Leiden, 2 februari 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leiden, 2 februari 2015"

Transcriptie

1 Leiden, 2 februari 2015 Betreft: Regeling langdurig verblijvende kinderen (agendapunt 1, 3 en 9 van het AO van 4 februari 2015) en de nieuwe gesloten gezinsvoorziening in Zeist Geachte Tweede Kamerleden, woordvoerders migratie, Voor het Algemeen Overleg op 4 februari 2015 van de vaste Tweede Kamercommissie voor Veiligheid & Justitie vraagt Defence for Children uw aandacht voor de recente ontwikkelingen in de gesloten gezinsvoorziening in Zeist en de uitvoering van de Regeling langdurig verblijvende kinderen (Kinderpardon). In deze brief gaat Defence for Children in op: Een Eerlijk Kinderpardon: zoals tevens door de mensenrechtencommissaris van de Raad van Europa is beargumenteerd dienen de criteria voor het Kinderpardon te worden aangepast en de kinderen centraal te blijven staan in het debat. Door de politieke verschuiving van een Eerlijk Kinderpardon naar de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris is willekeur gecreëerd. Het is volkomen onduidelijk waarom sommige kinderen zijn afgewezen en het is ook niet te controleren welke criteria hierbij zijn gehanteerd. Bij de toepassing van de discretionaire bevoegdheid lijken aanvullende restrictieve criteria toegevoegd te worden en is het onduidelijk in welke gevallen de kinderen alleen een vergunning krijgen wanneer zij een grensoverschrijdingsdocument kunnen tonen en in welke gevallen dit niet noodzakelijk is. De kleine groep kinderen van vermeende oorlogsmisdadigers (1F ers) wordt in de praktijk uitgesloten van het Kinderpardon terwijl zij na tien jaar verblijf in Nederland niet langer worden uitgesloten van andere vergunningen. Hierdoor dringt de vraag zich op welk risico er bij het verlenen van een Kinderpardonvergunning voor de openbare orde bestaat dat niet bestaat bij het verlenen van andere vergunningen. De toepassing van de criteria van de Definitieve regeling langdurig verblijvende kinderen (met name het meewerkcriterium) is volgens de staatssecretaris niet gebaseerd op objectieve maatstaven van de Dienst Terugkeer en Vertrek. De definitieve Kinderpardonregeling lijkt hiermee niet het kinderrechtelijke vangnet te zijn waar iedereen op had gerekend. Grondige aanpassing van het beleid om kinderen in de Gesloten Gezinsvoorziening (GGV) in Zeist te plaatsen is noodzakelijk: Een gezin werd tot twee keer toe in de GGV geplaatst om uitgezet te worden en tot twee keer toe oordeelde de rechter dat de bewaring onrechtmatig was. Er dient een gemotiveerde en kenbare afweging plaats te vinden van de belangen van de kinderen. Er zijn zorgen over twee meisjes die met een suïcidale vader zijn uitgezet vanuit de GGV. 1

2 1. Kinderpardon: geen cijfers maar namen Ondanks dat het Kinderpardon bij uitstek een kinderrechtelijke overwinning was, worden bij de uitvoering rechten van kinderen geschonden. In het debat overheerst de communicatie over de cijfers. Het menselijk leed en de kinderen achter de cijfers zijn naar de achtergrond verdrongen. Als agendapunt 3 is tijdens het aankomend Algemeen Overleg de brief opgenomen d.d. 19 november 2014 van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de beroepszaken inzake de regeling langdurig verblijvende vreemdelingen. Van de 260 beroepszaken zijn er circa 50 gegrond verklaard. Eerder gaf de staatssecretaris in een brief van 24 september 2014 aan voor 27 van de 92 gezinnen die eerder waren afgewezen (de buiten beeld zaken) voor de overgangsregeling alsnog een vergunning te verlenen op grond van zijn discretionaire bevoegdheid. 1 In de brief van 21 januari 2015 van de staatssecretaris geeft hij aan dat in 2014 aan 190 personen (van de 830 aanvragen) een verblijfsvergunning is verleend vanwege schrijnende omstandigheden (agendapunt 9). Het is nog onduidelijk in hoeveel gevallen de staatssecretaris zijn discretionaire bevoegdheid heeft gebruikt voor kinderen die op andere gronden (dan het buitenbeeld criterium) zijn afgewezen voor het Kinderpardon. Veel Nederlanders zullen bij de bekendmaking van het Kinderpardon gedacht hebben dat er een oplossing kwam voor alle gewortelde migrantenkinderen in Nederland. Geen acties meer op Het Plein in Den Haag, geen petities meer of spandoeken schilderen door klasgenootjes en buurtbewoners van gewortelde kinderen. Helaas is de waarheid anders. Voor een Eerlijk Kinderpardon tekenden meer dan 300 burgemeesters en ruim andere mensen. 2 Defence for Children rekent erop dat u als Tweede Kamer het kind centraal blijft stellen in het debat. Vele kinderen zitten inmiddels al weer twee jaar langer in onzekerheid en zijn afhankelijk gemaakt van de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris. Defence for Children plaatst, zoals hieronder uiteengezet zal worden, vraagtekens bij de wijze waarop deze discretionaire bevoegdheid wordt toegepast, maar stelt bovenal dat het aan de Tweede Kamer is om er op toe te zien dat uitvoering wordt gegeven aan een Eerlijk Kinderpardon voor ieder geworteld kind. Kinderrechten voer je niet voor 50% uit. Defence for Children pleit voor gelijke rechten voor alle gewortelde kinderen. Kinderen zijn geen cijfers. Ze hebben een naam, gaan naar school en hebben vriendjes. 1.1 Criteria discretionaire bevoegdheid strenger in plaats van ruimhartiger? Door de politieke verschuiving van een Eerlijk Kinderpardon naar de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris is willekeur gecreëerd. Het is volkomen onduidelijk waarom sommige kinderen zijn afgewezen en het is ook niet te controleren welke criteria hierbij door de staatssecretaris zijn gehanteerd gezinnen kregen op andere gronden alsnog een verblijfsvergunning en volgens de schatting van de staatssecretaris kunnen 25 gezinnen baat hebben bij de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State over het buiten beeld criterium. Die uitspraak wordt nog steeds afgewacht. 2 Zie voor de petitie: cg376/teken-de-petitie. 2

