Energieverbruik door Rotterdamse huishoudens 2004

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Energieverbruik door Rotterdamse huishoudens 2004"

Transcriptie

1 Energieverbruik door Rotterdamse huishoudens 2004

2

3 Energieverbruik door Rotterdamse huishoudens 2004 Projectnr Paul de Graaf, met medewerking van Jurriën Vroom (CBS) en Marja Troost (ds+v) Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) April 2009 In opdracht van het Rotterdam Climate Initiative.

4 Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteurs: Paul de Graaf, met medewerking van Jurriën Vroom (CBS) en Marja Troost (ds+v) Project: Prijs: 10,00 Adres: Goudsesingel 78, 3011 KD Rotterdam Postbus 21323, 3001 AH Rotterdam Telefoon: (010) Telefax: (010) Website: Gegevens mogen worden overgenomen, mits met bronvermelding. Verveelvoudiging voor eigen of intern gebruik toegestaan. 2

5 INHOUDSOPGAVE Inleiding 5 Noten 6 Samenvatting en conclusies 7 1 Energieverbruik in Rotterdam in Noten 11 2 Gemiddeld gasverbruik op kleinschalig niveau 13 3 Energiebesparing door huishoudens Kenmerken van huishoudens en woningen en energiegedrag Voornemens tot energiebesparende maatregelen in Rotterdam 15 Noten 18 Publicatieoverzicht COS 19 3

6 4

7 INLEIDING Het Rotterdam Climate Initiative heeft als centrale doelstelling een reductie van de CO 2 -emissie in 2025 in haven en stad met 50% ten opzichte van In het kader daarvan is ook een monitor opgezet waarin de vorderingen worden bijgehouden. Hiervoor verschenen in 2007 en 2008 rapportages van het Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) over de component gebouwde omgeving (woningen), waarin emissies geschat werden op basis van onder meer het gas- en elektriciteitsverbruik volgens de bestanden van het EnergieVerbruik Huishoudens (EVH) van het CBS over het energieverbruik in Nederlandse woningen. In de laatste COS-monitoringsrapportage bleek dat Rotterdam al aardig op weg is: voor 2007 werd een emissie ten gevolge van gasverbruik geschat die een kwart lager lag dan die in : Figuur 0.1: Schatting CO 2 -emissie door Rotterdamse huishoudens in miljoenen kilogrammen conform de IPCC-richtlijnen; Gas Idem, 1990 = 100 Elektriciteit Totaal % 102% 90% 93% 88% 89% 87% 85% 82% 75% Aantal woningen Aandeel 1 4,71% 4,50% 4,30% 4,29% 4,27% 4,24% 4,20% 4,17% 4,16% 4,14% 1 ): Aantal Rotterdamse woningen als percentage van het aantal woningen in heel Nederland. Bron: Rekenmodel COS, versie/data september Uitkomsten over 2004 en 2005 zijn gebaseerd op de EVH s van 2004 respectievelijk 2005, en daarmee net zo definitief als de achterliggende EVH-uitkomsten. Uitkomsten over jaren vóór 2004 zijn gebaseerd op achteruitberekeningen op basis van het EVH 2004, en daarmee net zo definitief als de achterliggende EVH-uitkomsten. Uitkomsten over jaren ná 2005 zijn gebaseerd op vooruitberekeningen op basis van het EVH 2005; over 2007 bovendien nog gebaseerd op voorlopige cijfers voor die vooruitberekeningen. Zie verder de betreffende rapportage. De forse daling in de laatste twee jaar volgt uit op landelijke emissie-ontwikkelingen gebaseerde aannamen, want voor deze jaren konden nog geen Rotterdamse verbruiksgegevens worden gebruikt, maar zijn extrapolaties verricht. De Rotterdamse daling is daarbij sterker, omdat het aandeel van Rotterdam in de landelijke woningvoorraad afnam. De landelijke emissie door het gasverbruik van huishoudens is de laatste jaren door zachte winters, betere isolatie en een toename van het aantal hoogrendementsketels fors gedaald 2 : Figuur 0.2: Landelijke hoeveelheid CO 2 -uitstoot in miljoenen kilogram conform de IPCCrichtlijnen; Consumenten (huishoudens); Emissie Idem, 1990 = * % 107% 98% 103% 97% 99% 98% 93% 89% 82% Bron: Emissieregistratie CBS/MNC. Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op de website Het cijfer over 2007 is nog een voorlopig cijfer. 5

8 De bestanden EnergieVerbruik Huishoudens (EVH) van het CBS Het CBS heeft van de energienetbedrijven de klantenbestanden over 2004, 2005 en 2006 ontvangen, met daarin voor alle aansluitingen die horen bij het desbetreffende energienet het gasen elektriciteitsverbruik. Deze klantenbestanden heeft het CBS gekoppeld aan onder meer zijn bedrijvenbestand, en aan het CBS-WoningenRegister. Eind maart 2009 heeft het CBS uit deze bestanden voor het eerst gegevens gepubliceerd: het gemiddeld gasverbruik, het gemiddeld elektriciteitsverbruik en het aandeel stadsverwarming per gemeente, wijk en buurt in Van de bestanden over 2005 en 2006 is de schoning nog niet geheel afgerond. Het COS heeft, na de berekeningen voor eerdergenoemde monitoringsrapportages, eind december 2008 door het CBS aanvullende berekeningen laten verrichten op het bestand Energieverbruik Huishoudens 2004 (EVH 2004). Daartoe was dit bestand niet alleen verder geschoond, maar ook aangevuld met door het COS aangeleverde verdere kenmerken van de woning, zoals het bouwjaar en de eigenaar/verhuurder. Gegevens over recentere jaren dan 2005 zijn op dit moment nog niet op een dergelijke manier (uit een net zo uitgebreid geschoond en aangevuld bestand) beschikbaar. De EVH-bestanden bevatten (alleen) alle voor bewoning bestemde gebouwen per 1 januari van het betreffende jaar; woningen die geen gebouw zijn, zoals woonboten of woonwagens, ontbreken dus, en het energieverbruik en de CO 2 -uitstoot door het midden- en kleinbedrijf vallen daarmee buiten het bestek van de hier gepresenteerde berekeningen. Anderzijds zijn wel alle soorten woonruimte bij de berekeningen meegenomen : niet alleen gewone woningen, maar ook recreatiewoningen, wooneenheden en bijzondere woongebouwen. Het energieverbruik in de EVH-bestanden is gebaseerd op het verbruik volgens meterstanden, dat is omgerekend naar een verondersteld verbruik per kalenderjaar. Opbouw van deze rapportage Deze rapportage is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 1 wordt het gas- en elektriciteitsverbruik in 2004 door Rotterdamse huishoudens geschetst naar een aantal kenmerken van huishoudens en woningen, en een korte vergelijking gemaakt met het verbruik in de andere grote steden en landelijk. In hoofdstuk 2 wordt het Rotterdamse gasverbruik op een geografische kaart van de stad gepresenteerd per zescijferig postcodegebied (zeg maar: per woningblok). In hoofdstuk 3 tenslotte wordt stilgestaan bij de samenhang tussen de kenmerken van huishoudens en van woningen, (on-)zuinig energiegedrag van huishoudens en het energieverbruik, en worden uitkomsten gepresenteerd van vragen in de jaarlijkse Omnibusenquête van het COS over energiebesparende maatregelen. Dit alles wordt voorafgegaan door een pagina met samenvattende conclusies. Noten 1. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (P.A. de Graaf): Vervolgmeting Monitor CO 2 -uitstoot Rotterdam, Woningen. Versie september 2008; Rotterdam, september Zie over de daling van de uitstoot van broeikasgassen het artikel Verdere daling uitstoot broeikasgassen van 3 september 2008 in het Webmagazine op de CBS-website 6

