Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing toepassing dwangmiddelen tegen journalisten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing toepassing dwangmiddelen tegen journalisten"

Transcriptie

1 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Nr februari 2012 Aanwijzing toepassing dwangmiddelen tegen journalisten Categorie: Opsporing, vervolging Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat: Hoofden van de parketten Registratienummer: 2012A003 Datum vaststelling: Datum inwerkingtreding: Geldigheidsduur: Publicatie in de Staatscourant: PM Vervallen: Aanwijzing toepassing dwangmiddelen bij journalisten (2002A003) Relevante beleidsregels OM: Relevante wetsbepalingen: o.a. artt. 57, 95, 96a, 96c, 105, 126g, 126m, 126n, 126u, 126t, 221 Sv Relevante jurisprudentie: diverse Evaluatie: Bijlage: 0 SAMENVATTING Een journalist heeft op grond van artikel 10 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM) het recht om zijn bronnen te beschermen en het is overheden in beginsel niet toegestaan daarop een inbreuk te maken. Omdat het recht op bronbescherming niet absoluut is, kan sprake zijn van het toepassen van strafvorderlijke dwangmiddelen tegen een journalist onder bijzondere omstandigheden: als dit het enige denkbare effectieve middel is om een zeer ernstig delict op te sporen en te voorkomen. Het moet gaan om die misdrijven waarbij het leven, veiligheid of de gezondheid van mensen ernstig kunnen worden geschaad of in gevaar kunnen worden gebracht. Deze aanwijzing is er op gericht te bevorderen dat het OM bij de toepassing van opsporingsbevoegdheden jegens journalisten steeds een zorgvuldige afweging maakt en erop toeziet dat het op basis van jurisprudentie vastgestelde juridische kader ten aanzien van journalisten in acht wordt genomen. Een journalist in de zin van deze aanwijzing is de natuurlijke- of rechtspersoon die zich beroepsmatig bezighoudt met het verzamelen en vervolgens verspreiden van informatie via de media. Zaken waarbij de officier van justitie voornemens is dwangmiddelen tegen journalisten toe te passen, zijn gevoelige zaken. De toepassing van dwangmiddelen en de vervolging van journalisten geschiedt slechts na overleg met de parketleiding. De parketleiding informeert vervolgens het College van procureurs-generaal. ACHTERGROND De vrijheid van meningsuiting, zoals neergelegd in artikel 10 EVRM en artikel 7 Grondwet, is een belangrijke pijler onder een democratische rechtsstaat. In het recht op vrijheid van meningsuiting is tevens het recht op informatiegaring besloten. Beperkingen die worden gesteld aan de vrijheid om informatie te vergaren gelden als een beperking op de vrijheid van meningsuiting. De vrijheid van nieuwsgaring wordt daarom in de jurisprudentie in het algemeen als een te beschermen grondrecht erkend. Het recht op bronbescherming is daar een prominent onderdeel van. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft in 1996 in de zaak Goodwin 1 de journalist uitdrukkelijk een bijzondere positie verleend. In het kader van de vrijheid van meningsuiting, in het bijzonder van het recht om vrijelijk inlichtingen te ontvangen en door te geven, mogen journalisten hun bronnen geheim houden. Na de uitspraak van het EHRM heeft de Hoge Raad uitgesproken dat een journalist in beginsel het recht heeft zich te verschonen indien hij daardoor het bekend worden van zijn bron zou riskeren. 2 Sindsdien geldt als uitgangspunt dat de journalist op grond van artikel 10 EVRM het recht heeft zijn bronnen te beschermen en dat het overheden, uitzonderlijke situaties daargelaten, niet is toegestaan daarop een inbreuk te maken. 1 EHRM 27 maart 1996, Goodwin vs Verenigd Koninkrijk, NJ 1996, 577, LJN AD Hoge Raad 10 mei 1996, NJ 1996, 578, LJN ZC Staatscourant 2012 nr februari 2012

2 Voor de strafrechtpraktijk heeft deze bronbescherming tot gevolg dat de toepassing van dwangmiddelen jegens journalisten teneinde de identiteit van de bron van de journalist te achterhalen, zoals inbeslagneming, doorzoeking of afluisteren van de telefoon, in beginsel ongeoorloofd is. In die gevallen waarin eventueel wel kan worden overgegaan tot toepassing van deze dwangmiddelen dienen extra waarborgen in acht te worden genomen. ALGEMEEN 1. Het begrip journalist Alvorens het juridisch kader te schetsen dient te worden stilgestaan bij de vraag wie zich journalist kan noemen en zich dus als zodanig op bescherming tegen toepassing van dwangmiddelen door de overheid kan beroepen. De journalistiek is geen besloten beroepsgroep zoals bijvoorbeeld de advocatuur en het notariaat. Het staat een ieder vrij zich journalist te noemen. Voorts is het bestaan van een dienstverband geen noodzakelijk vereiste bij de beoordeling van de vraag of iemand als journalist moet worden aangemerkt. Het gaat in de eerste plaats om het karakter van de ontplooide activiteiten. Voor het vervolg van deze aanwijzing wordt daarom uitgegaan van een definitie waarin het werk van een journalist centraal staat. Een journalist in de zin van deze aanwijzing is de natuurlijke- of rechtspersoon die zich beroepsmatig bezighoudt met het verzamelen en vervolgens verspreiden van informatie via de media. Aandacht verdient dat deze definitie niet alleen ziet op de journalist in de beperkte betekenis van het woord. Ook de medewerkers van een bureauredactie, camera- en geluidsmensen, dan wel anderen die mogelijk beschikken over informatie over de bron en uit hoofde van hun beroep zijn betrokken bij het journalistieke product, zullen onder omstandigheden de bescherming van artikel 10 EVRM kunnen inroepen. De bescherming die journalisten toekomt kan zich blijkens deze definitie tevens uitstrekken tot een rechtspersoon, voor zover deze journalistieke activiteiten ontplooit. Naast de klassieke media, zoals krant, tijdschrift, radio en televisie, zijn met de komst van het internet andere vormen van media ontstaan. Streaming video, nieuwssites en blogs, om maar een paar vormen van nieuwe media als voorbeeld te noemen, houden zich evenzo bezig met het vergaren en verspreiden van informatie. Deze activiteiten moeten in beginsel evenzeer als journalistieke activiteiten worden aangemerkt. De bescherming die journalisten toekomt kan zich derhalve ook uitstrekken tot de mensen die een nieuwssite samenstellen of tot professionele bloggers. 2. Het juridisch kader De basis voor de journalistieke bronbescherming is gelegen in artikel 7 van de Grondwet en in artikel 10 van het EVRM. Ingevolge artikel 7, eerste lid, van de Grondwet, heeft niemand voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet. Artikel 10 EVRM luidt als volgt: Lid 1. Een ieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid een mening te koesteren en de vrijheid om inlichtingen of denkbeelden te ontvangen of te verstrekken, zonder inmenging van enig openbaar gezag en ongeacht grenzen (...). Lid 2. Daar de uitoefening van deze vrijheden plichten en verantwoordelijkheden met zich brengt, kan zij worden onderworpen aan bepaalde formaliteiten, voorwaarden, beperkingen en sancties, die bij de wet zijn voorzien en die in een democratische samenleving noodzakelijk zijn in het belang van de nationale veiligheid, territoriale integriteit of openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, de bescherming van de goede naam of de rechten van anderen, om de verspreiding van vertrouwelijke mededelingen te voorkomen of om het gezag en de onpartijdigheid van de rechterlijke macht te waarborgen. Artikel 10 van het EVRM brengt met de omschrijving de vrijheid om inlichtingen te ontvangen of te verstrekken de journalistieke taakuitoefening expliciet onder de bescherming van het verdrag. Dat betekent echter niet dat de bescherming absoluut is. Het tweede lid van artikel 10 noemt een aantal voorwaarden waaronder een inbreuk mogelijk is. De inbreuk op het recht op een vrije nieuwsgaring van de pers is het grootst als de journalistieke bronbescherming door het optreden van opsporingsambtenaren in het geding is. Het EHRM heeft in de in de inleiding genoemde zaak Goodwin het belang van de journalistieke bronbescherming uitgelegd. Het Hof acht de bescherming van de bronnen van journalisten een essentiële voorwaarde 2 Staatscourant 2012 nr februari 2012