3 Onder de noemer Kan toch niet waar zijn?! vallen de twee jongens Shenjun en Tri. Zij vormen een illustratie van de willekeur die momenteel optreedt bij de toepassing van de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris: Shenjun en Tri zijn beiden in Nederland geboren, nog nooit in het land van hun ouders geweest en dus volledig geworteld. De moeder van Shenjun komt uit China, de ouders van Tri uit Vietnam. Beide ouders vluchtten in 2001 naar Nederland. Beide gezinnen werden door de Nederlandse autoriteiten vanuit een asielzoekerscentrum op straat gezet en raakten enkel om die reden uit beeld van de rijksoverheid. In beide gevallen maakte dit laatste aspect ook dat zij volgens de IND niet onder het Kinderpardon vielen. Shenjun heeft een verblijfsvergunning gekregen op grond van de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris; Tri niet. Het is de vraag of de staatssecretaris andere criteria hanteert bij het toepassen van zijn discretionaire bevoegdheid in afgewezen kinderpardonzaken dan in andere zaken waarin hem wordt verzocht om zijn discretionaire bevoegdheid te gebruiken. Bij de toepassing van de discretionaire bevoegdheid lijken aanvullende restrictieve criteria toegevoegd te worden aan de criteria van het Kinderpardon. Zo is bij Defence for Children een zaak bekend waarbij het Kinderpardon was afgewezen op grond van het buiten beeld criterium, maar er bij de toepassing van de discretionaire bevoegdheid ineens openbare orde criteria 3 werden tegengeworpen. Ook is het onduidelijk in welke gevallen de kinderen alleen een vergunning krijgen wanneer zij een grensoverschrijdingsdocument kunnen tonen en in welke gevallen dit niet noodzakelijk is. Sommige kinderen krijgen namelijk wel een vergunning op basis van de discretionaire bevoegdheid maar moeten een grensoverschrijdingsdocument bemachtigen willen zij later kunnen naturaliseren. Daarentegen worden voor andere kinderen het obstakel al eerder opgeworpen: zij komen pas in aanmerking voor de verblijfsvergunning wanneer zij nu een grensoverschrijdingsdocument kunnen tonen. 3 Voor gepleegde feiten door vader (die niet is meegenomen in de Kinderpardonaanvraag) van voor de geboorte van de kinderen. De vader is nadat de relatie met de moeder verbroken was, teruggekeerd naar het land van herkomst. Later is hij met een andere vrouw met wie hij was getrouwd teruggekeerd naar Nederland. De ongewenstverklaring ging eraf en hij werd toegelaten. Toch zijn de gepleegde feiten nu een reden om kinderen en moeder af te wijzen. 3

4 1.2 Overige vragen rond het Kinderpardon Op de helpdesk van Defence for Children zijn zaken bekend van gezinnen die een paar weken te laat asiel aanvroegen om aan de vijfjaarstermijn van de Overgangsregeling te voldoen, maar die toch een aanvraag indienden voor deze regeling. Van één van deze zaken is inmiddels bekend dat er een vergunning op grond van de Overgangsregeling is toegekend. Andere kinderen, die op grond van het feit dat zij de vijfjaarstermijn op enkele dagen of weken na niet vol maakten, hebben alleen een aanvraag ingediend op basis van de definitieve regeling. Zij kregen geen vergunning. Wanneer zij ondanks het niet voldoen aan de termijn dus toch een aanvraag voor de overgangsregeling hadden ingediend, hadden zij nu mogelijk een vergunning gehad. Staatssecretaris Teeven is het blijkens de antwoorden op de Kamervragen 4 van de SP over 1F en het Kinderpardon niet eens met het oordeel van de meervoudige kamer van de Rechtbank in Groningen van 5 december dat er in het Kinderpardon geen expliciete afstand van het tienjarenbeleid voor gezinsleden van 1F-ers (uit het C-deel van de Vc) is genomen. 6 De staatssecretaris wil, kortom, anders dan in de rest van het vreemdelingenbeleid kinderen van 1F-ers die tien jaar of langer in Nederland verblijven volledig uitsluiten van de Regeling Langdurig Verblijvende Kinderen (Overgangsregeling & Definitieve regeling). De staatssecretaris sluit deze groep kinderen uit onder de noemer 'gevaar voor de openbare orde'. Het is echter de vraag welk risico er voor de openbare orde bestaat bij het verlenen van een Kinderpardonvergunning dat niet bestaat bij het verlenen van andere vergunningen. Bij de onderbouwing van het tienjarenbeleid voor gezinsleden van 1F-ers is expliciet overwogen dat het bij langdurig verblijvende gezinsleden van 1F-ers geen zin meer heeft om hen nog langer te weigeren vanwege het openbare orde risico. Bovendien wordt in deze onderbouwing onder verwijzing naar het VN-Kinderrechtenverdrag gesteld dat de belangen van kinderen na tien jaar verblijf voor gaan op het openbare orde-belang. 7 In de Kinderpardonprocedures waarin een beroep is gedaan op het tienjarenbeleid voor gezinsleden van 1F-ers wijst de IND op het risico dat 1F-ers moeilijker uit te zetten zijn als hun kinderen hier verblijfsrecht hebben. Dit argument is juridisch onjuist aangezien 1F-ers een zeer zwakke positie hebben bij een toets aan het recht op gezinsleven uit artikel 8 EVRM 8. Het argument kan ook niet overtuigen nu deze argumentatie geen enkele relatie heeft met het hebben van specifiek een Kinderpardonvergunning ten opzichte van andere vergunningen. Het is voor Defence for Children onbegrijpelijk dat juist in het kader van het Kinderpardon een alternatieve afweging van belangen zou zijn gemaakt, terwijl deze afweging evident minder gunstig voor kinderen uitvalt en nergens behalve in lopende procedures over Kinderpardonafwijzingen- is gemotiveerd. 4 Aanhangsel Handelingen II 2014/15, nr. 934 (zie online: html) 5 Rechtbank Den Haag (zittingsplaats Groningen) 5 december 2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:14947, JV 2015/36. 6 Zie voor een samenvatting van deze uitspraak de website van Defence for Children: 7 Kamerstukken II 2007/08, VI, nr. 160, p Zie hierover bijvoorbeeld de volgende uitspraak: ABRvS 6 maart 2012, /1/V4. 4