9 SAMENVATTING EN CONCLUSIES Het Rotterdam Climate Initiative heeft als centrale doelstelling een reductie van de CO 2 -emissie in 2025 in haven en stad met 50% ten opzichte van In de laatste COS-monitoringsrapportage over het aan huishoudens toe te rekenen deel daarvan bleek dat Rotterdam al aardig op weg is: voor 2007 werd een emissie ten gevolge van gasverbruik geschat die een kwart lager lag dan die in Al langere tijd is sprake van een daling, en in de laatste twee jaar was die extra sterk. Deze ontwikkeling is geschat op basis van landelijke emissie-ontwikkelingen en de ontwikkeling van het aantal Rotterdamse woningen; voor de meeste jaren konden namelijk nog geen specifiek Rotterdamse verbruiksgegevens worden gebruikt. Landelijk is de emissie door het gasverbruik van huishoudens de laatste jaren fors gedaald, en door de afname van het aandeel Rotterdamse woningen zou de daling in Rotterdam dus extra sterk moeten zijn geweest. Voor de voorliggende rapportage zijn door het CBS berekeningen gemaakt over het gas- en elektriciteitsverbruik door Rotterdamse huishoudens volgens de klantenbestanden van de energienetbedrijven. Volgens deze berekeningen bedroeg het gas- en elektriciteitsverbruik in Rotterdam in 2004 gemiddeld m 3 respectievelijk kwh per huishouden c.q. woning. In totaal zou dat een totaalverbruik van 328,8 miljoen m 3 respectievelijk 718,8 miljoen kwh betekenen. Er is een duidelijk stijgend verband tussen huishoudensgrootte en gas- en elektriciteitsverbruik. Naar bouwperiode is het beeld wat minder eenduidig; wellicht ook mede doordat renovaties hier het beeld kunnen vertroebelen. Het laagste gasverbruik vinden we in de woningen van de laatste paar jaar; het hoogste in de vooroorlogse woningen. Het gasverbruik verschilt in zeer sterke mate met het woningtype: in half of heel vrijstaande woningen wordt veel meer gas verbruikt dan in woningen die door andere woningen worden omgeven. De uitersten: in vrijstaande woningen wordt gemiddeld ruim drie keer zo veel gas verbruikt als in appartementen. Voor het elektriciteitsverbruik geldt overigens het zelfde verband, en ook hier zijn de verschillen zeer groot. Bij het elektriciteitsverbruik zullen deze verschillen echter vooral veroorzaakt zijn doordat in duurdere soorten woningen meer welvarende bewoners wonen. Per deelgemeente tenslotte bestaan ook flinke verschillen; ten dele door het hoge aandeel stadsverwarming in het Stadscentrum en Prins Alexander. Al met al is, net als in de andere drie grote steden, het energieverbruik in Rotterdam een stuk lager dan in de rest van het land: in Rotterdam bedraagt het gemiddelde gasverbruik ongeveer tweederde van het landelijke, en het gemiddelde elektriciteitsverbruik ongeveer viervijfde van het landelijke. Behalve het grotere aandeel stadsverwarming zal daarbij ook de in Rotterdam gemiddeld veel kleinere huishoudens- en woninggrootte een verklaring vormen, evenals de slechtere inkomenspositie van Rotterdamse huishoudens en de isolerende rol die de compacte bouw van een grote stad speelt. In hoofdstuk 2 is het Rotterdamse gasverbruik (elektriciteitsverbruik is in beleidsmatig opzicht minder interessant) gepresenteerd per zescijferig postcodegebied (zeg maar: per woningblok). Op een geografische kaart van de stad is met verschillende kleuren aangegeven op welke plekken in de stad het gasverbruik er in positieve of negatieve zin uitspringt. Zie aldaar. In hoofdstuk 3 tenslotte is stilgestaan bij de samenhang tussen de kenmerken van huishoudens en van woningen, (on-)zuinig energiegedrag van huishoudens en het energieverbruik, en zijn uitkomsten gepresenteerd van vragen in de jaarlijkse Omnibusenquête van het COS over voornemens tot energiebesparende maatregelen. 7

10 8

11 1 ENERGIEVERBRUIK IN ROTTERDAM IN 2004 Het gas- en elektriciteitsverbruik in Rotterdam in 2004 bedroeg volgens het EVH 2004 gemiddeld m 3 respectievelijk kwh per huishouden c.q. woning 1. In totaal zou dat een totaalverbruik van 328,8 miljoen m 3 respectievelijk 718,8 miljoen kwh betekenen. In figuur 1.1 is het gemiddelde energieverbruik per Rotterdamse woning in 2004 weergegeven naar huishoudensgrootte. Figuur 1.1: Gemiddeld energieverbruik per woning met geldig verbruik in Rotterdam naar huishoudensgrootte; Gemiddeld verbruik per woning Gasverbruik Excl. stadsverwarming Elektriciteitsverbruik naar huishoudensgrootte Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal 1 persoon 2 personen 3 personen 4 personen 5 personen 6 en meer personen m m m m m m m m m m m m kwh kwh kwh kwh kwh kwh Totaal m m kwh Bron: CBS, EVH 2004, bewerking COS. Het vermelde verbruik is exclusief niet-geldige verbruiken (zie noot 1). Leesvoorbeeld: eerste regel: eenpersoonshuishoudens met een geldig gasverbruik (zie noot 1) verbruikten gemiddeld m 3 gas. Exclusief het nulverbruik van de eenpersoonshuishoudens in woningen met stadsverwarming is dat gemiddeld m 3. Voorts verbruikten de eenpersoonshuishoudens gemiddeld kwh elektriciteit. Zoals te verwachten was, is er een duidelijk stijgend verband tussen huishoudensgrootte en gasen elektriciteitsverbruik; al geldt dit bij de allergrootste huishoudens niet meer. In figuur 1.2 is het gemiddelde energieverbruik per Rotterdamse woning in 2004 vervolgens weergegeven naar bouwperiode (het jaar waarin de bouw van de woning werd voltooid). Figuur 1.2: Gemiddeld energieverbruik per woning met geldig verbruik in Rotterdam naar jaar waarin de bouw werd voltooid; Gemiddeld verbruik per woning Gasverbruik Excl. stadsverwarming Elektriciteitsverbruik naar bouwperiode Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Vóór t/m t/m t/m t/m t/m t/m t/m t/m en later m m m m m m m m m m m m m m m m m m m m kwh kwh kwh kwh kwh kwh kwh kwh kwh kwh Totaal m m kwh Bron: CBS, EVH 2004, bewerking COS. Het vermelde verbruik is exclusief niet-geldige verbruiken (zie noot 1). 9

12 Naar bouwperiode is het beeld wat minder eenduidig; wellicht ook mede doordat renovaties hier het beeld kunnen vertroebelen. Het laagste gasverbruik vinden we in de woningen van de laatste jaren; het hoogste in de vooroorlogse woningen. In figuur 1.3 is het gemiddelde energieverbruik per Rotterdamse woning in 2004 vervolgens weergegeven per woningtype. Figuur 1.3: Gemiddeld energieverbruik per woning met geldig verbruik in Rotterdam naar woningtype; Gemiddeld verbruik per woning Gasverbruik Excl. stadsverwarming Elektriciteitsverbruik naar woningtype Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Appartement Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Woningtype onbekend m m m m m m m m m m m m kwh kwh kwh kwh kwh kwh Totaal m m kwh Bron: CBS, EVH 2004, bewerking COS. Het vermelde verbruik is exclusief niet-geldige verbruiken (zie noot 1). Het gasverbruik verschilt in zeer sterke mate met het woningtype: in half of heel vrijstaande woningen wordt veel meer gas verbruikt dan in woningen die door andere woningen worden omgeven. De uitersten: in vrijstaande woningen wordt gemiddeld drie keer zo veel gas verbruikt als in appartementen. Voor het elektriciteitsverbruik geldt overigens het zelfde verband, en ook hier zijn de verschillen zeer groot. Bij het elektriciteitsverbruik zullen deze verschillen echter vooral veroorzaakt zijn doordat in duurdere soorten woningen meer welvarende bewoners wonen. Figuur 1.4: Gemiddeld energieverbruik per woning met geldig verbruik in Rotterdam en aandeel stadsverwarming naar deelgemeente; Gemiddeld verbruik per woning Gasverbruik Excl. stadsverwarming Elektriciteitsverbruik naar deelgemeente Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Gemiddeld Aantal Stadscentrum (stadsverw.: 53%) 478 m m kwh Delfshaven ( 6%) m m kwh Overschie ( 1%) m m kwh Noord (10%) m m kwh Hillegersberg-Schiebroek ( 2%) m m kwh Kralingen-Crooswijk (21%) m m kwh Feijenoord ( 8%) m m kwh IJsselmonde ( 2%) m m kwh Pernis ( 0%) m m kwh Prins Alexander (29%) 959 m m kwh Charlois ( 0%) m m kwh Hoogvliet ( 0%) m m kwh Hoek van Holland ( 0%) m m kwh Haven- en Industriegeb. ( 9%) m m kwh 30 Totaal (12%) m m kwh Bron: CBS, EVH 2004, bewerking COS. Verbruik en percentage stadsverwarming zijn exclusief niet-geldige verbruiken (zie noot 1). 10

