende het evenement worden opgehangen. b. De spandoeken moeten bestaan uit winddoorlatend dundoek en dienen op deugdelijke wijze te worden bevestigd. Spandoeken bestaande uit zeildoek is niet toegestaan.

7 c. De bevestiging dient met zodanig bindmateriaal en op dusdanige wijze te geschieden, dat de verflaag van de masten niet door inschuring of wrijving kan worden beschadigd. d. Spandoeken moeten op voldoende hoogte worden bevestigd om het uitzicht van het verkeer niet te belemmeren en om redelijkerwijze buiten het bereik van baldadige personen te blijven. De bevestiging mag niet hoger zijn dan 8 meter aan de mast worden aangebracht. e. In geval van windsnelheid van meer dan 14 mper seconde (meer dan windkracht 6 op de schaal van Beaufort), dient het aanbrengen van spandoeken te worden uitgesteld. f. Losgeraakte of afgescheurde spandoeken dienen met spoed te worden verwijderd. g. Het aanbrengen en verwijderen van de spandoeken mag slechts geschieden dat daardoor geen hinder van het verkeer ontstaat; h. Spandoeken dienen op een minimale hoogte van 4.20 meter te worden aangebracht. Plaatsen van podia, tenten, kramen en andere voorwerpen Tenten, podia, kramen en andere voorwerpen moeten worden opgesteld conform aanvraag, bij wijzigingen in overleg met: Gemeentewerken Werf Delfshaven, Keileweg 26, 3029 BT Rotterdam, telefoonnummer: ; Veiligheidsregio, de heer R. Gleym (telefoonnummer / r.qleym(g)veiliqheidsregio-rr.nl); Regiopolitie Rotterdam Rijnmond, unit Bijzondere Taken, telefoonnummer Alle tijdelijke bouwwerken (zoals tenten, podia, kramen, etc.) dienen vooraf te worden gekeurd door Stadsontwikkeling, afdeling Overige Vergunningen door adviesdenhso@rotterdam.nl Dhr. R. van Deventer, telefoonnummer Het is verboden eigendommen van de gemeente te verwijderen; alle voorwerpen dienen in principe los op de ondergrond te worden geplaatst derhalve zonder straatonderbreking; ingeval er voorwerpen op de weg worden geplaatst en/of in de grond moeten worden bevestigd dient vooraf toestemming te zijn verkregen van het Leidingenbureau, Europoint 3, kamer 714, telefoonnummer: Aan eigendommen van de gemeente, zoals hekken, bomen, straatsyphons, keerbalieën en lantarenpalen mag niets worden bevestigd behoudens in bijzondere gevallen, waarvoor door of vanwege de directeur van Gemeentewerken schriftelijk is verklaard dat daartegen zijnerzijds geen bezwaren bestaan. De standplaats van podia, tenten, kramen en andere voorwerpen dient zodanig te worden gekozen dat de bereikbaarheid van winkels, woningen, (horeca)bedrijven, straatverkooppunten e.d. niet wordt belemmerd en tevens zodanig dat voor voetgangers voldoende ruimte vrij blijft om te kunnen passeren; onverminderd het vorenstaande dient de standplaats zodanig te zijn dat eventueel ter plaatse aanwezige brandkranen en -puttenvoor de brandweer direct toegankelijk blijven. Kam peervoorsch riften: Zolang er gasten op het kampeerterrein verblijven, dient er steeds ten minste één, met leiding belast persoon aanwezig te zijn. De houder dient een, al dan niet geautomatiseerd administratiesysteem bij te houden, waarin vermeld worden: de naam, voornamen, adres en woonplaats van de personen, die in zijn kampeergelegenheid verblijven, alsmede de data van aankomst

8 en vertrek. Er dient te allen tijde inzichtelijk te zijn hoeveel personen zich op enig moment op het kampeerterrein bevinden. Het kampeerterrein wordt fysiek afgescheiden van de rest van de openbare weg.dit mag naar eigen inzicht geschieden (hekwerken, afzetlint, etc...).» Op een duidelijk zichtbare plaats, nabij de ingang, dient een lijst met telefoonnummers van politie, brandweer, arts(en) en ambulance te zijn aangebracht, alsmede het algemeen alarmnummer 112; wanneer dit nummer wijziging ondergaat, dient de wijziging terstond op de verstrekte gegevens te worden aangepast; Op