Praktijkonderzoek. 'Een goede sfeer in groep 8'

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Praktijkonderzoek. 'Een goede sfeer in groep 8'"

Transcriptie

1 Praktijkonderzoek 'Een goede sfeer in groep 8' Naam: Kirsten Leek Klas: L42 Studentnummer: Naam docent: Stefan Schuur Stageschool: basisschool 't Ruimteschip Opmeer Groep: 8

2 Inhoudsopgave: Samenvatting..3 Inleiding..4 Fase: opzet 4 De visie van de school...4 Persoonlijke ambitie...5 Ambitie van de school...8 Onderzoeksdoel...9 Actuele ontwikkelingen op het gebied van passen onderwijs Deelvragen..12 Onderzoeksinstrumenten...13 Bronnen Fase: vooronderzoek..23 Informatie verzamelen Betekenis verlenen Consequenties vastleggen 38 Definitieve onderzoeksvraag...50 Acties..51 Planning...53 Fase: Uitvoering en evaluatie Praktische acties..54 Uitgevoerde acties. 57 Theoretische acties en nieuwe relevante informatie Evaluatie...60 Antwoord op de onderzoeksvraag.63 Bijdrage aan het doel van het onderzoek.65 Persoonlijke ontwikkeling. 66 Aanbevelingen.67 Bijlagen Bijlage 1: schriftelijke bevestiging 68 Bijlage 2: observatie. 69 Bijlage 3: groepsklimaat analyseformulier door Kirsten. 72 Bijlage 4: groepsklimaat analyseformulier door Ton. 74 Bijlage 5: klimaatschaal.. 76 Bijlage 6: uitwerking van de vragenlijst.. 77 Bijlage 7: sociogram..80 Bijlage 8: gesprekken 81 Bijlage 9: groepsklimaat analyseformulier door leerkrachten groep Bijlage 10: mindmap goede sfeer Bijlage 11: schaalvraag 85 Bijlage 12: coöperatief werken...87 Bijlage 13: inventarisatie van aspecten die al goed gaan.. 91 Bijlage 14: oplossingsgerichte vragen Bijlage 15: hand-out.93 Bijlage 16: beoordelingsformulier en samenvatting presentatie op de werkplek. 95 2

3 Samenvatting Op basisschool 't Ruimteschip staat het welbevinden van de kinderen hoog in het vaandel. We vinden het belangrijk dat de kinderen zichzelf kunnen zijn, zij anderen respecteren en dat er een veilig leerklimaat heerst. De sfeer in de groep speelt hierbij een grote rol. Dit onderzoek is uitgevoerd om de sfeer in groep 8 te verbeteren. Ik wil graag zien dat de leerlingen op een vriendelijke en positieve manier met alle klasgenoten omgaan, zodat er een gezellige sfeer hangt in de groep. Ik zou graag zien dat de groep een eenheid vormt die dit laatste jaar op de basisschool als fijn ervaart en het jaar op een goede manier kan afsluiten door middel van de musical. In de opzet van mijn onderzoek heb ik de groepjes die in de klas zijn geobserveerd. Ook hebben zij een groepsklimaat analyseformulier ingevuld en het sociogram. Er kwamen toen elementen naar voren die bij een positieve groep horen die niet altijd aanwezig zijn. Door middel van literatuuronderzoek ben ik op zoek gegaan naar middelen om de sfeer in de groep positief te kunnen beïnvloeden. Tijdens het uitvoeren van de acties ben ik gaan experimenteren met een oplossingsgerichte houding. Als leerkracht kijk je naar oplossingen en niet naar problemen. Je zorgt ervoor dat je de gewenste toekomst achterhaalt en stelt oplossingsgerichte vragen. Door samen een doel te stellen met de leerlingen is er sprake van samenspraak om een doel te bereiken. De WOWW approach, een onderdeel van oplossingsgericht werken, gaat uit van werken aan wat werkt. De leerkracht heeft een positieve houding en kijkt alleen naar alles wat er al goed gaat. Datgene wordt benoemd. Complimenteren neemt hierbij ook een belangrijke rol in. Zo ontstaat er motivatie en wordt het competentiegevoel van de leerlingen vergroot. Door coöperatief te werken is er sprake van sociale interactie. Dit kan de leerlingen stimuleren tot positieve omgangsvormen en zo verbeteren de onderlinge relaties. 3

4 Inleiding: Ik doe mijn werkplekleren in groep 8 van RKBS 't Ruimteschip in Opmeer. Op deze school zal ik ook mijn praktijkonderzoek gaan uitvoeren. Op deze school zitten momenteel 165 kinderen. Op basisschool 't Ruimteschip werken 11 groepsleerkrachten, 2 LIO stagiaires, 2 onderwijsassistentes, een vakleerkracht voor muziek, een vakleerkracht voor gym, een remedial teacher, een Intern Begeleider en een ICT- coördinator. De directie bestaat uit de directeur en de adjunct-directeur. Mijn onderzoek gaat over een goede sfeer in de klas. Ik heb literatuuronderzoek gedaan en praktische acties uitgevoerd. Aan het einde van mijn onderzoek doe ik aanbevelingen voor mijn stageschool. Fase: opzet De visie Binnen ons onderwijs werken we vanuit een aantal kernbegrippen. Talenten Ieder kind heeft zijn eigen talenten. Voor basisschool 't Ruimteschip is het de uitdaging om kinderen die talenten te laten ontdekken en verder te laten ontwikkelen. Op 't Ruimteschip is niet alleen aandacht voor talenten bij rekenen, taal en wereldoriëntatie, maar ook bij de creatieve vakken en bij gym. Basisschool 't Ruimteschip gaat uit van verschillen in talenten. Daar richten zij hun onderwijs op in. Openheid Basisschool 't Ruimteschip staat open voor ieder kind. Zij staan open voor nieuwe ontwikkelingen op onderwijsgebied en de ouders die hun kind aan het onderwijs toevertrouwen. Wederzijds respect en vertrouwen speelt hierbij een belangrijke rol. De school staat open voor de omgeving. De actualiteit speelt een belangrijke rol in het onderwijs. Samen De school vind het belangrijk om met en van elkaar te leren door middel van samenwerkend leren. Door een prikkelende leeromgeving te creëren worden de kinderen uitgedaagd. Door schoolprojecten en klassenoverstijgende activiteiten wil de school het samen leren en het 'wijgevoel' nog verder versterken. De school wil kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen keuzes en voor het gedrag naar elkaar toe. Kwaliteit Basisschool 't Ruimteschip pakt vernieuwingen met beide handen aan, mits dat verbeteringen en uitdagingen zijn. Zij werken als team aan verbetering, daarbij gaan zij uit van gelijkwaardigheid en gebruik van elkaars kwaliteiten. ICT wordt ook heel belangrijk gevonden en speelt een steeds grotere rol binnen het onderwijs van de school. Het aanleren van basisvaardigheden en strategieën speelt een grote rol

5 Persoonlijke ambitie O2 De student beschrijft zijn eigen ambitie en verbindt deze aan de uitgangspunten van het uitstroomprofiel. De omschrijving van ambitie is wat mij betreft: weten waarvoor je staat en gaat. Weten wat je drijfveren zijn en vanuit daar bepaal je hoe je wilt dat je leven eruit ziet, wat je wilt bereiken en wie je wilt zijn. Om te bepalen wat mijn eigen ambitie is heb ik een Mindmap gemaakt en heb ik mijzelf een aantal vragen gesteld. Hieronder leest u de vragen en de antwoorden daarop. 1. Waar ben je goed in? Welke kwaliteiten wil je graag gebruiken of verder ontwikkelen met je onderzoek? Ik ben goed in gesprekken voeren met kinderen. Ik vind het heel belangrijk om goed naar kinderen te luisteren. Door een luisterend oor te bieden en niet gelijk een oordeel te geven is de drempel laag om naar mij toe te gaan met een probleem of een vraag. Ik kan makkelijk praten en mensen een goed gevoel geven nadat zij met mij gepraat hebben. 2. Wat vind je belangrijk in je praktijksituatie? Ik vind het belangrijk dat het klimaat in de klas positief is. De kinderen moeten zich eerst veilig voelen binnen de groep en moeten weten wat zij aan de leerkracht hebben. Daarna kunnen ze pas goed functioneren op didactisch gebied. Ik vind het welbevinden van kinderen erg belangrijk. Als de kinderen lekker in hun vel zitten zet dit ook aan tot betere praktijksituaties. Ook vind ik het heel belangrijk om ook voor ontspanning te zorgen in de klas door bijvoorbeeld korte spelletjes. 3. Waar word je blij van? Waar wil je voor gaan? Wat geeft je energie? Ik word blij van de onverwachte dingen van kinderen. Bijvoorbeeld een kind dat na schooltijd naar je toe komt met de vraag of hij/zij nog iets voor je kan doen. Of een kind dat een mooie tekening voor mij gemaakt heeft of een kind dat tegen je zegt: 'u luistert echt naar ons, dat vind ik zo fijn aan u.' Het geeft mij energie als ik zie dat de kinderen met plezier leren. Dat zij aan de gang gaan zonder dat ik eerst drie keer heb moeten vragen wanneer zij gaan beginnen. Ik wil gaan voor een klas die een eenheid vormt. Niet allemaal verschillende groepjes. Voor kinderen die elkaar kunnen vertrouwen en voor een klas waar de kinderen willen leren van en met elkaar. Ik wil gaan voor een klas die aan het einde van het schooljaar samen een musical opvoert en zo de basisschoolperiode met een goed gevoel afsluit. 4. In hoeverre past je huidige leven en je werk bij je kwaliteiten, drijfveren en wensen? Wat wil je veranderen? Wat wil je ontwikkelen? Mijn huidige leven past redelijk goed bij mijn kwaliteiten, drijfveren en wensen. Ik zou ook graag kinderen in kleine groepjes of individueel willen begeleiden. Ik wil mij ontwikkelen in het uitvoeren van een onderzoek. Ik wil hier veel van leren en de stappen van het onderzoek eigen maken. Samenvattend is mijn ambitie: Ik wil gaan voor een klas die een eenheid vormt. Niet allemaal verschillende groepjes. Voor kinderen die elkaar kunnen vertrouwen en voor een klas waar de kinderen willen leren van en met elkaar. Ik wil gaan voor een klas die aan het einde van het schooljaar samen een musical opvoert en zo de basisschoolperiode met een goed gevoel afsluit. Ik wil gaan onderzoeken hoe ik het gedrag van een aantal overheersende kinderen in groep kan ombuigen tot iets positiefs waardoor er meer balans komt in de klas en waardoor er een positiever klimaat ontstaat. Er zijn veel verschillende groepjes in de klas met leiders en meelopers. 5

