Szemerédi s regulariteitslemma

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Szemerédi s regulariteitslemma"

Transcriptie

1 Szemerédi s regulariteitslemma Yara van Schaik 18 juli 014 Bachelorscriptie Wiskunde Begeleiding: dr. Guus Regts Korteweg-De Vries Instituut voor Wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Universiteit van Amsterdam

2 Samenvatting In dit verslag wordt Szemerédi s regulariteitslemma behandeld (hoofdstuk ). Dit lemma vertelt dat alle grafen gepartitioneerd kunnen worden in een begrensd aantal gelijke verzamelingen, zodanig dat de meeste zijden tussen verschillende delen lopen en de zijden tussen twee delen uniform verdeeld zijn. Vervolgens gaan we kijken naar toepassingen binnen de getaltheorie (hoofdstuk 3) De stelling van Van der Waerden, stelling van Roth en Corner s stelling komen aan bod. Tot slot behandelen we een aantal toepassingen binnen de extremale grafentheorie (hoofdstuk 4). De stelling van Turán en de stelling van Erdös-Stone worden behandeld. Titel: Szemerédi s regulariteitslemma Auteur: Yara van Schaik, yaravanschaik@gmail.com, Begeleiding: dr. Guus Regts Einddatum: 18 juli 014 Korteweg-De Vries Instituut voor Wiskunde Universiteit van Amsterdam Science Park 904, 1098 XH Amsterdam

3 Inhoudsopgave 1 Introductie 4 Szemerédi s regulariteitslemma 5.1 Definities Een stukje lineaire algebra Bewijs van Szemerédi s regulariteitslemma Getaltheorie Stelling van Van der Waerden Stelling van Roth Corner s stelling Extremale grafentheorie 4.1 Deelgrafen Bewijs van Erdös en Stone Reflectie 30 6 Populaire samenvatting 31 Bibliografie 33 3

4 1 Introductie De beroemde wiskundigen Paul Erdös en Paul Turán vermoedden in 1936 dat als A = {a 1, a,... } een verzameling is binnen de natuurlijke getallen en 1 a i =, dan moet A voor een willekeurig grote n een deelverzameling van de vorm {a, a + b, a + b,..., a + (n 1)b} bevatten. Een deelverzameling van deze vorm noemen we een arithmetische progressie. Dit vermoeden blijkt lastig om te bewijzen en tot op de dag van vandaag staat dit probleem open. Er zijn ook veel verwante problemen. In 004 hebben Ben Green en Terrence Tao bewezen dat de verzameling van alle priemgetallen willekeurig lange arithmetische progressies bevat. Zij baseerden hun bewijs op een lemma dat structuur in kaart brengt, Szemerédi s regulariteitslemma. Szemerédi s regulariteitslemma is een belangrijk lemma binnen de (extremale) grafentheorie. Het is een uiterst sterk hulpmiddel voor het analyseren van de structuur van dichte grafen. Dit lemma zegt dat elke graaf benaderd kan worden door de vereniging van een begrensd aantal random bipartiete grafen, waardoor de structuur van de graaf beter kan worden afgeleid. Het regulariteitslemma heeft toepassingen in veel verschillende gebieden van de wiskunde. Zoals eerder gezegd is dit lemma erg belangrijk in de extremale grafentheorie, maar het komt ook terug in onder andere de Ramsey theorie, getaltheorie en functionaalanalyse. Zo n 30 jaar geleden werd het regulariteitslemma uitgevonden als een hulp lemma in het bewijs van een ander vermoeden van Erdös en Turán, aangaande arithmetische progressies in dichte deelverzamelingen van de gehele getallen. In deze bachelorscriptie ga ik mij bezighouden met Szemerédi s regulariteitslemma. Daarnaast ga ik kijken naar toepassingen van dit lemma binnen verschillende gebieden van de wiskunde. In sectie.1 maakt de lezer kennis met het regulariteitslemma zoals het gedefinieerd wordt door Reinhard Diestel in Graph Theory [1]. In sectie.3 formuleer ik een bewijs voor het lemma en vergelijk ik het met het regulariteitslemma zoals het gedefinieerd wordt door Alexander Schrijver in A Pythagoras proof of Szemerédi s regularity lemma []. In hoofdstuk 3 ga ik in op enkele toepassingen van het regulariteitslemma binnen de getaltheorie, waaronder de stelling van Van der Waerden. Vervolgens hou ik mij in hoofdstuk 4 bezig met toepassingen binnen de extremale grafentheorie. In dit hoofdstuk komt onder andere de stelling van Erdös en Stone aan bod. Afsluitend wil ik deze ruimte gebruiken om Guus Regts te bedanken voor het begeleiden van mijn project. Hij heeft mij geënthousiasmeerd voor dit onderwerp en ik heb onze samenwerking als prettig ervaren. Yara van Schaik Juli 014 4

5 Szemerédi s regulariteitslemma Ruwweg zegt het regulariteitslemma dat elke graaf gepartitioneerd kan worden in een (van boven- en onderen) begrensd aantal partitieverzamelingen, waarbij de verzamelingen dezelfde cardinaliteit hebben, zodanig dat de zijden tussen twee verschillende partitieverzamelingen uniform verdeeld is. We zullen in dit hoofdstuk voornamelijk gebruik maken van definities en lemma s die beschreven zijn door Alexander Schrijver in A Pythagoras proof of Szemerédi s regularity lemma []. Daarnaast gebruiken we voor een enkele definitie Reinhard Diestels Graph Theory [1]..1 Definities In deze sectie introduceren we definities die ons zullen helpen Szemerédi s regulariteitslemma beter te begrijpen. Aan het eind van deze sectie volgt een formulering van het regulariteitslemma. Definitie.1 (Partitie, verfijning). Zij A een eindige verzameling. Een partitie P = {P 1,..., P k } van A is een collectie disjuncte niet-lege verzamelingen,klassen genaamd, met k i=1 P i = A. Een partitie P van A is een verfijning van P als elke klasse van P bevat is in een klasse van P. Vanaf nu bekijken we G = (V, E) een graaf, waarbij V de verzameling punten en E de verzameling zijden van G aanduidt. Definitie. (Dichtheid). Laat X en Y disjuncte deelverzamelingen van V zijn. Dan wordt de dichtheid van het paar (X, Y ) gegeven door d(x, Y ) := e(x, Y ) X Y, waarbij e(x, Y ) het aantal zijden van G tussen X en Y aanduidt. Er geldt dat 0 d(x, Y ) 1. Definitie.3 (ε-evenwichtig). Zij ε > 0. Een partitie P van V is ε-evenwichtig als P een deelcollectie C bevat zodanig dat alle verzamelingen in C dezelfde cardinaliteit hebben en V \ C ε V. Definitie.4 (ε-regulier paar). Laat I, J V niet-lege verzamelingen zijn. Het paar (I, J) is ε-regulier als voor alle X I en Y J met X ε I en Y ε J 5

6 geldt dat d(x, Y ) d(i, J) ε. Aan de hand van bovenstaande definitie kunnen we een ε-reguliere partitie introduceren. We geven de definitie zoals Schrijver hem geformuleerd heeft in A Pythagoras proof of Szemerédi s regularity lemma []. Met een ε-irregulier paar bedoelen we een paar dat niet ε-regulier is. Definitie.5 (ε-reguliere partitie, Schrijver). Zij P = {V 1,..., V k } een partitie van V. Dan is P ε-regulier als het voldoet aan: I J ε V. I,J P (I,J) ε-irregulier Reinhard Diestel formuleert in Graph Theory [1] een ε-reguliere partitie als volgt. Definitie.6 (ε-reguliere partitie, Diestel). Laat P = {V 0, V 1,..., V k } een partitie van V zijn, waarbij V 0 een exceptionele verzameling (het mag leeg zijn) is. Deze partitie is ε-regulier als het voldoet aan de volgende drie eigenschappen: (i) V 0 ε V ; (ii) V 1 = = V k ; (iii) op een aantal van εk na zijn alle paren (V i, V j ) met 1 i < j k ε-regulier. We merken hierbij op dat bovenstaande definities van elkaar afwijken. Nu is het zo dat Diestels definitie van een ε-reguliere partitie overeen komt met de omschrijving van een partitie die ε- evenwichtig en regulier is van Schrijver. Dit is op de volgende manier te zien: Schrijver Diestel: Stel dat P een partitie is van een graaf G = (V, E) die voldoet aan de omschrijving van Schrijver van een ε- evenwichtige en reguliere partitie. Dus voor een ε > 0, is er een verfijning Q van P die een deelcollectie C = {C 1,..., C k } bevat zodanig dat C 1 = = C k, V \ C i ε V en I J ε V. I,J Q (I,J) ε-irregulier We kunnen schrijven Q = {C 1,..., C k, D 1,..., D l }. Dan is D i = V \ C i ε V, waarmee we aan (i) voldoen. We zien ook dat aan (ii) is voldaan. Verder is het aantal ε-reguliere paren van G gelijk aan I,J Q (I,J) ε-irregulier ε V I J = εn ( V ε V k ) = εk ( 1 ε ) = ε k, 6

7 voor ε := ε. Omdat ε ε, geldt (i) ook met ε. We zien dat we voldoen aan (1 ε) Diestels omschrijving van een ε -reguliere partitie. Diestel Schrijver: Stel dat we een partitie P van een graaf G = (V, E) hebben, die ε-regulier is volgens de definitie van Diestel. Dus voor een ε > 0, kunnen we schrijven P = {V 0, V 1,..., V k }, waarbij het volgende geldt: V 0 ε V, V 1 = = V k en alle behalve maximaal εk van de paren van P zijn ε-regulier. Deze partitie P heeft een deelcollectie C := {V 1,..., V k } waarvoor V 1 = = V k en V \ V i = V 0 ε V. Dit maakt van P een ε-evenwichtige partitie. Daarnaast is I J = V i V j + V 0 V i I,J P (I,J) ε-irregulier i,j {1,...,k} (V i,v j ) ε-irregulier ) + εn = εn i {1,...,k} (V 0,V i ) ε-irregulier εk ( n k = ε n, voor ε := ε. We zien dat P een ε -reguliere partitie is volgens de definitie van Schrijver. Daarnaast is P ε -evenwichtig (wegens ε ε ). Nu we alle definities hebben geïntroduceerd kunnen we overgaan op de formulering van Szemerédi s regulariteitslemma, zoals Diestel hem beschrijft in Graph Theory [1]. Lemma.7 (Szemerédi s regulariteitslemma, Diestel). Voor elke ε > 0 en elke m N is er een geheel getal M zodanig dat elke graaf G = (V, E) met V m een ε-evenwichtige en reguliere partitie P heeft met m P M. Omdat we nu nog over te weinig informatie beschikken, zullen we dit lemma pas in sectie.3 gaan bewijzen. Naast de definitie van ε-regulariteit formuleren Diestel en Schrijver ook Szemerédi s regulariteitslemma op verschillende wijzen. In sectie.3 zullen we ook zien dat beide formuleringen op hetzelfde neerkomen.. Een stukje lineaire algebra Voordat we verder kunnen kijken naar het bewijs van Szemerédi s regulariteitslemma, volgt nu een stuk uit de lineaire algebra. De lemma s die we hier behandelen zullen van pas komen in de volgende sectie (sectie.3), waarin we een bewijs voor het regulariteitslemma zullen geven. We beschouwen matrices en hun orthogonale projectie. Laat V een eindige verzameling zijn en bekijk de matrixruimte R V V, die we zien als de ruimte van V V -matrices. Op de matrixruimte R V V hebben we de Frobenius norm M := T r(m M) 1 = ( n i=1 m i, m i ) 1. 7

