Hoofdcategorieen. Hoofdindeling der polymeren.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hoofdcategorieen. Hoofdindeling der polymeren."

Transcriptie

1 Samenvatting VEK H1 Inleiding Polymeren bestaan uit zeer grote moleculen met molmassa's van 10_4 tot meer dan 10_6 g/mol. Dit in tegenstelling tot laagmoleculaire stoffen als suiker, met massa's in de orde van 100 g/mol. Polymeren kunnen worden verkregen uit carbochemisch of petrochemisch gevormde verbindingen, hierbij is de onverzadigdheid van groot belang. Er moeten dubbele bindingen aanwezig zijn die kunnen omklappen. Polymeeropbouw kan ook plaatsvinden uit verzadigde monomeren door condensatie van een carbonzuur met een alcohol onder afsplitsing van water. Kunsstoffen zijn meestal polymeren (macromoleculaire stoffen) + toevoegingen. Toevoeging kan polymeer zijn maar ook vulstof. Vulstoffen heb je ten behoeve van verwerking (zwavel voor vulcanisatie), tbv mechanische verwerking (weekmakers voor PVC) of tbv andere eigenschappen (uv-stabilisatoren en antistatica). Hoofdcategorieen. Qua ketenbouw kunnen twee soorten polymeren worden onderscheiden. 1) Enkelvoudige ketens zijn lineaire macromoleculen, al komen ze nooit in volledig gestrekte vorm voor maar altijd als een ijle kluwen. 2) Netwerken, hierbij zijn ketens door sterke primaire chemische verbindingen met elkaar verknoopt. Eigenlijk is een netwerk een groot molecuul. Netwerken kunnen worden gevormd : a) door bruggen tussen enkelv. ketens aan te brengen; dit is het geval bij vulcanisatie van rubber met bijv. zwavel. b) door tweewaardige met drie-(of meer-)waardige componenten te laten reageren. Bij netwerken treden er wel verschuivingen op maar is er geen vloei mogelijk. Tijdelijke netwerken kunnen worden gevormd door fysische interacties tussen de ketens; bij temp. verhoging verdwijnen ze en kunnen ketens tov elkaar bewegen, zoals bij semi-krist. polymeren en thermopl. rubbers. Hoofdindeling der polymeren. Thermoplasten zijn onvernette systemen die vloeibaar worden bij temp. verhoging en die na afkoeling weer vaste vorm aannemen. Synthetische rubbers zijn analoog aan thermopl. maar verkeren in zachte verweekte toestand. Ze vertonen vloei, maar na vernetting door vulc. zijn ze vormvast. Thermoharders, daarvan vindt de uitharding vaak bij hogere temp. plaats. Fijnmaziger netw. dan gevulc. rubbers, vertoont geen vloei.

2 Belangrijkste kunststoffen Thermoplasten; Polyetheen (PE) is vrij zacht en taai kristallijn polymeer verkrijgbaar in drie typen. LDPE, HDPE en LLDPE. Dichtheid varierend tussen 0,92 en 0,95 g/mol. Stijfheid neemt toe bij toenemende dichtheid. Toepassing vooral in kratten, flessen ed. Polypropeen (PP) lijkt op PE maar is iets harder en stijver dan HDPE. Verzadigde keten. Ook kristallijn en lage slagsterkte bij lagere temp. Vaak gemodificeerd met rubber. Veel gebruikt in vezels, kratten buizen. Polyvinylchloride (PVC) is hard amorf polymeer. Verzadigde keten. Wordt ook wel rubber aan toegevoegd ter verbetering van de slagsterkte. Weker materiaal door toevoeging van weekmakers. Toepassing in buizen kabels ed. Weke vorm vooral in slangen ed. Polystyreen (PS) amorf zeer hard polymeer. Verzadigde keten. Vaak gemengd of gecopolymeriseerd door toevoeging van rubber ter verbetering van slagsterkte. Onveranderd PS wordt toegepast als schuim (piepschuim). Slagvast PS voor huish. artikelen ed. Polymethylmethacrylaat (PMMA) beter bekend als perspex of plexiglas. Verzadigde keten. Amorf, vrij hard en transparant polymeer. Polyamide (PA) bekend als nylon. Verzameling polymeren die in ketenopbouw verschillen en onderscheidden worden naar aantal koolstofatomen in de keten (PA-6, PA-11 ed.). PA zijn kristallijne polymeren met hoge smeltpunten. Niet al te hoge stijfheid die snel daalt bij hogere temp. Zeer goede slagsterkte, vooral door de mogelijkheid veel water op te nemen. Goede slijtageweerstand en lage wrijving maken PA's zeer geschikt voor technische toepassingen Polyoxymethyleen(POM) is een kristallijn polymeer, uitstekende mechanische eigenschappen beter dan metalen. Polycarbonaat (PC) is tot ca. 140 C een amorf glasachtig transparant polymeer met zeer goede mech. eigenschappen. Vooral slagsterkte is zeer hoog. Goed voor glasvervangende toepassingen en voor technische metaalvervangende toepassingen. Polyetheentereftalaat (PETP) behoort tot polyesters en wordt net zoals nylon vaak als textielvezel toegepast. Toepassingen PET-fles. Kristallijn polymeer. Polyimide (PI) groot temp. traject voor praktisch gebruik. Zeer duur en zeer uitz. eigenschappen dus vooral voor ruimtevaart ed.

3 Polytetrafluoretheen (PTFE) bekend als Teflon, heeft zeer hoog smeltpunt(327) en goede bestandheid tegen chemicalien en heeft zeer lage wrijving. Mechanisch zwak, moeilijke vormgeving en duur. Verzadigde keten. Toepassingen pannen, lagers buizen ed. Thermoharders Fenol-formaldehyde (PF) eerste synthetische macromoleculaire stof (Bakeliet). Vrijwel altijd gemengd met vulstoffen en is als perspoeder of massa geschikt voor vormgevingprocessen. Toepassing in schakelaardozen ed. Epoxyhars (EP) moet met een tweede component, de harder, gemengd worden om de uithardingsreactie te ondergaan. Epoxy/glasvezel combinaties vinden toepassingen als polyester/glas maar zijn duurder. Epoxy wordt ook gebruikt in lakken en lijmen en giethars. Polyurethanen (PU) thermohardende variant wordt vooral gebruikt als schuim voor thermische isolatie. Synthetische rubbers Styreen-butadieen rubber (SBR) belangrijkste rubber. Copolymeer waarin rubberkarakter overheerst. Vulc. vindt plaats met zwavel, versterking met roet. Toepassing in autobanden. Niet voor grote banden ivm warmteontwikkeling (hysteresis). Butadieenrubber (BR) munt uit in slijtvastheid en lage demping, maar is onverdund te springerig voor gebruik in autobanden. Thermoplastische rubbers of thermoplastische elastomeren (TPE's) worden gekenmerkt door de uitzonderlijke eigenschap dat ze zich zonder vulc. toch als vernette rubbers gedragen. Blok-copolymeren waarin soortgelijke blokken elkaar opzoeken en harde domeintjes vormen, die als bruggen tussen de rubberketendelen fungeren. Bij verwarming boven verwekingspunt van de harde deeltjes verliezen ze hun samenhang zodat vloei mogelijk wordt en materiaal als thermoplast bewerkbaar is. Naast SBS zijn er vele ander TPE's. Polyurethaanrubber (PUR). Evenals thermoh. heeft PU een plaats onder de synth. rubbers en wel als zachte versie. Vaak als schuim verwerkt.

4 Samengestelde kunststoffen Mengsels van polymeren worden op toenemende schaal vervaardigd en toegepast. Meestal niet in elkaar oplosbaar dus karakter van dispersie. Dispersie van rubberdeeltjes ter verhoging slagsterkte bijv. Versterking met deeltjes als krijt en kwarts. Versterking met korte glasvezels wordt toegepast bij thermoplasten en harders. 3-5 keer stijfheid en 1,5-2 keer sterkteverhoging Gewapende kunststoffen bevatten vaak continue versterkingsvezels, mechanische eigenschappen worden meest door de wapening bepaald. Schuimen worden vervaardigd van thermoplasten, harders en rubbers. H 2 Moleculaire opbouw 2.1 blz Ketenlengte en -verdeling De ketenlengte kan worden uitgedrukt als polymerisatiegraad P (aantal monomeren in de keten), of, meestal, als molmassa in g/mol. Een voorbeeld : PE met P van 5000 heeft molmassa M=5000(2C+4H)=5000(24+4)= Van een bepaald type polymeer worden vaak diverse typen vervaardigd met grote verschillen in M. Elke opgegeven waarde voor M is dus een gemiddelde. Aantalgemiddelde Mn=Sommatie n*m (met S n =1) Gewichtsgemiddelde Mw= wi*mi Algemene karakterisering v/d molmassa z-gemiddeldez-gemiddelde Mz=S wi*mi2/s wi*mi=s ni*mi3/s ni*mi2 n= aantalfractie w= gewichtsfractie z= z-fractie D=Mw/Mn eenvoudige maat voor spreiding in ketenlengte. blz. 31 voor berekening distributie van een mengsel. Polymeren die in hetzelfde proces bereid worden hebben meestal redelijk dezelfde dispersiegraad.