5 Het is daarnaast de vraag in hoeveel Kinderpardonzaken er een beroep is gedaan op het specifieke tienjarenbeleid voor gezinsleden van 1F-ers. De indruk bestaat bij Defence for Children dat dit slechts een zeer kleine groep - van zo'n twee a drie gezinnen is. De vraag kan worden gesteld waarom de staatssecretaris tegen de uitspraak van de rechtbank Groningen tot in laatste instantie doorprocedeert, terwijl het waarschijnlijk maar een zeer klein groep mensen betreft die onder het bereik van die uitspraak valt. Bovendien is de overgangsregeling voor langdurig verblijvende kinderen inmiddels gesloten en kan er dus geen aanzuigende werking van uitgaan, wanneer de kleine groep kinderen een Kinderpardonvergunning krijgt. Voor de Definitieve regeling langdurig verblijvende kinderen komt tot nu toe maar 2,3% van de kinderen in aanmerking. 9 In antwoorden op vragen die de SP tijdens het AO op 29 oktober 2014 over dit onderwerp stelde, gaf de staatssecretaris aan dat er voor het criterium meewerken aan vertrek door de Dienst Terugkeer & Vertrek geen objectieve wegingscriteria zijn (niet afvinken van een lijstje). Dit is opmerkelijk gezien de toelichting bij de kinderpardonregeling waarin staat dat de definitieve regeling moet voorkomen dat er in de toekomst opnieuw discussies ontstaan over lang in Nederland verblijvende kinderen en de rol en verantwoordelijkheid van de overheid ten opzichte van deze, veelal uitgeprocedeerde, vreemdelingen. Door de invoering van de definitieve regeling komt er beleid waaraan deze verantwoordelijkheid van de overheid, alsmede de verantwoordelijkheid van de ouders, objectief kan worden getoetst. Nu er blijkbaar geen objectieve maatstaven worden gehanteerd, is dit niet alleen in strijd met de toelichting op de regeling 10 zelf maar dreigt ook willekeur. Door de huidige uitvoering van het meewerkcriterium wordt de definitieve regeling in feite een buitenschuldregeling en biedt daarmee geen oplossing voor kinderen die wortelen in Nederland. 1.3 Mensenrechtencommissaris roept ook op tot aanpassing regeling Ook de mensenrechtencommissaris van de Raad van Europa roept op tot aanpassing van de criteria van het Kinderpardon in zijn rapport over de mensenrechtensituatie in Nederland (agendapunt 1). 11 De voorwaarden waaraan gewortelde kinderen moeten voldoen om voor een verblijfsvergunning op grond van het Kinderpardon in aanmerking te komen, zijn volgens hem te restrictief. Hierdoor vallen verschillende groepen kinderen die volledig geïntegreerd zijn in de Nederlandse samenleving buiten de boot. 9 Zie hiervoor: m80/criteria-permanente-regeling-gewortelde-kinderen-te-streng. 10 WBV2013/1. 11 Zie hiervoor: 5

6 2. Gesloten gezinsvoorziening in Zeist Op 13 september kondigde de staatssecretaris aan dat hij in het beleid rondom vreemdelingenbewaring (artikel 59 Vw) gezinnen met kinderen voor hun uitzetting niet meer in vreemdelingenbewaring zou stellen, tenzij zij zich eerder aan het toezicht hadden onttrokken. Dit leek aanvankelijk heel goed nieuws voor asielzoekerskinderen en een belangrijke stap richting het uitbannen van vreemdelingendetentie van minderjarigen in Nederland. De staatssecretaris kwam hier echter al snel op terug. In zijn brief van 28 mei 2014 schrijft de staatssecretaris dat hij een nieuwe gesloten gezinsvoorziening in Zeist wil creëren voor gezinnen die niet door de nieuw in te voeren screening op Schiphol komen en voor gezinnen die in bewaring worden genomen met het oog op hun uitzetting. 13 De staatssecretaris laat in deze brief weten dat hij ook overweegt om kinderen in gezinnen die zich niet eerder aan het toezicht hebben onttrokken in bewaring te stellen indien er sprake is van een reëel risico op onttrekking (in plaats van het objectieve feit of iemand zich eerder aan het toezicht heeft onttrokken). In een brief van 25 september 2014 informeert de staatssecretaris de Tweede Kamer daarnaast over een pilot om de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) te laten beslissen over de inbewaringstelling in plaats van een Hulpofficier van Justitie. 14 De staatssecretaris laat weten dat de pilots zullen plaatsvinden in Ter Apel en in Gilze. De pilots zouden starten op 1 oktober Essentieel is de opmerking van de staatssecretaris dat het overdragen van de bevoegdheid tot inbewaringstelling aan de DT&V in deze pilot geen beleidswijziging met zich meebrengt ten aanzien van de voorwaarden waaronder kan worden overgegaan tot inbewaringstelling. In een nieuwe brief van 26 september 2014 komt de staatssecretaris daadwerkelijk terug van het beleid om geen kinderen meer in bewaring te stellen tenzij zij zich eerder aan het toezicht hebben onttrokken. Met ingang van 1 oktober 2014 wordt feitelijk, door de opening van wat een kindvriendelijke locatie zou zijn, een lagere drempel voor inbewaringstelling van kinderen geïntroduceerd. Opmerkelijk genoeg komt de aankondiging van deze beleidswijziging precies één dag na de brief waarin staatssecretaris Teeven een pilot aankondigde in Ter Apel en Gilze waarbinnen de DT&V de bevoegdheid krijgt gezinnen in bewaring te stellen. Dat staat op gespannen voet met zijn belofte in de brief van een dag eerder dat er met de invoering van de pilot geen sprake zou zijn van een beleidswijziging ten aanzien van de voorwaarden waaronder vreemdelingen in bewaring kunnen worden gesteld. Defence for Children stelt dat het introduceren van de pilot die beoogt inbewaringstellingen efficiënter en effectiever te doen plaatsvinden door de DT&V zelf, niet hand in hand had mogen gaan met de per dezelfde datum ingevoerde beleidswijziging ten aanzien van de voorwaarden voor inbewaringstelling, die er feitelijk op neerkomen dat kinderen sneller (ook als zij zich nooit eerder 12 Kamerstukken II, 2013/14, 19637, nr. 1721, p. 16. Deze passage uit de brief van de staatssecretaris wordt gevoplgd door een verwijzing naar ABRvS 13 mei 2013, zaak nr /1 (voetnoot 17 in de kamerbrief). 13 TK , 19637, nr Brief staatssecretaris van Veiligheid en Justitie inzake de Pilot in bewaring stellen door Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V), 25 september 2014, 2014Z De staatssecretaris licht toe: Er is geen sprake van een wijziging van het beleid ten aanzien van de voorwaarden om een vreemdeling in bewaring te mogen stellen. 6

