2016 Mercury Marine VesselView 502 en M nld
|
|
- Katrien Beckers
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 2016 Mercury Marine VesselView 502 en 702 8M nld
2
3 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Conformiteitsverklaring... 2 VesselView Testrapporten...2 Betrokken aangemelde instantie...2 VesselView Testrapporten...3 Betrokken aangemelde instantie...3 Overzicht VesselView... 3 Onderdelen van het VesselView scherm en hun beschrijving... 4 Overzicht VesselView 502 bedieningselementen op voorkant... 6 Gebruik van de bedieningselementen op de voorkant van de VesselView Aansluitingen op het achterpaneel van de VesselView Overzicht VesselView 702 bedieningselementen op voorkant... 7 Gebruik van de bedieningselementen op de voorkant van de VesselView Aansluitingen op het achterpaneel van de VesselView Overzicht VesselView Link... 8 VesselView verbindingsaansluitingen...8 Scherm met suggesties voor veilig varen... 9 Updaten van de VesselView software... 9 Automatische zoekactie via wifi... 9 Gebruik van de Micro SD kaart...9 Ophalen van de meest recente software Updaten van de software voor de VesselView Link Module Schermopnamen maken...17 Andere menu's dan die van Mercury Marine Kalibratie van het touchscreen Opstarten Onderhoudsbeurten voor de motor...24 Onderhoud van het apparaat Displayscherm reinigen...26 Schoonmaken van de mediapoort Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Het adviesscherm bij het opstarten van VesselView Het welkomstscherm Instelwizard Import Configuration (configuratie importeren) Motor instellen...31 Weergave instellen Systeem instellen Units Setup (instelling eenheden) Tank Configuration (tankconfiguratie) Speed Setup (snelheidsinstelling)...37 Installatiehulp afsluiten...38 De gegevensbron instellen Gegevensbronnen Gegevensschermen vergroten Instrumentenbalk Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Brandstofbesparingsmodus ECO Smart Tow modus Smart Tow (Sleepfunctie) Kenmerken Smart Tow uitschakelen Cruise control modus...54 Cruisecontrol Cruise control modus inschakelen Langzaam varen modus Regeling langzaam varen Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Systeeminstellingen Navigeren naar het menu Settings (instellingen)...62 Plaats van roeren en instrumenten...62 Instelwizard...63 Simulate (Simuleren) Vaartuiginstellingen Tabs (Trimvinnen) Brandstoftanks...65 Speed (Snelheid) Sturen Vessel Control (Bootbesturing)...71 Cameras Installed (Camera's geïnstalleerd) Genset Enabled (Genset ingeschakeld) Maintenance Notification (Onderhoudsmelding) Sea Temp (Zeewatertemperatuur) Motorinstellingen...74 Engines Shown (Getoonde motoren) Engine Model (Motormodel) Limits (Grenswaarden) Supported Data (Ondersteunde gegevens)...77 ECO Mode (ECO modus)...78 Cruise/Smart Tow Type (Type Cruise control/smart Tow)...79 Trim (Trimmen) Alarms (Alarmen) Instelling Alarms (Alarmen) M nld JUNI 2016 Bladzijde i
4 Personality File (Personality bestand) Export (Exporteren) Import (importeren) Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Waarschuwingen Storingen en alarmen Waarschuwingen Storingen en alarmen Alarmen voor ondiep water en bijna lege brandstoftank Bladzijde ii 90-8M nld JUNI 2016
5 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 1 Conformiteitsverklaring... 2 VesselView Testrapporten... 2 Betrokken aangemelde instantie... 2 VesselView Testrapporten... 3 Betrokken aangemelde instantie... 3 Overzicht VesselView... 3 Onderdelen van het VesselView scherm en hun beschrijving... 4 Overzicht VesselView 502 bedieningselementen op voorkant... 6 Gebruik van de bedieningselementen op de voorkant van de VesselView Aansluitingen op het achterpaneel van de VesselView Overzicht VesselView 702 bedieningselementen op voorkant... 7 Gebruik van de bedieningselementen op de voorkant van de VesselView Aansluitingen op het achterpaneel van de VesselView Overzicht VesselView Link... 8 VesselView verbindingsaansluitingen... 8 Scherm met suggesties voor veilig varen... 9 Updaten van de VesselView software... 9 Automatische zoekactie via wifi... 9 Gebruik van de Micro SD kaart... 9 Ophalen van de meest recente software Updaten van de software voor de VesselView Link Module Schermopnamen maken Andere menu's dan die van Mercury Marine Kalibratie van het touchscreen Opstarten Onderhoudsbeurten voor de motor Onderhoud van het apparaat Displayscherm reinigen Schoonmaken van de mediapoort M nld JUNI 2016 Bladzijde 1
6 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Conformiteitsverklaring VesselView 502 Mercury Marine verklaart dat het volgende product, waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan de eisen van EUrichtlijn 1999/5/EG R&TTE (Radio and Telecommunication Terminal Equipment), en voldoet aan alle van toepassing zijnde technische regelgeving. De beoordeling heeft plaatsgevonden overeenkomstig Annex IV van bovenstaande richtlijn. Product Mercury Marine VesselView 502 Dit product is beproefd conform de onderstaande normen. Standaard EN :2006 IEC 60945:2002 EN V1.9.2 EN V1.9.1 EN V1.4.1 Testrapporten Beschrijving Information technology equipment - Safety - Part 1: General requirements covering the essential requirements of article 3.1 (a) of the R&TTE Directive Maritime navigation and radiocommunication equipment and systems - General requirements - Methods of testing and required test results. Covering essential requirements of article 3.1(b) of the R&TTE Directive. Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM); ElectroMagnetic Compatibility (EMC) standard for radio equipment and services; Part 1: Common technical requirements [RTTE Article 3(1)(b)]. Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM); Wideband transmission systems; Data transmission equipment operating in the 2,4 GHz ISM band and using wide band modulation techniques; Harmonized EN covering essential requirements under article 3.2 of the R&TTE Directive. Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM); Short range devices; Radio equipment to be used in the 1 GHz to 40 GHz frequency range; Part 2: Harmonized EN covering the essential requirements of article 3.2 of the R&TTE Directive. Laboratorium Austest Laboratories 0419NAVGO5XSE_60950 EMC Technologies _1, _2 SPORTON LAB EH3N , ER4O2349 Nummer rapport Betrokken aangemelde instantie MET Laboratories, Inc. Naam Adres NB-nummer 914 West Patapsco Avenue, Baltimore, Maryland , Verenigde Staten. Ik, ondergetekende, verklaar bij deze dat de hierboven vermelde apparatuur voldoet aan de eisen van bovenstaande richtlijn en de normen voor CE-markering voor verkoop in de Europese Gemeenschap. Gevolmachtigd vertegenwoordiger Adres Mercury Marine, W6250 Pioneer Road, P.O. Box 1939 Fond du Lac, WI John Pfeifer, President, Mercury Marine 0980 Handtekening Datum De koper, installateur en gebruiker worden gewezen op de speciale maatregelen en beperkingen voor gebruik die in aanmerking moeten worden genomen als het product in gebruik wordt genomen teneinde naleving van bovenstaande richtlijnen te behouden. Meer informatie over deze speciale maatregelen en beperkingen vindt u in de handleidingen van de producten in kwestie. VesselView 702 Mercury Marine verklaart dat het volgende product, waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan de eisen van EUrichtlijn 1999/5/EG R&TTE (Radio and Telecommunication Terminal Equipment), en voldoet aan alle van toepassing zijnde technische regelgeving. De beoordeling heeft plaatsgevonden overeenkomstig Annex IV van bovenstaande richtlijn. Product Mercury Marine VesselView 702 Dit product is beproefd conform de onderstaande normen. Standaard EN :2006 IEC 60945:2002 Beschrijving Information technology equipment - Safety - Part 1: General requirements covering the essential requirements of article 3.1 (a) of the R&TTE Directive Maritime navigation and radiocommunication equipment and systems - General requirements - Methods of testing and required test results. Covering essential requirements of article 3.1(b) of the R&TTE Directive. Bladzijde M nld JUNI 2016
7 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Standaard EN V1.4.1 Testrapporten Beschrijving Electromagnetic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM); Short range devices; Radio equipment to be used in the 1 GHz to 40 GHz frequency range; Part 2: Harmonized EN covering the essential requirements of article 3.2 of the R&TTE Directive. Laboratorium EMC Technologies (NZ) Ltd , Austest Laboratories Betrokken aangemelde instantie MET Laboratories, Inc. Nummer rapport 0519NAVNS57evo2_60950, 0409NAVN5S7evo2_529 Naam Adres NB-nummer 914 West Patapsco Avenue, Baltimore, Maryland , Verenigde Staten. Ik, ondergetekende, verklaar bij deze dat de hierboven vermelde apparatuur voldoet aan de eisen van bovenstaande richtlijn en de normen voor CE-markering voor verkoop in de Europese Gemeenschap. Gevolmachtigd vertegenwoordiger Adres Mercury Marine, W6250 Pioneer Road, P.O. Box 1939 Fond du Lac, WI John Pfeifer, President, Mercury Marine 0980 Handtekening Datum De koper, installateur en gebruiker worden gewezen op de speciale maatregelen en beperkingen voor gebruik die in aanmerking moeten worden genomen als het product in gebruik wordt genomen teneinde naleving van bovenstaande richtlijnen te behouden. Meer informatie over deze speciale maatregelen en beperkingen vindt u in de handleidingen van de producten in kwestie. Overzicht VesselView BELANGRIJK: De VesselView is een multifunctionele display (MFD) die kan worden gebruikt met producten die zijn vervaardigd door Mercury Marine Outboards, Mercury MerCruiser en Mercury Diesel. De VesselView-software kan tevens worden geïnstalleerd op compatibele display-apparatuur van de merken Lowrance en Simrad. Sommige functies die in deze handleiding zijn uiteengezet zullen niet werken, afhankelijk van de motorinstallatie waarmee de eenheid is verbonden. BELANGRIJK: Het VesselView bootmanagementsysteem omvat twee onderdelen: de VesselView-unit en de VesselView Link Module. De VesselView Link leest de Mercury SmartCraft-gegevens en verzendt die informatie over het NMEA 2Knetwerk. VesselView is een uitgebreide functionaliteit die informatie over de boot weergeeft voor maximaal vier benzinemotoren of dieselmotoren. Het systeem registreert en meldt continu bedrijfsgegevens en verdere gedetailleerde informatie zoals de watertemperatuur en de waterdiepte, de trimstatus, de vaarsnelheid, de stuurhoek en de status van de tanks voor brandstof, olie, drinkwater en vuilwater. VesselView kan volledig geïntegreerd worden met het GPS-systeem van de boot of een ander apparaat dat geschikt is voor NMEA, zodat er direct informatie beschikbaar is over navigatie, vaarsnelheid en actieradius. De VesselView is een display-uitbreiding voor Autopilot- en joystickhandelingen. Alle functies van deze besturingsorganen worden geregeld via de CAN-pad (CAN = control area network) van de Mercury Marine Autopilot. VesselView geeft aan of de modus actief of stand-by is; er verschijnen pop-ups als een boot op een routepunt arriveert die om bevestiging voor een bocht vragen. Daarnaast kan aanvullende schermtekst worden gebruikt voor het afstellen van de motoren en aandrijvingen voor een maximaal rendement. De VesselView heeft tevens een poort voor een micro-sd-kaart waarmee de configuratie van de 'vessel personality' geïmporteerd kan worden. Die kan ook door de eigenaar worden gebruikt om naar de nieuwste softwareversie te upgraden. Als er meerdere VesselViews worden gebruikt voor een toepassing met drie of vier motoren of een tweede roer, kan deze micro-sd-kaart ook voor het downloaden van die configuraties naar elke VesselView-eenheid worden gebruikt. 90-8M nld JUNI 2016 Bladzijde 3
8 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Onderdelen van het VesselView-scherm en hun beschrijving Het VesselView-scherm is opgebouwd uit meerdere velden waarin motorgegevens en actieve modi worden weergegeven. Voor het activeren en weergeven van informatie op het touchscreen kan de gebruiker de volgende handbewegingen gebruiken. a b c a - Geeft aantikken van het scherm aan b - Geeft naar links of rechts swipen over het scherm aan c - Geeft omhoog of omlaag swipen over het scherm aan Bladzijde M nld JUNI 2016
9 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen l a k b d c j h i g f e a - Bij van buiten het touchscreen omlaag swipen over het touchscreen wordt het menu Systeem Controls (Bedieningselementen systeem) geopend. Hier kan de gebruiker de systeeminstellingen, de stand-bymodus, de helderheid en de draadloze opties selecteren en de instrumentenbalk rechts op het scherm weergeven. b - Als u dit onderdeel van het scherm aanraakt, worden de gegevens groter weergegeven. c - Als u dit onderdeel van het scherm aanraakt, vergroot u de gegevens verder en vullen deze het displaygedeelte van het scherm. d - Als u dit onderdeel van het scherm aanraakt terwijl de instrumentenbalk actief is, kunt u de in de instrumentenbalk weergegeven gegevens wijzigen of aanpassen. Boven de instrumentenbalk verschijnt dan de tab MENU. Op het tabblad MENU kunt u de tegels voor Autopilot of Audio in- en uitschakelen, de gegevens in balk 1 en balk 2 definiëren, aangeven hoelang de animatie van gegevens moet duren, en de opties voor gegevensweergave bewerken. e - Als u dit onderdeel van het scherm aanraakt, worden de gegevens op het scherm vergroot. f - Als u dit onderdeel van het scherm aanraakt, worden de trim- en tabgegevens op het scherm vergroot. g - Als u dit onderdeel van het scherm aanraakt, worden de gegevens op het scherm vergroot. h - Als u de tegels in dit onderdeel van het scherm aanraakt, wordt de geselecteerde Autopilot-functie geopend. i - Als u de Mercury-tab aanraakt, worden de motor- en vaartuiggegevens links op het scherm weergegeven. Dit is handig als het hoofdscherm is gevuld met de gegevensschermen voor Autopilot of wordt gebruikt met een vergrote gegevensdisplay. j - Als u de tab Vessel Control (Bootbesturing) aanraakt, wordt de aan Vessel View gekoppelde Autopilot-functie weergegeven. De keuzemogelijkheden zijn: Cruise Control, Troll Control, Smart Tow en ECO Mode. k - Druk op de X om het venster Vessel Control (Bootbesturing) samen te vouwen. l - Als u op de tab HOME drukt, wordt het HOME-scherm van de VesselView-eenheid geopend. Om dit scherm kunt u de Navico -kant van de MFD zien, met de bijbehorende functies, opties en instellingsmenu's. U start VesselView door de Mercury-tegel op dit scherm aan te raken. 90-8M nld JUNI 2016 Bladzijde 5