de aangegeven plaats op het kampeerterrein dient een volgens voorschrift van de Arbeidsinspectie gevulde verbandtrommel A binnen handbereik aanwezig te zijn. Verbruikte materialen dienen terstond te worden aangevuld; De houder van de ontheffing is verplicht massaal optredende ziekteverschijnselen onder kampeerders direct te melden aan de burgemeester en de Inspecteur vande Volksgezondheid in de provincie; Elk kampeermiddel dient tot een afstand van 15meter bereikbaar te zijn voor blusvoertuigen; Een obstakelvrije rijloper van 4 meter breedte dient over het gehele kampeerterrein in acht te worden genomen; Op één of meer vaste, duidelijk aangegeven plaatsen dienen voldoende kleine blusmiddelen voor direct gebruik beschikbaar te zijn, die in de afgelopen 12 maanden door een erkend deskundige gecontroleerd en goedgekeurd zijn; Het aanzicht van kampeermiddelen, alsmede van de aanhorigheden dient zodanig te zijn, dat voldaan wordt aan redelijke eisen van welstand; Eventueel te plaatsen wasruimten, toiletten en douches dienen te zijn voorzien van een behoorlijke verlichting; Het afvalwater van wasbakken, toiletten en douches dient afgevoerd te worden naar het rioleringsstelsel; Indien het gebruik van chemische closets is toegestaan, is er ten minste een deugdelijke voorziening voor het ledigen van die closets, (gesloten put of aansluiting aan de riolering); Het drinkwater dient te voldoen aan de eisen van het Waterleid ing besluit; Alcohol Indien er alcoholhoudende dank wordt geschonken dient er een ontheffing volgens artikel 35 van de Drank- en Horecawet te zijn verleend. Een dergelijke ontheffing maakt het mogelijk om bij bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard zwak alcoholische dranken te schenken; Deze ontheffing is aan te vragen bij: Team Vergunning

9 Directie Veiligheid, Gemeente Rotterdam Bezoekadres: Stadhuisplein 30 Tel : Fax : Indien alcohol wordt geschonken zal de locatie waar de evenement wordt gehouden als evenemententerrein worden aangemerkt; Een evenemententerrein dient duidelijk herkenbaar te zijn afgescheiden van de openbare weg. Het evenemententerrein dient derhalve te zijn ingehekt; Er dient op te worden toegezien dat er geen alcoholhoudende dranken worden meegenomen naar de openbare weg buiten het evenemententerrein; De organisator zal om een evenemententerrein te creëren conform te gemaakte afspraken, hekken en aanduidingsborden plaatsen. De poorten die toegang geven tot het evenemententerrein zullen op de locaties conform de aangeleverde tekeningen geplaatst worden. De poorten zullen bij het betreden van dit terrein voorzien van borden met de tekst: "VANAF HIER ALCOHOL TOEGESTAAN". De poorten zullen bij het verlaten van het evenemententerrein voorzien zijn van borden met de tekst: "VANAF HIER GEEN ALCOHOL TOEGESTAAN". Parkeren Ten aanzien van begeleidende voertuigen belast met de aanvoer van eventueel benodigde materialen, geldt dat deze niet op het terrein aanwezig mogen als het betreffend voertuig worden gelost c.q. geladen. Laden en lossen dient men vanaf de omliggende straten te verrichten; Voertuigen van medewerkers mogen niet op het terrein geparkeerd worden en dienen gebruik te maken van de bestaande voorzieningen zoals parkeergarages en andere parkeervoorzieningen; Voor eventuele benodigde vergunningen en of ontheffingen dient contact opgenomen te worden met de Dienst Stadsbeheer; Er mogen conform het RVV 1990 geen voertuigen geparkeerd worden, waar het volgens deze wet niet is toegestaan; Eventuele parkeeroverlast als gevolg van de activiteiten moet worden voorkomen. Bezoekers van het circus mogen niet op het Lloyd Multiplein parkeren. Afval en milieu Direct na afloop van de activiteiten dienen de in gebruik genomen grondoppervlakken geheel ontruimd en gezuiverd van eventueel achtergebleven afval te worden opgeleverd, indien