7 aan het toezicht onttrokken) in vreemdelingenbewaring kunnen worden gesteld. Door de toetsing en het nemen van het besluit tot inbewaringstelling weg te nemen bij de Hulpofficier van Justitie die daar tot op dat moment toe bevoegd was, is nu juist een belangrijke schakel ter bewaking van de zorgvuldigheid bij het opleggen van deze maatregel komen te vervallen. Dit is niet in het belang van de kinderen aan wie de maatregel van inbewaringstelling wordt opgelegd of dreigt te worden opgelegd. 2.1 Gezin twee keer in bewaring; twee keer veroordeling door rechter Op woensdag 10 december 2014 om 7:40 uur werden een meisje van vier, haar broertje van drie en hun moeder staande gehouden in de Gezinslocatie in Gilze waar zij op dat moment verbleven. Later op die dag zijn zij overgebracht naar de Gesloten Gezinsvoorziening in Zeist omdat de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) voornemens was het gezin uit te zetten. In een uitspraak van 17 december 2014 verklaart de rechtbank in Rotterdam de inbewaringstelling van dit gezin onrechtmatig omdat bij het opleggen van de bewaringsmaatregel de belangen van de kinderen ten onrechte niet zijn meegewogen. De rechtbank beveelt dan de onmiddellijke invrijheidstelling van het gezin. 15 Op 8 januari 2015 wordt het gezin ondanks de hierboven genoemde uitspraak van de rechtbank, opnieuw staande gehouden in de gezinslocatie te Emmen waar zij op dat moment verbleven. Zij worden weer overgebracht naar de Gesloten Gezinsvoorziening in Zeist met het oog op hun uitzetting. Op 29 januari 2015 oordeelt de rechtbank in Zwolle wederom: De Rechtbank is van oordeel dat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met de uitspraak van 17 december 2014 en dat de door verweerder verrichte belangenafweging thans wederom heel summier is. Door de minderjarige kinderen van eiseres in korte tijd twee keer in bewaring te stellen met als enkel argument dat het in het belang van de kinderen is bij hun moeder te blijven, heeft verweerder onvoldoende rekening gehouden met de belangen van de kinderen [ ]. De rechtbank is van oordeel dat de maatregel van bewaring bij afweging van alle belangen niet was gerechtvaardigd en dat verweerder ten onrechte geen lichter middel dan de maatregel van bewaring heeft opgelegd. De rechtbank in Rotterdam was zeer duidelijk over het feit dat een afweging van de belangen van de kinderen ontbrak, terwijl dit evident een vereiste is bij het opleggen van een bewaringsmaatregel. 16 Toch moest de rechtbank in Zwolle dit nogmaals uitspreken. Defence for Children ziet in de uitspraken van de rechtbanken een eerste bevestiging dat de vrees inhoudende dat de heringevoerde lichtere voorwaarden van bewaring, in combinatie met de beoordeling van deze voorwaarden door de DT&V, kan leiden tot het lichtvaardiger opleggen van een bewaringsmaatregel aan kinderen niet ongerechtvaardigd is. 15 Rechtbank Den Haag (zittingsplaats Rotterdam) 17 december 2014, AWB 14/27862, AWB 14/27986 en AWB 14/ ABRvS 13 mei 2013, zaak nr /1. Zie ook: Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 18 december 2014, nummer WBV 2014/37, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000, onder C, p. 12. Daarin wordt verwezen naar de diverse Kamerbrieven van de staatssecretaris waarin hij de noodzaak van deze belangenafweging onderschrijft. 7