8 Voor niet-lege deelverzamelingen I, J V, laat L I,J de 1-dimensionale deelruimte van R V V zijn, bestaand uit alle matrices die op I J constant zijn en buiten I J identiek 0 zijn. Voor een matrix M R V V bekijken we de orthogonale projectie van M op L I,J. We noteren deze orthogonale projectie als M I,J. Als P een partitie is van V, laat L P dan de som zijn van alle ruimtes L I,J met I, J P. Schrijf M P voor de orthogonale projectie van M op L P. Nu geldt M P = M I,J. I,J P We merken op dat als Q een verfijning is van P, dan vinden we de inclusie L P L Q. In de drie claims die volgen laten we een aantal berekeningen aangaande orthogonale projecties van matrices zien, die van pas komen in de bewijzen van lemma s die we later in dit hoofdstuk zullen behandelen. De orthogonale projectie van een matrix M op L I,J neemt op I J een constante waarde aan. De eerste claim vertelt ons wat deze waarde precies is. Claim.8. De elementen van M I,J waarde van M op I J. op I J zijn allemaal gelijk aan de gemiddelde Bewijs. M I,J is de orthogonale projectie van M op L I,J, dus voor alle K I,J L I,J hebben we 0 = M M I,J, K I,J = M, K I,J M I,J, K I,J. Dit geeft ons M, K I,J = M I,J, K I,J. Voor matrices A, A R V V geldt A, A = T r(a A ). Dit is gelijk aan de som van het puntsgewijze product van A en A. Kies { 1 op I J K I,J = 0 buiten I J. Dan is M I,J, K I,J = I J a, waarbij a de constante van M I,J is op I J. Gelijkstellen van de twee inproducten geeft Dus we vinden I J a = i I j J a = 1 I J m i,j. m i,j. i I j J We zien dat a gelijk is aan de gemiddelde waarde van M op I J. 8

9 De volgende claim beschrijft een gevolg binnen de orthogonale projecties van een matrix. We gaan dit niet wiskundig bewijzen, omdat het in woorden makkelijker uit te leggen en beter te begrijpen is. Claim.9. (M Q ) Xi,Y i = M Xi,Y i. Bewijs. Het komt er op neer dat het nemen van de gemiddelde waarden over kleine hokjes binnen een matrix, en dan het gemiddelde nemen van alle gemiddeldes, hetzelfde is als gelijk het gemiddelde nemen van het grote hok dat bestaat uit alle kleine hokjes. Een simpel voorbeeld dat we kunnen nemen is een 4 4-matrix, die we verdelen in vier vakjes van elk bij. Als we eerst het gemiddelde nemen van de waarden in de vakjes apart, krijgen we vier aparte waarden. Vervolgens nemen we hier het gemiddelde van en komen we uit op één waarde. Deze eindwaarde krijgen we ook door gelijk in één keer het gemiddelde te nemen van de waarden uit de hele matrix. Nu zijn nu aangekomen bij de laatste claim van deze sectie. Claim.10. Voor een graaf G = (V, E) met verbindingsmatrix A en een willekeurige partitie Q van V geldt A Q A V. Bewijs. Laat Q een willekeurige partitie van V en R = {{1},..., {n}} de triviale partitie zijn. Dan is L Q L R. Stel dat (q 1,..., q k ) een orthonormale basis is van L Q en (q 1,..., q k, q k+1,..., q l ) een orthonormale basis van L R. We willen bekijken wat Proj LQ (a), de orthogonale projectie van a op L Q, is voor a L R. Voor alle q L Q geldt a Proj LQ (a), q = 0 en Proj LQ (a) L Q. Dit geeft a, q = Proj LQ (a), q. Omdat q L Q willekeurig gekozen was, geldt ook dat a, q i = Proj LQ (a), q i voor i = 1,..., k. We kunnen a = l i=1 λ iq i en Proj LQ (a) = k i=1 δ iq i schrijven met λ i, δ i R. Dan krijgen we voor j = 1,..., k: l a, q j = λ i q i, q j = i=1 l λ i q i, q j = λ j q j, q j = λ j, i=1 met als gevolg k λ j = a, q j = Proj LQ (a), q j = δ i q i, q j = δ j q j, q j = δ j. Zo krijgen we Proj LQ (a) = Proj LQ (a), Proj LQ (a) = i=1 i=1 i=1 k δi i=1 k l = λ i λ i = a, a = a. 9

10 Hieruit concluderen we dat A Q A. Laat V = n. Dan geldt er A = T r(a A) = n n a ij i=1 j=1 n n 1 = n = V. i=1 j=1 Dus voor een willekeurige partitie Q van V geldt dat A Q A V. De claims die we nu gezien hebben zullen alledrie van pas komen in de volgende sectie, waarin het regulariteitslemma wordt bewezen..3 Bewijs van Szemerédi s regulariteitslemma In deze sectie formuleren en bewijzen we een aantal lemma s uit Schrijvers A Pythagoras proof of Szemerédi s regularity lemma [], waarna we Szemerédi s regulariteitslemma op een iets andere manier verwoorden en bewijzen. Lemma.11. Elke partitie P van V heeft een ε-evenwichtige verfijning Q zodanig dat Q (1 + ε 1 ) P. Bewijs. Deel elke klasse van P op in klassen van elk cardinaliteit t, behalve voor maximaal één klasse die minder dan t elementen bevat. Deze verzamelingen vormen samen een partitie die we Q zullen noemen. We willen nu een geschikte t kiezen, zodat Q ε-evenwichtig is. Schrijf Q 1,..., Q k voor de klassen van Q van grootte t. Er volgt dat V \ k i=1 Q i < t P. Als we nu t = ε V kiezen, dan vinden we de afschatting P V \ k i=1 We zien dat Q ε-evenwichtig is. Verder geldt Q i < t P = ε V P = ε V. P Q P + V t = P + V P ε V = P + P ε = (1 + ε 1 ) P. Lemma.11 vormt samen met het komende lemma een opstap naar het bewijs van Szemerédi s regulariteitslemma. Als we deze twee lemma s begrepen hebben, dan zijn we al een heel eind op weg naar het bewijs waar deze sectie om draait. Lemma.1. Laat ε > 0 en G = (V, E) een graaf zijn, met verbindingsmatrix A. Dan heeft elke ε-irreguliere partitie P van V een verfijning Q met Q P 4 P en A Q > A P + ε 5 V. 10

11 Bewijs. We bekijken de ε-irreguliere paren van P en willen die onderverdelen in deelpartities, om zo een verfijning Q te creëren. Laat (I 1, J 1 ),..., (I n, J n ) alle ε-irreguliere paren in P zijn. We kunnen nu, wegens de definitie van ε-regulariteit, voor alle i = 1,..., n deelverzamelingen X i I i en Y i J i met X i > ε I i en Y i > ε J i kiezen zodanig dat d(x i, Y i ) d(i i, J i ) > ε. Bekijk K P. Als K {I 1,..., I n }, dan is er een partitie Q K van K zodanig dat elke X i, met K = I i, een vereniging van klassen van Q K is en Q K P. De laatste ongelijkheid krijgen we omdat één klasse (zeg K) uit P met maximaal P 1 andere klassen een ε-irregulier paar kan vormen. Voor elk van die paren maken we een tweesplitsing binnen onze klasse K. Al die splitsingen vormen samen een partitie Q K van K. Dan hebben we Q K P 1 < P. Hetzelfde geldt voor K {J 1,..., J n } met Y i. Omdat Y j ook deel kan zijn van een K = I i, kan het zijn dat we alles dubbel moeten splitsen. Dan geldt er Q K P = 4 P. Als K P \ {I 1,..., I n, J 1,..., J n }, dan maakt K geen deel uit van een ε-irregulier paar en kiezen we Q K = K. Neem nu Q = K P Q K. Dan is Q een verfijning van P en elke X i en Y i is een vereniging van klassen in Q. Daarnaast geldt er Q = K P Q K P max{ Q K : K P } P 4 P. We weten dat A Xi,Y i en A P constant zijn op X i Y i en respectievelijk gelijk aan d(x i, Y i ) en d(i i, J i ). Ze nemen namelijk de gemiddelde waarde van A aan op X i Y i en P respectievelijk. Omdat A een verbindingsmatrix is, is de gemiddelde waarde van A op X i Y i gelijk aan d(x i, Y i ). Aangezien X i I i en Y i J i (dus X i Y i I i J i ), zien we dat (A P ) Xi,Y i op X i Y i de gemiddelde waarde van A op I i J i aanneemt. Dit is gelijk aan d(i i, J i ). Nu weten we dat (A Q A P ) Xi,Y i = (A Q ) Xi,Y i (A P ) Xi,Y i = A Xi,Y i (A P ) Xi,Y i = ( X i Y i (d(x i, Y i ) d(i i, J i )) > ε I i ε J i ε = ε 4 I i J i. (.1) De vierde vergelijking volgt uit het feit dat (I i, J i ) een ε-irregulier paar is. Er geldt dat A Q (A Q ) P orthogonaal is ten opzichte van A P. Verder is (A Q ) P = A P, want Q verfijnt P. Dus A Q A P A P. Met de stelling van Pythagoras vinden we nu dat A P + A Q A P = A Q. Zo krijgen we A Q A P = A Q A P n (A Q A P ) Xi,Y i i=1 n ε 4 I i J i > ε 5 V. i=1 Alle X i s en Y i s zijn paarsgewijs disjunct, waardoor de ruimtes L Xi,Y i paarsgewijs orthogonaal zijn en daardoor geldt de eerste ongelijkheid. De een-na-laatste ongelijkheid volgt uit vergelijking (.1). De laatste ongelijkheid geldt, omdat P ε-irregulier is. Voordat we beginnen met de herformulering en het bewijs van Szemerédi s regulariteitslemma, definiëren we voor ε, x > 0 de afbeelding f ε (x) := (1 + ε 1 )x4 x. Voor n N noteren we de n-de iteratie van f ε met f n ε. 11

12 Lemma.13 (Szemerédi s regulariteitslemma, Schrijver). Voor elke ε > 0 en graaf G = (V, E) heeft elke partitie P van V een ε-evenwichtige en reguliere verfijning Q met Q f ε 5 ( ε (1 + ε 1 ) P ). Bewijs. Laat A de verbindingsmatrix van G zijn en P een ε-irreguliere partitie van V. Nu passen we lemma.11 en lemma.1 afwisselend toe. Bij elke gebruik van lemma.11 neemt A P niet af. Bij elke toepassing van lemma.1 neemt A P toe met meer dan ε 5 V. Voor een partitie Q van V weten we dat A Q A V. We kunnen concluderen dat we na maximaal ε 5 iteraties een ε-evenwichtige en reguliere partitie hebben. We hebben nu twee verschillende formuleringen van Szemerédi s regulariteitslemma gezien. Net als bij de definitie van een ε-reguliere partitie komen beide omschrijvingen op hetzelfde neer. Lemma.13 impliceert lemma.7 op de volgende manier: Laat ε > 0 en m 1. Laat verder G = (V, E) een graaf zijn met G m en P een partitie van V. Volgens lemma.13 heeft P een ε- evenwichtige en reguliere (naar de definitie van Schrijver) verfijning Q met Q f ε 5 ε ((1 + ε 1 ) P ). Dan is Q, zoals we eerder hebben gezien, ε -regulier (volgens de definitie van Diestel) voor ε := ε. (1 ε) Laat f ε 5 ε ((1 + ε 1 ) P ) =: M. Dan is Q M. Daarnaast is, omdat we G punten over maximaal G niet-lege verzamelingen kunnen verdelen, Q G m. We hebben dus een ε -reguliere partitie Q (volgens de omschrijving van Diestel), met m Q M. We concluderen dat lemma.7 een gevolg is van lemma.13. We hoeven ons dus in het vervolg niet druk te maken over welke definitie van ε- regulariteit of welke formulering van Szemerédi s regulariteitslemma we gebruiken, beide omschrijvingen komen neer op hetzelfde. Nu we Szemerédi s regulariteitslemma hebben bewezen, zitten we aan het eind van dit hoofdstuk. In de komende hoofdstukken houden we ons bezig met toepassingen van het lemma. 1

13 3 Getaltheorie Er zijn veel interessante toepassingen van Szemerédi s regulariteitslemma, binnen verschillende vakgebieden. Zo heb je in de getaltheorie de stelling van Roth, die zegt dat elke dichte deelverzameling van de natuurlijke getallen een arithmetische progressie van lengte 3 bevat. Een arithmetische progressie is een rij getallen, waar het verschil van een getal met zijn opvolger overal in het rijtje gelijk is. In dit hoofdstuk behandelen we drie toepassingen van het regulariteitslemma binnen de getaltheorie: de stelling van Van der Waerden, de stelling van Roth met een gevolg en tot slot Corner s stelling. Voordat we beginnen met een toepassing, volgt nu een precieze definitie van een arithmetische progressie (van Eric W. Weisstein [3]). Definitie 3.1 (Arithmetische progressie). Een arithmetische progressie van lengte k met verschil a is een verzameling getallen van de vorm {an + b : n = 0,..., k 1}. 3.1 Stelling van Van der Waerden Je kunt je afvragen of het mogelijk is om de eerste n natuurlijke getallen in k deelverzamelingen te partitioneren zonder dat één van de partitieverzamelingen een arithmetische progressie van lengte l bevat. De stelling van Van der Waerden laat zien dat dit mogelijk is tot een zekere waarde van n. De kleinste n waarvoor één van de deelverzamelingen een arithmetische progressie van lengte l bevat wordt het Van der Waerden getal W (k, l) genoemd. Op dit getal gaan wij verder niet in. We maken in deze sectie gebruik van definities en stellingen uit het artikel A short proof of Van der Waerden s theorem on arithmetic progressions van Graham en Rothschild [4]. Stelling 3. (Stelling van Van der Waerden). Voor positieve r, l Z >0 bestaat er een N zodanig dat als de gehelen {1,,..., N} gekleurd zijn met r verschillende kleuren, dan vinden we een arithmetische progressie van l gehelen die allemaal dezelfde kleur hebben. Deze stelling is een zwakkere vorm van de stelling die we hier onder gaan behandelen (stelling 3.6). We introduceren eerst de sterke versie, om vervolgens aan te tonen dat de stelling van Van der Waerden een speciaal geval hiervan is. Daarnaast geven we een bewijs voor stelling 3.6. Voordat we deze stelling formuleren beginnen we met twee definities. We noteren [a, b] voor de verzameling van gehele getallen x die tussen a en b liggen, dus waarvoor a x b. 13