13 In figuur 1.4 tenslotte is het gemiddelde energieverbruik per Rotterdamse woning in 2004 weergegeven per deelgemeente. Het gemiddelde gasverbruik in het Stadscentrum bedraagt slechts iets meer dan een derde van het stedelijk gemiddelde. Hier blijkt duidelijk de invloed van de stadsverwarming: het nulverbruik in dergelijke woningen zorgt in delen van het Stadscentrum voor een heel laag gemiddeld gasverbruik. Ook als daarmee rekening wordt gehouden, is het verbruik in het Stadscentrum echter nog steeds relatief erg laag. In Prins Alexander is het gemiddelde gasverbruik eveneens laag, en ook hier komt dat door het aandeel stadsverwarming; maar hier verschilt het verbruik exclusief stadsverwarming veel minder van het gemiddelde. Het hoogste gasverbruik vinden we in Hillegersberg-Schiebroek (meer dan een derde boven het stedelijk gemiddelde). Ook in Pernis (strikt genomen overigens geen deelgemeente) en Hoek van Holland is het gasverbruik ruim bovengemiddeld. De deelgemeenten met het hoogste gemiddelde elektriciteitsverbruik zijn Hoek van Holland, Pernis, Hoogvliet, Hillegersberg-Schiebroek en Prins Alexander. Net als in de andere grote steden is het energieverbruik in Rotterdam een stuk lager dan in de rest van het land: in Rotterdam bedraagt het gemiddelde gasverbruik ongeveer tweederde van het landelijke, en het gemiddelde elektriciteitsverbruik ongeveer viervijfde van het landelijke; zie figuur 1.5. Behalve het grotere aandeel stadsverwarming zal daarbij ook de in Rotterdam gemiddeld veel kleinere huishoudens- en woninggrootte een verklaring vormen, evenals de slechtere inkomenspositie van Rotterdamse huishoudens en de isolerende rol die de compacte bouw van een grote stad speelt. Figuur 1.5: Gemiddeld energieverbruik per woning en aandeel stadsverwarming in de vier grote steden en landelijk; Gemiddeld verbruik per woning in grote steden en landelijk Gemiddeld gasverbruik Gemiddeld elektriciteitsverbruik Aandeel stadsverwarming Rotterdam Amsterdam s-gravenhage Utrecht m m m m kwh kwh kwh kwh 12% 5% 5% 18% Nederland m kwh 5% Bron: CBS, EVH Deze (op veelvouden van 50 afgeronde) gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op de website onder Nederland regionaal, Kerncijfers wijken en buurten, en verschillen soms heel licht van elders in deze rapportage opgenomen gegevens omdat die niet op alle aansluitingen waren gebaseerd (zie noot 1). In het volgende hoofdstuk zal nader worden ingegaan op het energieverbruik in de verschillende delen van Rotterdam. Noten 1. De gepresenteerde gegevens betreffen gemiddelde verbruiken van woningen met een enkelvoudige aansluiting (hoewel meervoudige aansluitingen niet zo heel dik gezaaid zijn!), mits geldig. Geldige verbruiken zijn verbruiken 11

14 die in één van de stappen van het verwerkingsproces door het CBS zijn toegekend als huishoudelijk verbruik; dat wil zeggen: a) koppelbaar aan het Huishoudensbestand van het CBS; b) identificeerbaar in het Aansluitingenregister (wat voor Rotterdam nogal eens mis gaat, in Rotterdam zijn er veel woningen met een adres met twee toevoegsels aan het huisnummer, en zulke woningen zijn in de aansluitingenregisters identiek aangegeven met alleen huisnummer en eerste toevoegsel). Meerdere aansluitingen per woning zijn niet meegenomen; deze woningen zijn er nu dus uitgevallen! c) niet als uitbijter aangemerkt door vergelijking met mediaan en 75%-kwartielgrens per postcodegebied; d) eventueel als blokverwarming geïdentificeerd, of een nul-verbruik of heel laag verbruik dat wel wordt toegestaan in geval van stadsverwarming. 12

15 2 GEMIDDELD GASVERBRUIK OP KLEINSCHALIG NIVEAU In het vorige hoofdstuk werd het gemiddelde energieverbruik per deelgemeente gepresenteerd. Op een zo grootschalig niveau zijn echter nog niet zulke interessante conclusies te trekken; zeker niet met betrekking tot de vraag waar plekken zijn met een hoog verbruik waar, bijvoorbeeld door gebiedsgerichte isolatiestimulering, nog veel winst te behalen kan zijn. Daarom is het Rotterdamse gasverbruik (elektriciteitsverbruik is in beleidsmatig opzicht minder interessant) ook berekend per zescijferig postcodegebied (zeg maar: per woningblok). Op een geografische kaart van de stad is dan met verschillende kleuren aan te geven op welke plekken in de stad het gasverbruik er in positieve of negatieve zin uitspringt. Op dit kleinschalige niveau blijkt in sommige delen van de stad overigens ook duidelijk de invloed van de stadsverwarming: het nulverbruik in dergelijke woningen zorgt hier en daar voor heel lage gemiddelde gasverbruiken. Op de volgende pagina is het gemiddelde gasverbruik in Rotterdam per zescijferig postcodegebied op zo n manier weergegeven; onderstaande grafiek geeft aan hoeveel zescijferige postcodegebieden een hoe hoog gemiddeld verbruik hadden. Figuur 2.1: Frequentieverdeling van het gemiddeld gasverbruik per zescijferig postcodegebied in Rotterdam; Bron: CBS, EVH 2004, bewerking COS en ds+v/verg/geo-info. Het hoge gasverbruik concentreert zich met name in delen van Hillegersberg-Schiebroek, Kralingen, s-gravenland, Hoek van Holland en Charlois. De meeste gebieden hebben een gemiddeld gebruik tussen de en m 3, dus niet ver af van het stedelijk gemiddelde van m 3. Wel zitten er veel meer gebieden boven dan onder het gemiddelde 13

16

17 3 ENERGIEBESPARING DOOR HUISHOUDENS 3.1 Kenmerken van huishoudens en woningen en energiegedrag Over de vraag naar de samenhang tussen de kenmerken van huishoudens en van woningen, (on-)zuinig energiegedrag van huishoudens en het energieverbruik verscheen in opdracht van het Ministerie van VROM (DG Wonen) in april 2005 een uitgebreide studie van RIGO Research en Advies BV: Wonen en Energie; stook- en ventilatiegedrag van huishoudens 1. Daarin werd ook specifiek voor eigenaar-bewoners de vraag betrokken hoe het energiegedrag, de energielasten, de huishoudensfase en het inkomen, gegeven de woningkenmerken, samenhangen met de bereidheid om te investeren in energiebesparende maatregelen. Stookgedrag en kenmerken van de woning bleken samen ongeveer de helft van de verschillen in het gasverbruik van huishoudens te verklaren. En eigenaar-bewoners zouden vooral geneigd zijn te investeren in energiebesparende maatregelen in hun woning als zij beschikken over voldoende inkomen, als nog geruime tijd kan worden genoten van de investering (niet te hoge leeftijd en kort na aankoop van de woning) en als er (nog) geen kinderen zijn. Ongeveer 40% van de huishoudens in Nederland zou de woning verwarmen op een manier die in mindere of meerdere mate als onzuinig kan worden getypeerd. Als deze totale groep zou kunnen worden bewogen om te verwarmen volgens een meer normaal patroon, zou dat een besparing van circa 8,5% van het totale verbruik betekenen. De onzuinige gedragingen met het grootste besparingspotentieel zijn het verwarmen van veel kamers in verhouding tot de grootte van het huishouden, het s nachts op relatief hoge temperatuur verwarmen (16 C of meer) en het overdag en/of s avonds verwarmen op een hoge temperatuur (22 C of meer). Het meest onzuinige gedrag komt vooral voor in grote koopwoningen, in zeer grote woningen, in woningen van ouderen en in woningen van huishoudens met een hoog inkomen; het meest zuinige gedrag komt vooral voor als men weinig aanwezig is in de woning, als men niet in een eengezinswoning woont en bij jonge werkenden die veelal overdag niet aanwezig zijn. 3.2 Voornemens tot energiebesparende maatregelen in Rotterdam In de Omnibusenquête van het COS (een jaarlijks in februari en maart afgenomen schriftelijke enquête onder Rotterdammers van 16 tot 85 jaar) zijn in 2008 ook vragen opgenomen over voornemens tot onderhoud van de woning, en energiebesparende maatregelen in het bijzonder. Deze vragen zijn alleen aan bewoners van koopwoningen gesteld; de achterliggende aantallen respondenten zijn derhalve niet groot. De uitkomsten geven echter wel een indicatie. Aan de Rotterdammers die in een koopwoning wonen is allereerst gevraagd of men van plan is om op korte termijn in de woning te investeren voor onderhoud, energiebesparende maatregelen en wooncomfort ( extra luxe ). De uitkomsten zijn in figuur 3.1 te zien. Bijna de helft van de Rotterdammers die in een koopwoning wonen, is op korte termijn van plan te investeren in onderhoud van de woning. Energiebesparende maatregelen en extra wooncomfort worden door meer dan de helft niet nodig gevonden; men zal daar dan ook niet op korte termijn in investeren. 10% van de eigenaar-bewoners is wel van mening dat men zou moeten investeren in energiebesparende maatregelen, maar is dit op korte termijn niet van plan. 15

