HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Transcriptie

1 Toelatingsnummer N HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN 1 UITBREIDING TOELATING Gelet op de aanvraag d.d. 4 april 2014 ( NLKUGB) van Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen Hogeweg JD 'S-GRAVENHAGE tot uitbreiding van de gebruiksdoeleinden van de toelating van het gewasbeschermingsmiddel, op basis van de werkzame stoen ludioxonil en cyprodinil gelet op artikel 51 (EG) nr 1107/2009 en artikel 2.2 Regeling gewasbescherming en biociden, BESLUIT HET COLLEGE als volgt: 1.1 Uitbreiding Het gebruiksgebied van het middel wordt met ingang van datum dezes uitgebreid met de toepassing in de teelt van lupine, abrikoos, perzik (onbedekt); tuinkers, rucola, vruchtgroenten van Cucurbitaceae (onbedekt), pastinaak (onbedekt), wortelperterselie (onbedekt), maggi (onbedekt) en medicinale wortelgewassen (onbedekt). 1. Voor de gronden waarop dit besluit berust wordt verwezen naar bijlage II bij dit besluit. 2. De toelating geldt tot 1 september Samenstelling, vorm en verpakking De toelating geldt uitsluitend voor het middel in de samenstelling, vorm en de verpakking als waarvoor de toelating is verleend. 1.3 Gebruik Het middel mag slechts worden gebruikt met inachtneming van hetgeen in bijlage I bij dit besluit is voorgeschreven N 1

2 1.4 Classiicatie en etikettering Gelet op artikel 31 en artikel 65 van de Verordening EG/1107/2009 worden voorschriten gegeven. Dit leidt tot de volgende voorschriten: De aanduidingen, welke moeten worden vermeld, worden hierbij vastgesteld als volgt: aard van het preparaat: Water dispergeerbaar granulaat werkzame sto: gehalte: ludioxonil 25 % cyprodinil 37,5 % de identiteit van alle stoen in het mengsel die bijdragen tot de indeling van het mengsel: - PICTOGRAM(MEN) pictogram: GHS09-milieu SIGNAALWOORD Waarschuwing Gevarenaanduidingen H410 Zeer gitig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Voorzorgsmaatregelen SP 1 P273 P280C P391 Zorg ervoor dat u met het product o zijn verpakking geen water verontreinigt. Voorkom lozing in het milieu. Beschermende handschoenen en beschermende kleding dragen. Gelekte/gemorste sto opruimen. Aanvullende etiketelementen EUH208 Bevat cyprodinil. Kan een allergische reactie veroorzaken. EUH401 Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen. Behalve de voorgeschreven aanduidingen en vermeldingen moeten op de verpakking voorkomen: N 2

3 a. letterlijk en zonder enige aanvulling: het wettelijk gebruiksvoorschrit De tekst van het wettelijk gebruiksvoorschrit is opgenomen in Bijlage I. b. bij het toelatingsnummer een cirkel met daarin de aanduiding W.5. De nieuwe etikettering dient bij de eerstvolgende aanmaak op de verpakking te worden aangebracht. Oude verpakkingen mogen worden opgemaakt. 2 DETAILS VAN DE AANVRAAG 2.1 Aanvraag Het betret een aanvraag tot uitbreiding van het gebruiksgebied van het middel (12819 N), een middel op basis van de werkzame stoen ludioxonil en cyprodinil. De aanvraag is gedaan door Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen. Het middel is bij besluit van 23 juni 2006 reeds toegelaten als schimmelbestrijdingsmiddel in: a. de teelt van peulvruchten b. de teelt van appel en peer c. de onbedekte teelt van kers en pruim d. de teelt van aardbei e. de onbedekte teelt van aalbes, kruisbes, blauwe bes en drui. de teelt van braam- en ramboosachtigen g. de teelt van sla (Lactuca spp.) en andijvie h. de teelt van witlo (trekteelt) i. de bedekte teelt van veldsla j. de onbedekte teelt van peulgroenten met uitzondering van spruitgroenten k. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil l. de teelt van vruchtgroenten van Solanaceae m. de bedekte teelt van radijs n. de teelt van wortelen o. de onbedekte teelt van knolselderij p. de onbedekte teelt van asperge q. de onbedekte teelt van bleekselderij r. de teelt van aromatische kruidgewassen s. de teelt van tulp t. de teelt van bloemisterijgewassen u. de teelt van boomkwekerijgewassen v. de vaste plantenteelt w. in de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen) Het middel is bij dit besluit toegelaten tot 1 september Met onderliggende aanvraag wordt toelating als schimmelbestrijdingsmiddel voor de teelt van lupine, abrikoos, perzik (onbedekt); tuinkers, rucola, vruchtgroenten van Cucurbitaceae (onbedekt), pastinaak (onbedekt), wortelperterselie (onbedekt), maggi (onbedekt) en medicinale wortelgewassen (onbedekt). gevraagd N 3