5 Polymeereigenschappen worden sterk beinvloed door hun molmassa en de verschillende gemiddelden. - Het aantalgem. Mn, is de massa van een gram polymeer gedeeld door het aantal ketens. Mn wordt dus bepaald door het aantal ketens en dus door het aantal ketenuiteinden (afgezien van vertakkingen). Brosse scheurvorming gaat makkelijker naarmate de scheur minder ketens hoeft de breken en meer keteneinden tegenkomt. Alle eigenschappen waarbij brosse scheurvorming een rol speelt zoals slagsterkte ed. hangen af van Mn. - Het gewichtsgem. Mw is voor de praktijk het meest voor de hand liggend. Mw is verantwoordelijk voor de viscositeit in gesmolten toestand dus van groot belang voor de verwerkbaarheid. - als derde is er Mz. Mz (en dan in hert bijzonder Mz+1) houdt veel meer rekening met de lange ketens dan met de korte. Een eigenschap waarbij de lange ketens grote invloed hebben is de smeltelasticiteit. Ketenlengteverdeling p is omzettingsgraad. P=1/1-p is aantalgemiddelde dus Pn (polymerisatiegraad) Gewichtsgemiddelde Pw= 1+p/1-p Bepalingsmethoden Het aantalgemiddelde Mn kan in principe bepaald worden door het aantal moleculen in een gram polymeer te tellen.. Dit gebeurt door colligatieve eigenschappen van het polymeer in oplossing te meten. Die eigenschappen zijn : - dampspanningsverlaging - vriespuntsverlaging - kookpuntsverhoging - osmotische druk dit is het drukverschil tussen oplossing en oplosmiddel aan weerszijden van een semi-permeabel membraan. Voor bepaling van Mw is lichtverstrooiing de standaardmethode. Zeer bewerkelijke en moeilijke methode. Alleen voor absolute bepalingen van Mw. Hogere gemiddelden worden bepaald mbv sedimentatiemetingen aan oplossingen in een ultracentrifuge. Metingen leveren Mw en Mz. Intinsieke viscositeit volgens Mark-Houwink relatie : eta=k M_a met k en a constanten Smeltindex (melt -flow index) is een ruwe maat voor molmassa van sommige polymeren. Molmassaverdeling MMV Oudste methode om MMV te bepalen is fractioneren. In sommige oplosmiddelen zijn korte ketens makkelijker oplosbaar dan lange. Modernere methode is GPC, gel-permeatiechromatografie. Een polymeeroplossing wordt geleid over een kolom met poreuze korrels. De doorgangssnelheid hangt af van de lengte van de ketens.

6 2.3 Ketenregelmaat `Polymeerketens zijn over het algemeen regelmatig opgebouwd, doch er zijn enkele variaties mogelijk. Achtereenvolgens zullen we bekijken : aansluiting van monomeren, plaatsing van zijgroepen, rangschikking van dubbele binding, vertakkingen en copolymeerstructuur. - aansluiting van monomeren kan als kop-staart of als kop-kop - plaatsing van zijgroepen kan regelmatig of onregelmatig zijn. - alle R's aan een kant, isotactisch - alle R's om en om geplaatst, syndiotactisch - onregelmatig, atactisch Bij gewone polymerisaties worden meest atactische ketens gevormd. Voor de opbouw van iso- en syndiotactische ketens is speciaal katalysatorsysteem nodig, bijv. Ziegler-Natta katalysatoren. Men spreekt dan van stereospecifieke polymerisatie. Dit maakt het oa mogelijk om technisch bruikbaar PP en onvertakt PE te maken. Met metallocenen-katalysator kunnen ketens naar maat worden opgebouwd, met zeer grote ketenregelmaat. - rondom dubbele binding in de hoofdketen kan deze twee configuraties vertonen. Dat zijn de cis- en trans(tegenover elkaar)-configuratie. - vertakkingen verstoren de ketenregelmaat als ze op wilekeurige plaatsen langs de keten voorkomen. Vooral bij PE zijn er vele varianten. - sterk vertakt met onregelmatige zijtakken (LDPE) - weinig vertakt (HDPE)+ - sterk vertakt doch regelmatiger (LLDPE) - bij copolymerisatie ontstaan onregelmatige ketens als de volgorde van de bouwstenen onregelmatig is, men spreekt dan van een random copolymeer. Voorbeeld is SBR. Blokcopolymeren hebben regelmatiger opbouw zoals thermopl. rubbers en entcopolymeren (ABS) 2.4 Ketenconformaties Polymeerketens liggen vrijwel nooit gestrekt maar vaak gekluwd door hun flexibiliteit. Zeer eenvoudig model is bol. r0 is eindpuntsafstand wat een sterk fluctuerende statistische grootheid. Vereenvoudigde formule voor r0_2=n*b_2 waarin b de effectieve bindingsafstand is, n houden we constant als aantal primaire schakels.b/b0 is karakteristieke ketenstijfheid. Deze is 2_1/2 voor ongehinderde rotatie van c-c keten en >2_1/2 bij gehinderde rotatie. Kluwendichtheid kan geschat worden aan de hand van f0=1/n_1/2, waaruit blijkt dat kluwens zelfs in het centrum zeer ijl zijn. Ketenkluwens zijn sterk in elkaar verweven; in elk volume-element bevinden zich ketendelen van honderden ketens.

7 2.5 Ketenflexibiliteit De flexibiliteit van een keten wordt bepaald door de draaibaarheid van de hoofdketens en door de beinvloeding door zijgroepen. Draaibaarheid van hoofdketens wordt beperkt door potentiaalbarrieres. Dubbele en driedubbel c-c verbindingen zijn niet draaibaar, de draaibaarheid van de ernaast liggende enkele verbindingen wordt er echter sterk door vergroot. Zijgroepen hebben grote invloed door bijv. sterische hindering. Het effect van rotatiebelemmering is grotere waarde voor b/b0, dus van de effectieve kluwendiameter (r0). Ketenflexibiliteit heeft grote invloed op glasrubberovergangstemp. en smeltpunt. 2.6 Keteninteracties Tussen ketendelen treden interactiekrachten op, de secundaire bindingskrachten, die aanzienlijk kleiner zijn dan de primaire chemische bindingen waaruit de ketens zijn opgebouwd. Er zijn diverse soorten. - dipoolbindingen ; interactiekrachten hangen af van 1/r_3 en ietsjes van de temperatuur. Maat is dipoolmoment. - permanente dipool - geinduceerde dipoolontstaat als naburige neutrale groep tijdelijk gepolariseerd wordt. - dispersiekrachten ontstaan door toevalsfluctuaties in de ladingsverdeling van geheel apolaire groep tgv omloop van electronen. Ook wel London-Van der Waals krachten, vormen belangrijkste interactiekrachten. -waterstofbruggen treden op tussen ketens. Relatief sterke bindingen. Consequenties van keteninteracties zijn voornamelijk ligging van glas-rubber overgangstemp. en smeltpunt. 2.7 Vernetting De belangrijkste karakteristiek van een netwerk is de maaswijdte, die samenhangt met de vernettingsgraad. Definitie van vernettingsdichtheid : rho=aantal verbonden eenheden/totaal aantal eenheden. Deze grootheid ligt tussen 0-1 en is laag voor gevulc. rubbers en veel hoger voor thermoharders. Vernetting komt over het algemeen tot stand door chemische bindingen tussen ketens aan te brengen; het netwerk is dan stabiel, zoals bij : - zwavelbruggen bij rubbers - polystyreenketens bij onverzadigde polyesters - tweewaardige met drie-(of meer)waardige componenten - vernetting door bestraling - andere brugvormers zoals peroxyden

8 Daarnaast bestaat er ook fysische vernetting: - kristallisatie - domeinvorming bij blokcopolymeren - tijdelijke verknoping, die bij ongevulc. rubbers en vloeibare thermopl. rubberachtig gedrag teweeg brengt. H 3 Glastoestand en glas-rubber overgang 3.1 Glastoestand In het normale schema 'vast-vloeibaar' is de vaste stof kristallijn en gaat bij het smeltpunt Tm over in de vloeibare fase. Deze overgang gaat bijna altijd gepaard met een toename van het volume, en met een verhoging van de warmte-inhoud (enthalpie), de smeltwarmte. Er zijn ook stoffen die niet kunnen kristalliseren zoals glas tgv onregelmatige molecuulopbouw; als zo'n stof wordt afgekoeld uit de vloeibare fase dan blijft het bij Tm nog een vloeistof en gaat pas bij Tg over in een vaste stof. Het gevolg is een parallelle lijn aan de kristallijne lijn; de stof is nu echter in een amorfe toestand en heeft dus een groter volume. Bij de Tg gaat een polymeer niet direct over in een vloeistof (bij verwarming) maar eerst nog in een rubberachtige toestand die steeds vloeibaarder wordt. Tg is dus glas-rubber overgangstemp. Als je kijk naar de stijfheid zie je dat E bij een laagmoleculaire stof bij Tg gelijk naar nul gaat (hoewel geleidelijker dan bij kristallijn) bij een polymeer bestaat er een rubberplateau wat groter wordt bij toenemende ketenlengte. Soms is kristallisatie mogelijk; in vaste toestand is een polymeer altijd partieel amorf. Het amorfe gedeelte kan zich boven of onder Tg bevinden. De verschijningsvorm en eigenschappen van polymeren worden dus beheerst door twee verschillende schema's : 1) glas-rubber-vloeistof 2) kristallijn-vloeistof Eerst beschouwen we de glastoestand nader. In glastoestand is molec. struct. ongeordend en vergelijkbaar met een vloeistof. Deze toestand neemt meer ruimte in dan een kristal, vandaar het volumeverschil in de grafiek. De afstand tussen de lijnen is het vrije volume Vf. Beneden Tg is Vf constant maar neemt snel toe bij stijgende temp. Vf in glastoestand laat nog kleine bewegingsmogelijkheden toe kleine ketendelen of zijgroepen. Dit valt te zien aan de geringe stijfheidsdaling bij bep. temp. namelijk wanneer deze mogelijkheden vrijkomen. Dit noemt men een secundaire glasovergangen. Demping tan d vertoont max. voor Tg en kleinere maxima voor secundaire overgangen. Deze overgangen zijn van groot belang voor de slagsterkte van het glasachtige polymeer. Secundaire glasovergang kan veroorzaakt worden door het vrijkomen van beperkte bewegingsmogelijkheden in stukjes van de hoofdketen of in zijgroepen. Ook een tweede ingemengd polymeer kan verantwoordelijk zijn