10 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Overzicht VesselView 502-bedieningselementen op voorkant a - aanraakscherm b - Poort voor Micro SD-kaart c - Aan/uit/helderheid scherm a c Gebruik van de bedieningselementen op de voorkant van de VesselView 502 Aanraakscherm: Het scherm op de VesselView 702 bevat diverse deelvensters die aanrakingsgevoelig zijn en die door aanraking of met verticale of horizontale swipebewegingen worden bediend. Poort voor Micro SD-kaart: Via de kaartlezer kunt u de VesselView-software upgraden, navigatiekaarten uploaden en routepunten en instellingen opslaan. Aan/uit/helderheid scherm: Druk hier een keer op om het dialoogvenster System Controls (Bedieningselementen systeem) weer te geven. Druk herhaaldelijk kort hierop om de instellingen voor de helderheid van de schermverlichting te doorlopen. Houd ingedrukt om de eenheid AAN/UIT te zetten. Aansluitingen op het achterpaneel van de VesselView 502 b c a b Item Functie Beschrijving a Voeding/NMEA 2K Voor aansluiting van de voeding/aansluiting op het NMEA 2K-netwerk b Poort voor Micro SD-kaart Voor het overzetten en opslaan van bestanden c Sonar Aansluitpunt voor sonar Bladzijde M nld JUNI 2016
11 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Overzicht VesselView 702-bedieningselementen op voorkant a STBY AUTO b c d e a - aanraakscherm b - HOME-knop c - Draaiknop d - X-knop e - Knop Stand-by/Auto f - Aan/uit/helderheid scherm g - Poort voor Micro SD-kaart f g Gebruik van de bedieningselementen op de voorkant van de VesselView 702 Aanraakscherm: Het scherm op de VesselView 702 bevat diverse deelvensters die aanrakingsgevoelig zijn en die door aanraking of met verticale of horizontale swipebewegingen worden bediend. HOME: Druk hier een keer op om de Home-pagina te openen. Druk herhaaldelijk kort hierop om de knoppen met Favorieten te doorlopen. Houd ingedrukt om het deelvenster Favorite (Favorieten) als overlay op een actieve pagina weer te geven. Druk herhaaldelijk kort hierop om de knoppen met Favorieten te doorlopen. Draaiknop: Draaien om door menu-items te lopen en indrukken om een selectie te bevestigen. Draaien om een waarde te wijzigen. Draaien om in/uit te zoomen in een deelvenster waar dat mogelijk is. X: Een keer drukken om een dialoogvenster te sluiten, naar een vorig menuniveau te gaan en om de cursor van het scherm te verwijderen. STBY/AUTO: Met Autopilot in een automatische modus: drukken om Autopilot in de modus stand-by te zetten. Met Autopilot in de modus stand-by: drukken om het pop-upvenster voor selectie van de Autopilot-modus te openen. Aan/uit/helderheid scherm: Druk hier een keer op om het dialoogvenster System Controls (Bedieningselementen systeem) weer te geven. Druk herhaaldelijk kort hierop om de instellingen voor de helderheid van de schermverlichting te doorlopen. Houd ingedrukt om de eenheid AAN/UIT te zetten. Poort voor Micro SD-kaart: Via de kaartlezer kunt u de VesselView-software upgraden, navigatiekaarten uploaden en routepunten en instellingen opslaan. Aansluitingen op het achterpaneel van de VesselView a b c d Item Functie Beschrijving a Ethernet Voor aansluiting op een Ethernet-netwerk b NMEA 2K Voor aansluiting op het NMEA 2K-netwerk c Video-ingang Twee ingangen voor composite video d Vermogen Dit is de voedingsverbinding 90-8M nld JUNI 2016 Bladzijde 7
12 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Overzicht VesselView Link VesselView Link integreert de SmartCraft-gegevens en het besturingssysteem op een boot met Mercury-motor(en) met specifieke instrumenten van Simrad en Lowrance, zodat u ook op de displays van die merken kunt beschikken over een geheel functionele Mercury VesselView gebruikersinterface. Er is een interface voor een enkele motor of een voor meerdere (twee tot vier) motoren beschikbaar, en Mercury VesselView Link wordt gemakkelijk onder het dashboard van de boot gemonteerd. Het systeem is ontworpen voor gebruik met de volgende instrumenten: VesselView 502 VesselView 702 Simrad NSS evo2 NSO evo2 marine processors Lowrance HDS Gen 2 Touch Lowrance HDS Gen 3 viszoeker/kaartplotters De nieuwe VesselView Link van Mercury biedt de gebruiker directe toegang tot de geavanceerde Mercury SmartCraftfuncties, waaronder: ECO-modus Instelling voor langzaam varen in stappen van 10 omw/min Cruise control op basis van toerental of vaarsnelheid Smart Tow, Tow Sport Launch Control System op basis van toerental of vaarsnelheid, met aanpasbare gebruikersvertrekprofielen en een nieuwe intuïtieve interface Beschrijvende storingstekst voor alle met de voorstuwing verband houdende problemen in 16 door de gebruiker te selecteren talen. VesselView-verbindingsaansluitingen a a - Aansluiting NMEA 2K b - Voedingsaansluiting SmartCraft c - Poort voor Micro SD-kaart b c Bladzijde M nld JUNI 2016
13 Scherm met suggesties voor veilig varen Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Telkens als VesselView wordt ingeschakeld nadat 30 seconden of langer is uitgeschakeld, verschijnt er een scherm met advies over veilig varen voor de bestuurder. Druk op de knop Accept (Aanvaarden) om verder te gaan Updaten van de VesselView-software Er zijn twee manieren om de VesselView-software te updaten. Automatische zoekactie via wifi De VesselView 502 heeft een wifimodule en Bluetooth-connectiviteit. Wanneer de unit wordt aangezet, zoekt hij met tussenpozen op internet om te zien of er op de website van Mercury Marine misschien een updatebestand beschikbaar is. Als er een update beschikbaar is, verschijnt er een bericht op het scherm en wordt de bestuurder gevraagd of deze de update wil aanvaarden. De VesselView 702 heeft internetconnectiviteit maar moet binnen het bereik van een wifi hotspot zijn, of er moet een mobiel apparaat als wifi hotspot worden ingesteld zodat op het internet kan worden gezocht naar eventuele beschikbaar updates op de website van Mercury Marine. Als er een update wordt gedetecteerd, wordt de bestuurder via een schermprompt begeleid bij de updateprocedure. Gebruik van de Micro SD-kaart Hieronder wordt uitgelegd hoe u de VesselView-software kunt updaten. Om het bestand met een nieuwe versie van de website van Mercury te downloaden hebt u toegang tot internet nodig. Daarnaast moet het bestand kunnen worden overgezet op een FAT of FAT 32 micro-sd-kaart. 1. Draai de contactsleutel naar aan en controleer of de VesselView aan staat. 2. Steek de micro-sd-kaart helemaal in de poort voor de micro-sd-kaart op de VesselView totdat hij vastklikt. 90-8M nld JUNI 2016 Bladzijde 9
14 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 3. Druk op de tab HOME boven aan het scherm om het Home-scherm te openen Veeg op het Home-scherm het linkervenster naar het pictogram Bestanden Selecteer My Files (Mijn bestanden) uit de weergegeven opties Bladzijde M nld JUNI 2016
15 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 6. Selecteer het bestand dat u van de website van Mercury hebt gedownload. Het in de volgende afbeelding getoonde bestand is slechts een voorbeeld, en toont niet de naam van het bestand dat u daadwerkelijk zult selecteren. 7. Selecteer de optie Upgrade (Upgraden) in het venster Details M nld JUNI 2016 Bladzijde 11
16 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 8. Selecteer OK in het venster Upgrade This Display (Deze display upgraden). VesselView geeft een voortgangsbalk weer waarop u kunt zien hoe ver de upgrade is gevorderd. Zet de display niet uit tijdens deze stap van het upgraden. VesselView toont nu kort een herstartscherm. Nadat VesselView weer is opgestart, kan het worden gebruikt met de bijgewerkte software. Ophalen van de meest recente software 1. De nieuwste software voor de VesselView en de Link Module kan algemeen online worden gedownload op de website van Mercury: Zet de VesselView aan om te bepalen welke softwareversie op uw VesselView is geïnstalleerd. Als VesselView al is ingeschakeld, swipet u van buiten het touchscreen omlaag naar het touchscreen om het menu Systeem Controls (Bedieningselementen systeem) te openen. Selecteer Settings (Instellingen) >System (Systeem)>About (Info) om de huidige versie van de VesselView-software te zien Bladzijde M nld JUNI 2016
17 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Selecteer het VesselView-product en klik op Download VesselView Update (VesselView-update downloaden). 3. Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen op uw computer kan er een veiligheidswaarschuwing verschijnen. Klik op Allow (toestaan) om door te gaan. 4. Maak een map op uw vaste schijf en sla het bestand in die map op. 5. Selecteer SAVE (Opslaan) als u wordt gevraagd of u wilt SAVE (Opslaan) of RUN (Uitvoeren) en sla het bestand op uw vaste schijf op. NB: Het bestand heeft gewoonlijk een omvang van MB. BELANGRIJK: Sommige browsers zullen de bestandsuitbreiding wijzigen. Controleer of de bestandsnaam en de extensie niet gewijzigd zijn. De correcte extensie na de bestandsnaam moet.upd zijn. U mag het bestand geen andere naam geven en de bestandsuitbreiding niet wijzigen. 6. Nadat het bestand op de harde schijf is opgeslagen, kopieert u het bestand naar de root van een lege micro-sd-kaart met FAT- of FAT 32-systeem van ten minste 512 MB. De root is het hoogste niveau op de kaart, het bestand komt dan niet in een map te staan. Updaten van de software voor de VesselView Link Module De VesselView Link Module kan via de VesselView-unit bijgewerkt worden. Software-updates voor de VesselView Link Module staan op de website van Mercury, op het scherm waar ook de software-updates voor VesselView zijn geplaatst. Zie de paragraaf Updaten van de VesselView-software. Hieronder wordt uitgelegd hoe u de VesselView-software kunt updaten. Om het bestand met een nieuwe versie van de website van Mercury te downloaden hebt u toegang tot internet nodig. Daarnaast moet het bestand kunnen worden overgezet op een FAT of FAT 32 micro-sd-kaart. NB: Het bestand heeft gewoonlijk een omvang van 30 MB. 1. Draai de contactsleutel naar aan en controleer of de VesselView aan staat M nld JUNI 2016 Bladzijde 13
18 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 2. Steek de micro-sd-kaart helemaal in de poort voor de micro-sd-kaart op de VesselView Link Module totdat hij vastklikt. a a - Aansluiting NMEA 2K b - Aansluiting SmartCraft/voeding c - Poort voor Micro SD-kaart b c Druk op de tab HOME boven aan het scherm om het Home-scherm te openen. Navigeer naar de optie Settings (Instellingen) in het linkervenster. Kies de optie Network (Netwerk). Selecteer vervolgens Device List (Instrumentenlijst) Bladzijde M nld JUNI 2016
19 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 4. Selecteer de VesselView Link Module uit de lijst van beschikbare instrumenten. De volgende afbeelding dient slechts als voorbeeld: het kan zijn dat uw VesselView Link Module als Single (Enkel) voor een toepassing met enkele motor wordt weergegeven. 5. Kies de optie Configure (Configureren) Controleer of de SD-kaart goed in de VesselView Link Module is gestoken en selecteer de optie Yes (Ja) M nld JUNI 2016 Bladzijde 15
20 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen 7. Selecteer de optie Upgrade (Upgraden) in het venster Device Configuration (Configuratie instrument). 8. VesselView geeft een voortgangsbalk weer waarop u kunt zien hoe ver de upgrade van de VesselView Link Module is gevorderd. Zet de display niet uit tijdens deze stap van het upgraden Bladzijde M nld JUNI 2016
21 Schermopnamen maken Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Op VesselView kunt u opnamen maken van complete schermen en deze opslaan, om ze later op een SD-kaart te downloaden. Als het apparaat is ingeschakeld en u een schermopname wilt maken, drukt u tegelijkertijd op de Aan/Uitknop en op de knop Home. Onder op het scherm verschijnt een informatietab met het nummer van de schermopname. Deze informatietab komt niet op de schermopname te staan. Op VesselView kunnen maximaal 32 schermopnamen worden opgeslagen. Het is een goed idee om een back-up van schermopnamen, routepunten, sporen en routes te maken op een SD-kaart of ander extern geheugenapparaat om het interne geheugen zo goed als mogelijk vrij te houden. Alle schermopnamen worden standaard opgeslagen in de map Screenshots (Schermopnamen) in My Files (Mijn bestanden). U opent de map My Files (Mijn bestanden) door van boven het touchscreen omlaag te swipen en zo de opties op de linkerkant van het scherm te openen. Selecteer Files (Bestanden) M nld JUNI 2016 Bladzijde 17
22 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Open de map My Files (Mijn bestanden) en navigeer naar de map Screenshots (Schermopnamen). In de map Screenshots (Schermopnamen) worden alle vastgelegde schermopnamen weergegeven. U kunt de opnamen op de SD-kaart kopiëren om ze over te zetten op een computer of mobiel apparaat U kunt de afzonderlijke schermopnamen openen door ze te selecteren. U kunt alle schermopnamen ook tegelijkertijd openen met behulp van het pictogram rechts in het venster Files (Bestanden). Door selectie van dit pictogram kunt u details van een schermopname bekijken, alle schermopnamen kopiëren of alle schermopnamen verwijderen Bladzijde M nld JUNI 2016
23 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Als u een afzonderlijke schermopname selecteert, wordt er een venster geopend met de opties View (Weergeven), Set as wallpaper (Als behang instellen), Copy (Kopiëren), Rename (Andere naam geven) en Delete (Verwijderen). Selecteer Copy (Kopiëren) om de afbeelding van de VesselView te downloaden Zorg dat er een SD-kaart is geladen in de VesselView, selecteer Memory Card (Geheugenkaart) als de bestemmingsmap en druk op OK. Selecteer de X rechtsboven op het scherm om het venster te sluiten. Dit brengt u terug naar de map Screenshots (Schermopnamen). Volg deze procedure om nog meer afbeeldingen te downloaden M nld JUNI 2016 Bladzijde 19
24 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Andere menu's dan die van Mercury Marine Soms zal de bestuurder op de VesselView de vertrouwde schermen van Mercury Marine moeten verlaten. Deze menu's en opties worden aangeduid als de Navico -kant van VesselView. Mercury Marine biedt geen ondersteuning voor deze componenten van de unit. Neem voor meer informatie over deze kant van de VesselView contact op met Navico. Om terug te gaan naar de navigatieschermen van de Mercury Marine-kant van de unit drukt u op de knop Home: de tegel Mercury Engine wordt dan geopend. Selecteer deze tegel om terug te gaan naar het VesselView-scherm. U opent het scherm System Controls (Bedieningselementen systeem) door van boven het touchscreen omlaag te swipen over het touchscreen. Hier kunt u het Mercury-menu Settings (Instellingen) gebruiken, de unit in stand-by zetten, de helderheid van het scherm aanpassen, de nachtmodus gebruiken, de Touch-vergrendelingsfunctie inschakelen, de draadloze connectiviteit aanpassen en de instrumentenbalk rechts op het scherm activeren Bladzijde M nld JUNI 2016