8 2.2 Twee meisjes met suïcidale vader uitgezet vanaf GGV Op de helpdesk van Defence for Children kwam een zaak binnen van twee kinderen (van acht en veertien jaar) die na meer dan vijf jaar verblijf in Nederland met hun ouders op de Gesloten Gezinsvoorziening (GGV) in Zeist in bewaring waren gesteld. Onze juridisch adviseur zocht hen daar op. Een dag later is het gezin uitgezet. Defence for Children maakt zich zorgen over dit kwetsbare gezin. De dochter van het gezin vertelde dat haar vader een zelfmoordpoging had ondernomen toen het gezin werd opgehaald om naar de GGV gebracht te worden. Tijdens het gesprek waren de dochters en hun moeder vrijwel alleen maar aan het huilen. De vader werd in isolatie opgevangen, onder permanent cameratoezicht. Er zou gevreesd worden voor een nieuwe suïcidepoging. Sinds de aankomst in Zeist zou de vader niet gegeten hebben. Vanuit kinderbeschermingsperspectief is het onbegrijpelijk dat deze twee meisjes met hun suïcidale vader, die tot het moment van uitzetting apart van het gezin onder permanente camerabewaking stond, zijn uitgezet. Defence for Children wil benadrukken dat het belang van de Staat bij een effectief uitzetbeleid nooit kan rechtvaardigen dat kinderen met een aantoonbaar suïcidale vader worden uitgezet. Van een bekende van de familie heeft Defence for Children vernomen dat het na de uitzetting heel slecht gaat met de familie. Het gezin heeft geen vaste woon- of verblijfplaats. De kinderen gaan niet naar school. Zij spreken de taal niet en ze worden gepest door andere kinderen. Conclusie Door de politieke verschuiving van een Eerlijk Kinderpardon naar de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris is willekeur gecreëerd. Het is volkomen onduidelijk waarom sommige kinderen zijn afgewezen en het is ook niet te controleren welke criteria hierbij zijn gehanteerd. De criteria voor het gebruik van de discretionaire bevoegdheid in Kinderpardonzaken zouden openbaar gemaakt moeten worden om het controleerbaar te maken of iemand terecht of onterecht wordt uitgesloten van een vergunning. Vanuit kinderrechtelijk perspectief rekent Defence for Children er op dat de kinderen centraal blijven staan in het debat en dat er alsnog wordt gekozen voor de uitvoering van een Eerlijk Kinderpardon voor alle gewortelde kinderen. Defence for Children heeft geïllustreerd dat er bij de oplegging van de bewaring in de nieuwe gesloten gezinsvoorziening onvoldoende naar de belangen van kinderen wordt gekeken. Het introduceren van de pilot die beoogt inbewaringstellingen te doen plaatsvinden door de Dienst Terugkeer & Vertrek had niet hand in hand had mogen gaan met de ingevoerde beleidswijziging ten aanzien van de voorwaarden voor inbewaringstelling. Deze voorwaarden komen er op neer dat kinderen sneller (ook als zij zich nooit eerder aan het toezicht hebben onttrokken) in vreemdelingenbewaring kunnen worden gesteld. Met vriendelijke groet, Martine Goeman Programmamanager Kinderrechten en Migratie 8

Betreft: vreemdelingenbewaring kinderen in de Gesloten Gezinsvoorziening in Zeist

Betreft: vreemdelingenbewaring kinderen in de Gesloten Gezinsvoorziening in Zeist GEEN KIND IN DE CEL Een coalitie van Amnesty International, Defence for Children, Stichting INLIA, Kerk in Actie, Stichting Kinderpostzegels Nederland, Stichting LOS, UNICEF Nederland en VluchtelingenWerk

Nadere informatie

Feiten over het Kinderpardon op website PvdA onjuist en onvolledig

Feiten over het Kinderpardon op website PvdA onjuist en onvolledig Feiten over het Kinderpardon op website PvdA onjuist en onvolledig Op 28 juni 2016 plaatste Attje Kuiken, Tweede Kamerlid en vicefractievoorzitter van de PvdA, een bericht op de website van de partij genaamd

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Geacht college, Met vriendelijke groet, mr. D.C. van Eeten Gemeentesecretaris gemeente Heumen

Geacht college, Met vriendelijke groet, mr. D.C. van Eeten Gemeentesecretaris gemeente Heumen From: Secretariaat Gemeentesecretaris Heumen Sent: dinsdag 6 november 2018 16:55:13 To: Secretariaat Gemeentesecretaris Heumen Cc: Secretariaat Burgemeester

Nadere informatie

toepassing van artikel 64 Vreemdelingenwet, wanneer het vanwege de gezondheidstoestand van het kind niet verantwoord is om te reizen.

toepassing van artikel 64 Vreemdelingenwet, wanneer het vanwege de gezondheidstoestand van het kind niet verantwoord is om te reizen. Bijlage Hieronder geef ik een reactie op de specifieke aanbevelingen van de Kinderombudsman, en daarmee tevens op de conclusies, die in het rapport worden gedaan. Aanbevelingen 1. Geef kinderen die met

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den

Nadere informatie

Reacties en antwoorden op gestelde vragen Einde onderzoek De feiten

Reacties en antwoorden op gestelde vragen Einde onderzoek De feiten Geachte heer ( ), Bij brief van 16 mei 2013 heeft u bij ons een klacht voorgelegd van mevrouw ( ) over de Dienst Terugkeer en Vertrek (de DT&V). Op 2 juli 2015 heb ik u laten weten dat wij een onderzoek

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Op grond van artikel 17, tweede lid, Vreemdelingenwet 2000 voorgestelde wijzigingen van artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000:

Op grond van artikel 17, tweede lid, Vreemdelingenwet 2000 voorgestelde wijzigingen van artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000: Op grond van artikel 17, tweede lid, Vreemdelingenwet 2000 voorgestelde wijzigingen van artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000: Artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000 wordt gewijzigd als volgt: Artikel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2013:14334

ECLI:NL:RBDHA:2013:14334 ECLI:NL:RBDHA:2013:14334 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 23-07-2013 Datum publicatie 27-11-2013 Zaaknummer AWB-13_17774 Rechtsgebieden Vreemdelingenrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

Afdeling is inconsistent over kinderpardon

Afdeling is inconsistent over kinderpardon Martin Vegter Mr. M. Vegter is juridisch adviseur kinderrechten en migratie bij Defence for Children. Nasleep van uitspraken over toezichtcriterium in Overgangsregeling langdurig verblijvende kinderen

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Dienst Terugkeer en Vertrek.

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Dienst Terugkeer en Vertrek. Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Dienst Terugkeer en Vertrek. Datum: 8 juli 2015 Rapportnummer: 2015/114 2 Aanleiding Verzoeker zat in vreemdelingenbewaring

Nadere informatie

Standpunt: Een alternatief Kinderpardon dat recht doet aan kinderen. Nummer: KOM005/2017 Datum: 29 juni 2017

Standpunt: Een alternatief Kinderpardon dat recht doet aan kinderen. Nummer: KOM005/2017 Datum: 29 juni 2017 1 Standpunt: Een alternatief Kinderpardon dat recht doet aan kinderen Nummer: KOM005/2017 Datum: 29 juni 2017 2 SAMENVATTING Met dit standpunt presenteert de Kinderombudsman een alternatief Kinderpardon.