14 Definitie 3.3 (l-equivalent). We noemen twee eindige rijen (x 1,..., x m ), (x 1,..., x m) [0, l] m l-equivalent als ze gelijk zijn tot en met het laatste voorkomen van l. We spreken van l-equivalente klassen als we deze equivalentie als equivalentierelatie zien op de verzameling [0, l] m. De definitie die nu volgt komt van pas bij het bewijzen van de stelling van Van der Waerden. Definitie 3.4 (S(l, m)). Met S(l, m) bedoelen we de volgende bewering: Laat l, m 1. Voor elke r bestaat er een getal N = N(l, m, r) zodanig dat voor elke functie van de vorm C : [1, N] [1, r], er positieve getallen a, d 1,..., d m bestaan zodanig dat C(a + m i=1 x id i ) constant is op elke l-equivalente klasse van [0, l] m. Lemma 3.5. De stelling van Van der Waerden komt overeen met de bewering S(l, 1). Bewijs. Laat r, l Z >0. Stel dat S(l, 1) waar is, dus er is een N = N(l, 1, r) zodanig dat voor een functie C : [1, N] [1, r] er positieve a, d bestaan zodanig dat C(a + xd) constant is op elke l-equivalente klasse van [0, l]. De functie C kunnen we zien als het kleuren van elk van de getallen in [1, N] met één van de r kleuren. Er zijn twee klassen, namelijk [α] = {0, 1,..., l 1} en [β] = {l}. Dus C(a + 0d) = C(a + 1d) = = C(a + (l 1)d) = p, voor een p [1, r]. Dus zijn de getallen a + 0d, a + 1d,..., a + (l 1)d allemaal gelijk gekleurd. Dit is een arithmetische progressie van lengte l, waarbij elk getal dezelfde kleur heeft. Stelling 3.6. De bewering S(l, m) is waar voor alle l, m 1. Bewijs. In dit bewijs gebruiken we inductie naar m en l. Dit doen we door de volgende drie punten te laten zien: 1. Basisstap: S(1, 1) is waar;. S(l, m) voor een m 1 impliceert S(l, m + 1); 3. S(l, m) voor alle m 1 impliceert S(l + 1, 1). Bewijs van 1: De uitspraak S(1, 1) is triviaal waar. Er zijn maar twee l-equivalente klassen, namelijk [0] = {0} en [1] = {1}. Dat betekent dat C(a + m i=1 x id i ) constant is op elke l-equivalente klasse van [0, l] m, aangezien elke klasse maar uit één element bestaat. Hiermee is de basisstap bewezen. Bewijs van : Kies r vast en zij M = N(l, m, r), M = N(l, 1, r M ). Verder is C : [1, MM ] [1, r] gegeven. Bekijk de vector v(k) := ( C(kM M + 1),..., C(kM) ) voor k = 1,..., M. Definieer C : [1, M ] [1, r M ] op zo n manier dat C (k) = C (k ) dan en slechts dan als v(k) = v(k ). Als we de inductiehypothese toepassen op C, dan vinden we dat er positieve a en d bestaan zodanig dat C (a + xd ) constant is voor elke l-equivalente 14

15 klasse van [0, l]. Aangezien we twee klassen hebben, namelijk [p] = {0,..., l 1} en [l] = {l}, is C (a + xd ) constant voor x [0, l 1]. We kunnen S(l, m) ook toepassen op een functie die als domein het interval [a M M + 1, a M] heeft. De lengte van dit interval is gelijk aan a M (a M M + 1) + 1 = M. Dit interval is dus een verschuiving van het interval [1, M], waardoor we ons nieuwe interval op dezelfde manier af kunnen beelden op [1, r] als in de bewering S(l, m) gebeurt. Er bestaan dus positieve gehelen a, d 1,..., d m met (a + m i=1 x id i ) [a M M + 1, a M] voor alle x [0, l] m en waarvoor geldt dat C(a + m i=1 x id i ) constant is op l-equivalente klassen. Neem nu d i := d i voor alle i [1, m] en d m+1 := d M. Dan is C(a + m+1 i=1 x id i) = C(a + m i=1 x id i + x m+1 d M). We willen aantonen dat dit welgedefinieerd is. Hierboven zagen we dat a + m i=1 x id i a M. Uit de definitie van C weten we dat a + xd M voor x [0, l]. Dit geeft a + m x i d i + x m+1 d M a M + x m+1 d M = (a + x m+1 d )M M M, i=1 wat de welgedefinieerdheid aantoont. Verder willen we aantonen dat C(a + m+1 i=1 x id i) constant is op elke l-equivalente klasse van [0, l] m+1. Laat x [0, l] m+1 waarvoor x m+1 = l. Elk element y [x] is l-equivalent aan x en is dus gelijk aan x tot het laatste voorkomen van l. Aangezien x m+1 = l, bevat de equivalentieklasse van x maar één element. Dus C(a + m+1 i=1 x id i) is constant op de klasse [x : x m+1 = l]. Bekijk nu x [0, l] m+1 waarvoor x m+1 l. Voor een y met y m+1 l en die l- equivalent is met x, geldt ook dat (x 1,..., x m ) l-equivalent is aan (y 1,..., y m ). Dus we i=1 y id i ). Wegens de definitie van C weten we hebben C(a + m i=1 x id i ) = C(a + m nu dat C(a + m i=1 x id i + x m+1 d m+1) = C(a + m i=1 y id i + y m+1 d m+1). Nu hebben we bewezen dat er voldaan is aan S(l, m + 1), wat stap aantoont. Bewijs van 3: Laat r vast en C : [1, N(l, r, r)] [1, r] gegeven. Volgens de inductiehypothese zijn er a, d 1,..., d r zodanig dat voor x i [0, l], a + r i=1 x id i N(l, r, r) en C(a + r i=1 x id i ) constant is op l-equivalente klassen van [0, l] r. We kunnen nu het zogeheten Duiventilprincipe gebruiken: er zijn u, v [0, r] met u < v zodanig dat C(a + u ld i ) = C(a + i=1 v ld i ). i=1 Schrijf a = a+ u i=1 ld i en d = v i=u+1 d i. Voor x [0,..., l 1] is C(a +xd ) constant, 15

16 want ze zijn hetzelfde tot het laatste voorkomen van l. Verder is C(a + ld ) = C((a + = C(a + u ld i ) + l( i=1 v i=u+1 u ld i = C((a + i=1 = C(a + 0d ). d i )) = C(a + u ld i ) + 0( i=1 v ld i ) i=1 v i=u+1 We zien dat C(a + xd ) dezelfde waarde aanneemt voor x = 0 en x = l. Hieruit concluderen we dat C(a + xd ) constant is op [0, l]. Als we nu de (l + 1)-equivalente klassen van [0, l + 1] bekijken, dan zijn dat [α] = {0,..., l} en [β] = {l + 1}. We hebben eerder gezien dat C(a + xd ) constant is op [0, l], dus deze functie is constant op elke (l + 1)-equivalente klasse van [0, l + 1]. Dit bewijst S(l + 1, 1) en daarmee hebben we de laatste stap aangetoond. Met het tweede punt hebben we laten zien dat voor een vaste l, S(l, m) waar is voor elke m 1. Met punt 3 hebben we vervolgens aangetoond dat als S(l, m) waar is voor alle m 1, dan is S(l + 1, 1) ook waar. Met punt kunnen we vervolgens uit S(l + 1, 1) halen dat S(l + 1, m) waar is voor alle m 1. Als we zo door gaan dan zien we dat S(l, m) waar is voor elke l en m 1. We weten dat de stelling van Van der Waerden overeen komt met de bewering S(l, 1). Daarnaast hebben we laten zien dat S(l, m) waar is voor alle l, m 1. Hiermee is de stelling van Van der Waerden bewezen. d i )) 3. Stelling van Roth In 1953 bewees de wiskundige Klaus Roth het eerste niet-triviale geval van de stelling van Szemerédi. Deze stelling moet niet verward worden met Szemerédi s regulariteitslemma. De stelling van Szemerédi zegt dat elke deelverzameling van de natuurlijke getallen met positieve bovendichtheid een arithmetische progressie van lengte k bevat. Dit geldt voor elke k. De stelling van Roth behandelt het geval k = 3. In deze sectie hebben we gebruik gemaakt van Applications of Szemerdi s regularity lemma: triangle removal lemma, Roth s theorem, corner s theorem and graph removal lemma uit Matheus Weblog [5]. Voor we de stelling van Roth definiëren, volgt het Triangle removal lemma, dat iets zegt over het minimale aantal driehoeken dat een graaf bevat. We noemen een graaf driehoekloos, als het geen driehoeken bevat. Lemma 3.7 (Triangle removal lemma). Voor elke ε > 0 is er een δ = δ(ε ) > 0 zodanig dat als we voor G = (V, E) minimaal ε V zijden moeten verwijderen om G driehoekloos te maken, dan bevat G minimaal δ V 3 driehoeken. 16

17 Bewijs. Laat ε > 0. Laat verder G zo dat we minimaal ε n zijden moeten verwijderen om G driehoekloos te maken, waarbij V = n. We passen Szemerédi s regulariteitslemma toe op G met ε, m, M, zodanig dat ε ε ε < ε. De zo verkregen m ε-reguliere partitie van G noteren we met P = {V 1,..., V k }. Laat G de graaf zijn die we verkrijgen door: 1. alle zijden in V 0 te verwijderen. Dit zijn er maximaal 1 εn(εn 1) < (εn) ;. alle zijden in V 1,..., V k te verwijderen. Dit zijn er maximaal k( n k ) = n k ; 3. alle zijden tussen ε-irreguliere paren te verwijderen. Dit zijn er maximaal εk ( n k ) = εn ; 4. alle zijden tussen paren met dichtheid lager dan 100ε 1 3 te verwijderen. Dit zijn er maximaal ( ) k 1 100ε 3 ( n k ) < 100ε 1 3 n ; 5. alle zijden tussen de paren (V 0, V i ) te verwijderen, voor i = 1,..., k. Dit zijn er maximaal εnk( n k ) = εn. In totaal hebben we minder dan (εn) + n k + εn + 100ε 1 3 n + εn = n (ε + 1 k + 100ε ε) n (ε + 1 m + 100ε ε) < ε n. zijden verwijderd. Dit betekend dat G nog een driehoek bevat. Claim: Als G een driehoek bevat, dan bevat het minimaal ε( n k )3 driehoeken. Bewijs: Stel dat G een driehoek bevat, dan is elk hoekpunt van de driehoek bevat in een andere partitieverzameling, zeg V 1, V en V 3. Voor deze drie partitieverzamelingen geldt dat ze onderling ε-regulier zijn en een minimale dichtheid van 100ε 1 3 hebben. Bekijk de verzameling A := {v V 1 : e(v, V ) < (d 1 ε) V 1 }. Voor v A geldt dan e(v,v ) V 1 d 1 > ε. Wegens ε-regulariteit van V 1, V is A ε V 1 = ε V. Als we nu de verzameling A 3 := {v V 1 : e(v, V 3 ) < (d 13 ε) V 1 } bekijken, vinden we op dezelfde manier dat A 3 ε V 1 = ε V 3 moet gelden. Voor v V 1 \ (A A 3 ), i =, 3 geldt N i (v) := e(v, V i ) (d 1i ε) V 1 (100ε 1 3 ε) V1 = (100ε 1 3 ε) Vi. Wegens ε-regulariteit van V en V 3 volgt hieruit dat e(n (v), N 3 (v)) d 3 ε, dus N (v) N 3 (v) e(n (v), N 3 (v)) (d 3 ε) N (v) N 3 (v) (100ε 1 3 ε) 3 V 1 (99ε 1 3 ) 3 V 1 = 99 3 ε V 1. 17