18 Figuur 3.1: Voornemens om op korte termijn in de eigen woning te investeren; Onderhoud 48% 43% 4% 6% Energiebesparende maatregelen 30% 53% 10% 8% Wooncomfort (extra luxe) 28% 58% 4% 10% Waarschijnlijk w el Nee, niet nodig Nee, maar w el nodig Weet niet Bron: COS, Omnibusenquête In figuur 3.2 is de beantwoording van deze vraag onderverdeeld naar een aantal persoons- en huishoudenskenmerken; hoewel de aantallen respondenten per antwoordcategorie eigenlijk erg klein zijn voor al te harde conclusies. (Het COS hanteert doorgaans een ondergrens van zo n 200 benodigde respondenten om uitkomsten verantwoord te achten.) Figuur 3.2: Voornemens om op korte termijn in de eigen woning te investeren voor energiebesparende maatregelen; 2008 (horizontale percentering). Bent u van plan om op korte termijn in uw woning te investeren voor energiebesparende maatregelen? Leeftijd: tot 40 jaar 40 tot 65 jaar 65 jaar en ouder Opleidingsniveau: laag midden hoog Huishoudensinkomen: tot modaal modaal tot twee keer modaal twee keer modaal en hoger Vereniging van Eigenaren: ja nee waarschijnlijk wel 28% 32% 27% 31% 28% 30% 30% 27% 33% 26% 33% nee, niet nodig 50% 54% 59% 48% 58% 52% 44% 57% 53% 52% 54% nee, maar wel nodig 14% 7% 2% 3% 9% 12% 11% 9% 10% 13% 7% weet niet 9% 6% 11% 18% 6% 6% 15% 7% 4% 9% 6% totaal; aantal antwoorden 100%; %; %; %; %; %; %; %; %; %; %; 223 Totaal 1 30% 53% 10% 8% 100%; ): Inclusief telkens zo n tien respondenten die de onderscheidende vraag niet beantwoord hebben. Bron: COS, Omnibusenquête Hoewel deze uitkomsten door de kleine aantallen respondenten als niet meer dan indicatief mogen worden beschouwd, lijkt het er toch op, dat het voornemen van Rotterdamse eigenaar- 16

19 bewoners om op korte termijn in de woning te investeren voor energiebesparende maatregelen weinig verschilt met de leeftijd, het opleidingsniveau en het inkomen van de bewoners of met de vraag of men tot een Vereniging van Eigenaren 2 behoort. Dit voornemen komt iets vaker voor bij eigenaar-bewoners van middelbare leeftijd en in woningen met een Vereniging van Eigenaren (al zijn de verschillen slechts bescheiden!); met het opleidingsniveau en het huishoudensinkomen lijkt geen verband te bestaan. De kans dat men zou investeren in de woning zou voor tweederde van de eigenaar-bewoners groter worden als men daar subsidie voor zou krijgen van de gemeente. 41% zou eerder tot een investering overgaan als de omgeving door de gemeente zou worden opgeknapt, en één op de vijf zou in het huis investeren als anderen in de straat dat ook zouden doen. Deze vraag was geformuleerd voor alle drie de soorten investeringen tezamen, dus er kan niet zonder meer verondersteld worden dat dit algemene antwoord ook altijd betrekking had op het onderdeel energiebesparende maatregelen. Niettemin is ter indicatie in figuur 3.3 de beantwoording van de vraag naar grotere investeringsbereidheid onderverdeeld naar de beantwoording van de vraag naar het voornemen op korte termijn te investeren voor energiebesparende maatregelen. Vanwege de bovenbedoelde algemeenheid van de vraag én omdat de aantallen respondenten per antwoordcategorie eigenlijk allemaal erg klein zijn voor al te harde, moeten ook deze uitkomsten als niet meer dan indicatief worden beschouwd. Figuur 3.3: Vergroting van de kans om te willen investeren in de woning; 2008 (horizontale percentering). Is de kans groter dat u zou investeren in uw woning als? Van plan op korte termijn te investeren voor energiebesparende maatregelen: waarschijnlijk nee, niet nee, maar weet niet totaal 1 wel nodig wel nodig andere mensen in de straat dat ook zouden doen ja nee weet niet aantal antwoorden u hiervoor subsidie zou krijgen van de gemeente ja nee weet niet aantal antwoorden de omgeving door de gemeente zou worden opgeknapt ja nee weet niet aantal antwoorden 32% 60% 8% % 11% 7% % 27% 14% % 74% 11% % 36% 8% % 51% 17% ): Inclusief telkens zo n tien respondenten die de vorige vraag niet beantwoord hebben. Bron: COS, Omnibusenquête % 78% 4% 46 81% 13% 6% 47 36% 53% 11% 45 23% 46% 31% 39 64% 10% 26% 39 36% 15% 49% 39 21% 68% 12% % 24% 10% % 41% 18% 484 Theoretisch lijkt het niet erg aannemelijk dat de buitenste twee stimulantia de investeringsbereidheid ten aanzien van energiebesparende maatregelen zullen stimuleren. Bij subsidie van de gemeente is dat echter wél goed indenkbaar, en dan blijkt ook inderdaad dat eigenaarbewoners die al zulke voornemens hadden of zulks eigenlijk wel nodig vinden nóg vaker dan anderen hiervoor gevoelig zijn. Ook bij wie energiebesparende maatregelen niet nodig vindt, acht 17

20 een kleine meerderheid (56%) de kans groter te zullen investeren in de woning; maar wellicht bedoelden velen van hen daarbij niet energiebesparende, maar andere maatregelen. In de Omnibusenquête van 2009 (uit februari en maart 2009) zijn deze vragen wederom opgenomen. Bij het ter perse gaan van dit rapport waren de uitkomsten daarvan echter nog niet beschikbaar. Het zelfde geldt voor de in de Omnibusenquête 2009 opgenomen vragen over aangebrachte energiebesparende maatregelen. Noten 1. RIGO Research en Advies BV (K. Leidelmeijer en P. van Grieken): Wonen en Energie; stook- en ventilatiegedrag van huishoudens; Amsterdam, april De helft van de eigenaar-bewoners gaf in de enquête aan dat de woning tot een Vereniging van Eigenaren (VvE) behoort. Bij het merendeel van de VvE s wordt gespaard voor onderhoud aan de woningen (84%). Volgens driekwart van de eigenaar-bewoners wordt er door de VvE ook voldoende gespaard. 18

21 Publicatieoverzicht COS Titel rapport (uitgave) jaar ALGEMEEN Kerncijfers Rotterdam Staat van Rotterdam Feitenkaart Omnibusenquête Aandachtsgebieden in beeld Monitor Prins Alexander Feijenoord in beeld 2007 Handleiding voor het opstellen van meetbare doelstellingen 2006 Binnenstadsmonitor Feitenkaart Rotterdam in Europees perspectief 2004 Staat van de Jeugd 2004 ARBEID EN INKOMEN Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam op deelgemeente- en buurtniveau Rotterdam voor afgestudeerden. Binding van afgestudeerde bestuurskundigen met Rotterdam 2008 Monitor bedrijventerreinen stadsregio Rotterdam Monitor Lage Inkomens Delft 2008 (i.s.m. SWA) 2008 Feitenkaart De Rotterdamse Kantorenmarkt per 1 januari De Rotterdamse marktbezoeker Resultaten uit de Omnibusenquête Werken bij Roteb (i.s.m. SWA) 2008 Monitor Lage inkomens Westland. 1e meting (i.s.m. SWA) 2007 Monitor Gemeentelijke Lastendruk Rotterdam, * 2006 Rotterdammers over werken bij de gemeente Resultaten uit de Omnibusenquête Feitenkaart Economie en Arbeidsmarkt in Rotterdam 2005 Economische statistiek per deelgemeente 2004 Monitor vraagzijde arbeidsmarkt havengebonden cluster Rijnmond. Een pilot 2004 BEVOLKINGSGROEPEN Chinezen in Rotterdam 2006 Monitor allochtone ouderen IJsselmonde 2005 Minderhedenmonitor Integratie en inburgering (i.s.m. ISEO) 2004 Stand van zaken Lus di Trafiko-projecten per 1 mei Sociale integratie en de islam in Rotterdam 2004 Emancipatiemonitor Rotterdam Feitenkaart Kerncijfers Antillianen in Rotterdam 2004 COMMUNICATIE EN KLANTTEVREDENHEID Rotterdammers over de gemeentelijke dienstverlening Resultaten uit de Omnibusenquête Rotterdammers over bouwoverlast in het centrum van Rotterdam Resultaten uit de Omnibusenquête Het digitaal bewonerspanel Prins Alexander over het Evenementenbeleid 2008 Het digitaal bewonerspanel Prins Alexander over de deelgemeentegids 2008 Tevredenheidsmeting Feijenoord Kijk- en Luisteronderzoek SLOR Gebruik en waardering JOS Intranet 2006 Stadswinkel op voorhand 2006 Rapportage Mediagebruik Rotterdamse Ambtenaren 2005 Communicatie wijkveiligheid. Effectmeting Middelland 2005 Communicatie wijkveiligheid. Effectmeting Tussendijken 2005 Communicatie wijkveiligheid. Effectmeting 2004 Spangen 2004 DEMOGRAFIE Feitenkaart Bevolkingsmonitor, januari Feitenkaart Prognose huishoudens Bevolkingsprognose Rotterdam Trendprognose Rotterdam De bevolkingsontwikkeling van Rotterdam KUNST EN CULTUUR Cultuurparticipatie van Rotterdammers, Pilot cultuurparticipatie Delfshaven 2008 Ruimte voor creativiteit. Onderzoek naar de bedrijfshuisvestingsvraag van creatieve ondernemers in Rotterdam 2008 Belangstelling voor opera in Rotterdam Klanttevredenheid SKVR 2006 Rotterdammers en de bibliotheek Resultaten uit de afgelopen Omnibusenquêtes 2005 LEEFBAARHEID EN VEILIGHEID 2009 Vervolgmeting Monitor CO 2 -uitstoot Rotterdam, Woningen. Versie september Dak- en thuislozenopvang Vlaardingen. Nulmeting Monitor hot spots Rotterdam. Vijfde meting (2007) 2007 Beleving luchtkwaliteit onder Rotterdammers Rotterdammers over het milieu Resultaten uit de Omnibusenquête Rotterdammers over sloten, singels en vijvers. Resultaten uit de Omnibusenquêtes Effectmeting overlast Oude Noorden 2007 Herkenning van radicalisering 2005 Nulmeting Leefbaarheid Opvang Pijnackerstraat Oude Noorden 2005