6 Ik wil dit gaan onderzoeken omdat het mij erg interessant lijkt om een bijdrage te leveren aan een positief klimaat binnen groep 8. Ik vind het groepsgedrag binnen een groep interessant. Waarom gedragen bepaalde kinderen zich op deze manier? Hoe kan ik ervoor zorgen dat dit positiever wordt? Het doen van onderzoek is nieuw voor mij. Het doen van onderzoek gaat bijdrage leveren aan competenties. Competentie interpersoonlijk is hier van belang. Ik vind het heel belangrijk dat er een veilig klimaat is en een positieve sfeer binnen de groep. Dit moet er eerst zijn, daarna kun je pas leren en functioneren binnen een groep. Dit geldt voor de leerlingen maar ook voor de leerkracht. Ik vind het heel belangrijk dat de leerlingen iedere dag de school uit lopen met het idee: ik doe er toe, de leraar en de leerlingen luisteren naar mij en ik heb iets geleerd. Dit onderzoek gaat ook zeker bijdragen aan de competentie: pedagogisch. Dit heeft alles te maken met het gedrag van de leerlingen. De uitgangspunten van mijn gekozen uitstroomprofiel passend onderwijs zijn: 1. Onderwijsbehoeften staan centraal; 2. Het gaat om afstemming en wisselwerking; 3. De leerkracht doet ertoe; 4. Positieve aspecten zijn van groot belang; 5. We werken constructief samen; 6. Ons handelen is doelgericht; 7. De werkwijze is systematisch en transparant. 2 Bij het onderwerp wat ik gekozen heb doet de leerkracht ertoe. Het is belangrijk dat de leerkracht de leerlingen stimuleert, wijst op hun gedragingen en erover in gesprek gaat. Ook vind ik het belangrijk dat de leerkracht wordt ondersteund nu hij of zij de taak krijgt om voor ieder kind passend onderwijs te bieden. Ook de positieve aspecten zijn van groot belang. Het is van belang dat de leerkracht de positieve aspecten in de klas benadrukt. Te vaak ligt de focus op de problemen, op wat niet goed gaat, wat de werkelijkheid geen recht doet. Het positieve versterken, leidt tot betere resultaten dan het zwakke of negatieve ombuigen. (Bron: Het uitgangspunt: we werken constructief samen past ook bij mij. Ik vind het belangrijk om niet alleen tegen en over een kind te praten maar ook met een kind. De leerling is een belangrijke partner: - De manier waarop hij zichzelf ziet, bepaalt zijn gedrag en motivatie om te veranderen. - Hij heeft zelf vaak goede verklaringen en simpele oplossingen. - Praat niet alleen over en tegen hem, maar ook mét hem. (Bron: N.Pameijer-vanBeukering-deLange-Handelsgericht-werken2.pdf ) Een goede samenwerking in de klas zorgt voor positieve wederzijdse afhankelijkheid en een goede sfeer. Op mijn stageschool is veel aandacht voor coöperatief leren. Kenmerkend voor coöperatief of samenwerkend leren is de noodzaak voor leerlingen om bij het uitvoeren van een leertaak met elkaar samen te werken. 3 Dit zie je terug tijdens de lessen. Samengevat is mijn ambitie: Ik wil gaan voor een klas die een eenheid vormt. Niet allemaal verschillende groepjes. Voor kinderen die elkaar kunnen vertrouwen en voor een klas waar de

7 kinderen willen leren van en met elkaar. Ik wil gaan voor een klas die aan het einde van het schooljaar samen een musical opvoert en zo de basisschoolperiode met een goed gevoel afsluit. Ambitie van de school O2 De student stelt de voor het onderzoek leidende ambitie vast, door de persoonlijke ambitie en de ambitie van de school op elkaar af te stemmen. Het Ruimteschip is een katholieke school: - Waar kinderen hun eigen talenten verder ontwikkelen, niet alleen bij de vakken als lezen, taal, rekenen en wereldoriëntatie, maar ook bij creatieve vakken en gym. - Waar kinderen zoveel mogelijk werken met onderwerpen die aansluiten bij hun belevingswereld. - Waar gewerkt wordt met methodes die uitgaan van verschillen tussen kinderen. - Waar kinderen leren van en met elkaar en verantwoording dragen voor hun eigen keuzes. - Waar we kinderen leren met zorg om te gaan met energie en materialen. Net als op andere scholen wordt er ook op 't Ruimteschip gepest. De school heeft veel aandacht voor het pesten. Vorig jaar is het gedrags- en anti- pestprotocol geactualiseerd en opnieuw vastgesteld. In groep 8 wordt veel aandacht gegeven aan het sociaal- pedagogisch klimaat. Bepaald gedrag keert echter jaarlijks terug bij de kinderen van groep 8. Dit jaar lijkt dit sterker dan vorige jaren. Daarom is dit de aanleiding voor mijn onderzoek. Mijn ambitie is: het belang van een positief klimaat binnen de groep. Kinderen moeten zich veilig voelen op school en in de klas. Zij moeten zich gehoord voelen door de leraar en de leerlingen en willen leren. De leerlingen moeten het gevoel hebben dat zij er mogen zijn en weten dat iedereen verschillend is. De reden dat ik dit praktijkprobleem ga onderzoeken is dat er veel onrust is tussen bepaalde kinderen in en buiten de klas op het sociaal- emotionele gebied. Er zijn veel groepjes binnen de klas en daarom vormt de klas geen eenheid. Er zijn vaak opstootjes tussen kinderen. Ik ben in gesprek gegaan met mijn mentor. Bepaald gedrag keert jaarlijks terug bij kinderen in groep 8. Vorig jaar dat ik deze kinderen ook in groep 7. Toen waren er ook soms problemen tussen kinderen maar minder dan nu. Dit jaar lijkt dit gedrag sterker dan andere jaren waardoor zich problemen voordoen in en buiten de school. Ik ervaar dus een probleem in de onderwijspraktijk en ik wil beter zicht krijgen op dit probleem om dit aan te kunnen pakken in de toekomst. De tweede reden is dat ik in het kader van mijn opleiding verplicht ben om een onderzoek uit te voeren op de school waar ik lesgeef. Ik heb dit praktijkprobleem gekozen aan de hand van de acht criteria. 4 A) Dit praktijkprobleem interesseert mij. B) Dit praktijkprobleem leeft bij mijn collega's op school. C) Dit praktijkprobleem is belangrijk voor het verbeteren van het onderwijs aan leerlingen. 4 Donk, van der Cyrilla en Bas van Lanen(2011), Praktijkonderzoek in de school, Bussum, Coutinho, blz. 89 7

8 D) Het heeft voor mij veel prioriteit om me te verdiepen in dit praktijkprobleem. E) Het heeft voor de school veel prioriteit dat ik me verdiep in dit praktijkprobleem. F) Door met dit praktijkprobleem aan de slag te gaan word ik een betere leraar. I) Er is over dit praktijkprobleem nog weinig bekend hier op school. De school vind het ook erg belangrijk dat de kinderen zich veilig voelen binnen de school en in de klas. De school besteed aandacht aan pesten en aan het sociaal- emotionele gedrag van de kinderen. Het praktijkprobleem leeft bij collega's op school omdat het gedrag van kinderen in groep 8 jaarlijks terugkeert maar het dit jaar sterker lijkt te zijn. Ik vind het interessant om mij hierin te verdiepen. Ik stel mijzelf de vragen: waarom is dit gedrag van de kinderen in groep 8 sterker dan andere jaren? Wat is dit gedrag precies? Wat kunnen we doen om dit gedrag te verbeteren. Het praktijkprobleem past bij de criteria van het boek: praktijkonderzoek in de school. Ik heb een gesprek gehad met mijn mentor. Hij wilde eerst graag dat ik iets zou doen met een autistische jongen in de klas. Ik heb uitgelegd dat ik hier mijn onderzoek niet over mocht doen omdat wij 80% van de klas moeten bereiken. In de klas is sprake van verschillende groepjes. Er zijn kinderen die erg overheersend zijn binnen deze groepjes. Hierdoor is er vaak sprake van ruzie, buitensluiten en pesten. Ik vertelde mijn mentor dat ik hier graag iets aan zou willen doen. Dit vond hij een goed idee omdat dit bijna ieder jaar terugkomt alleen ieder jaar in een andere mate. Ook heb ik gesproken met de directrice. Zij vindt het een goed idee dat ik het groepsgedrag ga aanpakken in groep 8. Ook zij merkt dat er veel groepjes zijn binnen de groep. Dit gedrag zie je veel terug in groep 8. De leidende ambitie wordt dus het onderzoeken van het groepsgedrag in groep 8. (voorlopige) Onderzoeksvraag O2 De student formuleert de voorlopige onderzoeksvraag en het voorlopige onderzoeksdoel in relatie tot de leidende ambitie. Mijn voorlopige onderzoeksvraag is: Hoe kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 een groepje overheersende kinderen begeleiden zodat de invloed op de gehele klas afneemt? Deelvragen: - Wat voor gedrag vertoont het groepje overheersende kinderen? - Wat voor invloed heeft het gedrag van het groepje overheersende kinderen op de rest van de klas? - Waarom vertoont het groepje overheersende kinderen dit gedrag? 'Overheersende kinderen' wordt in dit onderzoek gedefinieerd als: - Kinderen die erg dominant zijn en veel invloed hebben op de gehele klas. - Kinderen die de leiders zijn van de groep. - Hoe zagen de groepsleerkrachten van groep 7 dit gedrag terug in de groep vorig jaar? -Wat zijn de kenmerken van een positieve groep? - Wat voor middelen kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 inzetten om het gedrag van een groepje overheersende kinderen te verminderen zodat er een positiever klimaat ontstaat in de groep? 8

9 Richtlijnen voor het formuleren en controleren van de onderzoeksvraag: Richtlijn 1: een vraagzin Mijn onderzoeksvraag is een vraagzin. Richtlijn 2: Een openvraag Mijn onderzoeksvraag is een open vraag omdat je de vraag niet met ja of nee kunt beantwoorden. Ook begint de vraag met: hoe. Richtlijn 3: Een scherpe en eenduidige formulering waarbij de kernbegrippen gedefinieerd zijn. Zie het theoretische kader bij de onderzoeksvraag. Richtlijn 4: Een enkelvoudige vraagstelling. De onderzoeksvraag bestaat uit één vraag. Richtlijn 5: Niet vragen naar de bekende weg. Ik kan deze vraag niet beantwoorden zonder er onderzoek naar te doen. Richtlijn 6: Geen foute veronderstellingen. Er staat geen foute veronderstelling in mijn onderzoeksvraag. Richtlijn 7: Geen (deel) van het antwoord in de vraag. Er staat geen (deel) van het antwoord in de vraag. Richtlijn 8: Een acceptabele vraag. De vraag heeft geen negatieve insteek. Richtlijn 9: Een aansprekende onderzoeksvraag die relevant is voor de beroepspraktijk. De onderzoeksvraag daagt uit om op zoek te gaan naar antwoorden. De vraag motiveert mij en past bij de ambitie van de school. Richtlijn 10: De antwoorden op de deelvragen leiden tot het antwoord op de hoofdvraag. Ik denk dat de antwoorden op de deelvragen leiden tot het antwoord op mijn hoofdvraag. 5 Onderzoeksdoel: Onderzoek doen naar hoe de leerkrachten van groep 8 een veilig klimaat kunnen creëren in groep 8 waarbij alle kinderen zich prettig voelen en zichzelf kunnen zijn. Richtlijnen voor het formuleren van het onderzoeksdoel: Richtlijn 1: Het onderzoeksdoel is gebaseerd op de analyse van het praktijkprobleem. Het onderzoeksdoel past bij het praktijkprobleem. Ik leer om een onderzoek te doen. Een 'veilig klimaat' wordt in dit onderzoek gedefinieerd als: Een klimaat waarbij: - De kinderen weten waar ze aan toe zijn. - De mening van iedereen telt. - Iedereen gewaardeerd wordt door de leerkrachten/leerlingen om hoe hij/zij is. 5 Donk, van der Cyrilla en Bas van Lanen(2011), Praktijkonderzoek in de school, Bussum, Coutinho, 128 t/m 130 9