18 Een lijn tussen een buur van v in V en een buur van v in V 3 zorgt voor een driehoek in G. Het aantal driehoeken van G is dan groter dan V 1 \ (A A 3 ) 99 3 ε V 1 ( V 1 ε V 1 ) 99 3 ε V 1 wat de claim bewijst. Dus G bevat minimaal ε( n k )3 driehoeken. Kies δ = driehoeken. = 99 3 ε(1 ε) V 1 3 ε V 1 3 ( ) 3 n = ε, k ε M 3, dan bevat G minimaal δn 3 Nu we het Triangle removal lemma bewezen hebben, kunnen we ons richten op de stelling van Roth. Voor het bewijs van deze stelling maken we gebruik van het Triangle removal lemma. Om de stelling te kunnen begrijpen volgt eerst een definitie. Definitie 3.8 (Bovendichtheid). De bovendichtheid d(a) van een verzameling A N definiëren we als {1,,..., n} A d(a) = lim sup. n n Dan volgt nu de stelling van Roth, die iets vertelt over het vinden van een arithmetische progressie van lengte 3 in een deelverzameling van de natuurlijke getallen. Lemma 3.9 (Stelling van Roth). Als een verzameling A N positieve bovendichtheid heeft, dan bevat het een arithmetische progressie van lengte 3. Bewijs. Onze aanname zegt dat de verzameling A een positieve bovendichtheid heeft, dus dat er een ε > 0 is zodanig dat voor oneindig veel n geldt dat A {1,..., 3n} 3εn. We construeren een graaf G = (V, E) met V = V 1 V V 3, waarbij elke verzameling precies 3n punten bevat die elk genummerd zijn van 1 tot en met 3n. Kies n zodanig dat er geldt n > 81 1 δ 1 en A {1,..., 3n} 3εn, waarbij δ afkomstig is van het Triangle removal lemma. Verder lopen er lijnen tussen de drie verzamelingen op de volgende manier: 1. Er loopt een zijde tussen i V 1 en j V j i A.. Er loopt een zijde tussen j V en k V 3 k j A. 3. Er loopt een zijde tussen i V 1 en k V 3 k i A. Op deze manier vormen i, j, k een driehoek dan en slechts dan als 1. a 1 := j i A,. a 3 := k j A, 3. a := k i A. 18

19 Dan geldt a a 1 = a 3 a, aangezien k i (j i) = k i j + i = k j + i = k j k + i = (k j) k i. Hieruit volgt dat (a 1, a, a 3 ) een arithmetische progressie is in A. We zien dat elke driehoek in G correspondeert met een arithmetische progressie van lengte 3 in A. Hieronder vallen ook de triviale driehoeken i, i+a, i+a, die verband houden met de arithmetische progressies van de vorm (a, a, a) voor a A en i V. Er zijn 3n A {1,..., 3n} > 3n 3εn = 9εn disjuncte triviale driehoeken. Omdat 3n A {1,..., 3n} 3n 3n = 9n, zijn er maximaal 9n disjuncte triviale driehoeken. Nu kunnen we het Triangle removal lemma gebruiken met ε = ε 9, want 9εn = 1 9 ε V = ε V. Het Triangle removal lemma geeft ons dat G minimaal δ V 3 = 79δn 3 driehoeken bevat. Hiervan zijn er maximaal 9n triviaal, wat een totaal geeft van minimaal 79δn 3 9n niet-triviale driehoeken. Deze niet-triviale driehoeken in G corresponderen met niet-triviale arithmetische progressies van lengte 3 in A. 79δn 3 9n = 9n (81δn 1) 1 81δn 1 > 0 n > 81 1 δ 1. We hadden n > 81 1 δ 1 gekozen, wat als gevolg heeft dat A een (niet-triviale) arithmetische progressie van lengte 3 bevat. De stelling van Varnavides is een sterkere vorm van de stelling van Roth, waarbij het aantal arithmetische progressies van lengte 3 wordt geteld. We gebruiken de stelling van Varnavides zoals hij geformuleerd is in Additive combinatorics: winter 007 van Soundararajan [6]. Stelling 3.10 (Stelling van Varnavides). Voor elke ε > 0 is er een C(δ) > 0 zodanig dat als A [1, N] met A δn, dan bevat A minstens C(δ)N arithmetische progressies van lengte 3. Bewijs. We beginnen het bewijs met de volgende claim. Claim: Één arithmetische progressie van lengte 3 correspondeert met G driehoeken in G. Bewijs: We bekijken de graaf G zoals we die in het bewijs van Roth hebben gedefinieerd, en laat G = n. Nu definiëren we de afbeelding f : G A, die een driehoek in G stuurt naar zijn bijbehorende arithmetische progressie van lengte 3 in A. Voor het triviale geval kunnen we makkelijk bekijken wat het inverse beeld is van een arithmetische progressie van lengte 3 onder f. Bekijk (a, a, a) met a A, een triviale arithmetische progressie van lengte 3. f 1 ((a, a, a)) = {i, i + a, i + a}, met i V. Dit geeft f 1 ((a, a, a)) = n. Voor het niet-triviale geval bekijken we de arithmetische progressie (a, a + b, a + b), met a A en b 0. 19

20 Het inverse beeld van (a, a + b, a + b) onder f is gelijk aan {i, j, k : a = j i, a + b = k i, a + b = k j}. We bekijken een vaste i V. Aangezien er j = a + i moet gelden, is er maar één mogelijkheid voor i. Op dezelfde manier, met k = a + b + i, zien we dat er voor k ook maar één mogelijkheid is. Dus voor een vaste i, hebben we maar één mogelijkheid voor de waarde van j en van k. Het gevolg is dat het inverse beeld van (a, a+b, a+b) onder f kardinaliteit G = n heeft. Dus één arithmetische progressie van lengte 3 correspondeert met n driehoeken. Dit bewijst de claim. Het Triangle removal lemma en de stelling van Roth samen geven ons dat G, de graaf behorend bij A zoals geconstrueerd in het bewijs van de stelling van Roth, minimaal δn 3 driehoeken bevat. Dit correspondeert met δn3 = n δn arithmetische progressies van lengte Corner s stelling Een andere toepassing binnen de getaltheorie is Corner s stelling. Deze stelling zegt iets over het voorkomen van een hoek binnen deelverzamelingen van een raster van n bij n punten. Naast het Triangle removal lemma en de stelling van Roth is ook onderstaand lemma afkomstig uit Applications of Szemerdi s regularity lemma: triangle removal lemma, Roth s theorem, corner s theorem and graph removal lemma van Matheus [5]. Lemma 3.11 (Corner s stelling). Voor elke ε > 0 is er een N zodanig dat voor alle n N, alle deelverzamelingen van minstens εn punten in het rooster {1,..., n} {1,..., n} een hoek hebben, d.w.z. drie punten van de vorm (x, y), (x + h, y), (x, y + h). Bewijs. Laat A een deelverzameling zijn van {1,..., n} {1,..., n} met A εn. Bekijk de tripartiete graaf G = (V, E), gedefinieerd als volgt: 1. De puntenverzameling is gedefinieerd als V = V 1 V V 3, waar V 1, V, V 3 de horizontale, verticale en diagonale lijnen van {1,..., n} {1,..., n} zijn respectievelijk. De diagonale lijnen lopen van linksboven naar rechtsonder.. Er is een zijde van een lijn in V i naar een lijn in V j dan en slechts dan als het snijpunt van de lijnen tot A behoort. Figuur 3.1 illustreert dit. Nu is het aantal punten van G gelijk aan V 1 + V + V 3 = n + n + n 3 = 4n 3. De driehoeken van G corresponderen met de hoeken van A, inclusief de triviale (x, y), (x, y), (x, y) hoeken. De tripartiete graaf G heeft meer dan A εn triviale driehoeken en ze zijn allemaal disjunct. We moeten dus minimaal εn zijden verwijderen om alle driehoeken uit G te verwijderen. Met het Triangle removal lemma zien we dat er een δ is zodanig dat G minimaal δn 3 driehoeken bevat. Omdat G maximaal n triviale driehoeken heeft, heeft hij in totaal minimaal δn 3 n niet-triviale driehoeken. 0

21 Figuur 3.1: Links is een 7 7 raster te zien. De horizontale en verticale lijnen zijn in het zwart genummerd. De blauwe getallen geven het nummer van de diagonale lijnen aan. De rode punten zijn punten die bevat zijn in A, deze vormen samen een hoek. Rechts is te zien hoe dat zich in G vertaalt in een driehoek. Als we n nu groot genoeg kiezen, geldt δn 3 n = n (δn 1) > 1. We concluderen dat G een niet-triviale driehoek bevat, wat betekent dat A een hoek heeft van de vorm (x, y), (x + h, y), (x, y + h) met h 0. We hebben nu onze laatste toepassing van het regulariteitslemma binnen de getaltheorie bekeken. In het volgende hoofdstuk gaan we kijken naar toepassingen binnen een ander vakgebied, de extremale grafentheorie. 1

22 4 Extremale grafentheorie Ook in de extremale grafentheorie zijn tal van toepassingen van Szemerédi s regulariteitslemma te vinden. Wij gaan in dit hoofdstuk kijken naar de stelling van Turán en de stelling van Erdös en Stone. In dit hoofdstuk hebben we gebruik gemaakt van definities en lemma s uit Diestels Graph Theory [1]. 4.1 Deelgrafen We houden ons in deze sectie bezig met de vraag: Als we een graaf G op n punten en een graaf H met n H hebben, hoeveel zijden hebben we dan nodig om H als deelgraaf van G te vinden, ongeacht de manier waarop we de zijden rangschikken? We kunnen de vraag ook anders stellen: Wat is het grootst mogelijk aantal zijden dat een graaf kan hebben, zonder de deelgraaf H te bevatten? We gaan op zoek naar het antwoord op deze vragen. Eerst volgen een aantal definities. Definitie 4.1 (Extremale graaf). Laat H een graaf zijn. Een graaf G H op n punten met het grootst mogelijk aantal zijden is extremaal voor n en H. Met ex(n, H) noteren we het aantal zijden van G. Definitie 4. (Lijnmaximale graaf). Zij H een graaf. We noemen een graaf G lijnmaximaal met H G als G het grootst mogelijke aantal zijden bevat zonder H als deelgraaf te bevatten. Elke graaf G die extremaal is voor een n en een H is ook lijn-maximaal met H G. Andersom hoeft lijnmaximaliteit niet extremaliteit te impliceren. Het verschil tussen de twee begrippen wordt duidelijker met het volgende voorbeeld. Schrijf K r voor de volledige graaf op r punten. Als we het geval H = K r met r > 1 bekijken, dan is elke volledige (r 1)-partiete graaf G lijn-maximaal met K r G. We kunnen ons nu afvragen welke van deze grafen de meeste zijden bevat. Dit blijken de grafen te zijn waarvan de partitieverzamelingen qua grootte met maximaal één verschillen. Als we een volledige (r 1)-partiete graaf bekijken waarbij voor twee partitieverzameling V 1 en V geldt V 1 V, dan kunnen we het aantal zijden in de graaf vergroten door een punt van V 1 naar V te verplaatsen. De unieke volledige (r 1)-partiete grafen waarvan de partitieverzamelingen zo gelijk mogelijk zijn noemen we Turán grafen. Definitie 4.3 (Turán graaf). Een Turán graaf T r (n) is een volledige (r)-partiete graaf op n r punten waarvan de partitieverzamelingen qua grootte met maximaal één