22 Publicatieoverzicht COS (vervolg) Titel rapport (uitgave) jaar ONDERWIJS VVE-monitor Rotterdam e meting 2008 Leerlingprognoses primair onderwijs Rotterdam Integratie in het primair onderwijs Rotterdam 2005 Wonen en leren van volwassenen in de regio 2005 Belangstelling Openbaar Daltononderwijs Papendrecht 2004 POLITIEK EN BESTUUR Rotterdammers over burgerparticipatie Resultaten uit de Omnibusenquête Feitenkaart Het oordeel van Rotterdammers over het gemeentebestuur voorjaar Opkomen voor Rotterdam 2006 Skyline op ooghoogte 2006 Analyse deelraadsverkiezingen Analyse gemeenteraadsverkiezingen RUIMTELIJKE ORDENING EN VERKEER Evaluatie Rotterdams Restauratiefonds Mobiliteit in Rotterdam, de stadsregio en Nederland Rotterdammers over het verkeer Resultaten uit de Omnibusenquête Tevredenheidsonderzoek Evenementenparkeerregeling Rotterdammers over het openbaar vervoer Resultaten uit de Omnibusenquête Masterplan Lijnbaanhoven 2007 Draagvlakmeting parkeren onder de Noorderhavenkade 2006 Belevingsonderzoek groene golf Schiekade / Schieweg 2006 Rotterdammers over imagobepalende plekken in de openbare ruimte 2005 SOCIAAL BELEID Jonge moeders in Rotterdam. Stand van zaken Sociale Kaart 2004 stadsregio Rotterdam 2004 VRIJETIJDSBESTEDING Nadere analyses vrijwilligerswerk in Rotterdam 2009 Bezoek en waardering groenvoorzieningen Rotterdam 2008 Rotterdammers in hun vrije tijd Resultaten uit de Vrijetijdsomnibusenquête Vrijwilligers(organisaties) in Hoogvliet. Meningen en behoeften 2008 Vrijwilligerswerk en informele hulp in Rotterdam Resultaten uit de Vrijetijdsomnibus Quick scan Rotterdamse jongeren in hun vrije tijd 2006 Recreatief bezoek van Rotterdammers aan Rotterdam. Resultaten uit de Vrijetijdsomnibus Relevante trends voor het vrijwilligerswerk in Rotterdammers in de wintermaanden van Joffen in Feijenoord 2005 WELZIJN EN VOLKSGEZONDHEID Maatschappelijke opvang in Rotterdam 2008 Subsidiëring van welzijnsinstellingen door deelgemeenten en gemeentelijke diensten in Rotterdam, Sterfte in Rotterdam tijdens de hittegolven in juli WONEN Woningbehoefte stadsregio Rotterdam Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio Monitor Aanbodmodel Rotterdam Woonruimteverdeling Voorne-Putten en Rozenburg juli juli Kans van slagen. Monitor Woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2008 kwartaal Kansen op de Schiedamse woningmarkt Komen en gaan. Selectieve migratie in Rotterdam in Monitor Woonruimteverdeling Stadsregio Rotterdam Monitor Woningbouwafspraken Stadsregio Rotterdam Evaluatie invoering huisvestingsvergunning Rotterdam 2007 Monitor Gentrification in pilotgebieden 2007 Bewoners over het nieuwe dure huursegment 2006 Rotterdammers over herstructurering Resultaten uit de Omnibusenquête Rotterdammers over de verkoop van huurwoningen Resultaten uit de Omnibusenquête Evaluatie experiment huisvestingsvergunning 2005 Bewonersonderzoek Nesselande 2005 OVERIG Quick scan objectgebonden vergunningen 2007 Evaluatie Flexwerken ds+v 2006 Rapportage Warmtekrachtkoppeling Bergschenhoek 2005 Rotterdammers en computers Resultaten uit de Omnibusenquête Evaluatie stoelmassage ds+v. Resultaten uit een enquête bij drie ds+v-afdelingen 2004 Bovenstaand overzicht is een greep uit het publicatieaanbod van het Centrum voor Onderzoek en Statistiek. Een compleet overzicht is te raadplegen op Internet:

Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009

Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009 Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009 Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009 Projectnr. 09-3064 drs. P.A. de Graaf Centrum voor

Nadere informatie

Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010

Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010 Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010 Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010 Projectnr. 10-3257 drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek

Nadere informatie

VERVOLGMETING MONITOR CO 2 -UITSTOOT ROTTERDAM, WONINGEN Versie september 2008

VERVOLGMETING MONITOR CO 2 -UITSTOOT ROTTERDAM, WONINGEN Versie september 2008 VERVOLGMETING MONITOR CO 2 -UITSTOOT ROTTERDAM, WONINGEN Versie september 2008 Projectnummer 07-2757 drs PA de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) September 2008 In opdracht van de DCMR Milieudienst

Nadere informatie

CHINEZEN IN ROTTERDAM

CHINEZEN IN ROTTERDAM CHINEZEN IN ROTTERDAM C. Ergun en M. Bik Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Maart 2006 In opdracht van OBR/EDBR Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: C. Ergun en M. Bik Project: 06-2510

Nadere informatie

Woonruimteverdeling Voorne-Putten en Rozenburg juli 2008 juli 2009

Woonruimteverdeling Voorne-Putten en Rozenburg juli 2008 juli 2009 G.H. van der Wilt Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) november 2009 In opdracht van Stichting Woonruimteverdeling Zuid-Hollandse Eilanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: G.H.

Nadere informatie

Huishoudens met inkomen naar belangrijkste bron

Huishoudens met inkomen naar belangrijkste bron INKOMENSBRONNEN ROTTERDAM EN REGIO 2002 In de zomer van 2005 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2002 van het CBS beschikbaar

Nadere informatie

Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011

Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011 Projectnr 11-3459 drs PA de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Mei 2011 In opdracht van de DCMR

Nadere informatie

TEVREDENHEIDS- ONDERZOEK EVENEMENTENPARKEER- REGELING 2007

TEVREDENHEIDS- ONDERZOEK EVENEMENTENPARKEER- REGELING 2007 TEVREDENHEIDS- ONDERZOEK EVENEMENTENPARKEER- REGELING 2007 Projectnummer 07-2722 drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) November 2007 In opdracht van de Afdeling Beleid & Ontwikkeling

Nadere informatie

Feitenkaart Verhuizingen naar inkomen in Rotterdam op gebiedsniveau in 2010 en 2011

Feitenkaart Verhuizingen naar inkomen in Rotterdam op gebiedsniveau in 2010 en 2011 Feitenkaart Verhuizingen naar inkomen in Rotterdam op gebiedsniveau in 2010 en 2011 Op verzoek van een aantal gemeenten, waaronder Rotterdam, heeft het CBS berekeningen verricht over de inkomenskenmerken

Nadere informatie

centrum voor onderzoek en statistiek

centrum voor onderzoek en statistiek centrum voor onderzoek en statistiek WONEN, LEVEN EN UITGAAN IN ROTTERDAM 1999 Resultaten uit de Vrijetijdsomnibus 1999 Projectnummer: 99-1412 drs. S.G. Rijpma, drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek

Nadere informatie

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen AANDACHTSGROEPEN VOLKSHUISVESTINGSBELEID ROTTERDAM EN REGIO 2004 (februari 2007, 2e druk) In februari 2007 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens

Nadere informatie

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen AANDACHTSGROEPEN VOLKSHUISVESTINGSBELEID ROTTERDAM EN REGIO 2002 In de zomer van 2005 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2002

Nadere informatie

Cultuur in de buurt. Deel 6: Hoogvliet-Zuid, in het bijzonder Zalmplaat. Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam

Cultuur in de buurt. Deel 6: Hoogvliet-Zuid, in het bijzonder Zalmplaat. Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam Cultuur in de buurt Deel 6: Hoogvliet-Zuid, in het Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam M.J.W. Epskamp, C. de Vries, L.P.M. van Dun Centrum voor Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2006 (april 2009, 2e, verbeterde druk)

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2006 (april 2009, 2e, verbeterde druk) Feitenkaart volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2006 (april 2009, 2e, verbeterde druk) Begin 2009 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens

Nadere informatie

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven 1 Onderzoek en Business Intelligence Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder

Nadere informatie

DRAAGVLAKMETING PARKEREN ONDER DE NOORDERHAVENKADE

DRAAGVLAKMETING PARKEREN ONDER DE NOORDERHAVENKADE DRAAGVLAKMETING PARKEREN ONDER DE NOORDERHAVENKADE M.T. Brokken en P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) November 2006 In opdracht van deelgemeente Noord Centrum voor Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2005

