Bijlage 3a: Regionale Agenda Werklocaties

Transcriptie

1 Bijlage 3a: Regionale Agenda Werklocaties Update december 2015 Regionaal Ruimtelijk Overleg Noordoost-Brabant 2 december 2015 Definitieve versie, 16 november 2015 RRO werkgroep werken Noordoost-Brabant

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding en voorstellen Detailhandel Inleiding en proces Overzicht bijstellingen regionale detailhandelsvisie Voorstel uitvoeringsagenda regionale detailhandelsvisie Bedrijventerreinen Huidig afsprakenkader bedrijventerreinen Proces herijking regionale afspraken bedrijventerreinen Ontwikkelingen van bedrijventerreinen in de regio Kantoren Monitoring Monitor bedrijventerreinen Detailhandelsmonitor Stand van zaken subsidieregelingen Herstructurering Nimby Bijlage (separaat bijgevoegd) Regionale detailhandelsvisie Agrifood Capital Noordoost-Brabant, BRO, 16 november 2015 Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

3 1. Inleiding en voorstellen Inleiding Elk jaar worden in het Regionaal Ruimtelijke Overleg voor Noordoost-Brabant (RRO-NO) afspraken gemaakt, herbevestigd, aangevuld of herzien over de ontwikkeling van bedrijventerreinen, kantoren, detailhandel en eventueel andere stedelijke voorzieningen. In 2012 zijn voor het eerst regionale afspraken gemaakt over bedrijventerreinontwikkeling, in 2014 over kantoren en in dit RRO worden afspraken over detailhandel gemaakt. De afspraken over bedrijventerreinontwikkeling zijn gelet op de veranderde situatie op de bedrijventerreinenmarkt aan herziening toe. Daartoe is vorig jaar besloten. De nieuwe afspraken zijn nog in voorbereiding. In dit RRO een tussenstand en een procesvoorstel hoe tot nieuwe afspraken te komen. Naar aanleiding van de ladder voor duurzame verstedelijking heeft een verdiepingsslag plaatsgevonden die een aanvulling van de gemaakte afspraken over kantoorontwikkeling wenselijk maakt. Tot slot volgt informatie over de in ontwikkeling zijnde monitor werklocaties en de detailhandelsmonitor en over de twee lopende subsidieregelingen PHP-2 en Nimby. Voorstellen Vanuit het thema werken liggen in dit RRO de volgende voorstellen ter besluitvorming voor. In de paragrafen 2 t/m 6 en de bijlagen bij deze regionale agenda worden deze nader toegelicht. Voorstel 1: Het RRO-NO neemt kennis van voorliggende Update van de Regionale Agenda Werklocaties. (voor toelichting zie de rest van dit document) Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

4 Voorstel 2: Detailhandel Het RRO-NO stemt in met: a. de voorgestelde bijstelling van de Regionale Detailhandelsvisie Agrifood Capital Noordoost-Brabant, en het daarin opgenomen afspraken- en toetsingskader; b. en stelt daarmee de Regionale Detailhandelsvisie Agrifood Capital Noordoost- Brabant met afspraken en toetsingskader definitief vast; c. de voorgestelde uitwerking en planning van de uitvoeringsagenda van de regionale detailhandelsvisie; d. een evaluatie van het werkbaar zijn van de visie en afspraken in (voor toelichting zie paragraaf 2) Voorstel 3: Bedrijventerreinen Het RRO-NO stemt in met het proces om tot een nieuwe regionale agenda bedrijventerreinen te komen. (voor toelichting zie paragraaf 3.2) Voorstel 4: Kantoren Het RRO-NO besluit om: a. Bij de planontwikkeling voor zelfstandige kantoren groter dan 750 m² regionale afstemming te plegen over de voorgenomen locatie. b. Jaarlijks te monitoren hoe de plancapaciteit, structurele leegstand en transformatie van kantoren zich ontwikkelen in relatie tot het aanwezige en in gebruik zijnde kantorenareaal en deze gegevens met elkaar te delen. c. Gemeenten bekijken hoe ze kunnen meewerken aan initiatieven tot transformatie van incourant kantorenvastgoed naar andere functies. d. Gemeenten ondernemen actie om op die locaties waar zij de plancapaciteit voor kantoren willen terugdringen voorzienbaarheid te creëren, teneinde bij bestemmingswijzigingen het planschaderisico in te perken. (voor toelichting zie paragraaf 4) Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