23 verschillen. Turán grafen zijn uniek. We noteren het aantal zijden van deze grafen met t r 1 (n). Opmerking. Stel n < r. Dan kunnen we alle punten in een eigen partitieverzameling stoppen en zijn er één of meerdere partitieverzamelingen leeg (wat tegenstrijdig is met onze definitie van een partitie). In dit geval is T r (n) = K n voor alle n r. Het feit dat T r 1 (n) extremaal is voor n en K r zien we in de volgende stelling. Stelling 4.4 (Stelling van Turán). Voor alle gehele getallen n en r met r > 1, is elke graaf G K r met n punten en ex(n, K r ) zijden een T r 1 (n). Bewijs. We hebben net gezien dat van alle volledige k-partiete grafen op n punten de Turán grafen het grootste aantal zijden bevatten. Daarnaast weten we dat de graaf T r 1 (n) meer zijden heeft dan elke graaf T k (n) met k < r 1. Als we nu nog aantonen dat G een volledige multipartiete graaf is, dan zijn we klaar met het bewijs. We gaan dit doen aan de hand van een bewijs uit het ongerijmde. Stel dat G = (V, E) geen volledige multipartiete graaf is. Dan zijn er punten y 1, y, x V zodanig dat y 1 x, y x / E, maar y 1 y E. Schrijf d(y) voor de graad van een punt y. Als d(y 1 ) > d(x), dan kunnen we x verwijderen en y 1 kopiëren, zodat we een andere K r -vrije graaf krijgen die meer zijden heeft dan G. Dit is in tegenspraak met het feit dat G extremaal is voor n en K r. We vinden dus dat d(y 1 ) d(x). Op eenzelfde manier vinden we dat d(y ) d(x). Nu kunnen we y 1 en y verwijderen en x tweemaal kopiëren, zodat we een K r -vrije graaf krijgen die meer zijden bevat dan G. Dit zorgt opnieuw voor een tegenspraak met het feit dat G extremaal is voor n en K r. Als we bij de graaf T r 1 (n) een punt tekenen die we verbinden met alle punten uit T r 1 (n), dan onstaat er een nieuwe graaf die K r als deelgraaf heeft. De volgende stelling vertelt ons dat als we εn zijden (voor vaste ε > 0 en grote n) toevoegen, we niet alleen K r, maar K r s als deelgraaf krijgen. De graaf K r s is een volledige r-partiete graaf waarbij elke partitieverzameling s punten omvat. Stelling 4.5 (Stelling van Erdös en Stone). Voor alle gehele getallen r, s 1 en elke ε > 0 is er een geheel getal n 0 zodanig dat elke graaf met n n 0 punten en minimaal t r 1 (n) + εn zijden de deelgraaf K r s bevat. Het bewijs van deze stelling zal volgen in sectie 4.. De stelling van Erdös en Stone heeft een belangrijk gevolg. Dit gevolg heeft de stelling als een meta-stelling binnen de extremale grafentheorie voor dichte grafen gevestigd, wat de stelling beroemd heeft gemaakt. De dichtheid van een graaf G = (V, E) wordt gegeven door d := E / ( ) V. Het meet hoeveel zijden H heeft vergeleken met het maximum aantal zijden dat H kan hebben. Voor een graaf H en een geheel getal n staat h n := ex(n, H) ( n ) 3

24 voor de maximale dichtheid dat een graaf op n punten kan hebben zonder H te bevatten. Het gevolg vertelt dat de limiet van h n bepaald is door het chromatische getal van H. Het chromatische getal van H is het minimale aantal kleuren dat nodig is om H te kleuren en wordt genoteerd als χ(h)). Gevolg 4.6. Voor elke graaf H met ten minste één zijde, geldt ( ) 1 n lim ex(n, H) = χ(h) n χ(h) 1. Voor het bewijs van dit gevolg hebben we het volgende lemma nodig. Lemma 4.7. Er geldt dat lim t r 1(n) n ( n ) 1 = r r 1. Bewijs. We weten dat T r 1 (n) meer lijnen bevat dan elke T r 1 (k) met k < n. Dit heeft als gevolg dat ) ( ) t r 1 ((r 1) t r 1 (n) t r 1 (r 1). (4.1) n r 1 n r 1 De linkergrens van (4.1) heeft de grootte van de Turán graaf op r 1 gelijke partities van afmeting ( n r 1. Deze graaf bevat r 1 ) n r 1 zijden. Dus we kunnen schrijven ) ( ) n r 1 n t r 1 ((r 1) = r 1 r 1 (r 1)(r ) n = r 1 n r r 1. Hiermee vinden we dat ) n t r 1 ((r 1) r 1 Voor n is dit gelijk aan r r 1 lim n t r 1 ( (r 1) ( ) 1 n n. Dit betekent dat ) n r 1 r r 1 = r r 1 ( n n n 1. ) 1 = r r 1. ( ) 1 n Hetzelfde kunnen we doen voor de rechtergrens van (4.1), die de grootte heeft van de Turán graaf op r 1 partities van afmeting ( n r 1. Dan vinden we dat tr 1 (r 1) n ) r 1 ook als limiet r r 1 heeft. We concluderen dat t r 1 (n) wordt begrensd door twee waarden die allebei limiet r r 1 hebben, wat betekent dat ook lim n t r 1 (n) = r r 1. 4

25 Nu kunnen we gevolg 4.6 bewijzen. We gaan dit op eenzelfde manier doen als hierboven, door ex(n, H) van onder en van boven te begrenzen. Bewijs van gevolg 4.6. Laat r := χ(h). We hebben dus minimaal r kleuren nodig om H te kleuren. Aangezien χ(t r 1 (n)) = r 1, is H T r 1 (n) voor alle n N. Dus t r 1 (n) ex(n, H). Omdat het chromatische getal van H gelijk is aan r, is H Ks r genoeg zijn. Dus voor al deze s geldt er voor alle s die groot ex(n, H) ex(n, K r s ). Kies een s groot genoeg dat H K r s. Met stelling 4.5 weten we dat voor alle ε > 0 en n groot genoeg, een graaf met minimaal t r 1 (n) + εn zijden K r s als deelgraaf bevat. Dit betekent dat ex(n, K r s ) < t r 1 (n) + εn, voor alle ε > 0 en n groot genoeg. Voor grote n zien we nu het volgende: ( ) 1 ( ) 1 ( n n n t r 1 (n) ex(n, H) ex(n, Ks r ) ( ) 1 n < (t r 1 (n) + εn ) ( ) 1 n = t r 1 (n) + ε 1 1 n ( ) 1 n t r 1 (n) + 4ε, waarbij we aannemen dat n. Met lemma 4.7 weten we dat t r 1 (n) ( n 1 ) convergeert naar r. Nu weten we dat ex(n, H)( n 1 r 1 ) dezelfde limiet heeft. Er geldt dus lim ex(n, H) n ( n ) 1 = r r 1 = χ(h) χ(h) 1. ) 1 We zijn aangekomen bij het eind van deze sectie. stelling van Erdös en Stone bewezen. In de volgende sectie wordt de 4. Bewijs van Erdös en Stone We zijn bijna toegekomen aan het bewijs van Erdös-Stone, stelling 4.5. Er rest ons nog één lemma te introduceren. Voor dit lemma bekijken we eerst het volgende. 5

26 Laat G een graaf met een ε-reguliere partitie {V 0, V 1,..., V k } zijn, met exceptionele verzameling V 0 en l := V 1 = = V k. Voor gegeven d (0, 1], laat R de graaf met punten V 1,..., V k en waar punten met elkaar verbonden zijn alleen als zij in G een ε-regulier paar vormen van minimale dichtheid d. Deze graaf R noemen we de regulariteitsgraaf van G met parameters ε, l en d. Voor een gegeven s N vervangen we nu elk punt V i van R door een verzameling Vi s bestaande uit s punten. Daarnaast vervangen we elke zijde van R door een volledige bipartiete graaf tussen de corresponderende s-verzamelingen. De graaf die we nu hebben verkregen noteren we met R s. Het onderstaande lemma zegt dat deelgrafen van R s ook deelgrafen zijn van de oorspronkelijke graaf G, onder de voorwaarde dat ε klein genoeg en V i groot genoeg is. Feitelijk hangen de waarden van ε en l alleen af van d en de maximale graad van de deelgraaf. In onderstaand lemma gebruiken we de notatie (H), wat de maximum graad van een graaf H aanduidt. Lemma 4.8. Voor alle d (0, 1] en 1 is er een ε 0 > 0 met de volgende eigenschap: als G een graaf is, H een graaf met (H), s N en R is een regulariteitsgraaf van G met parameters ε ε 0, l s ε 0 en d, dan geldt H R s H G. Bewijs. Laat 0 < d 1 en 1 gegeven zijn. Kies ε 0 < d zodanig dat + 1 (d ε 0 ) ε 0 1. (4.) +1 We kunnen een ε 0 vinden die hier aan voldoet, want ε convergeert naar 0 voor (d ε) ε 0. Zij nu G, H, s en R zoals vermeld in dit lemma. Laat {V 0, V 1,..., V k } de ε-reguliere partitie van G waarbij R tot stand kwam. Dan is V (R) = {V 1,..., V k }, l = V 1 = = V k en ε ε 0. Laat H een deelgraaf van R s zijn met punten u 1,..., u h. Elk punt u i ligt in een van de verzamelingen Vj s van R s, wat een afbeelding σ : i j aanduidt. We willen een inbedding u i v i V σ(i) definiëren van H in G. Dan zijn alle v i verschillend voor i = 1,..., h en v i v j is een zijde van G als u i u j een zijde is van H. We gaan de punten v i inductief kiezen. Door dit hele bewijs zullen we, voor elke i, Y i V σ(i) aanduiden als de doelverzameling v i : de verzameling van alle mogelijke kandidaten voor de keuze van v i. Aan het begin is Y i V σ(i). Hoe verder het proces loopt, hoe kleiner de verzameling Y i wordt, tot het {v i } wordt als we v i hebben gekozen. Namelijk, als we een punt v j met j < i hebben gekozen en u j u i E(H), dan verwijderen we alle punten uit Y i die geen buur zijn van v j. Dan zien we dat de verzameling Y i zich ontwikkelt als V σ(i) = Yi 0 Yi 1 Yi i = {v i }, waar Y j i de versie van Y i aanduidt ná de definitie van v j en eventuele verwijderingen van punten uit Y j 1 i. 6

27 Voor een goed verloop van dit proces, moeten we er voor zorgen dat Y i niet te klein wordt. Als we u j willen inbedden, bekijken we alle punten i > j met u j u i E(H). Omdat (H), zijn er maximaal van zulke i. Voor elk van deze i, willen we v j zo kiezen dat Y j i = N(v j ) Y j 1 i (4.3) groot is, dat wil zeggen niet veel kleiner dan Y j 1 i. Onderstaande claim kunnen we hier bij gebruiken. Claim: Laat (A, B) een ε-regulier paar van dichtheid d en laat Y B met Y ε B. Dan hebben op een maximaal aantal van ε A na, alle punten in A elk minimaal (d ε) Y buren in Y. Bewijs: Laat X A de verzameling punten met minder dan (d ε) Y buren in Y zijn. We willen nu aantonen dat deze verzameling kleiner is dan ε A, dan is het bewijs klaar. Er geldt dat e(x, Y ) < (d ε) Y X, dus d(x, Y ) = e(x, Y ) X Y < (d ε) Y X X Y = d ε = d(a, B) ε. Stel X ε A. Omdat (A, B) een ε-regulier paar is, volgt nu dat d(a, B) d(x, Y ) ε. Dit is in tegenspraak met d(x, Y ) < d(a, B) ε. Nu hebben we de claim bewezen. Wanneer we A = V σ(j), B = V σ(i) en Y = Y j 1 i nemen, kunnen we als Y j 1 i > εl bovenstaande claim gebruiken. Dit lemma geeft ons dan, samen met (4.3), Y j i = N(v j) Y j 1 i (d ε) Y j 1 i. (4.4) Als we dit voor alle behalve de maximaal waarden van i doen, dan vinden we dat alle behalve maximaal εl keuzes van v j uit V σ(j), en in het bijzonder van Y j 1 j V σ(j), voldoen aan Y j j 1 i (d ε) Yi voor alle i. Nu willen we nog aantonen dat de verzamelingen Y j 1 i, die we nodig hebben om de claim toe te passen, inderdaad niet kleiner dan εl worden. Tot slot moeten we laten zien dat Y j 1 j εl s om zeker te weten dat er een geschikte keus voor v j bestaat. Er geldt namelijk σ(j ) = σ(j) voor s 1 van de punten u j met j < j. Daarom zal een keus tussen s verschillende geschikte kandidaten voor v j volstaan om v j verschillend van v 1,..., v j 1 te houden. We willen dus dat Y j 1 j εl s. Er is gegeven dat Yi 0 = l voor alle i en uit elke Y i verwijderen we zijden alleen als een v j met j < i en u j u i E(H) gedefinieerd is. Dit laatste gebeurt maximaal keer. Hieruit volgt dat Y j i (d ε) l, wat weer resulteert in Y j i εl (d ε) l εl (d ε 0 ) l ε 0 l ( + 1)ε 0 l ε 0 l = ε 0 l s als j < i. De eerste ongelijkheid is een gevolg van (4.4), en de derde volgt uit (4.). Dus in het bijzonder is Y j i ε 0l εl en Y j 1 j εl s. 7

Radboud Universiteit Nijmegen

Radboud Universiteit Nijmegen Radboud Universiteit Nijmegen Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica L(,1)-labeling van grafen Naam: Studentnummer: Studie: Begeleider: Myrte klein Brink 4166140 Bachelor Wiskunde Dr.

