Meer doen. Jaarverslag met expertise

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Meer doen. Jaarverslag met expertise"

Transcriptie

1 Meer doen Jaarverslag 2015 met expertise

2 I V B1 B2 B3 CCE 2

3 3 Het identificeren van de gebruikte expertise in consultaties is minder eenvoudig dan het lijkt. Het gaat vaak om veelvormige en gelaagde vraagstukken die vragen om een brede beeldvorming. Rieneke de Wit - bestuurder Voorwoord Meer doen met expertise Het CCE voert jaarlijks bijna consultaties uit. Zorgprofessionals en familie schakelen ons in omdat zij vertrouwen op onze expertise over probleemgedrag bij cliënten in de langdurige zorg. Dat vertrouwen willen we waarmaken, dus werken we er hard aan onze expertise op peil te houden en verder te ontwikkelen. Dat doen we door scholing, professionele reflectie, systematische evaluatie en innovatie. Daarnaast zijn we alert op het zorgvuldig onderhouden en uitbouwen van ons netwerk van consulenten en casemanagers. We dragen er zorg voor dat zij op de hoogte zijn van ontwikkelingen, nemen hen daar actief in mee en staan periodiek stil bij de kwaliteit van onze samenwerking. In de consultatiepraktijk zetten we onze expertise in om vastgelopen situaties van cliënten vlot te trekken op verzoek van professionals of verwanten. In het verlengde daarvan oogsten we de expertise die we gebruiken en opdoen in consultaties en stellen deze beschikbaar aan het werkveld. Dat doen we door publicaties in boeken, bladen en op sites of door expertmeetings, workshops en studiedagen. Daarnaast biedt het CCE een platform aan good practices en experts. Een voorbeeld van dat laatste is CCE Podium, waar tien sprekers hun verhaal doen om hun expertise over probleemgedrag te delen met professionals. Het initiatief is geïnspireerd op de welbekende TED Talks. Van de presentaties maken we filmopnames die we later op onze website en via social media delen met anderen.

4 4 Extra inzet op overdracht van expertise Met het ministerie van VWS is afgesproken dat we onze consultatiepraktijk verbinden aan onderzoek en onderwijs. En dat we de komende jaren extra werk maken van de overdracht van onze werkwijze en expertise aan het werkveld. Zo geven we al een aantal jaren een leergang over omgaan met probleemgedrag voor gedragskundigen in de gehandicaptenzorg. In 2015 is een meer gevarieerd opleidingsprogramma ontwikkeld dat we in 2016 uitvoeren. Het gaat om kennisoverdracht, maar ook om kritische reflectie en praktijkgericht leren aan de hand van eigen casuïstiek. Expertise oogsten in complexe casuïstiek Het identificeren van de gebruikte expertise in consultaties is minder eenvoudig dan het lijkt. Het gaat vaak om veelvormige en gelaagde vraagstukken die vragen om een brede beeldvorming. Die beeldvorming betreft de wisselwerking tussen de cliënt met zijn specifieke levensverhaal, eigenschappen en kwetsbaarheden met de sociale, organisatorische en fysieke context. Dat gaat aan de ene kant om objectief vaststellen van feiten, maar ook betekenissen, belevingen en zelfs belangen kunnen een rol spelen. Als het beeld min of meer compleet is, wordt dat vertaald vaak in samenspraak met betrokkenen naar een samenhangende en herkenbare verklaring van het probleemgedrag die past bij deze cliënt, op dit moment en in deze context. Die verklaring moet recht doen aan de onderliggende complexiteit en biedt tegelijkertijd aangrijpingspunten voor verbetering. Als dan na verloop van tijd inderdaad verbetering optreedt, is het de kunst om daar de juiste lessen uit te trekken. Voor het oogsten van overdraagbare expertise gaan we vervolgens op zoek naar patronen in een (afgebakende) reeks vergelijkbare consultatietrajecten. Er is in 2015 een aantal projecten van start gegaan die juist daar op gericht zijn. Patronen zoeken Zo zijn we op zoek gegaan naar patronen in de organisatorische context die van invloed zijn op het ontstaan en in stand houden van probleemgedrag. Op zich zijn die in grote lijnen wel aan te wijzen, maar als het gaat om de finetuning die nodig is voor de meer complexe casuïstiek kunnen we met die grote lijnen niet volstaan. Dan moeten we grondig te werk gaan en beginnen we met maatwerk. Dat doen we in het project Context Inzicht. In 2016 krijgt dit project verder vorm in nauwe samenwerking met zes zorgaanbieders. Op zoek gaan naar patronen doen we ook aan de hand van thema s in relatie tot probleemgedrag, als fronto-temporale dementie, epilepsie, afbouw van medicatie, etc. De uitkomsten van deze consultatieonderzoeken kunnen input zijn voor verder wetenschappelijk onderzoek. In alle gevallen wordt verslag gedaan van onze bevindingen, bijvoorbeeld op onze website, maar ook via andere sites of artikelen in vakbladen. Best practice Met het project over zelfverwondend gedrag werken we aan een multidisciplinair gedragen handreiking in de vorm van een best practice. Deze is gebaseerd op een good practice die inmiddels is toegepast in 34 consultaties. Uit de eerste resultaten blijkt dat er daarna minder zelfverwondend gedrag is bij 85% van de cliënten. Dat is een belangwekkend resultaat gezien de impact van zelfverwondend gedrag op de persoon en zijn omgeving. Deze best practice wordt beschreven en grondig toegelicht en leidt eind 2016 tot een publicatie.

5 5 Ondersteunen van professionals We willen ook anderen stimuleren om expertise te delen. Daarom ondersteunen we zorgprofessionals bij het reflecteren op kennis uit consultaties en bij het overdragen daarvan binnen de eigen organisatie. Vragen die we hen meegeven zijn: Wat kun je leren van deze consultatie? Wat zijn de werkzame elementen? Hoe kun je die in de rest van de organisatie toepassen? Wat betekent dit voor de organisatie van de zorg?. In de loop van 2016 gaan we van start met Kijk op de Praktijk -bijeenkomsten in de ouderenzorg. Tijdens zo n bijeenkomst presenteren professionals kennis en kunde uit consultaties binnen hun eigen organisatie. Voor de ondersteuning kunnen zij een beroep doen op het CCE. Dit project sluit aan op het Plan van Aanpak Waardigheid en Trots van staatssecretaris Van Rijn (VWS). Dwarsverbanden Komende tijd blijven we inzetten op het verder ontwikkelen en overdragen van expertise uit consultaties. Het gaat daarbij altijd om de meest complexe casuïstiek van cliënten met ernstig probleemgedrag. Het leggen van dwarsverbanden tussen consultaties en expertiseoverdracht is zoals gezegd niet eenvoudig, maar wel zeer de moeite waard. We verwachten er als CCE niet alleen zelf veel van te leren, maar ook onze meerwaarde voor professionals in de langdurige zorg mee te vergroten. We realiseren ons dat het belangrijk is om daarin samen met anderen op te trekken. Dat zullen we dan ook zeker doen. We houden u graag op de hoogte. Zorgprofessionals en familie schakelen ons in omdat zij vertrouwen op onze expertise over probleemgedrag bij cliënten in de langdurige zorg. Dat vertrouwen willen we waarmaken, dus we werken er hard aan onze expertise op peil te houden en verder te ontwikkelen. Rieneke de Wit bestuurder Utrecht mei 2016

6 I V B1 B2 B3 CCE 6 1. Missie en beleid 1.1 Missie Bij het CCE kunnen zorgprofessionals en anderen terecht voor expertise over ernstig probleemgedrag. Het gaat om probleemgedrag bij mensen met een stoornis of een blijvende beperking. Zij hebben langdurig professionele zorg en ondersteuning nodig. Het CCE richt zich op de meest complexe zorgvragen, waarbij zorgprofessionals op zoek zijn naar handelingsperspectief. In deze situaties staat de kwaliteit van bestaan van mensen ernstig onder druk. Met onze expertise kunnen professionals en zorgorganisaties probleemgedrag beter begrijpen en voorkomen. Het werk van het CCE bestaat voor een belangrijk deel uit consultaties. Deze vormen de bron voor alle andere activiteiten: signaleren en feedback geven kennis delen en ontwikkelen een onafhankelijk expertoordeel geven (zoals toetsen voor beleidsregel Meerzorg) Het CCE doet dit met inzet van een goed ontwikkeld netwerk van consulenten en casemanagers. We werken vanuit een onafhankelijke positie en zijn meervoudig partijdig.

7 7 1.2 Beleid In 2014 is het Meerjarenplan vastgesteld. Hierin is de koers voor de komende jaren uitgewerkt. Centraal staan de volgende drie beleidslijnen, die nauw met elkaar zijn verweven: Vakmanschap en meesterschap Het CCE deelt expertise uit consultaties met anderen. Meer dan voorheen willen we de consultatiepraktijk verbinden met onderwijs en (wetenschappelijk) onderzoek. Doel is bijdragen aan kennisontwikkeling en andersom het (doen) toepassen van beschikbare kennis. Aansluiten en maatwerk leveren Per sector analyseren we wat specifieke behoeften van zorgprofessionals zijn en hoe we hen kunnen ondersteunen en toerusten met aanvullende expertise. We passen onze manier van adviseren aan, dragen bij aan onderzoek of projecten en komen met een opleidingsaanbod op maat. Participeren in het maatschappelijk debat Onze kennis en ervaring willen we inbrengen in het maatschappelijk debat over thema s zoals het terugdringen van vrijheidsbeperking en hiaten in de complexe zorg. Als het debat mensen met ernstig probleemgedrag raakt, denkt het CCE mee en geeft het advies. In lijn met voorgaande jaren heeft het CCE doelstellingen geformuleerd en gerealiseerd aan de hand van onderstaande resultaatgebieden. Daarover leggen we verantwoording af in dit jaarverslag. Dienstverlening: gericht op cliënten, hun vertegenwoordigers, hun zorgprofessionals en zorgaanbieders. Het gaat om consultaties, toetsingen en overige dienstverlening. Meesterwerk, maatwerk en maatschappij: gericht op relevante partijen in en rond de zorg. Het gaat om het delen van opgedane kennis en ervaring uit de consultatiepraktijk. Het doel is een bijdrage-op-maat leveren aan de structurele ontwikkeling van de kwaliteit van zorg voor cliënten met ernstig probleemgedrag. Denk aan het signaleren van trends, het geven van feedback en aan het ontwikkelen en overdragen van expertise. Goed functionerende organisatie: gericht op het CCE medewerkers, consulenten en case managers en de toekomstbestendigheid daarvan. Dit jaarverslag geeft een beeld van het algemeen beleid en een overzicht van de activiteiten en ontwikkelingen binnen het CCE. Bij het opstellen van de jaarrekening en het jaar - verslag is rekening gehouden met de handreiking van het ministerie van VWS.

8 I V B1 B2 B3 CCE 8 2. Dienstverlening 2.1 Consultaties Jaarlijks doet het CCE meer dan consultaties in de langdurige zorg. Het doel is om bij ernstig probleemgedrag van cliënten gezamenlijk te zoeken naar nieuw handelingsperspectief voor de zorgprofessionals en - in het verlengde daarvan naar verbetering van de kwaliteit van leven van de cliënten. De CCEcoördinatoren schakelen hiervoor deskundigen in uit ons goed ontwikkelde netwerk van externe consulenten en casemanagers. Consultaties vragen een nauwe samenwerking tussen deze consulenten, zorgprofessionals en cliëntvertegenwoordigers. Het betrekken van de familie is een uitgangspunt; wanneer zorgaanbieder en familie een verschil van opvatting hebben over de geboden en gewenste zorg, is dat een nadrukkelijk aandachtspunt in het consultatieproces. Consultaties van het CCE zijn altijd maatwerk. De trajecten variëren in duur en intensiteit, afhankelijk van de vraag en van de omstandigheden waaronder ze plaatsvinden. Soms is een korte consultatie uitlopend op een adviesgesprek voldoende, soms zijn we voor langere tijd betrokken, vaak ook bij de implementatie van het advies. Na een reeks consultaties bij een zorginstelling bespreekt het CCE de ervaringen en inzichten daaruit met de bestuurder of directeur. Deze feedbackinformatie is bedoeld om bij te dragen aan een structurele en duurzame verbetering van de zorg. Ook het CCE neemt van de feedbackgesprekken leerpunten mee voor de aanpak bij consultaties.

9 9 Algemeen In 2015 waren er aanmeldingen voor consultaties, ongeveer even veel als in vorige jaren. Thuiszorg (VVT); in de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) zijn het er iets minder dan vorig jaar. Iets meer dan de helft van de consultaties vindt plaats in de Gehandicaptenzorg (GZ). De trend door de jaren heen is dat het aantal aanmeldingen in de GZ licht afneemt, terwijl dat in de andere sectoren toeneemt. In 2015 is vooral een toename te zien in het aantal consultaties in de Verpleging, Verzorging en In de groep Overig vallen consultaties die niet bij een van de drie genoemde sectoren horen. De casussen betreffen thuiswonende kinderen en jongeren (voor wie aanmeldingen worden gedaan door verwanten of vanuit het (speciaal) onderwijs) en cliënten in de dak- en thuislozenzorg, de verslavingszorg of TBS-klinieken. 800 GZ VVT GGZ 500 Overig (1,162) 2014 (1,156) 2013 (1,145) 2012 (1,171)

10 10 Het CCE heeft gekeken of in de consultaties veranderingen merkbaar zijn na de stelselwijziging per 1 januari Wat we zien, is dat bij veel zorgaanbieders reorganisaties plaatsvinden. In de consultaties merken we veel verloop, zowel onder de directe begeleiders als in het management en onder gedrags kundigen. De vacatures in de teams op de werkvloer worden nogal eens opgevuld met flexwerkers. We consta teren in diverse gevallen een verlies aan deskundigheid doordat bij het wegvallen van ervaren medewerkers kennis en ervaring verloren gaat. Wanneer bij de reorganisatie zelfsturende teams worden ingesteld, zien we dat de resultaten daarvan vooralsnog wisselend zijn. Soms ontstaat onduidelijkheid over taken en verantwoordelijkheden. Onrust in een organisatie heeft vaak invloed op het gedrag van de cliënten. Het CCE zal de ontwikkelingen gedurende de transitie nauwlettend blijven volgen en waar mogelijk meedenken over en bijdragen aan de ontwikkeling van het nieuwe zorglandschap. De ervaring tot nu toe leert dat casuïstiek daar voor ons een goede invalshoek in is.