het verwijderen van het afval niet in eigen beheer kan geschieden, dient tijdig contact met ROTEB (evenementen: telefoonnummer 14010/ evenementen@roteb.rotterdam.nl) te worden opgenomen; Er dient voldoende sanitair aanwezig te zijn voor bezoekers van het evenement, met de nodige borden die hiernaar verwijzen; Afval moet worden verzameld in veilig opgestelde, goed af te sluiten containers van moeilijk brandbaar materiaal; «Schade aan ondergrond van wegen en parken e.d. moet worden voorkomen; bijvoorbeeld door het neerleggen van voldoende rijplaten en drukverdelers;

10 Er dienen voldoende afvalbakken aanwezig te zijn om zwerfvuil te voorkomen. De afvalbakken dienen regelmatig te worden geleegd; «Eventueel aan het publiek uit te reiken drukwerken die ter plaatse mochten worden weggeworpen dienen door de organisatie direct van het straatoppervlak te worden verwijderd. Energievoorziening De energievoorziening dient door een ieder zelf verzorgd te worden. Elektronaggregaten dienen van een dusdanige kwaliteit te zijn dat, de productie van geluid en stank minimaal is, met energie zuinig wordt omgesprongen en olielekkages niet kunnen optreden. Dete gebruiken kabels moeten op deugdelijke wijze worden bevestigd. Elektriciteitskabels dienen zodanig te zijn bevestigd dat niemand daarmee in aanraking kan komen dan wel daarover kan struikelen. Aansprakelijkheid De vergunninghouder dient een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten die zowel de materiële als de letselschade dekt die voortvloeit uit het evenement waar deze vergunning voor is afgegeven. Het is aan de vergunninghouder om aan te tonen dat de door de gemeente gevorderde schade niet is veroorzaakt door het evenement waar de vergunning voor is verleend.

11 Bijlage II: geluidsvoorschriften bij de evenementenvergunning voor Circus Herman Renz op 24 juli tot en met 3 augustus 2013 te Lloyd Multiplein. Om overmatige geluidsoverlast te voorkomen zijn aan de voorliggende evenementenvergunning krachtens deapv geluidsvoorwaarden verbonden voor de duur van het evenement: 1. Muziek en ander geluid, al dan niet mechanisch/elektronisch versterkt, mogen geen ernstige geluidsoverlast voor de omgeving veroorzaken; indien van dergelijke geluidsoverlast mocht blijken,isde politie bevoegd de geluidsuitzending te doen onderbreken en een verminderd geluidsniveau aan te geven; dan wel - in geval van herhaling - voortijdig te doen beëindigen. Bovendien is de politie bevoegd bij overtreding van de voorschriften strafrechtelijk op te treden. 2. Het meten en berekenen van de geluidniveaus, en het beoordelen van de meetresultaten moet plaatsvinden overeenkomstig de Meet- en rekenvoorschriften industrielawaai. 3. In afwijking van de Meet- en rekenvoorschriften industrielawaai hoeft voor de beoordeling van het equivalente geluidsniveau gedurende 1 minuut (L eq,i min)van muziekgeluid geen verhoging van 10dB toegepast te worden, voordat getoetst wordt aan de normwaarde. 4. De luidsprekers dienen dusdanig opgesteld te worden, zodat de geluidproductie zoveel mogelijk naar het bedoelde publiek op het evenemententerrein gericht is. Ten behoeve van de doorstroming van verkeer op de stoep of de rijbaan dienen tevens de aanwijzingen van de politie met betrekking tot de opstelling van de luidsprekers opgevolgd te worden. 5. Het geluidsniveau mag op een afstand van 10 meter van enige tijdens het evenement gebruikte geluidsbron, niet meer bedragen dan 80dB(A). 6. Het opbouwen en het afbreken van het evenement dient zoveel mogelijk plaats te vinden in de uren gelegen tussen en uur. In ieder geval mogen tussen en uur geen overlastveroorzakende opbouw- of afbreekactiviteiten uitgevoerd worden. 7. De plaatsing van het podium dient op een dusdanige manier te geschieden dat omwonenden zo min mogelijk worden belast met de "geluidsstraling".