3 voor de vrijheid van de pers. Zonder deze bescherming zouden, vanwege een chilling effect de bronnen van journalisten opdrogen en is de pers niet meer in staat om zijn uitermate belangrijke rol als waakhond in een democratische samenleving goed te vervullen. Vervolgens heeft de Hoge Raad beslist dat het Goodwin-arrest van het EHRM tot gevolg heeft dat uit het eerste lid van artikel 10 EVRM voor een journalist in beginsel het recht voortvloeit zich te verschonen van het beantwoorden van een hem gestelde vraag indien hij daardoor het bekend worden van zijn bron zou riskeren. De rechter hoeft een beroep op dit recht slechts dan niet te honoreren wanneer hij van oordeel is dat in de bijzondere omstandigheden van het gegeven geval openbaring van die bron in een democratische samenleving noodzakelijk is met het oog op een of meer in het tweede lid van artikel 10 EVRM genoemde belangen, hetgeen door degene die de journalist als getuige wenst te horen, moet worden gesteld en zo nodig aannemelijk moet worden gemaakt. 3 De rechtspraak van het EHRM en de Hoge Raad heeft geleid tot een toetsingskader voor de toepassing van dwangmiddelen tegen journalisten. Dit toetsingskader kan als volgt worden weergegeven: 1. Is sprake van een inbreuk (interference) op de vrijheid van meningsuiting zoals bepaald in artikel 10 EVRM? 2. Heeft deze inbreuk een basis in het recht (prescribed by law)? 3. Dient de inbreuk of de beperking een doel dat volgens artikel 10 lid 2 EVRM, overheidsinmenging in de vrijheid van meningsuiting en/of informatiegaring kan rechtvaardigen (legitimate aim)? 4. Is de inbreuk noodzakelijk in een democratische rechtsorde (necessary in a democratic society)? De kern van dit toetsingskader is gelegen in vraag 4: Is de inbreuk noodzakelijk in een democratische samenleving? Het antwoord op deze vraag is van doorslaggevende betekenis. Om vraag 4 te kunnen beantwoorden en vast te stellen of een inbreuk noodzakelijk is moeten de volgende subvragen worden beantwoord: 1. Legt het opsporings- en vervolgingsbelang in concreto zoveel gewicht in de schaal dat de vrijheid van informatiegaring daarvoor dient te wijken (proportionaliteit) en, vervolgens, 2. Kan worden volstaan met een ander middel dat de journalistieke taakuitoefening minder belast (subsidiariteit)? De proportionaliteit wordt bepaald door het gerechtvaardigde belang van bijvoorbeeld het voorkomen en vervolgen van strafbare feiten af te zetten tegen het belang van de vrijheid van meningsuiting. Niet voldoende is dat de politie en het OM de bevoegdheid om een inbreuk te plegen op een redelijke en zorgvuldige wijze uitoefent. Er moet sprake zijn van een absolute noodzaak en proportionaliteit ten opzichte van het gerechtvaardigde belang. 4 Aandacht verdient voorts dat het in beginsel aan het OM is om te onderbouwen dat de toepassing van het strafvorderlijk dwangmiddel voldoet aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit, aldus de Hoge Raad in een beslissing uit Ingevolge deze voorgaande uitgangspunten moet worden aangenomen dat in de praktijk slechts dan sprake kan zijn van het toepassen van strafvorderlijke dwangmiddelen, als dit het enige denkbare effectieve middel is om een zeer ernstig delict op te sporen en te voorkomen. Het moet gaan om die misdrijven waarbij het leven, veiligheid of de gezondheid van mensen ernstig kan worden geschaad of in gevaar kan worden gebracht. Daarvan zal bijvoorbeeld in beginsel sprake zijn bij het opsporen van een verdachte van wie wordt vermoed dat als hij niet wordt aangehouden hij nieuwe ernstige misdrijven zal plegen of het traceren van een hoeveelheid explosieven in geval van een op handen zijnde aanslag. DE TOEPASSING IN DE PRAKTIJK Het hiervoor beschreven toetsingskader geldt voor de voorgenomen toepassing jegens journalisten van het gehele scala van dwangmiddelen. De meest voorkomende voorbeelden uit de praktijk waarbij de inzet van dwangmiddelen tegen journalisten aan de orde is, zullen in de volgende paragrafen nader worden besproken. In de eerste plaats betreft dit de inbeslagneming van journalistiek materiaal. In de tweede plaats het vorderen van geautomatiseerd opgeslagen gegevens (IP-nummers) bij journalisten. Tot slot zal worden stilgestaan bij de situatie waarbij de journalist als verdachte wordt aangemerkt. 3 Hoge Raad 10 mei 1996, NJ 1996, 578, LJN ZC2072, r.o Zie in dit verband HR 25 maart 2008, NJ 2009, 452, LJN BB HR 8 april 2003, NJ 2004, 188, LJN AE Staatscourant 2012 nr februari 2012