11 11 Gehandicaptenzorg Coördinatoren merken op dat het CCE bij de aanmeldingen in 2015 vaak het verzoek krijgt om: te onderzoeken of bij het probleemgedrag van de cliënt effecten van traumatische ervaringen een rol spelen; een second opinion te geven over het aanbod, om duidelijk te maken of de zorgaanbieder op de goede weg zit met het ontwikkelde plan van aanpak; de diagnostiek/beeldvorming door te lichten, om na te gaan of die compleet is en of er wellicht ook sprake is van een psychische stoornis. overvraging. Dan is de zorg goed afgestemd op het cognitieve ontwikkelingsniveau van de cliënt, maar blijkt het sociaal- emotionele ontwikkelingsniveau lager te zijn. Wanneer duidelijk heid ontstaat over beide niveaus, kunnen de zorgprofessionals de activiteiten beter laten aansluiten. Duurzaamheid Ook dit jaar is er in de consultaties veel aandacht voor het borgen van de veranderingen die de consultatieadviezen hebben opgeleverd. Met hulp van een casemanager wordt de nieuwe aanpak breder geïmplementeerd in het team en in de organisatie daaromheen. In de consultaties komen de volgende thema s veel terug: Communicatie met verwanten In consultatietrajecten besteden we vaak aandacht aan de relatie tussen de zorgaanbieder en de familie van de cliënt, zeker wanneer het contact moeizaam verloopt of zelfs verstoord is. Dit jaar constateren we dat veel instellingen sterk de ambitie hebben om de cliëntvertegenwoordigers als partners bij de zorg te betrekken. Ook wordt zichtbaar hoe moeilijk het kan zijn om een goede relatie te onderhouden, juist omdat bij intensief contact scherper duidelijk kan worden dat er verschillen in opvatting bestaan over wat het beste is voor de cliënt. Overvraging Het uitgangspunt bij consultaties is een brede beeldvorming. Bij de diagnostiek onderzoeken we zowel de cognitieve als de sociaal-emotionele beperking van de cliënt. Dit laatste onderdeel is dikwijls een aanvulling op de eigen diagnose van de zorgaanbieder. Probleemgedrag kan ontstaan door Het uitgangspunt bij consultaties is een brede beeldvorming. Afbouw middelen en maatregelen Consultatietrajecten zijn erop gericht dat zorgprofessionals probleemgedrag leren begrijpen en voorkomen. Dat is ook de insteek bij casussen waarin sprake is van vrijheidsbeperkende maatregelen. Zo komt de cliënt weer centraal te staan in plaats van het beheersbaar houden van de situatie. Het toepassen van middelen en maatregelen blijkt dan vaak sterk te kunnen worden afgebouwd.

12 12 Verpleging, Verzorging en Thuiszorg Het probleemgedrag waarvoor VVT-instellingen een consultatie aanvragen bij het CCE, betreft vooral verbale agressie (aanhoudend roepgedrag, schelden, gillen) en fysieke agressie (schoppen, slaan, knijpen, bijten) en in mindere mate oppositioneel gedrag (tegenwerken, weigeren) en grensoverschrijdend gedrag (sociaal onaangepast en ongeremd handelen). In de dossieranalyse vallen enkele zaken op bij de consultaties: Multidisciplinaire samenwerking Bij consultaties benadrukt het CCE het belang van multidisciplinaire samenwerking. Wanneer in een organisatie goed interdisciplinair wordt samengewerkt, wordt de eigen kracht en expertise van de verschillende professionals optimaal benut. Dan kan bij probleemgedrag van een cliënt vanuit een gezamenlijke hypothese worden gewerkt en is betere begeleiding mogelijk. De psycholoog speelt een grote rol omdat die kan adviseren over psychosociale interventies en de zorgprofessionals kan coachen. Een aandachtspunt is dat zich in de VVT een trend aftekent dat de afstand tussen psychologen en begeleiders letterlijk en figuurlijk groter wordt. Door de loskoppeling van de financiering voor behandeling en verzorging, maken psychologen steeds vaker deel uit van een kenniscentrum en zijn ze niet meer verbonden aan één afdeling. Een psycholoog stelt meestal wel een plan op, maar is niet betrokken bij de uitvoering in de praktijk. Soorten dementie Als het CCE wordt ingeschakeld bij probleemgedrag van een cliënt met dementie, onderzoeken we nader welke vorm van dementie het betreft. Dat is essentieel voor de wenselijke interactie met de cliënt. Met een SI-onderzoek (sensorische integratie) in de consultatie wordt duidelijk hoe het is gesteld met de prikkelverwerking van de cliënten en is betere afstemming mogelijk. Meestal wordt in de zorg rekening gehouden met cognitieve beperkingen, omdat die optreden bij de meest voorkomende vorm van dementie. Bij een cliënt met fronto-temporale dementie zijn echter vooral de emotionele vermogens aangetast. Wanneer deze diagnose niet wordt gesteld, bestaat er een groot risico op overschatting van wat de cliënt aankan. Levensverhaal Het levensverhaal kan duidelijk maken wat voor de cliënt betekenisvol en waardevol is en welke copingstrategie de cliënt eigen is. Met kennis van het levensverhaal is het gedrag van de cliënt beter te begrijpen en kan de spiraal van probleemgedrag worden doorbroken. Het CCE legt daarom in consultaties vaak de nadruk op het belang van het levensverhaal van de bewoner. De familie van de cliënt betrekken is ook in dit verband belangrijk.

13 13 Vrijheidsbeperkende maatregelen (VBM) In de praktijk zien we dat organisaties bezig zijn met de afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen. Bij een deel van deze maatregelen is afbouwen moeilijk. Met name wanneer er sprake is van probleemgedrag en onrust. In sommige situaties dringen familieleden aan op handhaving ter voorkoming van bijvoorbeeld valrisico, maar soms ook omdat zij beducht zijn dat hun ouders minder affectief bejegend zullen worden als zij overlast veroorzaken. Het CCE is in een consultatie gericht op zicht krijgen op patronen die het probleemgedrag veroorzaken of in stand houden. Belangrijk hierin is het proces van met alle betrokkenen (inclusief familie) samen kijken om te komen tot een plan van afbouw van maatregelen. In 2015 is hier aandacht aan gegeven in de pilot Consultatie bij onvrijwillige zorg. In deze pilot voeren kaderartsen psychogeriatrie en het CCE gezamenlijk een aantal consultaties uit, vooruitlopend op de nieuwe wet Zorg en Dwang. Met kennis van het levensverhaal is het gedrag van de cliënt beter te begrijpen.

14 14 Geestelijke gezondheidszorg Het aantal aanmeldingen voor consultaties in de GGZ is in 2015 iets afgenomen ten opzichte van Vooral verwanten hebben minder casussen aangemeld, zorgaanbieders juist iets meer. In de dossieranalyse vallen enkele zaken op bij de consultaties in de GGZ: Ambulantisering De GGZ-zorgprofessionals gaan steeds meer van het instellingsterrein af en opereren in zogeheten FACT-teams (flexible assertive community treatment). Deze FACT-teams bieden behandeling en begeleiding naar herstel aan mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen in combinatie met problemen op levensterreinen als wonen, werken, sociale contacten en financiën. Vanuit deze teams krijgt het CCE gaandeweg meer aanmeldingen voor consultaties. Het meest voorkomende probleemgedrag waarvoor het CCE wordt ingeschakeld, is agressie. Voor veel van de betreffende cliënten is geen goede woonplek te vinden: in psychiatrische klinieken worden zij alleen behandeld en kunnen ze niet wonen, terwijl het RIBW de noodzakelijke langjarige en kennisintensieve begeleiding niet kan bieden. Combinatie met ASS en LVB In de GGZ-consultaties is een groei te zien in het aantal cliënten bij wie naast psychiatrische problematiek ook sprake is van een aandoening in het autistisch spectrum (ASS) of van een lichte verstandelijke beperking (LVB). In veel gevallen is in de behandeling geen rekening gehouden met deze extra factoren, omdat ze niet zijn onderkend. Bij aanmelding voor een consultatie wordt bij 25% van de cliënten de diagnose ASS vermeld, maar na CCE-onderzoek loopt dit percentage op tot 40-50%. Omdat bepaling van het cognitieve en sociaalemotionele ontwikkelingsniveau meestal geen deel uitmaakt van de reguliere diagnostiek, kan het gebeuren dat cliënten met een lager dan gemiddeld IQ of SEO jarenlang worden overschat en overvraagd. Wanneer in de consultatie de diagnose ASS of LVB wordt gesteld, is dat vaak de sleutel voor effectieve interventies ten aanzien van het probleemgedrag. Suïcidedreiging In verscheidene casussen is sprake van een risico op zelfdoding. Vaak heeft de cliënt al een suïcidepoging gedaan. De reactie van de zorg is in het algemeen vrijheidsbeperking, in de vorm van high intensive care of isolatie. De consultatie van het CCE richt zich dan op het begrijpen van factoren die het probleemgedrag veroorzaken en in stand houden, zodat een ander handelingsperspectief ontstaat. Combinatie met verslaving Bij consultaties vanwege probleemgedrag constateert het CCE meer dan voorheen dat cliënten niet alleen een psychiatrische stoornis hebben, maar ook te kampen hebben met een verslaving. Het kan hierbij gaan om verschillende middelen: alcohol, drugs en in toenemende mate gamen.

15 15 Voor het derde jaar heeft het CCE in 2015 het Consult Dwang & Drang aangeboden. Wanneer een cliënt in een GGZ-instelling drie maanden gesepareerd is, verplicht het toetsingskader van de Inspectie voor de Gezondheidszorg de instelling om een externe consultatie aan te vragen. In zo n consult geeft een team van CCE-deskundigen advies op basis van een snelle, maar intensieve scan van de situatie rond de cliënt. De aanbevelingen hebben vrijwel altijd te maken met meer inzicht krijgen in de specifieke behoeften en competenties van de cliënt en daarbij aansluiten. Het gaat om het verbreden van de anamnese, het betrekken van familie, het inzetten van een gedragskundige en het verbeteren van het bejegeningsplan. In mei 2015 is in een intern evaluatierapport beschreven wat naar het oordeel van de betrokken GGZ-instellingen het resultaat is geweest van deze consulten Dwang & Drang. Bij de helft van de cliënten heeft het consult op korte termijn een zichtbare succesvolle bijdrage geleverd aan het beëindigen van de dwangsituatie. Bij veel andere casussen werd de cliënt over geplaatst en is de consultatie niet afgerond. De tijdsinvestering voor het consult is volgens deze evaluatie als zeer waardevol ervaren. Een enkele keer is het consult aanleiding voor een reguliere CCE-consultatie, waarbij een casemanager de instelling ondersteunt bij de implementatie van de aanbevelingen.

16 16 Jeugd In 2015 krijgt het CCE voor cliënten van 18 jaar of jonger 220 aanmeldingen, iets minder dan in Vooral in het eerste kwartaal is een sterke daling te zien; pas aan het eind van het jaar nemen de aanmeldingen weer toe. Een mogelijke verklaring is dat zorgaanbieders en verwanten in de beginperiode veel energie hebben moeten steken in de nieuwe situatie meteen na de transitie naar de Jeugdwet. Iets minder dan de helft van de jeugdige cliënten is thuiswonend. Uit analyse van de dossiers komen de volgende aandachtspunten naar voren: Discontinuïteit Een aanzienlijk deel van de CCE-consultaties wordt niet af gerond met de aanmelder, omdat de cliënt wordt overgeplaatst. Soms kan de consultatie op de nieuwe plek worden voortgezet, waar andere contextfactoren een rol kunnen spelen bij het probleemgedrag. Soms moet het consultatietraject voortijdig worden afgebroken. De discontinuïteit doet afbreuk aan de effectiviteit van de consultaties en is vooral schadelijk voor de cliënt (veel van de betreffende kinderen en jongeren hebben hechtingsproblematiek of een vorm van autisme) en belastend voor de ouders. Plaatsingsproblematiek Het ontbreken van een passend zorgaanbod voor licht verstandelijk beperkte en normaal tot hoogbegaafde kinderen en jongeren met probleemgedrag is altijd een probleem geweest. Voor hen is zorg nodig die deels binnen de GZ en deels binnen de GGZ geboden kan worden. Daardoor zijn zij nergens echt op hun plek. Ze blijven thuis wonen totdat de situatie onhoudbaar is geworden en worden dan opgenomen in een crisisopvang. Vervolgens worden ze overgeplaatst naar een GGZ-instelling voor observatie of behandeling. Daar kunnen ze slechts een beperkte tijd verblijven en dan moeten ze weer naar huis. Waarna de geschiedenis zich in heel veel gevallen blijft herhalen. Het afgelopen jaar is een toename te zien in het aantal aanmeldingen voor consultaties waarbij het moeilijk was een geschikte plaats voor de cliënt te vinden. Het CCE zoekt de oplossing in principe niet in extra specifieke voorzieningen, maar in betere afstemming tussen zorgaanbieders, professionals met aanvullende expertise en verwanten. Het CCE zoekt de oplossing in betere afstemming tussen zorgaanbieders, professionals en verwanten.

