O N T W E R P. STATUTENWIJZIGING (Stichting Openbaar Basisonderwijs West-Brabant) pagina - 1 -

Transcriptie

1 Stoktstraat 2, Horst Postbus AB Horst Tel Fax KvK nummer O N T W E R P MT 20/oktober/2010 pagina STATUTENWIJZIGING (Stichting Openbaar Basisonderwijs West-Brabant) Vandaag, +, verschijnt voor mij, mr. Martijn Jarig Tolsma, notaris te Horst aan de Maas: +, handelend als schriftelijk gevolmachtigde van het bestuur van de stichting: Stichting Openbaar Basisonderwijs West-Brabant, statutair gevestigd te Roosendaal, feitelijk gevestigd te 4708 AJ Roosendaal, Vijfhuizenberg 157, ingeschreven in het handelsregister van de Kamers van Koophandel onder nummer Van de volmacht blijkt uit notulen die aan deze akte zijn gehecht. De voormelde stichting wordt hierna ook genoemd: de stichting. De verschenen persoon verklaart vooraf het volgende. INLEIDING 1. De stichting werd opgericht bij akte verleden op achtentwintig juli tweeduizend vier voor een waarnemer van mr. G.H.H.J. Janssen, notaris te Rotterdam. 2. De statuten zijn na de oprichting niet gewijzigd. 3. In de vergadering van het bestuur van de stichting, heeft het bestuur op + besloten tot wijziging van de statuten. Bij het besluit kreeg de verschenen persoon volmacht om deze akte te ondertekenen. Volgens de wet en de statuten is voor het besluit tot statutenwijziging goedkeuring vereist van: - de Raad van Toezicht, zoals vastgelegd in de Gemeenschappelijke regeling Raad van Toezicht Openbaar Basisonderwijs West-Brabant, welke goedkeuring is verleend op +; - de gemeenteraad van Roosendaal, welke goedkeuring is verleend op +; - de gemeenteraad van Halderberge, welke goedkeuring is verleend op +; - de gemeenteraad van Moerdijk, welke goedkeuring is verleend op +; - de gemeenteraad van Rucphen, welke goedkeuring is verleend op +; Van de goedkeuringen blijkt uit vijf aan deze akte gehechte bijlagen. 4. Het besluit tot statutenwijziging werd overeenkomstig de statutaire voorschriften (artikel 20) genomen. De notulen van dit besluit zijn aan deze akte gehecht. STATUTENWIJZIGING Ter uitvoering van het besluit worden de statuten geheel gewijzigd en luiden zij voortaan als volgt: NAAM EN ZETEL Artikel De stichting draagt de naam: Stichting Openbaar Basisonderwijs West- Brabant. 1.2 De stichting heeft haar zetel in de gemeente Roosendaal. BEGRIPSBEPALINGEN

2 pagina Artikel 2 In deze statuten wordt verstaan onder: a. gemeente: de gemeente die de instandhouding van de openbare school of scholen als opgenomen in de lijst onder c. van dit artikel, aan de stichting heeft overgedragen; b. raad van toezicht: het gemeenschappelijk orgaan als bedoeld in de gemeenschappelijke regeling toezicht openbaar primair onderwijs vastgesteld op acht juli tweeduizend vier; c. de scholen: 1. De Singel te Roosendaal; 2. De Gezellehoek te Roosendaal; 3. De Klimroos te Roosendaal; 4. De Rietgoor te Roosendaal; 5. De Wingerd te Roosendaal; 6. De Baayaert te Wouw; 7. Ziezo te Roosendaal; 8. De Regenboog te Oudenbosch; 9. De Linde te Oud-Gastel; 10. Willem de Zwijger te Willemstad; 11. De Clundert te Klundert; 12. De Springplank te Fijnaart; 13. De Boemerang te Zevenbergen; 14. Het Palet te Rucphen; 15. De Windhoek te Terheijden; 16. 't Klaverblad te Drimmelen. DOEL EN MIDDELEN Artikel 3 De stichting heeft ten doel het geven van openbaar onderwijs aan de scholen die onder haar gezag vallen, met inachtneming van artikel 46 van de Wet op het primair onderwijs. Om het doel te verwezenlijken kan de stichting gebruik maken van alle daaraan dienstbare middelen. DUUR EN BOEKJAAR Artikel De stichting is opgericht voor onbepaalde tijd. 4.2 Het boekjaar valt samen met het kalenderjaar. ORGANISATIE VAN DE STICHTING Artikel 5 De stichting kent een bestuur. De raad van toezicht is belast met het houden van toezicht. BESTUUR Artikel De stichting kent een bestuur dat bestaat uit een oneven aantal door het bestuur te bepalen leden van minimaal vijf en maximaal zeven. 6.2 Bestuursleden worden benoemd, geschorst en ontslagen door de raad van toezicht. 6.3 De raad van toezicht benoemt, indien het bestuur bestaat uit vijf leden:

3 pagina twee leden op voordracht van de oudergeleding van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad; - een lid op voordracht van de personeelsgeleding van de gemeenschappelijk medezeggenschapsraad; - twee leden op voordracht van het bestuur. 6.4 De raad benoemt, indien het bestuur bestaat uit zeven leden: - drie leden op voordracht van de oudergeleding van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad; - een lid op voordracht van de personeelsgeleding van de gemeenschappelijk medezeggenschapsraad; - drie leden op voordracht van het bestuur. 6.5 Bij de benoeming van bestuursleden wordt rekening gehouden met de spreiding over het werkgebied van de stichting. 6.6 Het bestuur stelt bij reglement een procedure vast voor de voordracht als bedoeld in vorig lid en zendt dit reglement ter kennisgeving aan de raad van toezicht. 6.7 De reden van het bestuur onderschrijven de doelstelling van de stichting en respecteren de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. 6.8 Personen die in dienst zijn van de stichting kunnen geen lid van het bestuur zijn. 6.9 Het lidmaatschap van het bestuur is onverenigbaar met het lidmaatschap van een medezeggenschapsorgaan van de stichting. 6.10Een lid van het bestuur mag niet: a. als advocaat, procureur, gemachtigde of adviseur in geschillen werkzaam zijn ten behoeve van de stichting dan wel ten behoeve van de wederpartij van de stichting; b. als gemachtigde of als adviseur werkzaam zijn ten behoeve van derden tot het aangaan van collectieve arbeidsovereenkomsten met de stichting of in die hoedanigheid deelnemen aan het decentraal georganiseerd overleg; c. als gemachtigde of als adviseur werkzaam zijn ten behoeve van derden tot het aangaan van overeenkomsten met de stichting als bedoeld in onderdeel d; d. rechtstreeks of middellijk een Overeenkomst aangaan betreffende: 1 e. het aannemen van werkten behoeve van de stichting; 2 e. het buiten dienstbetrekking tegen beloning verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de stichting; 3 e. het doen van leveranties aan de stichting; 4 e. het verhuren van roerende zaken aan de stichting; 5 e. het verwerven van betwiste vorderingen ten laste van de stichting; 6 e. het van de stichting onderhands verwerven van onroerende zaken of beperkte rechten waaraan deze zijn onderworpen; 7 e het onderhands huren van de stichting; e. lid zijn van de raad van toezicht. 6.11Het bestuur kan zich in zijn vergaderingen door deskundigen met adviserende stem laten bijstaan Indien in het bestuur, om welke reden dan ook, een of meer bestuursleden MT - (akte: 31371)

4 pagina ontbreken, dan vormen de overblijvende bestuursleden niettemin een wettig bestuur. ZITTINGSPERIODE Artikel Leden van het bestuur worden benoemd voor vier jaar. De leden kunnen na afloop van hun zittingsperiode terstond, maar maximaal twee maal, worden herbenoemd. Herbenoeming betekent niet ipso facto herbenoeming in een functie. 7.2 Het bestuur stelt een rooster van aftreden vast. 7.3 In een vacature wordt zo spoedig mogelijk voorzien. 7.4 Een lid van het bestuur dat tussentijds is benoemd, neemt op het rooster van aftreden de plaats in van degene in wiens plaats hij is benoemd. SCHORSING EN ONTSLAG Artikel De raad van toezicht kan een bestuurslid dat naar zijn oordeel in ernstige mate door doen of nalaten afbreuk doet aan het functioneren van het bestuur, voor maximaal vier maanden schorsen of ontslaan. In geval van schorsing maakt de raad van toezicht zijn beslissing schriftelijk en met vermelding van de gronden en de gevolgen kenbaar aan het betrokken bestuurslid. 8.2 Het bestuur kan overeenkomstig het voorafgaande lid een bestuurslid schorsen, mits daartoe wordt besloten met twee derde meerderheid van stemmen. 8.3 Het bestuur onderwerpt het besluit onverwijld aan het oordeel van de raad van toezicht, die zo spoedig mogelijk daarop beslist of hij de schorsing al dan niet bevestigt. De schorsing geldt dan als door de raad van toezicht besloten. 8.4 Wanneer de raad van toezicht de schorsing als in het voorafgaande lid bedoeld bevestigt, wordt de schorsingstermijn geacht te zijn ingegaan op het moment van het bestuursbesluit daartoe. EINDE BESTUURSLIDMAATSCHAP Artikel 9 Het bestuurslidmaatschap eindigt door: a. het eindigen van de periode waarvoor een lid is benoemd; b. verklaring in staat van faillissement, c. verlening van surséance van betaling; d. ondercuratelestelling; e. ontslag door de raad van toezicht; f. opzegging; g. overlijden. TAAK EN BEVOEGDHEID BESTUUR Artikel Het bestuur is belast met het besturen van de stichting, 10.2 Het bestuur oefent met uitzondering van de besluitvorming over de op heffing van een openbare school alle taken en bevoegdheden uit van het bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet op het primair onderwijs Het bestuur is bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen, met