5 2. Detailhandel 2.1. Inleiding en proces In de afgelopen twee jaar is door de gemeenten van de regio Noordoost Brabant nagedacht over de ontwikkelingen en veranderingen in de detailhandel in de regio en hoe daar mee om te gaan. In 2013 is gestart met de opstelling van de Detailhandelsfoto Noordoost Brabant, waarin de karakteristiek en ontwikkelingen van de detailhandel in de regio in beeld is gebracht. In 2014 volgde de Verdiepingsslag, met een nadere verkenning van de veranderingen in de retailmarkt en de noodzaak tot een regionale koers. In de opgestelde notitie Wat de markt er van vindt spreken marktpartijen de behoefte uit aan heldere kaders van de overheden, waarmee meer richting wordt gegeven voor ontwikkelingen en investeringen in de retailmarkt. Ook zijn er in 2014 bestuurlijke gesprekken met de gemeenten gevoerd. Al deze analyses en verkenningen hebben geleid tot de voorliggende Regionale detailhandelsvisie en afsprakenkader. De regionale detailhandelsvisie is een gezamenlijke visie op de ontwikkeling van detailhandel in de regio Noordoost Brabant. Hiertoe zijn gezamenlijke ambities, gezamenlijke doelstellingen en afspraken geformuleerd. Dit leidt op regionaal niveau tot meer afstemming van het detailhandelsbeleid van de afzonderlijke gemeenten. De visie geeft een kader waarbinnen de gewenste verdere ontwikkeling en vernieuwing in de detailhandel in goede banen geleid kan worden. Kernambitie is een goede consumenten-verzorging in een perspectiefrijke winkelstructuur. Vernieuwingen in de detailhandel moeten gericht zijn op kwaliteitsimpulsen in plaats van kwantitatieve uitbreiding van winkelaanbod. Uitgangspunt is concentratie van detailhandel in compacte bestaande centrumgebieden. Versnippering buiten de centra moet worden tegengegaan, ook op de bedrijventerreinen. De perifere detailhandel, buiten de centrumgebieden, is nadrukkelijk aanvullend of complementair aan de reguliere winkelcentra. De afspraken in de visie vormen een kwalitatief afwegingskader voor beleid. Voor de afstemming van nieuwe ontwikkelingen zijn daarnaast kwantitatieve drempelwaarden afgesproken, passend bij de regionale verzorgingspositie van de verschillende winkelcentra. Bij initiatieven boven deze drempelwaarden is regionale afstemming vereist. Voor deze regionale afstemming en toetsing is een concrete werkwijze afgesproken. Het opstellen van een regionale detailhandelsvisie en regionaal afsprakenkader levert een belangrijke bijdrage aan het behoud en verdere uitbouw van een gezonde en levensvatbare detailhandelsstructuur in Noordoost Brabant. Uiteindelijk plukken zowel de consumenten, de ondernemers als ook de vastgoedeigenaren en de lokale overheden daar de vruchten van. Tijdens het RRO Noordoost Brabant van 18 juni 2015 is bestuurlijk ingestemd met het concept van de Regionale detailhandelsvisie Agrifood Capital/Noordoost Brabant en het afsprakenkader over de regionale afstemming. Afgesproken is dat de visie nog op enkele onderdelen aanvulling behoeft. Afgesproken is ook dat voor het overige al met de Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