17 17 Feedbackgesprekken Wanneer het CCE bij een zorgaanbieder een aantal consultaties heeft verricht, bespreekt het ervaringen en inzichten met de bestuurder of directeur. Deze feedbackgesprekken hebben als doel wederzijds lering te trekken uit de consultaties. Besproken wordt hoe het CCE de aanpak van de consultaties beter kan laten aansluiten bij de behoefte van de zorgaanbieder en daarnaast hoe de instelling met de uitkomst van de consultaties de zorg kan verbeteren, niet alleen voor de betreffende cliënten maar voor een grotere groep. Deze uitwisseling van bevindingen is ook in 2015 van beide kanten als waardevol ervaren. In de Gehandicaptenzorg is in de feedbackgesprekken met name aandacht besteed aan de gevolgen van de reorganisaties, aan de samenwerkingsrelatie met de familie, aan het vergroten van de duurzaamheid van de uitkomsten van consultaties en aan de afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen. Wat de effecten van de consultaties op langere termijn betreft, komen de volgende punten in alle sectoren naar voren: minder handelingsverlegenheid van de professionals: door het bespreken van de uitgebreide beeldvorming en de bijbehorende consequenties voor de begeleiding groeit de handelingsbekwaamheid van de teams; afnemend probleemgedrag bij de cliënten; meer kwaliteit van leven van de cliënt of een groep van cliënten; een verfijnde beeldvorming van de cliënt en aanpassing van de begeleidingsstijl hierop; meer erkenning van de invloed van de betrokkenheid van ouders/verwanten en meer gerichtheid op passende samenwerking. In de Verpleging, Verzorging en Thuiszorg zijn de aandachtspunten het ontwikkelen van een visie en beleid op het ontstaan en blijven voortbestaan van probleemgedrag, randvoorwaarden die nodig zijn om passende zorg te kunnen bieden, multidisciplinaire samenwerking, de relatie met de familie en medicatiebeleid. In de Geestelijke Gezondheidszorg is gesproken over wat het CCE in de consultaties heeft waargenomen, over het meedenken door de zorgorganisaties over de inzet van consulenten en over de verwachtingen ten aanzien van snelheid en concreetheid van de adviezen.

18 18 Evaluatie Systematische evaluatie In 2015 is verder gewerkt met een systematische evaluatie geïntegreerd in het primaire proces van consultaties. Op verschillende momenten in een consultatietraject geven vier betrokkenen hun mening in een digitale vragenlijst. De respondenten zijn een cliëntvertegenwoordiger, een directe begeleider, een gedragskundige of orthopedagoog en een vertegenwoordiger van de organisatie (vaak de teamleider). De vragen hebben betrekking op de mate van probleemgedrag, de handelingsbekwaamheid van de zorgprofessionals, de kwaliteit van bestaan van de cliënt en de tevredenheid met de bijdrage van het CCE. Dezelfde respondenten vullen de evaluatie in op verschillende momenten in het traject: bij de start, ergens halverwege en na afronding van de consultatie. Ook bij de follow-up enige tijd nadat de consultatie is afgesloten, kan dezelfde evaluatie dienst doen. De CCE-coördinatoren gebruiken de rapportage als hulpmiddel om evaluatiegesprekken voor te bereiden. Daarin gaan de respondenten in op de cijfers en vooral op wat de verschillen tussen de meetmomenten en wellicht tussen de respondenten betekenen. Met deze manier van evalueren zijn tussentijds al voorlopige conclusies te trekken en kunnen daaraan praktische con sequenties worden verbonden voor het vervolg van het consultatie traject. Daarom spreken we ook wel over geïntegreerde evaluatie. Een tweede doelstelling van deze systematische evaluatie is extern verantwoording afleggen over de effecten van consultaties. In de zomer van 2015 heeft het CCE de ervaringen van een jaar werken met systematische evaluatie laten onderzoeken. Op basis van de uitkomsten ten aanzien van het proces wordt gewerkt aan optimalisering van het instrument. De inhoudelijke uitkomsten bevestigen het beeld van voorgaande jaren: in de loop van een consultatietraject nemen probleemgedrag, handelingsverlegenheid en het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen betekenisvol af. De kwaliteit van leven neemt toe.

19 19 Effectevaluatie Begin 2015 is het rapport Effectevaluatie beschikbaar gekomen. Terwijl de Systematische Evaluatie prospectieve metingen oplevert, gaat het hierbij om een retrospectief onderzoek. Hiervoor zijn eind 2014 consultatiecasussen onderzocht die werden afgesloten in de periode Het probleemgedrag blijkt bij het grootste deel van de cliënten duidelijk te zijn afgenomen en ook is de ernst van het probleemgedrag sterk verminderd. In alle drie de sectoren GZ, VVT en GGZ blijkt de handelingsbekwaamheid van de teams sterk te zijn toegenomen. Uit de effectevaluatie blijkt dat de handelingsbekwaamheid van de teams sterk is toegenomen in de verschillende sectoren. Er zijn verbeteringen op het gebied van kennis (van de cliënt als persoon, van stoornissen en behandelwijzen), van vaardigheden (communicatie, omgaan met agressie, methodisch en systematisch werken), van attitude (bejegening van cliënten en verwanten, elkaar als collega s aanspreken) en van organisatie (groepsgrootte, minder tijdgebrek). Wat de vrijheidsbeperkende maatregelen betreft, in alle sectoren zijn bij de start van de consultaties vormen van afzondering, fixatie, gedwongen medicatie en separatie gebruikt. Na de consultaties blijkt de toepassing van middelen en maatregelen op zichzelf alleen in de GZ iets te zijn verminderd. Wel is in de totale groep de ernst van de maatregelen, in termen van frequentie en tijdsduur, aantoonbaar afgenomen. In alle sectoren zijn de verbeteringen mede toegeschreven aan de advisering door het CCE.

20 Toetsingen Meerzorg De beleidsregel Meerzorg van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is er voor cliënten in de gehandicaptenzorg 1 die meer zorg nodig hebben dan kan worden bekostigd uit hun reguliere zorgprofiel, mits dat profiel toegang biedt tot de meerzorgregeling. Zowel cliënten die bij een zorgaanbieder wonen als cliënten die hun zorg thuis ontvangen (via een PGB, MPT of VPT), kunnen via het zorgkantoor meerzorg aanvragen. In 2015 heeft het CCE toetsingen uitgevoerd. Dat is minder dan in eerdere jaren, maar volgens verwachting vanwege nieuwe werkwijzen zoals de Proeftuinen Meerzorg 2.0. De opgaande lijn in het percentage positieve adviezen bij de aanvragen heeft zich doorgezet: van 89% in 2014 tot 94% in De zorgaanbieders bereiden zich grondig voor op een toetsing (Is dit inderdaad een cliënt voor meerzorg? Zijn de aangevraagde middelen reëel?) en de zorgplannen zijn in het algemeen op orde. Op verzoek van het zorgkantoor toetst het CCE de aanvragen en geven we een zorginhoudelijk advies. Daarvoor bestuderen we dossiers, bezoeken we de cliënten en voeren we gesprekken met de betrokkenen. We onderzoeken of er sprake is van extreme zorgzwaarte, of er een kwalitatief goed zorgplan is en of aan de randvoorwaarden wordt voldaan om dat zorgplan goed te kunnen uitvoeren. Ook bespreken we of de berekende uren Meerzorg passend zijn. Bij heraanvragen gaan we na of er systematisch gewerkt is aan het behalen van eerder afgesproken doelen. Het uiteindelijke besluit over de toekenning en de hoogte van de aangevraagde middelen ligt bij het zorgkantoor. Meerzorg 2.0: Proeftuinen Het uitgangspunt bij Meerzorg is dat de extra middelen worden ingezet om systematisch te werken aan (herstel van) de kwaliteit van bestaan van de cliënt met extreme zorgzwaarte. Daarom legt het CCE in de toetsingen veel nadruk op het geschetste perspectief en de concrete doelen in het zorgplan. In de praktijk blijkt de aanvraagprocedure echter sterk gericht op de financiële verantwoording en weinig op het verbeteren van de kwaliteit van zorg en kwaliteit van bestaan. In het periodiek overleg met het ministerie van VWS, de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN), Zorgverzekeraars Nederland (ZN), vertegenwoordigers van zorgkantoren en het CCE is het initiatief genomen om in proeftuinen te experimenteren met een werkwijze waarin de cliënt in zijn context centraal staat en de toetsing gericht is op verbetering en perspectief. 1 Vanaf 2016 staat de meerzorgregeling tevens open voor een beperkt aantal zorgprofielen uit de GGZ- en VVT-sector.

21 21 Het periodiek overleg waarbij in 2015 ook NZa en Ieder(in) aangesloten zijn monitort de ontwikkelingen van de proeftuinen aan de hand van de centrale afspraken dat een proeftuin pas een proeftuin is als: er vier partijen betrokken en gecommitteerd zijn: zorgaanbieder, zorgkantoor, cliëntenvertegenwoordiging en CCE de kwalitatieve insteek voorop staat: per locatie/proeftuin worden toetsbare verbeterdoelstellingen geformuleerd er kennisdeling plaatsvindt: van elkaar leren door inzichten en goede resultaten te delen de vier partijen formeel-administratieve hobbels signaleren en gezamenlijk aankaarten bij VWS en NZa. In 2015 zijn verspreid over het hele land tien proeftuinen van start gegaan, met verschillende invalshoeken. Met het oog op de afgesproken kennisdeling neemt het CCE de organisatie van twee werkconferenties op zich. De conferentie in juni is vooral bedoeld ter inspiratie: deelnemers aan de diverse proeftuinen wisselen met elkaar hun ervaringen met de nieuwe werkwijze uit. In het verslag van de opbrengst is te lezen wat de proef tuinen tot nu toe hebben opgeleverd, welke dilemma s en verbeterpunten de deelnemers zien, wat zij zeker willen behouden en uitbouwen en welke aanbevelingen zij doen naar het periodiek overleg van VWS, ZN, VGN en CCE. In de proeftuinen werken zorgaanbieders, zorgkantoren en het CCE nauw met elkaar samen en wordt ook het cliëntsysteem betrokken. In dialoog zoeken de deelnemers, met het CCE als gespreks leider en adviseur, op een systematische en methodische manier naar mogelijkheden voor verbetering. Er wordt een omslag gemaakt van beheersing en verantwoording naar verbeter plannen op basis van een betere en bredere beeldvorming van de cliënten in hun (sociale, fysieke en organisatorische) context en de groep waarin zij ondersteuning krijgen. Een belangrijk verschil is dat de meerzorgmiddelen niet per se hoeven te worden besteed aan directe begeleiding van één cliënt. Er is ruimte om te kiezen voor de invulling die het meeste perspectief biedt om de situatie van de betreffende cliënt of cliënten te verbeteren. Daarbij valt te denken aan coaching en (bij)scholing van de zorgprofessionals en aan aanpassing van het leefmilieu of de dagbesteding. Deelnemers aan de diverse proeftuinen wisselen met elkaar hun ervaringen met de nieuwe werkwijze uit. Eind 2015 zijn de proeftuinen geëvalueerd. Er is groot enthousiasme over de inhoudelijke resultaten die voor de kwetsbare cliënten zijn bereikt en ook over de procesresultaten van openheid en samenwerking tussen de deelnemers uit de vierhoek. Presentatie van de uitkomsten vindt plaats tijdens de conferentie in januari Hiervan is inmiddels een verslag beschikbaar in de vorm van een Meerzorgkrant.

22 22 PGB-meerzorg Sinds 2013 kunnen budgethouders voor cliënten met een persoonsgebonden budget (PGB) meerzorg aanvragen bij het zorgkantoor. Als er sprake is van (ernstig) probleemgedrag, adviseert het CCE op basis van documenten, een bezoek aan de cliënt en een gesprek met de budgethouder/zorgverleners. In 2015 hebben we 26 toetsingen voor PGB-meerzorg gedaan. Naar aanleiding van in 2014 gesignaleerde problemen zijn er afspraken gemaakt over onder andere de aanvraag procedure, het aan te leveren zorgplan en de betrokkenheid van professionals. Dat heeft eraan bijgedragen dat het percentage negatieve adviezen fors verminderd is, naar 23%. Audits Kind en Gedrag Zorgaanbieders met kinderdagcentra (KDC) kunnen sinds drie jaar begeleiding en behandeling bieden aan kinderen die door hun ernstige verstandelijke beperkingen en gedragsproble matiek niet kunnen deelnemen aan regulier of speciaal onderwijs. Om deze prestaties te kunnen leveren hebben de zorgaanbieders een positief CCE-advies nodig. Het CCE heeft hiervoor in samenwerking met zorgaanbieders en zorgkantoren een toetsings kader ontwikkeld. In een audit onderzoeken we op aanvraag of het KDC de diensten begeleiding (beleidsregel H818) of behandeling (beleidsregel H822) kan leveren en of het aanbod op de locatie passend is en terug te vinden is in een goed zorgplan. In 2015 hebben we 19 audits uitgevoerd voor 91 cliënten. Dit aantal is fors lager dan het jaar ervóór, toen er nog 41 audits gedaan zijn. De afname strookt wel met de verwachtingen, aangezien het in de opzet zit dat aanbieders niet elk jaar een nieuwe audit aan hoeven te vragen. Verheugend is dat bij alle 19 audits de uitkomst positief was. Waar nog aantoonbaar verbeteringen nodig zijn, hebben we een positief advies gegeven voor de duur van één jaar, terwijl de geldigheid standaard drie jaar is. In 2014 zijn al veel meer audits gedaan voor de beleidsregel H822 dan voor de beleidsregel H818; in 2015 gaan de audits alleen maar om behandeling. De zorgaanbieders zijn tevreden over de werkwijze van het CCE bij de audits. Ze geven aan dat ze uit de gesprekken bruikbare verbeterpunten halen op het gebied van scholing van personeel, in te zetten therapieën of trainingen, methodisch en systematisch werken, de borging van resultaten en multidisciplinaire samenwerking. In het najaar van 2015 heeft het CCE een notitie uitgebracht over de bevindingen, met een aantal aanbevelingen. Voor de zorgverzekeraars: duidelijkheid over de beleidsregels en een overbruggingsregeling voor thuiswonende jongeren die de overstap maken naar dagbesteding voor volwassenen. Voor de brancheorganisaties: samenwerking met het onderwijs en uitwisseling van kennis en ervaring tussen KDC s. Voor de zorgaanbieders: ondersteuning van de ouders, samenwerking op medisch gebied en afstemming met andere zorgverleners rondom het kind.