9 3.5 Moleculair beeld Bij T=0 is er geen warmtebeweging, alle bewegingen zijn ingevroren. Bij verwarmen vanaf T=0 komen er bewegingsmogelijkheden die binnen Vf aanleiding kunnen geven tot conformaties. Er ontstaat een competitie tussen de thermische beweging en de keteninteracties.de thermische energie is statistisch verdeeld, een fractie van de groepen zal dus over de potentiaaldrempel kunnen. Er is dus een karakteristieke overgangstemp. voor die bewegingsmogelijkheid. Tijd en temp. blijken een equivalent te zijn in de beinvloeding van het gedrag. De overgangstemp. kan worden uitgedrukt als ; ln t=c+du/kt. Bij lage temp. overgangen met lage activeringsenergie, zoals sec. glasovergangen, is de overgangstemp. dus sterker tijdsafhankelijk dan bijv bij de hoofd Tg. 3.3 Thermodynamica van de glas-rubber overgang Om iets van de glas-rubber overgang te kunnen zeggen, moeten we deze overgang vergelijken met smelten. Bij het definieren van overgangen speelt de grootheid G, de vrije enthalpie een grote rol. G=U-TS+pV=H-TS=F+pV (=vrije energie) Bij ieder overgang is dg=0, dwz de G(T) curven snijden elkaar en links en rechts van het overgangspunt heerst de zelfde vrije enthalpie. De diverse afgeleiden van G kunnen een sprong vertonen. Bij een eerste-orde overgang zoals smelten is dat het geval bij de eerste afgeleiden. Bij de glas-rubber overgang zijn er echter geen sprongen in V, S en H (geen volumeverandering ed.), maar wel in hun afgeleiden zoals uitzettingscoefficient en soortelijke warmte. Er zijn dus sprongen in de tweede afgeleide van G, en daarom zou de glas-rubber overgang van tweede orde genoemd kunnen worden. Het is het echter niet. Een tweede argument is de tijdsafhankelijkheid; de overgang van onderkoelde vloeistof naar de glastoestand is afhankelijk van de afkoelsnelheid. Een thermodynamisch evenwicht wordt dus niet bereikt. De glasovergang is dus geen thermodynamische overgang maar is uitsluitend kinetisch bepaald. Hier hangt het verschijnsel volumeretardatie in de glastoestand samen. Als na snel koelen punt A bereikt is zal bij constante temperatuur het volume langzaam afnemen. Dit heet ook fysische veroudering en is van zeer groot belang voor het kruipgedrag van polymeren. 3.4 Factoren die Tg bepalen De hoogte van de glas-rubber overgang wordt in eerste instantie beheerst door de competitie tussen de thermische beweging en de aantrekkingskrachten tussen de ketens. Thermische beweging is dus vooral afhankelijk van ; - de ketenflexibiliteit - keteninteracties

10 Ketenflexibiliteit Hogere ketenstijfheid treedt op als het aantal mogelijke conformaties kleiner is; dit kan door - grotere stijfheid der hoofdketen - grote zijgroepen - dwarsbruggen Toenemende grootte van de zijgroep zorgt voor een afname van de ketenflexibiliteit en een toename van Tg. Dwarsbruggen(cross-links) belemmeren de beweeglijkheid van de macromoleculaire ketens en daarom een hogere Tg. Hogere vernettingsgraden hebben een overduidelijk effect. Keteninteracties De sterkste keteninteracties zijn de dipoolkrachten. Interacties kunnen worden verminderd door de afstand tussen de ketens te vergroten bijv. door grote zijgroepen. Afstandsvergroting en afscherming van interacties spelen een grote rol bij weekmaking. Invloed ketenlengte op Tg De relatie voor de invloed van de molmassa M wordt gegeven door Tg=Tg -K/M waarin Tgoo de waarde van Tg voor oneindig lange ketens is en K een constante en M=Mn. Hieruit volgt dat Tg voor de meest gebruikte polymeren hooguit enkele graden kan verschillen. Het effect van M op Tg valt terug te voeren op het aantal keteneinden... Invloed van tijd op Tg Bij zeer snel koelen kunnen waarden gemeten worden die 5-10 C hoger liggen dan bij zeer langzaam koelen. 3.5 Glas-rubber overgang bij mengsels en copolymeren Polymeermengsels kunnen in eerste instantie onderscheiden worden in compatibele en incompatibele polymeren. Voorbeeld van het eerste is PS met PPE. De meeste mengsels zijn van de tweede vorm, het mensel is dan een. dispersie, waarin beide componenten hun eigen individualiteit behouden dus ook hun eigen glas-rubber overgang. Bij copolymeren bestaat dezelfde scheiding tussen moleculair compatibel of niet. Een random-copolymeer is natuurlijk homogeen al zijn de componenten incompatibel zoals bij SBR. Het heeft een enkele glas-rubber overgang die afhangt van het styreengehalte. Bij blokcopolymeren ligt het anders zoals eerders besproken vormen de blokken doemeintjes van fysische cross-linking.

11 3.6 Bepalingsmethoden van Tg De belangrijkste bepalingen van Tg berusten op respect. de verandering van soortelijke warmte (calorimeter, sprong bij Tg) en scherpe daling van E (torsieslinger), gepaard met max. in de demping. Met dilatometer kan V(t)bepaald worden. H 4 Kristallijne polymeren 4.1 Voorwaarden voor kristallisatie Primaire voorwaarde voor kristallisatie is regelmatige ketenbouw die het vormen van kristallieten mogelijk maakt. Die regelmaat kan verschillende vormen hebben. - keten symmetrisch vb. PE, PTFE,POM - zijgroepen klein genoeg om in kristalrooster te passen vb. PVAL - slechts een zijgroep aan een atoom in de hoofdketen vb. PETP, PC, PA - de zijgroepen zijn regelmatig geplaatst(stereospecifiek) vb. (isotactisch) PP Niet stereospecifiek gepolymeriseerde vinylpolymeren kunnen nog genoeg regelmatige sequenties bevatten om enige kristallisatie mogelijk te maken. Voorbeelden zijn PVC en PAN. - bij onverzadigde ketens is de ruimtelijke opbouw rondom de dubbele binding van belang. Alleen bij grootdeels cis- of transvorm is krist. mogelijk. Bij alle moet worden opgemerkt dat ze niet alle spontaan kristalliseren, dat is erg tijdsafhankelijk. 4.2 Het smeltpunt Bij het smeltpunt zijn vast en vloeibaar met elkaar in thermodynamisch evenwicht. Tm=dH/dS, deze relatie bestaat niet bij glas-rubber overgang omdat dh en ds daarbij nul zijn. dh is de energie die nodig is om kristalrooster te verstoren. Het smeltpunt wordt bepaald door oa. - de ketenlengte volgens 1/Tm=a+b/M. Bij gangbare polymeren is de invloed gering. - ketenorientatie beinvloedt het smeltpunt (dh/ds). Als het polymeer gerekt is dan is de S al zoveel verlaagd dat ds verminderd is. - stoorplaatsen in de keten verlagen het smeltpunt omdat het kristal minder perfect wordt. Een imperfect kristal heeft alger dh. Stoorplaatsen kunnen ook door andere oorzaken optreden wat een spreidingin dh veroorzaakt. Dus een spreiding in Tm en een smelttraject. - de kristalgrootte, vooral als kristallen erg klein zijn is Tm lager. Spreiding in kristalgrootte zorgt dus ook voor een smelttraject. - de kristallisatietemperatuur is ook van invloed, snellere kristallisatie zorgt voor kleinere kristallen en dus voor lagere Tm.

12 Vergelijking Tg en Tm. - voor symmetrische ketens geldt ong. Tg=1/2Tm - voor asymmetrische ketens geldt ong. Tg=2/3Tm Met T in Kelvin. 4.3 Het kristallisatieproces Kiemvorming en kristalgroei Bij een temp. beneden Tm is G van het kristal lager dan die van de vloeistof; er zal dus neiging tot kristallisatie zijn. Een kristal kan alleen gevormd worden vanuit een kiem. Twee processen zijn te onderscheiden. - heterogene nucleatie, er zijn al kiemvormers aanwezig. - homogene nucleatie, kiemen worden door het polymeer zelf gevormd. Van groot belang is hierbij de kritische kiemgrootte waarvan afhangt of een kiem blijft bestaan of weer uiteenvalt. De groeisnelheid van een kristal uit een kiem is sterk afhankelijk van de temperatuur. Bij geringe onderkoeling is groeisnelheid nog laag. Deze neemt snel toe bij temp. daling. Er is echter een tegenwerkende factor, bij het groeien van een kristal komen grote ketenden tov elkaar in beweging dit vereist het losmaken van de warpunten zoals bij stromen van de smelt. De kristalgroeisnelheid kent dus een max. enkele tientallen gr.onder smeltpunt en neemt af tot nul bij Tg. blz. 75 grafiekje is belangrijk. De bij afkoeling bereikte kristalliniteit is afhankelijk van de verhouding van de koelsnelheid tot Vmax. Bij snel koelen blijft polymeer amorf en gaat bij Tg over in glastoestand In gerekte toestand wordt kristallisatie aanzienlijk versneld. Orientatie verhoogt de ordening, de ketens komen dus dichter bij de kristallijne toestand. 4.4 Kristallijne structuur Aangezien polymeren nooit volledig kristallijn zijn is het van belang te weten wat de kristallijne fractie is. Die is te berekenen uit de soortelijke massa als de dichtheden van de amorfe stof en het kristal bekend zijn volgens phi=p-pa/pk-pa (met p is rho) pk kan bepaald worden uit rontgendiffractiediagrammen of uit de intensiteit van rontgenverstrooiing als functie van de verstrooiingshoek. Kristalvorm en morfologie - franje-micel structuur kristallijne gebiedje ingebed in amorfe matrix, waarbij ketens van het ene in het andere gebied doorlopen. - parakristallijne structuur amorfe gebieden liggen tussen kristallen Beide modellen zijn realistisch en komen door elkaar voor.