12 uden van terreingedeelten en bereikbaarheid. Brandweer voomaarden behorend bij ds APVvergunning ARTIKEL 1 Vrijhouden van tsrrelngedetien en bereikbaarheid 11 Aftsantelijk van de aard en omvang van hst evenement moet ten beftoevs van de hulpverlenende diensten, naast de regufiera toegang» één of meerdere toe- of (nood)urtgangen tot hef terrein aanwezig zijn. Dit ter beoordeling en goedkeuring van het bevoegd gezag. 1.2 De opstelling van alle tijdelijke inrichtingen op het terrein dient zodanig te zijn dat afle inrichtingen door de hulpverlenende diensten onbelemmerd bereikt kunnenworden. 1.3 De bij hef touwwerk behorende brandkraoen, andere blur#aterwinpiaatsen en aansluttpontsn mosten worden vrijgehouden voor Wyswoertuigers, en we!zodanig dat hiervan onbelemmerdgs&roik kan worden gemaakt. 1.4 Indien het terrein (tijdelijk) is afgesloten dient duidelijk ds (brendweer-)ingang te zijn aangegeven en het toegangshek n l door d@ brandweer t openen zijn met het door de brandweer in gebruik zijnde sleutelsysteem, dan wel door een (eventueel aanwezige) bewaking geopend teworefen. 1.5 Een (tijdelijk) bouwwerk/tent is tot op tan minste 40 meter door hylpvertsningsvoertuïgenonbelemmerd te benaderen. 1.6 Indien de toegang van een (tijdelijk) bouwwerk/tent meer dan 40 meter is verwijderd van een openbareweg, moet een verbindingsweg tussen die toegang en het openbare wegennet aanweag zijn die geschikt ïsvoor ds hulpdiensten, tenzij de aard, de ligging en het gebruik van het bouwwerk/de inrichting dat nietvereisen. 1.7 Een geschikte verbindingsweg moei: a. een breedte hebben van ten minste 3,5 meter (opstelpiaafsredvoertuig 4,5 tot S meter) en over een breedte vanten minste 3,25 metersijn verhard of eventuaeï 3 meter Indien langs beide kanten van de rijbaan sprake is van een obstateivrfje ruimte van 0,50 meter breed; b. een vrije hoogte boven de kruin van de weg hebten van ten minste 4,20 meter; c. zijn verhard op een wijze diegeschikt is voor motorvoertuigen met een massa van ten minste kg enzijnvoorzien van danodig kunstwerken. 1.8 Een geschilde opstelpiaats voor een brandwesreoartuig moet verhard zijn op een wijze ' die geschikt is voor motorvoertuigen mei een asbelasting van 10 ton floofcn) en esn totaakjewicht van 15 ton. Uitgave VRR

13 IJ Auto's, trekkers, aanhangwagens en aggregaten s.d. mogen op het terrein van de fftriehting uitsluitend zijn opgesteld conform een door hst bevoegd gezag goedgekeurde tekening, TssSïchtlng; 1.1 Dl betekent tegelijkertijd dat de sanwezigs personen in principe in twee richtingen kunnen vluchten m dusbij eencalamiteit altijdeer» ontvluchtingsmogelijkheid hebben, 1.2 Zo moeten op het bij het bouwwerk behorende terrein / op hst terrein van de inrichting de beplanting«de parkeerplaatsen, ds laad- en losplaatsen en plaatsen waar goederen en afvallen warden opgeslagen ofgedeponeerd» zodanig zijn gelegen dat bij brand het oprijden en opstellen van devoertuigen en andere hulpmiddelen van ds brandweerniet worden bemoeilijktof belemmerd.. o w'., r.r' tkvbr) oor devrije ryirrrte rond een brandkraan is een straal tart 1,80m. u: "* z _r, i f \'7BR) voor de afstand tussen een brandkraan en een droge blusleiding * 35m «saroi ce horizontale afstand tysssn de opsteiplsats van het blusvoertuig en de watsrwiriplaats niet raesr dam 5m mag bedragen. Ook eventueie brandkraanbordjas moeten zichtbaar blijven, 1.4 Er most voorkomen worden dat bij een calamiteit de brandweer in haar opkomst gehinderd wordt door afgestoten hekwerfcen en/of slagbomen. Om dit te voorkomen zuilen in overleg met de brandweer passende voorzieningen moeten worden getroffen. Het snel können openen betekent 4 t de vertraging, als gevolg van hst moeten openen van hethekwerk, maximaal 30 seconden bedraagt. 