6 detailhandelsvisie en afspraken gewerkt wordt, als ware deze definitief. In het RRO van december 2015 worden de aanpassingen voorgelegd, en wordt de visie en met het afsprakenkader definitief vastgesteld. De bijgestelde visie ligt nu voor ter instemming en vaststelling in het RRO. Ook is de uitvoeringsagenda uitgewerkt. De visie en afspraken vormen een groeimodel. Dit betekent dat in de komende twee jaar gewerkt wordt volgens de visie en afspraken en dat na die periode een evaluatie plaatsvindt van de ervaringen in het regionaal afstemmen en regionaal samenwerken Overzicht bijstellingen regionale detailhandelsvisie Conform de afspraak in het RRO van 18 juni 2015 is de voorliggende regionale detailhandelsvisie is bijgesteld op de volgende onderdelen: Positionering winkelgebieden De indeling naar verzorgingsniveau van enkele winkelgebieden riep vragen op, met name als de centra onderling werden vergeleken. Deze indeling is nogmaals onder de loep genomen. Zoals aangegeven in de visie is de positionering bepaald op basis van de volgende aspecten: de grootte van een winkelgebied, de draagvlakpotentie, geografische positie en de concurrentiepositie. Voor de grootte van het winkelgebied heeft BRO de gegevens geactualiseerd naar de stand van september Dit heeft ertoe geleid dat de winkelcentra Heesch en st. Michielsgestel zijn overgeplaatst van de categorie lokaal naar zeer beperkt regionaal. Volgens eerder koopstromenonderzoek heeft st. Michielsgestel ook een beperkte verzorging voor omliggende kernen, het centrumplan 2010 dat nu in uitvoering gaat is hierop gebaseerd. Daarnaast is ook het stadsdeelcentrum Helftheuvel in de systematiek opgenomen. Voor de andere winkelgebieden is er geen aanleiding voor aanpassingen. In de visie zijn bovenstaande wijzigingen op diverse plaatsen verwerkt (kaarten en tabellen). Regionaal kader voor internethandel Conform de afspraak is het regionale kader voor internethandel uitgewerkt. In de visie is de eerdere paragraaf over internethandel verder uitgewerkt (hoofdstuk 3). Internethandel is ook opgenomen in het afspraken- en toetsingskader van hoofdstuk 4. In de bijlage van de visie is een uitgebreidere beschouwing over internethandel opgenomen. Toetsing ladder voor duurzame verstedelijking De aanbevelingen uit de handreiking voor duurzame verstedelijkingsafspraken zijn al verwerkt in de regionale visie. Vooral voor nieuwe ontwikkelingen is een duidelijk regionaal verantwoordings- en afstemmingskader opgenomen. Belangrijk is om bij de verdere uitwerking de focus te versterken op de opgave in de bestaande winkelgebieden en het agenderen van de concrete transformatieopgave voor de verschillende winkelgebieden (overaanbod aanpakken, kansen bestaande gebieden benutten). In eerste instantie is dit een Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

7 taak voor de gemeenten. Op (sub)regionaal niveau is het belangrijk om gezamenlijk een beeld te krijgen van deze opgaven en de mogelijkheden om hiermee om te gaan (bijvoorbeeld kennisdeling over instrumentarium en mogelijke concrete strategieën bij transformatie-opgaven). Dit is opgenomen in de voorgestelde uitvoeringsagenda. Bovenregionale of bovenprovinciale afstemming De regionale visie is gericht op de regio Noordoost Brabant en de onderkende subregio s. De vraag is gesteld hoe om te gaan met de invloed van ontwikkelingen buiten de regio Noordoost Brabant. Dit is een punt dat in alle regio s van Brabant naar voren is gekomen. Het voorstel is om deze vraag dan ook Brabantbreed op te pakken, in een samenspraak tussen de 4 regio s en de provincie. De bovenprovinciale afstemming wil de provincie agenderen op de IPO agenda. Detailhandelsvisie Land van Cuijk De gezamenlijke gemeenten in het Land van Cuijk hebben een detailhandelsvisie op subregionaal niveau opgesteld (voor de gemeenten Boxmeer, Cuijk, Grave, Mill en Sint Hubert, Sint Anthonis). Deze visie past in de kaders van de regionale detailhandelsvisie van Noordoost Brabant en is een verdere uitwerking op subregionaal niveau. Ter verduidelijking van de samenhang is in paragraaf 4.3 hierover een alinea toegevoegd. Uitvoeringsagenda Voor de uitvoeringsagenda is een plan van aanpak opgesteld. Het eerder genoemde punt voor uitwerking van een regionaal kader voor internethandel is al afgerond (zie punt 2 hierboven) Voorstel uitvoeringsagenda regionale detailhandelsvisie Als uitvoeringsagenda van de regionale detailhandelsvisie Noordoost wordt het volgende voorgesteld: Organisatie: o Ambtelijk is de regionale detailhandelsvisie en het afsprakenkader gekoppeld aan de regionale werkgroep werken Noordoost-Brabant; o De coördinator Economische ontwikkeling Agrifood Capital is verantwoordelijk voor de coördinatie van de uitvoeringsagenda, ondersteund door de ambtelijke regionale werkgroep detailhandel; o De bestuurlijke bewaking en coördinatie ligt bij de Kopgroep Detailhandel AFC/NOB. De regionale afstemming van detailhandelsinitiatieven boven de drempelwaarden vindt plaats zoals vastgesteld in de regionale detailhandelsvisie. Jaarlijks wordt in het Poho EZ Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