Nadere informatie

Tweede huiswerkopdracht Lineaire algebra 1 Uitwerking en opmerkingen

Tweede huiswerkopdracht Lineaire algebra 1 Uitwerking en opmerkingen Tweede huiswerkopdracht Lineaire algebra 1 en opmerkingen November 10, 2009 Opgave 1 Gegeven een vectorruimte V met deelruimtes U 1 en U 2. Als er geldt dim U 1 = 7, dimu 2 = 9, en dim(u 1 U 2 ) = 4, wat

Nadere informatie

(b) Formuleer het verband tussen f en U(P, f), en tussen f en L(P, f). Bewijs de eerste. (c) Geef de definitie van Riemann integreerbaarheid van f.

(b) Formuleer het verband tussen f en U(P, f), en tussen f en L(P, f). Bewijs de eerste. (c) Geef de definitie van Riemann integreerbaarheid van f. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 2 juli 2015, 08:30 11:30 (12:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek Analysis

Nadere informatie

Ter Leering ende Vermaeck

Ter Leering ende Vermaeck Ter Leering ende Vermaeck 15 december 2011 1 Caleidoscoop 1. Geef een relatie op Z die niet reflexief of symmetrisch is, maar wel transitief. 2. Geef een relatie op Z die niet symmetrisch is, maar wel

Nadere informatie

Eindige Fourier-Analyse in de Additieve Combinatoriek

Eindige Fourier-Analyse in de Additieve Combinatoriek Eindige Fourier-Analyse in de Additieve Combinatoriek Sam van Gool 22 juni 2007 Bachelorscriptie Begeleiding: prof. dr. T. H. Koornwinder KdV Instituut voor wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen,

Nadere informatie

Je hebt twee uur de tijd voor het oplossen van de vraagstukken. µkw uitwerkingen. 12 juni 2015

Je hebt twee uur de tijd voor het oplossen van de vraagstukken. µkw uitwerkingen. 12 juni 2015 Je hebt twee uur de tijd voor het oplossen van de vraagstukken. Elk vraagstuk is maximaal 10 punten waard. Begin elke opgave op een nieuw vel papier. µkw uitwerkingen 12 juni 2015 Vraagstuk 1. We kunnen

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Equivalentierelaties. 3.1 Modulo Rekenen

Hoofdstuk 3. Equivalentierelaties. 3.1 Modulo Rekenen Hoofdstuk 3 Equivalentierelaties SCHAUM 2.8: Equivalence Relations Twee belangrijke voorbeelden van equivalentierelaties in de informatica: resten (modulo rekenen) en cardinaliteit (aftelbaarheid). 3.1

Nadere informatie

Kies voor i een willekeurige index tussen 1 en r. Neem het inproduct van v i met de relatie. We krijgen

Kies voor i een willekeurige index tussen 1 en r. Neem het inproduct van v i met de relatie. We krijgen Hoofdstuk 95 Orthogonaliteit 95. Orthonormale basis Definitie 95.. Een r-tal niet-triviale vectoren v,..., v r R n heet een orthogonaal stelsel als v i v j = 0 voor elk paar i, j met i j. Het stelsel heet

Nadere informatie

V.2 Limieten van functies

V.2 Limieten van functies V.2 Limieten van functies Beschouw een deelverzameling D R, een functie f: D R en zij c R. We willen het gedrag van f in de buurt van c bestuderen. De functiewaarde in c is daarvoor niet belangrijk, de

Nadere informatie

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie Lineaire Algebra, tentamen Uitwerkingen vrijdag 4 januari 0, 9 uur Gebruik van een formuleblad of rekenmachine is niet toegestaan. De

Nadere informatie

4 Positieve en niet-negatieve lineaire algebra

4 Positieve en niet-negatieve lineaire algebra 4 Positieve en niet-negatieve lineaire algebra Positieve en niet-negatieve matrices komen veel voor binnen de stochastiek (zoals de PageRank matrix) en de mathematische fysica: temperatuur, dichtheid,

Nadere informatie

Inleiding Analyse 2009

Inleiding Analyse 2009 Inleiding Analyse 2009 Inleveropgaven A). Stel f(, y) = In (0, 0) is f niet gedefinieerd. We bestuderen y2 2 + y 4. lim f(, y). (,y) (0,0) 1. Bepaal de waarde van f(, y) op een willekeurige rechte lijn

Nadere informatie

Z.O.Z. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 2016, 12:30 15:30 (16:30)

Z.O.Z. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 2016, 12:30 15:30 (16:30) Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 016, 1:30 15:30 (16:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van aantekeningen

Nadere informatie

Vectorruimten met inproduct

Vectorruimten met inproduct Hoofdstuk 3 Vectorruimten met inproduct 3. Inleiding In R 2 en R 3 hebben we behalve de optelling en scalairvermenigvuldiging nog meer structuur ; bij een vector kun je spreken over zijn lengte en bij

Nadere informatie

Overzicht Fourier-theorie

Overzicht Fourier-theorie B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van

Nadere informatie

Unitaire en Hermitese transformaties

Unitaire en Hermitese transformaties Hoofdstuk 11 Unitaire en Hermitese transformaties We beschouwen vervolgens lineaire transformaties van reële en complexe inproductruimten die aan extra eigenschappen voldoen die betrekking hebben op het

Nadere informatie

Eigenschappen en Axioma s van de E 6 -meetkunde

Eigenschappen en Axioma s van de E 6 -meetkunde Faculteit Wetenschappen Vakgroep Wiskunde Eigenschappen en Axioma s van de E 6 -meetkunde Magali Victoor Promotor: Prof. dr. Hendrik Van Maldeghem Masterproef ingediend tot het behalen van de academische

Nadere informatie

Een combinatorische oplossing voor vraag 10 van de LIMO 2010

Een combinatorische oplossing voor vraag 10 van de LIMO 2010 Een combinatorische oplossing voor vraag 10 van de LIMO 2010 Stijn Vermeeren (University of Leeds) 16 juni 2010 Samenvatting Probleem 10 van de Landelijke Interuniversitaire Mathematische Olympiade 2010vraagt

Nadere informatie

Wiskundige beweringen en hun bewijzen

Wiskundige beweringen en hun bewijzen Wiskundige beweringen en hun bewijzen Analyse (en feitelijk de gehele wiskunde) gaat over het bewijzen van beweringen (proposities), d.w.z. uitspraken waaraan de karakterisering waar of onwaar toegekend

Nadere informatie

Tentamen lineaire algebra 2 18 januari 2019, 10:00 13:00 Uitwerkingen (schets)

Tentamen lineaire algebra 2 18 januari 2019, 10:00 13:00 Uitwerkingen (schets) Tentamen lineaire algebra 8 januari 9, : : Uitwerkingen (schets) Opgave. ( + punten) Gegeven is de matrix ( ) A =. (a) Bepaal een diagonaliseerbare matrix D en een nilpotente matrix N zodanig dat A = N

Nadere informatie

Uitwerkingen tentamen lineaire algebra 2 13 januari 2017, 10:00 13:00

Uitwerkingen tentamen lineaire algebra 2 13 januari 2017, 10:00 13:00 Uitwerkingen tentamen lineaire algebra 3 januari 07, 0:00 3:00 Hint: Alle karakteristiek polynomen die je nodig zou kunnen hebben, hebben gehele nulpunten. Als dat niet het geval lijkt, dan heb je dus

Nadere informatie

Lijst-kleuringen in de grafentheorie

Lijst-kleuringen in de grafentheorie Lijst-kleuringen in de grafentheorie Berrie Bottelier 16 juli 2014 Bachelorscriptie Begeleiding: dr. Guus Regts 4 5 6 1 2 3 Korteweg-de Vries Instituut voor Wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen,

Nadere informatie

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor of Science Fysica en Wiskunde. vrijdag 3 februari 2012, 8:30 12:30

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor of Science Fysica en Wiskunde. vrijdag 3 februari 2012, 8:30 12:30 Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor of Science Fysica en Wiskunde vrijdag 3 februari 2012, 8:30 12:30 Naam: Geef uw antwoorden in volledige, goed lopende zinnen. Het examen bestaat uit 5 vragen.

Nadere informatie

opgaven formele structuren tellen Opgave 1. Zij A een oneindige verzameling en B een eindige. Dat wil zeggen (zie pagina 6 van het dictaat): 2 a 2.

opgaven formele structuren tellen Opgave 1. Zij A een oneindige verzameling en B een eindige. Dat wil zeggen (zie pagina 6 van het dictaat): 2 a 2. opgaven formele structuren tellen Opgave 1. Zij A een oneindige verzameling en B een eindige. Dat wil zeggen (zie pagina 6 van het dictaat): ℵ 0 #A, B = {b 0,..., b n 1 } voor een zeker natuurlijk getal

Nadere informatie

II.3 Equivalentierelaties en quotiënten

II.3 Equivalentierelaties en quotiënten II.3 Equivalentierelaties en quotiënten Een belangrijk begrip in de wiskunde is het begrip relatie. Een relatie op een verzameling is een verband tussen twee elementen uit die verzameling waarbij de volgorde

Nadere informatie

Tentamen Topologie, Najaar 2011

Tentamen Topologie, Najaar 2011 Tentamen Topologie, Najaar 2011 27.01.2012, 08:30-11:30, LIN 8 (HG00.308) Toelichting: Je mag geen hulpmiddelen (zoals aantekeningen, rekenmachine, telefoon, etc.) gebruiken, behalve de boeken van Gamelin/Greene

Nadere informatie

Aanvullingen bij Hoofdstuk 8

Aanvullingen bij Hoofdstuk 8 Aanvullingen bij Hoofdstuk 8 8.5 Definities voor matrices De begrippen eigenwaarde eigenvector eigenruimte karakteristieke veelterm en diagonaliseerbaar worden ook gebruikt voor vierkante matrices los

Nadere informatie

Jordan normaalvorm. Hoofdstuk 7

Jordan normaalvorm. Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 7 Jordan normaalvorm Zoals we zagen hangt de matrix die behoort bij een lineaire transformatie af van de keuze van een basis voor de ruimte In dit hoofdstuk buigen we ons over de vraag of er

Nadere informatie

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, , Examenzaal

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, , Examenzaal Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 26 augustus 2010, 14.00 17.00, Examenzaal Het gebruik van een rekenmachine en/of telefoon is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek

Nadere informatie

Lineaire algebra I (wiskundigen)

Lineaire algebra I (wiskundigen) Lineaire algebra I (wiskundigen) Toets, donderdag 22 oktober, 2009 Oplossingen (1) Zij V het vlak in R 3 door de punten P 1 = (1, 2, 1), P 2 = (0, 1, 1) en P 3 = ( 1, 1, 3). (a) Geef een parametrisatie

Nadere informatie

Basiskennis lineaire algebra

Basiskennis lineaire algebra Basiskennis lineaire algebra Lineaire algebra is belangrijk als achtergrond voor lineaire programmering, omdat we het probleem kunnen tekenen in de n-dimensionale ruimte, waarbij n gelijk is aan het aantal

Nadere informatie

V.4 Eigenschappen van continue functies

V.4 Eigenschappen van continue functies V.4 Eigenschappen van continue functies We bestuderen een paar belangrijke stellingen over continue functies. Maxima en minima De stelling over continue functies die we in deze paragraaf bewijzen zegt

Nadere informatie

Geadjungeerde en normaliteit

Geadjungeerde en normaliteit Hoofdstuk 12 Geadjungeerde en normaliteit In het vorige hoofdstuk werd bewezen dat het voor het bestaan van een orthonormale basis bestaande uit eigenvectoren voldoende is dat T Hermites is (11.17) of

Nadere informatie

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde. vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30. Auditorium L.00.07

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde. vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30. Auditorium L.00.07 Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30 Auditorium L.00.07 Geef uw antwoorden in volledige, goed lopende zinnen. Het examen bestaat uit 5 vragen.