13 4.5 Effect op de eigenschappen Door kristallisatie wordt het patroon van de eigenschappen sterk gewijzigd tov amorfe polymeren; op het schema glas-rubber-vloeistof wordt nu het schema kristal-vloeistof gesuperponeerd. Enkele consequenties van kristallisatie voor praktisch gedrag van polymeren zijn : - boven Tg is polymeer bruikbaar als vast materiaal tot even onder Tm hoewel de stijfheid minder is dan bij een glasachtig polymeer. - het niveau van E tussen Tg en Tm is sterk afhankelijk van de kristallisatiegraad. Goed voorbeeld hiervan is het verschil in E tussen LDPE en HDPE. - het rubberplateau is gemaskeerd door de kristalliniteit, elastisch gedrag van de smelt is minder uitgesproken. - sterke tijdafhankelijkheid van E voor semi-kristallijne polymeren. Er is sprake van veel grotere kruip dan bij amorfe polymeren. - kristallijn polymeer is tweefasen systeem ; voor T<Tg glasfase+kristallijne fase met lage slagsterkte, boven Tg rubberfase+kristallijne fase met hoge slagsterkte. - vanwege bestaan van twee fasen zijn semi-kristallijne polymeren vrijwel nooit transparant. - spontaan gevormde polymeren dragen in hoge mate bij in de sterkte van vulcanisatie (Zie SBR van 3MPa naar 40 Mpa) - kristallisatie van georienteerde ketens zorgt voor een zeer hoge stijfheid en sterkte in een richting 4.6 Vloeibaar-kristallijne polymeren Al eerder hebben we gezien dat polymeren in de rubber- of vloeibare toestand aanzienlijk sneller kristalliseren als hun ketens georienteerd worden. Daardoor kan een gesmolten of opgeloste thermoplast zoals polyetheen snel kristalliseren als de ketens in een elongatiestroom uitgelijnd worden. Dit laatste geval wordt gebruikt bij het spinnen van PE vanuit een verdunde oplossing. Bij stollen vanuit de smelt of oplossing ontstaat materiaal wat in orientatierichting uiterst sterk en stijf is. We onderscheiden twee soorten LCP's (liquid-crystalline polymers) namelijk lyotrope en thermotrope. De eerste worden in de oplossing gevormd; het betreft dan polymeren die door hun zeer hoge smeltpunten niet in gesmolten toestand gehanteerd kunnen worden zonder ontleding. Is dit wel mogelijk dan kan de orientatie in de smelt worden aangebracht, thermotrope LCP's. Een bekend voorbeeld van lyotroop LCP is Kevlar.

14 H 5 Rubbertoestand en vloeibare toestand 5.1 Rubbertoestand Boven Tg zijn grote ketendelen vrij om te bewegen. De thermische energie is voldoende om de interactiekrachten te overwinnen. Vf neemt toe. Maar polymeer is nog niet in vloeistoftoestand. Materiaal veert onder andere terug omdat het een eindige E heeft en omdat het streeft naar max. entropie. De elasticiteitsmodulus is omgekeerd evenredig met de afstand tussen knooppunten, dus recht evenredig met het aantal knooppunten. Bij sterk vernette systemen zoals thermoharders is E in rubbertoestand wel hoger dan in een rubbervulcanisaat. 5.2 Overgang rubber-vloeistof Rubbervloeistof overgang hangt sterk samen met ketenlengte en dus met Mz en Mz+1, ook de tijdschaal speelt een grote rol. Op korte tijdschaal is het polymeer rubberelastisch na langere tijd gedraagt het zich als een vloeistof. (viscoelastisch gedrag) 5.3 Vloeibare toestand De viscositeit van vloeibare polymeren is zo hoog omdat ketenverstrengelingen steeds weer uit elkaar moeten worden getrokken. De viscositeit van polymeren is sterk afhankelijk van de molmassa. Viscositeit is van groot belang voor de verwerkbaarheid. Bij rubbers wordt viscositeit mbv een rotatie-viscosiemeter gemeten (twee draaiende platen), de Mooney-viscositeit. Het spreken over een viscositeit houdt in dat we een evenredigheid aannemen tussen spanning en afschuifsnelheid. Als dat niet zo is dan is er sprake van niet- Newtons gedrag. Volledige karakterisering van vloeigedrag kan alleen gegeven worden na bepaling van schijnviscositeit over groot bereik. Een brede MMV geeft minder Newtons gedrag. 5.4 Enkele consequenties voor de verwerking De meeste vormgevingstechnieken gebeuren in de vloeibare fase. Hierbij is de smeltviscositeit de belangrijkste parameter. Dat is een maat voor de reciproke viscositeit bij bepaalde afschuifspanning. Die-swell en smeltbreuk zijn bekende problemen bij extrusie-processen. Lage M zorgt voor laagst mogelijk ingevroren (rubberelastische) deformaties. Orientatie van de vloei is van groot belang bij het spuitgieten van rubbers, want vroegtijdige kristallisatie kan ontoelaatbare verhoging van de viscositeit veroorzaken.

15 H 6 Visco-elasticiteit (αβψτδεηϕλµπθρ R ) 6.1 Modellen Met de uitdrukking visco-elastisch gedrag wordt het tweeledige karakter van een stof aangegeven : enerzijds visceus(vloeistof) anderzijds elastisch(vaste stof). Voor ideale vaste stof geldt wet van Hooke : spanning recht evenredig met deformatie. Als model voor E nemen we elastische schroefveer met stijfheid E. De responsie ε op spanning σ is spontaan en zonder tijdsafhankelijkheid, de terugvering na opheffing is instantaan en volledig. Voor visco-elastische stoffen kunnen combinaties van veren en dempers als model gebruikt worden, bijv. een serieschakeling of parallelschakeling van E en η. Serieschakeling, of Maxwell-element (vooral vloeibare polymeren). Gedrag onder constante spanning is de som van de samenstellende delen. Dus spontane elastische rek die bij σ 0 terugveert plus permanente vloei. Ruwweg gedrag van vloeibaar polymeer. Parallelschakeling, of Kelvin-Voigt element (vaste stof karakter). Dit model laat geen instantane deformatie toe en vertoont geen spanningsrelatie. Bij constante spanning treedt kruip op. Vormherstel verloopt asyptotisch naar ε=0. Beide modellen zijn beperkt, eerste geeft alleen irreversibele vloei, het tweede kruip. Een combinatie van de twee modellen is het Burgersmodel. Totale deformatie is hierbij : - spontane elastische deformatie - een vertraagd elastische deformatie, of reversibele kruip - irreversibele kruip (vloei) Nadeel van de modellen is dat alleen processen met enkele relaxatietijd beschreven kunnen worden. De werkelijkheid wordt beter benaderd door parallelschakeling van Maxwell-elementen, met ieder hun eigen relaxatietijd en bijdrage tot de stijfheid. Spectrum L(t) heet retardatiespectrum. Als relaxatiefunctie E(t) en kruipfunctie D(t) onafhankelijk van elkaar zijn spreken we van lineair visco-elastisch gedragvisco-elastisch gedrag. Dan geldt superpositiebeginsel, effect van verschillende ingrepen op verschillende tijdstippen. Iedere ingreep heeft eigen bijdrage. Blz lezen.

16 H 7 Mechanische eigenschappen 7.1 Kracht-rek diagram Een eenvoudige weergave van een aantal mechanische eigenschappen is te vinden in het kracht-rek diagram. Dikwijls vertoont materiaal een vloeigrens σ y (yield-stress): de spanning neemt bij toenemende rek nog slechts weinig toe of zelfs af. Hier bezwijkt het materiaal eigenlijk. 7.2 Stijfheid en kruip Elasticiteitsmodulus Kunststoffen hebben een gunstige stijfheids-gewichts verhouding.hogere stijfheid kan worden verkregen door inmenging van harde deeltjes, of vezeltjes. De elasticiteitsmodulus is onafhankelijk van : - ketenlengte en distributie (tenzij bij semi-krist. polymeren grotere ketenlengte tot lagere kristallisatiegraad leidt) - ketenstijfheid - keteninteracties - stijve keten leiden dus NIET tot stijf polymeer. Kruip De hierboven gegeven waarden voor E gelden alleen voor korte belasting. Kruip maakt deze waarden ongeschikt voor langere termijn. Niet-lineariteit Kruipgedrag is niet lineair. Hoogstens bij zeer lage spanning en deformatie. Men volstaat in de praktijk met D(t) en E(t) curven bij verschillende belastingen. De eest gebruikte voorspelling is de bundel kruipisochronen. Deze ontstaan uit doorsnijding bundels kruipcurven bij een aantal waarden van (log) tijd. Uit de onderlinge afstand tussen de curven valt de mate van kruip af te lezen. Fysische veroudering Snel afgekoelde glasachtige polymeren hebben een groter Vf, maar vertonen volumeretardatie. Deze volumeverandering heeft grote invloed op het kruipgedrag. Alle kruip-relaxtietijden verschuiven naar hogere waarden. Het effect van fysische veroudering is dat kruipsnelheid steeds verder gereduceerd wordt.

17 7.3 Demping Eerder hebben we al gezien dat in een deformerend polymeer een deel van de spanning gebruikt wordt om energie in het materiaal op te slaan (elastisch effect) en een gedeelte wat in warmte gedissipeerd wordt (visceus effect). De arbeid die nodig is om polymeer te rekken is oppervlakte onder spannings-rek diagram. Oppervlak onder onderste curve is teruggewonnen energie. Verschil tussen curven is gedissipeerde warmte of hysteresis-arbeid. Demping is voor praktijkeigenschappen van groot belang : - kan leiden tot hogere slagsterkte. - trillingsdempende constructies. - verantwoordelijk voor warmte-ontwikkeling onder vermoeiingscondities. - Energieverbruik bij herhaalde deformatie wordt bepaald door demping. - Wrijving wordt voornamelijk bepaald door demping. 7.4 Sterkte Treksterkte en breukrek Een belangrijke mechanische eigenschap is de sterkte, dwz de spanning waarbij het materiaal bezwijkt. Daarnaast is de breukrek van belang omdat daaruit blijkt of materiaal taai of bros is. Thermoharders behoren tot brosse polymeren (PVC, PMMA, PS). Positie van brosse-breuk curve hangt sterk af van de ketenlengte. Verhoging van de molmassa verschuift de curve langs de log t as naar langere tijden. Mn is belangrijk voor brosse breuk. Ook omgeving is van grote invloed. Er kunnen door spanningscorrosie crazes ontstaan die die te maken zijn. Slagsterkte Hiervoor spelen korte-duur treksterkte en de breukrek een grote rol. Slagsterkte is energie benodigd voor zeer snelle deformatie. Glasachtige polymeren zijn meestal bros tenzij er beneden kamertemp. een secundaire overgang plaatsvindt. Semi-kristallijne polymeren zijn taai boven Tg, zoals PE en PP. Beneden Tg lage slagsterkte. Slagsterkte kan verbeterd worden door inmengen kleine rubberdeeltjes. Slagsterkte is afhankelijk van ketenlengte en Mn (aantalgemiddelde). 7.5 Oppervlakte-eigenschappen Hardheid Hardheid is de weerstand van een materiaal tegen indringing van een harder lichaam. Er zijn verschillende hardheidsproeven. Twee soorten; metingen onder belasting en metingen na wegnemen belasting (Rockwell) Wrijving Wrijving hangt af van de ruwheid van het oppervlak, de geleiding en de verschillende materialen.