10 Richtlijn 2: Het onderzoeksdoel is voldoende afgebakend en eenduidig geformuleerd. Er staan geen woorden in als: 'beter' en 'veel'. Richtlijn 3: Het onderzoeksdoel is haalbaar. Het onderzoeksdoel is haalbaar omdat er beschikbare middelen zijn. Richtlijn 4: Het onderzoeksdoel is besproken met de betrokkenen in de school. Ik heb het onderzoeksdoel besproken met mijn mentor en de IB'er en tevens waarnemend directrice. De relatie met de leidende ambitie: De onderzoeksvraag en het onderzoeksdoel past bij mijn ambitie en bij de ambitie van de school omdat ik het groepsgedrag van de kinderen in groep 8 ga onderzoeken. Dit (groeps) gedrag komt jaarlijks terug in groep 8. Dit jaar lijkt het sterker te zijn dan andere jaren. Het leeft bij de collega's op school. In en buiten de klas lijkt er door (bepaalde) kinderen geroddeld, gepest en buitengesloten te worden. Dit ga ik onderzoeken. De school wil het groepsgedrag van groep 8 veranderen zodat er een positief klimaat ontstaat binnen de groep. Een positief klimaat draagt bij aan betere leerprestaties van de leerlingen. Hoe de onderzoeksvraag en het onderzoeksdoel tot stand zijn gekomen: Ik ben in gesprek gegaan met de IB'er en tevens waarnemend directrice van de school. Tijdens mijn sollicitatiegesprek in mei vorig schooljaar vertelde ik dat mijn uitstroomprofiel passend onderwijs is. Ik wist toen nog niet wat ik wilde onderzoeken. De school werkt met meervoudige intelligentie. We hebben het er toen over gehad dat ik misschien iets kon doen met meervoudige intelligentie en techniek. Dit hebben we verder laten rusten tot dit schooljaar. Ik heb het gedrag in de groep geobserveerd en me verdiept in literatuur. Ik kwam erachter dat ik het gedragscomponent niet zo terug zag in meervoudige intelligentie en techniek. Het pesten is een veelvoorkomend probleem op scholen en ook op 't Ruimteschip. Vorig jaar is er uitgebreid over het pestprotocol is gesproken dat uiteindelijk werd geactualiseerd in het anti- pesten gedragsprotocol. Tijdens observaties merkte ik dat er een paar overheersende kinderen zijn in groep 8 die buitensluiten, pesten en roddelen. Ook zijn er kinderen die meelopen. Ik heb dit praktijkprobleem voorgelegd aan de IB'er en waarnemend directrice. Zij vertelde mij dat zij dit probleem vaak terugziet in groep 8. Het leek haar een goed idee om hier onderzoek naar te doen. Ik heb mijn onderzoeksvraag en onderzoeksdoel ook voorgelegd aan mijn mentor. Mijn mentor heeft al jaren groep 8. Hij ziet het praktijkprobleem vaak terug in groep 8. Natuurlijk iedere keer in een andere mate. Dit jaar zie je het praktijkprobleem in hoge mate terug. Het lijkt hem een goed idee om dit te onderzoeken. Zie: bijlage 1: overeenkomst van de onderzoeksvraag. 10

11 O2 De student beschrijft in hoeverre de onderzoeksvraag relevant is binnen de actuele ontwikkelingen van het betreffende uitstroomprofiel. Beeld van de actuele ontwikkelingen binnen passend onderwijs Zorgplicht voor scholen Per 1 augustus 2014 gaat de zorgplicht in. Ouders van een leerling die extra ondersteuning nodig heeft, hoeven zelf geen indicatie meer aan te vragen en een passende plek te zoeken. Ouders kunnen nog steeds hun kind aanmelden bij de school die hun voorkeur heeft. Deze school maakt deel uit van een van de 150 samenwerkingsverbanden. Hierin zitten alle schoolbesturen (regulier en speciaal) in een bepaalde regio. De school zoekt een passende plek voor een leerling. Dat kan op de school van aanmelding zijn of op een andere school binnen of buiten het samenwerkingsverband. Een landelijke geschillencommissie kan in geval van discussie een oordeel geven of het aanbod inderdaad passend is. 6 Wat betekent passend onderwijs voor leraren? De inzet van passend onderwijs is om leerlingen zo veel mogelijk een passend ondersteuningsaanbod te geven binnen het reguliere onderwijs. Een nauwe samenwerking tussen speciaal en regulier onderwijs en meer gelegenheid voor professionalisering, biedt leraren mogelijkheden om te kunnen omgaan met (grotere) verschillen in de klas. Het is belangrijk om als leerkracht een veilige en uitdagende omgeving te creëren waarin er respect is voor de verschillen. Verschillen die je als leerkracht waarneemt zijn belangrijk om te analyseren en om naar te handelen. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om verschil te maken tussen instructies, werkvormen of in de manier waarop je leerstof aanbiedt. Onderzoeksvraag in relatie tot de actuele ontwikkelingen binnen passend onderwijs. Iedereen is verschillend. Zo ook alle kinderen in mijn klas. Ik heb in mijn klas een jongen die autistisch is en een jongen die hoogbegaafd is. Deze kinderen horen echter bij de 5% waar al hulp voor geboden wordt. Hier mogen wij ons onderzoek niet op richten. Toch past mijn onderzoeksvraag op een bepaalde manier bij de actuele ontwikkelingen van passend onderwijs omdat ik als leerkracht ervoor moet zorgen dat er voor ieder kind een plek is binnen de school en binnen de klas. De kinderen moeten zich op een bepaalde manier gedragen om voor een positief klimaat te zorgen binnen de klas. Als dit door bepaalde kinderen wordt verstoord is het aan de leerkracht de taak om hier iets aan te doen en ervoor te zorgen dat er weer een positief en veilig pedagogisch klimaat heerst. Onderzoeksvraag: Hoe kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 een groepje overheersende kinderen begeleiden zodat de invloed op de gehele klas afneemt? Doordat er zoveel verschillen in een klas zijn moet de groepsleerkracht een veilige en uitdagende omgeving creëren waarin er respect is voor verschillen. In de huidige praktijksituatie worden de verschillen door een aantal leerlingen niet gerespecteerd. Vaak gebeuren de opstootjes buiten de klas, tijdens het spelen na schooltijd en in de pauzes. Hier

12 hebben wij als leerkrachten weinig grip op omdat we hier niet of nauwelijks bij zijn. Ook de ouders hebben hier (te) weinig grip op. De opstootjes die de kinderen buiten de klas hebben merken wij in de klas. Dit is niet goed voor de sfeer in de klas. De leerkracht heeft in deze situatie de taak om ervoor te zorgen dat het klimaat veilig wordt en dat er respect is voor de verschillen onderling. Het spreekt voor zich dat de leerkracht altijd de taak heeft om ervoor te zorgen dat het klimaat veilig is en dat er respect is onderling maar bij deze actuele ontwikkelingen worden de leerlingen met bijvoorbeeld autisme of hoogbegaafdheid niet meer buiten de school begeleid maar moet de school zorgen voor geschikte zorg voor deze leerlingen en moeten de andere leerlingen deze leerlingen accepteren zoals ze zijn. Bijdrage van de deelvragen aan het aanscherpen van de (voorlopige) onderzoeksvraag Mijn (voorlopige) onderzoeksvraag is: Hoe kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 een groepje overheersende kinderen begeleiden zodat de invloed op de gehele klas afneemt? Mijn deelvragen zijn: 1. Wat voor gedrag vertoont het groepje overheersende kinderen? 2. Wat voor invloed heeft het gedrag van het groepje overheersende kinderen op de rest van de klas? 3. Waarom vertoont het groepje overheersende kinderen dit gedrag? 4. Wat zijn de kenmerken van een positieve groep? 5. Hoe zagen de groepsleerkrachten van groep 7 dit gedrag terug in de groep vorig jaar? 6. Wat voor middelen kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 inzetten om het gedrag van een groepje overheersende kinderen te verminderen zodat er een positiever klimaat ontstaat in de groep? - Wat voor gedrag vertoont het groepje overheersende kinderen? Om het gedrag van de overheersende kinderen te verminderen moet ik eerst precies weten wat voor gedrag zij vertonen. - Wat voor invloed heeft het gedrag van het groepje overheersende kinderen op de rest van de klas? Om de invloed van de overheersende kinderen te laten afnemen moet ik eerst precies weten wat voor invloed deze kinderen op de rest van de groep hebben. - Waarom vertoont het groepje overheersende kinderen dit gedrag? Om de invloed van een aantal overheersende kinderen op de rest van de klas te laten afnemen moet ik eerst weten waarom deze kinderen dit gedrag vertonen. -Wat zijn de kenmerken van een positieve groep? Door de kenmerken van een positieve groep te kennen weet ik wat er moet veranderen. - Hoe zagen de groepsleerkrachten van groep 7 dit gedrag terug in de groep vorig jaar? Ik wil graag weten of dit vorig jaar ook al speelde en hoe de leerkrachten van groep 7 er toen mee omgingen. 12

13 - Wat voor middelen kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 inzetten om het gedrag van een groepje overheersende kinderen te verminderen zodat er een positiever klimaat ontstaat in de groep? Om de invloed op de klas te laten afnemen zodat er een positiever klimaat binnen de groep ontstaat moet ik als leerkracht middelen inzetten om dit te laten verminderen. Deelvragen die de onderzoeksvraag ook kunnen aanscherpen maar die onhaalbaar zijn: - Hoe is de invloed van het groepje overheersende kinderen na schooltijd? Deze deelvraag is in het kader van dit onderzoek onhaalbaar omdat ik niet in de mogelijkheid ben om te onderzoeken hoe de kinderen na schooltijd zijn. Ik kan buiten schooltijd niet observeren hoe de kinderen zich dan gedragen. Het zou mijn onderzoeksvraag wel aanscherpen omdat ik dan weet of ze alleen zo zijn op school of ook thuis en tijdens het spelen met andere kinderen. - Hoe kunnen de ouders van het groepje overheersende kinderen bijdragen om het overheersende gedrag van deze kinderen te verminderen? Deze deelvraag is in het kader van dit onderzoek onhaalbaar omdat ik als LIO- stagiaire niet in positie ben om ouders hierop aan te spreken. Het zou mijn onderzoeksvraag wel aanscherpen omdat de ouders het overheersende gedrag zouden kunnen verminderen door hierover bijvoorbeeld met de kinderen in gesprek te gaan. Keuze van onderzoeksinstrumenten Hieronder ziet u per deelvraag de theoretische onderzoeksinstrumenten en de praktische onderzoeksinstrumenten. Daarbij ziet u hoe ik triangulatie heb ingezet en wat voor aandeel de onderzoeksinstrumenten hebben voor het beantwoorden van mijn deelvraag. Deelvraag 1: Wat voor gedrag vertoont het groepje overheersende kinderen? Theoretische onderzoeksinstrumenten: Interactiewijzer (zie bronvermelding) 109 t/m 113 leiden en advies geven roos van Leary 139 t/m 144 strijden roos van Leary 145 t/m 149 winnen roos van Leary Deze literatuur is relevant omdat het gaat over de roos van Leary. Hierin worden de verschillende vormen van gedrag besproken. Deze literatuur gaat antwoord geven op de deelvraag: Wat voor gedrag vertoont het groepje overheersende kinderen. Door mij te verdiepen in deze literatuur wil ik aantonen wat voor gedrag het precies is wat deze kinderen vertonen. Gedragsproblemen in scholen (zie bronvermelding) Blz. 235 t/m 242 appendix 2 dwars, dwingend, onrustig, brutaal Blz. 243 t/m 251 agressief, dominant, niet sociaal, niet eerlijk, regels schendend Deze literatuur is relevant omdat ik in appendix 2 het gedrag herken wat ik in de klas signaleer. Bij deze deelvraag wil ik uitzoeken wat voor gedrag dit precies is. Triangulatie: De bronnen die ik ga gebruiken zijn: theorie: de interactiewijzer en gedragsproblemen in scholen. (zoals hierboven vermeld), de observaties van mijn mentor en mijn eigen observaties. Op deze manier gebruik ik triangulatie. Deze bronnen zullen elkaar aanvullen en versterken. Dat komt 13