Nadere informatie

Oneindige spelen. Dion Coumans. Begeleider: dr. W. Veldman

Oneindige spelen. Dion Coumans. Begeleider: dr. W. Veldman Oneindige spelen ion Coumans Begeleider: dr. W. Veldman Inhoudsopgave 1 Voorwoord 3 2 efinities 4 3 A is aftelbaar 6 4 Gale-Stewart-stelling 7 5 Stelling van Wolfe 11 2 1 Voorwoord Banach, Mazur en Ulam

Nadere informatie

We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen.

We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen. II.2 Gehele getallen We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen. Axioma s voor Z De gegevens zijn: (a) een verzameling Z; (b) elementen 0 en 1 in Z; (c) een afbeelding +: Z Z Z, de optelling;

Nadere informatie

2WO12: Optimalisering in Netwerken

2WO12: Optimalisering in Netwerken 2WO12: Optimalisering in Netwerken Leo van Iersel Technische Universiteit Eindhoven (TU/E) en Centrum Wiskunde & Informatica (CWI) 10 en 13 februari 2014 http://homepages.cwi.nl/~iersel/2wo12/ l.j.j.v.iersel@gmail.com

Nadere informatie

Tentamen lineaire algebra voor BWI maandag 15 december 2008, uur.

Tentamen lineaire algebra voor BWI maandag 15 december 2008, uur. Vrije Universiteit Amsterdam Faculteit der Exacte Wetenschappen Afdeling Wiskunde Tentamen lineaire algebra voor BWI maandag 5 december 8, 5.5-8. uur. ELK ANTWOORD DIENT TE WORDEN BEARGUMENTEERD. Er mogen

Nadere informatie

ONBETWIST ONderwijs verbeteren met WISkunde Toetsen Voorbeeldtoetsen Lineaire Algebra Deliverable 3.10 Henk van der Kooij ONBETWIST Deliverable 3.

ONBETWIST ONderwijs verbeteren met WISkunde Toetsen Voorbeeldtoetsen Lineaire Algebra Deliverable 3.10 Henk van der Kooij ONBETWIST Deliverable 3. ONBETWIST ONderwijs verbeteren met WISkunde Toetsen Voorbeeldtoetsen Lineaire Algebra Deliverable 3.10 Henk van der Kooij ONBETWIST Deliverable 3.8 ONBETWIST ONderwijs verbeteren met WISkunde Toetsen Inleiding

Nadere informatie

De Dekpuntstelling van Brouwer

De Dekpuntstelling van Brouwer De Dekpuntstelling van Brouwer Non impeditus ab ulla scientia K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Twente, 19 oktober 2009: 18:00 20:00 Outline 1 2 3 4 De formulering Dekpuntstelling van Brouwer Zij n een

Nadere informatie

Lineaire Algebra voor ST

Lineaire Algebra voor ST Lineaire Algebra voor ST docent: Judith Keijsper TUE, HG 9. email: J.C.M.Keijsper@tue.nl studiewijzer: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/ds6 Technische Universiteit Eindhoven college 9 J.Keijsper (TUE)

Nadere informatie

3 De stelling van Kleene

3 De stelling van Kleene 18 3 De stelling van Kleene Definitie 3.1 Een formele taal heet regulier als hij wordt herkend door een deterministische eindige automaat. Talen van de vorm L(r) met r een reguliere expressie noemen we

Nadere informatie

Tentamen Grondslagen van de Wiskunde A Met beknopte uitwerking

Tentamen Grondslagen van de Wiskunde A Met beknopte uitwerking Tentamen Grondslagen van de Wiskunde A Met beknopte uitwerking 10 december 2013, 09:30 12:30 Dit tentamen bevat 5 opgaven; zie ook de ommezijde. Alle opgaven tellen even zwaar (10 punten); je cijfer is

Nadere informatie

Definities, stellingen en methoden uit David Poole s Linear Algebra A Modern Introduction - Second Edtion benodigd voor het tentamen Matrix Algebra 2

Definities, stellingen en methoden uit David Poole s Linear Algebra A Modern Introduction - Second Edtion benodigd voor het tentamen Matrix Algebra 2 Definities, stellingen en methoden uit David Poole s Linear Algebra A Modern Introduction - Second Edtion benodigd voor het tentamen Matrix Algebra 2 Bob Jansen Inhoudsopgave 1 Vectoren 3 2 Stelsels Lineaire

Nadere informatie

Enkele valkuilen om te vermijden

Enkele valkuilen om te vermijden Enkele valkuilen om te vermijden Dit document is bedoeld om per onderwerp enkele nuttige strategieën voor opgaven te geven. Ook wordt er op een aantal veelgemaakte fouten gewezen. Het is géén volledige

Nadere informatie

Tentamen Discrete Wiskunde 1 10 april 2012, 14:00 17:00 uur

Tentamen Discrete Wiskunde 1 10 april 2012, 14:00 17:00 uur Tentamen Discrete Wiskunde 0 april 0, :00 7:00 uur Schrijf je naam op ieder blad dat je inlevert. Onderbouw je antwoorden, met een goede argumentatie zijn ook punten te verdienen. Veel succes! Opgave.

Nadere informatie

De Minimax-Stelling en Nash-Evenwichten

De Minimax-Stelling en Nash-Evenwichten De Minima-Stelling en Nash-Evenwichten Sebastiaan A. Terwijn Radboud Universiteit Nijmegen Afdeling Wiskunde 20 september 2010 Dit is een bijlage bij het eerstejaars keuzevak Wiskunde, Politiek, en Economie.

Nadere informatie

3 De duale vectorruimte

3 De duale vectorruimte 3 De duale vectorruimte We brengen de volgende definitie in de herinnering. Definitie 3.1 (hom K (V, W )) Gegeven twee vectorruimtes (V, K) en (W, K) over K noteren we de verzameling van alle lineaire

Nadere informatie

Geef niet alleen antwoorden, maar bewijs al je beweringen.

Geef niet alleen antwoorden, maar bewijs al je beweringen. Tentamen Lineaire Algebra maandag 3--27, 3.3-6.3 uur Het is niet toegestaan telefoons, computers, grafische rekenmachines (wel een gewone), dictaten, boeken of aantekeningen te gebruiken. Schrijf op elk

Nadere informatie

Radboud Universiteit Nijmegen

Radboud Universiteit Nijmegen Radboud Universiteit Nijmegen Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Kubische grafen met integraal spectrum Naam: Studentnummer: Studie: Begeleider: Tweede lezer: Daan van Rozendaal

Nadere informatie

Samenvatting Lineaire Algebra, periode 4

Samenvatting Lineaire Algebra, periode 4 Samenvatting Lineaire Algebra, periode 4 Hoofdstuk 5, Eigenwaarden en eigenvectoren 5.1; Eigenvectoren en eigenwaarden Definitie: Een eigenvector van een n x n matrix A is een niet nulvector x zodat Ax

Nadere informatie

Stelsels Vergelijkingen

Stelsels Vergelijkingen Hoofdstuk 5 Stelsels Vergelijkingen Eén van de motiverende toepassingen van de lineaire algebra is het bepalen van oplossingen van stelsels lineaire vergelijkingen. De belangrijkste techniek bestaat uit

Nadere informatie

Workshop DisWis, De Start 13/06/2007 Bladzijde 1 van 7. Sudoku. Sudoku

Workshop DisWis, De Start 13/06/2007 Bladzijde 1 van 7. Sudoku. Sudoku DisWis DisWis is een lessenserie discrete wiskunde die De Praktijk vorig jaar in samenwerking met prof.dr. Alexander Schrijver heeft opgezet. Gedurende vier weken komt een wiskundestudent twee blokuren

Nadere informatie

EERSTE DEELTENTAMEN ANALYSE C

EERSTE DEELTENTAMEN ANALYSE C EERSTE DEELTENTAMEN ANALYSE C 0 november 990 9.30.30 uur Zet uw naam op elk blad dat u inlevert en uw naam en adres op de enveloppe. De verschillende onderdelen van de vraagstukken zijn zoveel als mogelijk

Nadere informatie

Week 1 20-02-2013. Hier vind je uitwerkingen van enkele opgaven uit het dictaat Grafen: Kleuren en Routeren.

Week 1 20-02-2013. Hier vind je uitwerkingen van enkele opgaven uit het dictaat Grafen: Kleuren en Routeren. Combinatorische Optimalisatie, 2013 Week 1 20-02-2013 Hier vind je uitwerkingen van enkele opgaven uit het dictaat Grafen: Kleuren en Routeren. Opgave 1.16 Bewijs dat elke graaf een even aantal punten

Nadere informatie

De probabilistische methode

De probabilistische methode De probabilistische methode Sui Yung Cheung 11 augustus 2008 Bachelorscriptie Begeleiding: Dr. D.C. Gijswijt KdV Instituut voor wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Universiteit

Nadere informatie

UITWERKINGEN 1 2 C : 2 =

UITWERKINGEN 1 2 C : 2 = UITWERKINGEN. De punten A, B, C, D in R zijn gegeven door: A : 0, B : Zij V het vlak door de punten A, B, C. C : D : (a) ( pt) Bepaal het oppervlak van de driehoek met hoekpunten A, B, C. Oplossing: De

Nadere informatie

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 7 augustus 2015, 16:30 19:30 (20:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek

Nadere informatie

Het oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen Wiskunde 2, 2DM60 College 2b

Het oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen Wiskunde 2, 2DM60 College 2b Het oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen Wiskunde 2, 2DM60 College 2b Ruud Pellikaan g.r.pellikaan@tue.nl /k 2014-2015 Lineaire vergelijking 2/64 DEFINITIE: Een lineaire vergelijking in de variabelen

Nadere informatie

Gödels theorem An Incomplete Guide to Its Use and Abuse, Hoofdstuk 3

Gödels theorem An Incomplete Guide to Its Use and Abuse, Hoofdstuk 3 Gödels theorem An Incomplete Guide to Its Use and Abuse, Hoofdstuk 3 Koen Rutten, Aris van Dijk 30 mei 2007 Inhoudsopgave 1 Verzamelingen 2 1.1 Definitie................................ 2 1.2 Eigenschappen............................

Nadere informatie

METRISCHE RUIMTEN EN CONTINUE AFBEELDINGEN aanvullend materiaal voor het college Analyse 1 Dr J. Hulshof (R.U.L.)

METRISCHE RUIMTEN EN CONTINUE AFBEELDINGEN aanvullend materiaal voor het college Analyse 1 Dr J. Hulshof (R.U.L.) METRISCHE RUIMTEN EN CONTINUE AFBEELDINGEN aanvullend materiaal voor het college Analyse 1 Dr J. Hulshof (R.U.L.) 1. Inleiding. In deze syllabus behandelen we een aantal fundamentele onderwerpen uit de

Nadere informatie

Radboud Universiteit Nijmegen

Radboud Universiteit Nijmegen Radboud Universiteit Nijmegen Faculteit der natuurwetenschappen, wiskunde en informatica juli 07 Matchingtheorie op grafen Jorrit Bastings S6556 Begeleider: Wieb Bosma Inhoudsopgave Het huwelijksprobleem

Nadere informatie

III.2 De ordening op R en ongelijkheden

III.2 De ordening op R en ongelijkheden III.2 De ordening op R en ongelijkheden In de vorige paragraaf hebben we axioma s gegeven voor de optelling en vermenigvuldiging in R, maar om R vast te leggen moeten we ook ongelijkheden in R beschouwen.

Nadere informatie

Tentamen Lineaire Algebra B

Tentamen Lineaire Algebra B Tentamen Lineaire Algebra B 29 juni 2012, 9-12 uur OPGAVEN Uitwerkingen volgen na de opgaven 1. Gegeven is de vectorruimte V = R[x] 2 van polynomen met reële coefficienten en graad 2. Op V hebben we een

Nadere informatie

College WisCKI. Albert Visser. 5 december, Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University. Lijn, Vlak, etc.