18 Slijtage Slijtage kan worden onderscheiden in aantasting door vervorming of door wegnemen van materiaal. Laagste waarden worden gevonden voor polyamiden zoals nylons en polyesters. En HDPE met ultra-hoge molmassa. Slijtageweerstand kan zeer sterk stijgen door toevoeging van vulstoffen. H 9 Samengestelde kunststoffen 9.1 Polymeer+polymeer : Mengsels(αβΨτδεηϕλµπθρ R ) Algemeen Twee gevallen van mengbaarheid in vloeibare toestand : - mengbaar; dan is er een echt mengsel op moleculaire schaal; de afzonderlijke componenten zijn verdwenen. - Onmengbaar; sprake van dispersie waarin beide componenten hun eigen identiteit behouden. TPS, slagvast PS is dispersie van rubber in PS. Wanneer mengbaar? G AB <G A +G B of G m <0 Vrije enthalpie van mengen negatief dus H m -T S m <0 - H m is mengenthalpie die bepaald wordt door de interacties tussen beide polymeren. - S m is de mengentropie, dat is de entropiewinst bij mengen. S is sterk afhankelijk van polymerisatiegraad P (ketenlengte) Detectie van mengbaarheid Analyse van de glas-rubber overgang is doeltreffende methode bij een Tg homogeen mengsel. Een enkelvoudige Gm betekent dat er op die schaal (40-80 segmenten) homogeniteit heerst, dat zegt niets over een enkel segment. Gm kan bepaald worden uit log E-T diagram en uit tan δ-t curve.

Welke soorten kunststoffen zijn er? Eigenschappen van kunststoffen. Na deze clip kun je: Onderwerpen. Eigenschappen verbeteren.

Welke soorten kunststoffen zijn er? Eigenschappen van kunststoffen. Na deze clip kun je: Onderwerpen. Eigenschappen verbeteren. Welke soorten kunststoffen zijn er? Na deze clip kun je: vertellen hoe je met andere stoffen de eigenschappen van kunststoffen kunt verbeteren de drie verschillende soorten kunststoffen noemen uitleggen

Nadere informatie

VEK Antwoorden op de meerkeuzetoetsen

VEK Antwoorden op de meerkeuzetoetsen VEK Antwoorden op de meerkeuzetoetsen Indien een materiaal voldoet aan het tijd-temperatuur superpositie principe betekent dat: De invloed van een temperatuursverandering op de kruipcurve van een materiaal

Nadere informatie

Kunststof. 2e college kunststof Utrecht HKU

Kunststof. 2e college kunststof Utrecht HKU Kunststof Kunststof 2e college kunststof Utrecht HKU Materialen Vandaag: Bioplast, thermoplast, thermoharder, elastomeer Amorf / kristallijn Diverse kunststoffen, eigenschappen en toepassingen Bioplasten,

Nadere informatie

Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen of polymeren. Geschiedenis

Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen of polymeren. Geschiedenis aardolie 100% Diesel & stookolie 70% Benzine 20% andere 10% Motorbenzines 13% grondstoffen voor chemie 7% Verven, aceton,... 3% KUNSTSTOFFEN 4% 1 2 Geschiedenis of polymeren 1859 Patent cellulose gebruikt

Nadere informatie

Kunststof Kunststof HKU. Materialen. Materialen e college kunststof Utrecht. Bioplasten, Thermoplast, thermoharder en elastomeren.

Kunststof Kunststof HKU. Materialen. Materialen e college kunststof Utrecht. Bioplasten, Thermoplast, thermoharder en elastomeren. Kunststof Kunststof 2e college kunststof Utrecht HKU Vandaag: Bioplasten, Thermoplast, thermoharder en elastomeren. Bioplast, thermoplast, thermoharder, elastomeer Amorf / kristallijn Diverse kunststoffen,

Nadere informatie

Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen of polymeren. Geschiedenis

Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen. Kunststoffen of polymeren. Geschiedenis aardolie 100% Diesel & stookolie 70% Benzine 20% andere 10% Motorbenzines 13% grondstoffen voor chemie 7% Verven, aceton,... 3% KUNSTSTOFFEN 4% 1 2 Geschiedenis of polymeren 1859 Patent cellulose gebruikt

Nadere informatie

De twee snelheidsconstanten hangen op niet identieke wijze af van de temperatuur.

De twee snelheidsconstanten hangen op niet identieke wijze af van de temperatuur. In tegenstelling tot een verandering van druk of concentratie zal een verandering in temperatuur wel degelijk de evenwichtsconstante wijzigen, want C k / k L De twee snelheidsconstanten hangen op niet

Nadere informatie

( ) ( ) Bij welke karakteristieke afschuifsnelheid zijn de weerstanden voor beide materialen gelijk: dan moet gelden:

( ) ( ) Bij welke karakteristieke afschuifsnelheid zijn de weerstanden voor beide materialen gelijk: dan moet gelden: Opgave 1: a) Enkele producteigenschappen die bepaald worden door de keuze voor PP of PS: 1 Stijfheid: PS is amorf, G = ca 1 GPa; PP is semi-kristallijn, G = ca.5 GPa. 2 Temperatuursbereik: Tg van PS is

Nadere informatie

Polymeren: Structuur en eigenschappen 4A580

Polymeren: Structuur en eigenschappen 4A580 Polymeren: Structuur en eigenschappen 4A580 20 aart 2006 14.00-17.00 uur Dit tentamen bestaat uit 6 vragen met in totaal 20 deelvragen Tijdens het tentamen mag geen gebruik worden gemaakt van notebook,

Nadere informatie

Plasticiteit. B. Verlinden Inleiding tot de materiaalkunde. Structuur van de lessen 1-4

Plasticiteit. B. Verlinden Inleiding tot de materiaalkunde. Structuur van de lessen 1-4 Plasticiteit Hoofdstuk 6 B. Verlinden Inleiding tot de materiaalkunde Structuur van de lessen 1-4 Algemene introductie in de wereld van de materialen Les 1 materialen ontwerp materialen en milieu Elastische

Nadere informatie

Samenvatting Dit proefschrift gaat over Monte Carlo simulatie van polymeersystemen. Polymeren zijn grote moleculen die opgebouwd zijn uit kleinere chemische eenheden die monomeren genoemd worden. Bekende

Nadere informatie

1. Uit welke grondstoffen worden kunststoffen gemaakt? 2. In welke drie groepen kunnen synthetische stoffen worden ingedeeld?

1. Uit welke grondstoffen worden kunststoffen gemaakt? 2. In welke drie groepen kunnen synthetische stoffen worden ingedeeld? Kunststoffen 1.9 Vragen en opgaven 1. Uit welke grondstoffen worden kunststoffen gemaakt? aardolie: aardgas; of steenkool. 2. In welke drie groepen kunnen synthetische stoffen worden ingedeeld? thermoplasten,

Nadere informatie

1." "ontstaan! 2. "soorten! 3. "eigenschappen! 4. "verwerkingen! 5. "toepassinge! 6. "gieten!

1. ontstaan! 2. soorten! 3. eigenschappen! 4. verwerkingen! 5. toepassinge! 6. gieten! kunststof! 1. ontstaan! 2. soorten! 3. eigenschappen! 4. verwerkingen! 5. toepassinge! 6. gieten! ontstaan bakeliet! bakeliet (merknaam fenolhars) wordt beschouwd als de eerste kunststof. Bakeliet dankt

Nadere informatie

GSM HOUDER VLAANDEREN KUNSTSTOFLAND

GSM HOUDER VLAANDEREN KUNSTSTOFLAND GSM HOUDER VLAANDEREN KUNSTSTOFLAND Hoe blauwer ingekleurd hoe hoger de aanwezigheid van kunststofverwerkende bedrijven Vlaanderen is een echt kunststofland. Zoals je in onderstaande grafieken kan zien

Nadere informatie

10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte.

10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte. 1 Materie en warmte Onderwerpen - Temperatuur en warmte. - Verschillende temperatuurschalen - Berekening hoeveelheid warmte t.o.v. bepaalde temperatuur. - Thermische geleidbaarheid van een stof. - Warmteweerstand

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9 Samenvatting door Dylan 551 woorden 30 december 2016 9 4 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Aardolie ( onzuivere stof ) - Organisch materiaal -

Nadere informatie

Ontwer.l!en in Kunststoffen.

Ontwer.l!en in Kunststoffen. Leerstoel Ontwer.l!en in Kunststoffen. Tentamen Verwerking en Eigenschappen Kunststoffen Code: 112112 Datum: 25 april 2001 Tijd: 9.00-12.30uur Plaats: Hal V - 108 Aanwijzingen: 1. Naam. met aile voorletters

Nadere informatie

Kunststof. 1e college Utrecht februari 2011 HKU

Kunststof. 1e college Utrecht februari 2011 HKU Kunststof 1e college Utrecht februari 2011 HKU Materialen Vandaag: Planning Tentamen/hertentamen Theorieles Kunststof Opdracht Planning : Materialen 31 jan: kunststof 7 feb: kunststof 14 feb: Hertentamen

Nadere informatie

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Mol Samenvatting door een scholier 1296 woorden 9 november 2017 7,6 34 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Natuur/scheikunde overal Paragraaf 6.1: stoffen herkennen

Nadere informatie

Domein C: Koolstofchemie. Subdomein: Toepassingen van synthetische polymeren

Domein C: Koolstofchemie. Subdomein: Toepassingen van synthetische polymeren Domein C: Koolstofchemie Subdomein: Toepassingen van synthetische polymeren 28 verband leggen tussen de structuur van synthetische polymeren en de eigenschappen en toepassingen: (supersterke) vezel; kabel;

Nadere informatie

Het toepassen van niet perforerende verbindingen in de bouw (BENG) Ing Coudeville Pol