Nadere informatie

Betreft: zorgen over alleenstaande kinderen in Nederland (agendapunt 1 van het AO op 12 november 2015)

Betreft: zorgen over alleenstaande kinderen in Nederland (agendapunt 1 van het AO op 12 november 2015) Leiden, 6 november 2015 Betreft: zorgen over alleenstaande kinderen in Nederland (agendapunt 1 van het AO op 12 november 2015) Geachte Tweede Kamerleden, woordvoerders migratiebeleid, Onder het groeiende

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal. Uitspraak RECHTBANK AMSTERDAM Sector bestuursrecht zaaknummer: AWB 11/2308 WWB uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen [eiseres], wonende te [woonplaats], eiseres, gemachtigde mr. W.G. Fischer,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 1389 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Het onderzoek van de IND richt zich op de vraag of de asielzoeker inderdaad gegronde(serieuze) redenen heeft.

Het onderzoek van de IND richt zich op de vraag of de asielzoeker inderdaad gegronde(serieuze) redenen heeft. Sociale kaart en sociale zekerheid Samenvatting door Sharon.D 20-10-16 Lesstof samengevat uit 24Boost.nl H5 Asielzoekers Asielzoekers/vluchtelingen zijn vreemdelingen die toelating tot ons land vragen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402 ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402 Instantie Datum uitspraak 07-03-2013 Datum publicatie 18-04-2013 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer AWB 12/26575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2013:10770

ECLI:NL:RBDHA:2013:10770 ECLI:NL:RBDHA:2013:10770 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 06-06-2013 Datum publicatie 22-08-2013 Zaaknummer AWB 13/13500, 13/13511, 13/13517, 13/13547 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 20Ï1Ö6836/1/V2. Datum uitspraak: 6 februari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van: Raad vanstate 201112733/1/V1. Datum uitspraak: 23 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen

Nadere informatie

VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG

VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG uitspraak VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG Bestuursrecht zaaknummer: AWB 13/19825 en 13/19823 (gemachtigde: mr. drs. T. Neijzen), en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201106725/1/V1. Datum uitspraak: 3 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201208267/2/V1. Datum uitspraak: 9 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht in het kader van het

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:16286

ECLI:NL:RBDHA:2015:16286 ECLI:NL:RBDHA:2015:16286 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 12-11-2015 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer AWB 15/12707 en AWB 15/12708 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Uitspraak /1/A2 en /1/A2

Uitspraak /1/A2 en /1/A2 Uitspraak 201707806/1/A2 en 201802043/1/A2 Datum van uitspraak: woensdag 7 november 2018 Tegen: de Belastingdienst/Toeslagen Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Geld ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:3603

Nadere informatie

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 april 2018 in de zaak tussen

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 april 2018 in de zaak tussen uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats 's-hertogenbosch Bestuursrecht zaaknummer: NL18.5178 uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 april 2018 in de zaak tussen eiser, (gemachtigde; mr. G.A.P.

Nadere informatie

DE SAMENWERKING TUSSEN KINDERRECHTENJURISTEN EN (ORTHO)PEDAGOGEN

DE SAMENWERKING TUSSEN KINDERRECHTENJURISTEN EN (ORTHO)PEDAGOGEN DE SAMENWERKING TUSSEN KINDERRECHTENJURISTEN EN (ORTHO)PEDAGOGEN weafldkje Expertmeeting NVO/ NIP 11 december, Utrecht Martine Goeman (Defence for Children) Waar u ons mogelijk van kent: Defence for Children-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:16050

ECLI:NL:RBDHA:2015:16050 ECLI:NL:RBDHA:2015:16050 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 17-02-2015 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB 15/15988 en AWB 15/15989 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:7903

ECLI:NL:RBDHA:2017:7903 ECLI:NL:RBDHA:2017:7903 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10-07-2017 Datum publicatie 24-07-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 25671 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg -

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15221 7 juni 2013 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 30 mei 2013, nummer WBV 2013/13, houdende

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201111794/1 A/2. Datum uitspraak: 12 oktober 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2016:678

ECLI:NL:RBNNE:2016:678 ECLI:NL:RBNNE:2016:678 Instantie Datum uitspraak 23-02-2016 Datum publicatie 31-03-2016 Zaaknummer 15/19193 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201203791/1/V1. Datum uitspraak: 24 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201112631/1/V2. Datum uitspraak: 22 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:3918

ECLI:NL:RBDHA:2017:3918 ECLI:NL:RBDHA:2017:3918 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 21-03-2017 Datum publicatie 18-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 16/27939 NL16.3618 Bestuursrecht

Nadere informatie

Terugkeerproces Armeense kinderen. Plan van aanpak

Terugkeerproces Armeense kinderen. Plan van aanpak Terugkeerproces Armeense kinderen Plan van aanpak 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 2 Doelstelling en probleemstelling 5 2.1 Doelstelling 5 2.2 Centrale vraag en deelvragen 5 2.3 Afbakening 6 3 Onderzoeksaanpak

Nadere informatie

[eiser], geboren op [geboortedatum] 1993, van Guatemalteekse nationaliteit, eiser, gemachtigde: mr. F.W. Verbaas, advocaat te Alkmaar

[eiser], geboren op [geboortedatum] 1993, van Guatemalteekse nationaliteit, eiser, gemachtigde: mr. F.W. Verbaas, advocaat te Alkmaar Uitspraak RECHTBANK s-gravenhage Sector Bestuursrecht Zittinghoudende te Amsterdam zaaknummer: AWB 10/39517 VRONTN V-nr: [X] uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken in het geding tussen:

Nadere informatie

(sr) administratief medewerker, (sr) regievoerder (bijzonder) vertrek, (sr) medewerker feitelijk vertrek,(sr) adviseur, procesdirecteur