25 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Selecteer in het menu Settings (Instellingen) van het venster System Controls (Bedieningselementen systeem) het Mercury-symbool om wijzigingen aan te brengen in de VesselView-functies. Alle voorkeuren en instellingen voor VesselView zijn ondergebracht onder de Mercury-instellingen. Alle andere menu-opties zijn van toepassing op de Navico kant van de MFD. Voor informatie over deze functies moet u zich direct wenden tot Navico. Kalibratie van het touchscreen Het touchscreen kan regelmatig gekalibreerd worden. Als het scherm na swipen of het drukken van schermonderdelen niet goed reageert, opent u het scherm System Controls (Bedieningselementen systeem) door van boven het touchscreen omlaag te swipen over het touchscreen. Kies de optie Settings (Instellingen). Kies de optie Advanced (Geavanceerd). Selecteer de menu-opties Hardware om het menu-item Touchscreen Calibration (Kalibratie aanraakscherm) te openen M nld JUNI 2016 Bladzijde 21
26 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen VesselView vraagt de bestuurder om de kalibratie van het touchscreen te bevestigen. Selecteer Calibrate (Kalibreren) om verder te gaan met kalibratie. Het scherm mag tijdens de kalibratieprocedure niet worden aangeraakt Er verschijnt een voortgangsbalk waaraan de bestuurder kan zien hoe ver het proces gevorderd is. Als de kalibratie succesvol is verlopen, toont de display weer het scherm Advanced Settings (Geavanceerde instellingen) Bladzijde M nld JUNI 2016
27 Opstarten Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Bij opstarten met de stroom aan en de motoren uit wordt na het welkomstscherm en de adviesschermen de hoofddisplay geladen en zijn alle gegevens en grafische afbeeldingen actief. Na het opstarten van de motor(en) doorloopt de VesselView een systeemcontrole. De bedrijfsgegevens van alle motorsystemen worden nagetrokken. De verrichte systeemcontroles worden op het scherm weergegeven tussen de wijzerplaten voor de vaarsnelheid en/of die voor het toerental M nld JUNI 2016 Bladzijde 23
28 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Als na de systeemcontrole is vastgesteld dat alle parameters binnen de specificaties vallen, wordt op de VesselView het bericht System OK (Systeem in orde) weergegeven, naast een vinkje. Als er tijdens de systeemcontrole een probleem is aangetroffen, wordt er een korte beschrijving van de storing weergegeven met suggesties voor de nu te volgen handelingen. De Mercury-tab linksonder op het scherm is in dat geval rood en voorzien van het internationale waarschuwingssymbool. Als er bij het opstarten meerdere storingen worden aangetroffen, kunt u deze lijst doorlopen, een item selecteren en op Details drukken Als u op Details drukt, opent er een venster met eventueel een aanvullende tekstbeschrijving van de storing, waarin wordt aangegeven of de storing kritiek of niet-kritiek is en wat hierbij te doen staat. Onderhoudsbeurten voor de motor Als er tijdens een systeemscan wordt gedetecteerd dat er een herinnering voor een onderhoudsbeurt is, wordt de Mercurytab linksonder op het scherm blauw weergegeven. Bescherm uw investering en controleer regelmatig uw motorolie, bij voorkeur vooraf aan elk gebruik. Als het tijdstip voor de onderhoudsbeurt is gekomen, wordt na de opstartscan een pop-upvenster voor de onderhoudsbeurt geopend. De bestuurder kan het pop-upvenster sluiten, maar deze herinnering zal tekens als het systeem wordt ingeschakeld opnieuw verschijnen. Bij bevestiging van de onderhoudsherinnering wordt het tijdkader voor het onderhoud in VesselView gereset. Navigeer voor specifieke informatie over de onderhoudsbeurt naar het beschrijvende onderhoudstekstbericht aan de hand van onderstaande instructies. Gebruikers kunnen op elk gewenst tijdstip de onderhoudsbalk weergeven om te zien hoeveel tijd er resteert tot de volgende onderhoudsbeurt. Dit is handig om afspraken voor onderhoud te maken met de dealer als de onderhoudsprocedure niet door de eigenaar zelf wordt uitgevoerd Bladzijde M nld JUNI 2016
29 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Selecteer de Mercury-tab linksonder op het scherm. Selecteer het Mercury-pictogram met de tekst MORE (Meer). Selecteer de optie MAINTENANCE (Onderhoud) Selecteer de optie MAINTENANCE LIFE (Resterende tijd tot onderhoud) om te zien hoeveel tijd er nog is voordat de onderhoudsbeurt moet worden uitgevoerd. De blauwe voortgangsbalk wordt langer naarmate er minder tijd over is voordat de onderhoudsbeurt moet worden uitgevoerd M nld JUNI 2016 Bladzijde 25
30 Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Onderhoud van het apparaat BELANGRIJK: Als het apparaat niet wordt gebruikt, raden we aan de meegeleverde witte plastic zonnekap ter bescherming te installeren. Displayscherm reinigen Het wordt aanbevolen om het displayscherm regelmatig te reinigen om ophoping van zout en ander omgevingsvuil te voorkomen. Uitgekristalliseerd zout kan krassen maken op de coating van de display als u deze met een droge of vochtige doek schoonmaakt. Zorg dat de doek is bevochtigd met voldoende zoet water om de zoutafzetting op te lossen en te verwijderen. Druk niet te hard op het scherm als u het schoonmaakt. Als de watervlekken niet met het doekje kunnen worden verwijderd, bereid dan een oplossing van 1 deel warm water en 1 deel reinigingsalcohol om het scherm schoon te maken. Gebruik hiervoor nooit aceton, aardoliederivaten, terpentijnachtige oplosmiddelen of reinigingsproducten met ammoniak. Het gebruik van sterke oplos- of reinigingsmiddelen kan de antiglanscoating, de kunststof en de rubberen toetsen beschadigen. Installeer de zonnekap als u het apparaat niet gebruikt om beschadiging van de kunststof schermlijsten en rubberen toetsen door ultraviolette straling te voorkomen. Schoonmaken van de mediapoort Maak de omgeving van het klepje van de mediapoort regelmatig schoon om afzetting van zoutkristallen en ander vuil te voorkomen. Bladzijde M nld JUNI 2016
31 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Inhoudsopgave Het adviesscherm bij het opstarten van VesselView Het welkomstscherm Instelwizard Import Configuration (configuratie importeren) Motor instellen Weergave instellen Systeem instellen Units Setup (instelling eenheden) Tank Configuration (tankconfiguratie) Speed Setup (snelheidsinstelling) Installatiehulp afsluiten De gegevensbron instellen Gegevensbronnen Gegevensschermen vergroten Instrumentenbalk M nld JUNI 2016 Bladzijde 27
32 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Het adviesscherm bij het opstarten van VesselView Als VesselView wordt opgestart, verschijnt er een waarschuwingsscherm dat u er aan herinnert dat u het product niet als primaire navigatiebron mag gebruiken en dat u als enige verantwoordelijk bent voor het gebruik en hiermee gepaard gaande risico's. Het welkomstscherm Als de contactsleutel naar aan wordt gedraaid, verschijnt er een Mercury welkomstscherm. Het Mercury-logo verschijnt midden op het scherm. Het logo blijft tijdens de gehele vertrekprocedure zichtbaar. Probeer niet om de vertrekprocedure te versnellen door in deze fase op schermknoppen te drukken. Voor motorinstallaties met emissieregeling wordt linksonder op het scherm een motorpictogram weergegeven Bladzijde M nld JUNI 2016
33 Instelwizard Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp De VesselView-installatiehulp begeleidt u bij de eerste stappen in de configuratie van VesselView. De installatiehulp kan op elk gewenst moment worden geopend via het menu Settings (Instellingen). Open het menu System Controls (Bedieningselementen systeem). U opent het scherm System Controls (Bedieningselementen systeem) door van boven het touchscreen omlaag te swipen over het touchscreen. Selecteer de tegel Settings (Instellingen). Selecteer de Mercury-optie links op het scherm. Selecteer de optie System (Systeem) M nld JUNI 2016 Bladzijde 29
34 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Selecteer in het menu System (Systeem) de optie Setup Wizard (Installatiehulp). Selecteer op het begroetingsscherm voor Device Configuration (Configuratie apparaat) de optie Next (Volgende) om de installatiehulp te starten Bladzijde M nld JUNI 2016
35 Import Configuration (configuratie importeren) Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Om een bestaande vaartuigconfiguratie te importeren, steekt u een FAT- of FAT 32 micro-sd-kaart met het configuratiebestand in de poort en selecteert u dit bestand in het vervolgkeuzelijst. Als er geen importbestand is, selecteert u Next (Volgende) om verder te gaan. Motor instellen 1. Gebruik in het scherm Engine Setup (motorinstelling) de draaiknop of raak de menuvelden aan om de gewenste optie te selecteren. 2. Verricht alle selecties in het scherm Engine Setup (motorinstelling). Als u klaar bent met selecteren, selecteert u Next (Volgende) om verder te gaan Engine Type (Motortype) M nld JUNI 2016 Bladzijde 31
36 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Selectie Engine Model (Motormodel) Selectie Bladzijde M nld JUNI 2016
37 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Joystick Vessel (Joystickbediening) Selectie Number of Engines (Aantal motoren) M nld JUNI 2016 Bladzijde 33
38 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Weergave instellen Selectie Afhankelijk van het aantal motoren dat in het scherm Engine Setup (Motorinstelling) wordt aangegeven, selecteert u de motoren die door dit VesselView-toestel moeten worden weergegeven. Er kunnen maximaal vier motoren worden geselecteerd. Selecteer Next (Volgende) om verder te gaan Bladzijde M nld JUNI 2016
39 Systeem instellen Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Gebruik in het scherm Device Setup (apparaatinstelling) de draaiknop of raak de menuvelden aan om de gewenste opties te selecteren. Wanneer meerdere VesselView-apparaten worden gebruikt dient u elk apparaat een uniek nummer te geven, om problemen met gegevens te voorkomen. Roernummers moeten overeenkomen met de locatie van het afzonderlijke VesselView-apparaat. Meestal krijgt het primaire roer nummer 1 en het secundaire roer nummer 2. Selecteer Next (Volgende) om verder te gaan. a - Veld met VesselView-id b - Veld met roer-id a b Units Setup (instelling eenheden) Selecteer de maateenheden voor snelheid, afstand en inhoud waarin VesselView de gegevens op het scherm zal weergeven. Bepaalde maateenheden kunnen later worden gewijzigd Tank Configuration (tankconfiguratie) In het scherm Tank Setup (Instellen tanks) kunt u voor maximaal 8 tanks een tanktype, tankinhoud en tanknaam toewijzen. In de kolom % wordt het volume in de tank op dat moment weergegeven. Als u de knop Refresh (Vernieuwen) selecteert, worden de tanksensoren geraadpleegd en worden de meetwaarden bijgewerkt. Een Unmonitored tank is een tank waaraan geen sensor is gekoppeld. 90-8M nld JUNI 2016 Bladzijde 35
40 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Selecteer de rij van de tank die u wilt aanpassen Selecteer het tanktype. Gebruik het schermtoetsenblok om de inhoud in te voeren. Selecteer nadat de tankinhoud is ingevoerd OK om het schermtoetsenblok te sluiten Bladzijde M nld JUNI 2016
41 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp In het veld Name (Naam) komt de tanknaam te staan. Om de naam van de tank te wijzigen, selecteert u het veld en gebruikt u het schermtoetsenblok om de tanknaam aan te passen. Selecteer na het invoeren van de tanknaam Enter op het toetsenblok om verder te gaan naar de volgende tankrij in het scherm Tank Setup (Tankinstelling). Nadat alle gegevens voor tankaanpassing zijn ingevoerd, selecteert u de knop Refresh (Vernieuwen) in de hoek onderaan. Controleer of alle gegevensvelden de juiste gegevens weergeven en selecteer dan Next (Volgende) om verder te gaan met de installatiehulp. Speed Setup (snelheidsinstelling) In de menu's van Speed Setup (Snelheidsinstelling) zijn er drie opties voor het vaststellen van de wijze waarop VesselView de snelheidsinformatie verkrijgt. Wanneer het vaartuig uitgerust is met GPS, kan in het vervolgkeuzemenu een keuze worden gemaakt tussen de beschikbare apparaten. Wanneer het vaartuig uitgerust is met een pitotsensor, wordt deze optie geselecteerd. Wanneer het vaartuig uitgerust is met een schoepenwiel, wordt er een vervolgkeuzelijst met deze optie geopend. Selecteer nadat de snelheidsbron is geselecteerd Next (Volgende) om verder te gaan M nld JUNI 2016 Bladzijde 37
42 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp In de onderstaande afbeelding ziet u de selectie van pitotsensor en schoepenwiel als bron. Selecteer de motor of aandrijfeenheid die de snelheidsgegevens naar VesselView stuurt. a b a b c a b d c a a - PCM0 = stuurboord buiten b - PCM1 = bakboord buiten c - PCM2 = stuurboord binnen of midden d - PCM3 = bakboord binnen Installatiehulp afsluiten Selecteer Finish (Afsluiten) om de installatiehulp van VesselView te sluiten. Schakel het apparaat pas uit wanneer het scherm Finish (afsluiten) is vervangen door het vaartuigactiviteitenscherm. De gegevensbron instellen Gegevensbronnen Selecteer de HOME-tab boven aan het scherm om gegevensbronnen in te stellen Bladzijde M nld JUNI 2016
43 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Zet alle producten aan en schakel alle motoren in zodat alle bronnen die gegevens genereren kunnen worden gedetecteerd. Open het menu System Controls (Bedieningselementen systeem). U opent het scherm System Controls (Bedieningselementen systeem) door van boven het touchscreen omlaag te swipen over het touchscreen. Selecteer de tegel Settings (Instellingen). Selecteer de optie Network (Netwerk) links op het scherm. Selecteer Sources... (Bronnen...).. Sources... VesselView toont alle instrumenten die de bron van gegevens kunnen vormen. Selecteer voor een algemene zoekopdracht naar alle instrumenten die op de boot beschikbaar zijn de optie Auto Select (Automatische selectie) bovenaan in de lijst Auto Select M nld JUNI 2016 Bladzijde 39