23 Scholing Scholing is een van de manieren waarop het CCE kennis en ervaring uit consultaties deelt met het werkveld. Deze kennis en ervaring vormen het uitgangspunt voor de beide leergangen die het CCE voor zorgprofessionals biedt. In 2015 en voorgaande jaren hebben we goede ervaringen opgedaan met de twee leergangen. Uit evaluaties blijkt dat deelnemers deze positief beoordelen. onderlinge samenwerking tussen de drie disciplines en op context factoren bij het ontstaan en blijven voortduren van probleem gedrag. Naast kennisoverdracht door prominente deskundigen is er nadrukkelijk aandacht voor reflectie op de lesstof in de relatie tot ieders eigen werkpraktijk. In 2015 is een nieuw scholings- en trainingsprogramma ontwikkeld. Zie ook pagina 26 en 27. Leergang Probleemgedrag in context De leergang Probleemgedrag in context: de rol van de gedragskundige is meermaals aangeboden voor orthopedagogen en psychologen die werken in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Zij krijgen in acht maandelijkse cursusdagen een theoretisch kader aangereikt, dat vervolgens inhoudelijk wordt uitgewerkt en gekoppeld aan de praktijk en hun eigen werksituatie. Centraal staan hierbij de verschillende rollen die van deze professionals verwacht worden. De leergang wordt in 2016 verder ontwikkeld en opnieuw aangeboden, ook in de vorm van incompanytrainingen. Leergang Vermoedens van psychiatrische problematiek De leergang Vermoedens van psychiatrische problematiek bij mensen met een verstandelijke beperking is bedoeld voor artsen voor verstandelijk gehandicapten (AVG s), psychiaters en gedragsdeskundigen die werken met cliënten met een verstandelijke beperking. In zeven cursusdagen gaan we in op het herkennen van psychiatrische stoornissen bij mensen met een matige tot ernstige verstandelijke beperking, op de

24 Overige dienstverlening In 2015 verleent het CCE buiten de consultaties en toetsingen ook diensten-op-maat waar instellingen apart om vragen en waar ze ook zelf voor betalen. Hierbij valt te denken aan een advies traject voor meer organisaties in een regio, aan door lichting van hoe beleid in een instelling uitpakt, aan een second opinion bij een beleidsplan voor het terugdringen van zorg en dwang. Behalve met consultatiewerk houden CCE-coördinatoren zich ook bezig met voorlichting en kennisoverdracht door het meewerken aan conferenties en studiebijeenkomsten, met vaak telefonische adviesgesprekken over casussen die mede daardoor niet tot volwaardige consultaties hoeven te leiden en met netwerkoverleg. Daarnaast is het CCE in de rol van meedenker betrokken bij het ontwikkelen van richtlijnen, beleidsregels en toetsingskaders. Zo hebben we meegewerkt aan het vernieuwde toetsings kader van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) voor het terugdringen van separatie. Het CCE vindt het belangrijk dat instellingen goed onderzoek (laten) verrichten naar de oorzaken en de verklaring van het probleemgedrag dat tot het gebruik van vrijheids beperkende maatregelen leidt. Dit aspect is op aangeven van het CCE in de richtlijn terechtgekomen. Verder zijn we in alle regio s met regelmaat betrokken bij de ontwikkeling van een regionale infrastructuur voor specifieke groepen van cliënten met complexe problematiek.

25 I V B1 B2 B3 CCE Vakmanschap en meesterschap 3. Vakmanschap, meesterschap en maatwerk Het CCE gebruikt de inzichten en ervaringen uit consultaties en toetsingen om expertise over ernstig probleemgedrag te verdiepen en over te dragen aan zorgprofessionals. We werken aan systematische reflectie en aan onderbouwing in projecten. Onze bevindingen toetsen we aan vakliteratuur en bij toonaangevende deskundigen die werkzaam zijn in de praktijk. Voor de kennisoverdracht publiceren we artikelen en stellen we (online) expertiseproducten beschikbaar, verzorgen we lezingen en gastcolleges en organiseren we bijeenkomsten. Intensivering overdracht werkwijze CCE In 2015 is gestart met de voorbereiding en uitvoering van het project Intensivering overdracht werkwijze CCE. Hierover zijn afspraken gemaakt met het ministerie van VWS. Dit project wordt gerealiseerd in de periode Het bestaat uit vier deelprojecten die - elkaar aanvullend en versterkend - een stevige impuls geven aan de overdracht van werkzame elementen uit onze consultatiepraktijk. Voor het project is een begeleidingscommissie met externe vertegenwoordigers ingesteld waarmee regelmatig de voortgang van de projecten wordt besproken.

26 26 Consultatiepraktijk verbinden met onderzoek Dit project is gericht op de relatie tussen wetenschap en (zorg) praktijk. Enerzijds gaan we op zoek naar inzichten in onze casuïstiek die interessant zijn voor wetenschappelijk onderzoek. Anderzijds willen we kennis uit de wetenschappelijke literatuur meer toegankelijk maken voor de praktijk, onze eigen praktijk maar ook de zorgpraktijk in het algemeen. Voor het eerste deel zijn we aan de slag gegaan met de volgende onderwerpen: Fronto-temporale dementie (FTD), Epilepsie en Afbouw van medicatie. Hiervoor gaan we in onze casuïstiek op zoek naar inzichten, verklaringen of hypothesen die iets zeggen over hoe dat onderwerp en probleemgedrag samenhangen. De eindrapportages van de consultatieonderzoeken over deze onderwerpen komen in de loop van 2016 beschikbaar. Met universiteiten en kennisinstituten bespreken we de mogelijkheid om gezamenlijk wetenschappelijk vervolgonderzoek uit te voeren op basis van de resultaten. Consultatiepraktijk verbinden met onderwijs en opleiding Doel van dit project is het overdragen van de werkzame elementen uit de visie en werkwijze van het CCE aan reguliere zorgprofessionals. Zij kunnen deze integreren in hun eigen proces van diagnostiek, interventie en evaluatie bij ernstig probleemgedrag van cliënten. In 2015 is een scholingsprogramma ontwikkeld voor professionals die zich bezighouden met preventie en aanpak van ernstig, persistent of recidiverend probleemgedrag. Dit programma bevat cursussen voor zowel de gehandicaptenzorg, ouderenzorg als GGZ, met nadruk op de GZ. We willen hiermee bijdragen aan de vergroting van handelingsbekwaamheid van zorgprofessionals en daarmee indirect aan de verhoging van de kwaliteit van zorg inzake probleemgedrag. Karakteristiek voor het scholingsprogramma is de kritische reflectie op de eigen beroepspraktijk op basis van de door het CCE aangedragen werkzame elementen. Het scholingsprogramma onderscheidt zich door een bepaalde kijk op probleemgedrag, waarbij interdisciplinariteit en een integrale aanpak van diagnostiek, interventie en evaluatie centraal staan. De werving voor deze CCE scholing is in het najaar van 2015 gestart met de verspreiding van de flyer Scholing en training 2016, informatie op de CCE-website en via social media.

27 27 Scholing en training vastgesteld in 2015 en verder te ontwikkelen en aan te bieden in 2016 Gehandicaptenzorg Cursus Emotionele ontwikkeling in relatie tot probleemgedrag: een concept in ontwikkeling & onder kritiek Cursus Somatische verklaringen voor probleemgedrag Cursus Stemmingsstoornissen Cursus Probleemgedrag in Context: de rol van de manager Cursus Diagnostiek en aanpak van zelfverwondend gedrag Leergang Probleemgedrag in context: de rol van de gedragskundige Leergang Vermoedens van Psychiatrische Problematiek Ouderenzorg Cursus Geïntegreerde analyse en aanpak van probleemgedrag GGZ Cursus Context als factor bij ontstaan en behandelen van probleemgedrag Werkveld overstijgend Cursus Interdisciplinariteit: nut & noodzaak van geïntegreerd, methodisch en geregisseerd samenwerken bij probleemgedrag Zelfverwondend gedrag als exempel Het CCE-project over zeer ernstig zelfverwondend gedrag bij mensen met een matige tot zeer ernstige verstandelijke beperking is gericht op het uitbrengen van een multidisciplinair gedragen handreiking in de vorm van een best practice. De handreiking is een herziening, verbreding en verdieping van de CCE-publicatie Zelfverwondend gedrag aan banden, die in 2011 is verschenen. In het kader van dit project is de in 2011 beschreven good practice toegepast bij 34 consultaties. Ook daarbuiten hebben het CCE en professionals van zorgorganisaties hiermee ervaring opgedaan. De cliënten waarop deze consultaties zich richtten, hadden zonder uitzondering zeer ernstig zelfverwondend gedrag; sommigen soms al decennia lang. Uit een analyse van de evaluatiegegevens blijkt onder meer dat het zelfverwondend gedrag is afgenomen bij meer dan driekwart van de cliënten (N=34). Daarmee is een direct causaal verband met de toegepaste methode natuurlijk niet onomstotelijk bewezen. De evaluatie van de resultaten bij deze consultaties wordt gebruikt om de good practice uit te werken in de nieuwe handreiking en publicatie, die begin 2017 zal verschijnen. Doelstelling van de nieuwe publicatie is het voorkomen en terugdringen van zeer ernstig en hardnekkig zelfverwondend gedrag bij mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking. In de nieuwe handreiking staat beschreven hoe professionals zoals psycho logen, orthope dagogen, artsen voor mensen met een verstan delijke beperking en psychiaters te werk kunnen gaan bij ernstige vormen van zelf verwondend gedrag. Omdat deze beschrijving belangrijke overdraagbare werkzame elementen van de CCE-werkwijze bevat, kan het als een exempel worden beschouwd. De handreiking is dan ook bruikbaar bij andere vormen van ernstig probleemgedrag zoals ernstige agressie of destructief gedrag.

28 28 Context Inzicht In de praktijk ziet het CCE dat factoren uit de omgeving van de organisatie mede van invloed zijn op het ontstaan en in stand houden van probleemgedrag bij cliënten. Hierin zijn patronen te ontdekken die de individuele casuïstiek van cliënten overstijgen. Het gaat om patronen die samenhangen met de organisatie, de cultuur en het werkklimaat. Om dat verder te onderzoeken is het project Context Inzicht van start gegaan. Overige expertiseontwikkeling vanuit consultaties Leren van casussen Sinds 2011 kunnen zorgprofessionals terecht op de website Leren van Casussen voor casusbeschrijvingen van uitgevoerde CCEconsultaties. Het gaat om een systematische beschrijving van de probleemsituatie rond de cliënt, de beeldvorming, de inter venties en de resultaten. Zowel de inhoud van de casus als de methodische aanpak komen aan bod. Dit project is gericht op een nadere beschrijving en onderbouwing van contextuele factoren die van invloed zijn op probleem gedrag. Doel is het methodisch inventariseren en verbeteren van randvoorwaarden als het gaat om organisatie, cultuur en werkklimaat. De planning is om onze ervaringen en bevindingen in 2017 via een publicatie te delen met professionals zodat deze ook breder van toepassing zijn in het werkveld. Eind 2015 is een onderzoeker begonnen met de voorbereidingen van een (promotie)onderzoek naar een verdere verdieping en onder bouwing van dit onderwerp. Dat wordt de komende vier jaar uitgevoerd onder begeleiding van de Erasmus Universiteit. Tot eind 2015 zijn 47 casussen online geplaatst over zeer uiteen lopende problematiek. Het merendeel van de casusbeschrijvingen betreft de GZ, maar de GGZ en VVT zijn steeds meer vertegenwoordigd. De website is in 2015 opnieuw goed bezocht. Dat bewijzen de ruim bezoekers en paginaweergaven. Casussen worden ook gebruikt als reflectieen oefenmateriaal in opleidingen voor begeleiders en tijdens workshops op congressen. In de toekomst ligt de focus van Leren van Casussen op het beschrijven van casussen in andere sectoren dan de GZ zodat professionals in de langdurige zorg kennis met elkaar kunnen delen. Verder gaan we meer verdieping aanbrengen door casussen rondom een specifiek thema te beschrijven. Denk bijvoorbeeld aan systeemproblematiek en de invloed van de context op probleemgedrag. Ook gaan we meer inspelen op behoeften vanuit het onderwijs door casusbeschrijvingen interactiever te maken. Verder loopt er een experiment om de werkwijze bij Leren van Casussen live toe te passen tijdens een consultatietraject.

29 29 Casussen beschreven in 2015 Gehandicaptenzorg Hoe was je vakantie? De behoeften van Hans uitgelegd met de piramide van Maslow Meer begrip voor Rebecca Over Prader-Willi, diabetes en stress Mia werkt in de zorg Over complex trauma Zoek en je zult me vinden Over autisme, dwanghandelingen en ordening Gras groeit niet door eraan te trekken Over propriocepsis, diepe druk en fixatie Lucia s kleine grote wereld Over borderline, hechtingsproblematiek en verstoorde prikkelverwerking Balans voor Willie Over pica en prikkelverwerking Gehandicaptenzorg / Geestelijke Gezondheidszorg Een plek voor Pauline Over syndromen, psychiatrische stoornissen en probleemgedrag Een groot deel van de casussen die in 2015 zijn beschreven, komt voort uit het initiatief Beschrijf je eigen casus. Hierin ondersteunt het CCE zorgprofessionals in de GZ die vanuit hun eigen praktijk (niet altijd op basis van een CCE-consultatie) zelf een casus beschrijven. Het maken van een casusbeschrijving helpt om het verkregen inzicht te borgen en draagt bij aan methodisch werken en verdere professionalisering. Dit deelproject is mede mogelijk gemaakt door Fonds NutsOhra is in 2015 afgerond met een workshopmiddag. Tijdens de bijeenkomst blijkt dat gedragskundigen het waarderen om ervaring op te doen met deze manier van werken. Zorgprofessionals kunnen hier zelf mee aan de slag aan de hand van enkele tools die hiervoor zijn gemaakt. Er zijn vijf inhou delijke video s ontwikkeld over de opbouw en uitgangspunten van een casusbeschrijving. Daarnaast zijn er zes technische instructievideo s gemaakt waarin wordt verteld hoe de presentatie en animatie worden gemaakt. Deze tools zijn online beschikbaar. Geestelijke Gezondheidszorg Justin blij(ft) op school Het probleem met prikkels Een veilig net voor Tarek Over angst, afwijzing en systeemproblematiek

30 30 Signalement van signalering Met dit project wil het CCE inzicht ontwikkelen in wat er goed werkt bij het gebruiken van signaleringsplannen en wat de valkuilen zijn. Een signaleringsplan (ook wel crisisplan of alertheidslijst genoemd) is een hulpmiddel waarmee zorg professionals bij een cliënt voortekenen van een psychische crisis of probleemgedrag kunnen herkennen. Na een oproep zijn geanonimiseerde signaleringsplannen van tientallen zorgprofessionals uit de verschillende sectoren ontvangen. Deze voorbeelden wijken sterk van elkaar af in vorm, in uitgangspunten en doelstellingen en ook in manier van werken met het plan. Er zijn twee duidelijke overeenkomsten: alle plannen hanteren een fasering van concreet waarneembaar gedrag dat de psychische toestand van de cliënt aangeeft en de plannen beschrijven handelingsmogelijkheden om te voorkomen dat er een daadwerkelijke crisis ontstaat. Op basis van deze plannen heeft een CCE-werkgroep een helder ordeningskader ontworpen en is de mogelijke uitwerking besproken in diverse expertpanelsessies. Het resultaat van de bijzondere en inspirerende zoektocht naar het fenomeen signaleringsplan in de langdurige zorg is beschreven in een publicatie. Deze verschijnt in de loop van 2016 en is gericht op professionals in de GGZ, GZ en de VVT.