8 en het RRO verslag gedaan over de resultaten van de regionale afstemming, met overzicht van de detailhandelsinitiatieven en de wijze van afstemming. In 2017 wordt de regionale visie en de procedure voor afstemming geëvalueerd, en volgt zo nodig bijstelling. De vraag hoe om te gaan met invloeden van buiten de regio of de provincie wordt opgepakt door de provincie in samenspraak met de 4 Brabantse regio s en het IPO (2016). Periodiek worden de ontwikkelingen in de detailhandelsstructuur van Noordoost-Brabant gemonitord. Onder andere betreft dit de ontwikkeling van leegstand, aanbod, draagvlak in winkelgebieden. De activiteiten in 2016 richten zich op: o Opzetten systematiek voor monitoring (praktisch en snel uitvoerbaar); zo mogelijk in aansluiting bij de monitor die door de provincie wordt opgesteld. o Actualisering gegevens detailhandel Noordoost-Brabant, op basis van gegevens gemeenten en provincie (provinciale monitor). Uitwisseling van informatie en kennis (in de werkgroep werken en zo nodig bestuurlijk): o Ontwikkelingen binnen de gemeenten over detailhandel, centrumontwikkelingen, beleid; o Algemene ontwikkelingen binnen detailhandel (offline-online, vestigingsstrategie ketens, consumentenvertrouwen e.d.); o Instrumentarium om beleid ten uitvoer te brengen (o.a. brancheringsregels perifere locaties, handhaving, planschade, voorzienbaarheid, centrummanagement e.d.); o In 2016 wordt geïnventariseerd via de werkgroep werken welke specifieke kennisbehoefte er is vanuit de gemeenten en wordt een voorstel gedaan voor de wijze van kennisdeling. Verdieping toekomst perifere concentraties: In de 2 e helft van 2016 worden de kansen en opgaven voor de perifere detailhandelsclusters in beeld gebracht en besproken hoe gemeenten hiermee concreet kunnen omgaan. Verdieping bijzondere vormen van detailhandel: In de 1 e helft van 2016 wordt besproken hoe verschillende bijzondere vormen van detailhandel ingepast kunnen worden in de regionale structuur. Voorbeelden zijn kringloopwinkels en verkoopconcepten in het buitengebied. Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

9 Voorstel 2: Detailhandel a. Het RRO-NO stemt in met de voorgestelde bijstelling van de Regionale detailhandelsvisie Agrifood Capital Noordoost-Brabant, en het daarin opgenomen afspraken- en toetsingskader; b. en stelt daarmee de Regionale detailhandelsvisie Agrifood Capital Noordoost- Brabant met afspraken en toetsingskader definitief vast; c. Het RRO-NO stemt in met de voorgestelde uitwerking en planning van de uitvoeringsagenda van de regionale detailhandelsvisie; d. Het RRO-NO stemt in met een evaluatie van het werkbaar zijn van de visie en afspraken in Bedrijventerreinen 3.1. Huidig afsprakenkader bedrijventerreinen In het Regionale Ruimtelijke Overleg (RRO) van december 2014 is afgesproken: a. Op basis van de nieuwe prognoses worden nieuwe realistische regionale afspraken bedrijventerreinen en kantoren voorbereid, die ter besluitvorming worden voorgelegd aan het RRO eind b. De regio doet begin 2015 een procesvoorstel om te komen tot nieuwe regionale afspraken bedrijventerreinen. c. De provincie stelt (per regio) beschikbaar voor een procesfacilitator naar keuze. d. In samenwerking met de regio s voert de provincie een kwalitatief vervolgonderzoek op de prognose bedrijventerreinen uit (begin 2015), waarvan de resultaten betrokken worden bij het opstellen van de nieuwe regionale afspraken voor bedrijventerreinen. e. Totdat er nieuwe regionale afspraken zijn gemaakt, wordt vooralsnog uitgegaan van de eerder gemaakte regionale afspraken bedrijventerreinen. f. Er ligt een gezamenlijke opgave om kritisch te kijken naar de plannen die voor 2015 op de planning staan en zo nodig tot heroverweging over te gaan. Deze opgave wordt meegenomen in het procesvoorstel naar nieuwe regionale afspraken bedrijventerreinen. Voortgang In april 2015 is het rapport Kwaliteitsonderzoek bedrijventerreinen Noord-Brabant verschenen. Op basis van dit rapport en een verdiepingsslag die de regio hierop heeft laten uitvoeren is gestart met de herijking van de regionale afspraken over bedrijventerreinontwikkeling. Dit proces blijkt ene behoorlijke opgave en de oorspronkelijke Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

10 doelstelling om in december 2015 tot nieuwe afspraken te komen blijkt niet haalbaar. In het extra RRO dat op 7 oktober 2015 heeft plaatsgevonden is daarom afgesproken dat een halfjaar uitstel wordt verleend om tot nieuwe afspraken te komen. Hieraan is de voorwaarde verbonden dat de regio met een concreet stappenplan met ijkpunten en mijlpalen laat zien dat de afspraken in juli 2016 daadwerkelijk gemaakt kunnen worden Proces herijking regionale afspraken bedrijventerreinen De regio Noordoost Brabant heeft Stec Groep ingehuurd om haar te begeleiden bij het maken van nieuwe afspraken over de planning van bedrijventerreinen. De regio heeft via het portefeuillehoudersoverleg Economische zaken (poho EZ) een kopgroep aangesteld om dit traject bestuurlijk te begeleiden, aangevoerd door wethouder Lestrade van de gemeente Boxtel. De afspraken zijn inhoudelijk nog niet zover dat ze ter besluitvorming voorgelegd kunnen worden. Tot op heden zijn de verschillende bedrijventerreinen met hun specifieke kwaliteiten geïnventariseerd. Deze gegevens worden afgezet tegen de al eerdere vastgestelde prognoses. Voor de verschillende segmenten (zeer grootschalige logistiek, grootschalige logistiek, mkb-terreinen) weten we inmiddels hoe de vraag-aanbodverhouding eruit ziet. Keuzes zijn daarin nog niet gemaakt. Stec Groep gaat nu voor het eind van het jaar voor de regio een advies schrijven over hoe de nieuwe agenda eruit zou kunnen zien. Het is vervolgens aan de regio om daar in het eerste kwartaal van 2016 een nieuwe agenda met draagvlak van te maken met als extra aandachtspunt de onderliggende financiële afspraken. De verschillende regionale overlegvormen daarvoor zijn 3 december 2015, 25 februari 2016 en 26 mei 2016 (data poho s EZ). Daaraan voorafgaand zijn er overleggen van de bestuurlijke kopgroep gepland. Ter voorbereiding zijn er nog ambtelijke overleggen gepland. Op 26 mei 2016 moet het concept afgerond zijn, zodat we de nieuwe agenda bedrijventerreinen in het RRO van 30 juni 2016 kunnen vaststellen. Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

11 Voorstel 3: Bedrijventerreinen Het RRO-NO stemt in met het proces om tot een nieuwe regionale agenda bedrijventerreinen te komen Ontwikkeling van bedrijventerreinen in de regio In de tussentijd, totdat de nieuwe regionale afspraken zijn gemaakt, blijven de oude afspraken van kracht. Grootschalige ontwikkelingen die de nieuwe afspraken mogelijk zouden kunnen doorkruisen zijn op dit moment niet zodanig dringend dat ze niet kunnen wachten op de nieuwe ontwikkelingen. Mocht een dergelijke ontwikkeling toch urgent worden, dan zal hierover nadere regionale afstemming plaatsvinden. 4. Kantoren In het RRO van 18 juni 2015 is de toepassing van de ladder van duurzame verstedelijking bij verschillende onderwerpen als bedrijventerreinen, detailhandel, wonen en ook kantoren onder de aandacht gebracht. De bestuurders kwamen tijdens deze discussie tot de conclusie dat de regionale kantorenvisie voor Noordoost-Brabant in deze context nog aanpassing behoeft. De wens is uitgesproken om afspraken te maken over: het terugdringen van plancapaciteit voor kantoren; het uit de markt nemen van incourant kantorenvastgoed; regionale afstemming over kantoorvestiging te concretiseren met een oppervlakte maat vanaf welke er afstemming moet plaatsvinden over de realisatie van een nieuw kantoor. De ambtelijke kantorenwerkgroep is bij elkaar gekomen om invulling te geven aan de bestuurlijke wensen. Minimale maat voor afstemming Voorstel is om 750 m² kantooroppervlakte als ondermaat te nemen om regionaal in overleg te treden. Evenals de afspraken bij de detailhandel wil het afspreken van een grens niet betekenen dat boven die grens bestemmingsplannen geen doorgang mogen vinden. We stellen voor dat een ontwikkeling van boven de 750 m² een ontwikkeling is waarover een regionale discussie moet worden gevoerd over de locatie. Uiteindelijk wil je als regio een goed kantoormilieu bieden met een beperkt aantal kantoorlocaties met aantrekkingskracht en Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

12 zo min mogelijk solitaire locaties buiten die kantoorlocaties die zouden kunnen leiden tot leegstand als die ene gebruiker verdwijnt. Met de maat van 750 m² sluiten we aan bij de maat die ook in de regio Zuidoost-Brabant is gekozen. Het gaat met een dergelijke maat om bedrijven vanaf ongeveer 40 medewerkers, uitgaande van het door het Economische Instituut voor de Bouw gehanteerde gemiddelde van 18 m² kantooroppervlak per medewerker. Plancapaciteit opnieuw inventariseren De cijfers over de plancapaciteit lijken niet meer actueel. De gemeenten wordt gevraagd de relevante actuele informatie aan te leveren. We willen in de toekomst een percentage bepalen dat nodig is om in te kunnen spelen op kwalitatieve vraag en mogelijke toekomstige ontwikkelingen. Uit de markt nemen van incourant vastgoed en incourante kantoorlocaties Afgesproken wordt dat gemeente elkaar informeren over aantal m² dat langdurig leegstaat (>3 jaar) en de acties die worden ondernomen om deze hoeveelheid te verminderen. Uitgangspunt is dat gemeenten bekijken hoe ze kunnen meewerken aan omzetting van deze kantoren naar andere functies als hiervoor een voorstel bij hen wordt ingediend. Elkaar informeren over de situatie op de kantorenmarkt In de regionale kantorenvisie is afgesproken dat de gemeenten elkaar in het RRO jaarlijks informeren over de situatie op de kantorenmarkt. Dit betekent dat we volgende zaken met elkaar delen: leegstandscijfers worden gedeeld; transformaties van kantoren naar andere functies; mogelijke nieuwbouwplannen; wijzigingen in plancapaciteit voor kantoren. In de tabel hieronder zijn de actuele gegevens opgenomen. Kantoreninventarisatie grotere gemeenten in Noordoost-Brabant Najaar 2015, m² bvo kantoorruimte, alleen grotere, zelfstandige kantoren ( >500m²) Gemeente Aanwezig en in gebruik Nog niet gebruikte planologische ruimte (maximaal) Plannen in ontwikkeling Leegstand Totaal Opmerkingen 's-hertogenbosch Er is in m² getransformeerd; langdurige leegstand (>3 jr) is m². Oss Cijfers van 2014, geen actuele gegevens ontvangen. Heusden Geen wijzigingen t.o.v Planologische ruimte zit op bedrijventerrein Het Hoog waar ook zelfstandige kantoren mogelijk zijn. Boxtel Geen wijzigingen t.o.v Schijndel Cijfers van 2014, geen actuele gegevens ontvangen. Sint-Michielsgestel Veghel onbekend Uden Er is sinds m2 herbestemd; leegstand is opgave van PBL (12%). Cuijk Boxmeer onbekend onbekend onbekend Totaal Bron: opgave beleidsmedewerkers betreffende gemeenten Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

13 Voorzienbaarheid creëren Als op basis van de inventarisatie van de plancapaciteit voor kantoren door de betreffende gemeenten zou worden geconcludeerd dat de voorraad te groot is en er plancapaciteit voor kantoren uit de markt kan worden genomen is het creëren van voorzienbaarheid een belangrijk aandachtspunt. Om toekomstige planschadeclaims te beperken bij wijziging van bestemming is het zaak om zo vroeg mogelijk concrete beleidsvoornemens ten aanzien van nieuwe planologische ontwikkelingen te publiceren. Voorstel 4: Kantoren Het RRO-NO besluit om: a. Bij de planontwikkeling voor zelfstandige kantoren groter dan 750 m² regionale afstemming te plegen over de voorgenomen locatie. b. Jaarlijks te monitoren hoe de plancapaciteit, structurele leegstand en transformatie van kantoren zich ontwikkelen in relatie tot het aanwezige en in gebruik zijnde kantorenareaal en deze gegevens met elkaar te delen. c. Gemeenten bekijken hoe ze kunnen meewerken aan initiatieven tot transformatie van incourant kantorenvastgoed naar andere functies. d. Gemeenten ondernemen actie om op die locaties waar zij de plancapaciteit voor kantoren willen terugdringen voorzienbaarheid te creëren, teneinde bij bestemmingswijzigingen het planschaderisico in te perken. 5. Monitoring 5.1. Monitor bedrijventerreinen In de RRO s eind 2014 is door de provincie beloofd dat er in september 2015 nieuwe gegevens en analyses over werklocaties beschikbaar zijn als input voor de nieuw te maken regionale afspraken. Eind 2014 is de rapportage Van meer naar anders. Samen naar vitale werklocaties toegestuurd. Met betrekking tot het thema bedrijventerreinen zijn begin 2015 de resultaten van IBIS 2015 en het Kwaliteitsonderzoek bedrijventerreinen Noord-Brabant toegestuurd. Met deze informatie ligt er een goede inhoudelijke basis in elke regio om te komen tot nieuwe regionale afspraken voor bedrijventerreinen, kantoren en detailhandel. Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