4 2.2 Inormatie met betrekking tot de sto Fludioxonil is per 1 november 2008 geplaatst op Annex I van Richtlijn 91/414/EEG (Dir 2007/76/EC d.d. 20 december 2007), met expiratiedatum 31 oktober Cyprodinil is een bestaande werkzame sto, geplaatst op Annex I per (2006/64/EC). Beide stoen zijn goedgekeurd krachtens Verordening (EG) No 1107/2009 (Uitvoeringsverordening (EU) No 540/2011 d.d. 25 mei 2011). 2.3 Karakterisering van het middel bevat de actieve stoen cyprodinil en ludioxonil. Cyprodinil behoort tot de groep anilinopyrimidines en heet een systemische werking. Na opname door bladeren vindt transport door de plant plaats. Cyprodinil remt de methionine biosynthese. Cyprodinil is gematigd vatbaar voor resistentie. Fludioxonil behoort tot de groep enylpyrrolen. Het remt de osorilering van glucose. De opname door plantweesel is minimaal. Fludioxonil heet een langdurige werking en is gematigd vatbaar voor resistentie. Voor zowel cyprodinil als ludioxonil zijn enkele gevallen van resistentie gerapporteerd (FRAC). 2.4 Voorgeschiedenis De aanvraag is op 10 april 2014 ontvangen; op 4 april 2014 zijn de verschuldigde aanvraagkosten ontvangen. Bij brie d.d. 26 september 2014 is de aanvraag in behandeling genomen. 3 RISICOBEOORDELINGEN De beoordeling van onderliggende aanvraag is conorm Rgb d.d. 13 juni 2011 en Evaluation Manual Fysische en chemische eigenschappen De identiteit en de ysische en chemische eigenschappen van het middel en de werkzame sto wijzigen niet. 3.2 Analysemethoden De analysemethoden voor de werkzame stoen en het middel wijzigen niet. Voor de toegelaten toepassingen voldoen de vereiste residuanalysemethoden. 3.3 Risico voor de mens Van het middel wordt voor de toegelaten toepassingen volgens de voorschriten geen onaanvaardbaar risico voor de mens verwacht. 3.4 Risico voor het milieu Van het middel wordt voor de toegelaten toepassingen volgens de voorschriten geen onaanvaardbaar risico voor het milieu verwacht. 3.5 Werkzaamheid Het aspect werkzaamheid (inclusie ytotoxiciteit) is niet beoordeeld conorm artikel 51 Verordening (EG) 1107/ N 4

5 3.6 Eindconclusie Bij gebruik volgens het Wettelijk Gebruiksvoorschrit heet het middel op basis van de werkzame stoen ludioxonil en cyprodinil geen schadelijke uitwerking op de gezondheid van de mens en het milieu. Degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken kan gelet op artikel 4 van Bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht en artikel 7:1, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt een bezwaarschrit indienen bij: het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb), Postbus 217, 6700 AE WAGENINGEN. Het Ctgb heet niet de mogelijkheid van het elektronisch indienen van een bezwaarschrit opengesteld. Wageningen, 7 november 2014 HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN, ir. J.F. de Leeuw voorzitter N 5

6 Dit middel is uitsluitend bestemd voor proessioneel gebruik HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN BIJLAGE I bij het besluit d.d. 7 november 2014 tot uitbreiding van de toelating van het middel, toelatingnummer N A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het gebruik als schimmelbestrijdingsmiddel door middel van een gewasbehandeling in: a. de teelt van peulvruchten b. de teelt van lupine voor levensmiddelen en diervoeding c. de teelt van appel en peer d. de onbedekte teelt van kers, pruim, abrikoos en perzik e. de teelt van aardbei. de onbedekte teelt van aalbes, kruisbes, blauwe bes en drui g. de teelt van braam- en ramboosachtigen h. de teelt van sla (Lactuca spp.) en andijvie i. de teelt van witlo (trekteelt) j. de teelt van tuinkers k. de bedekte teelt van veldsla l. de teelt van rucola m. de onbedekte teelt van peulgroenten met uitzondering van spruitgroenten n. de onbedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil o. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil p. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae q. de bedekte teelt van radijs r. de teelt van wortelen s. de onbedekte teelt van pastinaak t. de onbedekte teelt van knolselderij u. de onbedekte teelt van asperge v. de onbedekte teelt van bleekselderij w. de teelt van aromatische kruidgewassen x. de onbedekte teelt van maggi en wortelpeterselie y. de onbedekte teelt van medicinale wortelgewassen z. de teelt van tulp aa. de teelt van bloemisterijgewassen bb. de teelt van boomkwekerijgewassen cc. de vaste plantenteelt dd. in de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen) Per teeltcyclus zijn maximaal 2 toepassingen toegestaan in radijs. Per jaar zijn maximaal 2 toepassingen toegestaan in peulvruchten, lupine voor levensmiddelen en diervoeding, peulgroenten, knolselderij, drui, bleekselderij en de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen), N 1