14 doordat de theoretische bron nooit precies de situatie op mijn werkplek kan schetsen. Door te observeren en literatuur te bestuderen zie ik precies wat voor gedrag deze kinderen vertonen. Voordelen tekstbronnen bestuderen: - Bij het bestuderen van tekstbronnen ben je minder afhankelijk van de dynamiek van de dagelijkse onderwijspraktijk. Je kunt zelf bepalen op welk moment en op welke plaats je de tekstbronnen bestudeert. Nadelen tekstbronnen bestuderen: - Als je persoongevoelige informatie wilt gebruiken, zul je hierover eerst duidelijke afspraken moeten maken met de school. - Als je bronnen bestudeert ben je afhankelijk van de persoon die de betreffende tekst heeft geschreven. Praktische onderzoeksinstrumenten: observeren op een doelgerichte en systematische wijze. Op deze manier verwerf ik inzichten in wat er daadwerkelijk gebeurt in de praktijk. Tijdens het observeren wil ik beschrijven en vergelijken. Ik wil inzoomen op een specifiek onderdeel van de praktijksituatie. Dat is in dit geval: de invloed van een aantal overheersende kinderen op de rest van de groep. Ik probeer hier zoveel mogelijk over te weten te komen. Ook wil ik vergelijken. Ik ga na in hoeverre bepaalde beweringen uit de theorie overeenkomen met de onderwijspraktijk op mijn school. Het onderzoeksinstrument: observeren is realistisch om deze deelvraag te beantwoorden. Ik gebruik triangulatie omdat ik zelf ga observeren maar ook mijn mentor vraag om te observeren. Ook observeer ik op verschillende tijdstippen: tijdens vrije situaties zoals gym en buiten spelen, tijdens het samenwerken en tijdens het zelfstandig werken. Voordelen van observeren: - Je ervaart de onderwijssituatie vanuit de eerste persoon. Nadelen van observeren: - Je kunt niet iets bekijken wat zich in het verleden heeft voorgedaan. - Je maakt bij het observeren meestal zelf deel uit van de onderwijspraktijk. Dit kan de praktijksituatie ongemerkt beïnvloeden. - Het uitvoeren van observaties is arbeidsintensief en niet eenvoudig uit te voeren. Deelvraag 2: Wat voor invloed heeft het gedrag van het groepje overheersende kinderen op de rest van de klas? Theoretische onderzoeksinstrumenten: Forming, Storming, Norming, and Performing in groups, the encyclopaedia of informal education. (zie bronvermelding) Dit Engelse artikel gaat over het groepsproces in een groep vanaf het begin van het schooljaar. Het is relevant omdat ik verwacht dat dit antwoord gaat op de deelvraag: Wat voor invloed heeft het gedrag van het groepje overheersende kinderen op de rest van de klas. Omdat hierin de verschillende fasen worden besproken. Klassenmanagement (zie bronvermelding) Blz. 78 t/m 97 kenmerken van negatieve groep 14

15 Ik verwacht dat deze bron antwoord gaat geven op mijn deelvraag omdat het over een negatieve groep gaat. Hierin staat wat voor invloed overheersend gedrag op andere kinderen heeft. Praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie Blz. 150 t/m 153, 163 t/m 164, 167 t/m 169, 219, 225, 267 t/m 273 In deze theorie staat de ontwikkeling van sociaal gedrag vanaf het jonge kind tot het oudere kind. De sociale rollen en het verschil tussen jongens en meisjes, pesten en machtsvertoon, leiders en volgers, kinderen in groep 8. Deze theorie past ook bij: waarom vertoont het groepje overheersende kinderen dit gedrag. Deze theorie is relevant omdat het gaat over het gedrag van het oudere kind. In deze bron zie je de klimaatschaal van een groep. Dit gaat over het belang van een goed pedagogisch klimaat binnen de groep. Triangulatie: Ik gebruik triangulatie omdat ik zelf ga observeren maar ook mijn mentor vraag om te observeren. Ook observeer ik op verschillende tijdstippen: tijdens vrije situaties zoals gym en buiten spelen. Tijdens het samenwerken en tijdens het zelfstandig werken. Tevens bestudeer in de literatuur over groepsgedrag. Voordelen tekstbronnen bestuderen: - Bij het bestuderen van tekstbronnen ben je minder afhankelijk van de dynamiek van de dagelijkse onderwijspraktijk. Je kunt zelf bepalen op welk moment en op welke plaats je de tekstbronnen bestudeert. Nadelen tekstbronnen bestuderen: - Als je persoongevoelige informatie wilt gebruiken, zul je hierover eerst duidelijke afspraken moeten maken met de school. - Als je bronnen bestudeert ben je afhankelijk van de persoon die de betreffende tekst heeft geschreven. Praktische onderzoeksinstrumenten: observeren op een doelgerichte en systematische wijze. Op deze manier verwerf ik inzichten in wat er daadwerkelijk gebeurt in de praktijk. Tijdens het observeren wil ik beschrijven en vergelijken. Ik wil inzoomen op een specifiek onderdeel van de praktijksituatie. Dat is in dit geval: Wat voor invloed heeft het gedrag van het groepje overheersende kinderen op de rest van de klas. Ik probeer hier zoveel mogelijk over te weten te komen. Ook wil ik vergelijken. Ik vergelijk mijn waarnemingen met de beweringen in de literatuur. Het onderzoeksinstrument: observeren is realistisch om deze deelvraag te beantwoorden. Bij een andere deelvraag zal ik de kinderen gaan interviewen. Ik hoop dat het interview mijn observaties gaat versterken en bevestigen. Ik bevraag de kinderen schriftelijk in de vorm van een klimaatschaal. Deze vorm is realistisch omdat ik zo zicht krijg op wat de kinderen vinden van de sfeer in de groep en dus ook wat voor invloed het gedrag van bepaalde kinderen op hun heeft. Voordelen: - Je ervaart de onderwijssituatie vanuit de eerste persoon. Nadelen: - Je kunt niet iets bekijken wat zich in het verleden heeft voorgedaan. 15

16 - Je maakt bij het observeren meestal zelf deel uit van de onderwijspraktijk. Dit kan de praktijksituatie ongemerkt beïnvloeden. - Het uitvoeren van observaties is arbeidsintensief en niet eenvoudig uit te voeren. Schriftelijk bevragen: Voordelen van schriftelijk bevragen: - Je kunt in een relatief korte tijd veel data bij meerdere respondenten verkrijgen. - Je kunt heel gericht data verzamelen. - Je kunt zelf nadenken over de vragen die je stelt en de data die je wilt verzamelen. Nadelen van schriftelijk bevragen: - Kinderen kunnen invullen wat ze op dat moment voelen. Het is dus een momentopname. Deelvraag 3: Waarom vertoont het groepje overheersende kinderen dit gedrag? Theoretische onderzoeksinstrumenten: Het oudere kind, groei en ontwikkeling bij leerlingen van 8 tot 14 jaar (zie bronvermelding) 56 t/m 69 ontwikkeling van de hersenen. Ik verwacht dat deze bron antwoord geeft op mijn vraag: Waarom vertoont het groepje overheersende kinderen dit gedrag? Ik wil weten of het gedrag komt door ontwikkelingen in de hersenen. Blz. 86 t/m 96 De leefwereld van het oudere kind. In deze theorie staat gedrag van een kind in gezinnen, onder maatschappelijke omstandigheden en op school. Het gaat over onderwijs en opvoeding. Ik verwacht antwoord te krijgen op waarom deze kinderen dit gedrag vertonen. 101 t/m 135 en 152 t/m 168 lichamelijke ontwikkelingen, cognitieve ontwikkelingen en sociaalemotionele ontwikkelingen. Dit gaat ook over pesten en contactproblemen. In deze theorie staan de lichamelijke ontwikkelingen, cognitieve ontwikkelingen en sociaalemotionele ontwikkelingen van het oudere kind. Ook gaat het over pesten en contactproblemen. Ik denk dat deze theorie nodig is om antwoord te krijgen op de deelvraag: waarom vertonen deze kinderen dit overheersende gedrag. Praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie Blz. 150 t/m 153, 159 t/m , 225, 267 t/m 273 In deze theorie staat de ontwikkeling van sociaal gedrag vanaf het jonge kind tot het oudere kind. De sociale rollen en het verschil tussen jongens en meisjes, pesten en machtsvertoon, leiders en volgers, kinderen in groep 8. Deze theorie past ook bij: Wat voor gedrag vertoont het groepje overheersende kinderen. Triangulatie: Er is triangulatie ingebouwd omdat ik een sociogram laat invullen en een verhelderend gesprek ga voeren met de groep, met groepjes en met individuele kinderen. Ook ga ik de literatuur bestuderen over groepsgedrag. Op deze manier hoop ik erachter te komen waarom de kinderen dit overheersende gedrag vertonen. 16

17 Voordelen van tekstbronnen bestuderen: - Bij het bestuderen van tekstbronnen ben je minder afhankelijk van de dynamiek van de dagelijkse onderwijspraktijk. Je kunt zelf bepalen op welk moment en op welke plaats je de tekstbronnen bestudeert. Nadelen van tekstbronnen bestuderen: - Als je persoongevoelige informatie wilt gebruiken, zul je hierover eerst duidelijke afspraken moeten maken met de school. - Als je bronnen bestudeert ben je afhankelijk van de persoon die de betreffende tekst heeft geschreven. Praktische onderzoeksinstrumenten: Mondeling en schriftelijk bevragen. Ik wil met een aantal kinderen individueel in gesprek gaan en met een aantal kinderen in een groepje in gesprek gaan. Ook wil ik de kinderen schriftelijk bevragen in de vorm van een sociogram. Deze praktische onderzoeksinstrumenten zijn nodig omdat ik zicht wil krijgen op de groepsstructuur van deze groep. Welke kinderen vinden dat zij gepest worden, wat vinden zij van de sfeer in de groep. Met wie werken zij het liefste samen. Enzovoorts. Door met de kinderen hier een verhelderend gesprek over te voeren in de vorm van een interview krijg ik meer zicht op wat zij hebben ingevuld in het sociogram. Voordelen van mondeling bevragen: - Je krijgt zicht op informatie die je niet direct kunt waarnemen. - Je kunt in een relatief korte tijd veel data bij meerdere respondenten verkrijgen. - Je kunt heel gericht data verzamelen. - Je kunt zelf nadenken over de vragen die je stelt en de data die je wilt verzamelen. - Je kunt tijdens een interview je vragen aanpassen aan het gesprek. Nadelen van mondeling bevragen: - Je hebt te maken met interpretaties van anderen. - Het is niet altijd mogelijk om met mensen in gesprek te gaan. Gesprekken moeten worden ingepland en vragen tijd van de persoon die je wilt bevragen. - Niet altijd alle personen zijn in de school voldoende op de hoogte van een bepaald onderwerp. - Gesprekken in een groep kunnen erg nuttig zijn, omdat je in korte tijd meerdere leerlingen kunt bevragen. Je moet er wel rekening mee houden dat mensen in een groep niet altijd datgene (durven te) zeggen wat ze denken. Denk dus goed na over de samenstelling van de groepen die je wilt bevragen. 7 Voordelen van schriftelijk bevragen: - Je kunt in een relatief korte tijd veel data bij meerdere respondenten verkrijgen. - Je kunt heel gericht data verzamelen. - Je kunt zelf nadenken over de vragen die je stelt en de data die je wilt verzamelen. Nadelen van schriftelijk bevragen: - Kinderen kunnen invullen wat ze op dat moment voelen. Het is dus een momentopname. Deelvraag 4: Wat zijn de kenmerken van een positieve groep? Theoretische onderzoeksinstrumenten: 7 Donk, van der Cyrilla en Bas van Lanen(2011), Praktijkonderzoek in de school, Bussum, Coutinho, 147 en

