Gemeente Boxmeer. Onderwerp: Voorstel tot beschikbaar stellen krediet voor nieuwbouw Praktijkschool. Nummer: AAN de Raad van de gemeente Boxmeer

Transcriptie

1 Gemeente Boxmeer Onderwerp: Voorstel tot beschikbaar stellen krediet voor nieuwbouw Praktijkschool Nummer: AAN de Raad van de gemeente Boxmeer Boxmeer, 28 oktober 2010 Aanleiding Sinds 2007 beschikt de gemeente Boxmeer over een Praktijkschool. Deze school is nu op drie plekken in Boxmeer tijdelijk gehuisvest in afwachting van de nieuwbouw. De nieuwbouw van de praktijkschool is voorzien aan de Stationsweg. De voorbereidingen zijn in volle gang en momenteel is, behalve het aanvullend grondonderzoek, alle informatie beschikbaar om het definitieve krediet vast te stellen. Nadere toelichting De praktijkschool Boxmeer gaat in haar nieuwe schoolgebouw aan de Stationsweg onderwijs verzorgen dat er voor een belangrijk deel op gericht is de leerlingen naar de arbeidsmarkt toe te leiden. De regionale arbeidsmarkt vraagt kennis en ervaring op terreinen als horeca, logistiek, detailhandel en zorg, maar in de toekomst mogelijk ook techniek. Deze vorm van onderwijs zorgt er voor dat de nieuwe praktijkschool moet beschikken over werkplaatsen, zodat de juiste praktijktraining op de genoemde terreinen, gegeven kan worden. Dergelijke werkplaatsen zorgen op gebouw niveau en op bouwkundig, constructief en installatietechnisch vlak voor aanvullende maatregelen die extra kosten met zich meebrengen. Om de nieuwbouw van de Praktijkschool volgens bovenstaand concept te kunnen realiseren moet een bedrag van ,76 inclusief BTW beschikbaar worden gesteld. De berekening van dit bedrag wordt hieronder nader uitgelegd. Berekening ruimtebehoefte Volgens de leerlingenprognose zou het aantal leerlingen voor schooljaar 2011/ leerlingen zijn, maar door een hogere toename van het aantal leerlingen is het aantal leerlingen verhoogd naar 145. Dit is dan ook het aantal waar in de berekening van de ruimtebehoefte rekening mee wordt gehouden. Volgens de ruimtebehoefte berekening heeft de praktijkschool recht op 2065 vierkante meters. De ruimtebehoefteberekening is een optelling van twee componenten: 1. een leerlinggebonden component; 2. een vaste voet. Leerlinggebonden component De leerlinggebonden component wordt bepaald door de opgenomen brutovloeroppervlakten per leerling te vermenigvuldigen met het aantal leerlingen. De leerlinggebonden component is afhankelijk van de soort onderwijs, leerweg of sector die de leerling volgt (zie tabel 7.1.a). Pagina 1 van 6

2 Tabel 7.1.a. Berekening van de leerlingafhankelijke ruimtebehoefte voortgezet onderwijs Praktijkonderwijs Algemeen 4,41 Specifiek 7,72 Voor de praktijkschool ziet de berekening van de leerling gebonden component er als volgt uit: 145 leerlingen maal 4,41 = 639,45 m2 145 leerlingen maal 7,72 = 1119,40 m2 1758,85 m2 Vaste voet De vaste voet wordt bepaald aan de hand van in tabel 7.1.b. opgenomen brutovloeroppervlakten per instelling of sector. De vaste voet is afhankelijk van de aard van de vestiging en van het onderwijsaanbod binnen de beroepsgerichte leerweg. Het Ruimtebehoeftemodel (RMB) voorziet in een normering voor praktijkonderwijs. Tabel 7.1.b Berekening van de vaste voet per instelling ten behoeve van de ruimtebehoefte voortgezet onderwijs Praktijkonderwijs Algemeen 306 Voor de praktijkschool bedraagt de vaste voet 306 vierkante meter, waarmee het aantal vierkante meters voor de nieuwbouw uitkomt op 2065 vierkante meters. Berekening bouwkosten Nu het aantal vierkante meters bekend is kunnen de bouwkosten voor de nieuwbouw van de praktijkschool berekend worden. De bouwkosten omvatten de bouwkosten van het gebouw, inclusief fundering op staal, alsmede de aanleg en inrichting van het schoolterrein. In het bedrag voor de vaste normkosten wordt een tweetal vergoedingen onderscheiden, te weten een vergoeding voor ruimte-afhankelijke kosten en een vergoeding voor de sectie-afhankelijke kosten. De ruimte-afhankelijke kosten bestaan uit bedragen per vierkante meter brutovloeroppervlak voor de afzonderlijke ruimtesoorten van een schoolgebouw. De sectieafhankelijke kosten bestaan voor projecten vanaf 460m2 bruto-vloeroppervlak uit een vast bedrag per huisvestingsvoorziening, alsmede een vast bedrag per sectie. Ruimte-afhankelijke kosten: Algemene en specifieke ruimte 1456 m2 maal 1254,66 = ,90 Werkplaatsen 357 m2 maal 1670,32 = ,81 Werkplaatsen consumptief 252 m2 maal 2112,84 = ,41 Totale afhankelijke kosten 2065 m ,12 Sectie afhankelijke kosten per voorziening Vaste voet algemeen ,79 Vaste voet algemene sectie ,85 Vaste voet werkplaatssectie ,17 Totale bouwkosten ,93 Pagina 2 van 6

3 Overige kosten Naast de bouwkosten voor nieuwbouw moet ook rekening worden gehouden met de kosten voor eerste inrichting inventaris en locatiegebonden kosten. Eerste inrichting inventaris (leer- en hulpmiddelen en meubilair) Naast de bouwkosten moet er ook een vergoeding beschikbaar worden gesteld voor het inrichten van het schoolgebouw en de werkplaatsen. Op basis van het programma van eisen is een globale verdeling gemaakt tussen algemene, specifieke ruimte en verwerkplaatsen. De kosten voor eerste inrichting worden daarmee geschat op een bedrag van circa ,80. Het definitieve bedrag kan pas berekend worden als de exacte verdeling tussen de ruimten bekend is. Locatiegebonden kosten Bovenop de bovengenoemde bouwkosten moet ook rekening worden gehouden met een drietal locatiegebonden kosten, te weten: Railverkeer De nieuwbouw van de praktijkschool is voorzien aan de Stationsweg. Voorzieningen om het geluid van het railverkeer te weren vinden conform het bestemmingsplan op gebouwniveau plaats. De kosten voor deze maatregel bedragen ,- inclusief BTW. Binnenklimaat Met betrekking tot het aspect ventilatie is er gekozen voor het ventilatieconcept waarbij de verse lucht via de gevel mechanisch wordt aangevoerd en topkoeling plaatsvindt met behulp van een klimaatplafond. Er is gekozen voor topkoeling door het feit dat in verband met de geluidsbelasting als gevolg van railverkeer de ramen niet geopend kunnen worden. De kosten voor het aspect binnenklimaat bedragen ,52 inclusief BTW. Bodem Een aanvullend bodemonderzoek heeft nog niet plaatsgevonden, maar omdat in veel gevallen echter paalfundering en soms ook bemaling noodzakelijk is worden deze vergoedingen onder voorbehoud van het resultaat van het bodemonderzoek in beeld gebracht. Paalfundering De verordening kent een toeslag voor paalfundering bestaande uit een vast bedrag en een bedrag per vierkante meter. Uitgaande van een paalfundering met een paallengte van 15 tot 20 meter ziet de berekening er als volgt uit: Vast bedrag 4.748, maal 7,15 = ,51 Bemaling Om in aanmerking te komen voor een aanvullend bedrag voor bemaling is de grondwaterstand maatgevend. Indien deze grondwaterstand minder dan 1 meter onder het maaiveld ligt, is bemaling noodzakelijk en wordt een bedrag per m2 goedgekeurde terreinoppervlakte toegekend. De vergoeding bedraagt 13,25 per m2 terrein. Bemalen is eigenlijk alleen aan de orde als je de diepte in gaat ofwel een kelder aanlegt of een ondergrondse parkeergarage aanlegt. Met het bemalen van het terrein voorkom je dat de bouwput niet onder water komt te staan. Volgens het programma van eisen van de stichting PRO regio Nijmegen zijn bovenstaande punten niet aan de orde, maar onder voorbehoud van het bodemonderzoek wordt hiervoor een bedrag gereserveerd. Uitgaande van 2000 vierkante meter bebouwd oppervlakte wordt voor bemaling een bedrag van ,- gereserveerd. De totale locatiegebonden kosten komen hiermee op een bedrag van ,76 inclusief BTW. Pagina 3 van 6