31 31 Kennisoverdracht De kennisoverdracht naar de zorgprofessionals vindt in 2015 op verschillende manieren plaats. Expertiseproducten Op de CCE-website zijn boeken, DVD s, folders en magazines te bestellen of te downloaden. Zie onderstaand overzicht. We stellen expertiseproducten beschikbaar via de website, organiseren zelf thematische bijeenkomsten en leveren bijdragen aan conferenties van andere organisaties. CCE-bijeenkomsten Om expertise over uiteenlopende onderwerpen te delen met het werkveld zijn er in 2015 verschillende bijeenkomsten georganiseerd voor zorgprofessionals. Expertiseproducten Scholingsprogramma met cursussen en trainingen voor professionals in de langdurige zorg Website Leren van casussen, met 10 nieuwe casussen op een totaal aantal van 47 casussen, deels vanuit het project Beschrijf je eigen casus Kennis- en lesmodule Stemmingsstoornissen bij mensen met een verstandelijke beperking Online model voor analyse: zoeken naar somatische verklaringen voor probleemgedrag Vragenlijst Kwaliteit van Bestaan voor mensen met een Ernstige Meervoudige Beperking Diverse interviews en filmpjes het YouTube kanaal van het CCE Themanummers CCE Magazine over GGZ Expertise op maat (maart) en over Onbegrepen gedrag bij dementie en NAH (september) CCE-bijeenkomsten in 2015 Afsluitende bijeenkomst Zelfverwondend gedrag aan banden (Nieuwegein, 8 oktober) CCE Café Drugs in de GGZ (Hattem, 27 oktober) Workshopmiddag Beschrijf je eigen casus (Garderen, 5 november) Werkbijeenkomsten voor consulenten en casemanagers (Gouda/Zwolle/Veldhoven, 18 en 19 november en 9 december)

32 32 Bijdragen aan bijeenkomsten van andere organisaties Het CCE werkt in toenemende mate met andere organisaties samen bij werkconferenties en symposia. Soms met informatie over de CCE-aanpak vanuit een stand, soms met een inleiding of workshop, soms door gezamenlijk het programma vorm te geven. Bijdragen CCE aan congressen en bijeenkomsten in 2015 Presentatie op Bijeenkomst Focus op NAH in de VG (Nieuwegein, 29 januari) Casus en inspiratiesessie op Landelijk Congres Vrijheidsbeperkende maatregelen en onvrijwillige zorg (Lunteren, 2 februari) Workshop op Congres Mind the body : Over de signalering van lichamelijke problemen en pijn bij mensen met een verstandelijke beperking (Ede, 12 februari) Stand op 15e Nationaal Autisme Congres (27 maart, Rotterdam) Stand op 43ste Voorjaarscongres Psychiaters NVvP (Maastricht, 31 maart t/m 2 april) Inhoudelijke bijdrage en stand op Landelijk Congres Zorg voor ouderen met een verstandelijke beperking (Lunteren, 2 april) Stand op Congres Jonge mensen met dementie in beweging (Ede, 17 april) Workshops en stand op Landelijk Congres Omgaan met onbegrepen (probleem)gedrag in de ouderenzorg (Bussum, 20 april) Presentatie op Congres Zorg geven en vrijheid nemen over vrijheidsbeperking in de jeugdpsychiatrie, ouderen- en gehandicaptenzorg (Utrecht, 20 mei) Stand op Alzheimercongres (Ede, 22 mei) Workshop en stand op Kennisfestival HIC: de trein rijdt! (Amersfoort, 4 juni) Samen met Amarant mede organisator van Expertmeeting over Probleemgedrag en veiligheid voor zorgprofessionals (Tilburg, 3 september) Stand op Studiedag Gerontopsychiatrie: Zorg voor ouderen met psychiatrische problemen in het verpleeghuis (Lunteren, 28 september) Stand op NVA Autismecongres (Utrecht, 13 november) Workshop en stand op Congres Agressie aanpakken doe je zo (Zaandam, 16 november) Stand op Landelijk Congres Moderne Dementiezorg (Bussum, 24 november) Lunchsessie en stand op Verenso Najaarscongres Start & Stop (Ede, 26 november) Presentatie en stand op Hét Congres (onderwijscongres) (Arnhem, 27 november)

33 33 Participeren in onderzoek en opleiding Onderzoek In 2015 zijn contacten gelegd en afspraken gemaakt over participatie van het CCE in een drietal onderzoeken: Onderzoek naar ernstig probleemgedrag bij dementie: WAALBED-III Tijdens consultaties zien we dat ernstig tot zeer probleemgedrag van mensen met dementie zorgt voor veel machteloosheid en handelingsverlegenheid bij familie en zorgprofessionals. In 2015 besloot het CCE mee te werken aan een wetenschap pelijk onderzoek van het Radboud universitair medisch centrum in Nijmegen naar de kenmerken en kwaliteit van leven van verpleeghuisbewoners mensen met dementie en ernstig tot zeer ernstig probleemgedrag. Het Radboud universitair medisch centrum verricht dit door ZonMw gefinancierde onderzoek samen met VUmc in Amsterdam en het UMCG in Groningen. Het onderzoek is onderdeel van de WAALBED-III studie naar ernstig probleemgedrag. Het is een vervolg op twee eerdere onderzoeken naar probleemgedrag bij mensen met dementie. WAALBED is een afkorting van WAAL Behavior in Dementia. Doel van dit specifieke onderzoek is om uit te zoeken hoe vaak ernstig tot zeer ernstig probleemgedrag voorkomt bij verpleeghuisbewoners met dementie, wat hun kenmerken zijn en welke factoren hierop van invloed zijn. Zo kan de kennis over het omgaan met probleemgedrag worden vergroot en kan het onderzoek bijdragen aan een betere zorg voor deze mensen. Het onderzoek richt zich op verpleeghuisbewoners met dementie en ernstig tot zeer ernstig probleemgedrag die voor een consultatie zijn aangemeld bij het CCE. Tot september 2017 wordt aan familie en naasten van een aantal van hen gevraagd om mee te werken aan het onderzoek. Een onderzoeker van het Radboudumc volgt deze verpleeghuisbewoners tijdens de consultatie. In totaal gaat het om tien personen in de regio Noord Oost van het CCE. Kwaliteit van leven Aan het Academisch Medisch Centrum Amsterdam wordt het promotieonderzoeksproject Kwaliteit van leven bij mensen met ernstige meervoudige beperkingen uitgevoerd. Het doel is een instrument (het eindproduct staat nog niet vast) te ontwikkelen waarmee zorgprofessionals en verwanten handvatten aangereikt krijgen voor situaties waarin zij te maken krijgen met ethische dilemma s. De empirische studie omvat een literatuuronderzoek naar bestaande concepten over kwaliteit van leven en een veldonderzoek. Het CCE is vertegenwoordigd in de projectgroep en in de adviesgroep. Psychische stoornis en LVB In opdracht van het Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ zijn het Trimbos-instituut, Kristal en het Nederlands Instituut van Psychologen gestart met de voorbereidingen voor de ontwikkeling van een generieke module Psychische stoornissen en licht verstandelijke beperking. Hiermee zullen aanbevelingen worden geboden voor het handelen van zorgprofessionals in zowel de GGZ als de GZ, om de geestelijke gezondheidszorg van mensen met (een vermoeden van) een psychische stoornis en (een vermoeden van) een LVB te verbeteren. Het CCE neemt deel in de adviesgroep van dit project.

34 34 Opleiding Het CCE is betrokken bij diverse opleidingen in de zorg. vormt een combinatie van praktijkopleiding en onderzoek: de resultaten van de consultaties worden wetenschappelijk onderzocht. AVG-opleiding Net als in voorgaande jaren hebben we in 2015 aan artsen-inopleiding binnen de AVG-opleiding de mogelijkheid geboden om het medische deel van een CCE-consultatietraject te doen, onder supervisie van een AVG (arts verstandelijk gehandicapten). Het CCE maakt hier verslag van en voert een evaluatie uit. Opleiding Specialisten Ouderengeneeskunde In diverse opleidingen voor specialisten ouderengeneeskunde levert het CCE een bijdrage aan de lesmodule over probleemgedrag bij dementie. Een coördinator en een consulent treden op als gastdocent en vertellen over de werkwijze en casuïstiek van het CCE. Internationale uitwisseling Het CCE bezoekt regelmatig internationale congressen om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in andere landen en met vakgenoten uit te wisselen. In het najaar van 2015 namen twee vertegenwoordigers van het CCE deel aan het EAMHIDcongres (European Association for Mental Health in Intellectual Disability) in Florence. Het thema van dit congres was Integrating different approaches in the neurodevelopmental perspective. Intern deden de CCEvertegenwoordigers verslag van het congres. Het volgende EAMHID-congres vindt in 2017 plaats in Luxemburg. Ook zijn er plannen gemaakt voor medewerking van het CCE aan de kaderopleiding die een vervolg vormt op deze opleiding. Gezamenlijke consultatie bij onvrijwillige zorg In een samenwerkingsproject tussen de afdeling Huisartsgeneeskunde en Ouderengeneeskunde van het VUmc en het CCE is in 2015 de pilot Consultatie bij onvrijwillige zorg uitgevoerd. Kaderartsen psychogeriatrie en VVT-coördinatoren van het CCE doen samen consultaties in het kader van de nieuwe wet Zorg en Dwang. De kaderartsen brengen hun inhoudelijke expertise in en de CCE-coördinatoren hun algemene kennis van consultaties, waarbij ze speciaal aandacht vragen voor voldoende breed en multidisciplinair kijken. De pilot

35 Aansluiten met maatwerk Elke sector in de langdurige zorg kent zijn eigen dynamiek. Het CCE wil maatwerk leveren en zoekt naar manieren om te differentiëren in zijn werkwijze en om een aanbod te ontwikkelen dat aansluit bij de specifieke behoeften van de sectoren. In 2015 zijn sectorplannen opgesteld voor de GZ, VVT, GGZ en Jeugd. In die plannen gaan we in op ontwikkelingen die zich in de sectoren voordoen en zoeken we naar sectorspecifieke patronen die van invloed zijn op probleemgedrag en handelingsverlegenheid. Per sector formuleren we wat de toegevoegde waarde van het CCE kan zijn en kiezen we een focus in onze dienstverlening en onze ontwikkeling en overdracht van expertise. In de Gehandicaptenzorg leggen we ons meer dan voorheen toe op groepsconsultaties voor een breder en duurzamer bereik en op meer gevarieerde vormen van consultaties. Denk aan integrale scans bij hernieuwde handelingsverlegenheid en ongevraagde consultaties bij de meest complexe situaties van cliënten die al heel lang meerzorg krijgen, met het doel nieuw perspectief te bieden. We willen een bijdrage leveren aan de verdere professionalisering van de sector door het opzetten van leergemeenschappen en feedbackgroepen te ondersteunen, door scholingsaanbod te ontwikkelen en door mee te werken aan wetenschappelijk onderzoek voor onderbouwde kennis ter verbetering van de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking en ernstig probleemgedrag. In de sector Verpleging, Verzorging en Thuiszorg is ons speerpunt versnellen en verbreden. Voor de versnelling in een consultatietraject wordt de oriëntatiefase ingekort, zet de consulent de brede beeldvorming en het ondersteunende handelen direct naast elkaar in, vinden advies en leren gelijktijdig plaats met coaching on the job. Het CCE zal de coördinatoren en consulenten toerusten voor deze nieuwe manier van werken, minder als expert en meer als coach met de handen op de rug. Door samen te reflecteren op de casus en woorden te geven aan de factoren die werkzaam waren, worden de medewerkers bewust bekwaam. Voor de verbreding werken we aan het in positie brengen van psychologen als interne adviseurs naast de artsen, om de verzorgenden te coachen en te ondersteunen met werkzame interventies.