1.5 Een groep van kleine tenten van 1000 irt 2 dient afs totaal tot op 40 meter benaderd te kunnen worden en dus niet elke individuele tent (Handreiking Brandveiligheid KampeerterreinenNVBR). 1.6 Met name amfcwiances en brandweervoertuigen moeten in verband met de te verrichte taken een object tot op maximaal 40 meter kunnen benaderen. Dit betreft nist alleen gebouwen, maar o* bouwwerken, die geen gebouw zijn, zoals de tribunes van sportvelden, ofafgebakende Soeatie,. zoals een evenemententerrein. 1.7 De afmeting voor de verbindingsweg van 3,5 meter is en de afmeting voor de rijioper afkomstig is afkomstig uit bijlage 2 van de 'Handleiding Bluswatervooizisning en tereittsssrheid' NVBR, Tevens wordt hierin gesteld dat bochten minimaal een buitenstraai van 10m en een Knnenstraai van 4,5m dienen ts hebben. Deze handleiding ïs te bestelen bij de NVBR ftwww.rwbr.nl.tel , fax ). Met 'kunstwerken 1 wordt bedoeld bowwwaen waarvoor andere materialen dan aarde en zanc! gebruikt zijn, zoalsbij sluizen, viaducten enz. 1.8 Ds gewichten zijn gebaseerd op een eptslplaats voor een tankautospui voigsns bijlage 2 van de 'Handleiding Bluswatervoorziening en bereikbaarheid' van de NVBR. Daarbij is het uitgangspunt dat bij evenementen doorgaans een brandweerinzet met tankautospuiten) wordt gedaan. Het bepalen van opfelplaatsen voor een evenement is maatwerk. De brandweer bepaalt észe afhankelijk van ds sioalie ter plekke. Daarbij zai medebepalend zijn of een Qpsteiplaats geschild is voor een tankautospuit en of een doeltreffende verbinding tossen de tankautospuit en de Wuswatervoorziening kan worden gelegd. Uiteraard dient maatwerk te worden toegepast ais het evenement de inzet van een redvoertuig zou kunnen vereisen (bijv. reuzenrad o,s.d.). UKgwwVRR

14 ksvoorschrlften by hef bereiden wm wonclsisf, X*' Brandweer voorwaarde >bs-horend bij,*c- * j ~Vvergunning ARTIKEL? Sebrullcsvoemch riten bij hstbereiden van voedsel 7. f Gasinstallaties, met zijnde mobiele bakwagens Bij gebfuik van gasflessen 'm eeninriclifng mag ds werkvoorrsadvan de gevuldeen. fege flessen gezamenlijk nietmeerbedragen dart 115 liter, tenzijbijofkrachtens mig wettelijkvoorschriftandere 'mbepaald 7.1.2Tussengasfles enverbruikstoestel moet deverbinding bestaan mi een metelsn leiding ofuit een goedgekeurdegiveg-siang Deslangen van een gasfles (naar eert verbruikstoestel) moeten indeugdelijke staat verkeren Een gasflesmoet zijnvoorzienvan eenwettelijkeerkend geldigkeurmerk De gasdrufcregefaar vm een gasflesdient van een goedgekeurd type.= -Jß., ", ''S. 'osürters moeien tegen omvallen zijn beschermd. *"">» i?e winters waarin of nabijheid van waar gasftescsen) staan: o moeten op de buitenlucht zijn emntllesn!door middel mn ten minste twee,zover mogelijkuit elkaar liggende, niet afsluitbar ventiaf eopeningeo nabij,of in de vloer; b. mogen in eenomtrek van 3 mster niet worden geplaatst nabij rioolputten,gemeten vanuit het hart van derioolput, trappen en/of openingen die teldentofruimtesonder hetmaaiveld gelsgen, {tefcferfrappert, toekeek,en ventilatieopeningen voor kruipruimten enz) Eengasftessenepsftg moetvoldoen aan ds eisen,zoalsomschreven in deal 15 van depübilcatïeweksgavaarfijkestoffen (PGS 15). 7.2 Bakkramen, niet zijnde mobiele bakwag&ns Een frituurtoestsl is thermisch zodanig beveiligd dat de temperatuur van hef bakrnedium nietboven 20G C kanoplopen. Uitgave VRR