College WisCKI. Albert Visser. 5 december, Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University. Lijn, Vlak, etc. College WisCKI Albert Visser Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University 5 december, 2012 1 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 3 Vectorvoorstelling Lijn: x = b +

Nadere informatie

Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren,

Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren, Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren, 2010-2011 bachelor in de Wisunde, bachelor in de Fysica, bachelor in de Economische Wetenschappen en bachelor in de Wijsbegeerte Vrijdag 4 februari 2011, 8u30 Naam:

Nadere informatie

De stelling van Borsuk. Auteurs: Michiel Tel en Merlijn Koek

De stelling van Borsuk. Auteurs: Michiel Tel en Merlijn Koek De stelling van Borsuk Auteurs: Michiel Tel en Merlijn Koek 18 juni 2011 1 Inleiding (Wat is het vermoeden van Borsuk?) De Poolse wiskundige Karol Borsuk stelde in de jaren dertig de volgende vraag; Hierna

Nadere informatie

Inwendig product, lengte en orthogonaliteit

Inwendig product, lengte en orthogonaliteit Inwendig product, lengte en orthogonaliteit We beginnen met een definitie : u u Definitie. Als u =. en v = u n v v. v n twee vectoren in Rn zijn, dan heet u v := u T v = u v + u v +... + u n v n het inwendig

Nadere informatie

Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen

Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Maandag 4 januari 216, 1: - 13: uur 1. Beschouw voor t > de inhomogene singuliere tweede orde vergelijking, t 2 ẍ + 4tẋ + 2x = f(t, (1 waarin f

Nadere informatie

1 Delers 1. 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12

1 Delers 1. 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12 Katern 2 Getaltheorie Inhoudsopgave 1 Delers 1 2 Deelbaarheid door 2, 3, 5, 9 en 11 6 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12 1 Delers In Katern 1 heb je geleerd wat een deler van een getal

Nadere informatie

III.3 Supremum en infimum

III.3 Supremum en infimum III.3 Supremum en infimum Zowel de reële getallen als de rationale getallen vormen geordende lichamen. Deze geordende lichamen zijn echter principieel verschillend. De verzameling R is bijvoorbeeld aanzienlijk

Nadere informatie

Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics

Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics Arithmetische progressies in random kleuringen van de natuurlijke getallen (Engelse

Nadere informatie

Inwendig product, lengte en orthogonaliteit in R n

Inwendig product, lengte en orthogonaliteit in R n Inwendig product, lengte en orthogonaliteit in R n Het inwendig product kan eenvoudig worden gegeneraliseerd tot : u v u v Definitie Als u = u n en v = v n twee vectoren in Rn zijn, dan heet u v := u T

Nadere informatie

n=0 en ( f(y n ) ) ) n=0 equivalente rijen zijn.

n=0 en ( f(y n ) ) ) n=0 equivalente rijen zijn. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 8 juli 2011, 14.00 17.00 Het gebruik van een rekenmachine en/of telefoon is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek Analysis I. Geef

Nadere informatie

Eigenschap (Principe van welordening) Elke niet-lege deelverzameling V N bevat een kleinste element.

Eigenschap (Principe van welordening) Elke niet-lege deelverzameling V N bevat een kleinste element. Hoofdstuk 2 De regels van het spel 2.1 De gehele getallen Grof gezegd kunnen we de (elementaire) getaltheorie omschrijven als de wiskunde van de getallen 1, 2, 3, 4,... die we ook de natuurlijke getallen

Nadere informatie

Uitwerkingen tentamen Lineaire Algebra 2 16 januari, en B =

Uitwerkingen tentamen Lineaire Algebra 2 16 januari, en B = Uitwerkingen tentamen Lineaire Algebra 2 16 januari, 215 Deze uitwerkingen zijn niet volledig, maar geven het idee van elke opgave aan. Voor een volledige oplossing moet alles ook nog duidelijk uitgewerkt

Nadere informatie

Uitwerkingen Tentamen Wat is Wiskunde (WISB101) Donderdag 10 november 2016, 9:00-12:00

Uitwerkingen Tentamen Wat is Wiskunde (WISB101) Donderdag 10 november 2016, 9:00-12:00 Uitweringen Tentamen Wat is Wisunde (WISB101) Donderdag 10 november 2016, 9:00-12:00 Docenten: Barbara van den Berg & Carel Faber & Arjen Baarsma & Ralph Klaasse & Vitor Blåsjö & Guido Terra-Bleeer Opgave

Nadere informatie

Riemann-Roch voor grafen

Riemann-Roch voor grafen T.J. Sijpesteijn Riemann-Roch voor grafen Bachelorscriptie Scriptiebegeleider: dr. T.C. Streng Datum bachelorexamen: juni 2016 Mathematisch Instituut, Universiteit Leiden Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 1.1

Nadere informatie

I.3 Functies. I.3.2 Voorbeeld. De afbeeldingen f: R R, x x 2 en g: R R, x x 2 zijn dus gelijk, ook al zijn ze gegeven door verschillende formules.

I.3 Functies. I.3.2 Voorbeeld. De afbeeldingen f: R R, x x 2 en g: R R, x x 2 zijn dus gelijk, ook al zijn ze gegeven door verschillende formules. I.3 Functies Iedereen is ongetwijfeld in veel situaties het begrip functie tegengekomen; vaak als een voorschrift dat aan elk getal een ander getal toevoegt, bijvoorbeeld de functie fx = x die aan elk

Nadere informatie

Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen

Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen Erik van den Ban Najaar 2012 Introductie eze leeswijzer bij het dictaat Functies en Reeksen (versie augustus 2011) heeft als doel een gewijzigde opbouw van

Nadere informatie

2WO12: Optimalisering in Netwerken

2WO12: Optimalisering in Netwerken 2WO12: Optimalisering in Netwerken Leo van Iersel Technische Universiteit Eindhoven (TU/E) en Centrum Wiskunde & Informatica (CWI) 27 februari 2014 http://homepages.cwi.nl/~iersel/2wo12/ l.j.j.v.iersel@gmail.com

Nadere informatie

Automaten. Informatica, UvA. Yde Venema

Automaten. Informatica, UvA. Yde Venema Automaten Informatica, UvA Yde Venema i Inhoud Inleiding 1 1 Formele talen en reguliere expressies 2 1.1 Formele talen.................................... 2 1.2 Reguliere expressies................................

Nadere informatie

Bijzondere kettingbreuken

Bijzondere kettingbreuken Hoofdstuk 15 Bijzondere kettingbreuken 15.1 Kwadratische getallen In het vorige hoofdstuk hebben we gezien dat 2 = 1, 2, 2, 2, 2, 2, 2,.... Men kan zich afvragen waarom we vanaf zeker moment alleen maar

Nadere informatie

Supplement Verzamelingenleer. A.J.M. van Engelen en K. P. Hart

Supplement Verzamelingenleer. A.J.M. van Engelen en K. P. Hart Supplement Verzamelingenleer A.J.M. van Engelen en K. P. Hart 1 Hoofdstuk 1 Het Keuzeaxioma Het fundament van de hedendaagse verzamelingenleer werd in de vorige eeuw gelegd door Georg Cantor. Cantor gebruikte

Nadere informatie

Wanneer zijn alle continue functies uniform continu?

Wanneer zijn alle continue functies uniform continu? Faculteit Wetenschappen Vakgroep Wiskunde Wanneer zijn alle continue functies uniform continu? Bachelor Project I Stijn Tóth Promotor: Prof. Eva Colebunders Academiejaar 2011-2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding

Nadere informatie

Eigenwaarden en Diagonaliseerbaarheid

Eigenwaarden en Diagonaliseerbaarheid Hoofdstuk 3 Eigenwaarden en Diagonaliseerbaarheid 31 Diagonaliseerbaarheid Zoals we zagen hangt de matrix die behoort bij een lineaire transformatie af van de keuze van een basis voor de ruimte In dit

Nadere informatie

FLIPIT 5. (a i,j + a j,i )d i d j = d j + 0 = e d. i<j

FLIPIT 5. (a i,j + a j,i )d i d j = d j + 0 = e d. i<j FLIPIT JAAP TOP Een netwerk bestaat uit een eindig aantal punten, waarbij voor elk tweetal ervan gegeven is of er wel of niet een verbinding is tussen deze twee. De punten waarmee een gegeven punt van

Nadere informatie

2: Laat en twee convexe verzamelingen zijn. Laat. Er geldt. Omdat convex is, is de gehele lijn bevat in, dus. Evenzo geldt. Hieruit volgt dat.

2: Laat en twee convexe verzamelingen zijn. Laat. Er geldt. Omdat convex is, is de gehele lijn bevat in, dus. Evenzo geldt. Hieruit volgt dat. CONVEXE MEETKUNDE Pelle Wielinga & Han van der Ven 1. Convexe meetkunde Convexe meetkunde is een tak van de meetkunde die zich bezighoudt met convexe verzamelingen. In de Euclidische ruimte wordt een object

Nadere informatie

De dimensie van een deelruimte

De dimensie van een deelruimte De dimensie van een deelruimte Een deelruimte van R n is een deelverzameling die op zichzelf ook een vectorruimte is. Ter herinnering : Definitie. Een deelverzameling H van R n heet een deelruimte van

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Lineaire Algebra voor ST (2DS06) op , uur.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Lineaire Algebra voor ST (2DS06) op , uur. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Lineaire Algebra voor ST (DS) op --9,.-7. uur. Aan dit tentamen gaat een MATLAB-toets van een half uur vooraf. Pas als de laptops

Nadere informatie

Volledige inductie. Hoofdstuk 7. Van een deelverzameling V van de verzameling N van alle natuurlijke getallen veronderstellen.

Volledige inductie. Hoofdstuk 7. Van een deelverzameling V van de verzameling N van alle natuurlijke getallen veronderstellen. Hoofdstuk 7 Volledige inductie Van een deelverzameling V van de verzameling N van alle natuurlijke getallen veronderstellen we het volgende: (i) 0 V (ii) k N k V k + 1 V Dan is V = N. Men ziet dit als

Nadere informatie

Examen Lineaire Algebra en Meetkunde Tweede zit (13:30-17:30)

Examen Lineaire Algebra en Meetkunde Tweede zit (13:30-17:30) Examen Lineaire Algebra en Meetkunde Tweede zit 2016-2017 (13:30-17:30) 1 Deel gesloten boek (theorie) (5.5pt) - indienen voor 14u30 (0.5pt) Geef de kleinste kwadratenoplossing van het stelsel AX = d,

Nadere informatie

TW2020 Optimalisering

TW2020 Optimalisering TW2020 Optimalisering Hoorcollege 8 Leo van Iersel Technische Universiteit Delft 28 oktober 2015 Leo van Iersel (TUD) TW2020 Optimalisering 28 oktober 2015 1 / 25 Definitie Een boom is een samenhangende

Nadere informatie

Lineaire algebra I (wiskundigen)

Lineaire algebra I (wiskundigen) Lineaire algebra I (wiskundigen) Voorbeelden van toetsopgaven, 011 en (1) (a) Bepaal de afstand van het punt Q = (1,, ) R 3 tot het vlak gegeven door x + y z = 1. (b) Bepaal de hoek tussen de vectoren

Nadere informatie

Getallen, 2e druk, extra opgaven

Getallen, 2e druk, extra opgaven Getallen, 2e druk, extra opgaven Frans Keune november 2010 De tweede druk bevat 74 nieuwe opgaven. De nummering van de opgaven van de eerste druk is in de tweede druk dezelfde: nieuwe opgaven staan in

Nadere informatie

Lineaire Algebra voor ST

Lineaire Algebra voor ST Lineaire Algebra voor ST docent: Judith Keijsper TUE, HG 9.31 email: J.C.M.Keijsper@tue.nl studiewijzer: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/2ds06 Technische Universiteit Eindhoven college 3 J.Keijsper

Nadere informatie

Modellen en Simulatie Recursies

Modellen en Simulatie Recursies Utrecht, 3 mei 3 Modellen en Simulatie Recursies Program Management voorbeeld (affien) Economisch voorbeeld (affien) Rupsen-wespen (niet lineair) Niet-lineaire modellen, evenwicht, stabiliteit Gerard Sleijpen

Nadere informatie

PROEFEXAMEN LINEAIRE ALGEBRA donderdag 17 november 2011

PROEFEXAMEN LINEAIRE ALGEBRA donderdag 17 november 2011 PROEFEXAMEN LINEAIRE ALGEBRA donderdag 17 november 2011 Familienaam:....................................................................... Voornaam:.........................................................................

Nadere informatie

College WisCKI. Albert Visser. 16 januari, Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University. Loodrechte Projectie

College WisCKI. Albert Visser. 16 januari, Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University. Loodrechte Projectie College WisCKI Albert Visser Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University 16 januari, 2012 1 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 3 Zij V een deelruimte met basis v 1,..., v k.

Nadere informatie

1 Rekenen in eindige precisie

1 Rekenen in eindige precisie Rekenen in eindige precisie Een computer rekent per definitie met een eindige deelverzameling van getallen. In dit hoofdstuk bekijken we hoe dit binnen een computer is ingericht, en wat daarvan de gevolgen

Nadere informatie