5 pagina inachtneming van het bepaalde in artikel 106 Wet op het primair onderwijs Het bestuur regelt in een bestuursreglement de taken en bevoegdheden van de algemene directie. TAAKVERDELING Artikel 11 Het bestuur kiest uit zijn midden voor een periode van vier jaar een voorzitter, een vice-voorzitter en een penningmeester. VERTEGENWOORDIGING Artikel 12 Het bestuur vertegenwoordigt de stichting in en buiten rechte. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt bovendien toe aan de voorzitter tezamen met een ander bestuurslid en, bij ontstentenis van de voorzit ter, aan de vice-voorzitter tezamen met een ander bestuurslid. VERGADERFREQUENTIE Artikel Het bestuur vergadert ten minste vier maal per jaar en voorts zo dikwijls als dat door de voorzitter dan wel ten minste twee leden van het bestuur nodig wordt geoordeeld De voorzitter draagt er zorg voor dat de oproepingen en vergaderstukken, spoedeisende gevallen uitgezonderd, ten minste tien dagen voor de dag van de vergadering aan de leden wordt toegezonden De voorzitter draagt zorg voor een Openbare kennisgeving van de vergadering, tegelijkertijd met de oproeping. Hij geeft daarbij aan op welke plaats agenda en bijbehorende stukken ter inzage liggen Ieder lid van het bestuur kan ter vergadering voorstellen een onderwerp aan de agenda toe te voegen. Het bestuur beslist over dit voorstel Een maal per jaar beoordeelt het bestuur het eigen functioneren. QUORUM Artikel Een vergadering vindt geen doorgang als niet ten minste de helft van het aantal zittende leden aanwezig is Indien een vergadering op grond van het eerste lid geen doorgang vindt, belegt de voorzitter binnen veertien dagen een nieuwe vergadering Indien op grond van het bepaalde in het tweede lid een nieuwe vergadering is belegd, beraadslagen en besluiten de aanwezige leden over de onderwerpen die voor de eerste vergadering waren geagendeerd, ongeacht het aantal leden dat aanwezig is. BESLUITVORMING Artikel Bestuursleden handelen en stemmen zonder last of ruggespraak Tenzij de statuten anders bepalen worden alle besluiten genomen bij meerderheid van stemmen. Blanco stemmen gelden als niet uitgebrachte stemmen Over personen wordt schriftelijk gestemd, over zaken mondeling Indien de stemmen staken bij een stemming anders dan over een benoeming, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen MT - (akte: 31371)

6 pagina Wordt bij een stemming over personen, een benoeming betreffende, de vereiste meerderheid niet verkregen, vindt op een door de voorzitter te bepalen tijdstip herstemming plaats tussen de personen die de meeste stemmen op zich verenigd hebben. Indien bij deze stemming de stemmen opnieuw staken, beslist terstond het lot. OPENBAARHEID VAN VERGADERINGEN Artikel De vergaderingen van het bestuur zijn openbaar De vergadering wordt besloten gehouden indien (en minste twee van de leden daarom verzoeken of indien de voorzitter dit nodig acht. Het bestuur beslist vervolgens op grond van de aard van de aan de orde zijnde aangelegenheid of met gesloten deuren zal worden vergaderd. Het in artikel 17.1 bepaalde is van toepassing 16.3 Van een besloten vergadering wordt een afzonderlijk verslag opgemaakt, dat niet openbaar wordt gemaakt, tenzij het bestuur anders beslist. GEHEIMHOUDING VAN STUKKEN Artikel Het bestuur kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur (Staatsblad negentienhonderd eenennegentig, nummer zevenhonderd-drie (703)) omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan het bestuur worden overlegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt ter vergadering opgelegd De opgelegde geheimhouding wordt zowel door degenen die bij de behandeling aanwezig waren als door degenen die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen, totdat het bestuurde geheimhouding opheft De voorzitter kan omtrent de inhoud van stukken voorlopige geheimhouding opleggen. De verplichting tot voorlopige geheimhouding ver valt, indien zij niet in de eerstvolgende vergadering door het bestuur wordt bekrachtigd. BESTUURSREGLEMENT Artikel 18 Het bestuur stelt een bestuursreglement vast, dat geen bepalingen mag bevatten in strijd met deze statuten. FINANCIËN EN VERSLAGLEGGING Artikel Het bestuur biedt jaarlijks vóór één december de begroting van de baten en lasten met toelichting voor het komende jaar en vóór één juni de rekening van het afgelopen jaar ter goedkeuring aan de raad van toe zicht aan. De rekening gaat vergezeld van een door het bestuur aangewezen registeraccountant opgestelde verklaring. De goedkeuring strekt het bestuur tot decharge Het bestuur brengt jaar tezamen met de jaarrekening aan de raad van toezicht verslag uit over de werkzaamheden, waarbij in ieder geval aandacht wordt geschonken aan de wezenskenmerken van het openbaar