15 7.2.2 Sinnen handbereik van het baktoesie! is een goedgekeurd handbrandblusmidde! (min, 6 kg) mn het geschikt type aanwezig ertvoor ledera bak een passend deksel of een biasdeköf» aanwezig waarmee ds bakken ingeval van brand kunnen worden afgedekt De wanden en hel draagvlak aangrenzend aan het baktoestel dienen onbrandbaar te zijn Vo. : > 3steiling van bakkramen ten opzichte van de omliggende bebouwing gelden dewaabï'sue opsteöingseisen: a. ICook- en bakactiviteitenzijn voor geheelblinde gevels van omliggende bebouwing toegestaan. b. Kook- en bskactlviteiten zijnvoor gevels vanomliggande bebouwing met ramen slechts toegestaan bij en minimaleafstandvan 2meter uit ds gevel,zowel naar links ais naar rechts tos. c. Een bakkraamin ds omgeving vanbrandgevaarlijke materialen is niet toegestaan. Er dienenzodanige maatregel» getroffen te worden,bijvoorbeeld door Het verplaatsenvan dekraam of haf aarsbtanf«van sen isolerende laag, dat ds brandbarematerialen niet hun eigen öftbrandingstemperatuur zullen bereiken. 7.3Ifoèfefe bakmgens De LPG-systemen ten behoeve van kook- en verwarmirtfsdoatelnden in mobiele sakwagerts dienen te voldoen aan dehiervoor geldende voorschriften, Voor de opstelling van bafewagens ten opzichte wan de omliggende bebouwing gelden de volgendeopstellingsessen. 3. voor geheel blinde geïels van omliggende bebouwing is toegestaan. b. voor gevels met rsrrsen van omliggende bebouwing is slechts toegestaanbij een minimale afstand van 5 meteruit de gevel. 7.4Hef oneigenlijke gebruik van LPG-imialiaties Een LPG-installatie die gebruikt wordt voor de tractie wan motorvoertuigen mag niet gebruikt word««oor bak- en braaddoeieinders. Toeliehttng: De functionele eis bij ds gebruiksvoorschriften is dat hst bereiden van voedsel op sen zodanige wijze dient plasts te vinden dat hierdoor geen brandgevaar ontstaat en bij een brand de uitbreiding beperkt Mïjtt. Ten bs^mw van het overzicht en onöerscheid in toepassingen is het artikelin vier onderdelen opgedeeld: 7.1 gasimisëaii&s; algemene voorschriften over gasflessen, gasslartgen, opslag n leidingnet De maximale inhoud van de aanwezig gasflessen is overeenkomstig het Bouwbesluit artikel 7,6. Dit betreft huishoudelijk gebruik. Het geven van voorschriften over bedrijfsmatige opslag vindt pfssts in regelgeving gebaseerd op de Wet milieubeheer, zoals de algamens maatregel van bestuur ex artskei 8.40 van de Wet milieubeheer en in Milieuvergunningen. De bouwregelgeving beperkt zich tot huishoudelijke opslag. In de praktijk kan het voorkomen dat bijvoorbeeld een bakwagsn alleen al om te kunnen functioneren mesr dan de aangegeven maximum hoeveelheid nodig heeft. De reikwijdte van dsz bevoegdheid is bsperm tot gevallen die buiten de werkingssfeer UlfcawVRR ,80

16 vande Wet Milieubeheer vallen, zoals hst aanwezig hebben van meer dan lier dieselolie isn bstoeve van generaforen die tijdens een evenement worden gebruikt Eenvaste metalen leiding heeft minderkans op beschadigingen. Een maximale tersgte van een flexibele slang is aangegevenom deze zsves! mogelijk Inhet zicht tehebbers, om zo weinigmogelijk volume aan gas 'm de slang ie houders na (tijdelijke) stopzetting van het gebruik, om de tens op beschadigingen 20 klein mogelijk fa maken ers het mogelijkwegwerkenachterbetimmeringen te voorkomen Veelal wordt eert maximale levensduur op de slang van 2 of 3 jaar aangehouden. Het producöejaar van de slang «iaat meestal op ds slang zsif. Echter de wijze van gebruik wan de slang is meer maatgevend voor d kwaliteit dm de ouderdom. Het kan voorkomen dal een slangna een jaar al vervangen most worden,vanwege ds slijtage, stoffen of droogte waaraan de slsog blootgesteld is. HetIs dus zaak bij controle vast te steifen ofd slangen en deaansluitingenaf dan niet lekten. In het geval vin een lekkage is hiermee ainptoond ds! de installatie brandgevaartijk is Gasflessen dienen eiks 10 jaar periodiek te worden gekeurd conform de Europese richtlijn Directive 1999/36/EC, ook wel TPED (Transportabia Pressure Equipment Directive) m zowel de toezichthouders als de gebruikers duidelijkheid te bieden wordt een vervangingßtemt n voor de gasdrukregelaar van 5 jaar geadviseerd. 