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2005 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 005 Begin 008 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 005 van het CBS beschikbaar

Nadere informatie

Openingstijden Stadswinkels 2008

Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2008 In opdracht van Publiekszaken afdeling Beleid

Nadere informatie

Woningmarktrapport 3e kwartaal 2015. Gemeente Rotterdam

Woningmarktrapport 3e kwartaal 2015. Gemeente Rotterdam Woningmarktrapport 3e kwartaal 215 Gemeente Rotterdam Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 9 Aantal verkocht 8 7 6 5 4 3 2 1 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 4e kwartaal

Nadere informatie

CO 2 -uitstootrapportage 2011

CO 2 -uitstootrapportage 2011 Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding

Nadere informatie

Documentatierapport Energieverbruik

Documentatierapport Energieverbruik Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Documentatierapport Energieverbruik Datum: 17 januari 2014 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door het onderzoeksbureau

Nadere informatie

Inkomens en verhuizingen in Rotterdam Uitkomsten en toelichting (update)

Inkomens en verhuizingen in Rotterdam Uitkomsten en toelichting (update) Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Inkomens en verhuizingen in Rotterdam Uitkomsten en toelichting (update) Harold Kroeze januari 2007 Inleiding Het Centrum voor Beleidsstatistiek

Nadere informatie

Imago Rotterdamse festivals

Imago Rotterdamse festivals Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) november 2010 In opdracht van Rotterdam Festivals Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteurs: Annemarie Reijnen Project: 10-3331 Adres: Blaak 34, 3011

Nadere informatie

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2006

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2006 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2006 Begin 2009 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2006 van het CBS beschikbaar

Nadere informatie

STERFTE IN ROTTERDAM TIJDENS DE HITTEGOLVEN IN JULI 2006

STERFTE IN ROTTERDAM TIJDENS DE HITTEGOLVEN IN JULI 2006 . STERFTE IN ROTTERDAM TIJDENS DE HITTEGOLVEN IN JULI 2006 G.H. van der Wilt Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) september 2006 In opdracht van de GGD voor Rotterdam en omstreken Centrum voor Onderzoek

Nadere informatie

Woningmarktrapport 4e kwartaal 2015. Gemeente Amsterdam

Woningmarktrapport 4e kwartaal 2015. Gemeente Amsterdam Woningmarktrapport 4e kwartaal 215 Gemeente Amsterdam Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 3 Aantal verkocht 25 2 15 1 5 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 1e kwartaal

Nadere informatie

Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012

Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012 Projectnr 12-3596 drs PA de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) April 2012 In opdracht van de

Nadere informatie

Woningmarktanalyse Gooise Meren

Woningmarktanalyse Gooise Meren Woningmarktanalyse Gooise Meren Op basis van WOZ en BAG gegevens Versie Kerngegevens Woningmarktanalyse Gooise Meren De in dit rapport gepresenteerde analyses zijn gemaakt met behulp van gemeentelijke

Nadere informatie

Feitenkaart. Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2012 (februari 2015, 2e druk)

Feitenkaart. Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2012 (februari 2015, 2e druk) Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2012 (februari 2015, 2e druk) Ed 2014 zijn de komensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2012 van

Nadere informatie

RAPPORTAGE WARMTEKRACHTKOPPELING BERGSCHENHOEK

RAPPORTAGE WARMTEKRACHTKOPPELING BERGSCHENHOEK RAPPORTAGE WARMTEKRACHTKOPPELING BERGSCHENHOEK Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) September 2005 In opdracht van het Ingenieursbureau (Afdeling Milieu en Ruimtelijke Ordening) van de dienst Gemeentewerken

Nadere informatie

Verplaatsingen in Rotterdam, Stadsregio en Nederland, 2004-2011

Verplaatsingen in Rotterdam, Stadsregio en Nederland, 2004-2011 Verplaatsingen in, Stadsregio en, 2004-2011 VERPLAATSINGEN IN ROTTERDAM, STADSREGIO EN NEDERLAND, 2004-2011 drs. C. de Vries Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) februari 2013 In opdracht van afdeling

Nadere informatie

Inkomensgegevens Rotterdam op deelgemeente- en buurtniveau 2011

Inkomensgegevens Rotterdam op deelgemeente- en buurtniveau 2011 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam op deelgemeente- en buurtniveau 2011 Ed 2013 zijn de komensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2011 van

Nadere informatie

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013

Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013 Maart 2014 Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder alle Rotterdamse peuterspeelzalen

Nadere informatie

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 In de Eemsdelta zijn verschillende ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de leefbaarheid.

Nadere informatie

STRAATENQUÊTE MASTERPLAN LIJNBAANHOVEN

STRAATENQUÊTE MASTERPLAN LIJNBAANHOVEN STRAATENQUÊTE MASTERPLAN LIJNBAANHOVEN Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) In opdracht van ds+v Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: Project: 07-2610 Prijs: Adres: Goudsesingel 78,

Nadere informatie

JONGE MOEDERS IN ROTTERDAM STAND VAN ZAKEN 2007

JONGE MOEDERS IN ROTTERDAM STAND VAN ZAKEN 2007 JONGE MOEDERS IN ROTTERDAM STAND VAN ZAKEN 2007 M.T. Brokken en J.M. Reijnen Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) juli 2007 In opdracht van de dienst Jeugd, Onderwijs en Samenleving, afdeling Jeugd

Nadere informatie

TRENDPROGNOSE ROTTERDAM 2020

TRENDPROGNOSE ROTTERDAM 2020 . TRENDPROGNOSE ROTTERDAM 2020 M. Bik, C. Ergun en C. Stolk Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) januari 2006 In opdracht van de Bestuursdienst Rotterdam Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS)

Nadere informatie

Kentallen warmtevraag woningen

Kentallen warmtevraag woningen Kentallen warmtevraag woningen Colofon Dit rapport is opgesteld door Marijke Menkveld (ECN) Datum 26-01-2009 Status definitief Inhoudsopgave Inleiding...3 Ketels en andere verwarmingssystemen...3 Verschillen

Nadere informatie

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Maart 2013 2 Samenvatting In deze monitor staat de CO2-uitstoot beschreven in de gemeente s-hertogenbosch. Een gebruikelijke manier om de

Nadere informatie

RESULTATEN WOONONDERZOEK PURMEREND UPDATE MAART 2015

RESULTATEN WOONONDERZOEK PURMEREND UPDATE MAART 2015 Inhoud 1. Woningvoorraad 2 2. Huishoudens 4 3. Huishoudens in woningen 5 4. Verhuizingen 8 5. Verhuiswensen doorstromers 10 6. Verhuiswensen starters 14 7. Woonruimteverdeling 15 Inleiding Er is heel veel

Nadere informatie

Woningmarktrapport - 4e kwartaal 2013. Gemeente Dordrecht

Woningmarktrapport - 4e kwartaal 2013. Gemeente Dordrecht Woningmarktrapport - 4e kwartaal 213 Gemeente Dordrecht Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 1 aantal verkocht 9 8 7 6 5 4 3 2 1 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement

Nadere informatie

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 (juni 2014, 3e druk)

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 (juni 2014, 3e druk) Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 (juni 2014, 3e druk) Eind 2013 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk

Nadere informatie

Quick Scan buurten Hoogezand-Sappemeer April 2013. Subtitel

Quick Scan buurten Hoogezand-Sappemeer April 2013. Subtitel Quick Scan buurten Hoogezand-Sappemeer April 2013 Subtitel Colofon Titel: Quick Scan Buurten in Hoogezand-Sappemeer Datum: 9 april 2013 Opdrachtgever: Woningcorporatie Lefier Auteur: drs Fransje Grisnich

Nadere informatie

WONEN EN LEREN VAN VOLWASSENEN IN DE REGIO REGIOVERKEER IN DE VOLWASSENENEDUCATIE

WONEN EN LEREN VAN VOLWASSENEN IN DE REGIO REGIOVERKEER IN DE VOLWASSENENEDUCATIE WONEN EN LEREN VAN VOLWASSENEN IN DE REGIO REGIOVERKEER IN DE VOLWASSENENEDUCATIE drs. J.M. Reijnen Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 27 januari 2005 In opdracht van de Dienst Stedelijk Onderwijs

Nadere informatie

Page 1 of 6 Kopers van nieuwbouwwoningen in Nesselande januari 2003 In opdracht van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam (OBR) 1 Inleiding In oktober 2002 is in opdracht van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam

Nadere informatie

Cultuur in de buurt. Deel 5: Beverwaard, Groot-IJsselmonde Noord en Zuid, Lombardijen en Oud-IJsselmonde

Cultuur in de buurt. Deel 5: Beverwaard, Groot-IJsselmonde Noord en Zuid, Lombardijen en Oud-IJsselmonde Cultuur in de buurt Deel 5: Beverwaard, Groot-IJsselmonde Noord en Zuid, Lombardijen en Oud-IJsselmonde Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam M.J.W. Epskamp, C. de Vries,

Nadere informatie

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2015

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2015 Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio Begin 2018 zijn inkomensgegevens over uit het Integraal Inkomens- en Vermogensonderzoek (het voormalige Regionaal Inkomens Onderzoek)

Nadere informatie

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013 Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013 Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013 Eind 2015 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau

Nadere informatie

Bevolking Ommoord. Aantal inwoners. Stand van het aantal inwoners op 1 januari

Bevolking Ommoord. Aantal inwoners. Stand van het aantal inwoners op 1 januari Bevolking Ommoord Aantal inwoners Stand van het aantal inwoners op 1 januari Buurt Ommoord Gebied Prins Alexander Gemeente Rotterdam 2009 24.147 90.312 587.161 2010 24.195 91.645 592.939 2011 24.504 92.640

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Woononderzoek Nederland 2009

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Woononderzoek Nederland 2009 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-020 22 maart 2010 9.30 uur Woononderzoek Nederland 2009 Totale woonlasten stijgen in dezelfde mate als netto inkomen Aandeel en omvang aflossingsvrije

Nadere informatie

PROJECTPLAN METERS MAKEN IN DE ESHOF

PROJECTPLAN METERS MAKEN IN DE ESHOF PROJECTPLAN METERS MAKEN IN DE ESHOF De Eshof op weg naar energie neutraal! = woningen Eshof naar nul op de meter = Inhoud 1. Ambitie: naar meest duurzame wijk van Elst? 2. Meten is weten: per wijk per

Nadere informatie

MARKTBEZOEK VAN ROTTERDAMMERS, 2005

MARKTBEZOEK VAN ROTTERDAMMERS, 2005 . MARKTBEZOEK VAN ROTTERDAMMERS, 2005 drs. G.H. van der Wilt Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) april 2006 In opdracht van Dienst Marktwezen Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: drs.

Nadere informatie

Energieverbruik door huishoudens,

Energieverbruik door huishoudens, Indicator 8 February 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2016 verbruiken huishoudens

Nadere informatie

Evenementen in Hoek van Holland - 2009

Evenementen in Hoek van Holland - 2009 Evenementen in Hoek van Holland - 2009 Evenementen in Hoek van Holland - 2009 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2009 In opdracht van deelgemeente Hoek

Nadere informatie

Feitenkaart vve-monitor Rotterdam 2015

Feitenkaart vve-monitor Rotterdam 2015 April 2016 Feitenkaart vve-monitor Rotterdam 2015 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven 1 Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse oktobertelling onder alle Rotterdamse peuterspeelzalen

Nadere informatie

Woningmarktrapport - 4e kwartaal 2012. Gemeente Amsterdam

Woningmarktrapport - 4e kwartaal 2012. Gemeente Amsterdam Woningmarktrapport - 4e kwartaal 212 Gemeente Amsterdam Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 18 aantal verkocht 16 14 12 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement

Nadere informatie

Evaluatierapport sloop- en terugkoopregeling Gemeente Rotterdam

Evaluatierapport sloop- en terugkoopregeling Gemeente Rotterdam Evaluatierapport sloop- en terugkoopregeling Gemeente Rotterdam Sarah Boer Özcan Erdem Onderzoek en Business Intelligence (OBI) Februari 2017 In opdracht van cluster Stadsontwikkeling- Ruimte en Wonen

Nadere informatie

PUBLIEKSRAPPORT ONDERZOEK POWERPLAYER

PUBLIEKSRAPPORT ONDERZOEK POWERPLAYER Rotterdammers besparen ruim 6% op hun totale energierekening door slimme meter en actief bekijken van hun verbruik via een display Slimme Meter In 2020 moeten netbeheerders zoals Stedin bij minimaal 80%

Nadere informatie

Documentatierapport Elektriciteits- en aardgasverbruik van particuliere woningen (ENERGIEVERBRUIKTAB)

Documentatierapport Elektriciteits- en aardgasverbruik van particuliere woningen (ENERGIEVERBRUIKTAB) Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services Documentatierapport Elektriciteits- en aardgasverbruik van particuliere woningen (ENERGIEVERBRUIKTAB) Datum: 8 februari 2016 Bronvermelding Publicatie

Nadere informatie

Woningmarktrapport - 1e kwartaal Gemeente Beverwijk

Woningmarktrapport - 1e kwartaal Gemeente Beverwijk Woningmarktrapport - 1e kwartaal 215 Gemeente Beverwijk Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 45 Aantal verkocht 4 35 3 25 2 15 1 5 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement

Nadere informatie

Effecten Amsterdamse labelstappensubsidie t.b.v. Leerkring 27 juni rol van de bewoners bij renovatie van woningvoorraad naar energieneutraal

Effecten Amsterdamse labelstappensubsidie t.b.v. Leerkring 27 juni rol van de bewoners bij renovatie van woningvoorraad naar energieneutraal Effecten Amsterdamse labelstappensubsidie t.b.v. Leerkring 27 juni 2018 - rol van de bewoners bij renovatie van woningvoorraad naar energieneutraal Jurriaan Kooij Inhoud presentatie Introductie van de

Nadere informatie

Woningmarktrapport - 3e kwartaal 2013. Gemeente Haarlemmermeer

Woningmarktrapport - 3e kwartaal 2013. Gemeente Haarlemmermeer Woningmarktrapport - 3e kwartaal 213 Gemeente Haarlemmermeer Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 12 aantal verkocht 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 4e

Nadere informatie

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente Alphen aan den Rijn

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente Alphen aan den Rijn Woningmarktrapport 3e kwartaal 217 Gemeente Alphen aan den Rijn Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 12 Aantal verkocht 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement

Nadere informatie

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente 's-gravenhage

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente 's-gravenhage Woningmarktrapport 3e kwartaal 216 Gemeente 's-gravenhage Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 12 Aantal verkocht 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 4e kwartaal

Nadere informatie

Regio Midden-Limburg. Woningvoorraad. Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep

Regio Midden-Limburg. Woningvoorraad. Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale doelgroep Woonwensen: Jongeren

Nadere informatie

Vrijwilligers en informele hulp in Rotterdam 2011. Resultaten uit het Vrijetijdsonderzoek 2011

Vrijwilligers en informele hulp in Rotterdam 2011. Resultaten uit het Vrijetijdsonderzoek 2011 Vrijwilligers en informele hulp in Rotterdam 2011 Resultaten uit het Vrijetijdsonderzoek 2011 Vrijwilligerswerk en informele hulp in Rotterdam 2011 Resultaten uit het Vrijetijdsonderzoek 2011 Projectnummer

Nadere informatie

Woningmarktrapport - 4e kwartaal Gemeente s-hertogenbosch

Woningmarktrapport - 4e kwartaal Gemeente s-hertogenbosch Woningmarktrapport - 4e kwartaal 214 Gemeente s-hertogenbosch Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 2 Aantal verkocht 18 16 14 12 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement

Nadere informatie

Feitenkaart Woningmarkt Rotterdam

Feitenkaart Woningmarkt Rotterdam SI / Afdeling Ruimte & Wonen Feitenkaart Woningmarkt Rotterdam september 2014 Nr. 2 Inhoud Algemeen Koopsector Huursector Consumentenvertrouwen Hypotheekrente Koopbereidheid Nieuwbouw Bestaande bouw Vrije

Nadere informatie

Nienke Miedema Programma Langer Thuis

Nienke Miedema Programma Langer Thuis Nienke Miedema Programma Langer Thuis Wat is de woningbehoefte van ouderen in Rotterdam? 2 Steeds meer ouderen Inwoners op 1 januari 2016 Gebied 65-74 jr 75-84 jr 85plus Bevolking Totaal totaal 65+ %65+

Nadere informatie

Woningmarktrapport - 1e kwartaal 2012. Gemeente Wijdemeren

Woningmarktrapport - 1e kwartaal 2012. Gemeente Wijdemeren Woningmarktrapport - 1e kwartaal 212 Gemeente Wijdemeren Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 25 aantal verkocht 2 15 1 5 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 2e kwartaal

Nadere informatie

3. Minder tevreden over het wonen

3. Minder tevreden over het wonen 3. Minder tevreden over het wonen zijn minder tevreden over hun woning en hun woonomgeving dan autochtonen. Zij wonen in kwalitatief minder goede woningen en moeten met meer mensen de beschikbare ruimte

Nadere informatie

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik

Nadere informatie

Dieteren - gemeente Echt-Susteren

Dieteren - gemeente Echt-Susteren - gemeente Echt-Susteren Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale

Nadere informatie

Tijdsbesteding van Rotterdamse ouderen

Tijdsbesteding van Rotterdamse ouderen Tijdsbesteding van Rotterdamse ouderen L.P.M. van Dun en C. de Vries Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) juli 2010 In opdracht van de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Strategie en Beleid

Nadere informatie

Nadere analyses vrijwilligerswerk in Rotterdam

Nadere analyses vrijwilligerswerk in Rotterdam Nadere analyses vrijwilligerswerk in Rotterdam Nadere analyses vrijwilligerswerk in Rotterdam Projectnr. 08-2896 drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Februari 2009 In opdracht

Nadere informatie

Koningsbosch - gemeente Echt-Susteren

Koningsbosch - gemeente Echt-Susteren - gemeente Echt-Susteren Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale

Nadere informatie

Leefstijlen, verkeer en vervoer Schattingen uit de Omnibusenquêtes

Leefstijlen, verkeer en vervoer Schattingen uit de Omnibusenquêtes Leefstijlen, verkeer en vervoer Schattingen uit de Omnibusenquêtes - Leefstijlen, verkeer en vervoer Schattingen uit de Omnibusenquêtes - Projectnr. 10-3329 drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek en

Nadere informatie

Bewonerspanel. Peiling. Energie,, september 2011. Tweederde stroom van Eneco. Bijna kwart heeft groen gas én groene stroom

Bewonerspanel. Peiling. Energie,, september 2011. Tweederde stroom van Eneco. Bijna kwart heeft groen gas én groene stroom Bewonerspanel Peiling Energie,, september 2011 Het Programma Utrechtse Energie wil door energiebesparing en het opwekken van duurzame energie de uitstoot van CO2 in de stad in 2020 met tenminste 30% verminderen.