36 36 In het kader van het landelijke plan van aanpak Waardigheid en Trots van de Taskforce Kwaliteit Verpleeghuiszorg hebben we in 2015 op verzoek van VWS voor een van de speerpunten een plan ingediend om kennis te delen met de sector. Hierin sluiten we aan bij de algemene notie dat in deze sector winst te boeken is met leren reflecteren. In het onderdeel Kijk op de Praktijkbijeenkomsten gaan zorgprofessionals de opgedane kennis en ervaring uit een consultatie delen binnen hun eigen organisatie. Door samen te reflecteren op de casus en woorden te geven aan de factoren die werkzaam waren, worden de medewerkers bewust bekwaam. Dit sluit goed aan bij de wijze waarop de sector aan deskundigheidsbevordering doet: praktijk en leren samen. Bij succes van deze bijeenkomsten kunnen mogelijk op den duur regionale leergroepen worden gevormd. In een ander onderdeel gaan we kennis, vaardigheden en inzichten die zijn opgedaan rondom een specifieke cliënt in een aantrekkelijke interactieve vorm van e-learning presenteren op de websites van het CCE en van Waardigheid en Trots. In de Geestelijke Gezondheidszorg richten we ons op de thema s waar de sector zelf veel energie in steekt: het terugdringen van dwang en drang en de plaatsingsproblematiek voor cliënten met comorbide aandoeningen die probleemgedrag vertonen. Uit evaluatie van de CCE-consulten dwang en drang blijkt dat gewaardeerd te worden en nieuwe inzichten op te leveren, maar ook dat er met de adviezen vervolgens (te) weinig wordt gedaan. Daarom zijn we actiever gaan aanbieden om in vervolg op die dwang en drang consulten ook ondersteuning te bieden bij de implementatie van de gegeven adviezen. Verder zoeken we aansluiting bij kritische opvattingen over diagnostiek en behandeling in de GGZ, zoals die zijn verwoord na de introductie van de DSM-5. We bereiden een expert meeting hierover voor die in 2016 zal gaan plaatsvinden. Met betrekking tot Jeugd hebben we te maken met een geheel nieuw ingericht zorglandschap. Het CCE onderschrijft de visie die aan deze vernieuwing ten grondslag ligt. Tegelijkertijd zien we dat in de transitiefase nog veel problemen en onduidelijkheden bestaan in de toeleiding tot (gespecialiseerde) jeugdhulp. Het CCE kan een bijdrage leveren aan meer helderheid door bij individuele casuïstiek niet alleen adequate woon/zorgprofielen op te stellen, maar ook onze expertise daarin beschikbaar te stellen aan bijvoorbeeld gespecialiseerde jeugdteams. Onze werkwijze van breed en meervoudig kijken en onze aanbevelingen en adviezen koppelen we ook terug naar wijk- en jeugdteams van gemeenten die mogelijkheden hebben om vastgelopen situaties met probleemgedrag in de toekomst te voorkomen. Ook zoeken we met meer nadruk dan voorheen de samen werking met andere expertisecentra, zoals de William Schrikker Groep en het landelijke kenniscentrum LVB. Nauwere contacten met Bureau Onderwijsconsulenten en het Landelijk Expertise Centrum Speciaal Onderwijs (LECSO) zijn eveneens van belang.

37 I V B1 B2 B3 CCE Visie en werkwijze 4. Goed functionerende organisatie Het CCE heeft een aantal leidende principes die richting geven aan de manier waarop wij werken. Deze dragen bij aan de samenhang tussen de verschillende CCE-activiteiten en maken onze werkwijze beter overdraagbaar. Zo kunnen we nog beter duidelijk maken waar het CCE voor staat, zodat mensen weten hoe we werken en wat ze van ons kunnen verwachten. Dat geldt voor alle partijen die met ons te maken hebben: cliënten of hun vertegenwoordigers, zorgprofessionals, beleidsmakers en zorgkantoren. We blijven deze leidende principes verder onderbouwen en aanscherpen. Dit is een continu en collectief proces waarbij coördinatoren, consulenten en casemanagers betrokken zijn.

38 38 Breed en meervoudig kijken De context is een belangrijk begrip in de leidende principes van het CCE. Diverse factoren uit de context van een persoon kunnen van invloed zijn op het ontstaan en blijven bestaan van het probleemgedrag. Het gaat om de sociale, fysische en organisatorische omgeving zoals het team van begeleiders, het gebouw, de cultuur van een instelling. Factoren uit die omgeving kunnen bijdragen aan het probleemgedrag. Consulenten en casemanagers van het CCE kijken breed en betrekken daarbij zowel verschillende categorieën cliëntfactoren als factoren uit de context van de cliënt. Ook kijken zij meervoudig, dat wil zeggen met aandacht voor feiten, belevingen, betekenissen, belangen, normen en waarden. Niet alleen die van de betrokken cliënt en zijn verwanten, maar ook van de betrokken professionals. Naast breed en meervoudig wil het CCE ook specifiek kijken naar het probleemgedrag van de betrokken persoon in zijn context. De essentie is dat het steeds gaat om het kijken naar een bepaalde persoon in een bepaalde context. De drie manieren van kijken impliceren een multidisciplinaire benadering. Systematisch werken, in de zin van geordend en transparant, is onderdeel van de werkwijze. Dat maakt het mogelijk om verantwoording af te leggen over wat is gedaan en waarom. Dat is ook een voorwaarde om expertise te kunnen ontwikkelen en overdragen. 4.2 Investeren in mensen Voor een goede kwaliteit van dienstverlening zijn betrokken en professionele medewerkers en externe consulenten en casemanagers nodig. Het CCE investeert daarin op verschillende manieren. In 2015 ligt het accent op verdere verdieping en professionalisering. Veel aandacht is besteed aan kennisontwikkeling en het delen van onze visie op probleemgedrag in context en de leidende principes in onze werkwijze. Consulenten en casemanagers Het netwerk van consulenten en casemanagers vormt een veelzijdig interdisciplinair denk- en werkkader. Het CCE wil kennisontwikkeling met hen stimuleren om expertise verder te verdiepen. De gedachte is om leergemeenschappen over bepaalde onder werpen te ontwikkelen waarin consulenten en casemanagers kennis kunnen uitwisselen. De bedoeling van een leergemeenschap is om expertise rond probleemgedrag verder uit te bouwen. In 2015 is gestart met een serie werkbijeenkomsten voor consulenten en casemanagers over systemisch denken. Een volgende serie bijeenkomsten over een nieuw onderwerp staat gepland voor 2016.

39 39 Extranet is het online platform voor consulenten en casemanagers waar zij terecht kunnen voor informatie. In 2015 is gewerkt aan een nieuw en verbeterd extranet dat meer interactieve mogelijkheden biedt voor consulenten en casemanagers op het gebied van kennisuitwisseling. Het vernieuwde extranet wordt in 2016 gelanceerd. Het is dan mogelijk om op een veilige manier online kennis uit te wisselen in leergemeenschappen en discussies te voeren in groepen, bijvoorbeeld over casuïstiek en expertiseontwikkeling. CCE-bijeenkomsten voor consulenten en casemanagers in 2015 Bijeenkomsten voor consulenten in de VVT (Zwolle/Gouda 12 februari, 18 juni, 23 september, 15 oktober) Werkbijeenkomsten Systemisch Denken (Gouda/Veldhoven/ Zwolle 22, 23 en 29 april) CCE-Café Drugs in de GGZ (Hattem 27 oktober) Werkbijeenkomsten Anders luisteren bij moeilijk verstaanbaar gedrag (Gouda/Zwolle/Veldhoven 18, 19 november en 9 december) Medewerkers In 2015 is in samenspraak met de Ondernemingsraad een onderzoek gedaan naar de arbeidsbeleving en tevredenheid van medewerkers. Bijna alle medewerkers (99%) hebben hieraan meegewerkt. Uit de resultaten blijkt dat het werkplezier van CCE medewerkers in de zin van tevredenheid over organisatie en baan gemiddeld hoog scoort in vergelijking met elders in de publieke sector. Dat heeft vooral te maken de inhoud van het werk en de samenwerking. Als het gaat om beloning, doorgroeimogelijkheden en loopbaanontwikkeling is de gemiddelde score relatief laag. De uitkomsten van het onderzoek zijn intern besproken. Op basis hiervan zijn verbeterpunten afgesproken. Een daarvan is het verbeteren van de duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Dat gebeurt door het voorkomen van uitval, het op niveau houden van competenties en een levensfasebewust HRM beleid. Tijdens de jaargesprekken met medewerkers is er aandacht voor de ontwikkeling en samenstelling van de teams in de verschillende regio s. Per team wordt een analyse gemaakt van de sterke en zwakke punten, bijvoorbeeld als het gaat om de aanwezige expertise. Op basis daarvan wordt jaarlijks een speerpunt benoemde voor de ontwikkeling en opleiding van medewerkers. Voor 2015 is Meervoudig weten van probleemgedrag in context als speerpunt benoemd. In de loop van het jaar is hier op verschillende manieren aandacht aan besteed. In het najaar zijn de coördinatoren van het CCE bijeen geweest tijdens een tweedaagse studiedag over dit thema.

40 40 Een van onze consulenten heeft hier een presentatie verzorgd over Complexiteiten bij consultaties en bruikbare concepten om ruimte te maken. Coördinatoren zijn met elkaar in gesprek gegaan over onderwerpen als interdisciplinariteit, het belang van belangen en oefenen met praktijkcasussen. Medewerkers met ondersteunende functies hebben een training gehad in het voeren van telefoongesprekken. Bij het CCE krijgen zij regelmatig te maken met lastige telefoon gesprekken. Afhankelijk van de functie waarin medewerkers werkzaam zijn verschillen de situaties, van het voeren van een telefoongesprek met bijvoorbeeld een cliënt, de ouder van een cliënt, een zorgprofessional, leverancier of collega. In deze training Effectief Communiceren is niet alleen gekeken naar de moeilijkheden, maar vooral ook naar vaardigheden om plezier te hebben in deze communicatie. In navolging van de basisprincipes voor consulenten en casemanagers is de gedragscode voor medewerkers geactualiseerd. Behalve zaken die te maken hebben met professioneel handelen zijn meer algemene en arbo-technische elementen mee genomen zoals het gebruik van internet en de omgang met elkaar. Voldoen aan regelgeving In 2015 heeft het CCE laten uitzoeken op welke manier de Wet op de Geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) van toepassing is op het CCE als organisatie en op de consulenten en casemanagers die wij inschakelen. Het CCE voert zelf geen geneeskundige handelingen uit, maar moet gelet op zijn rol de WGBO-bepalingen wel in acht nemen. Hetzelfde geldt voor coördinatoren, consulenten en casemanagers. Klachtencommissie Als zorgprofessionals of anderen niet tevreden zijn met het advies van het CCE, kunnen zij met een klacht terecht bij een externe klachtencommissie. De klachtenregeling van het CCE voorziet zowel in een interne opvang en bemiddeling door een klachtenfunctionaris als in klachtenbemiddeling via de klachtencommissie. De klachtenfunctionaris is dit jaar niet ingezet. De klachtencommissie heeft in 2015 een klacht ontvangen en in behandeling genomen. De procedure is afgerond en de klacht is deels gegrond en deels ongegrond verklaard. Naar aanleiding daarvan heeft het CCE de nodige maatregelen genomen. De klachtenregeling is te vinden op de website van het CCE.

41 Investeren in kwaliteit van ondersteuning Herziening van profiel Recente ontwikkelingen vragen om een herziening van het profiel van het CCE. De buitenwereld wil weten wat wij doen, maar ook waar we voor staan en vanuit welk gedachtegoed we werken. Dat vraagt om meer aandacht in de communicatie voor de aard en afbakening van onze expertise over probleemgedrag en voor de hele range van activiteiten van het CCE. Dat is aanleiding voor een herziening van de merk- en communicatiestrategie. De resultaten daarvan zullen in de loop van 2016 zichtbaar zijn, onder meer met een vernieuwde website. Bescherming persoonsgegevens Om digitale bestanden met persoonsgegevens via een beveiligde omgeving uit te wisselen is een speciaal daarvoor ontworpen online platform (msafe) ingevoerd. Hiermee voldoen we aan de wettelijke bepalingen, zoals de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Met meer dan vierduizend gedownloade documenten per maand blijkt dat het platform veel meer gebruikt wordt dan verwacht en dat het in de praktijk goed werkt. In 2015 is ook een plan gemaakt om het CCE beter bekend te maken in de verschillende sectoren van langdurige zorg (GZ, GGZ, VVT, jeugdhulp en (speciaal) onderwijs). De implementatie daarvan vindt plaats in In de communicatie maakt het CCE veel gebruik van social media zoals Twitter, LinkedIn en Facebook. Ook anderen noemen het CCE op social media. In 2015 is tijdens een training uitgebreid aandacht besteed aan het monitoren van social media en hoe om te gaan met reacties, bijvoorbeeld naar aanleiding van casuïstiek.

Het CCE biedt scholing voor zorgprofessionals

Het CCE biedt scholing voor zorgprofessionals Scholing en training 2016 Het CCE biedt scholing voor zorgprofessionals die werken met cliënten met ernstig en aanhoudend probleemgedrag. De cliënten bij wie wij betrokken zijn, hebben een stoornis of

Nadere informatie

VISIE OP PROBLEEMGEDRAG

VISIE OP PROBLEEMGEDRAG VISIE OP PROBLEEMGEDRAG INLEIDING Bij het Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE) kunnen zorgprofessionals en anderen terecht voor expertise over ernstig en aanhoudend probleemgedrag. Het gaat om probleemgedrag

Nadere informatie

met kennis & advies Jaarverslag 2014

met kennis & advies Jaarverslag 2014 1 2 3 4 5 B1 B2 CCE 1 met kennis & advies Jaarverslag 2014 1 2 3 4 5 B1 B2 CCE 2 Inhoud Voorwoord 3 1. Missie en beleid 6 1.1 Missie 6 1.2 Beleid 7 2. Dienstverlening 8 2.1 Consultaties 8 2.2 Toetsingen

Nadere informatie

Workshop Meerzorg gehandicaptenzorg. Symposium Een nieuw antwoord voor een bijzondere doelgroep 11 november 2016

Workshop Meerzorg gehandicaptenzorg. Symposium Een nieuw antwoord voor een bijzondere doelgroep 11 november 2016 Workshop Meerzorg gehandicaptenzorg Symposium Een nieuw antwoord voor een bijzondere doelgroep 11 november 2016 Workshop 1 Welkom 2 Doel workshop 3 Korte presentatie over ontwikkelingen Meerzorg 4 Interactief

Nadere informatie

Effectevaluatie CCE

Effectevaluatie CCE Effectevaluatie CCE 2012-2014 1. Introductie Het CCE verricht jaarlijks tussen de 1.100 en 1.200 consultaties. Bij een consultatie gaan we met zorgprofessionals en andere betrokkenen op zoek naar mogelijkheden

Nadere informatie

context in beeld Jaarverslag 2013

context in beeld Jaarverslag 2013 I V 1 2 3 4 5 B1 B2 CCE context in beeld Jaarverslag 2013 1 2 Inhoud 1. 1.1 1.2 Voorwoord 3 Missie en beleid 5 Missie 5 Beleid 6 1. 1.1 1.2 1.3 Bijlage 32 Profiel van de organisatie 32 Algemene gegevens

Nadere informatie

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Almere op 21 januari 2009

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Almere op 21 januari 2009 1 RAPPORT Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Almere op 21 januari 2009 Amsterdam, april 2009 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Resultaten inspectiebezoek

Nadere informatie

het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam

het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam informatie voor patiënten en verwijzers november 2016 centrum voor autisme dr. leo kannerhuis verder met autisme Wat is het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam?