18 Klassenmanagement (zie bronvermelding) blz. 77 t/m 97 Kenmerken van een positieve groep Ik verwacht dat deze bron antwoord gaat geven op mijn deelvraag omdat in deze theorie de kenmerken staan van een positieve groep. In deze bron zie je de klimaatschaal van een groep. Dit gaat over het belang van een goed pedagogisch klimaat binnen de groep. Triangulatie: Ik gebruik hier triangulatie omdat ik meerdere theoretische bronnen gebruik die elkaar aanvullen en versterken. Op deze manier krijg ik antwoord vanuit meerdere perspectieven. Voordelen van tekstbronnen bestuderen: - Bij het bestuderen van tekstbronnen ben je minder afhankelijk van de dynamiek van de dagelijkse onderwijspraktijk. Je kunt zelf bepalen op welk moment en op welke plaats je de tekstbronnen bestudeert. Nadelen van tekstbronnen bestuderen: - Als je persoongevoelige informatie wilt gebruiken, zul je hierover eerst duidelijke afspraken moeten maken met de school. - Als je bronnen bestudeert ben je afhankelijk van de persoon die de betreffende tekst heeft geschreven. Deelvraag 5: Hoe zagen de groepsleerkrachten van groep 7 dit gedrag terug in de groep vorig jaar? Theoretische onderzoeksinstrumenten: De hiervoor benoemde theorie kan bijdragen aan de verwerking van het interview aan de leerkrachten van groep 7. Triangulatie: Ik gebruik hier triangulatie omdat ik meerdere docenten van groep 7 interview. De interviews kunnen elkaar versterken en aanvullen. Voordelen van tekstbronnen bestuderen: - Bij het bestuderen van tekstbronnen ben je minder afhankelijk van de dynamiek van de dagelijkse onderwijspraktijk. Je kunt zelf bepalen op welk moment en op welke plaats je de tekstbronnen bestudeert. Nadelen van tekstbronnen bestuderen: - Als je persoongevoelige informatie wilt gebruiken, zul je hierover eerst duidelijke afspraken moeten maken met de school. - Als je bronnen bestudeert ben je afhankelijk van de persoon die de betreffende tekst heeft geschreven. Praktische onderzoeksinstrumenten: Mondeling bevragen. Ik ga de leerkrachten van groep 7 bevragen hoe ze het gedrag van het groepje overheersende kinderen en de groep vorig jaar hebben ervaren. Ik wil verklaren wat de oorzaken van de geconstateerde problemen kunnen zijn. Ook wil ik de ervaringen van de leerkrachten van groep 7 vergelijken met de vakliteratuur. 18

19 Voordelen: - Je krijgt zicht op informatie die je niet direct kunt waarnemen. - Je kunt in een relatief korte tijd veel data bij meerdere respondenten verkrijgen. - Je kunt heel gericht data verzamelen. - Je kunt zelf nadenken over de vragen die je stelt en de data die je wilt verzamelen. - Je kunt tijdens een interview je vragen aanpassen aan het gesprek. Nadelen: - Je hebt te maken met interpretaties van anderen. - Het is niet altijd mogelijk om met mensen in gesprek te gaan. Gesprekken moeten worden ingepland en vragen tijd van de persoon die je wilt bevragen. - Niet altijd alle personen zijn in de school voldoende op de hoogte van een bepaald onderwerp. - Het uitwerken van interviews is erg arbeidsintensief. Deelvraag 6: Wat voor middelen kunnen de groepsleerkrachten van groep 8 inzetten om het gedrag van een groepje overheersende kinderen te verminderen zodat er een positiever klimaat ontstaat in de groep? Theoretische onderzoeksinstrumenten: Interactiewijzer (zie bronvermelding) 150 t/m t/m 179 In deze theorie staan: Voorbeelden van specifieke trainingsprogramma's en sociale vaardigheidstrainingen en oefenvoorbeelden. Ik verwacht dat ik op deze manier mijn deelvraag kan beantwoorden. Ik zoek het meest geschikte oefenvoorbeeld uit voor mijn groep. Verder ga theorie bekijken met andere oefeningen. 4.3 Situationeel groepen (bege)leiden In deze theorie staat hoe je groepen het beste kunt begeleiden. Deze theorie is relevant omdat ik niet alleen middelen zoals vaardigheidstrainingen wil gaan toepassen maar ook mijn gedrag in de klas wil aanpassen zodat er een positief klimaat ontstaat. Triangulatie: De bron versterkt mijn middelen die ik inzet om een positiever klimaat te creëren in de klas. De theorie versterkt dit omdat ik op deze manier kan zien of ik op de goede weg ben. De bron laat zien wat voor middelen er zijn en wanneer je deze het beste kunt inzetten. Voordelen van tekstbronnen bestuderen: - Bij het bestuderen van tekstbronnen ben je minder afhankelijk van de dynamiek van de dagelijkse onderwijspraktijk. Je kunt zelf bepalen op welk moment en op welke plaats je de tekstbronnen bestudeert. Nadelen van tekstbronnen bestuderen: - Als je persoongevoelige informatie wilt gebruiken, zul je hierover eerst duidelijke afspraken moeten maken met de school. - Als je bronnen bestudeert ben je afhankelijk van de persoon die de betreffende tekst heeft geschreven. 19

20 Praktische onderzoeksinstrumenten: - Observeren of de middelen die de groepsleerkrachten gaan inzetten werken. Voordelen van observeren: - Je ervaart de onderwijssituatie vanuit de eerste persoon. Nadelen van observeren: - Je kunt niet iets bekijken wat zich in het verleden heeft voorgedaan. - Je maakt bij het observeren meestal zelf deel uit van de onderwijspraktijk. Dit kan de praktijksituatie ongemerkt beïnvloeden. - Het uitvoeren van observaties is arbeidsintensief en niet eenvoudig uit te voeren. Validiteit en betrouwbaarheid van mijn gekozen onderzoeksinstrumenten: 'Met betrouwbaarheid wordt bedoeld dat je bij een herhaling van je onderzoek tot dezelfde onderzoeksresultaten komt. In het onderwijs is dit nauwelijks mogelijk. Een onderzoekssituatie is te benaderen, maar nooit exact na te bootsen.' Net als bij validiteit worden er bij onderzoek in de school ook andere eisen gesteld aan de betrouwbaarheid van een onderzoek.' (Uit: praktijkonderzoek in de school blz. 39 en 40) Ik heb tijdens het kiezen van theoretische onderzoeksmiddelen en praktische onderzoeksmiddelen rekening gehouden met triangulatie. Triangulatie is gebruik maken van data uit verschillende bronnen. Deze verzamel je op verschillende manieren en door verschillende personen. Ik zorg ervoor dat mijn mentor zicht krijgt in mijn onderzoek zodat hij feedback kan geven. (communicatie) Ik zorg ik ervoor dat ik het onderzoeksproces zo helder mogelijk beschrijf (transparantie). Bij de deelvraag: Hoe zagen de groepsleerkrachten van groep 7 dit gedrag terug in de groep vorig jaar? Bekijk ik het praktijkprobleem vanuit verschillende perspectieven. Vanuit mijn perspectief, die van mijn mentor, IB'er, leerlingen en leerkrachten van groep 7. Ook zorg ik voor betrouwbaarheid en validiteit door gebruik te maken van de theorie. Door gebruik te maken van bestaande kennis en inzichten wordt het onderzoek krachtiger. Ik gebruik dit als referentiekader. 20

21 Bronnen Hieronder ziet u de bronnen die ik ga gebruiken bij het beantwoorden van mijn deelvragen en uiteindelijk mijn hoofdvraag. De bronnen zijn relevant en betrouwbaar doordat ze aangereikt zijn door Hogeschool IPABO en doordat ze allemaal recent zijn. Bij de meeste deelvragen gebruik ik ook meerdere bronnen waardoor ze elkaar versterken of bevestigen. Bron: Bijdrage van literatuur: Pagina's: Aantal: Smith, M. K. (2005), Bruce W, Tuckman, Forming, Storming, Norming, and Performing in groups, the encyclopaedia of informal education. 7/Tuckman's%20Forming,%20Norming,%20Stor ming.pdf Engels artikel over: Forming Storming Norming Performing Termination De klimaatschaal 2 2 Klamer- Hoogma, Miriam(2012), Klassenmanagement 75 t/m Klassenmanagement, Groningen, Noordhoff. Sociale ondersteuning Sociale ondersteuning 20 t/m Pameijer, N., Beukering, T. van & Uitstroomprofiel in het 3 3 Lange, S. de (2010). De uitgangspunten van Handelingsgericht werken. In: JSW 94. kader van gedragsondersteuning 4.3 Situationeel groepen (bege)leiden (Bron onbekend, artikel gekregen van Stefan Schuur) Groepen begeleiden 28 t/m Celistin- Westtreich, s, L-P Celestin(2008), Observeren en rapporteren, Amsterdam, Pearson Education Verstegen. R, H.P.B Lodewijks(2009), Interactiewijzer, Assen, van Gorcum Observeren en rapporteren Leiden en advies geven Strijden Winnen Sociale vaardigheidstrainingen en oefenvoorbeelden Sociale trainingsprogramma's 1 t/m t/m t/m t/m t/m t/m Wolf, van der Kees, Tanja Beukering(2009), Gedragsproblemen in scholen, Leuven/ Den Haag, Acco Maas, Ad(2009), Het oudere kind, groei en ontwikkeling bij leerlingen van 8 tot 14 jaar, Appendix 2 dwars, dwingend, onrustig, brutaal Appendix 2 agressief, dominant, niet sociaal, niet eerlijk, regels schendend De ontwikkeling van de hersenen 235 t/m t/m t/m

Praktijkonderzoek impulsief gedrag

Praktijkonderzoek impulsief gedrag Praktijkonderzoek impulsief gedrag Naam Studentnummer Klas SLB-er Naomi Ridder 90462 L42 Mark Koeten Datum 1 e inlevermoment Periode Vak Beoordelende docent 18 april 2013 minor 3 minor 4 specialisatie