Het toepassen van niet perforerende verbindingen in de bouw (BENG) Ing Coudeville Pol Het toepassen van niet perforerende verbindingen in de bouw (BENG) Ing Coudeville Pol Pol.coudeville@khbo.be Voorwaarden 2/25 De klassieke Constructiematerialen 3/25 De opbouw van WATER Het inzetten van

Nadere informatie

Polymeren. van keten tot kunststof

Polymeren. van keten tot kunststof Polymeren van keten tot kunststof Hoofdillustratie omslag: Lichtmicroscopische weergave van een semi-kristallijn polymeer in gepolariseerd licht. Foto: A.B. Spoelstra, TU/e. Gedrukt op 100 % hergebruikt

Nadere informatie

6 Samenvatting (Dutch Summary)

6 Samenvatting (Dutch Summary) 6 Samenvatting (Dutch Summary) Kunststoffen (plastics) zijn tegenwoordig uit het dagelijks leven niet meer weg te denken. Veel van de dingen om ons heen, zoals de vele verpakkingsmaterialen (boterhamzakjes,

Nadere informatie

Tentamen Verwerking en Eigenschappen van Kunststoffen ( ) 2 februari 2012, uur

Tentamen Verwerking en Eigenschappen van Kunststoffen ( ) 2 februari 2012, uur Tentamen Verwerking en Eigenschappen van Kunststoffen (191121121) 2 februari 2012, 13.45-17.15 uur Aanwijzingen: -Vermeld op alle in te leveren vellen je naam, voorletters en student nummer. -Lees de vragen

Nadere informatie

Herhaling koolstoffen

Herhaling koolstoffen Herhaling koolstoffen Hoofdstuk 17 Welkom Zwakke punten Herhaling H15 Extra opgaven H17 Periode 1 V6 Koolstofchemie III. 15.2 ReacGetypen SubsGtuGereacGe C 6 H 14 + Br 2 (aq) à C 6 H 13 Br + H + + Br -

Nadere informatie

Oefeningen materiaalleer

Oefeningen materiaalleer Oefeningen materiaalleer KV = koudvervormd? = nog niet helemaal duidelijk HOOFDSTUK 1 p 1.17 voor een korte staaf is, dus Oef 7: is hoger en verandert niet ifv x tussen en, we zien dat de start van de

Nadere informatie

Veel gebruikte technische kunststoffen met specificaties, voor en nadelen

Veel gebruikte technische kunststoffen met specificaties, voor en nadelen Veel gebruikte technische kunststoffen met specificaties, voor en nadelen PVC U PVC U heeft een grote sterkte, stijfheid en hardheid. Het kan goed gelijmd en gelakt worden. PVC U brandt zeer moeilijk,

Nadere informatie

SAMENVATTING Hoofdstuk 1

SAMENVATTING Hoofdstuk 1 Polyvinylchloride (PVC) is één van de meest toegepaste polymeren. Dit is te danken aan de vrij lage productiekosten en de grote veelzijdigheid. PVC kan toegepast worden in een heel breed scala aan producten,

Nadere informatie

HUIS VAN EEN FOTOCAMERA

HUIS VAN EEN FOTOCAMERA EEUWIGE RECYCLING BESTAAT NIET HUIS VAN EEN FOTOCAMERA Recycleer papier, glas en groenafval. En het gaat de goede kant op. Recyclatie is populair. Alles waar gerecycleerd op staat, is goed. Heb je toch

Nadere informatie

Opgave 2. Voor vloeibaar water bij 298.15K en 1 atm zijn de volgende gegevens beschikbaar:

Opgave 2. Voor vloeibaar water bij 298.15K en 1 atm zijn de volgende gegevens beschikbaar: Oefenopgaven Thermodynamica 2 (29-9-2010) Opgave 1. Een stuk ijs van -20 C en 1 atm wordt langzaam opgewarmd tot 110 C. De druk blijft hierbij constant. Schets hiervoor in een grafiek het verloop van de

Nadere informatie

TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA voor F2/MNW2. Vrijdag 23 december 2005

TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA voor F2/MNW2. Vrijdag 23 december 2005 TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA voor F/MNW Vrijdag 3 december 005 Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een GR. Mogelijk nodige constantes: Gasconstante R = 8.31447 Jmol 1 K 1 = 8.0574 10 L

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Appendix A hoofdstuk 3 hoofdstuk 4 (hoofdstuk 5)

Hoofdstuk 2 Appendix A hoofdstuk 3 hoofdstuk 4 (hoofdstuk 5) Telecommunicatie beheerst steeds sterker de hedendaagse samenleving en kan niet meer worden weggedacht. De hoeveelheid informatie die de wereld rondgestuurd wordt, groeit elke dag. Het intensief gebruik

Nadere informatie

5, waar gaat dit hoofdstuk over? 1.2 stoffen bij elkaar: wat kan er gebeuren? Samenvatting door een scholier 1438 woorden 31 maart 2010

5, waar gaat dit hoofdstuk over? 1.2 stoffen bij elkaar: wat kan er gebeuren? Samenvatting door een scholier 1438 woorden 31 maart 2010 Samenvatting door een scholier 1438 woorden 31 maart 2010 5,6 15 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Hoofdstuk 1 stoffen bij elkaar 1.1 waar gaat dit hoofdstuk over? Als je 2 stoffen bij elkaar doet

Nadere informatie

Hertentamen Statistische en Thermische Fysica II Woensdag 14 februari 2007 Duur: 3 uur

Hertentamen Statistische en Thermische Fysica II Woensdag 14 februari 2007 Duur: 3 uur Hertentamen Statistische en Thermische Fysica II Woensdag 14 februari 2007 Duur: 3 uur Vermeld op elk blad duidelijk je naam, studierichting, en evt. collegekaartnummer! (TIP: lees eerst alle vragen rustig

Nadere informatie

Naam. OPDRACHT 1 Project 1: GSM. Kunststoffen. 1. Wat zijn kunststoffen? Chemische verbindingen die niet op een natuurlijke manier worden gemaakt.

Naam. OPDRACHT 1 Project 1: GSM. Kunststoffen. 1. Wat zijn kunststoffen? Chemische verbindingen die niet op een natuurlijke manier worden gemaakt. Naam PDRACHT 1 Kunststoffen 1. Wat zijn kunststoffen? Chemische verbindingen die niet op een natuurlijke manier worden gemaakt. 2. Wat is bakeliet en wie is de uitvinder? Kunststof (PhenolFormaldehyde),

Nadere informatie

Hoofdstuk 4: Dampen 4.1 AGGREGATIETOESTANDEN SMELTEN EN STOLLEN SMELTPUNT. Figuur 4.1: Smelten zuivere stof

Hoofdstuk 4: Dampen 4.1 AGGREGATIETOESTANDEN SMELTEN EN STOLLEN SMELTPUNT. Figuur 4.1: Smelten zuivere stof Hoofdstuk 4: Dampen 4.1 AGGREGATIETOESTANDEN 4.1.1 SMELTEN EN STOLLEN SMELTPUNT Wanneer we een zuivere vaste stof (figuur 4.1) verwarmen zal de temperatuur ervan stijgen. Na enige tijd wordt de vaste stof

Nadere informatie

Uitwerkingen Bio-organische Chemie Werkcollege 1. 1. Hoeveel protonen, neutronen en elektronen hebben de volgende elementen:

Uitwerkingen Bio-organische Chemie Werkcollege 1. 1. Hoeveel protonen, neutronen en elektronen hebben de volgende elementen: Uitwerkingen Bio-organische hemie Werkcollege 1 1. oeveel protonen, neutronen en elektronen hebben de volgende elementen: a. 39 K 19 c. 13 6 b. 32 S 16 d. 200 g 80 a. 19 protonen, 19 elektronen, 20 neutronen.

Nadere informatie

unststof 8. KUNSTSTOF K

unststof 8. KUNSTSTOF K 8. KUNSTSTOF LEVERINGSMAP 2007 > KUNSTSTOF KUNSTSTOF ABS (Acrylonitril - Butadiëen - Styreen) 8.02 HP & HGW (Hardpapier en hardweefsel) 8.03 HPL (High pressure laminate) 8.04 PA 6 (Polyamide) 8.05 PC (Polycarbonaat)

Nadere informatie

Eddy Brinkman. Materiaalkunde in een notendop. Materials Veldhoven - 31 mei 2017

Eddy Brinkman. Materiaalkunde in een notendop. Materials Veldhoven - 31 mei 2017 Eddy Brinkman Materials 2017 - Veldhoven - 31 mei 2017 Materiaalkunde: geeft antwoord op waarom Waarom is juist dat materiaal geschikt voor die toepassing? Materiaaltechnologie: geeft antwoord op hoe Aan

Nadere informatie

3.1 3M Scotchcast nr. 40

3.1 3M Scotchcast nr. 40 Harsen 3 Er is een grote verscheidenheid van harsen leverbaar voor het isoleren en mechanisch beschermen van kabelverbindingen in laagspanningsnetten. De harsen van 3M hebben hun doeltreffendheid al sinds

Nadere informatie

1. Inleiding polymeerchemie. 1.1 Inleiding

1. Inleiding polymeerchemie. 1.1 Inleiding Polymeerchemie 1 Inleiding p1 1. Inleiding polymeerchemie 1.1 Inleiding 1.1.1 Inleiding en verantwoording Polymeren, vaak aangeduid als plastics of kunststoffen, zijn zeer grote moleculen die ontstaan

Nadere informatie

Lokaal Lesmateriaal. Meesterstuk over kunststof (onderdeel materiaalkunde) Marco Welink S1006974 Opleiding: leraar 2 e graads techniek

Lokaal Lesmateriaal. Meesterstuk over kunststof (onderdeel materiaalkunde) Marco Welink S1006974 Opleiding: leraar 2 e graads techniek Lokaal Lesmateriaal Meesterstuk over kunststof (onderdeel materiaalkunde) Marco Welink S1006974 Opleiding: leraar 2 e graads techniek Voorwoord Dit verslag is geschreven door Marco Welink. Ik ben student

Nadere informatie

Tentamen Statistische Thermodynamica MST 19/6/2014

Tentamen Statistische Thermodynamica MST 19/6/2014 Tentamen Statistische Thermodynamica MST 19/6/214 Vraag 1. Soortelijke warmte ( heat capacity or specific heat ) De soortelijke warmte geeft het vermogen weer van een systeem om warmte op te nemen. Dit

Nadere informatie

7.1 Het deeltjesmodel

7.1 Het deeltjesmodel Samenvatting door Mira 1711 woorden 24 juni 2017 10 3 keer beoordeeld Vak NaSk 7.1 Het deeltjesmodel Een model van een stof Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen. Aangezien je niet kunt zien hoe een

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Elektrische weerstand

Hoofdstuk 1. Elektrische weerstand Hoofdstuk 1. Elektrische weerstand Alle materialen hebben elektrische weerstand. Soms is de weerstand laag en gaat elektrische stroom er gemakkelijk door. In andere gevallen is de weerstand hoog. Deze

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

Scheidingsmethoden methode principe voorbeeld. destilleren verschil in kookpunt wijn whiskey. filtreren verschil in deeltjesgrootte koffie

Scheidingsmethoden methode principe voorbeeld. destilleren verschil in kookpunt wijn whiskey. filtreren verschil in deeltjesgrootte koffie 1.2 Twee of meer atoomsoorten samen vormen een molecuul : bouwsteen die bestaat uit twee of meer atomen Atoom : bouwsteen van een molecuul Stoffen Zuivere stoffen Elementen: stoffen waarvan de bouwstenen

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 7.1 Fasen en dichtheid Een stukje scheikunde 1. Intermoleculaire ruimte 2. Hogere temperatuur, hogere snelheid 3.

Nadere informatie

Oefentoets polymeren havo en vwo

Oefentoets polymeren havo en vwo Oefentoets polymeren havo en vwo Opgave 1 Kunststofrecycling Sinds een aantal jaar wordt in Nederland kunststof op verschillende manieren apart ingezameld. In het scheikundige tijdschrift chemische feitelijkheden

Nadere informatie

Samenvatting. (summary in Dutch)

Samenvatting. (summary in Dutch) Samenvatting (summary in Dutch) Alle stoffen die we in de wereld om ons heen zien, zijn opgebouwd uit atomen, die onderling aan elkaar binden. Elk type atoom heeft de eigenschap dat het een sterke voorkeur

Nadere informatie

Samenvatting hoofdstuk 2

Samenvatting hoofdstuk 2 temperatuur in o Scheikunde hemie op school Samenvatting hoofdstuk 2 De bouw van stoffen Samenvatting hoofdstuk 2 Er zijn verschillende eigenschappen waaraan je een stof kunt herkennen. We noemen deze

Nadere informatie

TOETS CTD voor 1 ste jaars MST (4051CHTHEY, MST1211TA1, LB1541) 10 maart 2015 14.00-15.30 uur Docenten: L. de Smet, B. Dam

TOETS CTD voor 1 ste jaars MST (4051CHTHEY, MST1211TA1, LB1541) 10 maart 2015 14.00-15.30 uur Docenten: L. de Smet, B. Dam TOETS CTD voor 1 ste jaars MST (4051CHTHEY, MST1211TA1, LB1541) 10 maart 2015 14.00-15.30 uur Docenten: L. de Smet, B. Dam Naam:. Studentnummer Leiden:... En/of Studentnummer Delft:... Dit tentamen bestaat

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 7.1 Fasen en dichtheid Een stukje scheikunde 1. Intermoleculaire ruimte 2. Hogere temperatuur, hogere snelheid 3.

Nadere informatie

THERMODYNAMICA 2 (WB1224)

THERMODYNAMICA 2 (WB1224) THERMODYNAMICA 2 (WB1224) donderdag 27 januari 2005 14.00-17.00 u. AANWIJZINGEN Het tentamen bestaat uit twee of drie open vragen en 15 meerkeuzevragen. Voor de beantwoording van de meerkeuzevragen is

Nadere informatie

De synthese van een polyester

De synthese van een polyester De synthese van een polyester 1 OPDRCHT FSE 3 Synthetiseer, per projectgroep, één type polyester, op verschillende manieren. Hoe maak je een polyester? 2 SYNTHESE VN EEN MONOESTER X = OH, Cl, OCOR SYNTHESE

Nadere informatie

Technische Universiteit Eindhoven Tentamen Thermische Fysica II 3NB65. 15 augustus 2011, 9.00-12.00 uur

Technische Universiteit Eindhoven Tentamen Thermische Fysica II 3NB65. 15 augustus 2011, 9.00-12.00 uur Technische Universiteit Eindhoven Tentamen Thermische Fysica II 3NB65 15 augustus 2011, 9.00-12.00 uur Het tentamen bestaat uit drie, de hele stof omvattende opgaven, onderverdeeld in 15 deelopgaven die

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Het tablet is om vele redenen een populaire toedieningsvorm van geneesmiddelen. Het gebruikersgemak en het gemak waarmee ze grootschalig kunnen worden geproduceerd zijn slechts twee van de

Nadere informatie

De extruder als polymerisatiereactor voor polymeren op basis van styreen

De extruder als polymerisatiereactor voor polymeren op basis van styreen De extruder als polymerisatiereactor voor polymeren op basis van styreen Dit proefschrift beschrijft het onderzoek naar de extruder als polymerisatiereactor voor polymeren op basis van styreen. In de samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo

Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting door een scholier 1193 woorden 30 oktober 2012 5,8 23 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Samenvatting Scheikunde

Nadere informatie

Inhoudsopgave INLEIDING... 6

Inhoudsopgave INLEIDING... 6 Inhoudsopgave ALLE MATERIALEN... 1 MATERIAALGROEPEN... 1 ANDERE INDELINGEN... 1 VERSCHILLENDE WAARNEMINGSNIVEAUS... 1 ATOMAIR... 1 METALEN... 2 LICHT / ZWAAR... 2 LEGERINGEN... 2 STEENACHTIGE MATERIALEN...

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 918 woorden 13 januari 2005 6,3 193 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 1 1.2: De bouw van een atoom.

Nadere informatie

TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA. Dinsdag 25 oktober 2011 13.15 15.15

TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA. Dinsdag 25 oktober 2011 13.15 15.15 TENTAMEN CHEMISCHE THERMODYNAMICA Dinsdag 25 oktober 2011 13.15 15.15 Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van BINAS en een (grafische) rekenmachine. Let op eenheden en significante cijfers. 1.

Nadere informatie

Droogijs. IJskappen Antarctica smelten ongelooflijk snel Bron: www. metrotime.be

Droogijs. IJskappen Antarctica smelten ongelooflijk snel Bron: www. metrotime.be IJskappen Antarctica smelten ongelooflijk snel Bron: www. metrotime.be De 3D pen laat kinderen veilig 3D objecten tekenen Door middel van LED dioden aan het uiteinde van de pen zal de inkt direct stollen,

Nadere informatie

1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen

1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen 1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING Veel fysische systemen, van groot tot klein, mechanisch en elektrisch, kunnen trillingen uitvoeren. Daarom is in de natuurkunde het bestuderen van trillingen van groot

Nadere informatie

7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss

7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss 7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss Berekening van electrische flux Alleen de component van het veld loodrecht op het oppervlak draagt bij aan de netto flux. We definieren de electrische

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde I

Eindexamen vwo scheikunde I Waterstof uit afvalwater 1 maximumscore 4 C 6 H 1 O 6 + 4 H O 4 H + CH COO + HCO + 4 H + molverhouding CH COO : HCO = 1 : 1 en C balans juist 1 coëfficiënt voor H + gelijk aan de som van de coëfficiënten

Nadere informatie

Technische Gegevens. Kunststof Plaatmateriaal. Dikte 2 mm

Technische Gegevens. Kunststof Plaatmateriaal. Dikte 2 mm Tel. 074 2500969 Fax: 074 2500961 Technische Gegevens Kunststof Plaatmateriaal Dikte 2 mm Kerfslagproef Als er losse scherpe en/of zware onderdelen in de achterbak tegen de zijwanden komen kunnen er gaten

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde H6 (Chemie)

Samenvatting Scheikunde H6 (Chemie) Samenvatting Scheikunde H6 (Chemie) Samenvatting door een scholier 892 woorden 18 maart 2004 5,1 73 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Hoofdstuk 6 Twee soorten bindingen bij moleculaire stoffen:

Nadere informatie

5,8. Werkstuk door een scholier 2254 woorden 11 april keer beoordeeld. Scheikunde

5,8. Werkstuk door een scholier 2254 woorden 11 april keer beoordeeld. Scheikunde Werkstuk door een scholier 2254 woorden 11 april 2001 5,8 484 keer beoordeeld Vak Scheikunde Wat zijn kunststoffen? Kunststoffen zijn chemische producten afkomstig van fossiele brandstoffen waaraan weer

Nadere informatie

Product Dikte (mm) Breedte (mm) Lengte (m) Verpakking Artikel nummer

Product Dikte (mm) Breedte (mm) Lengte (m) Verpakking Artikel nummer RubberShell SA RubberShell is een innovatief zelfklevend EPDM membraan. Opgebouwd uit een (compleet vernieuwende) EPDM toplaag, interne glasvezelwapening en een polymeer onderlaag voorzien van een gesiliconiseerde

Nadere informatie

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (2)

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (2) Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek () E. Gernaat, ISBN 97-9-97-3- 1 Inductiespanning 1.1 Introductie Eén van de belangrijkste ontdekkingen op het gebied van de elektriciteit was het

Nadere informatie

Restlevensduur van PVC-U en PE leidingen. Workshop CAPWAT 24 maart 2011

Restlevensduur van PVC-U en PE leidingen. Workshop CAPWAT 24 maart 2011 28-03-2011 Restlevensduur van PVC-U en PE leidingen Workshop CAPWAT 24 maart 2011 Restlevensduur van PVC-U en PE leidingen 2 Indeling Wavin leidingsysteem oplossingen Onderzoeksrapporten Restlevensduur

Nadere informatie

Tentamen Statistische Thermodynamica MS&T 27/6/08

Tentamen Statistische Thermodynamica MS&T 27/6/08 Tentamen Statistische Thermodynamica MS&T 27/6/08 Vraag 1. Toestandssom De toestandssom van een systeem is in het algemeen gegeven door de volgende uitdrukking: Z(T, V, N) = e E i/k B T. i a. Hoe is de