Nadere informatie

Ospel - gemeente Nederweert

Ospel - gemeente Nederweert - gemeente Nederweert Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale doelgroep

Nadere informatie

Sint Joost - gemeente Echt-Susteren

Sint Joost - gemeente Echt-Susteren - gemeente Echt-Susteren Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale

Nadere informatie

Susteren-Heide - gemeente Echt-Susteren

Susteren-Heide - gemeente Echt-Susteren - gemeente Echt-Susteren Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale

Nadere informatie

Peij-Slek - gemeente Echt-Susteren

Peij-Slek - gemeente Echt-Susteren - gemeente Echt-Susteren Woningvoorraad Doelgroepen: Totaal Doelgroepen: Sociale doelgroep Kwantitatieve behoefte: Totaal Kwantitatieve behoefte: Sociale doelgroep Woonwensen: Totaal Woonwensen: Sociale

Nadere informatie

ROTTERDAMMERS OVER BURGERPARTICIPATIE 2007. Resultaten uit de Omnibusenquête 2007

ROTTERDAMMERS OVER BURGERPARTICIPATIE 2007. Resultaten uit de Omnibusenquête 2007 ROTTERDAMMERS OVER BURGERPARTICIPATIE 2007 Resultaten uit de Omnibusenquête 2007 Projectnummer 07-2673 E. Mertens Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Juli 2007 In opdracht van de Afdeling Organisatie

Nadere informatie

Fiets in de metro. Martijn Epskamp. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart In opdracht van de Stadsregio

Fiets in de metro. Martijn Epskamp. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart In opdracht van de Stadsregio Fiets in de metro Fiets in de metro Martijn Epskamp Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart 2008 In opdracht van de Stadsregio Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: Martijn Epskamp

Nadere informatie

Energieprijzen in vergelijk

Energieprijzen in vergelijk CE CE Oplossingen voor Oplossingen milieu, economie voor milieu, en technologie economie en technologie Oude Delft 180 Oude Delft 180 611 HH Delft 611 HH Delft tel: tel: 015 015 150 150 150 150 fax: fax:

Nadere informatie

FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015

FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015 FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015 Kaartje concentraties 75+ 1 team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Inleiding Op 23 maart 2015 startte het Woondebat met een open bijeenkomst. Doel

Nadere informatie

Monitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam

Monitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam rotterdam.nl/onderzoek Monitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam Rapportage op wijkniveau, 31 september 2015 Onderzoek en Business Intelligence Rapportage monitor Jeugdwerkloosheid in Rotterdam Rapportage

Nadere informatie

Betty Boerman en Inge Huiskers, Regio Gooi en Vechtstreek. Sjoerd Zeelenberg en Elien Smeulders, RIGO Research en Advies

Betty Boerman en Inge Huiskers, Regio Gooi en Vechtstreek. Sjoerd Zeelenberg en Elien Smeulders, RIGO Research en Advies M e m o Aan: Van: Onderwerp: Project: Betty Boerman en Inge Huiskers, Regio Gooi en Vechtstreek Sjoerd Zeelenberg en Elien Smeulders, RIGO Research en Advies Nadere profilering doelgroepen P27770 Datum:

Nadere informatie

Mobiliteit in Rotterdam, Stadsregio en Nederland,

Mobiliteit in Rotterdam, Stadsregio en Nederland, Mobiliteit in, en, 2004-2007 Mobiliteit in, en, 2004-2007 drs. C. de Vries & drs. R. Stevense Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) september 2008 In opdracht van ds+v, afdeling Verkeer en Vervoer

Nadere informatie

Cultuur in de buurt. Deel 3: Delfshaven en Schiemond. Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam

Cultuur in de buurt. Deel 3: Delfshaven en Schiemond. Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam Cultuur in de buurt Deel 3: Delfshaven en Schiemond Een onderzoek naar cultuurparticipatie in enkele buurten van Rotterdam M.J.W. Epskamp, C. de Vries, L.P.M. van Dun Centrum voor Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

De Rotterdamse marktbezoeker. Resultaten uit de Omnibusenquête 2011

De Rotterdamse marktbezoeker. Resultaten uit de Omnibusenquête 2011 De Rotterdamse marktbezoeker Resultaten uit de Omnibusenquête 2011 De Rotterdamse marktbezoeker Resultaten uit de Omnibusenquête 2011 G.H. van der Wilt Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 31 mei

Nadere informatie

Overigens zullen vanaf februari 2007 ook Feitenkaarten over de gegevens uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2004 kunnen verschijnen.

Overigens zullen vanaf februari 2007 ook Feitenkaarten over de gegevens uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2004 kunnen verschijnen. INKOMENSGEGEVENS ROTTERDAM OP DEELGEMEENTE- EN BUURTNIVEAU 2003 (februari 2008, 4e druk) In augustus 2006 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens

Nadere informatie

Herziene beweegcijfers Gezondheidsmonitor volwassenen 2012

Herziene beweegcijfers Gezondheidsmonitor volwassenen 2012 Herziene beweegcijfers Gezondheidsmonitor volwassenen 2012 Erratum, december 2014 Van Gea Schouten Datum 16 december 2014 Waarom herziene cijfers voor de beweegnorm? Bij het aanmaken van het databestand

Nadere informatie

Woningbehoefte onderzoek

Woningbehoefte onderzoek Woningbehoefte onderzoek Prognose woningbehoefte Amersfoort tot 2015 Gemeente Amersfoort Sector Dienstverlening, Informatie en Advies (DIA) Afdeling Onderzoek en Statistiek Marc van Acht Uitgave en rapportage:

Nadere informatie

volkshuisvesting STATISTISCH JAARBOEK

volkshuisvesting STATISTISCH JAARBOEK 47 STATISTISCH JAARBOEK 22 3 48 Volkshuisvesting Woningvoorraad: kleinere toename van woningen Hengelo heeft per 1 januari 22 een totale woningvoorraad van 35.214 woningen. Dit is een toename van 113 woningen

Nadere informatie

Thema s Omdat de resultaten en cijfers op wijkniveau erg uiteenlopen in onderwerp, is ervoor gekozen om deze onder te verdelen in 9 thema s:

Thema s Omdat de resultaten en cijfers op wijkniveau erg uiteenlopen in onderwerp, is ervoor gekozen om deze onder te verdelen in 9 thema s: Hoe is de wijkanalyse tot stand gekomen? Monitor Hilversum Begin december 2017 is de vragenlijst Monitor Hilversum naar 10.400 Hilversummers verstuurd. In totaal werden er 109 vragen voorgelegd over uiteenlopende

Nadere informatie

ENERGIE ACTIEPLAN. Van der Wiel Holding BV. Conform NEN 50001 Oktober 2015 ENERGIE ACTIEPLAN VAN DER WIEL HOLDING B.V.

ENERGIE ACTIEPLAN. Van der Wiel Holding BV. Conform NEN 50001 Oktober 2015 ENERGIE ACTIEPLAN VAN DER WIEL HOLDING B.V. ENERGIE ACTIEPLAN Van der Wiel Holding BV Conform NEN 50001 Oktober 2015 Verantwoordelijke voor dit verslag is de consultant van AMK Inventis Versie 2.0 Pagina 1 van 6 Scope 1 gasverbruik 1 Inregelen cv

Nadere informatie

Rotterdammers over gemeente en deelgemeente 2014

Rotterdammers over gemeente en deelgemeente 2014 rotterdam.nl/onderzoek mers over gemeente en deelgemeente 2014 Resultaten uit de Omnibusenquête 2014 voor de Evaluatie BmR14+ Onderzoek en Business Intelligence mers over gemeente en deelgemeente 2014

Nadere informatie

Omnibusenquête Deelrapport wonen

Omnibusenquête Deelrapport wonen Omnibusenquête 2016 Deelrapport wonen Omnibusenquête 2016 Deelrapport wonen Omnibusenquête 2016 deelrapport wonen Zoetermeer, 17 mei 2017 Gemeente Zoetermeer Afdeling Juridische Aangelegenheden & Bestuursondersteuning

Nadere informatie

Gebruik van kinderopvang

Gebruik van kinderopvang Gebruik van kinderopvang Saskia te Riele In zes van de tien gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar hebben de ouders hun werk en de zorg voor hun kinderen zodanig georganiseerd dat er geen gebruik hoeft

Nadere informatie