Nadere informatie

GRIP OP DE GROEP H E I D I R O E L O F S - J A C O B S A M B U L A N T B E G E L E I D E R R E C V I E R L A N D

GRIP OP DE GROEP H E I D I R O E L O F S - J A C O B S A M B U L A N T B E G E L E I D E R R E C V I E R L A N D GRIP OP DE GROEP H E I D I R O E L O F S - J A C O B S A M B U L A N T B E G E L E I D E R R E C V I E R L A N D http://vimeo.com/35354057 PROGRAMMA 1. De Groep 2. Rollen in een positieve en negatieve

Nadere informatie

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Welke middelen kan een docent tijdens zijn les gebruiken / hanteren om leerlingen van havo 4 op het Sophianum meer te motiveren? Motivatie

Nadere informatie

Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen

Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen Data verzameld in de derde graad van de basisschool en verslag opgesteld door Amber Van Geit Opleiding:

Nadere informatie

Plek onderzoeksvraag. Aanleiding handelingsprobleem/verlegenheidssituatie. Literatuur. Onderzoeksvraag. Onderzoeksopzet

Plek onderzoeksvraag. Aanleiding handelingsprobleem/verlegenheidssituatie. Literatuur. Onderzoeksvraag. Onderzoeksopzet De Onderzoeksvraag Plek onderzoeksvraag Aanleiding handelingsprobleem/verlegenheidssituatie Probleemanalyse probleemstelling Literatuur Onderzoeksvraag Onderzoeksopzet De onderzoeksvraag Goed onderzoek

Nadere informatie

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek In deze deelopdracht ga je het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek onderzoeken. Geerts en van Kralingen (2011) definiëren onderwijsconcept

Nadere informatie

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Doel

Nadere informatie

AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen 9/21/ Rian Aarts & Kitty Leuverink

AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen 9/21/ Rian Aarts & Kitty Leuverink Bron: Baarda, B. (2014) Dit is onderzoek! AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen Rian Aarts & Kitty Leuverink 1 Inhoud bijeenkomst 2 Praktijkprobleem bespreken Onderzoeksdoel formuleren

Nadere informatie

AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen

AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen Rian Aarts & Kitty Leuverink Bron: Baarda, B. (2014) Dit is onderzoek! Inhoud bijeenkomst 2 Praktijkprobleem bespreken Onderzoeksdoel formuleren

Nadere informatie

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben Ik ben wie ik ben Naam: Johan Vosbergen Inhoudsopgave Inleiding... 3 De uitslag van Johan Vosbergen... 7 Toelichting aandachtspunten en leerdoelen... 8 Tot slot... 9 Pagina 2 van 9 Inleiding Hallo Johan,

Nadere informatie

De leerkracht stelt duidelijke opbrengst- en inhoudsdoelen op en geeft concreet aan wat verwacht wordt van het werken in de klas en de omgang met

De leerkracht stelt duidelijke opbrengst- en inhoudsdoelen op en geeft concreet aan wat verwacht wordt van het werken in de klas en de omgang met Doelgericht werken De leerkracht stelt duidelijke opbrengst- en inhoudsdoelen op en geeft concreet aan wat verwacht wordt van het werken in de klas en de omgang met elkaar. Wat zien en horen we als onze

Nadere informatie

3 Hoogbegaafdheid op school

3 Hoogbegaafdheid op school 3 Hoogbegaafdheid op school Ik laat op school zien wat ik kan ja soms nee Ik vind de lessen op school interessant meestal soms nooit Veel hoogbegaafde kinderen laten niet altijd zien wat ze kunnen. Dit

Nadere informatie

Onderzoeksvraag Uitkomst

Onderzoeksvraag Uitkomst Hoe doe je onderzoek? Hoewel er veel leuke boeken zijn geschreven over het doen van onderzoek (zie voor een lijstje de pdf op deze site) leer je onderzoeken niet uit een boekje! Als je onderzoek wilt doen

Nadere informatie

Effectmeting onder leerlingen en leraren 2014-2015

Effectmeting onder leerlingen en leraren 2014-2015 Effectmeting onder leerlingen en leraren 2014-2015 Gegevens meting leraren Respons : 45 leraren, 21 mannen & 24 vrouwen Scholen : Blariacum College (Venlo) Summa College (Eindhoven) Vakcollege Tilburg

Nadere informatie

ONDERWIJS EN INNOVATIE OP DE LINDERTE

ONDERWIJS EN INNOVATIE OP DE LINDERTE ONDERWIJS EN INNOVATIE OP DE LINDERTE Onderwijs zoals we dat vroeger kenden, bestaat al lang niet meer. Niet dat er toen slecht onderwijs was, maar de huidige maatschappij vraagt meer van de leerlingen

Nadere informatie

Aan de ouders, Vriendelijke groet, team prinses Beatrixschool. Verbeterpunten en acties

Aan de ouders, Vriendelijke groet, team prinses Beatrixschool. Verbeterpunten en acties Aan de ouders, Voor u ligt het verbeterplan wat is opgesteld door het team naar aanleiding van de resultaten van de oudervragenlijst afgelopen november. Per onderdeel geven we aan welke items minder scoorden

Nadere informatie

Enquête leerlingtevredenheid onderbouw DL jan.15

Enquête leerlingtevredenheid onderbouw DL jan.15 Enquête leerlingtevredenheid onderbouw DL jan.15 1. Vorig schooljaar was ik leerling in de afdeling: Respondenten 191 A. Havo 102 53% B. Atheneum 73 38% C. Gymnasium 16 8% 2. Dit jaar zit ik in klas: Respondenten

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Feedforward en beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase studiejaar 2014-2015 VT-DT Feedforwardformulier afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben Ik ben wie ik ben Naam: Lisa Westerman Inhoudsopgave Inleiding... 3 De uitslag van Lisa Westerman... 7 Toelichting aandachtspunten en leerdoelen... 8 Tot slot... 9 Pagina 2 van 9 Inleiding Hallo Lisa,

Nadere informatie

GEDRAGSPROTOCOL. (anti pestgedrag) Basisschool De Boomgaard Dieren

GEDRAGSPROTOCOL. (anti pestgedrag) Basisschool De Boomgaard Dieren GEDRAGSPROTOCOL (anti pestgedrag) Basisschool De Boomgaard Dieren Mei 2014 Gedragsprotocol de Boomgaard I. Doel van dit gedragsprotocol: Alle kinderen van De Boomgaard moeten zich veilig voelen, zodat

Nadere informatie

AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen Rian Aarts & Kitty Leuverink. Waar moet je rekening mee houden?

AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen Rian Aarts & Kitty Leuverink. Waar moet je rekening mee houden? Inhoud bijeenkomst 2 AOS docentonderzoek bijeenkomst 2 Onderzoeksdoel en -vragen Rian Aarts & Kitty Leuverink Onderzoeksdoel formuleren Onderzoeksvragen (hoofdvraag met deelvragen) formuleren Bron: Baarda,

Nadere informatie

Schoolondersteuningsprofiel

Schoolondersteuningsprofiel Schoolondersteuningsprofiel samenwerkingsverband primair onderwijs Inhoudsopgave Inleiding 3 1. 4 2. Missie en Visie 4 3. ondersteuning 5 4. Wat kan de 6 4.1 Regionale afspraken minimaal te bieden ondersteuning

Nadere informatie

Mariaschool Reutum tevredenheidsmeting medewerkers 2014-2015

Mariaschool Reutum tevredenheidsmeting medewerkers 2014-2015 Mariaschool Reutum tevredenheidsmeting medewerkers 2014-2015 Aantal respondenten: 10/12 Vensters Voor Verantwoording PO Schoolklimaat 3,7 0% 0% 27% 73% 0% B1. In hoeverre gaan leerlingen graag naar school?

Nadere informatie

Werkplan vakverdieping kunstvakken

Werkplan vakverdieping kunstvakken Werkplan vakverdieping kunstvakken 2012-2013 algemene gegevens Naam: Klas: Nanda ten Have VR3C Gekozen vakverdieping: Beeldend onderwijs Persoonlijke leerdoel gekoppeld aan de vakcompetenties of gericht

Nadere informatie

2011-2012. Actieonderzoek. Coöperatief leren. Brigit Schipper, 80310, L41 Bonifatiusschool, Spanbroek Groep: 1/2 b Mentor: Marinda Mol

2011-2012. Actieonderzoek. Coöperatief leren. Brigit Schipper, 80310, L41 Bonifatiusschool, Spanbroek Groep: 1/2 b Mentor: Marinda Mol 2011-2012 Actieonderzoek Coöperatief leren Brigit Schipper, 80310, L41 Bonifatiusschool, Spanbroek Groep: 1/2 b Mentor: Marinda Mol Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Inleiding...4 Voorstellen...4 Opbouw

Nadere informatie

Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage

Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage U kunt dit schema gebruiken om

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK GEDIFFERENTIEERD TOEZICHT. basisschool De Heijcant

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK GEDIFFERENTIEERD TOEZICHT. basisschool De Heijcant RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK GEDIFFERENTIEERD TOEZICHT basisschool De Heijcant Plaats : Schijndel BRIN nummer : 13MX C1 Onderzoeksnummer : 291299 Datum onderzoek : 23, 24 en 26 januari 2017

Nadere informatie

Het veilige pedagogische klimaat van de school

Het veilige pedagogische klimaat van de school Het veilige pedagogische klimaat van de school Op de Montessorischool vinden we een sociaal veilig klimaat heel belangrijk. De kern van veiligheid is respect, het respectvol omgaan met elkaar. Dit betekent

Nadere informatie

t Kompas School met de Bijbel Westbroek

t Kompas School met de Bijbel Westbroek t Kompas School met de Bijbel Westbroek Het protocol sociaal gedrag Het pestprotocol is een belangrijk onderdeel van het beleid van onze school. We hebben dan ook een protocol opgesteld dat op de hele

Nadere informatie

POP Martin van der Kevie

POP Martin van der Kevie Naam student: Martin van der Kevie Studentnr.: s1030766 Studiefase: leerjaar 1 Datum: 18 okt 2009 Interpersoonlijk competent Overzicht wat leerlingen bezig houdt dit kun je gebruiken tijdens de les. Verder

Nadere informatie

Reflectiegesprekken met kinderen

Reflectiegesprekken met kinderen Reflectiegesprekken met kinderen Hierbij een samenvatting van allerlei soorten vragen die je kunt stellen bij het voeren van (reflectie)gesprekken met kinderen. 1. Van gesloten vragen naar open vragen

Nadere informatie

Uitwerkingen hoofdstuk 5

Uitwerkingen hoofdstuk 5 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Oefening 1 Het beoordelen van de keuze voor methoden van dataverzameling Freek richt zich met zijn dataverzameling alleen op de verpleegkundigen in het ziekenhuis. Hij had echter

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag

Nadere informatie

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Doelen Zicht op basisbehoeftes van leerlingen om gemotiveerd te kunnen werken; Zelfdeterminatietheorie

Nadere informatie

Bijeenkomst 1 Maatwerktraject onderwijskundig begeleider

Bijeenkomst 1 Maatwerktraject onderwijskundig begeleider Bijeenkomst 1 Maatwerktraject onderwijskundig begeleider Opbrengst-en handelingsgericht werken Ad Kappen, Gerdie Deterd Oude Weme Programma 16.00 16.15 17.30 17.45 18.30 20.30 opening Marielle lezing ogw

Nadere informatie

Leertaak onderwijskunde Praktijkonderzoek deel A onderzoeksplan Wat vind ik een goede docent?