7 toepassingen in tulp, 1 toepassing in witlo, 5 toepassingen in sla (Lactuca spp., bedekte substraatteelt), tuinkers (bedekte substraatteelt) en rucola (bedekte substraatteelt), 6 toepassingen in bloemisterijgewassen (bedekte substraatteelt), vaste plantenteelt (bedekte substraatteelt) en boomkwekerijgewassen (bedekte substraatteelt) en 3 toepassingen in de overige vermelde gewassen. Om het grondwater te beschermen mag dit product niet worden gebruikt in grondwaterbeschermingsgebieden. Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing: in de onbedekte teelt van neerwaarts bespoten boomkwekerijgewassen: in spillen in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan indien maximaal 3 bespuitingen worden uitgevoerd in opzetters uitsluitend toegestaan in percelen die niet grenzen aan oppervlaktewater; in overige, neerwaarts bespoten boomkwekerijgewassen uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van minimaal 75 % dritreducerende spuitdoppen Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing in de teelt van appel, peer, kers, pruim, drui, abrikoos en perzik in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan na 1 mei en indien gebruik gemaakt wordt van één van de volgende maatregelen: o er gespoten wordt met een tunnelspuit, o o er gebruik wordt gemaakt van een windhaag op de rand van het rijpad en éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij, o o er in de eerste 20 meter grenzend aan het oppervlaktewater gebruik wordt gemaakt van een venturi-dop in combinatie met een éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij. Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden. Resistentiemanagement Dit middel bevat de werkzame stoen cyprodinil en ludioxonil. Cyprodinil behoort tot de anilinopyrimidinen, de Frac code is 9. Fludioxonil behoort tot de enylpyrrolen, de Frac code is 12. Bij dit product bestaat er kans op resistentieontwikkeling. In het kader van resistentiemanagement dient u de adviezen die gegeven worden in de voorlichtingsboodschappen, op te volgen. Na toepassing van op jonge planten en onder slechte lichtcondities in de bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae en vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil kunnen ytotoxische reacties op het blad optreden. Dit middel is uitsluitend bestemd voor proessioneel gebruik. Veiligheidstermijnen De termijn tussen de laatste toepassing en de oogst mag niet korter zijn dan: - 3 dagen voor appel, peer, aardbei, vruchtgroenten van Solanaceae en Cucurbitaceae met eetbare schil N 2

8 - 7 dagen voor kers, pruim, abrikoos, perzik, sla (Lactuca spp) en andijvie, wortelen, wortelpeterselie, pastinaak, tuinkers, veldsla, aromatische kruidgewassen, maggi, wortelpeterselie en medicinale wortelgewassen - 10 dagen voor aalbes, kruisbes, blauwe bes, braam- en ramboosachtigen - 14 dagen voor peulgroenten, knolselderij, radijs en bleekselderij - 21 dagen voor drui en rucola - 28 dagen voor peulvruchten en lupine voor levensmiddelen en diervoeding B Gebruiksaanwijzing Algemeen heet een preventieve werking tegen o.a. grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Om de kans op het optreden van verminderde gevoeligheid te beperken, is het aan te bevelen a te wisselen met andere voor Botryotinia uckeliana bestrijding toegelaten middelen met een ander werkingsmechanisme. Het middel heet eect op niet-doelwit arthropoden, waaronder natuurlijke vijanden. Bij geïntegreerde teelten dient hiermee rekening gehouden te worden. Vermijd daarom onnodige blootstelling. Het gebruik in de teelt van aromatische kruidgewassen, de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen en de bedekte teelt van veldsla is beoordeeld conorm de vereenvoudigde uitbreidingsprocedure. Er is voor deze toepassingen geen werkzaamheids- en ytotoxiciteitonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proebespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in deze toepassingsgebieden, komt voor risico en verantwoordelijkheidvan de gebruiker. Het gebruik in de teelt van asperge, radijs, bleekselderij, de bedekte teelt van braam en ramboosachtigen (Rubus spp.), lupine voor levensmiddelen en diervoeding, abrikoos, perzik, tuinkers, rucola, vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil, de onbedekte teelt van wortelpeterselie, pastinaak, maggi en medicinale wortelgewassen is op basis van een derdenuitbreiding en beoordeeld conorm artikel 51 EG 1107/2009. Deze derdenuitbreiding is aangevraagd door de Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen. Er is voor deze uitbreiding geen werkzaamheids- en ytotoxiciteitsonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proebespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in deze toepassingsgebieden komt voor risico en verantwoordelijkheid van de gebruiker. Toepassingen Peulvruchten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekten (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha Lupine voor levensmiddelen en diervoeding, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckelania), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekte (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha per toepassing N 3