Nadere informatie

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 29689 Herziening Zorgstelsel 25424 Geestelijke gezondheidszorg Nr. 599 Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Adviesteam autisme ZHZ in 2014

Adviesteam autisme ZHZ in 2014 Adviesteam autisme ZHZ in 2014 Soms heb je een casus waar je verder in wilt komen. Het kan dan goed zijn om advies vanuit een andere organisatie of juist vanuit een andere sector te krijgen. Het adviesteam

Nadere informatie

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Midden-Flevoland op 21 januari 2009

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Midden-Flevoland op 21 januari 2009 1 RAPPORT Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Midden-Flevoland op 21 januari 2009 Amsterdam, april 2009 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Resultaten

Nadere informatie

Aan de slag met de kwaliteitsagenda & Cliëntenraden

Aan de slag met de kwaliteitsagenda & Cliëntenraden Aan de slag met de kwaliteitsagenda & Cliëntenraden Dorien Kloosterman Coördinator cliëntenorganisaties April 2018 Waar staan we en waar gaan we naar toe? Sinds 1988 werkzaam bij Ouderverenigingen Sinds

Nadere informatie

Resultaatsverslag. N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen. op 14 februari 2017

Resultaatsverslag. N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen. op 14 februari 2017 Resultaatsverslag N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen op 14 februari 2017 Heerenveen, 31 juli 2017 Inleiding Op 14 februari heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna:

Nadere informatie

Aan de slag met de kwaliteitsagenda & het SOL

Aan de slag met de kwaliteitsagenda & het SOL Aan de slag met de kwaliteitsagenda & het SOL Dorien Kloosterman Coördinator cliëntenorganisaties 10 april 2018 Waar staan we en waar gaan we naar toe? Sinds 1988 werkzaam bij Ouderverenigingen Sinds 2008

Nadere informatie

Kompas beleidsvisie CCE, vastgesteld en goedgekeurd in december 2017

Kompas beleidsvisie CCE, vastgesteld en goedgekeurd in december 2017 Kompas 2018-2021 beleidsvisie CCE, vastgesteld en goedgekeurd in december 2017 Waar wij van zijn De beleidsvisie van het CCE voor de periode 2018-2021 bouwt voort op de koers die we in 2014 hebben ingezet.

Nadere informatie

AWTJF: In dialoog naar een sterker opvoedklimaat, effectieve preventie en doelmatige zorg voor jeugd. ZonMw site-visit 9 april 2018

AWTJF: In dialoog naar een sterker opvoedklimaat, effectieve preventie en doelmatige zorg voor jeugd. ZonMw site-visit 9 april 2018 AWTJF: In dialoog naar een sterker opvoedklimaat, effectieve preventie en doelmatige zorg voor jeugd ZonMw site-visit 9 april 2018 AWTJF Samen puzzelen over prangende regionale vraagstukken Samen deze

Nadere informatie

Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik

Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik Deze vragenlijst is ontwikkeld om het proces van de inzet van psychofarmaca in kaart te brengen. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt of de inzet van psychofarmaca

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Voorlichting Dialoogtafelmethodiek. Korte versie voor de deelnemende aan de dialoogtafel professionals

Voorlichting Dialoogtafelmethodiek. Korte versie voor de deelnemende aan de dialoogtafel professionals Voorlichting Dialoogtafelmethodiek Korte versie voor de deelnemende aan de dialoogtafel professionals Academische Werkplaatsen TJ Wat? Kennisinfrastructuur waarin praktijk, beleid, onderzoek en onderwijs

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz Bijlage 14 bij circulaire Care/Wlz/16/11 BELEIDSREGEL Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de

Nadere informatie

Ontwikkelplan Vernieuwd Ambulant Geriatrisch Team (AGT)

Ontwikkelplan Vernieuwd Ambulant Geriatrisch Team (AGT) Ontwikkelplan Vernieuwd Ambulant Geriatrisch Team (AGT) 1a. Niveau Samenhangende zorg. 1b. Kwaliteitsthema Vernieuwd ambulant geriatrisch team (AGT) Het werken aan dit kwaliteitsthema maakt onderdeel uit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw

Nadere informatie

Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz 2018

Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz 2018 BELEIDSREGEL Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz 2018 Grondslag Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 juli 2014)

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 juli 2014) AH 2568 2014Z11398 Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 juli 2014) 1 Heeft u het NOS-bericht 'separeercel nog te vaak gebruikt' gelezen en het Nieuwsuur-item

Nadere informatie

Bedrijfsmaatschappelijk werker

Bedrijfsmaatschappelijk werker Bedrijfsmaatschappelijk werker Doel Verlenen van hulp aan werknemers met (dreigende) (psycho)sociale moeilijkheden, alsmede adviseren van leidinggevenden over (psycho)sociale vraagstukken, binnen het sociaal

Nadere informatie

Foto: halfpoint. 123rf.com. methodisch werken

Foto: halfpoint. 123rf.com. methodisch werken 1 Foto: halfpoint. 123rf.com methodisch werken Methodisch werken 1 Als zorgprofessional doe je nooit zomaar iets. Je werkt volgens bepaalde methodes en procedures. In dit hoofdstuk leer je wat methodisch

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Proeftuinen vernieuwing KK GZ. 15 December 2015 Domstad Utrecht

Informatiebijeenkomst Proeftuinen vernieuwing KK GZ. 15 December 2015 Domstad Utrecht Informatiebijeenkomst Proeftuinen vernieuwing KK GZ 15 December 2015 Domstad Utrecht Programma 14:00: Welkom en toelichting programma 14:15: presentatie vernieuwd KK GZ 14:45: presentatie proeftuinen 15:15:

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget

Nadere informatie

Forensische zorg en LVB. Een beter leven in een veilige maatschappij

Forensische zorg en LVB. Een beter leven in een veilige maatschappij Forensische zorg en LVB Een beter leven in een veilige maatschappij Position Paper Forensische zorg en LVB: Een beter leven in een veilige maatschappij November 2017 Een hogere kwaliteit van bestaan voor

Nadere informatie

PUBLIEKSVERSIE INKOOPDOCUMENT Wlz 2016 ZORGKANTOOR FRIESLAND

PUBLIEKSVERSIE INKOOPDOCUMENT Wlz 2016 ZORGKANTOOR FRIESLAND PUBLIEKSVERSIE INKOOPDOCUMENT Wlz 2016 ZORGKANTOOR FRIESLAND JULI 2015 0 TOELICHTING Zorgkantoren willen cliënten(raden) informeren over het zorginkoopbeleid van de zorgkantoren voor de Wet langdurige

Nadere informatie

Minor Licht Verstandelijk Beperkt

Minor Licht Verstandelijk Beperkt Minor Licht Verstandelijk Beperkt Academie voor Sociale Studies Inleiding De minor Licht Verstandelijk Beperkt biedt een inspirerend en intensief half jaar deskundigheidsbevordering op het gebied van werken

Nadere informatie

Kennis- en experimentenprogramma Langer Thuis

Kennis- en experimentenprogramma Langer Thuis Kennis- en experimentenprogramma Langer Thuis Vervolg 2016 2017 Platform31 In samenwerking met Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg Den Haag, 21 maart 2016 Inhoudsopgave Langer Thuis in eigen buurt: activiteiten

Nadere informatie

Ontwikkelplan Inzicht in cliëntervaringen

Ontwikkelplan Inzicht in cliëntervaringen Ontwikkelplan Inzicht in cliëntervaringen 1a. Niveau Ervaren kwaliteit van leven door de cliënt. 1b. Kwaliteitsthema Cliëntervaring Het werken aan dit kwaliteitsthema maakt onderdeel uit van de integrale

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare

Nadere informatie

het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam

het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam informatie voor patiënten en verwijzers maart 2016 centrum voor autisme dr. leo kannerhuis verder met autisme Wat is het Diagnostiek, Advies en ConsultatieTeam?

Nadere informatie

DEELNEMEN AAN HET ACTIEF NETWERK Nationaal Platform Duurzame Inzetbaarheid - IN ZORG

DEELNEMEN AAN HET ACTIEF NETWERK Nationaal Platform Duurzame Inzetbaarheid - IN ZORG DEELNEMEN AAN HET ACTIEF NETWERK Nationaal Platform Duurzame Inzetbaarheid - IN ZORG Samen met collega- zorgorganisaties aan de slag met duurzame inzetbaarheid! Aanleiding voor een ACTIEF Netwerk De gezondheidszorg

Nadere informatie

Begeleiding en behandeling voor jongvolwassenen met ASS. De Spil

Begeleiding en behandeling voor jongvolwassenen met ASS. De Spil Begeleiding en behandeling voor jongvolwassenen met ASS. De Spil Intensieve begeleiding, behandeling en zinvolle daginvulling. Zorg op maat in een kleinschalige voorziening De Spil is er voor jongvolwassenen

Nadere informatie

Kortdurend intensief verblijf

Kortdurend intensief verblijf Inhoudsopgave De Buitenwereld 4 6 Doelgroep 8 Doelgericht werken 10 Inhoudelijke randvoorwaarden 11 2 3 De Buitenwereld Als je binnen een gezin een kind mag grootbrengen met psychiatrische problematiek

Nadere informatie

Methodische en multidisciplinaire analyse probleemgedrag. CCE-Model Kwaliteitsproject in het kader van de opleiding tot AVG

Methodische en multidisciplinaire analyse probleemgedrag. CCE-Model Kwaliteitsproject in het kader van de opleiding tot AVG Methodische en multidisciplinaire analyse probleemgedrag CCE-Model Kwaliteitsproject in het kader van de opleiding tot AVG Matijn Coret, aios AVG AVG-opleiding Erasmus MC Opleiding tot arts voor verstandelijk

Nadere informatie

Hoe delen zorgorganisaties kennis?

Hoe delen zorgorganisaties kennis? Hoe delen zorgorganisaties kennis? Door de techniek en door het snel veranderende zorglandschap zijn er steeds meer mogelijkheden om kennis te halen en te delen. De mobiele telefoon maakt het vinden van

Nadere informatie

Voor informatie over Meer Mens: meermens@prismanet.nl 06-21 86 47 70. Meer info? 0800-2357747 www.prismanet.nl

Voor informatie over Meer Mens: meermens@prismanet.nl 06-21 86 47 70. Meer info? 0800-2357747 www.prismanet.nl Voor informatie over Meer Mens: meermens@prismanet.nl 06-21 86 47 70 Meer info? 0800-2357747 www.prismanet.nl Meer Mens Zorg voor kwaliteit van leven In de zorgsector wordt een breed pakket aan zorg- en

Nadere informatie

Jaarverslag calamiteiten in de patiëntenzorg 2017

Jaarverslag calamiteiten in de patiëntenzorg 2017 Jaarverslag calamiteiten in de patiëntenzorg 2017 Ondanks onze inspanningen om goede en veilige zorg te leveren, gaan er soms dingen mis in het ziekenhuis. Ernstige incidenten en calamiteiten hebben grote

Nadere informatie

Casusbeschrijving Pleyade

Casusbeschrijving Pleyade Casusbeschrijving Pleyade Bekostiging Specialist ouderengeneeskunde buiten het verpleeghuis Colofon: D. van der Velden, sr. Beleidsadviseur Pleyade November 2016 Visie Pleyade Pleyade wil de kwetsbare

Nadere informatie

Doelgroep De doelgroep voor de methode Meer Mens is onder te verdelen in drie hoofdgroepen. Dit sluit niet uit dat de methode niet van toepassing is

Doelgroep De doelgroep voor de methode Meer Mens is onder te verdelen in drie hoofdgroepen. Dit sluit niet uit dat de methode niet van toepassing is Inleiding In de zorgsector wordt een breed pakket aan zorg- en dienstverlening aangeboden aan mensen met een beperking. Hulpvragen van deze mensen variëren in aard en complexiteit. Deze vragen hebben betrekking

Nadere informatie

Betekenisvol, integraal en effectief samenwerken rond oudere inwoners

Betekenisvol, integraal en effectief samenwerken rond oudere inwoners Betekenisvol, integraal en effectief samenwerken rond oudere inwoners ROHA werkconferentie 29 november 2018 Edith de la Fuente, senior adviseur Raedelijn / projectleider ouderenzorg Hannie Olthuis, POH-ouderen/kwaliteitsmedewerker

Nadere informatie

Rapportage. Cliëntenraden en. Extra bijdragen. AWBZ-instellingen

Rapportage. Cliëntenraden en. Extra bijdragen. AWBZ-instellingen Rapportage Cliëntenraden en Extra bijdragen AWBZ-instellingen LOC Zeggenschap in zorg 20 januari 2011 1 Inleiding Aanleiding Bij LOC Zeggenschap in zorg zijn 2.200 cliëntenraden aangesloten. Voor cliëntenraden

Nadere informatie

Convenant Autismenetwerk Zuid-Holland Zuid

Convenant Autismenetwerk Zuid-Holland Zuid Structuur Uitgangspunt Autismenetwerk Zuid-Holland Zuid Convenant Autismenetwerk Zuid-Holland Zuid 2016-2018 Het Autismenetwerk Zuid-Holland Zuid is een netwerk waarbij ongeveer veertig organisaties 1

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk MNAA/djon/Regulering /

Behandeld door Telefoonnummer  adres Kenmerk MNAA/djon/Regulering / Ministerie van VWS t.a.v. drs. M.J. Van Rijn, staatssecretaris postbus 20350 2500 EJ S-GRAVENHAGE Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl

Nadere informatie

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

'Integrale zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking en problematisch middelengebruik'

'Integrale zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking en problematisch middelengebruik' 'Integrale zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking en problematisch middelengebruik' Toelichting en handreiking bij het Auditinstrument Het verbeterproject LVB & Verslaving Het Trimbos-instituut

Nadere informatie

Wet Zorg & Dwang FACTSHEET. April 2014

Wet Zorg & Dwang FACTSHEET. April 2014 Wet Zorg & Dwang Dit factsheet beschrijft het wetsvoorstel Zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (hierna afgekort als: wetsvoorstel Zorg & Dwang). In 15 vragen en antwoorden

Nadere informatie

MH ID. Richtlijnen en principes. 29 maart Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking

MH ID. Richtlijnen en principes. 29 maart Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking Richtlijnen en principes MH ID Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking 29 maart 2011 Barbara Pot, orthopedagoge/gz psychologe Meest voorkomende

Nadere informatie

Bestuurlijke afspraken Investeren in kwaliteit verpleeghuiszorg : zinvolle daginvulling en deskundig personeel.