Leertaak onderwijskunde Praktijkonderzoek deel A onderzoeksplan Wat vind ik een goede docent? Leertaak onderwijskunde Praktijkonderzoek deel A onderzoeksplan Wat vind ik een goede docent? In periode 2 en 3 ga je voor het vak onderwijskunde een praktijkonderzoek uitvoeren. Dit praktijkonderzoek

Nadere informatie

Vragenlijst: Wat vind jij van je

Vragenlijst: Wat vind jij van je Deze vragenlijst is bedacht door leerlingen. Met deze vragenlijst kunnen leerlingen er zelf achter kunnen komen wat andere leerlingen van hun school vinden. De volgende onderwerpen komen langs: Sfeer op

Nadere informatie

tevredenheidsonderzoek leerlingen 678 2015

tevredenheidsonderzoek leerlingen 678 2015 tevredenheidsonderzoek leerlingen 678 2015 Uitslagen Vragenlijst Basisschool 't Stekske Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 2 De vragenlijst... 3 Gegevens... 3 Schoolgegevens... 4 Periode van

Nadere informatie

POSITIEVE GROEPSVORMIN GEEN GOED BEGIN!

POSITIEVE GROEPSVORMIN GEEN GOED BEGIN! POSITIEVE GROEPSVORMIN GEEN GOED BEGIN! Wat is een groep? Een groep heeft Gezamenlijk belang Gezamenlijke taak Kenmerken zijn: Relaties Rollen Groepsnormen Groepsrollen: Gezagsdrager Sociaal werker Organisator

Nadere informatie

Rapport Docent i360. Test Kandidaat

Rapport Docent i360. Test Kandidaat Rapport Docent i360 Naam Test Kandidaat Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor u ligt het

Nadere informatie

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 6 Feedbackformulier voor onderzoeksplan. A. De inleiding. Van: Voor:

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 6 Feedbackformulier voor onderzoeksplan. A. De inleiding. Van: Voor: Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 6 Feedbackformulier voor onderzoeksplan Van: Voor: A. De inleiding Wordt de aanleiding van het onderzoek duidelijk beschreven? Wordt er een beschrijving gemaakt

Nadere informatie

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6 Leerwerkplan leerjaar 2 2007 2008 Handtekening instituutbegeleider Naam student : Erik Postema Student nummer : 1006851 Klas : DLO2 metaal Opmerkingen werkplekbegeleider Opmerkingen en eindoordeel instituutbegeleider

Nadere informatie

leerlingen Uitslagen Vragenlijst CBS Johan Friso

leerlingen Uitslagen Vragenlijst CBS Johan Friso leerlingen Uitslagen Vragenlijst CBS Johan Friso Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 2 De vragenlijst... 3 Gegevens... 3 Schoolgegevens... 4 Periode van afname... 4 Aantal respondenten... 4 Waardering

Nadere informatie

Van overzicht naar inzicht naar uitzicht

Van overzicht naar inzicht naar uitzicht Handelingsgericht en oplossingsgericht werken in een ondersteuningsteam Van overzicht naar inzicht naar uitzicht 10 juni 2015 c.kooistra@inschoolacademie 06-47808101 Een uur inzoomen op het verkrijgen

Nadere informatie

Onderhandelen en afspraken maken

Onderhandelen en afspraken maken OPDRACHTFORMULIER Onderhandelen en afspraken maken Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten of je docent.

Nadere informatie

HANDELINGSGERICHT WERKEN BELEIDSVOEREND VERMOGEN BELEIDSVOEREND VERMOGEN. Onderwijsbehoeften van de leerling 11/09/2013

HANDELINGSGERICHT WERKEN BELEIDSVOEREND VERMOGEN BELEIDSVOEREND VERMOGEN. Onderwijsbehoeften van de leerling 11/09/2013 Gericht Werken als bril om naar het zorgbeleid te kijken zorg Handelings- Leerlingenbegeleiding fase 0 fase 1 HGW HGW Leren & studeren Studieloopbaanbegeleiding Socioemotioneel fase 2 fase 3 HGW HGW centrale

Nadere informatie

Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse. Datum:

Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse. Datum: A Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse Naam docent: F.Kok Datum: 5-12-2013 Het Lesplan; de student; Omschrijving Bereidt zich voor op de lessen en zorgt ervoor dat alle

Nadere informatie

Simeacongres 12 december. Handelingsgericht werken (ppt gebaseerd op Pameijer en 1 zorgroute, zie beschrijving workshop Aartje Bouman Fontys OSO

Simeacongres 12 december. Handelingsgericht werken (ppt gebaseerd op Pameijer en 1 zorgroute, zie beschrijving workshop Aartje Bouman Fontys OSO Simeacongres 12 december Handelingsgericht werken (ppt gebaseerd op Pameijer en 1 zorgroute, zie beschrijving workshop Aartje Bouman Fontys OSO Programma Welkom en toelichting: interactie!!!! Inventarisatie

Nadere informatie

VISIEWIJZER TALENTENKRACHT

VISIEWIJZER TALENTENKRACHT VISIEWIJZER TALENTENKRACHT Doel: -schoolteam krijgt door middel van discussie inzicht over zaken rond Talentenkracht (kennis vergroten, eye-openers, vragen laten ontstaan) -schoolteam ontwikkelt visie

Nadere informatie

Protocol sociale/emotionele ontwikkeling

Protocol sociale/emotionele ontwikkeling Betreft: Protocol sociale/emotionele ontwikkeling Waar staat basisschool Megelsheim voor? De missie van basisschool Megelsheim is samen het beste uit jezelf halen. Wij streven ernaar om het beste uit kinderen

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen

Tekst lezen en vragen stellen 1. Lees de uitleg. Tekst lezen en vragen stellen Als je een tekst leest, kunnen er allerlei vragen bij je opkomen. Bijvoorbeeld: Welke leerwegen zijn er binnen het vmbo? Waarom moet je kritisch zijn bij

Nadere informatie

Onze parel van obs de Meent uit Maarn De gouden weken

Onze parel van obs de Meent uit Maarn De gouden weken Onze parel van obs de Meent uit Maarn De gouden weken De Gouden Weken zijn de eerste weken van ons schooljaar. Ze zijn bij uitstek geschikt om een fundament neer te zetten voor een goede groepsvorming

Nadere informatie

Visie op ouderbetrokkenheid

Visie op ouderbetrokkenheid Visie op ouderbetrokkenheid Basisschool Lambertus Meestersweg 5 6071 BN Swalmen tel 0475-508144 e-mail: info@lambertusswalmen.nl website: www.lambertusswalmen.nl 1 Maart 2016 Inleiding: Een beleidsnotitie

Nadere informatie

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren Ellen van den Ende in samenwerking met Mariëtte Verschure JONG EN HOOGGEVOELIG HOEZO ANDERS?! Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren Uitgeverij Akasha Inhoud Hooggevoelig, hoezo anders?!

Nadere informatie

Box 1: Matrix Handelingsgericht werken Schoolwide Positive Behavior Support Oplossingsgericht werken

Box 1: Matrix Handelingsgericht werken Schoolwide Positive Behavior Support Oplossingsgericht werken Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 1: Matrix Handelingsgericht werken Schoolwide Positive Behavior Support Oplossingsgericht werken

Nadere informatie

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging.

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging. Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging. Wij zijn een katholieke school en daarom vinden het belangrijk

Nadere informatie

2015 leerlingen 4/5/6

2015 leerlingen 4/5/6 2015 leerlingen 4/5/6 Uitslagen Vragenlijst Vrije School Kennemerland Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 3 De vragenlijst... 4 Gegevens... 6 Schoolgegevens... 6 Periode van afname... 6 Aantal

Nadere informatie

- Extra informatie. - Waarom een anti-pestprotocol. Inhoudsopgave: - Uitgangspunten. - Kwink. - Preventieve maatregelen. - Handelen bij pestgedrag.

- Extra informatie. - Waarom een anti-pestprotocol. Inhoudsopgave: - Uitgangspunten. - Kwink. - Preventieve maatregelen. - Handelen bij pestgedrag. Anti-pestprotocol Inhoudsopgave: - Waarom een anti-pestprotocol. - Uitgangspunten. - Kwink. - Preventieve maatregelen. - Handelen bij pestgedrag. - Evaluatie. - Extra informatie 1 Waarom een anti-pestprotocol?

Nadere informatie

Heikamperweg AZ Asten-Heusden

Heikamperweg AZ Asten-Heusden Heikamperweg 1 5725 AZ Asten-Heusden bbs.antonius@prodas.nl www.antonius-heusden.nl Beste geïnteresseerde in de kwaliteiten van BBS. Antonius, Kwalitatief en passend onderwijs verzorgen is een opdracht

Nadere informatie

ONS SCHOOLCONCEPT Onze visie: Algemene schoolregel: Ik laat zien dat ik respect heb voor mezelf, de ander en mijn omgeving.

ONS SCHOOLCONCEPT Onze visie: Algemene schoolregel: Ik laat zien dat ik respect heb voor mezelf, de ander en mijn omgeving. HET SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL (SOP) VAN OBS HET LANG Op 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs van kracht. Alle basisscholen maken dan deel uit van een samenwerkingsverband Passend Onderwijs. Onze

Nadere informatie

Jeroen Dusseldorp 17-12-2013

Jeroen Dusseldorp 17-12-2013 Groeidocument trainingen blok 2 Jeroen Dusseldorp 17-12-2013 Inleiding Voor u ligt mijn groeidocument van de trainingen die zijn gegeven in blok 2 van de minor Consultancy. Om een succesvolle consultant

Nadere informatie

Praktijkgericht W&T onderzoek door leerkrachten: een case study

Praktijkgericht W&T onderzoek door leerkrachten: een case study Praktijkgericht W&T onderzoek door leerkrachten: een case study Martijn Weesing, ipabo Amsterdam Erna van Hest, Vrije Universiteit Amsterdam St. Jan School, Amsterdam EWT Conferentie, NEMO, 22 mei 2013

Nadere informatie

11/20/2017. AOS docentonderzoek bijeenkomst 5 Methode van onderzoek Rian Aarts & Kitty Leuverink.