4 3. Inbeslagneming journalistiek materiaal In de hiervoor genoemde beschikking van maart 2008, heeft de Hoge Raad ook een uitspraak gedaan over de gewenste wijze van werken. De Hoge Raad overweegt: (...) gelet (...) op de afweging van de betrokken zwaarwegende belangen (...) [verdient] het de voorkeur (...) dat zowel het bevel tot uitlevering als de beslissing tot inbeslagneming van voorwerpen waarbij bronbescherming in het geding kan zijn, uitgaat van de rechter-commissaris. Voorts heeft het EHRM in een Nederlandse zaak, bekend onder de naam Sanoma, geoordeeld over het feit dat in Nederland voor het toepassen van doorzoeking en inbeslagneming bij journalisten geen voorafgaande toestemming van een rechter noodzakelijk is. 6 Het Hof concludeert dat de kwaliteit van de Nederlandse wetgeving, voor zover die betrekking heeft op de inbeslagneming van journalistiek materiaal, gebrekkig is ( deficient ). In het bijzonder ontbreekt, aldus het Hof, in de Nederlandse wetgeving een procedure die verplicht tot een voorafgaande rechterlijke afweging van enerzijds het recht op vrije meningsuiting (inclusief het belang van bescherming van journalistieke bronnen) en anderzijds het opsporingsbelang. De hierboven genoemde jurisprudentie van het EHRM en de Hoge Raad heeft gevolgen voor de werkwijze van het OM. Deze werkwijze ziet er als volgt uit. 1. Het is, gelet op de hiervoor genoemde jurisprudentie in de Sanoma-zaak, van belang dat een rechter zich vóóraf kan uitspreken over de rechtmatigheid van de inbeslagneming. Indien de officier van justitie het noodzakelijk acht om over het journalistieke materiaal te beschikken, dient de officier daarom, ex artikel 105 Sv, bij de R-C een vordering in te dienen voor een bevel uitlevering van het voor inbeslagneming vatbare materiaal van de journalist. 2. Als het materiaal ingevolge het bevel van de rechter-commissaris is uitgeleverd, dient er tevens voor te worden gezorgd dat het journalistiek materiaal op de voor de journalist minst belastende wijze wordt afgegeven. De journalist dient in de gelegenheid te worden gesteld om het materiaal te kopiëren. Het originele materiaal wordt zo spoedig mogelijk aan de journalist teruggegeven. Journalisten maken in het kader van hun beroepsuitoefening foto s of geluids- en filmopnames die voor de opsporing of de bewijsvoering van belang kunnen zijn. Wanneer de foto s of de audio- en videobeelden in het openbaar tot stand zijn gekomen, zonder dat een journalistieke bron in het geding is, heeft het OM meer mogelijkheden om dwangmiddelen toe te passen. De Europese Commissie voor de Rechten van de Mens (ECRM) bepaalde in 1996 in de uitspraak BBC tegen het Verenigd Koninkrijk 7 dat een rechterlijk bevel aan de BBC om tijdens een rel gemaakte beelden uit te leveren niet strijdig was met artikel 10 EVRM. In de BBC-zaak was van belang dat de informatie slechts een registratie was van gebeurtenissen die in het openbaar hadden plaatsgevonden, waarbij noch geheimhouding, noch vertrouwelijkheid een rol hadden gespeeld. 8 Soms komt het voor dat het materiaal, in het openbaar gemaakt, slechts dankzij de vertrouwensrelatie met een bron, tot stand is kunnen komen. Indien enige twijfel is ontstaan over de vraag of in het onderhavige geval eventueel sprake is van (een vorm van) bronbescherming door de journalist, dient de procedure te worden gevolgd zoals hiervoor beschreven. 4. Doorzoeking Een doorzoeking is volgens het EHRM een drastische maatregel die ingrijpender is dan een bevel tot uitlevering van informatie of het moeten getuigen, en zowel het huis van de journalist als zijn werkplek is in principe beschermd 9. Ook de Hoge Raad heeft zich in deze zin uitgelaten 10. In het geval dat de officier van justitie het noodzakelijk acht dat in een redactielokaal naar journalistiek materiaal wordt gezocht, bijvoorbeeld omdat niet precies duidelijk is welk materiaal in beslag moet worden genomen, dient om die reden een met de inbeslagneming vergelijkbare procedure in acht te worden genomen. Dat wil zeggen dat de officier van justitie niet op grond van de eigen bevoegdheid van artikel 96c Sv een redactielokaal gaat doorzoeken. In deze gevallen dient de officier van justitie, ex artikel 110 Sv, een doorzoeking te vorderen bij de rechter-commissaris. 5. Het vorderen van geautomatiseerd opgeslagen gegevens: IP-adressen Traditionele media zoals kranten en televisie maken tegenwoordig zonder uitzondering gebruik van 6 EHRM 14 september 2010, nr /03, Sanoma Uitgevers BV vs Nederland. 7 EcomRM, 18 januari 1996, nr /94, BBC vs Verenigd Koninkrijk. 8 Zie in dit verband ook HR 9 november 1999, NJ 2000, 461, LJN AA EHRM 25 februari 2003, nr /99, Roemen en Schmitt vs Luxemburg. 10 HR (civiele kamer) 2 september 2005, NJ 2006, LJN AS Staatscourant 2012 nr februari 2012

5 internet en andere digitale verspreidingsvormen. De gegevensbestanden die de media hierbij geautomatiseerd opslaan vallen onder de gegevens waarop de bepalingen in het Wetboek van Strafvordering betrekking hebben als het gaat om het vorderen van gegevens. Het gaat over identificerende gegevens (art. 126nc Sv), algemene gegevens (art. 126nd Sv), toekomstige gegevens (126ne Sv) en soms zelfs gevoelige gegevens (art. 126nf Sv). 11 De gegevens in de zin van genoemde bepalingen zijn geen voorwerpen die vatbaar zijn voor inbeslagneming op grond van artikel 94 Sv. Het gaat hierbij om geautomatiseerd opgeslagen bestanden. De vordering tot het verstrekken van opgeslagen of vastgelegde gegevens voorkomt dat zwaardere dwangmiddelen moeten worden ingezet zoals doorzoeking of de vordering tot uitlevering van computers, servers of andere gegevensdragers. Als gevolg van de systematiek van de bepalingen is een verzoek tot vrijwillige uitlevering van de gevraagde gegevens niet mogelijk. Degene aan wie een vordering tot het verstrekken van gegevens is gericht, is verplicht daaraan te voldoen. In dit licht is het van groot belang dat de vordering gepaard gaat met een goede motivering waaruit duidelijk wordt waarom het belang van de opsporing zwaarder weegt dan de journalistieke belangen en de vrije nieuwsgaring. Als gevolg van de systematiek van de bepalingen is een verzoek tot vrijwillige uitlevering van de gevraagde gegevens niet mogelijk. Degene aan wie een vordering tot het verstrekken van gegevens is gericht, is verplicht daaraan te voldoen. In dit licht is het van groot belang dat de vordering gepaard gaat met een goede motivering waaruit duidelijk wordt waarom het belang van de opsporing zwaarder weegt dan de journalistieke belangen en de vrije nieuwsgaring. Tegen de toepassing van het dwangmiddel vordering van gegevens kan bij de raadkamer op grond van art. 552a Sv een klaagschrift worden ingediend door de persoon of instantie tot wie de vordering was gericht. De rechter toetst of de opsporingsambtenaren op juiste gronden gebruik hebben gemaakt van de hun toegekende bevoegdheden. Het ligt in de rede om, naar analogie met de hiervoor genoemde procedure bij inbeslagneming, ook in het geval van het vorderen van gegevens een extra waarborg voor journalisten in de procedure in te bouwen. Dit voorkomt de situatie dat het OM al gebruik maakt of kennis neemt van de gevorderde gegevens voordat een rechter zich over de rechtmatigheid heeft uitgelaten. Praktisch gezien ziet de procedure er dan als volgt uit: 1. De officier van justitie vordert formeel de IP-adressen op grond van art. 126nc Sv bij de journalistieke website. De vordering moet voldoende concreet zijn en mag niet in de vorm van een (door een opsporingsambtenaar gedaan) verzoek om vrijwillige medewerking aan de journalist worden voorgelegd; 2. Indien de journalist het niet eens is met de vordering of anderszins de rechtmatigheid in twijfel trekt, wordt hem de mogelijkheid gegeven de gegevens te laten verzegelen en zich terstond in een art. 552a Sv-procedure te beklagen bij de raadkamer. Het OM neemt géén kennis en maakt géén gebruik van de gegevens voordat het rechterlijk college zich over de rechtmatigheid van de vordering heeft uitgelaten. In geval de journalist de mogelijkheid wordt geboden het materiaal verzegeld over te dragen en een klaagschrift ex 552a Sv bij de raadkamer in te dienen moet met het volgende rekening worden gehouden. Artikel 552a Sv bepaalt dat het klaagschrift zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen twee jaar na de inbeslagneming moet worden ingediend. Met het oog op de voortgang van het onderzoek doet de officier van justitie er dan ook verstandig aan om de journalist te laten weten dat hij overgaat tot het onderzoeken van het materiaal indien niet binnen twee weken een mededeling is ontvangen dat een klaagschrift ex artikel 552a Sv bij de raadkamer is ingediend. 6. De journalist als verdachte Het is mogelijk dat een journalist ten behoeve van de uitoefening van zijn beroep een strafbaar feit pleegt. In dat geval wil de journalist door het plegen van een strafbaar feit de aandacht vestigen op een onderwerp van maatschappelijk belang. Indien de journalist op heterdaad wordt betrapt bij het plegen van het delict zullen de gebruikelijke dwangmiddelen in beginsel kunnen worden toegepast. Of ook vervolging voor het gepleegde misdrijf in deze gevallen is geïndiceerd, hangt mede af van: 1. De vraag of de journalist een actieve of een passieve rol heeft gespeeld bij het plegen van het strafbare feit; 2. De vraag of het noodzakelijk is geweest dat de journalist een strafbaar feit pleegde om de maatschappelijke relevantie van het onderwerp te duiden en zo ja, of hetzelfde effect ook niet met 11 Hier worden nadrukkelijk niet art. 126n en art. 126na Sv als grond genoemd omdat de daarin genoemde verkeers- en gebruikersgegevens slechts bij communicatiediensten mogen worden gevorderd. Ingevolge artikel 126la Sv wordt onder communicatie in dit verband verstaan niet voor het publiek bestemde communicatie die plaatsvindt met gebruikmaking van de diensten van een aanbieder van een communicatiedienst. 5 Staatscourant 2012 nr februari 2012

6 andere, minder verstrekkende methoden had kunnen worden bereikt. De journalist die actief strafbare feiten pleegt neemt het risico dat hij voorwerp wordt van strafrechtelijk onderzoek. De speelruimte van een journalist neemt af naarmate zijn goede trouw geringer is en hij zich minder gelegen laat liggen aan de ethische normen van zijn eigen professie. De verslaggever die inbreekt om een vertrouwelijk rapport in handen te krijgen zal in beginsel op weinig clementie kunnen rekenen, zeker als het gaat om de beslissing dwangmiddelen toe te passen. Aan de andere kant moet worden aangenomen dat in die gevallen dat een journalist zorgvuldig te werk is gegaan, het om een relatief licht vergrijp gaat en de journalist een werkelijk passieve rol heeft vervuld, zijn vervolging niet snel opportuun is en bijgevolg de toepassing van dwangmiddelen evenmin. In het geval van een journalist die zelf strafbare feiten heeft gepleegd kan in het algemeen de volgende lijn worden aangehouden: 1. Uitgangspunt is dat ook journalisten zich aan wettelijke voorschriften hebben te houden en geen strafbare feiten mogen plegen; 2. Als de journalist in het kader van zijn beroepsuitoefening een strafbaar feit heeft gepleegd, hangt het van de verhouding tussen enerzijds het gepleegde delict en anderzijds de mogelijke maatschappelijke relevantie van het onderwerp dat wordt aangesneden af of het toepassen van dwangmiddelen en vervolging van de journalist geïndiceerd zijn In het geval de journalist er voor had kunnen kiezen om de publicatie te vervaardigen zonder strafbare feiten te plegen, is het feit dat het gaat om een journalistieke productie geen beletsel voor een strafvervolging. 4. In het geval dat aan de journalist minder verstrekkende methodes ten dienste stonden is het feit dat het gaat om een journalistieke productie eveneens geen beletsel voor een strafvervolging 2. 1 Zie bv. arrest Hof Amsterdam van 28 april 2011, LJN BQ2981. Het hof besliste in deze zaak dat bij weging van het maatschappelijk belang van de door de journalist verzorgde uitzendingen tegenover het belang van een strafrechtelijke vervolging van de door de journalist daarbij gepleegde strafbare feiten, de balans doorsloeg in het voordeel van de journalist. 2 LJN: AY8343. Een uitzondering geldt voor de situatie dat een journalist weliswaar wordt verdacht van het plegen van een strafbaar feit, maar daarbij tevens een bron van de journalist in het geding is. In deze gevallen dient de hiervoor in paragraaf 3 en 4 beschreven werkwijze te worden gevolgd. 7. Gevoelige zaken Zaken waarbij de officier van justitie voornemens is dwangmiddelen tegen journalisten toe te passen, zijn gevoelige zaken. De toepassing van dwangmiddelen en de vervolging van journalisten geschiedt slechts na overleg met de parketleiding. De parketleiding informeert vervolgens het College van procureurs-generaal over een voorgenomen beslissing. OVERGANGSRECHT De beleidsregels in deze aanwijzing hebben gelding vanaf de datum van inwerkingtreding. 6 Staatscourant 2012 nr februari 2012

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing toepassing dwangmiddelen en opsporingsbevoegdheden bij journalisten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing toepassing dwangmiddelen en opsporingsbevoegdheden bij journalisten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 52664 26 september 2018 Aanwijzing toepassing dwangmiddelen en opsporingsbevoegdheden bij journalisten Rechtskarakter:

Nadere informatie

Handleiding voor de deken ter waarborging van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van advocaten bij extern onderzoek.

Handleiding voor de deken ter waarborging van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van advocaten bij extern onderzoek. Handleiding voor de deken ter waarborging van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van advocaten bij extern onderzoek Maart 2013 Vastgesteld door de algemene raad op 4 maart 2013 1 Voorwoord

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing vorderen gegevens derdengeldenrekening notaris

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing vorderen gegevens derdengeldenrekening notaris STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5111 28 februari 2013 Aanwijzing vorderen gegevens derdengeldenrekening notaris Categorie: Opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing

Nadere informatie

Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten

Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten JU Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten Categorie: Opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureursgeneraal

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19141 31 oktober 2011 Aanwijzing paspoortsignalering Categorie: opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van artikel

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 JU Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat:

Nadere informatie

SCHOTELANTENNES. Wettelijk kader

SCHOTELANTENNES. Wettelijk kader SCHOTELANTENNES Ondanks de technologische ontwikkelingen met betrekking tot de ontvangst van televisiesignalen blijven schotelantennes populair om televisie mee te kijken. Ook VvE s worden geconfronteerd

Nadere informatie

OMGAAN MET OPSPORINGSVERZOEKEN ARNOUD ENGELFRIET, M.SC., M.A. PARTNER, ICTRECHT ADVIESBUREAU

OMGAAN MET OPSPORINGSVERZOEKEN ARNOUD ENGELFRIET, M.SC., M.A. PARTNER, ICTRECHT ADVIESBUREAU OMGAAN MET OPSPORINGSVERZOEKEN ARNOUD ENGELFRIET, M.SC., M.A. PARTNER, ICTRECHT ADVIESBUREAU VRIJWILLIG VRAGEN? Schending van grondrechten die een meer dan geringe inbreuk op de rechten van personen vormen,

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ; Besluit van, tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met een vergoeding voor de beurtelingse verlening van rechtsbijstand in het kader van politieverhoren Op de voordracht

Nadere informatie

Uitspraak Hoge Raad. met betrekking tot camerabeelden in en bij een ziekenhuis

Uitspraak Hoge Raad. met betrekking tot camerabeelden in en bij een ziekenhuis Uitspraak Hoge Raad met betrekking tot camerabeelden in en bij een ziekenhuis Hoge Raad In het voorjaar van 2018 heeft de Hoge Raad, het hoogste rechtscollege in Nederland, zich bezig gehouden met de vraag

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11749 30 juni 2011 Richtlijn Opiumwet, harddrugs 5.18 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

R e g i s t r a t i e k a m e r

R e g i s t r a t i e k a m e r R e g i s t r a t i e k a m e r..'s-gravenhage, 15 oktober 1998.. Onderwerp gegevensverstrekking door internet providers aan politie Op 28 augustus 1998 heeft er bij de Registratiekamer een bijeenkomst

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:2237

ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 26-04-2017 Datum publicatie 31-05-2017 Zaaknummer 08/910083-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Raadkamer

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 4981 23 maart 2011 Aanwijzing toepassing opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten Categorie: Opsporing

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing orgaandonatie bij niet-natuurlijke dood

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing orgaandonatie bij niet-natuurlijke dood STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 4646 26 maart 2010 Aanwijzing orgaandonatie bij niet-natuurlijke dood Categorie: Opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing

Nadere informatie

BESCHIKKING INZAKE VERZOEK EX ARTIKEL 475 Jo 460 VAN HET WETBOEK VAN STRAFVORDERING

BESCHIKKING INZAKE VERZOEK EX ARTIKEL 475 Jo 460 VAN HET WETBOEK VAN STRAFVORDERING HET HOF VAN JUSTITIE VAN SURINAME BESCHIKKING INZAKE VERZOEK EX ARTIKEL 475 Jo 460 VAN HET WETBOEK VAN STRAFVORDERING Gelezen het namens [klager] ingediend verzoekschrift, welke ertoe strekt dat het Hof

Nadere informatie

Rapport. Datum: 4 mei 2007 Rapportnummer: 2007/086

Rapport. Datum: 4 mei 2007 Rapportnummer: 2007/086 Rapport Datum: 4 mei 2007 Rapportnummer: 2007/086 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de officier van justitie te Groningen op 10 februari 2006 heeft geweigerd haar een kopie te verstrekken van de foto

Nadere informatie

Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders

Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders Instructie vernietiging geïntercepteerde gesprekken met geheimhouders Categorie : strafvordering Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat: Hoofden van de parketten Registratienummer: 2002I003

Nadere informatie

Kwalificatiedossier: BOA OV Module 5 Samenwerking en assistentieverlening Toetsvorm: 20 Gesloten vragen Toetsduur: 45 minuten Cesuur: 68%

Kwalificatiedossier: BOA OV Module 5 Samenwerking en assistentieverlening Toetsvorm: 20 Gesloten vragen Toetsduur: 45 minuten Cesuur: 68% walificatiedossier: BOA OV Module 5 Samenwerking en assistentieverlening Toetsvorm: 20 Gesloten vragen Toetsduur: 45 minuten Cesuur: 68% Onderwerp Begrip/Artikel Toetsterm I. Het functioneren binnen en

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 489 Wet van 6 december 2017 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de economische delicten strekkende tot aanpassing van

Nadere informatie

1. De Rechtbank Amsterdam heeft op 30 december 2014 het door klager op de voet van art. 552a Sv ingediend klaagschrift ongegrond verklaard.

1. De Rechtbank Amsterdam heeft op 30 december 2014 het door klager op de voet van art. 552a Sv ingediend klaagschrift ongegrond verklaard. ECLI:NL:PHR:2016:86 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 05-01-2016 Datum publicatie 08-03-2016 Zaaknummer 15/02696 Formele relaties Rechtsgebieden Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2016:385, Gevolgd

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni Rapportnummer: 2012/101

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni Rapportnummer: 2012/101 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni 2012 Rapportnummer: 2012/101 2 Feiten Verzoekster was werkzaam bij het gerechtshof te Den Haag. Op

Nadere informatie

Handleiding controle FIOD. 12 tips voor bezoek FIOD (bij u als dienstverlener). Wat te doen (en waarom)?

Handleiding controle FIOD. 12 tips voor bezoek FIOD (bij u als dienstverlener). Wat te doen (en waarom)? Handleiding controle FIOD 12 tips voor bezoek FIOD (bij u als dienstverlener). Wat te doen (en waarom)? 1 Inleiding Een bezoek van de FIOD kan mogelijk verstrekkende gevolgen hebben voor uw klant. Maar

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8279 25 maart 2014 Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van art.

Nadere informatie

Datum 20 december 2012 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de inzet van paragnosten door de politie

Datum 20 december 2012 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de inzet van paragnosten door de politie 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Gemeentewet. Hoofdstuk IX. De bevoegdheid van de raad. Artikel 151b

Gemeentewet. Hoofdstuk IX. De bevoegdheid van de raad. Artikel 151b Verruiming fouilleerbevoegdheden, versie 6 april 2011 internetconsultatie: de relevante bepalingen van de huidige Gemeentewet en Wet wapens en munitie en van de toekomstige Politiewet 201x, met daarin

Nadere informatie

SCHOTELANTENNES. Daarnaast zijn er in de MR s nog meer artikelen terug te vinden die in deze

SCHOTELANTENNES. Daarnaast zijn er in de MR s nog meer artikelen terug te vinden die in deze SCHOTELANTENNES Ondanks de technologische ontwikkelingen met betrekking tot de ontvangst van televisiesignalen blijven schotelantennes populair om televisie mee te kijken. Ook VvE s worden geconfronteerd

Nadere informatie

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit III)

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn mishandeling en poging zware mishandeling (polarisnummer 5.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn mishandeling en poging zware mishandeling (polarisnummer 5. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22540 16 december 2011 Richtlijn mishandeling en poging zware mishandeling (polarisnummer 5.14) Categorie: strafvordering

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69445 1 december 2017 Aanwijzing vervolgingsbeslissing inzake late zwangerschapsafbreking en levensbeëindiging bij pasgeborenen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:9239

ECLI:NL:RBAMS:2016:9239 ECLI:NL:RBAMS:2016:9239 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 08-11-2016 Datum publicatie 23-01-2017 Zaaknummer 16/4106 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Rekestprocedure Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 Rapport Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 2 Klacht Verzoekers klagen erover dat het regionale politiekorps Utrecht hun verzoek om vergoeding van de schade als gevolg van een politieonderzoek in

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2017:2714

ECLI:NL:RBAMS:2017:2714 ECLI:NL:RBAMS:2017:2714 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 25-04-2017 Datum publicatie 01-05-2017 Zaaknummer RK 16/7321 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Rekestprocedure

Nadere informatie

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit III)

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9421 31 mei 2011 Richtlijn bedreiging 5.02 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel 130,

Nadere informatie

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling:

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling: 1-2-3 Aangiftewijzer Geweld, bedreiging en belediging tegen de gerechtsdeurwaarder Soms heeft de gerechtsdeurwaarder te maken met agressie en geweld. Helaas worden strafbare feiten niet altijd en automatisch

Nadere informatie

Inleiding. 1 Strafrecht

Inleiding. 1 Strafrecht Inleiding 1 Strafrecht Plaats van het strafrecht Het strafrecht is, net als bijvoorbeeld het staatsrecht en het bestuursrecht, onderdeel van het publiekrecht. Het publiekrecht regelt de betrekkingen tussen

Nadere informatie

INHOUD. 103 Fiscale fraude / Ten geleide / 1

INHOUD. 103 Fiscale fraude / Ten geleide / 1 INHOUD 103 Fiscale fraude /1 103.0 Ten geleide / 1 103.1 Inleiding / 17 103.1.1 Wat is belastingfraude? / 17 103.1.2 Hoe treedt belastingfraude aan het licht? / 17 103.1.3 Wettelijk kader / 17 103.1.3.a

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 027 Wijziging van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 in verband met de invoering van een onafhankelijke bindende toets voorafgaand

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 10250 16 april 2015 Samenwerkingsprotocol Autoriteit Consument en Markt, het Openbaar Ministerie, en Belastingdienst/FIOD

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

31 mei 2012 z2012-00245

31 mei 2012 z2012-00245 De Staatssecretaris van Financiën Postbus 20201 2500 EE DEN HAAG 31 mei 2012 26 maart 2012 Adviesaanvraag inzake openbaarheid WOZwaarde Geachte, Bij brief van 22 maart 2012 verzoekt u, mede namens de Minister

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE OPSPORING of HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN

STRAFRECHTELIJKE OPSPORING of HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN TOEZICHT BESTUURSRECHTELIJK Toezicht op de naleving van de wet Opsporing van strafbare feiten HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN Toezicht wordt uitgeoefend door toezichthouders.

Nadere informatie

Klachtenregeling NPO. conform Hoofdstuk 9 Algemene Wet Bestuursrecht

Klachtenregeling NPO. conform Hoofdstuk 9 Algemene Wet Bestuursrecht Klachtenregeling NPO conform Hoofdstuk 9 Algemene Wet Bestuursrecht 1 Klachtenregeling Nederlandse Publieke Omroep, als bedoeld in Hoofdstuk 9 Algemene Wet Bestuursrecht De Raad van Bestuur van de Nederlandse

Nadere informatie

Privacyreglement. 1. Begripsbepalingen

Privacyreglement. 1. Begripsbepalingen Privacyreglement Inleiding en doel Iedereen heeft recht op de bescherming van zijn of haar persoonlijke gegevens. Dit privacyreglement is opgesteld op basis van de Wet Bescherming Persoonsgegevens en beschrijft

Nadere informatie

Hoofdstuk 9 Awb: Klachtbehandeling

Hoofdstuk 9 Awb: Klachtbehandeling Hoofdstuk 9 Awb: Klachtbehandeling Titel 9.1. Klachtbehandeling door een bestuursorgaan Afdeling 9.1.1. Algemene bepalingen Art. 9:1. 1. Een ieder heeft het recht om over de wijze waarop een bestuursorgaan

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 171 Wet van 31 maart 2011 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten ter verbetering

Nadere informatie

Toetsmatrijs BOA Basisbekwaamheid rechtskennis 1 januari 2017

Toetsmatrijs BOA Basisbekwaamheid rechtskennis 1 januari 2017 walificatiedossier: BOA Basisbekwaamheid Rechtskennis Geldig vanaf 1 januari 2017 Toetsvorm: Toetsduur: Cesuur: 50 Gesloten vragen 90 minuten 55% met correctie voor de gokkans Onderwerp Begrip/Artikel

Nadere informatie

WKPV I Lesboek 2018/2019

WKPV I Lesboek 2018/2019 WKPV I Lesboek 2018/2019 Inhoud Wettelijke Kaders Publieke Veiligheid I Lesboek Inhoud Geschreven door: Dirk van den Heuvel 3 Colofon Copyright Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar

Nadere informatie

1. In artikel 126nba, eerste lid, onderdeel d, wordt het woord verwerkt telkens vervangen door : opgeslagen.

1. In artikel 126nba, eerste lid, onderdeel d, wordt het woord verwerkt telkens vervangen door : opgeslagen. 34 372 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND HOOFDSTUK 1. DEFINITIES Artikel 1. Definities In deze regeling worden de volgende definities gebruikt: betrokkene: degene die al dan niet in

Nadere informatie

Advies Ontwerpbesluit tot vaststelling van nadere regels voor het vastleggen en bewaren van kentekengegevens

Advies Ontwerpbesluit tot vaststelling van nadere regels voor het vastleggen en bewaren van kentekengegevens Advies Ontwerpbesluit tot vaststelling van nadere regels voor het vastleggen en bewaren van kentekengegevens Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen

Nadere informatie

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon;

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; Privacyreglement ArboVitale ArboVitale vindt het belangrijk dat u uitleg krijgt over hoe ArboVitale persoonsgegevens beschermt en hoe onze medewerkers om gaan met privacygevoelige informatie. Paragraaf

Nadere informatie

Eerste Kamer Staten-Generaal 1

Eerste Kamer Staten-Generaal 1 Eerste Kamer Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008-2009 31324 (R1844) Wijziging van de Paspoortwet in verband met het herinrichten van de reisdocumentenadministratie A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN RIJKSWET 20

Nadere informatie

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe,

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, X Z (belanghebbende), \ beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013. Bij brief van 11 oktober 2013 heeft de griffier mij

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 Rapport Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 2 Klacht Verzoeker, slachtoffer van poging doodslag gepleegd door zijn ex-vriendin op 10 december 1999, klaagt erover dat het arrondissementsparket te

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Datum: 30 december 2013 Rapportnummer: 2013/213 2 Feiten Verzoeker is

Nadere informatie

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: Artikel I wordt als volgt gewijzigd: 34 720 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de economische delicten strekkende tot aanpassing van enkele bepalingen betreffende de uitvoering van bijzondere opsporingsbevoegdheden

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1318

ECLI:NL:RVS:2017:1318 ECLI:NL:RVS:2017:1318 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-05-2017 Datum publicatie 17-05-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201607764/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302) verstaan onder:

In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302) verstaan onder: Privacy Reglement Second Chance Force Versie 1.1, datum 31-03-2015 PARAGRAAF 1: Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming

Nadere informatie

AANWIJZING OPSPORING EN VERVOLGING BIJ MELDING VAN VOORVALLEN IN DE BURGERLUCHTVAART

AANWIJZING OPSPORING EN VERVOLGING BIJ MELDING VAN VOORVALLEN IN DE BURGERLUCHTVAART AANWIJZING OPSPORING EN VERVOLGING BIJ MELDING VAN VOORVALLEN IN DE BURGERLUCHTVAART Categorie : Opsporing, vervolging Rechtskarakter : Aanwijzing i.d.z.v. art. 130, lid 4, Wet RO Afzender : College van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 366 Gegevensvergaring in strafvordering Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

KLACHTEN- EN PRIVACYREGLEMENT NEW TARGET VISION BV (met betrekking tot verwerking persoonsgegevens)

KLACHTEN- EN PRIVACYREGLEMENT NEW TARGET VISION BV (met betrekking tot verwerking persoonsgegevens) KLACHTEN- EN PRIVACYREGLEMENT NEW TARGET VISION BV (met betrekking tot verwerking persoonsgegevens) Artikel 1 - Begripsbepaling In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet Bescherming

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. 32 194 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten ter verbetering van de toepassing van de maatregel ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

Privacyreglement Spoor 3 BV. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder:

Privacyreglement Spoor 3 BV. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder: Privacyreglement Spoor 3 BV Artikel 1. Begripsbepalingen Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder: de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) het reglement:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:234

ECLI:NL:RBOVE:2017:234 ECLI:NL:RBOVE:2017:234 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 23-01-2017 Zaaknummer 17/39 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Raadkamer Klaagschrift.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21893 30 oktober 2012 Richtlijn verzet bij aanhouding 5.31 Categorie strafvordering Rechtskarakter aanwijzing i.d.z.v.

Nadere informatie

WvSr De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie vaststellen of het om een wet in materiële of formele zin gaat.

WvSr De kandidaat kan aan de hand van een gegeven situatie vaststellen of het om een wet in materiële of formele zin gaat. Kennisonderdeel Wettelijke Kaders Milieu Generiek oetsvorm Gesloten vragen Hulpmiddelen Geen Duur 70 minuten (1 uur en 10 minuten) Cesuur 67% Onderwerp Artikel/begrip oetsterm 1.1 Strafrecht algemeen WvSr

Nadere informatie

HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN

HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN Toezicht wordt uitgeoefend door toezichthouders. Toezichthouders kunnen echter ook opsporingsbevoegdheden hebben; vraag daarom altijd naar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 685 Regeling van DNA-onderzoek bij veroordeelden (Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN

AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN Categorie : opsporing Rechtskarakter : aanwijzing in de zin van art. 130 lid 4 Wet RO Afzender : College van procureurs-generaal Adressaat : Hoofden van

Nadere informatie

PRIVACYREGLEMENT. maakt werk van de apotheek. Stichting Bedrijfsfonds Apotheken. Paragraaf 1. Algemene bepalingen

PRIVACYREGLEMENT. maakt werk van de apotheek. Stichting Bedrijfsfonds Apotheken. Paragraaf 1. Algemene bepalingen maakt werk van de apotheek Postbus 219 3430 AE Nieuwegein T 030 600 85 20 F 030 600 85 20 E sba@sbaweb.nl W www.sbaweb.nl PRIVACYREGLEMENT Stichting Bedrijfsfonds Apotheken Paragraaf 1 Artikel 1 Artikel

Nadere informatie

Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van t/m heden

Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van t/m heden Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van 01-01-2013 t/m heden Wet van 29 mei 2006 tot vaststelling van regels met betrekking tot de bijzondere opsporingsdiensten en de instelling van het functioneel

Nadere informatie

Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties ( )

Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties ( ) Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties (2016.01) Rechtskarakter Aanwijzing i.d.z.v. artikel 5 lid 4 Rijkswet Openbare Ministeries Afzender Procureur-generaal van Curaçao, van Sint-Maarten,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 42315 25 juli 2017 Aanwijzing feitgecodeerde misdrijven, overtredingen en muldergedragingen Rechtskarakter: Aanwijzing

Nadere informatie

Vrijwillige verstrekking aan politie en justitie van persoonsgegevens door telecommunicatieaanbieders

Vrijwillige verstrekking aan politie en justitie van persoonsgegevens door telecommunicatieaanbieders Dit informatieblad is bestemd voor de verantwoordelijke, dat is degene die voor eigen doeleinden persoonsgegevens van anderen gebruikt. DIT INFORMATIEBLAD GAAT IN OP DE VOL- GENDE VRAGEN: Voor wie is dit

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 324 (R 1844) Wijziging van de Paspoortwet in verband met het herinrichten van de reisdocumentenadministratie Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET Wij

Nadere informatie

Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1

Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1 Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1 Gelet op artikel 55 lid 3 Verordening EU 2016/679 en artikel 45 lid 2 van de Richtlijn EU 2016/680, gehoord

Nadere informatie

van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State). 1 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en enkele andere wetten in verband met de regeling van bevoegdheden tot het vorderen van gegevens (bevoegdheden vorderen gegevens) MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

ACM Werkwijze geheimhoudingsprivilege advocaat 2014

ACM Werkwijze geheimhoudingsprivilege advocaat 2014 ACM Werkwijze geheimhoudingsprivilege advocaat 2014 Autoriteit Consument en Markt ; Gelet op de artikelen 5:17 en 5:20, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 51 en 89 van de Mededingingswet,

Nadere informatie

Privacyreglement. Artikel 1. Bereik

Privacyreglement. Artikel 1. Bereik Privacyreglement Privacyreglement Artikel 1. Bereik 1.1 Dit reglement is van toepassing op de geheel of gedeeltelijk geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens. Het is eveneens van toepassing op

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Wet vervoer gevaarlijke stoffen ten aanzien van vervoer over de weg

Richtlijn voor strafvordering Wet vervoer gevaarlijke stoffen ten aanzien van vervoer over de weg JU Richtlijn voor strafvordering Wet vervoer gevaarlijke stoffen ten aanzien van vervoer over de weg Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van art. 130 lid 4 Wet RO Afzender: College

Nadere informatie

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao Aanwijzing Slachtofferzorg Parket Curaçao Samenvatting Deze aanwijzing stelt regels betreffende de bejegening van slachtoffers van misdrijven, zoals zeden, geweld- en verkeersmisdrijven. Daarbij worden

Nadere informatie

DPENBAAR MINISTERIE. Parket-Generaal. Postbus 20305, 2500 EH Den Haag Prins Clauslaan AJ Den Haag NRC Handelsblad T www,om.

DPENBAAR MINISTERIE. Parket-Generaal. Postbus 20305, 2500 EH Den Haag Prins Clauslaan AJ Den Haag NRC Handelsblad T www,om. DPENBAAR MINISTERIE Parket-Generaal Postbus 20305, 2500 EH Den Haag Prins Clauslaan 16 2595AJ Den Haag NRC Handelsblad T+31 886991100 Postbus 20673 1001 NR Amsterdam www,om.nl Datum 17 oktober 2018 ij

Nadere informatie

Privacyreglement. verwerking persoonsgegevens. ROC Nijmegen

Privacyreglement. verwerking persoonsgegevens. ROC Nijmegen Privacyreglement verwerking persoonsgegevens ROC Nijmegen Laatstelijk gewijzigd in april 2014 Versie april 2014/ Voorgenomen vastgesteld door het CvB d.d. 12 juni 2014 / Instemming OR d.d. 4 november 2014

Nadere informatie

Onderwerp: Uitvoeringsregeling informatieverstrekking 2014. De directeur van de gemeenschappelijke regeling Cocensus ;

Onderwerp: Uitvoeringsregeling informatieverstrekking 2014. De directeur van de gemeenschappelijke regeling Cocensus ; Besluit 2013/D007 Onderwerp: Uitvoeringsregeling informatieverstrekking 2014. De directeur van de gemeenschappelijke regeling Cocensus ; gericht op de uitvoering van de werkzaamheden welke op grond van

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage

Nadere informatie

Privacyreglement. WerkPro privacyreglement pagina: 1 van 5 Versiedatum: Eigenaar: Bedrijfsjurist

Privacyreglement. WerkPro privacyreglement pagina: 1 van 5 Versiedatum: Eigenaar: Bedrijfsjurist Privacyreglement 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een herkenbaar persoon; verwerking van persoonsgegevens:

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid van de behandeling van zaken betreffende personen- en familierecht MEMORIE VAN

Nadere informatie

Rapport. Datum: 1 december 2006 Rapportnummer: 2006/377

Rapport. Datum: 1 december 2006 Rapportnummer: 2006/377 Rapport Datum: 1 december 2006 Rapportnummer: 2006/377 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de beheerder van het regionale politiekorps Midden en West Brabant bij brief gedateerd 10 februari 2005 zijn

Nadere informatie

De Registratiekamer voldoet hierbij gaarne aan uw verzoek.

De Registratiekamer voldoet hierbij gaarne aan uw verzoek. R e g i s t r a t i e k a m e r Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid..'s-Gravenhage, 19 januari 1999.. Onderwerp AMvB informatieplicht banken Bij brief van 8 oktober 1998 heeft u de Registratiekamer

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de economische delicten met het oog op het vergroten van de mogelijkheden tot opsporing, vervolging, alsmede het voorkomen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21892 30 oktober 2012 Richtlijn belediging 5.03 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2005:AV1120

ECLI:NL:GHSHE:2005:AV1120 ECLI:NL:GHSHE:2005:AV1120 Instantie Datum uitspraak 27-09-2005 Datum publicatie 06-02-2006 Zaaknummer K05/0167 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Strafrecht

Nadere informatie

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt.

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt. Discussienota van het Hof van Justitie van de Europese Unie over bepaalde aspecten van de toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele

Nadere informatie

Notitie geheimhouding

Notitie geheimhouding Notitie geheimhouding Gemeente Harlingen.. Augustus 2016 INHOUD 1. INLEIDING... 3 2. GEHEIMHOUDING... 3 3. GEVOLGEN GEHEIMHOUDING... 4 4. GEHEIM EN VERTROUWELIJK... 4 5. OPENBAAR EN NIET-OPENBAAR... 4

Nadere informatie