7 pagina onderwijs Bij de jaarrekening wordt melding gemaakt van het bedrag dat bestuursleden gezamenlijk als vergoeding ontvingen. Het bestuur maakt dit verslag openbaar Indien voor één februari van het jaar waarvoor de begroting geldt, deze niet is goedgekeurd, neemt de raad van toezicht de maatregelen die hij noodzakelijk acht om de continu van het onderwijsproces te waarborgen Besluiten van het bestuur tot wijziging van de begroting vergen de goedkeuring van de raad van toezicht. STATUTENWIJZIGING EN ONTBINDING Artikel Het bestuur is bevoegd tot het wijzigen van de statuten Het bestuur behoeft voor iedere wijziging van de statuten de goedkeuring van de raad van toezicht en de gemeenteraden De raad van toezicht is bevoegd in geval van ernstige taakverwaarlozing door het bestuur of door functioneren in strijd met de wet, de instandhouding van de scholen aan een andere rechtspersoon over te dragen die bevoegd is tot instandhouding van een openbare school en de stichting te ontbinden. +De raad van toezicht beschikt niet over de in de aanhef van de vorige volzin bedoelde bevoegdheid gedurende de eerste vijf jaar na de datum van oprichting van de stichting Het besluit van de raad van toezicht als bedoeld in voorgaand lid treedt niet eerder in werking dan tenminste één jaar nadat de raad van toe zicht het bestuur van zijn besluit in kennis heeft gesteld Het bestuur draagt ter uitvoering van het besluit van de raad van toezicht zoals bedoeld in het voorafgaande lid de instandhouding van de betrokken school over aan de door de raad van toezicht te bepalen rechtspersoon. VEREFFENING Artikel Bij ontbinding van de stichting is het bestuur belast met de vereffening, tenzij de raad van toezicht anders besluit Gedurende de vereffening blijven deze statuten van kracht, voor zover dat met de vereffening verenigbaar is. De vereffenaars leggen rekening en verantwoording af aan de raad van toezicht De vereffenaars doen aan de registers waar de stichting is ingeschreven, opgaaf van hun optreden als zodanig en over de gegevens over zichzelf die van een bestuurder worden verlangd De vereffenaars besteden hetgeen na voldoening der schuldeisers van het vermogen van de ontbonden stichting is overgebleven zoveel mogelijk overeenkomstig het doel van de stichting. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN Artikel 22 In alle gevallen de stichting betreffende waarin deze statuten niet voorzien, beslist het bestuur. SLOTVERKLARING Het bestuur van de stichting is zich ervan bewust dat de statuten vóór een augustus tweeduizend elf moeten zijn aangepast aan de sinds een augustus MT - (akte: 31371)

8 pagina tweeduizend tien geldende Wet op het primair onderwijs, gelet op de "Wet goed onderwijs, goed bestuur" die op die datum in werking is getreden. SLOT Deze akte is opgemaakt te HORST AAN DE MAAS op de datum als in het begin van deze akte is vermeld. De verschenen persoon is aan mij, notaris, bekend. Haar identiteit is door mij, notaris, vastgesteld. De inhoud van de akte is aan de verschenen persoon opgegeven en toegelicht. Zij heeft verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen en met de inhoud van de akte in te stemmen. Zij heeft tijdig voor het ondertekenen van de akte een ontwerp van deze akte ontvangen. Zij is gewezen op de gevolgen die uit de akte voortvloeien. Deze akte is beperkt voorgelezen en onmiddellijk daarna ondertekend door de verschenen persoon en vervolgens door mij, notaris.