COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel toezicht op kredietinstellingen
|
|
- Renée Smeets
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel toezicht op kredietinstellingen Brussel, 16 april 1999 CIRCULAIRE D1 99/2 AAN DE KREDIETINSTELLINGEN EN DE ERKENDE REVISOREN Mevrouw, Mijnheer, In haar Jaarverslag heeft de Commissie voor het Bank- en Financiewezen toegelicht met welke interne en externe maatregelen zij haar actieplan voor een verscherpt banktoezicht wenst uit te werken. Wat de externe maatregelen betreft gaat haar aandacht prioritair naar de versteviging van de concentrische cirkels van het prudentieel toezichtsmodel (dit zijn het interne controlesysteem van elke kredietinstelling, haar interne audit, het revisoraal toezicht en het toezicht door de Commissie) alsook naar de verbetering van hun interactie. In 1997 vaardigde de Commissie voor het Bank- en Financiewezen de circulaire van 30 juni 1997 over interne controle en interne audit uit, waarbij zij de nadruk legde op de eerste en tweede cirkel. De circulaire D1 99/1 van 12 maart 1999 omtrent de opdracht van de erkende revisoren bij kredietinstellingen besteedt aandacht aan de derde cirkel, het revisoraal toezicht. In het kader van het drie-partijen-overleg tussen de Belgische Vereniging van Banken (BVB), het Instituut der Revisoren Erkend door de CBF (IRECBF) en de Commissie voor het Banken Financiewezen, werd de mogelijke synergie tussen de interne audit, de erkende revisor en de Commissie onderzocht. De tekst in bijlage aan deze circulaire vloeit voort uit dit overleg en biedt een concreet referentiekader aan met krachtlijnen ter bevordering van de door de Commissie nagestreefde synergie in het prudentieel toezichtsmodel. Er zal geregeld onderzocht worden of voornoemd referentiekader nog aangepast is, onder meer gelet op eventuele internationale ontwikkelingen. Het door de Commissie voor het Bank- en Financiewezen gehanteerde toezichtsmodel veronderstelt dat er een vertrouwensband bestaat tussen de instelling, haar erkende revisor en de Commissie. Als dit vertrouwen ontbreekt kan het toezichtsmodel niet meer functioneren. In dit verband verwacht de Commissie dan ook dat de personen belast met de effectieve leiding van een kredietinstelling haar inlichten over beslissingen, feiten of ontwikkelingen die de positie van de kredietinstelling op betekenisvolle wijze kunnen beïnvloeden. Wat de organisatie van het toezicht door de Commissie betreft wordt verwezen naar de brief van 29 september 1998 aan alle kredietinstellingen over de reorganisatie van het banktoezicht. Het geregeld overleg tussen de Commissie, de erkende revisor en de interne auditor is te beschouwen als een aanvulling op de gesprekken tussen de Commissie en de hoogste leiding van de kredietinstelling. Het overleg vervangt deze gesprekken niet../. Louizalaan 99, B-1050 Brussel telefoon +32(2) fax +32(2)
2 De tekst wordt overgemaakt aan alle kredietinstellingen en aan alle erkende revisoren. Aan de bijkantoren van EU-kredietinstellingen wordt de circulaire ter informatie overgemaakt ; immers enkel de toezichthouder van het land van herkomst is bevoegd. Deze circulaire is niet normatief maar kan worden beschouwd als een memorandum dat het prudentieel toezichtsmodel beschrijft, elke toezichtsfunctie toelicht en de relaties en samenwerking tussen de verschillende functies regelt. Het is de modus operandi van de trialoog. Uiteraard blijven alle bestaande circulaires van de Commissie van kracht. Hoogachtend, De Voorzitter, Bijlage : één J.-L. Duplat.
3 BIJLAGE AAN DE CIRCULAIRE D1 99/2 VAN 16 APRIL 1999 OVER DE SYNERGIE CBF-REVISOREN-INTERNE AUDIT INHOUDSOPGAVE 0. Overzicht van de krachtlijnen 1. Belang van de samenwerking tussen de toezichtsfuncties (krachtlijn nr. 1) 2. Het interne toezicht door de kredietinstelling zelf (krachtlijn nr. 2) 3. De toezichtsfunctie van de erkende revisoren en de relatie met de Commissie (krachtlijn nr. 3) 4. De relatie interne audit - erkende revisor (krachtlijn nr. 4) 5. De toezichtsfunctie van de Commissie: toezicht ter plaatse (krachtlijn nr. 5) 6. De relatie interne audit-cbf (krachtlijn nr. 6) 7. Het overleg tussen de CBF, de erkende revisoren en de interne auditors (krachtlijn nr. 7) * * *
4 0. Overzicht van de krachtlijnen Krachtlijn nr. 1 In het belang van een degelijk banktoezicht en met het oog op een optimale synergie streven de CBF, de erkende revisoren en de interne audit naar een betere samenwerking en interactie. Krachtlijn nr. 2 Het interne toezicht door de kredietinstelling zelf steunt op de interne controle en de interne audit. In deze domeinen formuleert de Commissie de goede bankpraktijken en volgt deze op. Krachtlijn nr. 3 Het uitgangspunt van de samenwerking tussen de revisor en de Commissie is dat de taken van de revisor als medewerker aan het prudentieel toezicht complementair dienen te zijn aan zijn privaatrechtelijke opdracht. Krachtlijn nr. 4 De Commissie moedigt de samenwerking en het overleg tussen de beroepsgroepen van erkende revisoren en interne auditors aan. Zij stelt het op prijs op de hoogte te worden gehouden van het overleg. Krachtlijn nr. 5 Toezicht ter plaatse door de Commissie omvat zowel onderzoeken ter plaatse als inspecties. Inspecties zullen bij voorkeur, maar niet uitsluitend, georiënteerd worden naar die domeinen waar de CBF over aanwijzingen beschikt dat een verhoogd risico wordt gelopen ( risk based approach ). Van inspecties kan ook gebruik gemaakt worden om bij verschillende instellingen eenzelfde activiteit of een aspect ervan te onderzoeken (de zogenaamde thematische of horizontale inspecties). Krachtlijn nr. 6 De Commissie steunt in haar toezicht o.m. op het periodiek overleg tussen haar diensten en het hoofd van de interne auditafdeling. Bovendien beveelt de Commissie aan dat op het niveau van de sector een gestructureerd overleg plaatsvindt tussen de interne auditors gericht op informatie-uitwisseling. Krachtlijn nr. 7 De samenwerking tussen de CBF, de revisoren en de interne auditors is gesteund op periodiek overleg tussen de betrokkenen met behoud van ieders verantwoordelijkheden.
5 1. Belang van de samenwerking tussen de toezichtsfuncties Krachtlijn nr. 1 In het belang van een degelijk banktoezicht en met het oog op een optimale synergie streven de CBF, de erkende revisoren en de interne audit naar een betere samenwerking en interactie. De samenwerking tussen de verschillende toezichtsfuncties dient gezien te worden in het licht van het prudentieel toezichtsmodel. Dit model stelt dat het prudentieel toezicht georganiseerd is in vier concentrische cirkels. De twee binnenste cirkels, interne controle en interne audit, hebben betrekking op het door de kredietinstelling zelf uitgevoerde toezicht, de buitenste cirkels, revisor en CBF, betreffen het extern toezicht. Bij de organisatie van het toezicht dient erover gewaakt dat alle risicogebieden van de kredietinstellingen adequaat opgevolgd worden, zonder dat hierbij evenwel de verschillende toezichtsfuncties elkaar nodeloos overlappen. De Commissie dient een overzicht te behouden op het geheel van alle activiteiten en toezichtsfuncties. Het voorgaande betekent dat elke activiteit en elk onderdeel van een kredietinstelling onder een toezichtsfunctie ressorteren volgens het principe volledige controleafdekking met een lichte overlapping, en dat hierbij gebruik gemaakt wordt van de specifieke eigenschappen van elke toezichtsfunctie. In dit verband is het nuttig de activiteiten en kenmerken eigen aan elke toezichtsfunctie verder te onderzoeken. 2. Het interne toezicht door de kredietinstelling zelf Krachtlijn nr. 2 Het interne toezicht door de kredietinstelling zelf steunt op de interne controle en de interne audit. In deze domeinen formuleert de Commissie de goede bankpraktijken en volgt deze op. De circulaire van 30 juni 1997, gesteund op artikel 20 van de bankwet, omschrijft in algemene termen het begrip interne controle. Diverse circulaires van de CBF beschrijven de goede bankpraktijken inzake organisatie en interne controle in verschillende domeinen (o.a. inzake gevolmachtigde agenten, geld- en wisselverrichtingen, renterisico, enz.). Wat betreft interne audit omschrijft de circulaire van 30 juni 1997 de opdracht en de werkingsmodaliteiten van de interne auditafdeling. Met deze circulaire beveelt de Commissie ook de oprichting van een auditcomité aan wanneer de instelling talrijke en complexe risico s loopt. De circulaire besteedt ook aandacht aan de risicobewaking en -beheersing. Dit wordt aanzien als een specifieke maatregel van interne controle. Elke instelling dient de passende maatregelen te nemen zodanig dat de risico s opgevolgd en beheerst worden. Mogelijke maatregelen zijn de uitwerking van beleidslijnen, het opstellen van gestructureerde limieten en de identificatie, de meting, de opvolging en de rapportering van de risico s alsmede een afdoende documentatie van de gebruikte
6 risicobeheersingssystemen en van de procedures voor de verwerking van de verrichtingen. Het voorgaande is gesteund op internationale werkzaamheden van de Europese en G-10 toezichthouders Artikel 4, paragraaf 4 van de richtlijn 93/6/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 maart 1993 stelt dat de kredietinstellingen moeten beschikken over systemen van bewaking en beheersing van het renterisico met betrekking tot het gehele bedrijf. Deze systemen zijn aan toetsing door de bevoegde autoriteiten onderworpen. Het Amendment to the capital accord to incorporate market risks (Bazel, januari 1996) stelt dat de interne auditafdeling geregeld (in het ideale geval minstens éénmaal per jaar) een onafhankelijk nazicht van het risicobeheersingssysteem dient uit te voeren. Dit nazicht dient zowel de activiteiten van de zaal te omvatten als deze van de risk management-afdeling. Het Bazels document beschrijft de zeer uitgebreide minimum opdracht voor de interne auditafdelingen (zie bijlage 2, paragraaf h van het Amendment) 1. De opdracht van de interne auditafdeling is veelomvattend. Nochtans heeft interne audit ook een belangrijke beperking: de interne auditafdeling, als instrument van de directie, kan de beleidslijnen van de instelling en de opportuniteit van bepaalde beleidsbeslissingen niet in vraag stellen. Dit gegeven is vanuit prudentieel standpunt belangrijk omdat een onvoorzichtig beleid de bescherming van het spaarderpubliek en de goede werking van het kredietsysteem in gevaar kan brengen. Het is een opdracht van de CBF hierop toe te zien. Deze vaststelling doet geen afbreuk aan de bepalingen van de circulaire die stellen dat de interne audit dient te reageren wanneer de bankleiding beslissingen neemt die strijdig zijn met de wettelijke of reglementaire bepalingen of met de integriteit en de deontologie. Het hoofd van de interne auditafdeling kan hieromtrent de voorzitter van het directiecomité inlichten dan wel van de raad van bestuur. Het betreft hier objectieve vaststellingen en geen beoordelingen van het beleid of van de opportuniteit ervan. Zoals reeds hiervoor aangestipt dient de Commissie, in het kader van haar globaal toezicht, te kunnen nagaan of de andere toezichtsfuncties, in casu interne audit, op de hoogte zijn van de risico s die de instelling loopt en de manier waarop ze worden opgevolgd. 1 De CBF zal de werkzaamheden van de interne auditafdeling in dit domein beoordelen en zo zij het noodzakelijk acht, aanvullen met eigen inspecties.
7 3. De toezichtsfunctie van de erkende revisoren en de relatie met de Commissie Krachtlijn nr. 3 Het uitgangspunt van de samenwerking tussen de revisor en de Commissie is dat de taken van de revisor als medewerker aan het prudentieel toezicht complementair dienen te zijn aan zijn privaatrechtelijke opdracht. De Commissie heeft de samenwerkingsopdracht van de erkende revisoren, zoals omschreven in de artikelen 50 tot 55 van de bankwet, opnieuw toegelicht in de circulaire D1 99/1 van 12 maart De nieuwe richtlijnen inzake de opdracht van de erkende revisoren bij kredietinstellingen hebben als uitgangspunt dat de taken van de revisor als medewerker aan het prudentieel toezicht complementair dienen te zijn aan zijn privaatrechtelijke opdracht. De nieuwe circulaire legt dan ook meer dan vroeger de nadruk op: een doorgedreven controle op de methode die de kredietinstelling gebruikt voor het opstellen van periodieke rapporteringsstaten, met inbegrip van de tabellen van aanvullende beschrijving (deze zijn immers onontbeerlijk voor de financiële analyses van de CBF); de controle op de passende organisatie en interne controle alsmede op de naleving van het wettelijk statuut (nieuw in dit verband is de aandacht die de revisor dient te besteden aan de compliance -functie bij de instellingen); de verslaggeving aan de CBF met een beschrijving en beoordeling van de interne controle en de organisatie (met inbegrip van de interne audit); de signaalfunctie of informatie-uitwisseling tussen de erkende revisoren en de CBF. 4. De relatie interne audit - erkende revisor Krachtlijn nr. 4 De Commissie moedigt de samenwerking en het overleg tussen de beroepsgroepen van erkende revisoren en interne auditors aan. Zij stelt het op prijs op de hoogte te worden gehouden van het overleg. De relatie interne audit - erkende revisor belangt in eerste instantie beide beroepen aan. Uit de algemene controlenormen van het Instituut der Bedrijfsrevisoren (IBR) 2 blijkt dat het onderzoek door de revisor van de interne controle van de kredietinstelling, de organisatie, de werking en de controleprogramma s van de interne auditafdeling behelst. De revisor kan gebruik maken van de werkzaamheden van de interne auditafdeling 3 wanneer deze voldoet aan een reeks normen zoals gesteld door de circulaire interne audit van de CBF. De werkzaamheden waarop erkende revisoren kunnen steunen zullen vooral betrekking hebben op de analyse en toetsing van de interne controlemaatregelen van de onderneming. In voorkomend geval zullen de erkende revisoren tevens kunnen steunen op de door de interne auditafdeling 2 Norm f. 3 Aanbeveling nr. 3 van het IBR betreft het gebruik van het werk van een interne auditafdeling door een bedrijfsrevisor bij zijn controlewerkzaamheden m.b.t. de financiële staten van een onderneming.
8 uitgevoerde boekhoudkundige en financiële controles. De IBR-norm voorziet geen tweerichtings -samenwerking tussen interne auditafdeling en erkende revisor. De normen van het Institute of International Auditors stellen o.m. dat het hoofd van de interne auditafdeling de interne en externe audit moet coördineren teineinde een gepaste auditafdekking te bekomen en duplicatie tot een minimum te beperken 4. Volgens deze norm is een tweerichtings -samenwerking tussen de interne auditafdeling en de erkende revisor mogelijk. De Commissie moedigt het overleg tussen de twee beroepsgroepen aan om tot een zo efficiënt mogelijke samenwerking te komen. 5. De toezichtsfunctie van de Commissie: toezicht ter plaatse Krachtlijn nr. 5 Toezicht ter plaatse door de Commissie omvat zowel onderzoeken ter plaatse als inspecties. Inspecties zullen bij voorkeur, maar niet uitsluitend, georiënteerd worden naar die domeinen waar de CBF over aanwijzingen beschikt dat een verhoogd risico wordt gelopen ( risk based approach ). Van inspecties kan ook gebruik gemaakt worden om bij verschillende instellingen eenzelfde activiteit of een aspect ervan te onderzoeken (de zogenaamde thematische of horizontale inspecties). Zoals uiteengezet in de Jaarverslagen en van de Commissie vormt het toezicht ter plaatse één van de peilers van het prudentieel toezicht naast de operationele controle en de algemene en ondersteunende taken van het toezicht. De werkzaamheden van de 1ste Directie werden zodanig gereorganiseerd dat meer aandacht uitgaat naar het toezicht ter plaatse. Het toezicht ter plaatse omvat zowel onderzoeken ter plaatse als inspecties. Het doel van een onderzoek ter plaatse is om binnen een beperkt tijdsbestek, de instelling beter te leren kennen, zowel haar activiteiten als haar organisatie alsmede de wijze waarop de leiding van de instelling het beheer van de bancaire risico s organiseert. Hierover wordt ook een onderhoud met het hoofd van de interne auditafdeling gevoerd. Dit soort onderzoeken wordt gekarakteriseerd door twee sleutelbegrippen : een korte tijdsperiode en informatie-inwinning. Gecombineerd met de overige informatie waarover de CBF beschikt vormen deze onderzoeken een element in de beoordeling van de instelling. Een onderzoek ter plaatse is geen inspectie. Een inspectie wordt gekarakteriseerd door een auditaanpak volgens de algemeen aanvaarde auditprincipes. Inspecties gebeuren dan ook door medewerkers met een auditervaring. In dat opzicht zijn zij te vergelijken met de medewerkers van de interne auditafdelingen en met de erkende revisoren. Inspecties richten zich vooral op de administratieve- en boekhoudkundige organisatie en de interne controle van drie belangrijke activiteitsdomeinen : het professioneel bankbedrijf (marktbedrijf en eigen beleggingsportefeuille), het particulier en zakelijk bankbedrijf (kredietbedrijf en balansbedrijf met clienteel) en het beleggingsbedrijf (vermogensbeheer zowel voor particulieren als voor institutionelen, investment banking en adviesverlening). 4 Norm 550 van het IIA.
9 Inspecties duren langer dan onderzoeken ter plaatse, verlopen grondiger en monden uit in concrete aanbevelingen van de controledienst. Belangrijke aandachtspunten bij een inspectie zijn het inventariseren van de risico s die een instelling loopt en de manier waarop zij haar risico s al dan niet opvolgt. De inspecties verlopen volgens de transversale methode, d.i. de globale aanpak van een domein (ook aanbevolen voor interne audit - zie par , tweede alinea van de circulaire van 30 juni 1997). De aanwijzingen voor een verhoogd risico worden geput uit de andere toezichtsinstrumenten, zoals de financiële analyse, de revisorale medewerking, de onderzoeken ter plaatse en de gesprekken met de bankleiding. Ook bij ernstige problemen bij een kredietinstelling zullen inspecties uitgevoerd worden. Het is immers niet meer dan normaal dat in een crisissituatie alle toezichtsinstrumenten worden ingezet. Binnen het Prudentieel toezicht op kredietinstellingen is in het kader van de beoordeling van de kwalitatieve en kwantitatieve criteria voor de erkenning van interne modellen, een permanente functie voorzien inzake inspectie van deze modellen. De procedure die de Commissie hierbij volgt is uitvoerig beschreven in haar Jaarverslag (blz. 41 e.v.). Gelet op het grote belang van informatica en informaticatoepassingen bij de financiële instellingen is binnen het Prudentieel toezicht op kredietinstellingen een permanente functie voorzien inzake IT. De modaliteiten van een inspectie in het kader van de nagestreefde synergie, overeenkomstig krachtlijn nr. 1, zijn als volgt: een inspectie wordt gepland en uitgevoerd rekening houdend met de controlewerkzaamheden van de interne auditafdeling en de erkende revisor zoals blijkt uit het gezamenlijk overleg. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de optiek waarin bepaalde controles gebeurden en de daarbij gehanteerde methodiek; de inspecteur kan op basis van het auditprogramma en de werkdocumenten van de interne auditafdeling nagaan in welke mate gesteund kan worden op het reeds geleverde werk om dubbel gebruik te vermijden; op het einde van de inspectie kan de inspecteur aan de interne audit mondeling bijkomende toelichting geven over de vaststellingen en de gehanteerde audittechnieken; de reactie van de bankleiding op de aanbevelingen van het inspectieverslag wordt opgenomen in dit verslag; het inspectieverslag wordt door de CBF verzonden aan de voorzitter van het directiecomité van de kredietinstelling, de erkende revisor en het hoofd van de interne auditafdeling (o.m. met de vraag het auditcomité, zo het bestaat, te informeren). Enkel om exceptionele redenen wordt het verslag door de CBF ook bezorgd aan de voorzitter van het auditcomite (zo het bestaat) met een verklarende brief (zo geen auditcomité bestaat kan het verslag overgemaakt worden aan de voorzitter van de raad van bestuur).
10 6. De relatie interne audit-cbf Krachtlijn nr. 6 De Commissie steunt in haar toezicht o.m. op het periodiek overleg tussen haar diensten en het hoofd van de interne auditafdeling. Bovendien beveelt de Commissie aan dat op het niveau van de sector een gestructureerd overleg plaatsvindt tussen de interne auditors gericht op informatie-uitwisseling. Tijdens het periodiek overleg tussen de diensten van de Commissie en het hoofd van de interne auditafdeling kan gezamenlijk overlegd worden welke de risicovolle gebieden zijn, welke maatregelen genomen werden, welke activiteiten de interne auditafdeling zal uitvoeren en met welke invalshoek. Ook de samenwerking tussen de afdeling en de revisoren kan ter sprake worden gebracht. De Commissie beveelt aan dat de interne auditors van de kredietinstellingen zich zouden verenigen. Hierdoor kan op het niveau van de sector overleg plaatsvinden tussen de interne auditors en de Commissie. 7. Het overleg tussen de CBF, de erkende revisoren en de interne auditors Krachtlijn nr. 7 De samenwerking tussen de CBF, de revisoren en de interne auditors is gesteund op periodiek overleg tussen de betrokkenen met behoud van ieders verantwoordelijkheden. De samenwerking strekt ertoe de efficiëntie van de inbreng van elk van de drie geledingen van het toezicht te verhogen om op die manier te komen tot een zo optimaal mogelijk toezicht. Deze samenwerking berust op periodiek overleg tussen de Commissie, de erkende revisoren en de interne auditors. Tijdens dit overleg wordt informatie uitgewisseld omtrent de respectieve controleplannen. In het bijzonder gaat de aandacht naar de voorziene controle-onderwerpen, de motivering van de keuze van deze onderwerpen en de vooropgestelde planning. Het overleg besteedt ook aandacht aan het gevolg dat binnen de instelling wordt gegeven aan de vaststellingen en de bijpassende aanbevelingen. De beoogde samenwerking kan enkel worden verwezenlijkt in de mate dat de andere toezichtsfuncties optimaal functioneren. In dit verband dient opgemerkt dat de werking van de twee binnenste concentrische cirkels op zich het voorwerp kan uitmaken van een inspectie.
COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel toezicht op de beleggingsondernemingen
Prudentieel toezicht op de beleggingsondernemingen Brussel, 14 november 2002. CIRCULAIRE D1/EB/2002/6 AAN DE BELEGGINGSONDERNEMINGEN OVER HUN INTERNE CONTROLE EN OVER DE INTERNE AUDITFUNCTIE EN DE COMPLIANCE-FUNCTIE
Nadere informatieCOMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel toezicht op kredietinstellingen
Prudentieel toezicht op kredietinstellingen Brussel, 30 december 1997 CIRCULAIRE D1 97/10 AAN DE KREDIETINSTELLINGEN Mevrouw, Mijnheer, De hoeksteen voor de goede werking van de financiële sector is het
Nadere informatieBijlage aan de circulaire D1 2001/13 van 18 december 2001 over compliance INHOUDSOPGAVE
Bijlage aan de circulaire D1 2001/13 van 18 december 2001 over compliance INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave 0. Wettelijke basis en overzicht van de principes 1. Definitie van compliance 2. Verantwoordelijkheid
Nadere informatieBIJLAGE 2 AAN DE CIRCULAIRE D1/EB/2002/6 VAN 14 NOVEMBER 2002 «COMPLIANCE»
Prudentieel toezicht op de beleggingsondernemingen BIJLAGE 2 AAN DE CIRCULAIRE D1/EB/2002/6 VAN 14 NOVEMBER 2002 «COMPLIANCE» INHOUDSOPGAVE 0. Definitie van compliance 1. Wettelijke basis en overzicht
Nadere informatieCOMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel toezicht op kredietinstellingen
COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel toezicht op kredietinstellingen w BRUSSEL, 30 juni 1997 CIRCULAIRE Dl 9714 AAN DE KREDIETINSTELLINGEN Mevrouw, Mijnheer, Met haar rondschrijven van
Nadere informatieCirculaire CBFA_2009_26 dd. 24 juni 2009
Circulaire _2009_26 dd. 24 juni 2009 Verslaggeving van de effectieve leiding over de beoordeling van het internecontrolesysteem en verklaring van de effectieve leiding over de periodieke prudentiële rapportering
Nadere informatieDe bancaire toezichthouder, de interne auditor en de erkende revisor lean-louis Duplat, Voorzitter van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen
De bancaire toezichthouder, de interne auditor en de erkende revisor lean-louis Duplat, Voorzitter van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen 1. Doelstellingen en wettelijke basis van het prudentieel
Nadere informatieCirculaire aan de portefeuillesurveillanten bij kredietinstellingen naar Belgisch recht die Belgische covered bonds uitgeven
Prudentieel beleid en financiële stabiliteit " de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 49 33 Fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel,
Nadere informatieCirculaire NBB_2011_09 dd. 20 december 2011
Circulaire _2011_09 dd. 20 december 2011 Het verslag van de effectieve leiding inzake de beoordeling van de interne controle, het verslag van de effectieve leiding inzake de beoordeling van de interne
Nadere informatieNorm van 10 november 2009 inzake de toepassing van de ISA s in België
Norm van 10 november 2009 inzake de toepassing van de ISA s in België Overeenkomstig de wettelijke bepalingen, vervat in het artikel 30 van de wet van 22 juli 1953, heeft deze norm, goedgekeurd door de
Nadere informatiePrudentieel statuut van de betalingsinstellingen
Mededeling _2011_16 dd. 25 maart 2011 Prudentieel statuut van de betalingsinstellingen Toepassingsveld: Deze mededeling richt zich tot de betalingsinstellingen zoals bedoeld in artikel 4, punt 8, van de
Nadere informatieCIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn
Prudentieel beleid Brussel, 20 juni 2007 CIRCULAIRE PPB-2007-8-CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn (circulaire aan de kredietinstellingen, de beleggingsondernemingen,
Nadere informatieBrussel, 6 november Geachte heer, Geachte mevrouw, Inleiding
Prudentieel beleid bank- en verzekeringswezen Brussel, 6 november 2007 Mededeling van de CBFA over haar beleid inzake de uitbesteding van diensten van vermogensbeheer van vermogen van niet-professionele
Nadere informatieNorm inzake de toepassing van de ISA's in Belgie
Norm inzake de toepassing van de ISA's in Belgie De Raad van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, Overwegende dat het moderniseren van het norrnatief kader voor de uitvoering van revisorale opdrachten
Nadere informatieBijlage bij de circulaire PPB/D. 255 van 10 maart 2005 over compliance INHOUDSOPGAVE. 2. Verantwoordelijkheid van de raad van bestuur (principe nr.
Bijlage bij de circulaire PPB/D. 255 van 10 maart 2005 over compliance INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave 0. Wettelijke basis en overzicht van de principes 1. Definitie van compliance 2. Verantwoordelijkheid
Nadere informatieLeningen, kredieten en borgstellingen aan leiders, aandeelhouders en verbonden personen
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 22 20 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 7 juli 2017 Kenmerk: NBB_2017_21 uw correspondent:
Nadere informatieL 120/20 Publicatieblad van de Europese Unie 7.5.2008 AANBEVELINGEN COMMISSIE
L 120/20 Publicatieblad van de Europese Unie 7.5.2008 AANBEVELINGEN COMMISSIE AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6 mei 2008 inzake de externe kwaliteitsborging voor wettelijke auditors en auditkantoren die
Nadere informatieAdvies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors
North Gate III 6 e verdieping Koning Albert II laan 16 1000 Brussel Tel. 02/277.64.11 Fax 02/201.66.19 E-mail : CSPEHREB@skynet.be Internet : www.cspe-hreb.be Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp
Nadere informatieCirculaire. Brussel, 13 juli 2015. Circulaire betreffende de interne controle en de interne auditfunctie NBB_2015_21
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 38 12 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 13 juli 2015 Kenmerk: NBB_2015_21 uw correspondent:
Nadere informatieSpecifieke norm van 8 oktober 2010 inzake medewerking aan het prudentieel toezicht
Specifieke norm van 8 oktober 2010 inzake medewerking aan het prudentieel toezicht Overeenkomstig de wettelijke bepalingen, vervat in het artikel 30 van de wet van 22 juli 1953, heeft deze norm, goedgekeurd
Nadere informatieDe effectieve directie
Studiedag - Journée d études De interne audit en het auditcomité Walgraeve M. Hoofd interne audit NVSM 17.10.2008 Verslag over: De effectieve directie - Financiële, operationele en strategische risico
Nadere informatieCHARTER VAN HET AUDITCOMITE
CHARTER VAN HET AUDITCOMITE INLEIDING 2 I. ROL 2 II. VERANTWOORDELIJKHEDEN 2 1. Financiële reporting 3 2. Interne controle - risicobeheer en compliance 3 3. Interne audit 4 4. Externe audit: de commissaris
Nadere informatieBIJLAGE BIJ DE CIRCULAIRE OVER INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT INHOUDSOPGAVE
PPB-2006-8-1-CPA BIJLAGE BIJ DE CIRCULAIRE OVER INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT INHOUDSOPGAVE Inleiding 0. Wettelijke basis 1. Interne controle 1.1. Definitie en componenten 1.2. Algemene maatregelen
Nadere informatieFSMA_2014_17 dd. 19/12/2014
FSMA_2014_17 dd. 19/12/2014 Deze circulaire handelt over de medewerking aan het prudentieel toezicht van de FSMA door de erkend commissarissen die in functie zijn bij: - beheervennootschappen van instellingen
Nadere informatieCharter Audit Comité Goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 2 oktober 2014
Charter Audit Comité Goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 2 oktober 2014 Charter van het Audit Comité van de Raad van Bestuur van Indaver NV 1 Doelstelling van het Auditcomité Het Auditcomité van Indaver
Nadere informatieBIJLAGE 1 AAN DE CIRCULAIRE D1/EB/2002/6 VAN 14 NOVEMBER 2002 «INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT»
Prudentieel toezicht op de beleggingsondernemingen BIJLAGE 1 AAN DE CIRCULAIRE D1/EB/2002/6 VAN 14 NOVEMBER 2002 «INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT» INHOUDSOPGAVE 0. WETTELIJKE BASIS EN OVERZICHT VAN DE
Nadere informatieFSMA_2019_05 dd. 19/02/2019. Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen (OGVV)
FSMA_2019_05 dd. 19/02/2019 Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen (OGVV) Deze circulaire verduidelijkt de inhoud van het verslag over de beoordeling van de interne controle dat de personen
Nadere informatieCirculaire. Brussel, 2 maart Prudentieel statuut van de betalingsinstellingen. Geachte mevrouw Geachte heer
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 38 12 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 2 maart 2015 Kenmerk: NBB_2015_10 uw correspondent:
Nadere informatieInterne controle en risicobeheer
COMMISSIE CORPORATE GOVERNANCE PRIVATE STICHTING Interne controle en risicobeheer Richtlijnen in het kader van de wet van 6 april 2010 en de Belgische Corporate Governance Code 2009 Hulpdocument voor het
Nadere informatieNieuwe controlenorm Bevestigingen van de leiding van de entiteit
Nieuwe controlenorm Bevestigingen van de leiding van de entiteit Op 6 juni 1997 heeft de Raad van het IBR een controleaanbeveling goedgekeurd Bevestigingen door de leiding. Deze aanbeveling heeft het voorwerp
Nadere informatieINTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 610 HET IN AANMERKING NEMEN VAN DE INTERNE AUDITWERKZAAMHEDEN
INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 610 HET IN AANMERKING NEMEN VAN DE INTERNE AUDITWERKZAAMHEDEN INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-4 Reikwijdte en doelstellingen van de interne audit... 5 Verhouding
Nadere informatieDeze 3 verslagen dienen in onderlinge samenhang te worden gelezen en kunnen niet afzonderlijk van elkaar worden gezien of gebruikt.
Hoofding van het kantoor XYZ Verslagen van de bedrijfsrevisor (1) aan de raad van bestuur (2) van de Vlaamse rechtspersoon in uitvoering van artikel 9 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september
Nadere informatieUniforme brief aan de kredietinstellingen en de beursvennootschappen
Prudentieel beleid Brussel, 24 oktober 2005 PPB/153 Uniforme brief aan de kredietinstellingen en de beursvennootschappen Geachte mevrouw, Geachte heer, Met haar brief van 3 juni 2005 (PPB/56) heeft de
Nadere informatieInstituut van de Bedrijfsrevisoren Institut des Réviseurs d'entreprises
Koninklijk Instituut - Instltut royal Advies van de Raad van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren van 20 juli 2010 betreffende het huidig en toekomstig normatief kader van het IBR De Voorzitter Correspondent
Nadere informatiePeriodieke vragenlijst met betrekking tot de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 37 40 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 15 februari 2019 Kenmerk: NBB_2019_03 Uw correspondent:
Nadere informatieSamenvatting/Doelstelling Het doel van deze circulaire is om een eenvormige rapportering te creëren inzake deposito s met een drievoudig oogmerk:
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 xx xx fax + 32 2 221 xx xx ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire In afwachting van de publicatie van het gewijzigde KB van
Nadere informatieRichtsnoeren Samenwerking tussen autoriteiten die zijn onderworpen aan de artikelen 17 en 23 van Verordening (EU) nr. 909/2014
Richtsnoeren Samenwerking tussen autoriteiten die zijn onderworpen aan de artikelen 17 en 23 van Verordening (EU) nr. 909/2014 28/03/2018 ESMA70-151-435 NL Inhoudsopgave 1 Toepassingsgebied... 2 2 Doel...
Nadere informatieSamenvatting van het advies goedgekeurd op 9 juni 2004 en uitgebracht op grond van artikel 133, tiende lid van het Wetboek van vennootschappen
ADVIES- EN CONTROLECOMITÉ OP DE ONAFHANKELIJKHEID VAN DE COMMISSARIS Ref: Accom ADVIES 2004/2 Samenvatting van het advies goedgekeurd op 9 juni 2004 en uitgebracht op grond van artikel 133, tiende lid
Nadere informatie, COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN
, COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel Toezicht BRUSSEL, 9 december 1996. OHZEZNDBRIEP Dl/3198 AAN DE KREDIETINSTELLINGEN Hevrouw, Hijnheer, De vet van 22 maart 1993 heeft een wettelijk
Nadere informatieKEY ISSUES - Corporate Governance COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN
KEY ISSUES - Corporate Governance COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Rapportering corporate governance Brussel, 18 november 1999 Mevrouw, Mijnheer, De Commissie voor het Bank en Financiewezen en
Nadere informatieCOMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN
COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Prudentieel Toezicht Brussel, 15 april 1996 CIRCULAIRE Dl 96/2 AAN DE KREDIETINSTELLINGEN Geachte mevrouw, Geachte heer, Betreft : Tenuitvoerlegging van het reglement
Nadere informatieA. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014.
Advies van 7 september 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve
Nadere informatieA. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.
Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve
Nadere informatieNORM VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN VOORPERMANENTEVORMING
NORM VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN VOORPERMANENTEVORMING Woord vooraf Gezien de inwerkingtreding op 31 augustus 2007 van de wet van 22juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de
Nadere informatieWet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 35 88 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Mededeling Brussel, 2 juni 2017 Kenmerk: NBB_2017_18 uw correspondent:
Nadere informatiePeriodieke vragenlijst met betrekking tot de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 37 40 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 15 januari 2018 Kenmerk: NBB_2018_01 Uw correspondenten:
Nadere informatiePrudentieel toezichtsproces
Prudentieel toezichtsproces Het door de Controledienst opgezette prudentieel toezichtsproces volgt een risicogebaseerde ( risk-based ) toezichtsaanpak, die prospectief is en in verhouding staat tot de
Nadere informatieUniforme brief aan de kredietinstellingen en de beursvennootschappen
Prudentieel beleid PPB Brussel, 3 juni 2005 PPB/56 Uniforme brief aan de kredietinstellingen en de beursvennootschappen Geachte mevrouw, Geachte heer, Op 26 juni 2004 heeft het Bazelcomité een document
Nadere informatieAuditchArter VAn het AGentSchAp Audit VLAAnderen 1 / 9
Auditcharter Van HET AGENTSChap AUDIT VLAANDEREN 1 / 9 Inhoudsopgave MISSIE VAN HET AGENTSCHAP AUDIT VLAANDEREN... 3 ONAFHANKELIJKHEID... 4 OBJECTIVITEIT EN BEKWAAMHEID... 5 KWALITEIT VAN DE AUDITWERKZAAMHEDEN...
Nadere informatieCOMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of
EUROPEAN COMMISSION Brussels, 4.6.2014 C(2014) 3656 final COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of 4.6.2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische
Nadere informatieISA 610, GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN INTERNE AUDITORS
INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 610, GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN INTERNE AUDITORS Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2009 in de Engelse taal gepubliceerd door de
Nadere informatieFunctiebeschrijving: Directeur audit
Functiebeschrijving: Directeur audit Functiefamilie Controle en audit functies Voor akkoord Naam leidinggevende Datum + handtekening Naam functiehouder Datum + Handtekening 1. Context van de functie 1.1.
Nadere informatieCirculaire. Brussel, 2 maart Prudentieel statuut van de instellingen voor elektronisch geld. Geachte mevrouw Geachte heer
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 38 12 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 2 maart 2015 Kenmerk: NBB_2015_09 uw correspondent:
Nadere informatie3. NORMEN INZAKE DE CERTIFICATIE VAN DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING
3. NORMEN INZAKE DE CERTIFICATIE VAN DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING Overwegende dat de controle van de geconsolideerde jaarrekening dient uitgevoerd te worden overeenkomstig de algemene controlenormen;
Nadere informatieINTERN REGLEMENT VAN HET AUDITCOMITÉ
BIJLAGE 2 BIJ HET CORPORATE GOVERNANCE CHARTER INTERN REGLEMENT VAN HET AUDITCOMITÉ OPGESTELD DOOR DE RAAD VAN BESTUUR INHOUDSOPGAVE Algemeen... 3 1. Samenstelling... 3 2. Verantwoordelijkheden... 3 3.
Nadere informatieCirculaire CBFA_2011_07 dd. 14 februari 2011
Circulaire _2011_07 dd. 14 februari 2011 De verslaggeving van de effectieve leiding van zelfbeheerde ICB's met een veranderlijk aantal rechten van deelneming en van beheervennootschappen van ICB's inzake
Nadere informatieAnalyse van de algemene commentaren ontvangen tijdens de openbare raadpleging die door het IBR werd georganiseerd en standpunt van het IBR
ONTWERP VAN NORM MET BETREKKING TOT DE CONTRACTUELE CONTROLE VAN KMO S EN KLEINE (I)VZW S EN STICHTINGEN EN DE GEDEELDE WETTELIJK VOORBEHOUDEN OPDRACHTEN BIJ KMO S EN KLEINE (I)VZW S EN STICHTINGEN Analyse
Nadere informatieAudio Interne Auditcharter
Audio Interne Auditcharter Definities in het kader van dit charter : Lid het tot de vereniging Audio toegetreden lokaal bestuur (gemeente, stad of OCMW), andere publieke rechtspersoon, of private rechtspersoon
Nadere informatieADVIES /01 VAN DE RAAD VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN
ADVIES 1 2019/01 VAN DE RAAD VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN Correspondent Onze referte Datum sg@ibr-ire.be SVB 10.01.2019 Geachte Confrater, Betreft: Beroepsgeheim Dit advies is een bijwerking
Nadere informatieCOMMISSIE VOOR HET BANK-, FINANCIE- EN ASSURANTIEWEZEN Prudentieel Beleid
Prudentieel Beleid Brussel, 22 juni 2004 Circulaire PPB 2004/5 over gezonde beheerspraktijken bij uitbesteding door kredietinstellingen en beleggingsondernemingen 1. Definitie en toepassingsgebied Met
Nadere informatieAFDELING 9. ORGANISATIEBEHEERSING EN INTERNE AUDIT
AFDELING 9. ORGANISATIEBEHEERSING EN INTERNE AUDIT BESTUURSDECREET BESTAANDE DECRETEN TOELICHTING Art. III.114. De departementen, intern verzelfstandigde agentschappen en de extern verzelfstandigde agentschappen
Nadere informatieModelverslagen met betrekking tot de statistieken
Bijlage 6 Circulaire _2011_06-6 dd. 14 februari 2011 Modelverslagen met betrekking tot de statistieken Toepassingsveld: Openbare instellingen voor collectieve belegging naar Belgisch recht met een veranderlijk
Nadere informatieInhoud. Woord vooraf 7
Inhoud Woord vooraf 7 1 Diverse aspecten van de controle 9 1.1 Doelstelling van de controle van de jaarrekening 9 1.1.1 Basisprincipes 9 1.1.2 De specifieke Belgische context 10 1.2 Andere controleopdrachten
Nadere informatieModelverslagen NBB Versie september 2016maart 2017 WAARSCHUWING
WAARSCHUWING De modelverslagen worden enkel en alleen voor illustratieve doeleinden verstrekt. Het is onmogelijk alle feiten te beschrijven waarmee de erkende revisoren Commissarissen, Erkende Revisoren,
Nadere informatieInhoud. Woord vooraf 11
5 Inhoud Woord vooraf 11 1 Diverse aspecten van de controle 13 1.1 Doelstelling van de controle van de jaarrekening 14 1.1.1 Basisprincipes 14 1.1.2 De specifieke Belgische context 15 1.2 Andere controleopdrachten
Nadere informatieMandaat- en profielbeschrijving van een onafhankelijk lid van het Gemeenschappelijk Auditcomité van de Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid
Mandaat- en profielbeschrijving van een onafhankelijk lid van het Gemeenschappelijk Auditcomité van de Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid 1. Functiecontext De Openbare Instellingen van Sociale
Nadere informatieInstituut van de Bedrijfsrevisoren Institut des Réviseurs d'entreprises
Instituut van de Bedrijfsrevisoren Koninklijk Instituut - Institut royal ADVIES 1 2011/5 VAN DE RAAD VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN De Voorzitter Correspondent sg@ibr-ire.be Onze referte IMIRVIDS/cs
Nadere informatie* * * Gezien de stukken van het door de Raad samengestelde en aan de Tuchtcommissie toegezonden dossiers;
0379/08/N Tuchtcommissie van 3 maart 2009 (beroep aangetekend) Inbreuk op paragrafen 1.1, 1.4, 2.1, 2.2, 2.4, 2.5, 3.10 en 3.10.1 van de algemene controlenormen; Inbreuken op de artikelen 2, 15 en 17 van
Nadere informatieModelverslagen NBB Versie maart 2017januari 2018 WAARSCHUWING
WAARSCHUWING De modelverslagen worden enkel en alleen voor illustratieve doeleinden verstrekt. Het is onmogelijk alle feiten te beschrijven waarmee de [ Commissarissen, of Erkende Revisoren,, naar gelang
Nadere informatieFunctiefamilie ET Thematische experten
Functiefamilie ET Thematische experten DOEL Expertise in een materie* en verstrekken aan de administratieve en politieke instanties teneinde hen te ondersteunen bij de besluitvorming en de uitvoering van
Nadere informatieINTERN REGLEMENT VAN HET AUDITCOMITÉ VAN DE FEDERALE PARTICIPATIE- EN INVESTERINGSMAATSCHAPPIJ ( FPIM )
INTERN REGLEMENT VAN HET AUDITCOMITÉ VAN DE FEDERALE PARTICIPATIE- EN INVESTERINGSMAATSCHAPPIJ ( FPIM ) Artikel 1 - Comité Krachtens artikel 3bis, 17 van de wet van 2 april 1962 betreffende de Federale
Nadere informatieHOOFDSTUK 5: DE INTERNE WERKING VAN HET FANC
HOOFDSTUK 5: DE INTERNE WERKING VAN HET FANC Het FANC besteedt bijzondere aandacht aan de ontwikkeling van de competenties en de werkinstrumenten van zijn personeel. Door aan zijn medewerkers al het nodige
Nadere informatieSolvency II: vereisten inzake governance. Melissa Thirion, Adviseur Juridische & fiscale studies en Gezondheid (Assuralia)
Solvency II: vereisten inzake governance Melissa Thirion, Adviseur Juridische & fiscale studies en Gezondheid (Assuralia) Inhoud 1. Algemene inleiding 2. Toepassingsgebied en definities 3. Governance 2
Nadere informatieSamenvatting van het advies goedgekeurd op 2 juni 2004 en uitgebracht op grond van artikel 133, tiende lid van het Wetboek van vennootschappen
ADVIES- EN CONTROLECOMITÉ OP DE ONAFHANKELIJKHEID VAN DE COMMISSARIS Ref : Accom ADVIES 2004/1 Samenvatting van het advies goedgekeurd op 2 juni 2004 en uitgebracht op grond van artikel 133, tiende lid
Nadere informatieRichtsnoeren van de EBA van 27 juni 2016 betreffende een beheerst beloningsbeleid (EBA/GL/2015/22)
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 38 12 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 10 november 2016 Kenmerk: NBB_2016_44 uw correspondent:
Nadere informatieCompliance Charter ERGO Insurance nv
Compliance Charter ERGO Insurance nv Inleiding Op basis van de circulaire PPB/D. 255 van 10 maart 2005 over compliance aan de verzekeringsondernemingen werd een wettelijke verplichting opgelegd aan de
Nadere informatieINTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN
INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-4 Relevant orgaan... 5-10 Te communiceren controle-aangelegenheden
Nadere informatieMededeling. Brussel, 18 juli Herstelplannen Verplichtingen inzake bezwaarde activa. Geachte mevrouw Geachte heer
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 38 12 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Mededeling Brussel, 18 juli 2016 Kenmerk: NBB_2016_34 uw correspondent:
Nadere informatieMINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 37 van 12 oktober 2001 met betrekking tot de modellen van jaarverslag van de externe
Nadere informatieInformatiesessie Session d information Organisatie van bedrijfsrevisorenkantoren L organisation des cabinets de révision
Informatiesessie Session d information Organisatie van bedrijfsrevisorenkantoren L organisation des cabinets de révision 25.09.2008 Informatiesessie Session d information Organisatie van bedrijfsrevisorenkantoren
Nadere informatieInterne controle, interne audit, compliance, externe controle
De prudentiële verwachtingen van de CBFA inzake het deugdelijk bestuur van de IBP s Toepassing: Amonis Interne controle, interne audit, compliance, externe controle Françoise Leclercq 20/6/07 Agenda Actieplan
Nadere informatieII. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING
II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING 2. VERSTEVIGING VAN RISICOMANAGEMENT Van belang is een goed samenspel tussen het bestuur, de raad van commissarissen en de auditcommissie, evenals goede communicatie met
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE AFDELING 1 INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT, VOORKOMINGSBELEID EN COMPLIANCE AFDELING 2 GEZONDE BEHEERPRAKTIJKEN INZAKE UITBESTEDING
PPB-2007-5-CPB-1 INHOUDSOPGAVE AFDELING 1 INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT, VOORKOMINGSBELEID EN COMPLIANCE HOOFDSTUK I INTERNE CONTROLE EN INTERNE AUDIT HOOFDSTUK II VOORKOMINGSBELEID HOOFDSTUK III COMPLIANCE
Nadere informatieINTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 600 GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN EEN ANDERE AUDITOR
INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 600 GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN EEN ANDERE AUDITOR INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-5 Voorwaarden voor het aanvaarden van de opdracht als groepsauditor...
Nadere informatiebijlage IV A. Inleiding B. Advies van de Hoge raad HOGE RAAD VOOR DE ECONOMISCHE BEROEPEN
HOGE RAAD VOOR DE ECONOMISCHE BEROEPEN North Gate III 5 e verdieping Koning Albert II-laan 16-1000 Brussel Tel.02/206.48.71 Fax 02/201.66.19 E-mail : CSPEHREB@skynet.be Advies van 21 november 2001 omtrent
Nadere informatie0374/08/N Tuchtcommissie van 9 september 2008 (definitieve beslissing)
0374/08/N Tuchtcommissie van 9 september 2008 (definitieve beslissing) - Inbreuken op de onafhankelijkheidsregels : artikel 133 W. Venn. en artikel 14 1 van de wet van 22 juli 1953; - Inbreuken op de algemene
Nadere informatie1. Compliance en compliancerisico : definitie Compliance Compliancerisico... 2
Compliance Charter Crelan Insurance 20/10/2015 INHOUDSTAFEL 1. Compliance en compliancerisico : definitie... 1 1.1. Compliance... 1 1.2. Compliancerisico... 2 2. Definitie van de compliancefunctie... 2
Nadere informatieBeloningsbeleid en beloningspraktijken (MiFIDrichtlijn): tenuitvoerlegging door de FSMA
ESMA-richtsnoeren FSMA_2013_19 dd. 4/12/2013 Beloningsbeleid en beloningspraktijken (MiFIDrichtlijn): tenuitvoerlegging door de FSMA Toepassingsveld: De richtsnoeren die in dit document aan bod komen,
Nadere informatieHierbij vindt u het verslag van de inspectie die plaatsvond in uw centrum op 27/08/2018.
Aan de Voorzitter van het OCMW van Merksplas Markt 11 2330 Merksplas Geïntegreerd inspectieverslag POD MI Inspectiedienst POD MI MERKSPLAS/GPMI/2018 1 Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag Geachte Voorzitter,
Nadere informatieEXTERNE LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 62 VAN DE BANKWET
1/5 EXTERNE LEIDRAAD VOOR DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 62 VAN DE BANKWET SOORTEN CUMULBEPERKINGEN STRUCTUUR ARTIKEL 62 De wettelijke cumulbeperkingen, zoals geformuleerd in artikel 62 van de wet van 25 april
Nadere informatie3.3. Gebruik van het werk van een interne auditafdeling (10 november 1989) 84
7.3.Rekening houdend met de regel van de plichtenleer, die stelt dat de honoraria worden bepaald in functie van de aard, de complexiteit en het belang van de opdracht, verdient het aanbeveling om een
Nadere informatieCirculaire. Structuur
de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 38 12 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire Brussel, 24 avril 2017 Kenmerk: NBB_2017_15 Uw correspondenten:
Nadere informatieGezien de commentaren ontvangen op deze openbare raadpleging;
Ontwerp van norm inzake de toepassing van de nieuwe en herziene Internationale controlestandaarden (ISA s) in België en tot vervanging van de norm van 10 november 2009 inzake de toepassing van de ISA s
Nadere informatieBijlage aan de circulaire PPB-2007-7-CPB over de administratie van financiële instrumenten INHOUDSOPGAVE
PPB-2007-7-CPB-1 Bijlage aan de circulaire PPB-2007-7-CPB over de administratie van financiële instrumenten Inhoudsopgave 0. Wettelijke basis en overzicht van de principes INHOUDSOPGAVE 1. Verantwoordelijkheid
Nadere informatie0296/05/N en 0302/05/N Tuchtcommissie van 13 juni 2006 (tussenbeslissing; beroep aangetekend)
0296/05/N en 0302/05/N Tuchtcommissie van 13 juni 2006 (tussenbeslissing; beroep aangetekend) Tekortkomingen aan de beroepsverplichtingen die ten grondslag liggen aan de uitoefening van het beroep onafhankelijkheid
Nadere informatieBetreft: Koninklijk besluit van 30 juli 2018 betreffende de werkingsmodaliteiten van het UBO-register
MEDEDELING 1 2018/20 VAN DE RAAD VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN Correspondent Onze referte Datum sg@ibr-ire.be TD/MB/DS/jv 30.10.2018 Geachte Confrater, Betreft: Koninklijk besluit van 30 juli
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 61.528/3 van 15 juni 2017 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest houdende instemming met 1 de overeenkomst tussen de
Nadere informatieAudit Vlaanderen & de Leidraad Organisatiebeheersing
Wat u zeker moet weten over Audit Vlaanderen & de Leidraad Organisatiebeheersing VOOR LOKALE BESTUREN AUDIT VLAANDEREN www.auditvlaanderen.be 1 Inhoud AUDIT VLAANDEREN 5 INTERNE CONTROLE OF ORGANISATIEBEHEERSING?
Nadere informatie0326/06/N Tuchtcommissie van 5 december 2006 (definitieve beslissing)
0326/06/N Tuchtcommissie van 5 december 2006 (definitieve beslissing) Vervroegde kwaliteitscontrole Inbreuken op de algemene controlenormen (gebrek aan werkdocumenten, gebrek aan tussentijdse conclusies,
Nadere informatiehet commissarisverslag 2013 ERRATUM
VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN DE NV OVER HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 20 Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen 30) en de toelichting. Verslag over Oordeel met
Nadere informatie