7.1.Slndien de bescherming bestaat uit een afneembare top, moet mze bij niet aangestoten fessen zijn afgeschroefd, 7.2 bakkramen: betreft gpsciete voorschriften met betrekking tot in de inrichting opgestelde kramen waareertbak-of «uortoestelis spfaatsi Behalve een passend deksel orn het baktoestef af te dekken zijner binnen de inrichting / hst bouwwerk voldoende mobiel (vet)(brand) bfusapparafen aanwezig om bij brand' een poging tot blussen te kunnen ondernemen. Artikel 10 an deze werkinstructie geeft hiervoor de voorschriften Het draagvlak onder de bak- en braadtoestellen moet ten minste 0,1 meter tasten de toestellen onbrandbaar zijn (NEN 60SS klasse 2), dart we! zijn bekleed met een onbrandbaar sn de warmte siecht geleidende materiaal. De wanden, in de nabijheid waarvan toestellen zijn geplaatst, moeten 0,30 rrister buiten het toestal op dszeifd wijze zijn bekleed Eenbafckraam is onderdeel van riet brandcompartiment en mag in een tent opgesteld staart, met dien verstande dat de bafckraam bij voorkeur met één zijde aan de tent grenst en tenminste 5 msfer van enige (nood)uitgang is gelegen. 7.3 mobiele bakwagem:specifieke voorschriften ten aanzien van professioneel gebouwde verkoopwagens voorzien van een Lf S-instaflatï e voor bakken «1 braden Hef toepassingsgebied van denpr 2577:2006 beslaat de installatie, het onderhoud en de hsrkeyr van LPS-systsinsn voor gebruik in andere wegvoertuigen. Tevens is deze richtlijn van toepassing voor bak- en fntuurwagens. Ds NPR 2677:2006 is een vertaling van de NEN-EN 1949 (en). Toch Is «en vangnet ingebouwd om tevoorkomen dat tegenstrijdige formuleringen gsfdtre bij conflict tussen denorm en cje richtlijngelat de norm voorschrift. USgawVRR »

17 7.3.2Een bakwagen is onderdeel van hst brandcompartiment. Een bakwagen moet aan de buitenzijde van de tent opgesteld staan gseft aan dat bskwagerra jaarlijks gelceurd dienen ie worden.alsbijlage bij denpris een lijst t.b.v. keuring gasinstallatie van mobiel verwarmingssysteem opgenomen Een bakwagen is onderdeel van te! brandcompartiment. Een bakwagen moet aan de buitenzijde van de tent opgesteld staan, met dien verstande dat de bakwagen met één zijde aart ds buitenzijde van de tent mag grenzen en ten minste 5 meter van enige (nooduitgang moet zijn gelegen. Schematischleidt voorschrift7.3.3 toteen volgendesituatie ; >% rr.eter l ' >5me-iiT > nmm Brandcompartiment Brandcompartiment 1 = tent 2 =bakwagen 7.4 LPG: eert verbod tanks voor autogas, voor propaan en butaan te gebruiken. Het niet raogan gebruiken van tanks voor autogas voor propaan en butaan heeft te maten met hst feit dat deze instaltafss 'dsor niet-deskundigen warden aangepast waardoor ds afname en de vuiinlaat worden verwisseld en de veiligheden (overvulbevehigmg) onklaar werfen gemaakt Hetismogelijk dat dezeftessan doordezelfde 'niet-deskundigen bije-en IPG-statien handmatig wordengevuld met kans opovervuhing C> 80%). Bij 100% vulling betekent 10'C temperatuur- vertraging 8 bar drukverhoging met ksrs ep bollen en scheuren van ds tank en sie gevolgen van dien. Uitgave VRRGS