9 Appel, ter bestrijding van bewaarrot veroorzaakt door o.a. Botryotinia uckeliana en Gloeosporium. Vana ongeveer 3 weken voor de oogst, ahankelijk van het spuitinterval (10-14 dagen), twee tot drie behandelingen uitvoeren. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Peer, ter bestrijding van bewaarrot veroorzaakt door o.a. Botryotinia uckeliana en Gloeosporium. Vana ongeveer 3 weken voor de oogst, ahankelijk van het spuitinterval (10-14 dagen), twee tot drie behandelingen uitvoeren. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Peer, ter bestrijding van zwartvruchtrot (Stemphylium vesicarium). Onder voor zwartvruchtrot gunstige omstandigheden o zodra eerste symptomen worden verwacht een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Onbedekte teelt van kers, pruim, abrikoos en perzik, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Onbedekte teelt van aardbei, ter bestrijding van vruchtrot veroorzaakt door Botryotinia uckeliana en Colletotrichum acutatum. Vana het begin van de bloei toepassen met een interval van 10 tot 14 dagen. Bij Botrytis- en Colletotrichum-gevoelige gewassen verdient onder vochtige weersomstandigheden een interval van 10 dagen de voorkeur. Dosering: 1 kg middel per ha Bedekte teelt van aardbei, ter bestrijding van vruchtrot veroorzaakt door Botryotinia uckeliana en Colletotrichum acutatum. Vana het begin van de bloei toepassen met een interval van 10 tot 14 dagen. Bij Botrytis- en Colletotrichum-gevoelige gewassen verdient onder vochtige omstandigheden een interval van 10 dagen de voorkeur. Dosering: 1 kg middel per ha Onbedekte teelt van aalbes (rode bes, witte bes, zwarte bes), kruisbes en blauwe bes, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 1 kg middel per ha Onbedekte teelt van drui, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana) N 4

10 Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. De behandeling, indien nodig, na ongeveer 21 dagen herhalen. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. De teelt van braam- en ramboosachtigen (Rubus spp.), ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 1 kg middel per ha Sla (Lactuca spp.), andijvie en aromatische kruidgewassen ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Zie opmerking gevoeligheid. Dosering: 0,6 kg middel per ha Witlo (trekteelt), ter bestrijding van sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) Bij het in opslag brengen van de witlopennen een bespuiting op de transport band uitvoeren. Voor een goede bevochtiging is een hoeveelheid van 10 tot 20 liter spuitvloeisto per 1000 kg witlopennen voldoende. Dosering: 36 gram middel per 1000 kg witlopennen. Tuinkers, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 0,6 kg middel per ha per toepassing Bedekte teelt van veldsla ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 0,6 kg middel per ha Rucola, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckelania). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 0,6 kg middel per ha per toepassing Onbedekte teelt van peulgroenten met uitzondering van spruitgroenten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekten (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha N 5

11 Onbedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckelania) en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha per toepassing Bedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil (b.v. komkommer, augurk, pattison) ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk en groeisnelheid de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. De toepassing dient plaats te vinden door middel van een gerichte bespuiting op de stengels van de planten. Toepassing op jonge planten en op het blad kan, in het bijzonder onder lichtarme omstandigheden, schade veroorzaken. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae (b.v. tomaat, paprika en aubergine), ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk en groeisnelheid de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. De toepassing dient plaats te vinden door middel van een gerichte bespuiting op de stengels van de planten. Toepassing op jonge planten en op het blad kan, in het bijzonder onder lichtarme omstandigheden, schade veroorzaken. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Onbedekte teelt van wortelen, ter bestrijding van looverbruining (Alternaria dauci) en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 12 dagen herhalen. Dosering: 0,8 kg middel per ha Onbedekte teelt van wortelpeterselie en maggi, ter bestrijding van Alternaria spp., sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en Rhizoctonia solani. Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 12 dagen herhalen. Dosering: 0,8 kg middel per ha per toepassing Onbedekte teelt van pastinaak, ter bestrijding van Alternaria spp. en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 12 dagen herhalen. Dosering: 0,8 kg middel per ha per toepassing Onbedekte teelt van knolselderij, ter bestrijding van sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 14 dagen herhalen. Dosering: 0,8 kg middel per ha N 6

12 Onbedekte teelt van asperge, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botrytis cinerea) en stengelsterte (Stemphylium spp.) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha Bedekte teelt van radijs, ter bestrijding van looverbruining (Alternaria spp) en sclerotiënrot (Sclerotinia spp) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 14 dagen herhalen. Dosering: 0.6 kg middel per ha Onbedekte teelt van bleekselderij, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botrytis cinerea) en sclerotiënrot (Sclerotinia spp) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha Tulp, ter bestrijding van vuur (Botryotinia tulipae). Vana opkomst van het gewas toepassen met een interval van 7 tot 14 dagen. Dosering: 0,5 0,75 kg middel per ha De lage dosering toepassen bij een kort spuitinterval; bij hoge inectiedruk o bij een lang spuitinterval de hoge dosering toepassen. Onbedekte teelt van medicinale wortelgewassen, ter bestrijding van Alternaria spp. en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 0,8 kg middel per ha per toepassing Bedekte teelt van bloemisterijgewassen, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 7 tot 14 dagen herhalen. Zie opmerking gevoeligheid. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 l water) Onbedekte teelt van bloemisterijgewassen, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Zie opmerking gevoeligheid. Dosering: 0,8 kg middel per ha Bedekte teelt van boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 7 tot 14 dagen herhalen N 7

