Workshop Kindgesprekken ONderWIJZEnde Woensdag

Transcriptie

1 Workshop Kindgesprekken ONderWIJZEnde Woensdag Najaarsconferentie SPPOH Ellen Aanen-Zilvold

2 Doelen Aan het eind van deze workshop hebben jullie basale kennis en gespreksvaardigheden om kindgesprekken te voeren. geoefend met vertalen van informatie van het kind naar onderwijsbehoeften.

3 HGW uitgangspunt: samenwerken met leerlingen Eigenaarschap: eigen visie, mening, ideeën Informatie die leerkracht/ouders niet hebben Eigen doel: meer motivatie en dus kans van slagen groter Oplossingen van kind: sluiten aan en eenvoudig

4 Basisvaardigheden: Luisteren, samenvatten, doorvragen

5 Opdracht Alarm bij OMA, wees een OEN Bespreek onderstaande vraag in 2-tallen en gebruik de checklist Luisteren Samenvatten en Doorvragen. Wat vind je nog lastig aan kindgesprekken?

6 Onderwijsbehoeften Elke leerling heeft zijn eigen onderwijsbehoefte Om de onderwijsbehoeften te bepalen moet je wát en hóe vragen stellen (Ettekoven & Hooijveld, 2009)

7 Definitie kindgesprek Een kindgesprek is een gesprek waarbij je met het kind apart aan de hand van een heel gericht doel iets gaat bespreken (Pameijer). Bron:

8 Kijken naar een kindgesprek Wat voor type kindgesprek is dit? Wat vind je van de gebruikte vraagtechnieken? Wat zou je hetzelfde/anders doen? Wat zijn de onderwijsbehoeften van de leerling: wat heeft zij nodig.. - Instructie die Opdrachten die - Leeromgeving, zoals een werkplek - Feedback die - Groepsgenoten die - Een leerkracht die - Ouders die.

9 Gespreksvoering naar leeftijd (Delfos, 2008) Vanaf 10 jaar: ruimtelijk + temporeel doorvragen 4-6 jaar Hulp bij formuleren Non-verbale informatie is belangrijk (om motivatie voor het gesprek te peilen; gevoelens te signaleren; gaat het om fantasie of realiteit) Familievoorbeelden gebruiken.

10 Kringgesprek Soorten gesprekken Overhorings- of toetsinggesprek. Gesprek ná een ruzie op het schoolplein Gesprekken-Kanjertraining.. Gesprek over de beleving en mening van het kind. Leg kinderen goed uit wat voor type gesprek het is!

11 Metacommunicatie Begrijpen ze waarvoor hun mening wordt gevraagd en hoe hun informatie zal worden gebruikt? Geef informatie over het gesprek. Over het doel: wat ik van je wil horen, is jouw mening. bv samen de situatie analyseren, (begrijpen), doelen formuleren, plan van aanpak maken. Over het soort gesprek Laat weten dat je feedback nodig hebt. Nodig het kind uit zijn of haar mening over het gesprek te geven: wat zou jij nog vragen als jij de interviewer was?

12 Metacommunicatie Waarom stel ik deze vraag? Omdat ik me als. afvraag of Waarom vertel ik dit? Omdat ik als graag wil dat. 1

13 Bij kinderen jonger dan 10 jaar uitgebreid gebruik maken van metacommunicatie. Vanaf 10 jaar begrijpen kinderen veel gesprekskaders inmiddels uitleg doel voldoende. Wel waardering uitpreken voor bijdrage aan het gesprek.

14 Gesprek over mening en beleving Introductie: - Wat voor soort gesprek is dit? Geen overhoring, geen goed/fout en geen straf, maar een gesprek over jouw ideeën en eigen oplossingen of een gesprek om je beter te leren kennen of samen een oplossing zoeken voor.. Wanneer wil je dit gesprek? - Aanleiding, doel. Rol leerling ( jouw ideeën over wat helpt,. Ook: wat doe je met de aantekeningen? - Startvraag: vertel eens over. Eerst feiten, dan beleving. Romp: - Luisteren, samenvatten en oplossingsgericht doorvragen. - Waar moeite mee, Hoe zou het komen dat Wat gaat juist goed? Geef tijdens gesprek feedback. - Welke hulp nodig om jouw doel te bereiken? Afronding: Samenvatten, afspraken en wanneer evalueren? 14

15 Kindplan Voortgangsgesprek over een kindplan.

16

17 Sociaal wenselijke antwoorden Wat kunnen redenen zijn waarom kinderen sociaal wenselijke antwoorden geven?

18 Sociaal wenselijke antwoorden Verminderen door ( Baarda, 2012; Delfos, 2010) gebruik van open vragen; gebruik van speelse kindvriendelijke werkvormen; geef een aantal sociaal niet wenselijke voorbeelden: de juffrouw is wel aardig, maar natuurlijk niet altijd.. Pas op met de waarom vraag: als je vraagt Wat is er dat je zo druk bent klinkt heel anders dan Waarom ben je zo druk?

19 Dat weet ik niet.. Ik weet het ook nog niet ik noem een paar mogelijkheden op, dan mag jij ja of nee zeggen, Misschien komen we er zo achter, Spelvorm om gesprek vlot te trekken Je zegt dat weet ik niet er zijn verschillen manieren van weet ik niet zoals Ik wil het er nu niet over hebben, misschien later, welke bedoel jij? Je weet het niet. Hoe kunnen we er achter komen? Ga terug naar de bedoelingen die je hebt! ik wil graag weten..om beter te begrijpen Raad eens? Zinnen afmaken, bv Rekenen is meestal.

20 Oplossingsgerichte vragen Droomvraag: op een dag kom je de school in en ziet de klas er precies zo uit als jij hem wilt hebben. Hoe ziet de klas er dan uit? Wat doe jij dan? Wat doen de andere kinderen? Wat doet de juf? Stel dat je kon toveren, wat zou er dan anders gaan? Wanneer ging het al een beetje zo en wat deed jij dan anders? 20

21 Voorbereiding kindgesprek Op een rijtje Waar wil ik het over hebben? Wat wil ik weten en waarom wil ik dat weten? Hoe krijg ik dit kind op zijn gemak? Hoe zie ik de leerling? Hoe kan ik de leerling aanzetten tot nadenken en uitdagen tot meedenken? (Pameijer, 2009, p )

22 Organisatie van kindgesprekken Alle leerlingen? Groepjes leerlingen? Eén keer per jaar? Twee keer per jaar? Blokuren Na schooltijd, tijdens pauze, tijdens gymles? Planning, roostertje, intekenen Gefaciliteerde tijd

23 Wat heeft je geïnspireerd? Wat ga je uitproberen in je eigen praktijk?

24 Bronnen Baarda, B., creatief communiceren met kinderen, Noordhoff Delfos, M Luister je wel naar mij? Gespreksvoering met kinderen tussen vier en twaalf jaar. Amsterdam: SWP. Ettekoven, S. & Hooijveld, J. (2009). Leren en onderwijzen. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Pameijer, N., Van Beukering, J. T. E., & de Lange, S. (2009). Handelingsgericht werken: een handreiking voor het schoolteam: samen met collega's, leerlingen en ouders aan de slag. Leuven/Den Haag: Acco.