(sr) administratief medewerker, (sr) regievoerder (bijzonder) vertrek, (sr) medewerker feitelijk vertrek,(sr) adviseur, procesdirecteur Procesprotocol D8 Scheiden van gezinnen bij uitzetting Datum 30 augustus 2013 Versie Definitief, versie 2.8 Doel Beschrijven van het proces van die situaties waarin sprake is of kan zijn van het scheiden

Nadere informatie

Datum 20 juni 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het terugsturen van kinderen naar Afghanistan

Datum 20 juni 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het terugsturen van kinderen naar Afghanistan 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:2145

ECLI:NL:RBDHA:2016:2145 ECLI:NL:RBDHA:2016:2145 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 02-03-2016 Datum publicatie 07-03-2016 Zaaknummer VK-16/1627 t/m 16/1630 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201103219/1/V3. Datum uitspraak: 29 maart 2011 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Migratiebeleid Asiel, Opvang en Terugkeer Schedeldoekshaven 100 2511

Nadere informatie

Op 1 februari 2013 is de Regeling langdurig verblijvende. Staatssecretaris en Afdeling reduceren Kinderpardon tot dode letter

Op 1 februari 2013 is de Regeling langdurig verblijvende. Staatssecretaris en Afdeling reduceren Kinderpardon tot dode letter Martin Vegter en Machteld van Werven mr. M. Vegter en mr. M. van Werven zijn juristen Kinderrechten & Migratie bij Defence for Children Staatssecretaris en Afdeling reduceren Kinderpardon tot dode letter

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201205206/1/V3. Datum uitspraak: 25 juli 201 2 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:10175

ECLI:NL:RBDHA:2014:10175 ECLI:NL:RBDHA:2014:10175 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-05-2014 Datum publicatie 18-08-2014 Zaaknummer AWB 14/1709 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201107998/1/V2. Datum uitspraak: 29 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2650

ECLI:NL:RBDHA:2017:2650 ECLI:NL:RBDHA:2017:2650 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 20-03-2017 Zaaknummer 17/1303 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Eerste

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Paragraaf B9/6 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Paragraaf B9/6 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8116 11 februari 2019 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 8 februari 2019, nummer WBV 2019/1,

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:3478

ECLI:NL:CRVB:2014:3478 ECLI:NL:CRVB:2014:3478 Uitspraak 14/5824 WWB-VV 27 oktober 2014 Centrale Raad van Beroep Voorzieningenrechter Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening Partijen: [Verzoekster]te [woonplaats] (verzoekster)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 430 Vragen van het lid

Nadere informatie

Interne instructie Werken aan terugkeer definitieve regeling langdurig verblijvende kinderen

Interne instructie Werken aan terugkeer definitieve regeling langdurig verblijvende kinderen 1 Contactpersoon ASA Interne instructie Werken aan terugkeer definitieve regeling langdurig verblijvende kinderen T 088 07 77000 F 088 07 77010 De toets werken aan terugkeer in het kader van de definitieve

Nadere informatie

Resultaten van het IND-dossieronderzoek

Resultaten van het IND-dossieronderzoek Bijlage 1. Resultaten van het IND-dossieronderzoek 1. Inleiding In de kabinetsnota Privé geweld-publieke zaak, die de Minister van Justitie op 12 april 2002 naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, is aandacht

Nadere informatie

Datum 20 maart 2018 Onderwerp Antwoorden kamervragen over illegalen in Nederland te lang worden opgesloten in detentiecentra

Datum 20 maart 2018 Onderwerp Antwoorden kamervragen over illegalen in Nederland te lang worden opgesloten in detentiecentra 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

uitspraak van de voorzieningenrechter van 18 november 2013 in het geschil tussen verzoekster 1,

uitspraak van de voorzieningenrechter van 18 november 2013 in het geschil tussen verzoekster 1, /uitspraak ^ RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Groningen Afdeling bestuursrecht zaaknummers: AWB 13/19184 en AWB 13/19179 uitspraak van de voorzieningenrechter van 18 november 2013 in het geschil tussen....,

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201103602/1/V3. Datum uitspraak: 11 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2260 29 12 12februari 2009 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 20 januari 2009, nr. 2009/3, houdende

Nadere informatie

21 Vreemdelingen- en asielbeleid

21 Vreemdelingen- en asielbeleid 21 Aan de orde is het VAO (AO d.d. 04/06). Ik heet de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van harte welkom. De heer Fritsma (PVV): Voorzitter. Zoals bekend is de PVV altijd tegen generaalpardonregelingen

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201201003/1/V4. Datum uitspraak: 3 oktober 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak rnet toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201109405/1 /V4. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=bj4...

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=bj4... Page 1 of 5 LJN: BJ4216,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-gravenhage, zittingsplaats Haarlem, AWB 08 / 17794, 08 / 17795, 08 / 17800, 08 / 17805, 08 / 17796, 08 / 17797, 08 / 17798, 08 / 7803 Datum uitspraak:

Nadere informatie

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/192

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/192 Rapport Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/192 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie haar klacht van 16 april 2004 over de lange duur van de behandeling

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:16922

ECLI:NL:RBDHA:2016:16922 ECLI:NL:RBDHA:2016:16922 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 05-08-2016 Datum publicatie 17-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 16/15687 en AWB 16/5690(vovo)

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22872 29 juli 2015 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 21 juli 2015, nummer WBV 2015/10, houdende

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 43930 31 juli 2018 Besluit van de Staatsecretaris van Justitie en Veiligheid van 26 juli 2018, nummer WBV 2018/6, houdende

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Paragraaf A2/2.2 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Paragraaf A2/2.2 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 12799 8 maart 2019 Besluit van de Staatsecretaris van Justitie en Veiligheid van 27 februari 2019, nummer WBV 2019/4,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 1630 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: > Raad vanstate 201108148/1/V3. Datum uitspraak: 24 mei 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36324 17 december 2014 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 10 december 2014, nummer WBV 2014/33,