13 Zie opmerking gevoeligheid. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water) Onbedekte teelt van boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Zie opmerking gevoeligheid. Dosering: 0,8 kg middel per ha Veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen), ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 7 tot 21 dagen herhalen. Zie opmerking gevoeligheid. Dosering: 0,8 kg middel per ha Opmerking gevoeligheid bloemisterijgewassen, boomkwekerijgewassen, vaste planten Tussen gewassen en cultivars bestaan er grote verschillen in gevoeligheid voor. Het is daarom noodzakelijk om in gewassen o cultivars waar nog geen ervaring met is opgedaan, door middel van een proebespuiting op kleine schaal vast te stellen o het betreende gewas o cultivar het middel verdraagt N 8

14 HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN BIJLAGE II bij het besluit d.d. 7 november 2014 tot uitbreiding van de toelating van het middel, toelatingnummer N Art. 51 Extension o authorisation or minor uses DRAFT REGISTRATION REPORT Part A Risk Management Product name: Active Substances: Cyprodinil 375 g/kg and ludioxonil 250 g/kg COUNTRY: NL Central Zone Zonal Rapporteur Member State: NL NATIONAL ASSESSMENT Applicant: Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen Date: October

15 Table o Contents PART A Risk Management... 1 Details o the application Application background Approval Regulatory approach Uses applied or and registration decision Data protection claims Letters o Access Details o the authorisation Product identity Classiication and labelling Classiication and labelling under Regulation (EC) 1272/ Other phrases Product uses or extension (minor uses) Risk management Reasoned statement o the overall conclusions taken in accordance with the Uniorm Principles Physical and chemical properties Methods o analysis Analytical method or the ormulation Analytical methods or residues Mammalian Toxicology Residues and Consumer Exposure Residues Consumer exposure Environmental ate and behaviour Ecotoxicology Eicacy Conclusions Further inormation to permit a decision to be made or to support a review o the conditions and restrictions associated with the authorisation... 2 Appendix 1 Copy o the product label... Appendix 2 Reerence list... 3

16 PART A Risk Management This document describes the acceptable use conditions required or extension o the registration o containing ludioxonil and cyprodinil in the Netherlands. The risk assessment conclusions are based on the already existing registration o in the Netherlands (risk envelope approach). None o the sections o this extension o authorisation according Article 51 needs an additional assessment. So no new part B is made. Assessments or the sae use o have been made using the current versions o endpoints agreed in the EU reviews o ludioxonil and cyprodinil. Risk envelope overview: section 1 Identity, physical and chemical 2 analytical methods 3 mammalian toxicology 4 metabolism and residues 5 environmental ate 6 ecotoxicological studies worst case critical GAP used not relevant or extension o authorisation according Article 51. covered by risk envelope (decision) Not applicable remarks ormulation: not relevant or extension o authorisation according Article 51. Not applicable or residues see: covered by the main authorisation covered by the main authorisation covered by the main authorisation covered by the main authorisation 7 eicacy data Not relevant Not applicable yes yes yes yes Appendix 1 o this document provides an approved product label.. Appendix 2 o this document provides a reerence list. 1 Details o the application Application to extend the authorisation o a plant protection product (PPP) already authorised in the Netherlands to minor uses not yet covered by that authorisation. The application is intended or use in the Netherlands only. 1.1 Application background 4

17 Details on applicant and application Plant protection product Type o application Zonal application according to Article 51 Registration number Applicant Authorisation holder Function Type o ormulation Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen Syngenta Crop Protection B.V. Jacob Obrechtlaan 3 A 4611 AP Bergen op Zoom Netherlands ungicide Expiration o authorisation 1 September 2023 Water dispersible granule [Code: WG] 1.2 Approval The active substances included in the plant protection product are approved according Regulation (EC) No 1107/2009. The present application is in line with the provisions o the approvals. Active substance(s) Cyprodinil Content in PPP 375 g/kg Approval status approved according Regulation (EC) No 1107/2009 Approval Regulation (EC) No 540/2011 Expiration o approval 31 April 2017 Fludioxonil Content in PPP 250 g/kg Approval status approved according Regulation (EC) No 1107/2009 Approval Regulation (EC) No 540/2011 Expiration o approval 31 October

18 1.3 Regulatory approach The PPP is already registered in the Netherlands according to Directive 91/414/EEC or Reg.(EC) No. 1107/2009 taking into account the Uniorm Principles o Reg.(EC) No. 546/2011. Thereore the evaluation o the current application is limited to the points not covered by the existing registration (12819 N, dated 20 September 2013) Uses applied or and registration decision See Data protection claims The Annex III data submitted will be protected in accordance with Regulation 1107/2009 EG. Additional uses will attract data protection on a national basis. 1.5 Letters o Access The Annex II data are protected and a letter o access is provided by the main notiier. In addition, some o the Annex III data are protected and letters o access are provided as appropriate. 2 Details o the authorisation 2.1 Product identity Product name Authorisation number Composition Type o ormulation Packaging N 375 g/kg cyprodinil 250 g/kg ludioxonil Water dispersible granule [Code: WG] 160, 200, 300, 400 g and 1, 5, 10 kg containers 2.2 Classiication and labelling Classiication and labelling under Regulation (EC) 1272/2008 Classiication and labelling o the ormulation does not change (please reer to the authorization o (12819 N) dated 20 September 2013) Other phrases Please reer to national product label. 6