44 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp De functie Auto Select doorzoekt het netwerk en stelt een lijst op van alle instrumenten die tijdens de procedure zijn gedetecteerd. U kunt het menu Settings (Instellingen) sluiten door de X rechtsboven op het scherm te selecteren nadat de voortgangsbalk helemaal gevuld is. Gegevensschermen vergroten Om een gegevensveld op een van de primaire VesselView-schermen te vergroten, selecteert u het veld Bladzijde M nld JUNI 2016
45 De gegevens worden dan met gemiddelde grootte op het scherm weergegeven. Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Als u het gegevensinfoveld opnieuw selecteert, worden de geselecteerde gegevens schermvullend weergegeven. Dit kan handig zijn als u het scherm vanaf enige afstand moet bekijken, als u bijvoorbeeld stuurt met een aanvullende joystick. Als u de X selecteert, wordt het hoofdnavigatiescherm van VesselView weer weergegeven M nld JUNI 2016 Bladzijde 41
46 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Instrumentenbalk Om de instrumentenbalk te activeren, swipet u van buiten het touchscreen omlaag naar de bovenkant van het touchscreen. Het venster System Controls (Bedieningselementen systeem) wordt geopend. Selecteer de tegel Instrument Bar (Instrumentenbalk) om de instrumentenbalk te activeren. De instrumentenbalk bevindt zich rechts op het scherm. De instrumentenbalk bevat tekst en numerieke gegevens in diverse tegels. De bestuurder kan alle tegels op de instrumentenbalk wijzigen. Er zijn tevens opties voor vaarstijl waarin op de gegevenstegels nuttige informatie voor uw vaartoepassing worden weergegeven Bladzijde M nld JUNI 2016
47 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp U opent de instrumentenbalk door deze ergens aan te raken. Dit opent de tab MENU bovenaan op de balk. In het menuscherm kunt u de opties Bar 1 en Bar 2 (Balk 1 en Balk 2) selecteren. Deze opties vullen de instrumentenbalk met de motor- en bootgegevens die belangrijk zijn voor de vaarstijl die u hebt geselecteerd M nld JUNI 2016 Bladzijde 43
48 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Als u in Bar 1 General (Algemeen) en in Bar 2 Fishing (Vissen) selecteert, worden op de instrumentenbalk zowel algemene boot- en motorgegevens weergegeven als de voor het vissen relevante gegevens, zoals de watertemperatuur, de temperatuur in het leefnet en de GPS-coördinaten. Als u Edit... (Bewerken...) selecteert in de MENU-balk, kunt u om het even welke gegevenstegel selecteren en de gegevensinhoud hiervan wijzigen Er verschijnt een selectie- en vervolgkeuzemenu. Selecteer de vermelding die overeenstemt met het gegevenstype dat u wilt weergeven op de geselecteerde gegevenstegel in de instrumentenbalk a - Actief geselecteerde gegevenstegel b - Vermelding en type gegevens voor vervanging van de actief geselecteerde gegevenstegel b b a Bladzijde M nld JUNI 2016
49 Herhaal deze procedure totdat de aanpassing van de instrumentenbalk klaar is. Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Als beide instrumentenbalken op het scherm geopend zijn, is de hoofddisplay kleiner. Om de grootte van de instrumentenbalk te verminderen kan de bestuurder de optie Animate (Animeren) selecteren. De instrumentenbalk verandert dan weer in een enkele kolom met weergegeven gegevens, maar wisselt hierbij af tussen de door de bestuurder voor balk 1 en balk 2 opgegeven selecties. Bij selectie van de optie Animate (Animeren) wordt er een toetsenblok geopend. Hier kunt u een animatieperiode instellen, waarbij er maximaal 10 seconden verstrijken voordat de andere balk wordt weergegeven. Voer de gewenste periode in seconden op het toetsenblok in. Klik als u klaar bent met het invoeren van een waarde op het toetsenblok op OK om terug te gaan naar het hoofdscherm M nld JUNI 2016 Bladzijde 45
50 Hoofdstuk 2 - Startschermen en installatiehulp Aantekeningen: Bladzijde M nld JUNI 2016
51 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Inhoudsopgave Brandstofbesparingsmodus ECO Smart Tow modus Smart Tow (Sleepfunctie) Kenmerken Smart Tow uitschakelen Cruise control modus Cruisecontrol Cruise control modus inschakelen Langzaam varen modus Regeling langzaam varen M nld JUNI 2016 Bladzijde 47
52 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Brandstofbesparingsmodus ECO In de ECO-modus wordt informatie weergegeven waarmee de gebruiker de beste trimstand en het beste motortoerental voor een zo zuinig mogelijk brandstofverbruik kan instellen. De motorregelmodule (engine control module, ECM) of de voortstuwingsregelmodule (propulsion control module, PCM) berekent het optimale brandstofverbruik op basis van gegevens van de diverse sensoren op de motorinstallatie en de boot. De ECO-modus werkt continu. De ECO-parameters worden zolang de motor draait/motoren draaien constant beoordeeld; de tab Vessel Control (Bootbesturing) links op het scherm wordt groen en vertoont de tekst Eco Optimized (Eco optimaal) als het toerental van de motor(en) en de trimstand in het juiste bereik staan Bladzijde M nld JUNI 2016
53 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Om de ECO-functie van de VesselView actief te monitoren, selecteert u de tab Vessel Control (Bootbesturing) links op het scherm. Dit opent de Autopilot-functiebalk. Kies de optie ECO MODE (ECO-modus) Op het venster ECO Mode (Eco-modus) toont de VesselView de toerentalwaarde en de trimstand. Als een of beide parameters niet optimaal zijn, worden op de VesselView een oranje pijl en/of oranje schuifregelaars in de tegels voor toerental en trimstand weergegeven. De richting van de oranje pijlen geeft aan hoe het toerental en de trimstand moeten worden aangepast voor een zuiniger brandstofverbruik M nld JUNI 2016 Bladzijde 49
54 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Door de suggestie van de VesselView te volgen zullen zowel de toerentallen als de trimstand geoptimaliseerd worden. Als ze optimaal zijn, is de tab Vessel Control (Bootbesturing) groen met de tekst Eco Optimized, wordt de schuifregelaar voor de trimstand groen en ziet u een pictogram met een groen blaadje en het woord Optimized (Geoptimaliseerd) op de ECOmodusbalk. Om de ECO-modusbalk te minimaliseren selecteert u het pijlpictogram linksboven op de balk. De balk Vessel Control (Bootbesturing) wordt nu een van de hoofdtegels. Selecteer de X linksboven in de balk of swipe de balk Vessel Control (Bootbesturing) naar links om hem te sluiten Bladzijde M nld JUNI 2016
55 Smart Tow-modus Smart Tow (Sleepfunctie) Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Smart Tow is een gemakkelijk te gebruiken programma voor het regelen van de bootacceleratie en het instellen van streefsnelheden voor het slepen van waterskiërs, tubers of watersportuitrusting van uiteenlopende aard. Met Smart Tow hoeft u niet langer te gissen bij acceleratieproblemen zoals te veel hole shot, te veel doorschieten, deceleratie en streefwaarden voor een constante vaarsnelheid. Selecteer een profiel, selecteer Enable (Inschakelen) en zet de bedieningshendel op vol gas: Smart Tow doet dan de rest. Op het Smart Tow-scherm kunt u instellingen voor de Smart Tow-functie selecteren, instellen en wijzigen. De stip met de openingsanimatie is zichtbaar als Smart Tow actief is en de openingsprocedure doorloopt. De stip beweegt door het openingstraject om te laten zien welk deel van de openingsprocedure op dat moment door het systeem wordt uitgevoerd. De Smart Tow-functie is gebaseerd op het motortoerental, tenzij er op de boot een GPS is geïnstalleerd dat op het control area network is aangesloten. Als er een GPS aan boord is, kunt u voor de regelfuncties voor Smart Tow gebruik van snelheidsstreefwaarden of toerentalstreefwaarden selecteren. U kunt daarnaast ook aangepaste vertrekprofielen aanmaken. Kenmerken In Smart Tow gebruikt u het gebruiker-geselecteerde gegevensvenster en de voettekst voor het aanpassen van de instellingen. Druk of swipe om de velden in het selectievak te doorlopen. In de voettekst kunt u Smart Tow in- of uitschakelen, opslaan of afsluiten. De items in de voettekst van het gegevensvenster kunt u markeren en accepteren met de draaiknop of door erop te drukken. Smart Tow omvat vijf in de fabriek ingestelde vertrekprofielen, of de bestuurder kan nieuwe, aangepaste vertrekprofielen maken. Aangepaste profielen zijn handig als de vaardigheden in het varen met watersportuitrusting tussen de opvarenden uiteenlopen. De bestuurder kan een agressievere vertrekprocedure maken voor ervaren waterskiërs en een meer voorzichtige aanpak voor kinderen of voor het slepen van opblaasbare items a Elk profiel bevat vijf keuzevelden. U wijzigt de profielselectie door ze aan te raken of u gebruikt de draaiknop. Toerental en snelheid. De bestuurder kan het toerental of de snelheid wijzigen door het onderdeel in het gegevensvenster te selecteren. Ramp (Toenametijd) is de periode die de boot nodig heeft om de ingestelde vaarsnelheid te bereiken. Overshoot is het percentage dat de boot voorbij het instelpunt zal schieten M nld JUNI 2016 Bladzijde 51
56 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Time (Tijd) is de periode waarin de boot met meer dan de geselecteerde vaarsnelheid zal varen. Vijf selectievelden voor het aanmaken van een profiel Selecteer Add Profile (Profiel toevoegen) om een nieuw profiel te maken Gebruik het toetsenbord op het scherm om het vertrekprofiel een naam te geven Bladzijde M nld JUNI 2016
57 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot In het scherm New Profile (Nieuw profiel) kan de bestuurder de vijf selectievelden bewerken. Nadat alle selecties zijn bewerkt, selecteert u de knop Use (Gebruiken) om het nieuwe vertrekprofiel voor Smart Tow te gebruiken. Een Smart Tow-vertrekprofiel activeren. Selecteer de optie Enable (Inschakelen) en zet de gashendels in vooruit en vol gas. Smart Tow regelt dan de rest M nld JUNI 2016 Bladzijde 53
58 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Smart Tow uitschakelen Om Smart Tow uit te schakelen, selecteert u Disable (Uitschakelen). VesselView draagt de regeling van de gasfunctie dan weer over aan de bestuurder. Als Smart Tow is ingeschakeld en u de gashendel op een punt onder de streefsnelheid zet, wordt de vaarsnelheid van de boot verlaagd; het is echter niet mogelijk om de topsnelheid van de boot tot meer dan de streefsnelheid te verhogen Cruise control-modus Cruisecontrol Met cruise control kunt u een instelpunt selecteren en de waarde hiervan aanpassen, zodat de boot met een vaste snelheid of vast motortoerental blijft varen. Cruise control wordt op het toerental gebaseerd, tenzij in het CAN-netwerk van de boot een Mercury Marine GPS is opgenomen. Als er een Mercury Marine GPS aan boord is, is de standaardinstelling de bootsnelheid. U kunt op het toerental of op de snelheid gebaseerde instelpunten selecteren. Het type cruise control kan in het menu Settings (Instellingen) worden gewijzigd. NB: U kunt cruise control uitschakelen door de afstandsbedieningshendels op neutraal te zetten. Cruise control-modus inschakelen Om de optie Cruise control voor Autopilot te activeren, selecteert u de tab Vessel Control (Bootbesturing) links op het scherm Bladzijde M nld JUNI 2016
59 Selecteer de tegel Cruise Control in de balk Vessel Control (Bootbesturing). Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Gebruik de pijl-omhoog of pijl-omlaag om de gewenste snelheid in te stellen Selecteer de tegel Enable (Inschakelen) op de cruise control-balk als de gewenste cruise-snelheid is ingesteld. Zet de afstandsbedieningshendels in vooruit en zet de gashendels op de stand voor vol gas. VesselView verhoogt de vaarsnelheid tot het punt dat de bestuurder heeft geselecteerd M nld JUNI 2016 Bladzijde 55
60 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Als cruise control is geactiveerd, is de tab Vessel Control (Bootbesturing) oranje, om de bestuurder eraan te herinneren dat er een Autopilot-modus is ingeschakeld. De cruise control-modus kan geannuleerd worden door de afstandsbedieningshendels op Neutraal te zetten of door de tegel Disable (Uitschakelen) onder in de cruise control-balk te selecteren. Om de tegel Disable (Uitschakelen) te zien, selecteert u de tab Vessel Control (Bootbesturing) links op het scherm: dit opent de Cruise Control-balk en de optie Disable (Uitschakelen). Langzaam varen-modus Regeling langzaam varen Het beschikbare toerentalbereik voor langzaam varen verschilt per motorinstallatie, maar het maximale toerental voor alle (buitenboord)motoren bedraagt 1000 omw/min. Selecteer voor het inschakelen van de Langzaam varen-modus de tab Vessel Control (Bootbesturing) links op het scherm Bladzijde M nld JUNI 2016
61 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Selecteer de tegel Troll Control (Langzaam varen-regeling) op de balk Vessel Control (Bootbesturing). De boot moet in versnelling staan en de gashendel moet op stationair staan. Als dit niet het geval is, verschijnt er een waarschuwingspictogram met tekst die aan de bestuurder uitlegt hoe de functie voor langzaam varen beschikbaar gemaakt kan worden M nld JUNI 2016 Bladzijde 57
62 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Als aan de voorwaarden voor versnelling en gasklepstand wordt voldaan, worden op de balk Vessel Control (Bootbesturing) de opties voor langzaam varen weergegeven. De pijlen voor verhogen of verlagen zijn grijs (niet beschikbaar) als de minimale of maximale toerentalwaarde is geselecteerd. Selecteer de pictogrammen + of op het scherm om de waarde voor het toerental aan te passen Selecteer de tegel Enable (Inschakelen) als de gewenste toerentalwaarde is ingesteld. De functie Langzaam varen wordt nu gestart en het motortoerental neemt toe tot het gewenste toerental Bladzijde M nld JUNI 2016
63 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot De tegel Enable (Inschakelen) wordt oranje en de tekst verandert in Disable (Uitschakelen). De tab Vessel Control (Bootbesturing) wordt oranje en vertoont een waarschuwingssymbool en de tekst Troll Active (Langzaam varen ingesteld). Tijdens gebruik van de functie Langzaam varen kan de balk Vessel Control (Bootbesturing) geminimaliseerd worden zonder dat dit van invloed is op de Autopilot-functie Langzaam varen. Selecteer de pijl linksboven op de balk Vessel Control (Bootbesturing) om de balk te minimaliseren M nld JUNI 2016 Bladzijde 59
64 Hoofdstuk 3 - Functies en werking van Autopilot Het hoofdscherm krijgt weer de normale grootte, de tab Troll Active (Langzaam varen ingeschakeld) is oranje en is links op het scherm zichtbaar. Om de functie voor langzaam varen uit te schakelen, selecteert u de tab Troll Active (Langzaam varen ingeschakeld): dit opent de balk met opties voor langzaam varen. Selecteer Disable (Uitschakelen) om de functie Langzaam varen uit te schakelen Bladzijde M nld JUNI 2016
65 Inhoudsopgave Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Systeeminstellingen Navigeren naar het menu Settings (instellingen) Plaats van roeren en instrumenten Instelwizard Simulate (Simuleren) Vaartuiginstellingen Tabs (Trimvinnen) Brandstoftanks Speed (Snelheid) Sturen Vessel Control (Bootbesturing) Cameras Installed (Camera's geïnstalleerd) Genset Enabled (Genset ingeschakeld) Maintenance Notification (Onderhoudsmelding) Sea Temp (Zeewatertemperatuur) Motorinstellingen Engines Shown (Getoonde motoren) Engine Model (Motormodel) Limits (Grenswaarden) Supported Data (Ondersteunde gegevens) ECO Mode (ECO modus)...78 Cruise/Smart Tow Type (Type Cruise control/smart Tow)...79 Trim (Trimmen) Alarms (Alarmen) Instelling Alarms (Alarmen) Personality File (Personality bestand) Export (Exporteren) Import (importeren) M nld JUNI 2016 Bladzijde 61
66 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Systeeminstellingen Navigeren naar het menu Settings (instellingen) Op elk gewenst moment kunnen de instellingen worden gewijzigd met behulp van het menu Settings (instellingen). Navigeren binnen alle vervolgkeuze- en uitvouwmenu's gebeurt via aanraking van het scherm of met de draaiknop. U opent het menu Settings (Instellingen) door van buiten het scherm over de bovenkant van het scherm omlaag te swipen. Het venster System Controls (Bedieningselementen systeem) wordt geopend. Selecteer de tegel Settings (Instellingen). Er verschijnt een menu links op het scherm. Selecteer Mercury uit de lijst met opties. Het venster met VesselView-instellingen die worden geregeld met de Mercury-kant van de MFD wordt geopend Plaats van roeren en instrumenten In de systeeminstellingen kan de bestuurder de locatie en het nummer van het VesselView-instrument opgeven. Dit is belangrijk als er meerdere VesselViews op de boot zijn geïnstalleerd. Door unieke roerlocaties en instrumentnummers toe te wijzen, voorkomt u communicatiefouten op het besturingsnetwerk Bladzijde M nld JUNI 2016
67 Instelwizard Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie De installatiehulp is in hoofdstuk 2 besproken. Veranderingen in de installatiehulp kunnen op elk gewenst moment worden aangebracht door het programma via dit menu te openen Simulate (Simuleren) Simulate (Simuleren) wordt door de dealer gebruikt om aan klanten de weergave-eigenschappen van de display te laten zien. Als de unit in de simulatiemodus staat, mogen de gegevens op het scherm niet als navigatiegegevens worden gebruikt. Alle tijdens simulatie weergegeven gegevens zijn willekeurig gegenereerd. Vaartuiginstellingen Tabs (Trimvinnen) U opent het menu Settings (Instellingen) door van buiten het scherm over de bovenkant van het scherm omlaag te swipen. Het venster System Controls (Bedieningselementen systeem) wordt geopend. Selecteer de tegel Settings (Instellingen). Er verschijnt een menu links op het scherm. Selecteer Mercury uit de lijst met opties. Het venster met VesselView-instellingen die worden geregeld met de Mercury-kant van de MFD wordt geopend M nld JUNI 2016 Bladzijde 63
68 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Selecteer de instellingsoptie Vessel (Vaartuig) Selecteer de optie Tabs (Trimvinnen). Via de instellingen van de trimvinnen kan de bestuurder de trimvinstand op het scherm weergeven door selectie van het selectievakje Show (Tonen). Met de optie Source (Bron) kan de buitenboordmotor of aandrijving worden geselecteerd die de gegevens van de trimvinsensor naar het netwerk stuurt. De gegevens van de trimvinsensor worden door een van de buitenboordmotoren of aandrijvingen aan boord verstuurd. Bepaal aan de hand van de volgende illustratie de juiste selectie. Afgezien van de PCM's kunt u eventueel ook de TAB (trimvin-interfacemodule) of de TVM (stuwkrachtvectormodule) selecteren als bron van de trimvingegevens voor VesselView a b a b c a b d c a Opties voor toewijzing aandrijvingen a - PCM0 = stuurboord of stuurboord buiten b - PCM1 = bakboord of bakboord buiten c - PCM2 = stuurboord binnen of midden d - PCM3 = bakboord binnen Bladzijde M nld JUNI 2016
69 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Via kalibratie van de trimvinnen kan de bestuurder de trimvinnen in de hoogste en de laagste stand zetten en de percentages registreren. Dit is handig om de werkelijke trimstand van 0 vast te stellen: dat is de hoek waarbij de trimvinnen parallel staan aan de bodem van de boot. Als de trimvinnen goed gekalibreerd zijn, wordt de positie van de schuifregelaars correct op het scherm weergegeven. Om de trimvinnen te kalibreren, verstelt u de trimvin totdat deze parallel staat aan de romp en noteert u de waarde: dit is de werkelijke 0%-stand van de trimvinnen. Zet de trimvin helemaal omlaag en noteer de waarde: dit is de werkelijke 100%- stand van de trimvinnen. Selecteer Save (Opslaan) om de nieuwe kalibratiegegevens voor de trimvinnen te bewaren a a - Selecteer het aantal gewenste kalibratiepunten b - Positie van de trimvinnen voor registratiedoeleinden c - Selecteer Save (Opslaan) om de kalibratie te bewaren b c Het punt voor instelling van de buitenboordmotor of aandrijving op nul is de daadwerkelijke trimvinstand die met een waarde van 0% op de display wordt weergegeven. Bestuurders kunnen bepalen bij welk punt de boot vlak vaart. Bij deze vaarstand kunnen de trimvinnen soms een paar procent omlaag staan. Met de optie Set to Zero (Op nul instellen) kan de bestuurder ervoor zorgen dat op de meter een waarde van 0% wordt weergegeven als de boot vlak vaart. Bijvoorbeeld: als de trimvinnen op 10% moeten staan om werkelijk vlak te varen, geeft de VesselView voor deze stand de waarde 0 weer. Als de trimvinnen met meer dan 10% omlaag zijn gezet, worden er negatieve waarden weergegeven. Brandstoftanks De tankconfiguratie is onder het onderwerp Installatiehulp beschreven, maar het is ook mogelijk om op elk gewenst moment extra veranderingen aan te brengen of instellingen te verrichten via het menu Tanks M nld JUNI 2016 Bladzijde 65
70 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Via de tankinstellingen en -kalibraties kunt u het tanktype, de inhoud van de tanks en de kalibratiemethode voor de tanks kalibreren. Brandstoftanks kalibreren: Er zijn veel situaties denkbaar waarin een tank gekalibreerd moet worden: onregelmatig gevormde tanks, tanks met V-vormige bodem, getrapt vormgegeven tanks, en zelfs de hoek van de tank wanneer de boot in het water ligt. Vlotters en zenders kunnen onnauwkeurige gegevens naar de bestuurder zenden, wat problemen met de weergave van brandstof en andere vloeistoffen kan opleveren. De nauwkeurigste methode voor tankkalibratie is om te beginnen met een lege tank waarvan de inhoud bekend is. Vul de tank met een kwart en noteer de positie van de vlotter of zender. Herhaal deze procedure in stappen van telkens een kwart tank en noteer telkens de positie van de vlotter of sensor totdat de tank helemaal vol is. Via tankkalibratie kan de bestuurder alle meetwaarden vanaf vol tot leeg voor de tank aanpassen. Als een tank is gemarkeerd, selecteert u de pijl rechts van de tab om het kalibratiescherm te openen. De standaardwaarden staan in de tweede kolom en kunnen geselecteerd worden. In het volgende voorbeeld weten we dat de brandstoftank vol is, maar wordt gemeld dat de tank slechts voor 79 procent gevuld is. Selecteer de knop Record (Registreren) in de 100%-rij: VesselView beschouwt de meetwaarde van 79% nu als vol en past de waarden voor halfvol en leeg overeenkomstig hiermee aan. Als de bestuurder weet hoever een tank gevuld is, kan de tankkalibratie op elk gewenst moment worden gebruikt om de waarde op de meter aan te passen aan het peil dat bekend is a a - Huidige meetwaarde voor Vol, vóór kalibratie b - Velden voor kalibratieregistratie c - Sla de huidige kalibratiegegevens op b Als de tankkalibratie voltooid is, selecteert u Save (Opslaan): u keert terug naar het navigatiescherm. Speed (Snelheid) c Met de instellingen onder Speed (Snelheid) selecteert de bestuurder het type sensor of zender waarvan de VesselView de snelheidsgegevens gebruikt Bladzijde M nld JUNI 2016
71 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie De snelheidsinstellingen kunnen met dit menu geconfigureerd worden. Als snelheidsbron kunt u een GPS en de GPS-bron dan wel het CAN P- of CAN H-netwerk selecteren. U kunt ook kiezen voor een strategie waarbij een pitotsensor en/of een schoepenwiel worden gebruikt. Als u de opties voor pitotsensor of schoepenwiel selecteert, wordt er een reeks bronnen geopend De gegevens van de pitotsensor worden door een van de buitenboordmotoren of aandrijvingen aan boord verstuurd. Bepaal aan de hand van de volgende illustratie de juiste selectie M nld JUNI 2016 Bladzijde 67
72 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie a b a b c a b d c a Opties voor toewijzing aandrijvingen a - PCM0 = stuurboord of stuurboord buiten b - PCM1 = bakboord of bakboord buiten c - PCM2 = stuurboord binnen of midden d - PCM3 = bakboord binnen De opties voor het pitottype omvatten 100 psi en 200 psi. De 200 psi-optie kan alleen worden gebruikt voor bepaalde buitenboordmotoren van Mercury Racing. De pitotvermenigvuldigingsfactor is standaard ingesteld als U kunt deze waarde verhogen of verlagen om snelheidsmetingen te corrigeren die te laag of te hoog blijken. Bij te lage snelheidsmetingen verhoogt u de pitotvermenigvuldigingsfactor door het factorvenster te selecteren en met het schermtoetsenblok een waarde in te voeren. Bij te hoge snelheidsmetingen verlaagt u de pitotvermenigvuldigingsfactor door het factorvenster te selecteren en met het schermtoetsenblok een waarde in te voeren. Selecteer de motor of aandrijfeenheid die de schoepenwielgegevens naar VesselView stuurt. Bepaal aan de hand van de volgende illustratie de juiste selectie a b a b c a b d c a Opties voor toewijzing aandrijvingen a - PCM0 = stuurboord of stuurboord buiten b - PCM1 = bakboord of bakboord buiten c - PCM2 = stuurboord binnen of midden d - PCM3 = bakboord binnen Voor het type schoepenwiel kunt u kiezen uit Legacy (Oudere versie) en Current (Nieuwste versie), afhankelijk van het model dat op de boot wordt gebruikt. Bladzijde M nld JUNI 2016
73 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie De schoepenwielfrequentie kan worden aangepast overeenkomstig de vereisten van de diverse sensoren. De frequentie van de door Mercury Marine geleverde schoepenwielsensor is 4,9 Hz per mijl of 5,7 Hz per knoop. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het schoepenwiel voor informatie over de frequentie-uitgang van het schoepenwiel. Selecteer het vermenigvuldigingsfactorvenster en voer met het schermtoetsenblok een waarde in. Als u Auto Correct (Automatische correctie) selecteert, wordt het schoepenwiel gesynchroniseerd met de GPS-output. U kunt ook de schuifregelaar gebruiken om hetzelfde resultaat te verkrijgen. Het schoepenwiel wordt gekalibreerd met een instrument met GPS-functie waarmee de bestuurder de meetgegevens van het schoepenwiel kan aanpassen. Met de schuifregelaar kan de bestuurder de gegevens van de schoepenwielzender verhogen of verlagen. Als u Auto Correct (Automatische correctie) selecteert, wordt het schoepenwiel gesynchroniseerd met de output van het GPS (als dit in het netwerk is geïnstalleerd). U kunt ook de schuifregelaar gebruiken om hetzelfde resultaat te verkrijgen M nld JUNI 2016 Bladzijde 69
74 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Sturen Voor selectie van de bron van stuurgegevens kunt u kiezen uit de PCM en de TVM (stuwkrachtvectormodule), en kunt u kiezen voor weergave van de gegevens op het scherm, omkeren van de stuurinput, en het instellen van een waarde voor de stuurafwijking a b a b c a b d c a Opties voor toewijzing aandrijvingen a - PCM0 = stuurboord of stuurboord buiten b - PCM1 = bakboord of bakboord buiten c - PCM2 = stuurboord binnen of midden d - PCM3 = bakboord binnen De optie Invert Steering (Stuurgegevens omkeren) is handig voor een VesselView die achterwaarts geïnstalleerd is. In dat geval stemmen de stuurgegevens overeen met de richting waarin de bestuurder kijkt Bladzijde M nld JUNI 2016
75 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Steering Offset (Stuurcorrectie) wordt gebruikt om de buitenboordmotor, hekaandrijving of binnenboordmotor op nul graden uit te lijnen. Als de aandrijving haaks op de romp staat, zal de op het scherm weergegeven stuurhoek soms niet overeenstemmen met de stuursensor op de aandrijving. Selecteer het venster Offset (Correctie) om voor deze afwijking te corrigeren. Het venster Steering Angle Calibration (Stuurhoekkalibratie) wordt geopend. Als u de knop Zero (Nul) in de rij Calibrated (Gekalibreerd) selecteert, wordt de correctie toegepast. De correctie verandert pas op het scherm als u de knop Save (Opslaan) hebt geselecteerd Vessel Control (Bootbesturing) Via de instellingen onder Vessel Control (Bootbesturing) kan de bestuurder de Autopilot-functies beschikbaar stellen M nld JUNI 2016 Bladzijde 71
76 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Voor de Autopilot-functies kan worden gekozen uit Cruise (Cruise control), Troll (Langzaam varen), Smart Tow, en Eco Mode (ECO-modus). Bij selectie van Reset to Defaults (Terugzetten op standaardwaarden) wordt de selectie ongedaan gemaakt van alle Autopilot-functies die niet beschikbaar zijn voor de motorinstallatie die via de installatiehulp is geselecteerd. NB: Als alle vakjes gedeselecteerd zijn na selectie van de optie Reset to Details (Terugzetten op standaardwaarden), betekent dit dat de Autopilot-functies van VesselView niet worden ondersteund door uw motor. Cameras Installed (Camera's geïnstalleerd) Met Cameras Installed (Camera's geïnstalleerd) kan de gebruiker video s of camerabronnen op het VesselView-scherm bekijken. Er kunnen twee videokanalen worden gebruikt op de VesselView. U kunt slechts één kanaal bekijken of het scherm tussen de beschikbare videocamera's heen en weer laten schakelen. De weergaveduur kan op 5 tot 120 seconden worden ingesteld. U kunt de weergave optimaliseren door de video-instellingen aan te passen. De te verrichten instellingen zijn afhankelijk van de bron BELANGRIJK: Zorg dat deze optie gedeselecteerd is als er geen camera s aan boord zijn geïnstalleerd. In sommige gevallen kan de gegevensweergave op de VesselView onderbroken worden als het vakje Camera Installed (Camera s geïnstalleerd) is aangevinkt maar de VesselView geen camerabronnen kan vinden Bladzijde M nld JUNI 2016
77 Genset Enabled (Genset ingeschakeld) Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Met Genset Enabled (Genset ingeschakeld) kan VesselView op het netwerk zoeken naar genset-gegevens Maintenance Notification (Onderhoudsmelding) Bij selectie van het selectievakje Maintenance Notification (Onderhoudsmelding) kan VesselView pop-upschermen met informatie over geplande onderhoudsbeurten op het scherm weergeven M nld JUNI 2016 Bladzijde 73
78 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Sea Temp (Zeewatertemperatuur) De bron voor de zeewatertemperatuur kan geselecteerd worden door de motor te kiezen die de gegevens verzendt of door de juiste sensor uit de lijst te selecteren. De onderstaande afbeelding toont de fysieke locatie van de PCM's a b a b c a b d c a Plaats van PCM's a - PCM0 = stuurboord of stuurboord buiten b - PCM1 = bakboord of bakboord buiten c - PCM2 = stuurboord binnen of midden d - PCM3 = bakboord binnen Motorinstellingen Engines Shown (Getoonde motoren) U opent het menu Settings (Instellingen) door van buiten het scherm over de bovenkant van het scherm omlaag te swipen. Het venster System Controls (Bedieningselementen systeem) wordt geopend. Selecteer de tegel Settings (Instellingen). Er verschijnt een menu links op het scherm. Selecteer Mercury uit de lijst met opties. Het venster met VesselView-instellingen die worden geregeld met de Mercury-kant van de MFD wordt geopend. Bladzijde M nld JUNI 2016
79 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie De functie Engines Shown (Getoonde motoren) is onder het onderwerp Installatiehulp beschreven, maar de weergaveopties kunnen op elk gewenst moment worden gewijzigd in het instellingsmenu Engines (Motoren). VesselView kan maximaal vier motoren weergeven, afhankelijk van het aantal motoren dat tijdens de procedure met de installatiehulp is gekozen. De bestuurder kan selecteren welke motoren worden weergegeven. Door aan- of afvinken van de motorselectie wordt bepaald welke motoren op de VesselView worden weergegeven Engine Model (Motormodel) Via selectie van het motormodel kan de gebruiker de beschrijving van de motorinstallatie wijzigen. De functie Engine Model (Motormodel) is onder het onderwerp Installatiehulp behandeld, maar wijzigingen kunnen op elk gewenst moment worden aangebracht. Wijzigingen die hier worden aangebracht, kunnen ertoe leiden dat andere instellingen en weergaveopties niet langer in VesselView beschikbaar zijn M nld JUNI 2016 Bladzijde 75
80 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Limits (Grenswaarden) Via Limits (Grenswaarden) kunnen bepaalde bereiken voor diverse gegevensparameters voor de motor worden ingesteld, zoals toerental, koelvloeistoftemperatuur, olietemperatuur, accuspanning en boostdruk. Veranderingen in de grenswaarden zijn niet van invloed op de motorinstallatie of de werking van de Engine Guardian-programmering van Mercury. De daadwerkelijke grenswaarden voor de motoren worden bepaald door de in de fabriek geprogrammeerde besturingsmodule op de motor. De onderstaande afbeelding toont een voorbeeld van het scherm Engine Limits (Grenswaarden motor) Instelling Min: Max: Warning Low (Waarschuwing Laag): Warning High (Waarschuwing Hoog): Beschrijving De waarde aan de onderkant van de grafiek op het scherm De waarde aan de bovenkant van de grafiek op het scherm De waarde aan de bovenkant van het onderste gekleurde gedeelte van de grafiek op het scherm De waarde aan de onderkant van het bovenste gekleurde gedeelte van de grafiek op het scherm De standaard minimum- en maximumwaarden zijn in de fabriek ingesteld voor de motorinstallatie die via de Installatiehulp of het instellingsmenu Engines (Motoren) wordt gekozen. Het verhogen of verlagen van de minimum- en maximumwaarden voor waarschuwingen wordt doorgaans beschouwd als een kwestie van voorkeur voor de scheepseigenaar. NB: Als de bestuurder de Navico-kant van de MFD gebruikt en er wordt een op de Mercury-kant ingestelde grenswaarde overschreden, klinkt er een pieptoon als waarschuwing. Bladzijde M nld JUNI 2016
81 Supported Data (Ondersteunde gegevens) Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Met Supported Data (Ondersteunde gegevens) kan de bestuurder het type gegevens selecteren dat de VesselView weergeeft. De lijst van gegevensbronnen hangt af van de motorinstallatie die met de Installatiehulp is geselecteerd. Selecteer het selectievakje voor elk gegevensitem dat de VesselView moet kunnen weergeven Geselecteerde gegevensitems worden hier omcirkeld weergegeven M nld JUNI 2016 Bladzijde 77
82 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie ECO Mode (ECO-modus) De menu-optie ECO Mode (ECO-modus) toont de huidige bedrijfsparameters om te zorgen dat de motor geoptimaliseerd is voor een zo zuinig mogelijk brandstofverbruik. De bestuurder kan deze ECO-parameters ook controleren als de ECOmodus niet is ingeschakeld. Als u Refresh (Vernieuwen) selecteert, worden de motorgegevens beoordeeld en de toerentalaanbevelingen eventueel aangepast Bladzijde M nld JUNI 2016
83 Cruise/Smart Tow Type (Type Cruise control/smart Tow) Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Met de instelling Cruise/Smart Tow (Type Cruise control/smart Tow) kan de bestuurder de sensor selecteren die voor het Autopilot-programma Cruise control en voor de vertrekprofielen in het Smart Tow-programma voor snelheidsgegevens wordt geraadpleegd. Voor de snelheidsgegevens kan worden gekozen tussen Engine RPM (Motortoerental) en GPS. Als u Auto selecteert, zoekt VesselView op het netwerk naar een bron voor snelheidsgegevens en wordt die selectie voor de Cruise control- en Smart Tow-functie gebruikt Trim (Trimmen) Met de instellingen onder Trim (Trimmen) kunt u het selectievakje Show (Tonen) selecteren: de grafiek met de trimstatus wordt dan op het scherm weergegeven. Het selectievakje Has Trim (Heeft trimfunctie) moet worden aangevinkt als de ECO-modus aan de bestuurder de juiste trimstand voor een optimaal brandstofrendement moet tonen. Via de trimkalibratie kunt u de hoogte en laagste trimstand instellen en de percentages registreren. Dit is handig om de werkelijke trimstand van 0 vast te stellen: dat is de hoek waarbij de trimvinnen parallel staan aan de bodem van de boot. Als de trimvinnen goed gekalibreerd zijn, wordt de positie van de schuifregelaars correct op het scherm weergegeven M nld JUNI 2016 Bladzijde 79
84 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Om de trimstand te kalibreren, trimt u de motoren helemaal in en noteert u de waarde rij 1 geeft de werkelijke 0%-stand van de trimvinnen aan. Trim de motoren helemaal uit en noteer de waarde rij 3 geeft de werkelijke 100%-stand van de trimvinnen aan. Het nulpunt is het punt waarbij de motoren parallel staan aan de bodem van de boot; registreer deze stand. Selecteer Save (Opslaan) om de opnieuw gekalibreerde trimgegevens op te slaan. Alarms (Alarmen) Instelling Alarms (Alarmen) De optie Show All Helm Alarms (Alle roeralarmen tonen) kan worden geselecteerd om alle alarmen op alle VesselViewschermen weer te geven. Als u de optie deselecteert, worden er geen meldingen weergegeven op aanvullende VesselViews als het systeem meerdere instrumentinstallaties omvat Bladzijde M nld JUNI 2016
85 Personality File (Personality-bestand) Export (Exporteren) Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Het bestand met de vessel personality bevat alle instellingen die op een VesselView-instrument zijn uitgevoerd. Om deze personality te exporteren, steekt u een SD-kaart in de kaartpoort en selecteert u Export (Exporteren). Trek de SD-kaart uit de poort en zet het bestand met behulp van de optie Import (Importeren) over op een andere VesselView-instrument. Selecteer Export (Exporteren) Selecteer To new file... (Naar nieuw bestand) M nld JUNI 2016 Bladzijde 81
86 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Selecteer Yes (Ja) Het nieuwe personality-bestand wordt naar het bovenste niveau van de boomstructuur op de geheugenkaart geschreven. Het wordt niet in eventuele mappen op de SD-kaart geplaatst. Import (importeren) Om een personality te importeren, steekt u een SD-kaart (waarop een VesselView personality-bestand is opgeslagen) in de kaartpoort. Selecteer Import (Importeren). Er verschijnt een lijst van de op de kaart aangetroffen bestanden op het scherm. Selecteer het bestand en start het importeren. Personality-bestand Bladzijde M nld JUNI 2016
87 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Er wordt nog één keer gevraagd of u alle bestaande instellingen wilt vervangen. Selecteer Yes (Ja). Het nieuwe personality-bestand wordt op de VesselView geïmporteerd en de unit wordt opnieuw opgestart M nld JUNI 2016 Bladzijde 83
88 Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie Aantekeningen: Bladzijde M nld JUNI 2016
89 Inhoudsopgave Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Waarschuwingen Storingen en alarmen Waarschuwingen Storingen en alarmen Alarmen voor ondiep water en bijna lege brandstoftank M nld JUNI 2016 Bladzijde 85
90 Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Waarschuwingen Storingen en alarmen Waarschuwingen Storingen en alarmen Alle Mercury waarschuwingen, storingen en alarmen worden weergegeven, ongeacht het ten tijde van het alarm weergegeven scherm. Als er een alarm geactiveerd is, wordt op het scherm een venster geopend met de alarmtekst en een waarschuwing, met een korte beschrijving van de handeling die vereist is om het probleem op te lossen. Als er een alarmstoring is gemeld, is de Mercury-tab linksonder op het scherm rood en voorzien van het internationale waarschuwingssymbool. Als er een alarm geactiveerd is, wordt op het scherm een venster geopend met de alarmtekst en een waarschuwing, met een korte beschrijving van de handeling die vereist is om het probleem op te lossen. In de volgende afbeeldingen ziet u het alarmvenster op het midden van het scherm, met de linkerzijbalk in gesloten en geopende toestand Kritieke alarmen gaan meestal gepaard met een reactie van het Mercury Engine Guardian-systeem: dit kan vermogensbegrenzing, begrenzing van het maximale toerental of een gedwongen stationairstand omvatten. Alle kritieke storingen gaan gepaard met een hoorbaar waarschuwingssignaal voor de gebruiker. Bij een kritieke storing klinkt de waarschuwingshoorn zes seconden continu Bladzijde M nld JUNI 2016
91 Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Niet-kritieke alarmen worden net zoals kritieke alarmen weergegeven, maar in dat geval klinken geeft de waarschuwingshoorn zes korte pieptonen. Pop-upvensters met storingsgegevens verstrekken extra informatie over de diverse storingen. Selecteer de optie Details om een uitgebreidere beschrijving van de storing te zien M nld JUNI 2016 Bladzijde 87
92 Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Om de storing te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm van VesselView selecteert u de X rechtsboven in het venster Active Alarms (Actieve alarmen) of selecteert u de optie Close (Sluiten) in het aanvankelijke pop-upvenster. Alle actieve alarmen en waarschuwingsstoringen blijven beschikbaar via de Mercury-tab links op het scherm. Om een actieve storing te wissen laat u het defecte onderdeel inspecteren, repareren en/of vervangen, start u de motoren en VesselView en laat u de unit de opstartcontrole van het systeem doorlopen. Als er bij de opstartcontrole geen problemen meer worden aangetroffen, wordt de Mercury-tab linksonder op het scherm groen. U kunt de alarmgeschiedenis altijd weergeven door in het hoofdmenuscherm de optie Alarms (Alarmen) te selecteren. Hier wordt de storingsgeschiedenis weergegeven. Alarmen voor ondiep water en bijna lege brandstoftank Voor niet-kritieke storingen zoals ondiep water en brandstof bijna op klinken er zes korte pieptonen en verschijnt er een pop-upvenster op het scherm met een korte tekstbeschrijving van de storing. Bij dit soort storingen wordt de Mercury-tab niet rood. De bovenste balk wordt echter rood en geeft het internationale waarschuwingssymbool weer Bladzijde M nld JUNI 2016
93 Hoofdstuk 5 - Waarschuwingsalarmen Open het hoofdmenuscherm en selecteer de optie Alarms (Alarmen) om de storing te bekijken. Hier kunt u de storingsinformatie lezen en de instellingen wijzigen die de aanleiding tot de storing hebben gevormd M nld JUNI 2016 Bladzijde 89
Scherm met suggesties voor veilig varen. Updaten van de VesselView-software. Automatische zoekactie via wifi. Gebruik van de Micro SD-kaart
Scherm met suggesties voor veilig varen Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Telkens als VesselView wordt ingeschakeld nadat 30 seconden of langer is uitgeschakeld, verschijnt er een scherm met advies over veilig
Nadere informatieVesselView 502, 702, 703, 903 en VesselView Link
VesselView 502, 702, 703, 903 en VesselView Link 2017 Mercury Marine VesselView 502, 702, 703, 903 en VesselView Link 8M0138426 717 nld INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Conformiteitsverklaring...
Nadere informatie2017 Mercury Marine VesselView 4. 8M nld
2017 Mercury Marine VesselView 4 8M0126147 316 nld INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Overzicht VesselView 4... 2 Toetsen... 2 Achterpaneel... 3 Onderdelen van het VesselView 4 scherm en hun beschrijving...
Nadere informatieHDS Live Verkorte handleiding
HDS Live Verkorte handleiding NL Toetsen Pagina's D FG MOB B C E H I J B C D E F G H I J Waypoint Pijlen Exit Enter In-/uitzoomen Menu Voeding Snelle toegang* Druk in om de Home pagina te activeren Druk
Nadere informatieGO XSE Beknopte handleiding
GO XSE Beknopte handleiding NL Voorpaneel 1 Nummer Toets 1 Voeding Functie Druk één keer om het dialoogvenster Systeem regelingen te openen. Houd de knop ingedrukt om de unit aan of uit te zetten. Het
Nadere informatieVerkorte handleiding
Zeus 3 Verkorte handleiding NL Voorpaneel 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 12 Nr. Beschrijving 1 Touchscreen. 1 Pagina's/Home-knop - indrukken om de home pagina te openen voor paginaselectie en 2 instelopties.
Nadere informatieTAB07-210 XENTA 7c TAB07-211 XENTA 7c TAB07-212 XENTA 7c FIRMWARE UPGRADE INSTRUCTIES. Pagina 1 van 8
TAB07-210 XENTA 7c TAB07-211 XENTA 7c TAB07-212 XENTA 7c FIRMWARE UPGRADE INSTRUCTIES Pagina 1 van 8 VOORDAT U BEGINT: BACKUP BELANGRIJKE GEGEVENS! Bij het upgraden van uw Yarvik tablet zullen alle gebruikersinstellingen,
Nadere informatieInternet Video Deurbel. SNELSTART Gebruikersopties Handleiding voor de App
Internet Video Deurbel SNELSTART Gebruikersopties Handleiding voor de App In deze handleiding worden alle functies uitgelegd om u wegwijs te maken van ons product. Door middel van foto s proberen we alles
Nadere informatieGO XSE Verkorte handleiding
GO XSE Verkorte handleiding NL Voorpaneel 1 Nummer Toets 1 Voeding Functie Druk één keer om het dialoogvenster Systeem regelingen te openen. Houd de knop ingedrukt om de unit aan of uit te zetten. Het
Nadere informatieBeknopte handleiding SQ Vieuw software
Beknopte handleiding SQ Vieuw software Het startscherm met de verschillende opties: - Logger Set-up : het programmeren van de datalogger naar een gewenste configuratie - Download Data: het halen van data
Nadere informatieHDS Gen3 Verkorte handleiding
HDS Gen3 Verkorte handleiding NL Overzicht 1 4 6 5 7 2 3 8 9 10 11 12 Nr. Toets Functie 1 Touchscreen 2 De paginaknop Hiermee kunt u de home pagina activeren 3 Cursortoetsen 4 5 Toetsen voor in-/uitzoomen
Nadere informatieHANDLEIDING INFOGRAPHIC SOFTWARE Versie 2.3 / jan 2014
HANDLEIDING INFOGRAPHIC SOFTWARE Versie 2.3 / jan 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Systeemvereisten... 3 3. Installeren van de software... 4 4. Programma instellingen... 5 5. Importeren van een
Nadere informatieGebruikershandleiding Bi-LINK Version 1.0
Gebruikershandleiding Bi-LINK Version 1.0 (1) INSTALLEREN (2) GEGEVENS UPLOADEN (3) GEGEVENS BEKIJKEN (4) EEN PARAMETER MAKEN (5) EEN PARAMETER BEWERKEN (6) DEELNEMEN AAN EEN PROGRAMMA (7) WERKEN MET UW
Nadere informatieADDENDUM GO XSE softwareversie 2.0
*988-11678-001* ADDENDUM GO XSE softwareversie 2.0 In dit addendum worden nieuwe functies beschreven die deel uitmaken van de GO XSE software release 2.0 en die niet zijn beschreven in de GO XSE Bedieningshandleiding
Nadere informatieDF-831 8 Digitale fotolijst Handleiding
DF-831 8 Digitale fotolijst Handleiding Voor informatie en ondersteuning, www.lenco.eu 1. Aan de slag: Het uiterlijk bekijken: Sensor voor afstandsbediening 2. Knoppen en aansluitingen: (1). Menu/Terug;
Nadere informatieTool Gebruikershandleiding E46 Mods
Tool Gebruikershandleiding E46 Mods Versie 1.0 Inhoudsopgave 1 Algemene informatie... 3 2 Aansluiten... 4 2.1 Opstarten en Updaten... 4 2.2 Verbinden... 8 2.2.1 Verbindingsproblemen... 9 3 Basis Informatie...
Nadere informatie1. Hardware Installatie...3 2. Installatie van Quasyscan...6 A. Hoe controleren of je een actieve internetverbinding hebt?...6 B.
Quasyscan 1. Hardware Installatie...3 2. Installatie van Quasyscan...6 A. Hoe controleren of je een actieve internetverbinding hebt?...6 B. Zodra er een internetverbinding tot stand is gebracht...7 C.
Nadere informatieHANDLEIDING VAN DATARECORDER SOFTWARE (FOR WS-9010)
HANDLEIDING VAN DATARECORDER SOFTWARE (FOR WS-9010) Inleiding Dit Temperatuurstation en de bijbehorende software van de datarecorder vormen een kwalitatief hoogstaand dataverwerkingsysteem. Nadat u de
Nadere informatieLCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY GEBRUIKSAANWIJZING
LCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY DOWNLOADER Versie 1.1 GEBRUIKSAANWIJZING Inleiding Deze software Kan controleren of er nieuwe versies zijn van de gebruikte software. Indien er een nieuwe versie is,
Nadere informatieVan start gaan. Inhoudsopgave. Quick User Guide - Nederlands
Van start gaan Deze verkorte handleiding helpt u om aan de slag te gaan met de IRIScan TM Anywhere Wifi. Lees deze handleiding aandachtig door voor u deze scanner en de bijbehorende software in gebruik
Nadere informatieSLDA-systeem (Smartphone Linkage Display Audio) Handleiding software-update Versie v1850 voor EU
SLDA-systeem (Smartphone Linkage Display Audio) Handleiding software-update Versie v1850 voor EU Belangrijke opmerking: Wacht tot het proces van de software-update is voltooid voordat u de SD-kaart met
Nadere informatieInstalleren van het stuurprogramma USB-Audiostuurprogramma Installatiehandleiding (Windows)
Installeren van het stuurprogramma USB-Audiostuurprogramma Installatiehandleiding (Windows) Inhoudsopgave Installeren van het stuurprogramma... Pagina 1 Verwijderen van het stuurprogramma... Pagina 3 Problemen
Nadere informatieDUTCH Document number: Date:
DUTCH Document number: 86142-1 Date: 02-2011 Let op: Zorg dat u er altijd zicht op hebt Met automatische koersbesturing is het besturen van uw schip gemakkelijker, maar het is GEEN vervanging van goed
Nadere informatieHandleiding Sportlink Club
Handleiding Sportlink Club Dit document is automatisch gegenereerd. We raden u aan de handleiding online te raadplegen via www.sportlinkclub.nl/support. 1. Installatiehandleiding.........................................................................................
Nadere informatieWelch Allyn Connex Spot Monitor - Snelzoekkaart
Welch Allyn Connex Spot Monitor - Snelzoekkaart Inhoudsopgave Aan/uit-knop...2 Uitschakelen...2 Aanmelden en een profiel selecteren...2 Batterijstatus...2 Profiel wijzigen...2 Bloeddrukmeting starten/stoppen...2
Nadere informatieVeelgestelde vragen voor Eee Pad TF201
Veelgestelde vragen voor Eee Pad TF201 DU6915 Bestanden beheren... 2 Hoe krijg ik toegang tot mijn gegevens die opgeslagen zijn op microsd, SD-kaart en USB-apparaat?... 2 Hoe verplaats ik het geselecteerde
Nadere informatieH A N D L E I D I N G D A Z A T O O L S - O N T V A N G E R
H A N D L E I D I N G D A Z A T O O L S - O N T V A N G E R 2 0 1 6 0 8 2 4 INHOUDSOPGAVE 1. Software in 3 stappen geïnstalleerd...1 Stap 1: Downloaden van de software...1 Stap 2: Starten met de installatie...2
Nadere informatieTREX 2G Handleiding Pagina 2
Informatie in deze handleiding is onderhevig aan verandering zonder voorafgaande kennisgeving. NEAT Electronics AB behoudt zich het recht hun producten te wijzigen of te verbeteren en wijzigingen aan te
Nadere informatieAan de slag. Deze snelgids is voor de ClickToPhone software versie 83 of hoger.
Aan de slag Deze snelgids omschrijft hoe de ClickToPhone software moet worden geïnstalleerd, de Bluetooth hardware met de telefoon moet worden gekoppeld en hoe een gebruikersniveau moet worden gekozen.
Nadere informatie2015 Multizijn V.O.F 1
Dank u voor de aanschaf van de gloednieuwe SJ5000 Camera. Lees deze handleiding aandachtig door voordat u de camera gaat gebruiken en wij hopen dat u snel vertrouwd zal zijn met de camera en u veel spannende
Nadere informatieHULPPROGRAMMA VOOR INSTELLINGEN AANRAAKSCHERM
LCD MONITOR HULPPROGRAMMA VOOR INSTELLINGEN AANRAAKSCHERM Versie 2.0 GEBRUIKSAANWIJZING Modellen waarop dit van toepassing is (sinds januari 2016) PN-60TA3/PN-60TB3/PN-60TW3/PN-70TA3/PN-70TB3/PN-70TW3/PN-80TC3/
Nadere informatieSnel aan de slag met Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x)
Snel aan de slag Snel aan de slag met Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x) Cisco Unity Connection Postvak IN Web (versie 9.x) 2 Cisco Unity Connection Postvak IN Web 2 Opties in Postvak IN
Nadere informatieWAARSCHUWING: STIKGEVAAR: kleine onderdelen. Niet geschikt voor kinderen tot 3 jaar. Waarschuwingen
WAARSCHUWING: STIKGEVAAR: kleine onderdelen. Niet geschikt voor kinderen tot 3 jaar. Waarschuwingen Bewaar deze gebruiksaanwijzing voor toekomstig gebruik. Easi-Scope 2 bevat een ingebouwde oplaadbare
Nadere informatieBEP 600-TLM2 CONTOUR MATRIX TANK MONITOR INSTALLATIE EN GEBRUIKS AANWIJZING
BEP 600-TLM2 CONTOUR MATRIX TANK MONITOR INSTALLATIE EN GEBRUIKS AANWIJZING INDEX KENMERKEN 3 AFMETINGEN 3 AANSLUIT SCHEMA 4 GEBRUIK 5 NOTITIES 6 ALARMEN EN STILALARM 7 MENU OVERZICHT 7 SET-UP EN PROGRAMMERING
Nadere informatieSNEL HANDLEIDING KIT-2BNVR2W
KIT-2BNVR2W Opstarten van het camera bewakingssysteem. 1. Sluit een monitor aan op de NVR (monitor niet inbegrepen in de KIT). 2. Sluit de NVR aan op het netwerk. 3. Sluit de NVR aan op het lichtnet met
Nadere informatieMEDIA NAV navigatiesysteem Handleiding voor het downloaden van content via internet
MEDIA NAV navigatiesysteem Handleiding voor het downloaden van content via internet Dit document beschrijft hoe u de software of content van uw navigatiesysteem kunt bijwerken. De screenshots die in deze
Nadere informatieGebruiksaanwijzing Samsung PV 210 Tablet PC. Inhoudsopgave
Gebruiksaanwijzing Samsung PV 210 Tablet PC Inhoudsopgave 1 Introductie van uw TABLET...2 2 Accu...2 4 Interface en applicaties...4 5 HDMI & Host...5 6 Taal & keyboard...6 7 Beheren van Applicaties...7
Nadere informatieSelenium IDE Webdriver. Introductie
Selenium IDE Webdriver Het Wielsem 10, 5231 BW s- Hertogenbosch, telefoon 073-6409311 e- mail info@testwork.nl internet http://www.testwork.nl 1 Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave... 2 2 Selenium IDE... 3 3
Nadere informatieTOUCH DISPLAY DOWNLOADER GEBRUIKSAANWIJZING
LCD MONITOR TOUCH DISPLAY DOWNLOADER GEBRUIKSAANWIJZING Versie 1.0 Modellen waarop dit van toepassing is (sinds januari 2016) PN-60TW3/PN-70TW3/PN-80TC3/PN-L603W/PN-L703W/PN-L803C (De verkrijgbaarheid
Nadere informatieIDPF-700 HANDLEIDING
IDPF-700 HANDLEIDING Kenmerken product: Resolutie: 480x234 pixels Ondersteunde media: SD/ MMC en USB-sticks Fotoformaat: JPEG Foto-effecten: kleur, mono, en sepia Zoomen en draaien van afbeeldingen Meerdere
Nadere informatieGPS NAVIGATION SYSTEM QUICK START USER MANUAL
GPS NAVIGATION SYSTEM QUICK START USER MANUAL DUTCH Van start gaan Als u de navigatiesoftware de eerste keer gebruikt, wordt een automatisch proces gestart voor het instellen van de basisinstellingen.
Nadere informatieHandleiding voor de update naar TouchSpeak 10 op Windows XP
Handleiding voor de update naar TouchSpeak 10 op Windows XP Inhoudsopgave Fase 1: maak een backup... 3 Fase 2: Installatie TouchSpeak 10 op PC... 5 Fase 3: Updaten TouchSpeak 10 op PC... 6 Fase 4: TouchSpeak
Nadere informatieProblemen met HASP oplossen
Problemen met HASP oplossen Hoofdvestiging: Trimble Geospatial Division 10368 Westmoor Drive Westminster, CO 80021 USA www.trimble.com Copyright en handelsmerken: 2005-2013, Trimble Navigation Limited.
Nadere informatieBluetooth Software Update Manual for Windows 7 IVE-W530BT
Bluetooth Software Update Manual for Windows 7 IVE-W530BT 1 Introductie Deze handleiding beschrijft de stappen die nodig zijn voor het bijwerken van de Head Units Bluetooth firmware. Lees alle waarschuwingen
Nadere informatieWatcheye AIS op ipad
Watcheye AIS op ipad Deel uw NMEA / AIS informatie met uw ipad met tussenkomst van uw PC/Laptop. Het is mogelijk om de Watcheye AIS applicatie op uw ipad te koppelen met uw AIS, door de NMEA data die de
Nadere informatieSnelstart Gids. Menustructuur. Opstarten en Afsluiten. Formatteren van Disk. 72xxHVI-ST Series DVR
Menustructuur De menustructuur van de DS-72xxHVI-ST Serie DVR is als volgt: Opstarten en Afsluiten Het juist opstarten en afsluiten is cruciaal voor de levensduur van uw DVR. Opstarten van uw DVR: 1. Plaats
Nadere informatieInstallatie SQL Server 2014
Installatie SQL Server 2014 Download de SQL Server Express net advanced Services van de website: https://www.microsoft.com/en-us/download/details.aspx?id=42299 klik op Download. Als u een 64 bit variant
Nadere informatieBluetooth Software Update Manual Using an Android Device IVE-W530BT
Bluetooth Software Update Manual Using an Android Device IVE-W530BT 1 Introductie Deze handleiding beschrijft de stappen die nodig zijn voor het bijwerken van de Head Units Bluetooth firmware. Lees alle
Nadere informatieXemio-760 BT Snelgids Voor informatie en ondersteuning,
Xemio-760 BT Snelgids Voor informatie en ondersteuning, www.lenco.com 1. Bedieningselementen en aansluitingen (1) TFT LCD-display (2 inch; R,G,B) (2) M (Menu oproepen/ Submenu) (3) (Vorige / Terugspoelen,
Nadere informatieTI 84-plus Software. TI Connect. Downloaden, installeren en gebruiken. Wouter Bailleul
TI 84-plus Software TI Connect Downloaden, installeren en gebruiken Wouter Bailleul Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 TI Connect downloaden... 3 TI Connect installeren... 4 TI Connect gebruiken... 5 Verbinding
Nadere informatieADDENDUM NSS evo2 softwareversie 4.5
*988-11738-001* ADDENDUM NSS evo2 softwareversie 4.5 In dit addendum worden nieuwe functies beschreven die deel uitmaken van de NSS evo2 software release 4.5 en die niet zijn beschreven in de NSS evo2
Nadere informatieInstallatie-instructies
Installatie-instructies NB Het in deze instructies getoonde productmodel is TL-MR3040, bij wijze van voorbeeld. Voor meer informatie over de installatie raadpleegt u de Engelse installatie-instructies
Nadere informatieRabo CORPORATE CONNECT. Certificaatvernieuwing
Rabo CORPORATE CONNECT Certificaatvernieuwing Inhoud 1 INLEIDING... 3 2 SYSTEEMVEREISTEN... 4 3 CERTIFICAAT VERNIEUWEN... 6 4 TROUBLESHOOTING... 8 5 ONDERSTEUNING EN SERVICE... 9 BIJLAGE 1 INSTALLATIE
Nadere informatie1. Laad de software voor de camera van op het menu
1. Laad de software voor de camera van www.overmax.eu. op het menu producten, selecteer RTV, dan IP camera s en uw camera model. Dan subpagina Product selecteer de [HELP] - klik op de grijze pijl symbool
Nadere informatieH A N D L E I D I N G E L V 1 5
H A N D L E I D I N G E L L @ V 1 5 INHOUD Revision Data... 2 Introductie... 3 Ell@ Layout... 4 Aanzetten Ell@... 5 Unlocken van Ell@... 5 Hoofdmenu... 5 Raadplegen planning... 6 Invoeren prestatie...
Nadere informatieMacrium Reflect Free. Mirror Back-up:
Macrium Reflect Free. Mirror Back-up: Een ideaal programma voor een reserve kopie van uw werkende computer is Macrium Reflect Free. Op dit moment nog versie 6 maar op korte termijn verschijnt hiervan de
Nadere informatieHandleiding. Vanaf BFC Software Versie: MTD Hardware Versie: 5.2 Document Versie: van 16 Handleiding BFC Versie:
Handleiding Vanaf BFC Software Versie: 1.0.4.3 MTD Hardware Versie: 5.2 Document 1 van 16 Handleiding BFC Inhoudsopgave: Introductie... 3 Installeren van de benodigde software... 3 1. Installeren van Microsoft
Nadere informatieOp weg naar de nieuwe generatie ActivExpression
Op weg naar de nieuwe generatie ActivExpression De zelfstudie module in ActivExpression levert directe terugkoppeling. Vraag na vraag, voor elke leerling. Je maakt een set vragen aan en stuurt deze naar
Nadere informatieHandleiding. Opslag Online voor Windows Phone 8. Versie augustus 2014
Handleiding Opslag Online voor Windows Phone 8 Versie augustus 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Inleiding 3 Hoofdstuk 2. Installatie 4 2.1 Downloaden van KPN Opslag Online QR Code 4 2.2 Downloaden van KPN
Nadere informatie2013 Mercury Marine VesselView 7 *8M * 90-8M
2013 Mercury Marine VesselView 7 *8M0083812* 90-8M0083812 513 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 - Algemene informatie Overzicht VesselView 7... 2 Bedieningselementen op de voorkant...2 Gebruik van de bedieningselementen
Nadere informatie2018 Mercury Marine VesselView M nld
VesselView 403 2018 Mercury Marine VesselView 403 8M0143432 1217 nld INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 - Om te beginnen Conformiteitsverklaring... 2 Europese norm... 2 Testrapport...2 Overzicht VesselView...
Nadere informatieGa naar de site klik op de knop rechtsboven op webmail.
Handleiding Roundcube is een webbased e-mailclients die middels het IMAP-protocol mail lezen vanaf de server. Je kunt hiermee mail beheren en versturen. Hoewel beide programma's in grote lijnen dezelfde
Nadere informatieBluetooth Software Update Handleiding UTE-72BT / CDE-173BT / CDE-174BT
Bluetooth Software Update Handleiding UTE-72BT / CDE-173BT / CDE-174BT 1 Introductie Deze handleiding beschrijft de stappen die nodig zijn voor het bijwerken van Bluetooth op de head unit. Lees alle waarschuwingen
Nadere informatieGEBRUIKERSHANDLEIDING
GEBRUIKERSHANDLEIDING Informatie voor de gebruiker: HD (High Definition) en HFR (High Frame Rate) video-opname apparaten, zijn een zware belasting voor geheugenkaarten. Afhankelijk van de gebruikersinstellingen,
Nadere informatieHandleiding NarrowCasting
Handleiding NarrowCasting http://portal.vebe-narrowcasting.nl september 2013 1 Inhoud Inloggen 3 Dia overzicht 4 Nieuwe dia toevoegen 5 Dia bewerken 9 Dia exporteren naar toonbankkaart 11 Presentatie exporteren
Nadere informatieGebruikershandleiding Inhoud
Gebruikershandleiding Inhoud 1. Note 2. Inhoud van de verpakking 3. Product aanzichten 4. Opstarten en aflsuiten 5. Desktop 6. Knoppen 7. Systeem instellingen 7.1 WIFI draadloze connectie 8. HDMI 9. Installeren,
Nadere informatieGetting-started tutorial. Versie 1.0
Getting-started tutorial Versie 1.0 Getting-started Apparaat toevoegen Installatie en activatie Getting-started tutorial In deze getting-started tutorial gaan we u helpen met de eerste stappen met ROXY,
Nadere informatieBluetooth Software-update handleiding CDE-177BT / CDE-178BT / ide-178bt
Bluetooth Software-update handleiding CDE-177BT / CDE-178BT / ide-178bt 1 Introductie Deze handleiding beschrijft de stappen die nodig zijn voor het bijwerken van de head-unit Bluetooth-firmware. Lees
Nadere informatieTips en Tricks basis. Microsoft CRM Revisie: versie 1.0
Tips en Tricks basis Microsoft CRM 2016 Revisie: versie 1.0 Datum: 23/03/2016 Inhoud 1. Basisinstellingen... 3 1.1 INSTELLEN STARTPAGINA... 3 1.2 INSTELLEN AANTAL REGELS PER PAGINA... 3 2. Algemene bediening...
Nadere informatieExamenmode op de HP Prime
HP Prime Graphing Calculator Examenmode op de HP Prime Meer over de HP Prime te weten komen: http://www.hp-prime.nl De Examenmode In deze bundel een beschrijving van de stappen die nodig zijn voor het
Nadere informatieArchive Player Divar Series. Bedieningshandleiding
Archive Player Divar Series nl Bedieningshandleiding Archive Player Inhoudsopgave nl 3 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Bediening 5 2.1 Het programma starten 5 2.2 Inleiding tot het hoofdvenster 6 2.3 Knop
Nadere informatieNuvoPlayerVCL. Copyright 2016 by B-Logicx. All Rights Reserved.
Copyright 2016 by B-Logicx. All Rights Reserved. Inhoudstabel Introductie... 3 Starten... 4 Systeemvereisten... 4 Software Installatie... 5 Bestandslocaties... 5 Opstarten... 5 Help... 6 Updates... 6 Bedienen...
Nadere informatieVeelgestelde vragen voor Transformer TF201 DU7211
Veelgestelde vragen voor Transformer TF201 DU7211 Bestanden beheren... 2 Hoe krijg ik toegang tot mijn gegevens die opgeslagen zijn op microsd, SD-kaart en USB-apparaat?... 2 Hoe verplaats ik het geselecteerde
Nadere informatieHandleiding VirtualBox
Pagina 1 van 18 Handleiding VirtualBox Inhoud 1) Wat is VirtualBox?... 2 2) Installatie... 2 3) Schermopbouw VirtualBox... 6 4) Downloaden van Linux ISO... 7 5) Virtuele Machine aanmaken... 7 6) Besturingssysteem
Nadere informatieI. Specificaties. II Toetsen en bediening
I. Specificaties Afmetingen Gewicht Scherm Audioformaat Accu Play time Geheugen 77 52 11mm (W*H*D) 79g 1,3inch OLED-scherm MP3: bitrate 8Kbps-320Kbps WMA: bitrate 5Kbps-384Kbps FLAC:samplingrate 8KHz-48KHz,16bit
Nadere informatieSIM SAVER KORTE HANDLEIDING
SIM SAVER KORTE HANDLEIDING (WinXP en 2000: Indien u het toestel niet in dezelfde USB-poort steekt, zal de drive voor de tweede poort opnieuw moeten worden gedefinieerd. Dit probleem heeft te maken met
Nadere informatieVoer uw gegevens in en tik 'Account maken' Tik 'Akkoord' voor het accepteren van de gebruiksvoorwaarden
Dropbox Beschrijving Dropbox is een gratis Cloudopslag-toepassing. U krijgt bij aanmelden 2GB gratis opslagruimte, waarin u foto s, documenten, kan bewaren. U kunt deze bestanden gemakkelijk benaderen
Nadere informatieGarmin Nautix. Gebruikershandleiding
Garmin Nautix Gebruikershandleiding April 2016 190-02078-35_0A Alle rechten voorbehouden. Volgens copyrightwetgeving mag deze handleiding niet in zijn geheel of gedeeltelijk worden gekopieerd zonder schriftelijke
Nadere informatieGa met uw telefoon naar de onderstaande link om de Xmeye app te downloaden of zoek in de app store naar Xmeye.
Download met uw telefoon of tablet de Xmeye app: Ga met uw telefoon naar de onderstaande link om de Xmeye app te downloaden of zoek in de app store naar Xmeye. Xmeye: Xmeye app voor Android: https://play.google.com/store/apps/details?id=com.mobile.myeye&hl=nl
Nadere informatieSneltoets Combinaties. Hoofdstuk 6 Sneltoetsen
Hoofdstuk 6 Sneltoetsen Sneltoetsen zijn combinaties van toetsen die ZoomText bevelen uitvoeren zonder dat de ZoomText gebruikersinterface geactiveerd dient te worden. Er zijn sneltoetsen voor bijna alle
Nadere informatieBasis Live Mode Functies Je kan eenvoudig camerabeelden bekijken in een layout naar keuze. Kies een layout bovenaan het scherm, in de Live Mode.
Eindgebruiker Quick Start Guide Overzicht De exacqvision Client software bestaat uit 3 schermen: Live, Search, en Setup. Om in het gewenste scherm te geraken, klik je op het desbetreffende pictogram aan
Nadere informatieRCForb (Client) Gebruikers handboek Werken met RCForb Client overzicht
RCForb (Client) Gebruikers handboek Werken met RCForb Client overzicht Pagina 1 van 9 Installatie & Eerste Run (Client) Nederlandse vertaling ON8LW Downloaden en installeren U kunt de meest recente versie
Nadere informatieNSS evo3 Verkorte handleiding
NSS evo3 Verkorte handleiding NL Voorpaneel 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 12 Nr. Beschrijving 1 Touchscreen. 1 Pagina's/Home-knop - indrukken om de home pagina te openen voor paginaselectie en 2 instelopties.
Nadere informatieHanwell temperatuur / vocht logger handleiding
Hanwell temperatuur / vocht logger handleiding De Hanwell temperatuur / vochtigheid datalogger Hanwell Hanlog32USB software (W200) USB set up communicatie kabel Y055 Verschillende mogelijkheden: -starten
Nadere informatieAan de slag. Multimedia / Multimedia Navi Pro. Persoonlijke instellingen configureren
Aan de slag Multimedia / Multimedia Navi Pro Via het startscherm gaat u gemakkelijk naar alle toepassingen. Via de onderste balk gaat u snel naar: Start Audio Telefoon Navigatie Klimaat Persoonlijke instellingen
Nadere informatieHandleiding Nero InfoTool
Handleiding Nero InfoTool Nero AG Informatie over copyright en handelsmerken De handleiding van Nero InfoTool en de volledige inhoud van de handleiding zijn auteursrechtelijk beschermd en zijn eigendom
Nadere informatiei7 0 Verkorte gebruikershandleiding Dutch Document number: 86141-1 Date: 11-2010
i7 0 Verkorte gebruikershandleiding Dutch Document number: 86141-1 Date: 11-2010 DUTCH Document number: 86141-1 Date: 11-2010 Instrumentbesturingen Besturen van indeling en functies. Het instrument inschakelen
Nadere informatieVeelgestelde vragen. Apps. App Centre 2017-
Veelgestelde vragen 2017- Apps App Centre 1 Honda Connect - Veelgestelde vragen Apps en widgets Vraag: Wat is het verschil tussen een App en een Widget? A: In Honda Connect De inhoud in de APP-sectie:
Nadere informatiesamaritan PAD, AED en PDU Gebruikershandleiding voor Saver EVO
samaritan PAD, AED en PDU Gebruikershandleiding voor Saver EVO De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd en belichaamt geen enkele toezegging van HeartSine Technologies
Nadere informatieBluetooth Software Update Handleiding voor Windows 7. Geschikt voor 2012 producten CDE-13xBT & CDE-W235BT & CDA-137BTi
Bluetooth Software Update Handleiding voor Windows 7 Geschikt voor 2012 producten CDE-13xBT & CDE-W235BT & CDA-137BTi 1 Introductie Deze handleiding beschrijft de benodigde stappen om de Bluetooth firmware
Nadere informatieStoryBuilder Lite. Quick Start: Een pad maken
StoryBuilder Lite LITE HELP April 0 www.storybuilder.eu help@storybuilder.eu Kingdom of the Netherlands 0 Quick Start: Een pad maken A) Aan de slag Blader door de verschillende Storybuilds door op rubrieken
Nadere informatieInstallatie SQL Server 2012
Installatie SQL Server 2012 Download de SQL Server express net Advanced Services van de website: https://www.microsoft.com/en-us/download/details.aspx?id=29062 klik op Download. Als u een 64 bit variant
Nadere informatieInstalleer de C54PSERVU in Windows Vista
Installeer de C54PSERVU in Windows Vista In dit document wordt beschreven hoe u uw printer in combinatie met de Conceptronic C54PSERVU kan installeren in Windows Vista. 1. Printer installeren Voordat u
Nadere informatieICY Control Center Facility Management
Gebruiksaanwijzing ICY Control Center Facility Management 1 2 Inhoudsopgave 1 Inloggen 5 1.1 Inloggen bij opstart 5 1.2 Wachtwoord vergeten 5 2 Het Dashboard 6 2.1 Samenvatting Dagplanning 6 2.2 Alarmen
Nadere informatie1 Beheren van host: Host lijst. Toevoegen van een host. XMBC/Kodi. QR code. Cloud save. Bewerken van host. Verwijderen van host. Selecteer een host.
1 P a g e Beheren van host: 1 Host lijst. Selecteer een host in de lijst om deze te bewerken, te verwijderen of te selecteren. 2 Toevoegen van een host. Druk op de plus toets om een nieuw host toe te voegen.
Nadere informatieFoto s importeren in Windows 10
Foto s importeren in Windows 10 Verbind de camera/tablet/telefoon met de computer d.m.v. een usb kabeltje of stop de geheugenkaart in de kaartlezer. U ziet het volgende venstertje (onderin of bovenaan
Nadere informatieVerkorte handleiding. Toetsen. Kaartlezer. Dialoogvenster Systeem regelingen C D
ELITE Ti 2 Verkorte handleiding NL Toetsen D Pagina s Druk in om de Home pagina te activeren Druk om het beeld in of uit te zoomen D In-/ uitzoomen Waypoint Voeding Door beide knoppen tegelijk ingedrukt
Nadere informatieActiviteiten in Fidura
Activiteitenmodule starten De Activiteitenmodule kan worden gestart via het kopje modules in het Hoofdscherm of door klikken met de linkermuis op de knop onderin de taakbalk. rechts (Bulk)Import inkomende
Nadere informatieEnVivo EZ Converter. Gebruikershandleiding
EnVivo EZ Converter Gebruikershandleiding op met Teknihall support: 0900 400 2001 2 INHOUDSOPGAVE INTRODUCTIE... 4 OPMERKINGEN... 4 FUNCTIES... 5 SPECIFICATIES... 5 SYSTEEMEISEN... 5 INHOUD VAN DE VERPAKKING
Nadere informatieBestnr. 87 90 69 ODYS Internettablet noon 9_7
Bestnr. 87 90 69 ODYS Internettablet noon 9_7 Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar
Nadere informatie