14 Actuelere gegevens zijn op dit moment niet beschikbaar. Verschillende regio s hebben gevraagd om gegevens en informatie over de leegstand op bedrijventerreinen. De ambitie van de provincie is om in 2016 hier (meer) inzicht in kunnen geven, overigens ook voor kantoren en detailhandel. De provincie is in gesprek met diverse partijen die daarbij kunnen helpen, waaronder kennisinstellingen. In september 2016 wordt een monitorrapportage werklocaties opgesteld, die gebruikt kan worden om de regionale afspraken eind 2016 te herzien/herbevestigen. In de IBIS enquête 2016 (de jaarlijkse inventarisatie van het bedrijventerreinen aanbod en de uitgifte in het afgelopen jaar) zullen de vragen over de profielen van bedrijventerreinen worden aangepast aan de indeling die gehanteerd is in het Kwalitatief verdiepingsonderzoek bedrijventerreinen Noord-Brabant. Het wordt dan ook mogelijk om meer dan één profiel aan een bedrijventerrein toe te kennen Detailhandelsmonitor De provincie werkt al enige tijd aan de ontwikkeling van een detailhandelsmonitor. Het eerste deel is gereed. Met het eerste deel van de detailhandelsmonitor worden de bekende Locatus-gegevens ontsloten. Op geaggregeerd niveau (regio, gemeente, winkellocatietype) mag de provincie de gegevens rapporteren. Deze zijn dan ook voor de gemeenten opvraagbaar. Ten behoeve van het beschikbaar stellen van de gegevens worden standaardrapportages met standaard tabellen en grafieken opgesteld die snel geactualiseerd kunnen worden. Ieder jaar zal de provincie een geactualiseerde monitorrapportage publiceren. Het tweede deel zal ook dit jaar nog gereed komen. De Locatus-gegevens worden via het provinciale datawarehouse systeem gekoppeld aan andere databronnen. Bijvoorbeeld de provinciale bevolkingsgegevens en -prognose. De detailhandelsmonitor is een groeimodel. De provincie beziet of en hoe er andere data aan kunnen worden toegevoegd. Bijvoorbeeld koopstromengegevens. Belangrijk hierbij te melden is dat er in het kader van de Retail Agenda (o.a. van minister Kamp) is afgesproken om samen met het ministerie van I&M en marktpartijen zoals Detailhandel Nederland op te trekken. Door minister Kamp is toegezegd dat I&M een landelijk koopstromenonderzoek zal faciliteren. Het is de bedoeling de informatie uit de detailhandelsmonitor zoveel mogelijk via de website van de provincie te ontsluiten. Begin 2016 zal een eerste proeve van de monitor gepresenteerd worden in de regionale werkgroep werklocaties. Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

15 6. Stand van zaken subsidieregelingen 6.1. Herstructurering Vanaf 2011 heeft de Provincie Noord-Brabant de rijksmiddelen vanuit het Convenant Bedrijventerreinen met 2 subsidieregelingen ingezet voor herstructureringsprojecten in Noord-Brabant, het Provinciaal Herstructurerings Programma (PHP). Met de subsidieregelingen PHP 2011 (inmiddels afgerond) en PHP 2014 is een subsidiebedrag van ruim 12,5 miljoen toegekend en dat heeft geleid tot een totale investering (publiek en privaat) van ongeveer 48 miljoen in verouderde bedrijventerreinen. De projecten van de PHP regeling 2014 moeten uiterlijk mei 2016 uitgevoerd zijn. De uitvoeringstermijn kan, mits goed gemotiveerd, met maximaal 12 maanden (mei 2017) worden verlengd. Voor Noordoost-Brabant gaat het in deze tranche om de volgende projecten: s-hertogenbosch: doorontwikkeling bedrijventerrein de Herven Boxtel: verbindingsweg Ladonk Kapelweg Heusden: Metal Valley, van oud ijzer naar non-ferro, Drunen Veghel: revitalisering havens bedrijventerrein De Dubbelen Deze projecten zijn thans in uitvoering. Voor enkele projecten is een bevoorschotting van 80% aangevraagd en gehonoreerd Nimby Jarenlang is bij Nimby-bedrijven ingezet op verplaatsing naar betere locaties, met slechts een zeer beperkt resultaat. Daarom is een pilot bedacht om nimby-bedrijven beter in te passen op hun huidige locatie. Om deze werkwijze in een aantal cases te testen, is door de provincie een subsidieregeling in het leven geroepen. In Noordoost-Brabant is subsidie verstrekt aan de volgende nimby-cases: Bernheze/Dijkhoff Boxtel/MSB Sint-Oedenrode/Van Kaathoven Oss/Ball Packaging Europe Haaren/Van Iersel Intussen is gebleken (ook bij de cases in de rest van Brabant) dat realisatie van deze projecten meer voeten in aarde heeft dan eerder is ingeschat. De in de subsidieregeling opgenomen einddatum van lijkt in veel gevallen niet haalbaar. Daarom is door GS besloten dat de betreffende gemeenten een verzoek kunnen indienen om (maximaal) een jaar uitstel te krijgen. De meeste gemeenten maken hier gebruik van. Het project in Oss is intussen succesvol afgerond. Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december

16 Bijlage De volgende bijlage is separaat bijgevoegd: Regionale detailhandelsvisie Agrifood Capital Noordoost-Brabant, BRO, 16 november 2015 Regionale Agenda Werklocaties Noordoost-Brabant Update december