11/20/2017. AOS docentonderzoek bijeenkomst 5 Methode van onderzoek Rian Aarts & Kitty Leuverink. AOS docentonderzoek bijeenkomst 5 Methode van onderzoek Rian Aarts & Kitty Leuverink 1 De methode = (onderzoeks)aanpak In de methode ook wel onderzoeksaanpak genoemd - beschrijf je hoe je een antwoord

Nadere informatie

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO

Nadere informatie

1.3. Leerkrachten kennen de 7 uitgangspunten en passen enkele uitgangspunten bewust en systematisch toe.

1.3. Leerkrachten kennen de 7 uitgangspunten en passen enkele uitgangspunten bewust en systematisch toe. 1. Uitgangspunten HGW 2. Reflectie 3. Communicatie Implementatie HGW-OGW Leerkrachten Fase 1 Fase 2 Fase 3 Fase 4 1.1. Leerkrachten kennen de 7 uitgangspunten van HGW niet maar passen deze (gedeeltelijk)

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan Opbrengstgericht werken bij andere vakken Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan Doel Leerkrachten kunnen een les tekenen of geschiedenis ontwerpen volgens de uitgangspunten van OGW die ze direct

Nadere informatie

LEERLINGEN - HA3 - Beknopt (inclusief Vensters / Schoolklimaat en Veiligheid)

LEERLINGEN - HA3 - Beknopt (inclusief Vensters / Schoolklimaat en Veiligheid) LEERLINGEN - HA3 - Beknopt - 2018-2019 (inclusief Vensters / Schoolklimaat en Veiligheid) Opgevraagd: 6 april 2019 Dit rapport biedt u een overzicht van de voornaamste filterresultaten van Tevredenheid

Nadere informatie

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. Functieprofiel Leraar op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. April 2018 Specifieke competenties teamlid OBS Het Toverkruid

Nadere informatie

Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016

Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016 Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016 Inleiding Elk jaar stellen wij als team van o.b.s. De Boomhut gezamenlijk een jaarplan op. Vanuit de evaluatie van het vorige jaarplan, gekoppeld aan de strategische

Nadere informatie

Werkdocument Checklist positieve factoren in een Transfer-/Trajectklas

Werkdocument Checklist positieve factoren in een Transfer-/Trajectklas Werkdocument Checklist positieve factoren in een Transfer-/Trajectklas Doel Dit werkdocument is bedoeld voor scholen in het voorgezet onderwijs die een initiatief voor passend onderwijs aan het opzetten

Nadere informatie

Anti-pestbeleid OBS De Schakel Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Anti-pestbeleid OBS De Schakel Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen Anti-pestbeleid OBS De Schakel Dit ANTI-PESTBELEID heeft als doel: Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen Door regels en afspraken

Nadere informatie

Anti-pestprotocol op de

Anti-pestprotocol op de Anti-pestprotocol op de Ons doel is dat alle kinderen zich veilig voelen bij ons op school, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen, stellen we

Nadere informatie

communicatie vanuit systeemtheoretisch perspectief Je kunt niet niet communiceren, besef het! (er is geen nooduitgang)

communicatie vanuit systeemtheoretisch perspectief Je kunt niet niet communiceren, besef het! (er is geen nooduitgang) Workshop Taal, veel meer dan praten. Koolhof Coaching en Training Over de complexiteit van communicatie Onderwerp: Uitgangspunt: communicatie vanuit systeemtheoretisch perspectief Je kunt niet niet communiceren,

Nadere informatie

Borgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Leerlingen

Borgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Leerlingen Borgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Leerlingen Aantal respondenten: 60 01-04-2011 Borgloschool, locatie Groenewold, Deventer, Leerlingen 1 / 10 Welkomstblad Fijn dat je mee wilt werken aan dit

Nadere informatie

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn:

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn: Visiestuk Deze foto past bij mij omdat ik altijd voor het hoogst haalbare wil gaan. Ook al kost dit veel moeite en is het eigenlijk onmogelijk. Ik heb doorzettingsvermogen, dat heb je ook nodig bij het

Nadere informatie

Onderzoek Module 10.3 Het empirisch onderzoek ontwerpen. Master Innovation & Leadership in Education

Onderzoek Module 10.3 Het empirisch onderzoek ontwerpen. Master Innovation & Leadership in Education Onderzoek Module 10.3 Het empirisch onderzoek ontwerpen Master Innovation & Leadership in Education Leerdoelen Aan het eind van deze lesdag heb je: Kennis van de dataverzamelingsmethodes vragenlijstonderzoek,

Nadere informatie

Handelingsgericht Werken. Onderwijsdag Enschede 20 maart 2012 Maria Bolscher

Handelingsgericht Werken. Onderwijsdag Enschede 20 maart 2012 Maria Bolscher Handelingsgericht Werken Onderwijsdag Enschede 20 maart 2012 Maria Bolscher Doelen Kennismaking met de uitgangspunten HGW Reflecteren op uitgangspunten HGW Zicht op de betekenis van HGW op de eigen praktijksituatie

Nadere informatie

Omgaan met een moeilijke klas. Susan de Bruin

Omgaan met een moeilijke klas. Susan de Bruin Omgaan met een moeilijke klas Susan de Bruin SWV Amsterdam Zuid-Oost 31 oktober Welkom 39 jaar 10 jaar leerkracht SBAO te Alkmaar Susan de Bruin 6 jaar werkzaam bij Gedragpunt Ambulant begeleider & Trainer

Nadere informatie

HANDBOEK ZIEN! CBS De Regenboog Zandbos DE Hoofddorp

HANDBOEK ZIEN! CBS De Regenboog Zandbos DE Hoofddorp HANDBOEK ZIEN! CBS De Regenboog Zandbos 48 2134 DE Hoofddorp 023 5634514 info@deregenbooghoofddorp.nl Inhoudsopgave Blz. Visie 3 Inleiding 5 Groep 1 t/m 4 6 Groep 5 t/m 8 7 Wat doen we met de gegevens

Nadere informatie

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7 Kenniscentrum Talentontwikkeling Visie op Onderzoek in Opleidingsschool BOSS po Binnen OS BOSS po streven we ernaar om leerkrachten op te leiden die onderzoekend, intentioneel

Nadere informatie

GEDRAGSPROTOCOL PCB MEESTER LALLEMAN

GEDRAGSPROTOCOL PCB MEESTER LALLEMAN GEDRAGSPROTOCOL PCB MEESTER LALLEMAN Hoe zien wij het graag ALGEMENE AFSPRAKEN 1.1 De school is een veilige school... We willen een school zijn waar kinderen, ouders/verzorgers en leerkrachten zich op

Nadere informatie

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT DE SBL competenties COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Samenwerking. Betrokkenheid

Samenwerking. Betrokkenheid De Missie Het Spectrum is een openbare school met een onderwijsaanbod van hoge kwaliteit. We bieden het kind betekenisvol onderwijs in een veilige omgeving. In een samenwerking tussen kind, ouders en school

Nadere informatie

Passend Onderwijs voor de kinderen op school: samen met ouders en leerkracht

Passend Onderwijs voor de kinderen op school: samen met ouders en leerkracht Passend Onderwijs voor de kinderen op school: samen met ouders en leerkracht Vanaf 1 augustus is de Wet passend onderwijs van kracht. De school van uw kind/uw school is aangesloten bij het samenwerkingsverband

Nadere informatie

Bijlage 1: School specifieke aanpak Lockaert

Bijlage 1: School specifieke aanpak Lockaert Bijlage 1: School specifieke aanpak Lockaert Methode: Op de Lockaert hanteren wij de methode Klets. Na de Herfstvakantie starten de lessen. De leerkrachten geven de 12 lessen per leerjaar uit deze methode.

Nadere informatie

SWINXS BESCHRIJVING. Wat is het? Voor wie is het? Hoe werkt het?

SWINXS BESCHRIJVING. Wat is het? Voor wie is het? Hoe werkt het? BESCHRIJVING SWINXS Wat is het? De Swinxs is een game console die zowel binnen- als buiten gebruikt kan worden voor actieve spellen. De Swinxs stuurt het spel aan met behulp van spraak. De console praat,

Nadere informatie

Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden. Inhoudsopgave Pagina. Bron 1 Design Marcel Wanders. 2. Bron 2 ADHD in de klas. 2

Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden. Inhoudsopgave Pagina. Bron 1 Design Marcel Wanders. 2. Bron 2 ADHD in de klas. 2 Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden Inhoudsopgave Pagina Bron 1 Design Marcel Wanders. 2 Bron 2 ADHD in de klas. 2 Bron 3 Recensie over Boijmans van Beunigen 3 Bron 4 Flip in de klas. 4 Bron

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. basisschool De Bornput

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. basisschool De Bornput RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK basisschool De Bornput Plaats : Oostdijk BRIN nummer : 04RC C1 Onderzoeksnummer : 291981 Datum onderzoek : 14 maart 2017 Datum vaststelling : 8 mei 2017 Pagina

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Zelfstandig werken Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Visie Leerlinggericht: gericht op de mogelijkheden van

Nadere informatie

SWPBS: meer dan behaviorisme? W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g

SWPBS: meer dan behaviorisme? W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g SWPBS: meer dan behaviorisme? Programma Welkom & intro: de kern Pedagogische kwaliteit: de opdracht & keuzes in de uitvoering Theoretische kaders De functie & kwaliteit van feedback Belonen/ erkennen/

Nadere informatie

Protocol gedrag. Recht op veiligheid Iedere leerling heeft recht zich veilig te voelen in de klas en in de school.

Protocol gedrag. Recht op veiligheid Iedere leerling heeft recht zich veilig te voelen in de klas en in de school. Protocol gedrag Een goede school heeft geen pestprojecten nodig, of anders gezegd: doet dagelijks een pestproject, mits zij zich er steeds van bewust blijft welke processen in de groepsvorming een belangrijke

Nadere informatie

Onderwijstechnieken.nl. Opbrengstgericht Werken zonder Groepsplan? Dat Kan!

Onderwijstechnieken.nl. Opbrengstgericht Werken zonder Groepsplan? Dat Kan! Opbrengstgericht Werken zonder Groepsplan? Dat Kan! 1 Inhoudsopgave: Voorwoord pagina 3 Inleiding pagina 4 Hoofdstuk 1 Hoe een middel een doel werd pagina 5 Hoofdstuk 2 Waar het eigenlijk om gaat pagina

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang

Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang Introductie Introductie Het pedagogisch beleid van de tussenschoolse opvang SKN s Eetclub biedt een kader dat de overblijfkrachten en de coördinatoren tussenschoolse

Nadere informatie

Het werkplan. algemene gegevens. gekozen onderwerp

Het werkplan. algemene gegevens. gekozen onderwerp Het werkplan algemene gegevens Naam: Manon Oonk Klas: Vr3C gekozen onderwerp Korte beschrijving van het gekozen onderwerp: Mijn opdracht is om de herfstkinderen in de kleutergroep extra uitdaging te bieden

Nadere informatie

schoolverlaters 2012-2013

schoolverlaters 2012-2013 schoolverlaters 20122013 Uitslagen Vragenlijst Samenwerkingsschool Emmaüs Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 2 De vragenlijst... 3 Gegevens... 5 Schoolgegevens... 5 Periode van afname... 5 Aantal

Nadere informatie

Schoolondersteuningsprofiel: is onze school de passende plek voor uw kind?

Schoolondersteuningsprofiel: is onze school de passende plek voor uw kind? Schoolondersteuningsprofiel: is onze school de passende plek voor uw kind? Wat is het schoolondersteuningsprofiel en waar dient het voor? Het schoolondersteuningsprofiel beschrijft welke ondersteuning

Nadere informatie

In gesprek met ouders. Spel en ontwikkeling! (module 1 en 2) (module 3 en 4) Doel Verkrijgen van inzicht in het belang van spel en

In gesprek met ouders. Spel en ontwikkeling! (module 1 en 2) (module 3 en 4) Doel Verkrijgen van inzicht in het belang van spel en Peuters spelender wijs! Een praktische verdiepingscursus voor pedagogisch medewerkers in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven De ontwikkeling van jonge kinderen gaat snel. Ze zijn altijd op ontdekkingstocht

Nadere informatie

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen SWOT-ANALYSE Met een SWOT-analyse breng ik mijn sterke en zwakke punten in kaart. Deze punten heb ik vervolgens in verband gebracht met de competenties van en leraar en heb ik beschreven wat dit betekent

Nadere informatie

Feedback is een mededeling aan iemand die hem informatie geeft over hoe zijn gedrag wordt waargenomen, begrepen en ervaren.

Feedback is een mededeling aan iemand die hem informatie geeft over hoe zijn gedrag wordt waargenomen, begrepen en ervaren. FEEDBACK WAT IS FEEDBACK EIGENLIJK? Feedback is een mededeling aan iemand die hem informatie geeft over hoe zijn gedrag wordt waargenomen, begrepen en ervaren. Hiermee is feedback een belangrijk middel

Nadere informatie