Nadere informatie

Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Uitspraak 201103208/1/V1. Datum uitspraak: 10 april 2012 RAAD VAN STATE AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201210211/1/V3. Datum uitspraak: 29 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201110274/1 NA. Datum uitspraak: 20 december 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG overwe 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Migratie Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500

Nadere informatie

B 19 Voortgezet verbliif 19

B 19 Voortgezet verbliif 19 B 19 Voortgezet verbliif 19 4 Voortgezet verblijf van vreemdelingen die voor verblijf bij (huwelijks-)partner of voor verruimde gezinshereniginp zijn toegelaten na verlies van de afhankeliike verblijfstitel

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek te Den Haag. Datum: 14 mei 2012. Rapportnummer: 2012/081

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek te Den Haag. Datum: 14 mei 2012. Rapportnummer: 2012/081 Rapport Rapport over een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek te Den Haag. Datum: 14 mei 2012 Rapportnummer: 2012/081 2 Klacht Verzoekster, een advocaat, klaagt erover dat de Dienst Terugkeer en

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

EEN OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE VERSIES VAN DE TEKSTEN VAN DE KINDERPARDONREGELING

EEN OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE VERSIES VAN DE TEKSTEN VAN DE KINDERPARDONREGELING EEN OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE VERSIES VAN DE TEKSTEN VAN DE KINDERPARDONREGELING Wijzigingsbesluit Vreemdelingencirculaire 2000 (WBV 2013/1) (Regeling Langdurig Verblijvende Kinderen), Stcrt 31 januari

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:AZ9709

ECLI:NL:RVS:2007:AZ9709 ECLI:NL:RVS:2007:AZ9709 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-02-2007 Datum publicatie 07-03-2007 Zaaknummer 200607659/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Hoger

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van: Raad vanstatc 201105933/1/V2. Datum uitspraak: 6 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen

Nadere informatie

Den Haag, 20 februari 2014 Ons kenmerk: 2014/PBL/VSC/41 Betreft: Reactie internetconsultatie wetsvoorstel Wet terugkeer en vreemdelingenbewaring.

Den Haag, 20 februari 2014 Ons kenmerk: 2014/PBL/VSC/41 Betreft: Reactie internetconsultatie wetsvoorstel Wet terugkeer en vreemdelingenbewaring. Aan de Staatsecretaris voor Veiligheid en Justitie Dhr. Mr. F. Teeven Postbus 20018 Den Haag Den Haag, 20 februari 2014 Ons kenmerk: 2014/PBL/VSC/41 Betreft: Reactie internetconsultatie wetsvoorstel Wet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 32 317 JBZ-Raad Nr. 456 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Datum 22 januari 2019 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Asielzoeker uit Bahrein na gedwongen vertrek meteen gearresteerd

Datum 22 januari 2019 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Asielzoeker uit Bahrein na gedwongen vertrek meteen gearresteerd 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie beleid Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500

Nadere informatie

Op 18 december 2018 is door de raad de motie aangenomen om aan de leden van de Tweede Kamer aandacht te vragen voor het kinderpardon.

Op 18 december 2018 is door de raad de motie aangenomen om aan de leden van de Tweede Kamer aandacht te vragen voor het kinderpardon. Maatschappelijke ontwikkeling Raadhuisstraat 1 Postbus 500, 5800 AM Venray Telefoon (0478) 52 33 33 Telefax (0478) 52 32 22 E-mail gemeente@venray.nl Internet www.venray.nl KvK-nummer 14132389 IBAN NL20

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AZ6304

ECLI:NL:RBSGR:2006:AZ6304 ECLI:NL:RBSGR:2006:AZ6304 Instantie Datum uitspraak 14-12-2006 Datum publicatie 24-01-2007 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 06/28862 en AWB 06/29047 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2838 17 februari 2011 Besluit van de Minister voor Immigratie en Asiel van 8 februari 2011, nr. WBV 2011/1, houdende wijziging

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201110635/1/V1. Datum uitspraak: 15 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14541 27 mei 2015 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 11 mei 2015, nummer WBV 2015/7, houdende

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201100976/1/V2. Datum uitspraak: 18 september 201 2 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december Rapportnummer: 2013/221

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december Rapportnummer: 2013/221 Rapport Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december 2013 Rapportnummer: 2013/221 2 Feiten Verzoeker komt oorspronkelijk uit Afghanistan en heeft in Nederland een

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201112531/1/V1. Datum uitspraak: 11 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: * *' Raad vanstate 201207532/1/V3. Datum uitspraak: 6 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Kwetsbare minderheidsgroep

Kwetsbare minderheidsgroep IND-werkinstructie nr. 2013/14 (AUA) Openbaar/ Extern Aan Directeur klantdirectie Asiel c.c. DDMB Van Hoofddirecteur IND Datum 26 juni 2013 Geldig vanaf 26 juni 2013 Geldig tot Onderwerp Vindplaats Bijlage(n)

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201205761/1/V1. Datum uitspraak: 31 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht {hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 12691 24 augustus 2009 Besluit van de Minister van Justitie van 24 juli 2009, nr. 2009/18, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire

Nadere informatie

* vanstate /1/V1. Datum uitspraak: 13 juli 2012

* vanstate /1/V1. Datum uitspraak: 13 juli 2012 : * fc. Raad * vanstate 201100831/1/V1. Datum uitspraak: 13 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger

Nadere informatie

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek. Oordeel

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek. Oordeel Rapport Een onderzoek naar een klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over de Dienst Terugkeer en Vertrek gegrond. Datum: 1 september 2015 Rapportnummer:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2009:BM8181

ECLI:NL:RBSGR:2009:BM8181 ECLI:NL:RBSGR:2009:BM8181 Instantie Datum uitspraak 24-11-2009 Datum publicatie 17-06-2010 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer Awb 07 / 24619 en 07 / 24620 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 581 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van Richtlijn 2011/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:721

ECLI:NL:RBOVE:2017:721 ECLI:NL:RBOVE:2017:721 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 15-02-2017 Datum publicatie 16-02-2017 Zaaknummer ak_16 _ 1345 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie