Fiscaal Portaal Gemeenten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Fiscaal Portaal Gemeenten"

Transcriptie

1 Procedurenummer(s) : Uitspraakdatum : Publicatiedatum : --- HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Arrest 3.1. Belanghebbende heeft op haar grondgebied een aantal havens. Binnen de grenzen van de stedelijke bebouwing liggen een jachthaven en een zogenoemde aanloophaven. Ten noorden van de stad, buiten de stedelijke bebouwing, ligt het havenindustriegebied. Aldaar bevinden zich drie afzonderlijke binnenhavens Voormelde havens zijn door middel van een kanaal verbonden met de Oosterschelde. Ter plaatse waar vanuit de Oosterschelde het kanaal kan worden binnengevaren, bevindt zich een schutsluis, welke eigendom is van belanghebbende. Die sluis ligt enkele kilometers ten noordoosten van het onder 3.1. vermelde havenindustriegebied In het kader van de Deltawet moest de tot 1986 bestaande schutsluis worden vervangen door een waterkering welke op zogenoemde deltahoogte was gebracht. Ingevolge die wet moest zulks geschieden door belanghebbende, die dan tevens recht kreeg op een bijdrage ten laste van het Rijk van 100 percent in de kosten van uitvoering In 1982 sloot belanghebbende met het Rijk een overeenkomst ingevolge welke de op grond van de Deltawet door het Rijk aan belanghebbende te verlenen bijdrage voor de bouw van een nieuwe schutsluis werd gesteld op 25 miljoen. Bij de berekening van dat bedrag is uitgegaan van de bouw van een nieuwe schutsluis ter grootte van de reeds bestaande Belanghebbende gaf de voorkeur aan de bouw van een grotere schutsluis, waarvoor de kosten werden begroot op 32 miljoen. De nieuwe sluis kon in 1986 in gebruik worden genomen Krachtens de op art. 277 van de Gemeentewet gegronde Verordening Binnenhavengeld 1988 heft belanghebbende onder de naam binnenhavengeld een recht ter zake van het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren of van andere voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen, die bij haar in beheer of onderhoud zijn. De opbrengst van dat recht bedroeg in 1988 f ,30. Tot 1 april 1988 werd het zogenoemde sasgeld (het recht voor het gebruik van

2 de sluis) apart verantwoord. De opbrengst ervan bedroeg in 1988 f 4000,28. Van die datum af worden het sasgeld en het zogenoemde liggeld te zamen verantwoord als binnenhavengeld. In 1986 en 1987 geschiedde de heffing van zodanig recht krachtens de bij een in 1972 genomen raadsbesluit vastgestelde, eveneens op art. 277 van de gemeentewet gebaseerde Havengeldverordening. Partijen gaan er voor dit geding van uit dat de eventueel verschuldigde omzetbelasting over het krachtens voormelde Verordening en in het tijdvak van naheffing geheven recht, voor zover betrekking hebbende op het sasgeld, f bedraagt Belanghebbende is ter zake van het tegen vergoeding ter beschikking stellen van havens en de daar aanwezige kaden en haveninrichtingen ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting In haar op het tijdvak van naheffing betrekking hebbende aangiften gaf belanghebbende als verschuldigd aan het onder 3.6. vermelde bedrag van f en bracht zij als voorbelasting ter zake van de aanleg van de nieuwe sluis f in aftrek De naheffingsaanslag heeft betrekking op het verschil tussen de in 3.8. vermelde bedragen. Het Hof ('s-gravenhage) overwoog omtrent het geschil: 5.1. Vaststaat dat in het kader van de Deltawet de vroeger bestaande schutsluis moest worden vervangen door een waterkering welke op deltahoogte was gebracht, dat zulks ingevolge die wet door belanghebbende moest geschieden en dat zij tevens recht had op een bijdrage ten laste van het Rijk van 100 percent in de kosten van uitvoering. Tevens staat vast dat belanghebbende in 1982 met het Rijk een overeenkomst sloot ingevolge welke de op grond van de Deltawet door het Rijk aan belanghebbende te verlenen bijdrage voor de bouw van een nieuwe schutsluis werd gesteld op 25 miljoen, bij de berekening van welk bedrag is uitgegaan van de bouw van een nieuwe schutsluis ter grootte van de reeds bestaande, en dat zij de voorkeur gaf aan de bouw van een grotere, in 1986 in gebruik genomen schutsluis, waarvan de kosten werden begroot op 32 miljoen Niet in geschil is dat belanghebbende wegens het ter vergoeding beschikbaar stellen van havens, kaden en andere haveninrichtingen als ondernemer in de zin van de wet is aan te merken. Hetgeen partijen uitsluitend verdeeld houdt betreft het antwoord op de vraag of de aanleg van de nieuwe schutsluis is geschied in het kader van de door belanghebbende als havenexploitante gedreven onderneming, zodat zij de haar ter zake van die aanleg door derden in rekening gebrachte omzetbelasting als voorbelasting in aftrek kan brengen.

3 5.3. Gelet op het in 5.1. overwogene en op hetgeen overigens vaststaat, wordt de schutsluis naar 's hofs oordeel niet gebezigd in het kader van de onderneming van belanghebbende. Bij het doen aanleggen van die sluis heeft belanghebbende naar het oordeel van het hof gehandeld in de uitoefening van de op haar als overheid rustende taak, waartoe immers gerekend dienen te worden zowel het tot stand brengen en in stand houden van werken, dienstbaar aan de waterbeheersing, als de zorg voor de instandhouding en bruikbaarheid van publieke wateren. Daaraan doet niet af dat de door belanghebbende als ondernemer geëxploiteerde havens vanaf de Oosterschelde per schip alleen bereikbaar zijn via de schutsluis, noch ook dat belanghebbende ter zake van het gebruik van onder meer de schutsluis op grond van een krachtens art. 277 van de gemeentewet uitgevaardigde verordening een recht heft Uit het onder 5.3. overwogene volgt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. Hetgeen belanghebbende aanvoert kan niet tot een andersluidend oordeel leiden. Het beroep van belanghebbende op bij haar opgewekt vertrouwen faalt, omdat de door haar bedoelde uitlatingen van de staatssecretaris van Financiën in redelijkheid niet het vertrouwen hebben kunnen vestigen dat de aanleg van de onderwerpelijke schutsluis tot de door belanghebbende als ondernemer verrichte havendiensten zal worden gerekend. Het gerechtshof bevestigt de uitspraak waarvan beroep. In zijn beroepschrift in cassatie voerde belanghebbende aan: 'Ik moge u de volgende middelen ter cassatie voorstellen. 1. Schending van het recht in het bijzonder van artikel 7 van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: de Wet OB), artikel 4, lid 5, en Bijlage D, punt 4, van de Zesde EG-richtlijn, nr. 77/388, en van artikel 17 van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken, doordat het gerechtshof ten onrechte dan wel onvoldoende gemotiveerd heeft beslist dat de gemeente bij het doen aanleggen van de sluis gehandeld heeft in de uitoefening van een op haar als overheid rustende taak (r.o. 5.3). 2. Schending van het recht in het bijzonder van de resolutie van 16 maart 1981, nummer , gepubliceerd in onder meer de Fiscale Encyclopedie De Vakstudie, omzetbelasting, artikel 7, punt 157, en van artikel 17 van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken, doordat het gerechtshof ten onrechte dan wel onvoldoende gemotiveerd heeft beslist dat de resolutie in redelijkheid niet het vertrouwen heeft kunnen vestigen dat de aanleg van de schutsluis tot de havendiensten gerekend zou kunnen worden (r.o. 5.4). Ter toelichting op het eerste cassatiemiddel diene het navolgende

4 De gemeente heeft een schutsluis laten aanleggen. Het schutten van schepen tegen betaling dient mijns inziens beschouwd te worden als een dienst in de zin van artikel 4 van de Wet OB. Voor de dienst werden aanvankelijk afzonderlijke bedragen in rekening gebracht. Omdat in het kanaal vanaf de schutsluis naar de verschillende havens voor schepen een aanlegverbod gold, en schepen geen haven kunnen bereiken dan via het kanaal en de schutsluis, werd later volstaan met heffing van één bedrag, het zogenaamde binnenhavengeld. Het binnenhavengeld kan dus beschouwd worden als de vergoeding voor het recht om van voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren of van andere voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen gebruik te maken. Ik meen dat de betaling van binnenhavengeld niet ter zake van een overheidsprestatie of ter zake van een van omzetbelasting vrijgestelde prestatie plaatsvindt. De Hof beschouwt het binnenhavengeld blijkbaar als de vergoeding voor een overheidsprestatie. In ieder geval ontzegt het Hof blijkens de bestreden uitspraak de gemeente het recht op aftrek van voorbelasting, en wel op grond van de omstandigheid, dat de gemeente bij het doen aanleggen van die sluis gehandeld zou hebben in de uitoefening van de op haar als overheid rustende taak. Het Hof besteedt daarbij, mijns inziens ten onrechte, geen aandacht aan het feit dat na de aanleg de sluis geëxploiteerd wordt als iedere andere haveninrichting. In zoverre is de Hofuitspraak ook onvoldoende gemotiveerd. De uitspraak van het Hof is naar ik meen onjuist omdat het Hof (onder de feiten, r.o. 3.3, en in de overwegingen omtrent het geschil, in r.o. 5.1) aanneemt, dat de gemeente bij de aanleg van de schutsluis handelde ter uitvoering van een haar bij de Deltawet opgedragen taak. Naar mijn mening is er niet sprake van een in de Deltawet of in een andere wet geformuleerde wettelijke taakopdracht voor de gemeente, ingevolge welke de schutsluis zou moeten worden aangelegd. Het gerechtshof volgt, als ik het goed zie, de visie van de inspecteur, waar die in zijn vertoogschrift (in onderdeel 4.2.) opmerkt dat de gemeente op grond van de Deltawet door het Rijk verplicht zou zijn de sluis aan de Goese sas te vervangen, en dat met de vervanging in hoofdzaak het waterstaatsbelang gediend zou worden. De Deltawet draagt de gemeente echter niet op om voor de vervanging van de schutsluis door een andere schutsluis te zorgen. De Deltawet is een financieel beleidsinstrument, en regelt het recht op een kostenvergoeding.

5 De gemeente ontleent aan de Deltawet het recht op een financiële bijdrage vanwege het Rijk, indien de gemeente tenminste zou besluiten om over te gaan tot vernieuwing van de sluis. De gemeente zou de havens, zonder met de Deltawet in strijd te komen, ook door middel van bijvoorbeeld een dam van de Oosterschelde hebben kunnen afsluiten. De gemeente heeft echter niet voor afsluiting gekozen, zij heeft gekozen voor het openhouden van de verbinding met de Oosterschelde. En, dat blijkt wel uit de capaciteitsvergroting van de nieuwe sluis vergeleken met de oude, voor uitbouw van de havenexploitatie. Bij het aanleggen van de schutsluis dienden voorschriften omtrent de hoogwaterkering in acht genomen te worden. Mijns inziens is de investering in de schutsluis in zoverre vergelijkbaar met bijvoorbeeld de investeringen door een energiebedrijf in een rookgasreiniger, waardoor aan verscherpte, wettelijk voorgeschreven, emissienormen voldaan wordt. Omdat de levering van energie een belaste activiteit is, bestaat er recht op aftrek van de omzetbelasting op de kosten van aanleg van de rookgasreinigingsinstallatie. Dat daarbij aan allerlei wettelijke voorwaarden voldaan wordt, heeft op het recht op aftrek geen invloed. Mijn betoog ter staving van het recht op aftrek zou voor het overige neerkomen op een herhaling van hetgeen ik in de processtukken reeds eerder naar voren heb gebracht. Ik meen daarom hier te kunnen volstaan met verwijzing naar de van mij afkomstige gedingstukken, en met name naar het beroepschrift en de pleitnota. Mijn conclusie is dat de gemeente bij de aanleg van de schutsluis niet optrad als overheid, maar als ondernemer ingevolge artikel 7 van de Wet OB. Omdat het schutten van schepen niet onder een omzetbelastingvrijstelling of overheidsoptreden valt, heeft de gemeente mijns inziens recht op aftrek van de betreffende omzetbelasting. De met behulp van deze investering gegenereerde havengelden dienen met omzetbelasting belast te worden. Indien echter met het Hof aangenomen zou moeten worden dat de gemeente de schutsluis aanlegde ingevolge een op haar als overheid rustende verplichting, dan zou het recht op aftrek uitsluitend ook in zoverre aan de gemeente ontzegd moeten worden. De sluis kostte 32 miljoen gulden, terwijl ter vervanging van de bestaande sluis - en alleen daarvoor ontving de gemeente een bijdrage van het Rijk - 25 miljoen gulden bedroeg. Voor het verschil met de feitelijke investering, 7 miljoen gulden, kan mijns inziens ook dan niet gezegd worden, dat de gemeente de schutsluis aanlegde ter voldoening van een op haar als overheid rustende verplichting.

6 De Hofuitspraak is in zoverre onjuist, althans onvoldoende gemotiveerd, dat zij de gemeente ook voor dit niet door de Rijksoverheid vergoede gedeelte van de kosten het recht op aftrek ontzegt. Ter toelichting op het tweede cassatiemiddel merk ik het navolgende op Om het ondernemersbegrip voor de omzetbelasting van gemeenten bij de aanleg en exploitatie van havens aan te geven, heeft de belastingdienst richtlijnen verstrekt. Het recht op aftrek heb ik voor het Hof mede gebaseerd op de inhoud van een ministeriële richtlijn. Het Hof heeft mijn stellingname niet gehonoreerd, en de gemeente ook bij een beroep op de resolutie van 16 maart 1981, nummer , gepubliceerd in onder meer de Fiscale Encyclopedie De Vakstudie, omzetbelasting, artikel 7, punt 157, het recht op aftrek van omzetbelasting ontzegd. Het Hof overweegt (zie r.o. 5.4): ''Het beroep van belanghebbende op bij haar opgewekt vertrouwen faalt, omdat de door haar bedoelde uitlatingen van de staatssecretaris van Financiën in redelijkheid niet het vertrouwen hebben kunnen vestigen dat de aanleg van de onderwerpelijke schutsluis tot de door belanghebbende als ondernemer verrichte havendiensten zal worden gerekend''. Op zichzelf acht ik deze redengeving onbegrijpelijk: het laten aanleggen van een schutsluis kan mijns inziens hoogstens tot een levering (artikel 3, lid 1, letter c of letter h, van de Wet OB) leiden, maar nooit een dienst zijn. Daarenboven, een dergelijke dienst impliceert betaling, en betaling is tijdens de aanleg niet mogelijk. De kosten van investering in de schutsluis worden echter geacht binnen het kader van de voor de omzetbelasting belaste havenonderneming een belangrijke bijdrage te leveren aan het in de toekomst genereren van belaste opbrengsten. De omzetbelasting op de kosten van aanleg acht ik daarom reeds tijdens de aanleg aftrekbaar. Mijn betoog ter staving van het recht op aftrek zou voor het overige een herhaling betekenen van hetgeen ik in de processtukken reeds eerder naar voren heb gebracht. Ik meen daarom hier te kunnen volstaan met verwijzing naar de van mij afkomstige gedingstukken, en met name naar het beroepschrift en de pleitnota. De schutsluis is mijns inziens in deze concrete Goese situatie een haveninrichting als bedoeld in de resolutie. De gemeente heeft, indien het tweede middel doel treft, recht op aftrek van de omzetbelasting op de kosten van aanleg van de sluis, op grond van het vertrouwen dat de resolutie van 16 maart 1981, nummer , die aftrek toestond'.

7 Op het beroepschrift in cassatie van belanghebbende overweegt de Hoge Raad: 3.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan: Belanghebbende heeft op haar grondgebied een aantal havens, te weten een jachthaven, een zogenoemde aanloophaven en drie buiten de stedelijke bebouwing in een haven-industriegebied gelegen, afzonderlijke binnenhavens. Vanaf deze havens loopt een kanaal naar de Oosterschelde. Ter plaatse waar vanuit de Oosterschelde het kanaal kan worden binnengevaren, bevindt zich een schutsluis, welke eigendom is van belanghebbende. Die sluis ligt enkele kilometers ten noordoosten van het hiervóór vermelde haven-industriegebied. In het kader van de uitvoering van de Deltawet moest de tot 1986 bestaande schutsluis worden vervangen door een waterkering welke op zogenoemde deltahoogte was gebracht. Ingevolge die wet moest zulks geschieden door belanghebbende, die dan tevens recht kreeg op een bijdrage ten laste van het Rijk van 100 percent in de kosten van uitvoering. In 1982 sloot belanghebbende met het Rijk een overeenkomst ingevolge welke de op grond van de Deltawet door het Rijk aan belanghebbende te verlenen bijdrage voor de bouw van een nieuwe schutsluis werd gesteld op f 25 miljoen. Bij de berekening van dat bedrag is uitgegaan van de bouw van een nieuwe schutsluis ter grootte van de reeds bestaande. Belanghebbende gaf de voorkeur aan de bouw van een grotere schutsluis, waarvoor de kosten werden begroot op f 32 miljoen. De nieuwe sluis kon in 1986 in gebruik worden genomen. Krachtens de op art. 277 van de gemeentewet gegronde Verordening Binnenhavengeld 1988 heft belanghebbende onder de naam binnenhavengeld een recht ter zake van het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren of van andere voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen, die bij haar in beheer of onderhoud zijn. In de jaren vóór 1988 werd het recht geheven krachtens een eveneens op art. 277 van de Gemeentewet gebaseerde Havengeldverordening. Belanghebbende is ter zake van het tegen vergoeding ter beschikking stellen van havens en de daar aanwezige kaden en haveninrichtingen ondernemer in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: de wet) in verband met art. 4, vijfde lid, derde alinea juncto bijlage D, punt 4, van de Zesde Richtlijn.

8 In haar op het tijdvak van naheffing betrekking hebbende aangiften gaf belanghebbende aan een bedrag van f , als omzetbelasting ter zake van de voor het gebruik van de sluis ontvangen gelden, en bracht zij als voorbelasting ter zake van de aanleg van de nieuwe sluis f in aftrek. De naheffingsaanslag betreft het verschil tussen beide bedragen Het hof heeft geoordeeld dat de schutsluis niet wordt gebezigd in het kader van de onderneming van belanghebbende. Tegen dit oordeel keert zich terecht het eerste middel. Ingevolge art. 7 van de wet, in verband met art. 4, vijfde lid, derde alinea, van de Zesde Richtlijn, is een overheidslichaam, indien het een haven of havens exploiteert, te dier zake als ondernemer aan te merken. De aanleg en het onderhoud van waterbouwkundige werken in de directe omgeving van zodanige havens, die ten doel hebben het scheepvaartverkeer naar en van die havens mogelijk te maken of belemmeringen daarvoor weg te nemen, en die niet of slechts in beperkte mate strekken ten dienste van het overige scheepvaartverkeer, zijn activiteiten die in een zo nauw verband met de exploitatie van de havens staan, dat zij als deel van die exploitatie dienen te worden aangemerkt, en derhalve door het desbetreffende overheidslichaam in het kader van zijn onderneming worden verricht. In het licht van het vorenoverwogene moet worden geconcludeerd dat in de gegeven omstandigheden de gemeente met betrekking tot de aanleg en het onderhoud van de schutsluis in het kader van haar onderneming als exploitante van de havens heeft gehandeld. De omstandigheid dat de aanleg van de schutsluis mede waterstaatkundige belangen diende, heeft in dit verband onvoldoende zelfstandige betekenis, nu deze belangen op zichzelf bezien voor de gemeente klaarblijkelijk ondergeschikt waren aan haar belangen in het kader van de exploitatie van de havens 's Hofs uitspraak kan derhalve niet in stand blijven. De Hoge Raad kan zelf de zaak afdoen. Het tweede middel behoeft geen behandeling. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het hof alsmede de uitspraak van de inspecteur, vernietigt de naheffingsaanslag, en gelast dat door de staatssecretaris van Financiën aan belanghebbende wordt vergoed het door deze ter zake van de behandeling van het beroep in cassatie gestorte griffierecht ten bedrage van f 300, alsmede het bij het hof gestorte griffierecht ter zake van de behandeling van de zaak voor het hof ten bedrage van f 75, derhalve in totaal f 375.

Fiscaal Portaal Gemeenten

Fiscaal Portaal Gemeenten Procedurenummer(s) : 26785 Uitspraakdatum : 19-12-1990 Publicatiedatum : --- HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de gemeente Zwartsluis tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

De Hoge Raad der Nederlanden,

De Hoge Raad der Nederlanden, 2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

1 Het geding in feitelijke instanties

1 Het geding in feitelijke instanties Uitspraak 10 januari 2014 nr. 09/01485 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 3 maart 2009, nr. 07/00372, betreffende

Nadere informatie

LJN: BF7176, Hoge Raad, 41570 Print uitspraak. Datum uitspraak: 10-10-2008. Datum publicatie: 10-10-2008. Soort procedure: Cassatie

LJN: BF7176, Hoge Raad, 41570 Print uitspraak. Datum uitspraak: 10-10-2008. Datum publicatie: 10-10-2008. Soort procedure: Cassatie LJN: BF7176, Hoge Raad, 41570 Print uitspraak Datum uitspraak: 10-10-2008 Datum publicatie: 10-10-2008 Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Verkoop van (gebruikte) goederen

Nadere informatie

HOGE RAAD ARREST. nr. 31/695. gewezen op het beroep in cassatie van X te Z. tegen

HOGE RAAD ARREST. nr. 31/695. gewezen op het beroep in cassatie van X te Z. tegen HOGE RAAD nr. 31/695 ARREST gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch van 13 oktober 1995 betreffende de haar voor het jaar 1986 opgelegde

Nadere informatie

HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer;

HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer; Belastingkamer: Nummer: 883/79 HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer; Gezien het beroepschrift van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. voorheen de vennootschap

Nadere informatie

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:5 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 06-01-2017 Datum publicatie 06-01-2017 Zaaknummer 15/03526 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2209, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

Hoge Raad 24-04-2015 24-04-2015 13/03775. Belastingrecht. Cassatie. Rechtspraak.nl

Hoge Raad 24-04-2015 24-04-2015 13/03775. Belastingrecht. Cassatie. Rechtspraak.nl ECLI:NL:HR:2015:1084 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Hoge Raad 24-04-2015 24-04-2015 13/03775 In cassatie op

Nadere informatie

Fiscaal Portaal Gemeenten

Fiscaal Portaal Gemeenten Procedurenummer(s) : AWB 10/365 en 11/5109 Uitspraakdatum : 26-01-2012 Publicatiedatum : 02-02-2012 RECHTBANK ARNHEM Uitspraak uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer. een uitspraak en een besluit van de Inspecteur der omzetbelasting te Y, de inspecteur.

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer. een uitspraak en een besluit van de Inspecteur der omzetbelasting te Y, de inspecteur. kenmerk: 6013/89 GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer UITSPRAAK op het beroep van v.o.f. X te Z belanghebbende, tegen een uitspraak en een besluit van de Inspecteur der omzetbelasting

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:BX9444

ECLI:NL:HR:2013:BX9444 ECLI:NL:HR:2013:BX9444 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 12-04-2013 Datum publicatie 12-04-2013 Zaaknummer 12/01372 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Cassatie Omzetbelasting.

Nadere informatie

Hoge Raad 7 januari 1970, nr Algemene beginselen van behoorlijk bestuur BNB 1970/78

Hoge Raad 7 januari 1970, nr Algemene beginselen van behoorlijk bestuur BNB 1970/78 HR 7 januari 1970, Vertrouwen op beleid 1 Vertrouwen op beleid 7 januari 1970, nr. 16.201 AX6845 BNB 1970/78 Voorafgaande beslissing: Gerechtshof Amsterdam 23 januari 1969 Belanghebbende beroept zich op

Nadere informatie

1. Aangifte, bezwaar en geding voor het Hof

1. Aangifte, bezwaar en geding voor het Hof Nr. 38.377 25 november 2005 whk gewezen op het beroep in cassatie van de gemeente Deventer te Deventer tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 21 mei 2002, nr. 00/00731, betreffende na te

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden Hoge Raad der Nederlanden D e r d e K a m e r nr. 24.702 12 oktober 1988 AHN Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de vennootschap onder firma X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden

Nadere informatie

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK op het beroep van de Stichting X te Y tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van de eenheid

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer. een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen Y, de inspecteur.

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer. een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen Y, de inspecteur. Kenmerk: 99/03616 GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer UITSPRAAK op het beroep van X B.V. te Z, belanghebbende, tegen een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen

Nadere informatie

Rechtbank Oost-Nederland 14 maart 2013, nrs. AWB 12/1843 en AWB 12/3008

Rechtbank Oost-Nederland 14 maart 2013, nrs. AWB 12/1843 en AWB 12/3008 Rechtbank Oost-Nederland 14 maart 2013, nrs. AWB 12/1843 en AWB 12/3008 Uitspraak van de meervoudige kamer ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van 14 maart 2013 inzake [X], wonende

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN BELASTINGKAMER UITSPRAAK Nr. 208/86 10 april 1987 Uitspraak (na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 29 januari 1986, nr. 23.254) van bet Gerechtshof te

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 I!Entree 2 7 MARS 2013 C-.A6'1IA3-0 Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 11/02595 8 maart 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie onder

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2008:BG5774

ECLI:NL:RBSGR:2008:BG5774 ECLI:NL:RBSGR:2008:BG5774 Instantie Datum uitspraak 22-10-2008 Datum publicatie 02-12-2008 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 08/3078 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

In artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald.

In artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald. looofoo ccts Den Haag, 2 8 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-1237 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van >( Z 15 februari 2011, nr. 10/00160, inzake Bf^^^NP te ÜÜH betreffende

Nadere informatie

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. 11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,

Nadere informatie

Uitspraak 22 oktober rolnr. 95/82 M I. Griffie 3050/81 Type: ev. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer;

Uitspraak 22 oktober rolnr. 95/82 M I. Griffie 3050/81 Type: ev. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer; Uitspraak 22 oktober rolnr. 95/82 M I Griffie 3050/81 Type: ev HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer; GEZIEN het beroepschrift van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 c. -A601A3-0) Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer c "~" - I: Luxemboure Nr. 11/05307 Entrée 2 8 MARS 2013 1 maart 2013 Ingeschreven in het register van het Hof

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0583 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00157

ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0583 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00157 ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0583 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-02-2001 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 00157 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N,

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, 21 October 1959. F. No. 14043. D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, Gezien het beroepschrift in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-hertogenbosch van 6 Maart 1959

Nadere informatie

Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer.

Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer. Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer. GEZIEN het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 21 augustus 1985, no.

Nadere informatie

2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen:

2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen: '"Sr "- AANTEKENEN Hoge Raad der Nederlanden Postbus 20303 2500 EH 'S-GRAVENHAGE Datum Referentie Betreft beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem (08/00041) op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2012:BV8097

ECLI:NL:RBSGR:2012:BV8097 ECLI:NL:RBSGR:2012:BV8097 Instantie Datum uitspraak 15-02-2012 Datum publicatie 15-03-2012 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 11/4708 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Fiscaal Portaal Gemeenten

Fiscaal Portaal Gemeenten Procedurenummer(s) : 23732 Uitspraakdatum : 01-04-1987 Publicatiedatum : --- HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de gemeente Amsterdam tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx pagina 1 van 5 LJN: BV7053, Gerechtshof Arnhem, 11/00315 Datum uitspraak:14-02-2012 Datum 28-02-2012 publicatie: Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Omzetbelasting.

Nadere informatie

RAADSINFORMATIEBRIEF 17R.00447

RAADSINFORMATIEBRIEF 17R.00447 RAADSINFORMATIEBRIEF 17R.00447 Van : college van burgemeester en wethouders Datum : 27 juni 2017 Portefeuillehouder(s) : wethouder Haring Portefeuille(s) : Financiën Contactpersoon : W. Lam Tel.nr. : 8318

Nadere informatie

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 08/4855) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 08/4855) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. 4 oktober 2013 nr. 11/03207 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 9 juni 2011, nr. P10/00221, betreffende

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0357 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 99/00565

ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0357 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 99/00565 ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0357 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 19-02-2001 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 99/00565 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:72

ECLI:NL:GHAMS:2016:72 ECLI:NL:GHAMS:2016:72 Permanente link: http://deepl Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-01-2016 Datum publicatie 20-01-2016 Zaaknummer 14/01023 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBNHO:2014:10956,

Nadere informatie

GERECHTSHOF AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer

GERECHTSHOF AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer Belastingkamer nr. 3024/83 Schriftelijke uitspraak GERECHTSHOF AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer 1. Het geding Bij het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 15 juni 1983, nummer 21.149

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BM1206

ECLI:NL:HR:2010:BM1206 ECLI:NL:HR:2010:BM1206 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 08/03539 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BM1206

Nadere informatie

Aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg

Aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg Uitspraak GERECHTSHOF DEN HAAG Team Belastingrecht meervoudige kamer nummer BK-13/00338 Uitspraak van 3 januari 2014 in het geding tussen: [X], wonende te [Z], belanghebbende, en de directeur van de Belastingdienst/

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. BELASTINGKAMER 13 juni 1986 Nr. 253/85

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. BELASTINGKAMER 13 juni 1986 Nr. 253/85 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN DERDE ENKELVOUDIGE UITSPRAAK BELASTINGKAMER 13 juni 1986 Nr. 253/85 Uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, derde enkelvoudige belastingkamer, op het beroep namens X te Z

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2012:BY0157

ECLI:NL:RBARN:2012:BY0157 ECLI:NL:RBARN:2012:BY0157 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 18-10-2012 Datum publicatie 18-10-2012 Zaaknummer AWB 11/2382 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 28/03/2013

Datum van inontvangstneming : 28/03/2013 Datum van inontvangstneming : 28/03/2013 luxembourg c - ~~///3 - Entrée 2 5 FEV. 2013 oge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 11/04457 1 februari 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie

Nadere informatie

De Inspecteur heeft de bijdrage uit het BTW compensatiefonds teruggevorderd. Het Hof vernietigt de terugvorderingsbeschikking.

De Inspecteur heeft de bijdrage uit het BTW compensatiefonds teruggevorderd. Het Hof vernietigt de terugvorderingsbeschikking. ECLI:NL:GHDHA:2018:956 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 16-03-2018 Datum publicatie 26-04-2018 Zaaknummer BK-17/00742 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2017:7752, (Gedeeltelijke)

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer PROCES-VERBAAL. van de mondelinge uitspraak in het beroep van X te Z, belanghebbende,

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer PROCES-VERBAAL. van de mondelinge uitspraak in het beroep van X te Z, belanghebbende, Kenmerk: 2129/88 LJ GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak in het beroep van X te Z, belanghebbende, tegen de uitspraak van de Inspecteur

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229

ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229 ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229 Instantie Datum uitspraak 11-12-2007 Datum publicatie 07-01-2008 Rechtbank 's-hertogenbosch Zaaknummer AWB 06/2511, AWB 06/2530 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken. I f^l öobuicq3~o\ Den Haag, 2 O MRT 2012 Kenmerk: DGB 2012-753 TL Motivering van liet beroepsciirir: in cassatie (rolnummer 12/00641) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 21 december

Nadere informatie

Van: W. Lam Tel nr: 8318 Nummer: 17A.00761

Van: W. Lam Tel nr: 8318 Nummer: 17A.00761 VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & RAADSINFORMATIEBRIEF Van: W. Lam Tel nr: 8318 Nummer: 17A.00761 Datum: 26 juni 2017 Team: Vastgoed Tekenstukken: Ja Bijlagen: 1 Afschrift aan: wethouder Haring,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 C -,44Li jj':j - Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 10/04806 1 maart 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie onder nr ~3.~o 6..3.s.::.

Nadere informatie

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. LJN: BO3637, Hoge Raad, 09/00760 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-04-2011 Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Omzetbelasting; art. 5, lid 3, en art. 13, B, aanhef en

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017: Geding in cassatie. Uitspraak

ECLI:NL:HR:2017: Geding in cassatie. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:185 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10-02-2017 Datum publicatie 10-02-2017 Zaaknummer 15/04877 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:3523, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

van de mondelinge uitspraak op het beroepschrift van X te Z

van de mondelinge uitspraak op het beroepschrift van X te Z Gerechtshof te 's-gravenhage twaalfde enkelvoudige belastingkamer 8 oktober 1999 Nr. BK-97/01395 PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak op het beroepschrift van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur,

Nadere informatie

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:83, Contrair In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2015:2589, (Gedeeltelijke) vernietiging met verwijzen

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:83, Contrair In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2015:2589, (Gedeeltelijke) vernietiging met verwijzen ECLI:NL:HR:2017:711 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 21-04-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Zaaknummer 15/02004 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:83,

Nadere informatie

Uitspraak. Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel:

Uitspraak. Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel: Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel: R.T. Wiegerink Belastingblad (BB), maart, Nr. 6, BB 2019/112 16 januari 2019 Gerechtshof Den Haag Belanghebbende heeft onderzoek ter zitting van de rechtbank

Nadere informatie

de voorzitter van het managementteam van de eenheid Belastinqdienat^ÉI^ van de rijksbelastingdienst, hierna: de Inspecteur,

de voorzitter van het managementteam van de eenheid Belastinqdienat^ÉI^ van de rijksbelastingdienst, hierna: de Inspecteur, uitspraak / GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Sector belastingrecht Eerste meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 09/00515 Uitspraak van de eerste meervoudige Belastingkamer op het hoger beroep van de voorzitter

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2000:AA8940 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00/2559

ECLI:NL:GHAMS:2000:AA8940 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00/2559 ECLI:NL:GHAMS:2000:AA8940 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-11-2000 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 00/2559 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Beroep in cassatie tegen de uitspraak van Hof 's-hertogenbosch F 09/03362 Og -OLp. <S ö co a inzake de gemeente Gemert-Bakel.

Beroep in cassatie tegen de uitspraak van Hof 's-hertogenbosch F 09/03362 Og -OLp. <S ö co a inzake de gemeente Gemert-Bakel. Onderwerp Uw kenmerfa Beroep in cassatie tegen de uitspraak van Hof 's-hertogenbosch F 09/03362 Og -OLp.

Nadere informatie

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000. C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], belanghebbende

Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], belanghebbende Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 13/00784 Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], wonende te [woonplaats], hierna: belanghebbende,

Nadere informatie

11-09-2015 21-09-2015 14/00330. Belastingrecht. Hoger beroep

11-09-2015 21-09-2015 14/00330. Belastingrecht. Hoger beroep ECLI:NL:GHSHE:2015:3523 http://deeplink. Deeplink Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 11-09-2015 21-09-2015

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2018:1190

ECLI:NL:GHDHA:2018:1190 ECLI:NL:GHDHA:2018:1190 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 01-05-2018 Datum publicatie 24-05-2018 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-17/00787

Nadere informatie

Fiscaal Portaal Gemeenten

Fiscaal Portaal Gemeenten Procedurenummer(s) : 19239 Uitspraakdatum : 12-03-1980 Publicatiedatum : --- HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Arrest Gezien het beroepschrift in cassatie van Burgemeester en Wethouders van de gemeente X tegen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2327

ECLI:NL:GHSHE:2016:2327 ECLI:NL:GHSHE:2016:2327 Instantie Datum uitspraak 10-06-2016 Datum publicatie 09-11-2016 Zaaknummer 15/00135 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2014:2198

ECLI:NL:RBGEL:2014:2198 ECLI:NL:RBGEL:2014:2198 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 03-04-2014 Datum publicatie 03-04-2014 Zaaknummer AWB-13_2856 Formele relaties Hoger beroep: ECLI:NL:GHARL:2015:2589, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE s-gravenhage, derde meervoudige belastingkamer. 12 september 1989 Nr. 3701/85-M-3 EP/1 U I T S P R A A K

GERECHTSHOF TE s-gravenhage, derde meervoudige belastingkamer. 12 september 1989 Nr. 3701/85-M-3 EP/1 U I T S P R A A K GERECHTSHOF TE s-gravenhage, derde meervoudige belastingkamer. 12 september 1989 Nr. 3701/85-M-3 EP/1 U I T S P R A A K Naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 27 augustus 1985,

Nadere informatie

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond.

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. b) LJN: BX8102, Gerechtshof 's-gravenhage, BK-10/00754 en 10/00233

Nadere informatie

R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk:

R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk: R/?6o3 Den Haag, 8 SEP. 2017 Kenmerk: 2017-0000180894 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 17/03603) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 13 juni 2017, nr. 16/00344, inzake

Nadere informatie

1.2. De aanslag is, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, door de Inspecteur bij de bestreden uitspraak gehandhaafd.

1.2. De aanslag is, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, door de Inspecteur bij de bestreden uitspraak gehandhaafd. GERECHTSHOF TE 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 25 februari 2000 nummer BK-97/20200 UITSPRAAK op het beroep van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van eenheid Particulieren/Ondernemingen

Nadere informatie

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te i. Cassatiemiddelen l.i. Eerste middel Schending van het Nederlandse recht, met name van artikel 27, lid 5, Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: de Wet) (tekst tot en met 1996), van artikel 13a, lid 1,

Nadere informatie

op het beroep - na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden - van X te Z, belanghebbende,

op het beroep - na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden - van X te Z, belanghebbende, Gerechtshof te Amsterdam Tweede Meervoudige Belastingkamer 24 september 1996 Kenmerk 95/2326 UITSPRAAK op het beroep - na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden - van X te Z, belanghebbende, tegen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3701

ECLI:NL:GHDHA:2014:3701 ECLI:NL:GHDHA:2014:3701 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 11-11-2014 Datum publicatie 02-12-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-13_1439

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:20

ECLI:NL:GHARL:2015:20 ECLI:NL:GHARL:2015:20 Instantie Datum uitspraak 06-01-2015 Datum publicatie 16-01-2015 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 14/00053, 14/00054 en 14/00055 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:BZ5048

ECLI:NL:HR:2013:BZ5048 ECLI:NL:HR:2013:BZ5048 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 22-03-2013 Datum publicatie 22-03-2013 Zaaknummer 11/05644 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie In cassatie op

Nadere informatie

Fiscaal Portaal Gemeenten

Fiscaal Portaal Gemeenten Procedurenummer(s) : 4165/1987 B Uitspraakdatum : 19-09-1990 Publicatiedatum : --- GERECHTSHOF S-HERTOGENBOSCH Uitspraak Gezien het beroepschrift van het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam,,agglomeratie-

Nadere informatie

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:999, Contrair In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2014:1327, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:999, Contrair In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2014:1327, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan ECLI:NL:HR:2015:3425 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 11-12-2015 Datum publicatie 11-12-2015 Zaaknummer 14/02510 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:999,

Nadere informatie

Het gerechtshof te Arnhem, eerste meervoudige belastingkamer;

Het gerechtshof te Arnhem, eerste meervoudige belastingkamer; AK G E R E C H T S H O F A R N H E M BELASTINGKAMER Nr. O 90/1980 Het gerechtshof te Arnhem, eerste meervoudige belastingkamer; Gezien het beroepschrift van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:2024 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/00637

ECLI:NL:GHAMS:2016:2024 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/00637 ECLI:NL:GHAMS:2016:2024 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 19-05-2016 Datum publicatie 01-06-2016 Zaaknummer 15/00637 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:5327

ECLI:NL:GHARL:2017:5327 ECLI:NL:GHARL:2017:5327 Instantie Datum uitspraak 27-06-2017 Datum publicatie 28-07-2017 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 16/00521 en 16/00522 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 98/04005

ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 98/04005 ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7932 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 04-11-1999 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 98/04005 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening Brondatum: 07-07-2015 Een bestuurder is aansprakelijk gesteld voor de niet afgedragen loonheffingen van een

Nadere informatie

Eiseres heeft op haar aangifte voor het eerste kwartaal van omzetbelasting voldaan.

Eiseres heeft op haar aangifte voor het eerste kwartaal van omzetbelasting voldaan. Rechtbank Haarlem 5 oktober 2010, nrs. 09/3619 en 09/3620 Uitspraak RECHTBANK HAARLEM Sector bestuursrecht, meervoudige belastingkamer Zaaknummers: AWB 09/3619 en AWB 09/3620 Uitspraakdatum: 5 oktober

Nadere informatie

AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Naar aanleiding van uw briefvan 11 april 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Naar aanleiding van uw briefvan 11 april 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 2 MEI 2013 Kenmerk: DGB 2013-2033 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/01640) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 8 februari 2013, nrs. 11/00933 en 11/00934,

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Vierde Meervoudige Belastingkamer UITSPRAAK

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Vierde Meervoudige Belastingkamer UITSPRAAK Kenmerk: 842/89 BC GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Vierde Meervoudige Belastingkamer UITSPRAAK op het beroep van X te Z, belanghebbende, tegen een uitspraak van de Inspecteur der directe belastingen te Y, de

Nadere informatie

http://www.rechtspraak.nl/uitspraak/show_detail.asp?ui_id=43607&webpage=/uitspraak...

http://www.rechtspraak.nl/uitspraak/show_detail.asp?ui_id=43607&webpage=/uitspraak... pagina 1 van 8 Home > Uitspraken zoeken > Resultaat > Uitspraak Opnieuw zoeken Terug naar de lijst LJN-nummer: AF3700 Zaaknr: 00/00089 Bron: Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak: 13-01-2003 Datum publicatie:

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de Rechtbank Breda (hierna: de Rechtbank) van 15 november 2012, nummer AWB 12/4016, in het geding tussen

tegen de uitspraak van de Rechtbank Breda (hierna: de Rechtbank) van 15 november 2012, nummer AWB 12/4016, in het geding tussen Uitspraak GERECHTSHOF VHERTOGENBOSCH Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Uitspraak op het hoger beroep van * ^ p n i a w a ï i i b.v., gevestigd te > hierna: belanghebbende, tegen de uitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2733

ECLI:NL:GHSHE:2016:2733 ECLI:NL:GHSHE:2016:2733 Instantie Datum uitspraak 08-07-2016 Datum publicatie 29-11-2016 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 15/00008 tot en met 15/00010 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere

Nadere informatie

1 Het geding in feitelijke instanties

1 Het geding in feitelijke instanties Uitspraak 14 februari 2014 nr. 13/00475 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-gravenhage van 18 december 2012, nr. 12/00169,

Nadere informatie

Het gerechtshof te Arnhem, tweede meervoudige belastingkamer;

Het gerechtshof te Arnhem, tweede meervoudige belastingkamer; AK GERECHTSHOF ARNHEM BELASTINGKAMER Nr. 373/1988 Het gerechtshof te Arnhem, tweede meervoudige belastingkamer; Gezien het beroepschrift van de erfgenamen van X gewoond hebbende te Z, ingekomen op 2 februari

Nadere informatie

Gerechtshof te 's-gravenhage tweede meervoudige belastingkamer 19 maart 1998 nr. 96/0667 UITSPRAAK

Gerechtshof te 's-gravenhage tweede meervoudige belastingkamer 19 maart 1998 nr. 96/0667 UITSPRAAK Gerechtshof te 's-gravenhage tweede meervoudige belastingkamer 19 maart 1998 nr. 96/0667 UITSPRAAK op het beroep van de vennootschap onder firma X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van

Nadere informatie

De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend en concludeert tot bevestiging van de bestreden uitspraak.

De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend en concludeert tot bevestiging van de bestreden uitspraak. Gerechtshof te Amsterdam tweede meervoudige belastingkamer 6 juli 1999 nr. P98/3213 UITSPRAAK op het beroep van X te Z, belanghebbende, tegen een uitspraak van de Inspecteur, P. 1. Loop van het geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:7752

ECLI:NL:RBDHA:2017:7752 ECLI:NL:RBDHA:2017:7752 Permanente link: http://deeplink. Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 06-07-2017 Datum publicatie 20-07-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 5490 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2016:8884

ECLI:NL:GHARL:2016:8884 ECLI:NL:GHARL:2016:8884 Instantie Datum uitspraak 08-11-2016 Datum publicatie 11-11-2016 Zaaknummer 16/00065 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

Edelachtbaar college,

Edelachtbaar college, Edelachtbaar college, X% Namens cliënten, a «a ^ ^ ^ ^ ^ M l e n tel^^^^ tekenen wij beroep in cassatie aan tegen de uitspraak van Gerechtshof Amsterdam van 22 september 2011 op het beroepschrift van 10

Nadere informatie

HOGE RAAD, 24 april 1991 (nr. 27 021) (Mrs. Jansen, Van der Linde, Baardman, Bellaart, Korthals Altes)

HOGE RAAD, 24 april 1991 (nr. 27 021) (Mrs. Jansen, Van der Linde, Baardman, Bellaart, Korthals Altes) HOGE RAAD, 24 april 1991 (nr. 27 021) (Mrs. Jansen, Van der Linde, Baardman, Bellaart, Korthals Altes) ARREST gewezen op het beroep in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:6801

ECLI:NL:RBGEL:2016:6801 pagina 1 van 5 ECLI:NL:RBGEL:2016:6801 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 20-12-2016 Datum publicatie 20-12-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 5684 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2015:1353 Permanente link:

ECLI:NL:HR:2015:1353 Permanente link: ECLI:NL:HR:2015:1353 Permanente link: http://deeplink. Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 29-05-2015 Datum publicatie 29-05-2015 Zaaknummer 14/01134 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2014:138,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * In zaak 165/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2010:BM1234

ECLI:NL:RBHAA:2010:BM1234 ECLI:NL:RBHAA:2010:BM1234 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 08-04-2010 Datum publicatie 15-04-2010 Zaaknummer 09/3509 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden. Uitspraak 10 oktober 2014 Nr. 13/04777 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 29 augustus 2013, nr. 12/00472,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2004:AR4710 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:GHLEE:2004:AR4710 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:GHLEE:2004:AR4710 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 22-10-2004 Datum publicatie 28-10-2004 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK 1978/02 Inkomstenbelasting

Nadere informatie