18 Brandweer voorwaarden behorendbij de APV vergunning Kleine blusmiddelen ARTIKEL in een testeten ruimte moeten voldoende kleine blusmiddelen aanwezig zijn. Het aantal blustoestellen berekent men als volgt: oppervlakte van de besloten ruimte delen door 200, uitkomst naar boven afronden, met een minimum van één blustoestel van minimaal S leg/liter De vergunninghouder moet ereoor zorgen dat bij elke bak- en braacioeatie een draagbaar doeltreffend blustoestel aar'-r- ' % Een draagbaar blustoestel moet vc^r '-»isreen duidelijk zichtbaar en gsrtnaktefïjk bereikbaar zijn aangebracht, voor di?">, bruik gereed zijn en in goede staat van onderhoud verkeren Ten minste eenmaal per twee jaar wordt overeenkomstig NEN 2559:2001, inclusief wijzigingsblad A2: 2004, op- adequate wijze hst nodige onderhoud aan en bij of kracrsteiis wettelijk voorschril aanwezig draagbaar of verrijdbaar blustoestel verricht, en de goedewerking van dat blustoestelgecontroleerd (bouwbesluit artikel1.16) Ma gebruik van een blustoestel moet dit terstond gevuld c.q. vervangen f#orden. Dt geldt ook indien hst blustoestel niet geheel leeg is, Toelichting: -', [/* --. ï -:- i :. * minïbrandsfanghaspels en draagbare blustoestellen, iij een.' o \, - i *. " '-,, veelal niet realistisch zijn om mfftlbrafidsfaghsspels te eisen, l r --.. > ' rijnclan een goed alternatief, v -r - K ' trein zal via maatwerk trt voldoende blusmiddelen moeten W-XGU-A *^TZ\~C. De ; j.i.regei voor esn aanvaardbare loopafstand is een afstand van maximaal 50 meter tot het blusmiddel. Uitgave VRR

19 Brandweer voorwaarden' behorend bij. deapv vergunning ',.'. it IS AfVaf 16.1 Afval most dagelijks worden verzameld in velg opgestelde ers _ - V. " jften containers Asbakken moeten regelmatig worden geleegd In afsluitbare asverzamelaars van onbrandbaar materiaal Ds inhoud van dsze as-verzamelaars r«a slechts In onbrandbare vaten, dis van een deksel zijn voorzien, worden gedeponeerd De aanwezige asbakkan, papierbakken en/of afvalbakken moeten van onbrandbaar materiaal zijnvervaardigd, indien de aard wan het evenementdaaraanleiding toe geeft oor iedere voorstelling moet de ruimte onder de tribunes van papier en ander afval zijn ontdaan. \Mgam VRR 0S

20 <Vl:>- Brandweer voorwaarden behorendbij dsapv vergunning ARTIKEL 1? Gelijicwaariig hekf en algemene voorschriften: 17.1 indien nietisvoldaan aarsenig voorschrift, gegeven bijofkrachtens deze artikelen mn de wreritiostractie (bfand)veiligheid ewenemsnten, moet de inrichting een mate van veiligheid bieden die ten minste gelijk is aan de mate sn vettigheid die is beoogd met het desbetreffende bij of krachtens ds in deze artikelen gegeven voorschriften. Het college van burgemeester en wethouders van de gemesnte zal moeten beoordelenof een toereikende veiligheid «wirft bewerkstelligd 17.2 Indien toepassing is ga s*^i ÏC-I het eerste ld en het betreffende voorschrift tevens valt te herleidenlotowerwc ^~;s. wan gezondheid, moeten dis overwegingen daarbij In leri minste dezelfde mate in ach! zijn genomen, 17.3 In hel belang van het voerkomen, beperken en bestrijden van brand, hef beperkenvan brandgevaar en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand moet zijn voldaan aan de bepalingen van de gemeentelijke Braiicfbeveiftgirigsverercisriirtg en aan het Bouwbesluit, 17.4 Be inrichting most geschieden overeenkomstig ds goedgekeurde (situatie-) tekening{en) Er is door de VRR, afdeling brandveiligheid, niet qetoetst OD de constructieve veiligheid Ais aanwijzingen gegeven door of namens het bevoegd gezag inhet belang van de (brand)veiiigheid, moeten direct wordenopgevolgd Indien het evenement in een gebouw gehouden wordt : --c,'- > gebruiksvergunning of gebruiksmeldbg is afgegeven, zijn de gebruiksei; - u «.._, -, s -, deze gebruiksvergunning of gebruïlcsmeicling onverkort va' ""-''. Vergunninghouder dient zich opelshoogte ts stellenvan de inhoud hls «,«,,».,>, te handelen. Uitga'«VRR