Nadere informatie

(Polymeer)materialen voor een duurzamere samenleving. Mario Smet Departement Chemie

(Polymeer)materialen voor een duurzamere samenleving. Mario Smet Departement Chemie (Polymeer)materialen voor een duurzamere samenleving Mario Smet Departement Chemie Inhoud Milieuproblemen gerelateerd aan plastics en (mogelijke) oplossingen Troeven van plastics voor een duurzamere samenleving

Nadere informatie

Technische ThermoDynamica Samenvatter: Maarten Haagsma /6 Temperatuur: T = ( /U / /S ) V,N

Technische ThermoDynamica Samenvatter: Maarten Haagsma /6 Temperatuur: T = ( /U / /S ) V,N 2001-1/6 Temperatuur: T = ( /U / /S ) dw = -PdV Druk: P = - ( /U / /V ) S,N dq = TdS Chemisch potentiaal: = ( /U / /N ) S,V Energie representatie: du = TdS + -PdV + dn Entropie representatie: ds = du/t

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATINALE SHEIKUNDELYMPIADE RRETIEMDEL VRRNDE 1 (de week van) woensdag 4 februari 2009 Deze voorronde bestaat uit 24 meerkeuzevragen verdeeld over 5 onderwerpen en 3 open vragen met in totaal 13 deelvragen

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting door F. 1622 woorden 22 mei 2015 6,1 40 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Gloeien, smelten en verdampen Als je

Nadere informatie

Kunststoffen en resistentie

Kunststoffen en resistentie Kunststoffen en resistentie Schoonmansveld 52 2870 PUURS www.vigotec.be Tel.: +32(0)3 860 01 90 Fax: +32(0)3 860 01 99 Email: Plastics@vigotec.be EIGENSCHAPPEN VAN KUNSTSTOFFEN Kunststoffen worden ingedeeld

Nadere informatie

De waterconstante en de ph

De waterconstante en de ph EVENWICHTEN BIJ PROTOLYSEREACTIES De waterconstante en de ph Water is een amfotere stof, dat wil zeggen dat het zowel zure als basische eigenschappen heeft. In zuiver water treedt daarom een reactie van

Nadere informatie

HEREXAMEN EIND MULO tevens IIe ZITTING STAATSEXAMEN EIND MULO 2009

HEREXAMEN EIND MULO tevens IIe ZITTING STAATSEXAMEN EIND MULO 2009 MNSTERE VAN ONDERWJS EN VOLKSONTWKKELNG EXAMENBUREAU HEREXAMEN END MULO tevens e ZTTNG STAATSEXAMEN END MULO 2009 VAK : NATUURKUNDE DATUM : VRJDAG 07 AUGUSTUS 2009 TJD : 7.30 9.30 UUR DEZE TAAK BESTAAT

Nadere informatie

Het schilderen van kunststoffen

Het schilderen van kunststoffen en behandeling van kunststoffen 1. Verfsystemen voor kunststoffen 2. Hard polyvinylchloride (PVC) 3. Zacht (week gemaakt) polyvinylchloride (PVC) 4. Polyetheen (PE) 5. Polypropeen (PP) 6. Polystyreenschuim

Nadere informatie

EXAMEN VWO SCHEIKUNDE 1980, TWEEDE TIJDVAK, opgaven

EXAMEN VWO SCHEIKUNDE 1980, TWEEDE TIJDVAK, opgaven EXAMEN VWO SCHEIKUNDE 1980, TWEEDE TIJDVAK, opgaven Jood en propanon 1980-II(I) Jood lost goed op in een oplossing van kaliumjodide in water. De verkregen oplossing noemt men joodwater. In zuur milieu

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2001-II

Eindexamen scheikunde havo 2001-II Eindexamen scheikunde havo 00-II 4 Antwoordmodel Energievoorziening in de ruimte et (uiteenvallen van de Pu-38 atomen) levert energie dus het is een exotherm proces. er komt energie vrij aantal protonen:

Nadere informatie

Kunststof en composiet

Kunststof en composiet Kunststof en composiet Kunststof en composiet 4e college kunststof Utrecht HKU Materialen Vandaag: Overige kunststoffen Composieten Kunststofherkenning en herhaling Materialen PE, polyetheen - LDPE en

Nadere informatie

Kunststof en composiet Kunststof en composiet

Kunststof en composiet Kunststof en composiet Kunststof en composiet Kunststof en composiet 4e college kunststof Utrecht HKU Vandaag: PE, polyetheen Overige kunststoffen Composieten Kunststofherkenning en herhaling - LDPE en HDPE: verschillend soortelijk

Nadere informatie

Brandstof, Remvloeistof, Smeer- en Koelmiddelen (7)

Brandstof, Remvloeistof, Smeer- en Koelmiddelen (7) Brandstof, Remvloeistof, Smeer- en Koelmiddelen (7) E. Gernaat (ISBN 978-90-79302-07-9) 1 Vaste smeermiddelen 1.1 Werking Grafiet en molybdeen-disulfide (MoS 2 ) zijn de belangrijkste stoffen die worden

Nadere informatie

Studentnummer: Schrijf je naam en studentnummer op elk vel. Omcirkel het juiste antwoord.

Studentnummer: Schrijf je naam en studentnummer op elk vel. Omcirkel het juiste antwoord. Naam: Studentnummer: FLP1 Tentamen 31 05 2013, 14:00 17:00h Dit tentamen bestaat uit 25 opgaven op 6 bladzijden. Schrijf je naam en studentnummer op elk vel. Omcirkel het juiste antwoord. Je mag boek,

Nadere informatie

zwaartekracht (N of kn) Dus moeten we Fz bepalen dat kan alleen als we de massa weten. Want

zwaartekracht (N of kn) Dus moeten we Fz bepalen dat kan alleen als we de massa weten. Want Sterkteberekening Dissel berekenen op afschuiving. Uitleg over de methode Om de dissel te berekenen op afschuiving moet men weten welke kracht de trekker kan uitoefenen op de bloemkoolmachine. Daarvoor

Nadere informatie

Wat gaan we doen? Koken van water: wat gebeurt er ( temperatuur, energie, druk) Leren opzoeken in stoomtabellen. Diagrammen van water en stoom

Wat gaan we doen? Koken van water: wat gebeurt er ( temperatuur, energie, druk) Leren opzoeken in stoomtabellen. Diagrammen van water en stoom Si klas 1 Pagina 1 Wat gaan we doen? dinsdag 30 januari 2018 12:43 Koken van water: wat gebeurt er ( temperatuur, energie, druk) Leren opzoeken in stoomtabellen Diagrammen van water en stoom Een stoominstallatie

Nadere informatie

- Samenvatting voor niet-chemici -

- Samenvatting voor niet-chemici - - Samenvatting voor niet-chemici - Inleiding In het leven van de moderne mens zijn producten uit de chemische industrie overal aanwezig. We gebruiken plastics en andere kunststoffen als verpakkingsmateriaal

Nadere informatie

Eindtoets 3BTX1: Thermische Fysica. Datum: 3 juli 2014 Tijd: uur Locatie: paviljoen study hub 2 vak c & d

Eindtoets 3BTX1: Thermische Fysica. Datum: 3 juli 2014 Tijd: uur Locatie: paviljoen study hub 2 vak c & d Eindtoets 3BTX1: Thermische Fysica Datum: 3 juli 2014 Tijd: 9.00-12.00 uur Locatie: paviljoen study hub 2 vak c & d Deze toets bestaat uit 3 opgaven die elk op een nieuwe pagina aanvangen. Maak de opgaven

Nadere informatie

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding BUFFEROPLOSSINGEN Inleiding Zowel in de analytische chemie als in de biochemie is het van belang de ph van een oplossing te regelen. Denk bijvoorbeeld aan een complexometrische titratie met behulp van

Nadere informatie

3M 3.1 3M M

3M 3.1 3M M Harsen 3 Er is een grote verscheidenheid van harsen leverbaar voor het isoleren en mechanisch beschermen van kabelverbindingen in laagspanningsnetten. De harsen van 3M hebben hun doeltreffendheid al sinds

Nadere informatie

Metaalstructuren en toestandsdiagram. Metaalstructuren en toestandsdiagram. Metaalstructuren en toestandsdiagram. Metaalstructuren en toestandsdiagram

Metaalstructuren en toestandsdiagram. Metaalstructuren en toestandsdiagram. Metaalstructuren en toestandsdiagram. Metaalstructuren en toestandsdiagram en toestandsdiagram en toestandsdiagram De Eiffeltoren (één van de nietklassieke wereldwonderen) is 317 meter hoog tot aan de top van de vlaggenstok, zonder de televisieantennes mee te rekenen. Met televisieantennes

Nadere informatie

Opgave 1 Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden.

Opgave 1 Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden. Uitwerkingen Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden. Opmerking: in een ideaal gas hebben de moleculen wel een massa. Alleen

Nadere informatie

Thermodynamica. Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven

Thermodynamica. Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven Thermodynamica Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven Academiejaar 2009-2010 Inhoudsopgave Eerste hoofdwet - deel 1 3 Oefening 1.1......................................

Nadere informatie

SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9

SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9 SCHEIKUNDE Hoofdstuk 9 Par. 1 Elke chemische reactie heeft een energie-effect. De chemische energie voor én na de reactie is niet gelijk. Als de reactie warmer wordt is de chemische energie omgezet in

Nadere informatie

Polymeren zijn grote moleculen die zijn opgebouwd uit een beperkt aantal soorten bouwblokken waarvan er een groot aantal in een molecuul zijn verwerkt. Meestal bestaat een polymeermolecuul uit een lange

Nadere informatie

Design For Manufacturing: verslaggeving Flash_VR a1.s2.p2.v2. [Bedekkingskap-lens] Constructieonderdeel

Design For Manufacturing: verslaggeving Flash_VR a1.s2.p2.v2. [Bedekkingskap-lens] Constructieonderdeel Design For Manufacturing: verslaggeving Flash_VR-05122017-a1.s2.p2.v2. [Bedekkingskap-lens] Constructieonderdeel Constructiekeuze: Het uitwerken van de Bedekkingskap-lens ging nauw samen met het uitwerken

Nadere informatie