19 2.3 Product uses or extension (minor uses) Use- No. Member state(s) Crop and/ or situation F G or I Pests or Group o pests controlled Method / Kind Application Application rate per treatment PHI (days) Timing / Number / (min. Kg as/hl Water l/ha Kg as/ha Growth stage Interval between o crop & applications) season min max min max min max Remarks Minor uses according to article 51 NL Lupin or odder crops and oods (human consumption) F Botryotinia uckelania, Sclerotinia sclerotiorum, Ascochyta spp., Mycosphaerella spp. Foliar spray BBCH Apr - Sep 2 (10-14) c / NL Apricots F Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Apr-Jun 3 (10-14) / c / In parcels next to surace water use windhaag, venturidop, tunnelspuit NL Peaches F Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Apr-Jun 3 (10-14) c / In parcels next to surace water use windhaag, venturidop, tunnelspuit NL Garden cress F Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Apr-Sep 3 (10-14) c / NL Garden cress G Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Jan-Dec 3 (10-14) c / Cultivation on substrate max. 5 applications per year, 5 and more crops per year are grown. The 5 applications per year be sprayed in 2 crop cycles or more crop cycles NL Rocket F Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Apr - Sep 3 (10-14) c / crops per year (but ield changes according to crop rotation) 7

20 NL Rocket G Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Jan Dec 3 (10-14) c / Soil bound cultivation max. 3 applications, max. 5 crops per year grown. The 3 applications per year be sprayed in the same crop cycle or in dierent crop cycles NL Rocket G Botryotinia uckelania Foliar spray BBCH Jan-Dec 3 (10-14) c / Cultivation on substrate max. 5 applications per year, 5 and more crops per year are grown. The 5 applications per year be sprayed in 2 crop cycles or more crop cycles NL Fruiting vegetables o Cucurbitaceae with edible skin F Botryotinia uckelania, Sclerotinia sclerotiorum Foliar spray BBCH Apr - Sep 3 (10-14) c / NL Parsley root F Alternaria spp., Sclerotinia sclerotiorum, Rhizoctonia solani Foliar spray BBCH Apr - Sep 3 (12) c / NL Parsnip F Alternaria spp., Sclerotinia sclerotiorum Foliar spray BBCH Apr - Sep 3 (12) c / NL Lovage root F Alternaria spp., Sclerotinia sclerotiorum, Rhizoctonia solani Foliar spray BBCH Apr - Sep 3 (12) c / NL Medicinal root crops F Alternaria spp., Sclerotinia sclerotiorum Foliar spray BBCH Apr-Sep 3 (10-14) c /

21 3 Risk management 3.1 Reasoned statement o the overall conclusions taken in accordance with the Uniorm Principles Physical and chemical properties Not relevant or extension o authorisation according Article Methods o analysis Analytical method or the ormulation Not relevant or extension o authorisation according Article Analytical methods or residues For both cyprodinil and ludioxonil, adequately validated methods are included in the dossier evaluated or the renewal o (LOQ 0.01 mg/kg or crops with a high water content). The new uses include crops with a high water content with a MRL o 0.05mg/kg or higher. The new uses are covered by the risk envelope. Re-evaluation o the residue analytical methods or ood/eed o plant origin is not required. The new uses do not include crops intended or ood/eed or livestock. Thereore, re-evaluation o the residue analytical methods or ood/eed o animal origin is not required Mammalian Toxicology The proposed extension or use involves an application on crops (lupin, apricots, peaches, garden cress, rocket, cucurbitaceae, parsley root, parsnip, lovage root, medicinal root crops) or which the risk assessment can be extrapolated rom the current authorisation based on the method o application and dosage (mechanical and manual downward application and manual up- and downward application indoor with a maximum dosage o 1 kg product/ha with a minimum spray volume o 200 L/ha). Thereore, the proposed extension remains within the existing risk envelope or the section mammalian toxicology (operator, bystander and worker) Residues and Consumer Exposure Residues The proposed extension or use involves an application on crops or which the risk assessment can be extrapolated rom the current authorisation. The proposed extension remains within the existing risk envelope or the section residues and consumer risk assessment. The current EU-MRLs or cyprodinil and or ludioxonil in requested crops are covered by the data available in the existing authorisation Consumer exposure Based on the dietary risk assessment perormed or both cyprodinil and ludioxonil, made to estimate the risk or consumers, it can be concluded that the use o does not lead to an unacceptable risk or consumers when applied according to the proposed GAP Environmental ate and behaviour 1