4 Resumerend Bouwkosten ,93 Inrichtingskosten ,80 Locatiegebonden ,03 kosten Totale kosten ,76 Rol van de gemeente Artikel 76 b van de wet op het voortgezet onderwijs geeft aan dat de gemeenteraad een zorgplicht heeft voor alle huisvestingsvoorzieningen op het grondgebied van de gemeente. Verder geeft artikel 76c aan dat de gemeente voor het voortgezet onderwijs verantwoordelijk is voor nieuwbouw, vervangende bouw of uitbreiding. Alternatieven en afwegingen Volgens de huisvestingsverordening kent een praktijkschool geen werkplaatsen zoals in het VMBO en kan daarmee formeel geen aanspraak maken op deze vergoeding. Een praktijkschool kent alleen algemene en specifieke ruimte. Het alternatief zou zijn om de praktijkschool geen vergoeding voor werkplaatsen toe te kennen. Echter aan de praktijkschool Boxmeer wordt onderwijs verzorgd dat er voor een belangrijk deel op is gericht de leerlingen naar de arbeidsmarkt toe te leiden. De regionale arbeidsmarkt vraagt kennis en ervaring op terreinen als horeca, detailhandel en zorg en in de toekomst mogelijk ook techniek. Om het onderwijs van de praktijkschool af te kunnen stemmen op de arbeidsmarkt zijn er in de nieuwbouw werkplaatsen nodig die aansluiten bij de praktijk. Daarnaast heeft de raad de mogelijkheid om af te wijken van de huisvestingsverordening. De huisvestingsverordening van de gemeente Boxmeer moet gezien worden als een boekwerk met uitgangspunten. Deze uitgangspunten kunnen voor 99% één op één worden overgenomen, maar gezien de meerwaarde van de werkplaatsen voor de praktijkschool is het een noodzaak om hier te kiezen voor maatwerk. Wettelijke basis/referendabiliteit Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Boxmeer en de wet op het voortgezet onderwijs. Financiën Het krediet van ,76 wordt gedekt uit de middelen Huisvesting Onderwijs. Het krediet is verwerkt in de bijlage OW IHP programma t.b.v. Praktijkschool. Afstemming andere projecten/derden Dit voorstel is besproken met de afdeling ruimte. Voorlichting Niet van toepassing. Commissies Niet van toepassing. Pagina 4 van 6

5 Voorstel Te besluiten om: - Voor de nieuwbouw van de praktijkschool een krediet van ,76 beschikbaar te stellen. Burgemeester en wethouders van Boxmeer, de gemeentesecretaris, de burgemeester, drs. ir. H.P.M. van de Loo K.W.T. van Soest Pagina 5 van 6

6 Bij het onderwerp: Nieuwbouw Praktijkschool Horen de volgende bijlagen: 1. Aanbiedingsbrief van Stichting Praktijkschool met bijlagen 2. OW IHP Programma Pagina 6 van 6