22 The new uses o applied or in in ield (F) lupine or odder crops and ood, apricots, peaches, garden cress, rocket, ruiting vegetables o Curcubitaceae with edible skin, parsley root, parsnip, aromatic root crops, medicinal root crops and in glasshouse (G) in garden cress, rocket (soil bound and substrate) have an equal (or lower) risk or persistence in soil, leaching to groundwater, and emission to surace water and sediment as the already authorised uses. The drinking water criterion is met. The available and most recent monitoring data in groundwater and surace water have been reviewed and have no consequences or the proposed uses Ecotoxicology The risk o the applied use in ield (F) lupine or odder crops and ood, apricots, peaches, garden cress, rocket, ruiting vegetables o Curcubitaceae with edible skin, parsley root, parsnip, lovage root, medicinal root crops and in glasshouse (G) in garden cress, rocket (soil bound and substrate) is equal to or lower than the risk o the authorised uses with regard to the environment or the aspects birds and mammals, aquatic organisms, bees, non-target arthropods, soil organisms, non-target plants and activated sludge. The ollowing restriction sentence should be placed on the label: Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing in de teelt van appel, peer, kers, pruim, drui, abrikoos en perzik in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan na 1 mei en indien gebruik gemaakt wordt van één van de volgende maatregelen: o er gespoten wordt met een tunnelspuit, o o er gebruik wordt gemaakt van een windhaag op de rand van het rijpad en éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij, o o er in de eerste 20 meter grenzend aan het oppervlaktewater gebruik wordt gemaakt van een venturi-dop in combinatie met een éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij. Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden Eicacy According to Article 51 o the Regulation (EC) No 1107/2009 the requirements or approval concerning the suicient eect and any unacceptable eects on plants and plant products does not need to be checked. 3.2 Conclusions An authorization or the uses applied or (lupin, apricots, peaches, garden cress, rocket, cucurbitaceae, parsley root, parsnip, lovage root and medicinal root crops) can be granted. 3.3 Further inormation to permit a decision to be made or to support a review o the conditions and restrictions associated with the authorisation None 2

23 Appendix 1 Copy o the product label A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het gebruik als schimmelbestrijdingsmiddel door middel van een gewasbehandeling in: a. de teelt van peulvruchten b. de teelt van lupine voor levensmiddelen en diervoeding c. de teelt van appel en peer d. de onbedekte teelt van kers, pruim, abrikoos en perzik e. de teelt van aardbei. de onbedekte teelt van aalbes, kruisbes, blauwe bes en drui g. de onbedekte teelt van braam- en ramboosachtigen h. de teelt van sla (Lactuca spp.) en andijvie i. de teelt van witlo (trekteelt) j. de teelt van tuinkers k. de bedekte teelt van veldsla l. de teelt van rucola m. de onbedekte teelt van peulgroenten met uitzondering van spruitgroenten n. de onbedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil o. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil p. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae q. de teelt van wortelen r. de onbedekte teelt van pastinaak s. de onbedekte teelt van knolselderij t. de teelt van aromatische kruidgewassen u. de onbedekte teelt van maggi en wortelpeterselie v. de onbedekte teelt van medicinale wortelgewassen w. de teelt van tulp x. de teelt van bloemisterijgewassen y. de teelt van boomkwekerijgewassen z. de vaste plantenteelt aa. in de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen) Per jaar zijn maximaal 2 toepassingen toegestaan in peulvruchten, lupine voor levensmiddelen en diervoeding, peulgroenten, knolselderij, drui en de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen), 4 toepassingen in tulp, 1 toepassing in witlo, 5 toepassingen in sla (Lactuca spp., bedekte substraatteelt), tuinkers (bedekte substraatteelt) en rucola (bedekte substraatteelt), 6 toepassingen in bloemisterijgewassen (bedekte substraatteelt), vaste plantenteelt (bedekte substraatteelt) en boomkwekerijgewassen (bedekte substraatteelt) en 3 toepassingen in de overige vermelde gewassen. Om het grondwater te beschermen mag dit product niet worden gebruikt in grondwaterbeschermingsgebieden. Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing: 3

24 in de onbedekte teelt van neerwaarts bespoten boomkwekerijgewassen: in spillen in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan indien maximaal 3 bespuitingen worden uitgevoerd in opzetters uitsluitend toegestaan in percelen die niet grenzen aan oppervlaktewater; in overige, neerwaarts bespoten boomkwekerijgewassen uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van minimaal 75 % dritreducerende spuitdoppen Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing in de teelt van appel, peer, kers, pruim, drui, abrikoos en perzik in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan na 1 mei en indien gebruik gemaakt wordt van één van de volgende maatregelen: o er gespoten wordt met een tunnelspuit, o o er gebruik wordt gemaakt van een windhaag op de rand van het rijpad en éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij, o o er in de eerste 20 meter grenzend aan het oppervlaktewater gebruik wordt gemaakt van een venturi-dop in combinatie met een éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij. Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden. Resistentiemanagement Dit middel bevat de werkzame stoen cyprodinil en ludioxonil. Cyprodinil behoort tot de anilinopyrimidinen, de Frac code is 9. Fludioxonil behoort tot de enylpyrrolen, de Frac code is 12. Bij dit product bestaat er kans op resistentieontwikkeling. In het kader van resistentiemanagement dient u de adviezen die gegeven worden in de voorlichtingsboodschappen, op te volgen. Na toepassing van op jonge planten en onder slechte lichtcondities in de bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae en vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil kunnen ytotoxische reacties op het blad optreden. Dit middel is uitsluitend bestemd voor proessioneel gebruik. Veiligheidstermijnen De termijn tussen de laatste toepassing en de oogst mag niet korter zijn dan: - 3 dagen voor appel, peer, aardbei, vruchtgroenten van Solanaceae en Cucurbitaceae met eetbare schil - 7 dagen voor kers, pruim, abrikoos, perzik, sla (Lactuca spp) en andijvie, wortelen, wortelpeterselie, pastinaak, tuinkers, veldsla, aromatische kruidgewassen, maggi, wortelpeterselie en medicinale wortelgewassen - 10 dagen voor aalbes, kruisbes, blauwe bes, braam- en ramboosachtigen - 14 dagen voor peulgroenten en knolselderij - 21 dagen voor drui en rucola - 28 dagen voor peulvruchten en lupine voor levensmiddelen en diervoeding B Gebruiksaanwijzing 4

25 Algemeen heet een preventieve werking tegen o.a. grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Om de kans op het optreden van verminderde gevoeligheid te beperken, is het aan te bevelen a te wisselen met andere voor Botryotinia uckeliana bestrijding toegelaten middelen met een ander werkingsmechanisme. Het middel heet eect op niet-doelwit arthropoden, waaronder natuurlijke vijanden. Bij geïntegreerde teelten dient hiermee rekening gehouden te worden. Vermijd daarom onnodige blootstelling. Het gebruik in de teelt van aromatische kruidgewassen, de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen en de bedekte teelt van veldsla is beoordeeld conorm de vereenvoudigde uitbreidingsprocedure. Er is voor deze toepassingen geen werkzaamheids- en ytotoxiciteitonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proebespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in deze toepassingsgebieden, komt voor risico en verantwoordelijkheidvan de gebruiker. Het gebruik in de teelt van lupine voor levensmiddelen en diervoeding, abrikoos, perzik, tuinkers, rucola, vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil, de onbedekte teelt van wortelpeterselie, pastinaak, maggi en medicinale wortelgewassen is op basis van een derdenuitbreiding en beoordeeld conorm artikel 51 EG 1107/2009. Deze derdenuitbreiding is aangevraagd door de Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen. Er is voor deze uitbreiding geen werkzaamheids- en ytotoxiciteitsonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proebespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in deze toepassingsgebieden komt voor risico en verantwoordelijkheid van de gebruiker. Toepassingen Peulvruchten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekten (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.) Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha Lupine voor levensmiddelen en diervoeding, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckelania), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekte (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.). Zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van Dosering: 1 kg middel per ha per toepassing Appel, ter bestrijding van bewaarrot veroorzaakt door o.a. Botryotinia uckeliana en Gloeosporium. Vana ongeveer 3 weken voor de oogst, ahankelijk van het spuitinterval (10-14 dagen), twee tot drie behandelingen uitvoeren. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Peer, ter bestrijding van bewaarrot veroorzaakt door o.a. Botryotinia uckeliana en Gloeosporium. Vana ongeveer 3 weken voor de oogst, ahankelijk van het spuitinterval (10-14 dagen), twee tot drie behandelingen uitvoeren. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. 5

26 Peer, ter bestrijding van zwartvruchtrot (Stemphylium vesicarium). Onder voor zwartvruchtrot gunstige omstandigheden o zodra eerste symptomen worden verwacht een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Onbedekte teelt van kers, pruim, abrikoos en perzik, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Onbedekte teelt van aardbei, ter bestrijding van vruchtrot veroorzaakt door Botryotinia uckeliana en Colletotrichum acutatum. Vana het begin van de bloei toepassen met een interval van 10 tot 14 dagen. Bij Botrytis- en Colletotrichum-gevoelige gewassen verdient onder vochtige weersomstandigheden een interval van 10 dagen de voorkeur. Dosering: 1 kg middel per ha Bedekte teelt van aardbei, ter bestrijding van vruchtrot veroorzaakt door Botryotinia uckeliana en Colletotrichum acutatum. Vana het begin van de bloei toepassen met een interval van 10 tot 14 dagen. Bij Botrytis- en Colletotrichum-gevoelige gewassen verdient onder vochtige omstandigheden een interval van 10 dagen de voorkeur. Dosering: 1 kg middel per ha Onbedekte teelt van aalbes (rode bes, witte bes, zwarte bes), kruisbes en blauwe bes, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 1 kg middel per ha Onbedekte teelt van drui, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. De behandeling, indien nodig, na ongeveer 21 dagen herhalen. Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water); per behandeling maximaal 1 kg per ha toepassen. Onbedekte teelt van braam- en ramboosachtigen, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia uckeliana). Onder voor grauwe schimmel gunstige omstandigheden o zodra de eerste symptomen worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Ahankelijk van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen herhalen. Dosering: 1 kg middel per ha 6