Bestuurlijke afspraken Investeren in kwaliteit verpleeghuiszorg : zinvolle daginvulling en deskundig personeel. Bestuurlijke afspraken Investeren in kwaliteit verpleeghuiszorg : zinvolle daginvulling en deskundig personeel. Datum: Partijen: ActiZ, organisatie van zorgondernemers Zorgverzekeraars Nederland (ZN) De

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 6 juni 2019 Betreft Maatwerk in de Wlz-zorg thuis

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 6 juni 2019 Betreft Maatwerk in de Wlz-zorg thuis > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Datum

Nadere informatie

Notitie. GGZ Rivierduinen. GGZ Rivierduinen Samen kiezen voor kwaliteit Zorgvisie 2015

Notitie. GGZ Rivierduinen. GGZ Rivierduinen Samen kiezen voor kwaliteit Zorgvisie 2015 Notitie GGZ Rivierduinen GGZ Rivierduinen Zorgvisie 2015 Blad 1 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Missie... 2 3. Visie... 2 3.1. Herstel als leidend principe... 2 3.2. Passende Zorg... 3 3.3 Hoge professionele

Nadere informatie

Dialoogtafels: jeugdige, ouders en professionals in gesprek over ontvangen zorg. Congres Jeugd in Onderzoek 13 maart 2017 Alona Labun & Marike Serra

Dialoogtafels: jeugdige, ouders en professionals in gesprek over ontvangen zorg. Congres Jeugd in Onderzoek 13 maart 2017 Alona Labun & Marike Serra Dialoogtafels: jeugdige, ouders en professionals in gesprek over ontvangen zorg Congres Jeugd in Onderzoek 13 maart 2017 Alona Labun & Marike Serra 12 AWTJ s Wat? Kennisinfrastructuur waarin praktijk,

Nadere informatie

Aanpak: Interventieteam Gezinnen. Beschrijving

Aanpak: Interventieteam Gezinnen. Beschrijving Aanpak: Interventieteam Gezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: Fier

Nadere informatie

V&VN PALLIATIEVE ZORG JAARPLAN 2019

V&VN PALLIATIEVE ZORG JAARPLAN 2019 V&VN PALLIATIEVE ZORG JAARPLAN 2019 INLEIDING Dit V&VN Palliatieve zorg jaarplan 2019 is het resultaat van een periode van reflectie en onderzoek door het bestuur V&VN Palliatieve zorg. De aanleiding was

Nadere informatie

Aanpak: GRIP-aanpak. Beschrijving

Aanpak: GRIP-aanpak. Beschrijving Aanpak: GRIP-aanpak De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: Bureau Jeugdzorg

Nadere informatie

het antwoord op de Basis GGZ

het antwoord op de Basis GGZ het antwoord op de Basis GGZ mentale ondersteuning direct en dichtbij Inhoudsopgave Indigo Wat is de Basis GGZ? Verwijscriteria Wat kan Indigo mij bieden? 1. POH-GGZ 2. Generalistische Basis GGZ Mirro:

Nadere informatie

uw antwoord op de Basis GGZ

uw antwoord op de Basis GGZ uw antwoord op de Basis GGZ mentale ondersteuning direct en dichtbij 2 Inhoudsopgave Indigo Wat is de Basis GGZ? Verwijscriteria Wat kan Indigo mij bieden? 1. POH-GGZ 2. Generalistische Basis GGZ Mirro:

Nadere informatie

Oproep tot het indienen van aanvragen promotieonderzoek voor het Programma Onderzoeken in de Praktijk

Oproep tot het indienen van aanvragen promotieonderzoek voor het Programma Onderzoeken in de Praktijk Oproep tot het indienen van aanvragen promotieonderzoek voor het Programma Onderzoeken in de Praktijk Programma van het Zorgondersteuningsfonds Doel van het programma De veranderingen in de langdurige

Nadere informatie

Toelichting Kom Verder aanvraag Voor implementatie van ondersteunde zelfzorg

Toelichting Kom Verder aanvraag Voor implementatie van ondersteunde zelfzorg Toelichting Kom Verder aanvraag Voor implementatie van ondersteunde zelfzorg Sinds 2016 kunnen eerstelijns samenwerkingsverbanden via een Scan & Plan traject een aanpak ontwikkelen om hun volgende stap

Nadere informatie

Methodisch werken met zorgleefplan, ondersteuningsplan of begeleidingsplan

Methodisch werken met zorgleefplan, ondersteuningsplan of begeleidingsplan Zorgleefplan, ondersteuningsplan en begeleidingsplan Methodisch werken met zorgleefplan, ondersteuningsplan of begeleidingsplan Om goede zorg en/of ondersteuning te kunnen geven aan een cliënt is het werken

Nadere informatie

Pilot concept-richtlijn Veilige zorgrelatie

Pilot concept-richtlijn Veilige zorgrelatie Pilot concept-richtlijn Veilige zorgrelatie Informatie voor zorgorganisaties Antoinette Bolscher, Marie-Josée Smits 25 juni 2013 1. Inleiding In opdracht van VWS en in samenspraak met een klankbordgroep

Nadere informatie

Bijlage C behorende bij artikel 2 lid 3 Besluit personeel veiligheidsregio

Bijlage C behorende bij artikel 2 lid 3 Besluit personeel veiligheidsregio Bijlage C behorende bij artikel 2 lid 3 Besluit personeel veiligheidsregio Supplement f. Functie procesmanager multidisciplinair oefenen Functie zoals genoemd in artikel 2 lid 3 sub f Besluit personeel

Nadere informatie

Welkom bij GGz Breburg. Onderzoek, diagnostiek en behandeling Informatie voor cliënten

Welkom bij GGz Breburg. Onderzoek, diagnostiek en behandeling Informatie voor cliënten Welkom bij GGz Breburg Onderzoek, diagnostiek en behandeling Informatie voor cliënten 2 Inhoudsopgave 1. Aanmelding... 5 2. Onderzoek... 6 3. Hoe gaat uw behandeling verder?... 8 4. Waar kunnen familie

Nadere informatie

De VGN heeft voor de gehandicaptenzorg in de Wlz een aantal speerpunten benoemd:

De VGN heeft voor de gehandicaptenzorg in de Wlz een aantal speerpunten benoemd: Toekomst gehandicaptenzorg in de Wlz 1. Cliënten met een beperking in de Wlz Ongeveer 200.000 mensen maken gebruik van langdurige zorg en ondersteuning vanuit de gehandicaptenzorg (cijfers 2014). Het gaat

Nadere informatie

Hoofdlijnen. Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en Wet forensische zorg

Hoofdlijnen. Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en Wet forensische zorg Hoofdlijnen Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en Wet forensische zorg Presentatie voor GDDen 12 maart 2014 Margré Jongeling Sophie van Dierendonck Inhoud 1. Historie en aanleiding: waarom een

Nadere informatie

VGN Kennisbeleid

VGN Kennisbeleid VGN Kennisbeleid 2016-2018 VGN Kennisbeleid 2016-2018 VGN-publicatie: 716.248 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Waarom en hoe 5 3 Onze uitdagingen 6 3.1 Professionals in vernieuwde zorg 6 32 Voldoende goed geschoolde

Nadere informatie

PALLIATIEVE ZORG OP KOERS. De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008

PALLIATIEVE ZORG OP KOERS. De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008 PALLIATIEVE ZORG OP KOERS De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008 2 PALLIATIEVE ZORG OP KOERS De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008 Sinds het ministerie van

Nadere informatie

FACT Flevoland. Met voldoening regie voeren over je leven. Kwaliteitsonderzoek vanuit cliëntenperspectief bij GGz Centraal Flevoland.

FACT Flevoland. Met voldoening regie voeren over je leven. Kwaliteitsonderzoek vanuit cliëntenperspectief bij GGz Centraal Flevoland. FACT Flevoland Met voldoening regie voeren over je leven Verkorte versie Kwaliteitsonderzoek vanuit cliëntenperspectief bij GGz Centraal Flevoland Verkorte versie rapportage Op verzoek van de Commissie

Nadere informatie

Utrecht, februari Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Medical Zorg te Utrecht op 24 oktober 2016

Utrecht, februari Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Medical Zorg te Utrecht op 24 oktober 2016 Utrecht, februari 2017 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Medical Zorg te Utrecht op 24 oktober 2016 1 Inleiding Op 24 oktober 2016 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie)

Nadere informatie

Catharina Stichting visie op zelfsturing

Catharina Stichting visie op zelfsturing Catharina Stichting visie op zelfsturing Verhalende versie Binnen Catharina Stichting werken we steeds nadrukkelijker op basis van zelfsturing. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat we werken vanuit

Nadere informatie

Bijlage Programma van Eisen

Bijlage Programma van Eisen Bijlage Programma van Eisen Functie: Vaak is er sprake van problematiek thuis of op school met betrekking tot het gedrag van de jongere waarvan de oorzaak en dus de oplossing nog onvoldoende duidelijk

Nadere informatie

INHOUD. 1) Aandacht voor duurzame inzetbaarheid

INHOUD. 1) Aandacht voor duurzame inzetbaarheid INHOUD Augustus 2017 1) Aandacht voor duurzame inzetbaarheid pagina 1 2) Wat is duurzame inzetbaarheid? pagina 2 3) Eigen verantwoordelijkheid medewerker pagina 4 4) Urgentie duurzame inzetbaarheid groeit

Nadere informatie

Expertise Centrum. Koraal Consultatie Team

Expertise Centrum. Koraal Consultatie Team Expertise Centrum Koraal Consultatie Team 1 Snelle en tijdelijke expertise op maat bij complexe problematiek! 2 Koraal Consultatie Team Soms is de problematiek van een cliënt of leerling met (een vermoeden

Nadere informatie

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00 1 Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00 Doel Ontwikkelen, implementeren en evalueren van beleid en adviseren op één of meerdere aandachtsgebieden/beleidsterreinen ten behoeve

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018

bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018 bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018 Pagina 1 van 6 Inhoudsopgave 1. Visie op toezicht... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Visie op toezichthouden... 3 1.3 Doel

Nadere informatie

Deze vraagstelling is nader toegespitst op de volgende sub-vragen:

Deze vraagstelling is nader toegespitst op de volgende sub-vragen: Samenvatting Dit proefschrift gaat over ervaringen en leerprocessen in de ontwikkeling van de theorie en praktijk van Moreel Beraad als methode van ethiekondersteuning in de gezondheidszorg. Hoofdstuk

Nadere informatie

3. Zorgvraag/aandoening(en) waarop de kwaliteitsstandaard betrekking heeft: Gehandicaptenzorg

3. Zorgvraag/aandoening(en) waarop de kwaliteitsstandaard betrekking heeft: Gehandicaptenzorg Aanbiedingsformulier Op grond van dit aanbiedingsformulier heeft Zorginstituut Nederland getoetst of de kwaliteitsstandaard voldoet aan de criteria uit het Toetsingskader. Dit document speelt een essentiële

Nadere informatie

!7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG

!7: ZORG 'EHANDICAPTENZORG !7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG )NKOOPBELEID,ANGDURIGE :ORG +LANTVERSIE De inkoop van gehandicaptenzorg in 2015 1 Als het nodig is heb je recht op langdurige zorg. Denk aan thuiszorg, verblijf in een verpleeg-

Nadere informatie

FACT. Informatie voor verwijzers en professionals

FACT. Informatie voor verwijzers en professionals FACT Informatie voor verwijzers en professionals FACT Heeft u te maken met mensen met een lichte verstandelijk beperking, waarbij sprake is van psychiatrische problematiek en/of ernstige gedragsproblemen?

Nadere informatie

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF Inleiding De raad van toezicht van Laverhof heeft de wettelijke taak toezicht te houden op de besturing door de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken binnen Laverhof

Nadere informatie

Toetsingskader. voor zorgaanbieders waar mensen wonen die langdurige zorg nodig hebben. Utrecht, oktober 2018

Toetsingskader. voor zorgaanbieders waar mensen wonen die langdurige zorg nodig hebben. Utrecht, oktober 2018 Toetsingskader voor zorgaanbieders waar mensen wonen die langdurige zorg nodig hebben Utrecht, oktober 2018 Toetsingskader voor zorgaanbieders waar mensen wonen die langdurig zorg nodig hebben 1. Inleiding

Nadere informatie

juridisch toekomstbestendig?

juridisch toekomstbestendig? Mr.dr. Brenda Frederiks (VUmc) Vrijdag 4 november Vereniging voor Gezondheidsrecht, Utrecht Gedwongen zorg voor ouderen met dementie: juridisch toekomstbestendig? Inleiding Rechtspositie van ouderen met

Nadere informatie

De Hondsberg. Ons aanbod in vogelvlucht

De Hondsberg. Ons aanbod in vogelvlucht De Hondsberg Ons aanbod in vogelvlucht 1 Samen op eigen kracht 2 Koraal-locatie De Hondsberg in Oisterwijk biedt landelijk specialistische observatie, diagnostiek en exploratieve behandeling aan kinderen

Nadere informatie

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument Strategische Personeelsplanning Basisdocument Strategische Personeelsplanning Basisdocument SPP als pijler van hr-beleid Om als organisatie in een dynamische omgeving met veel ontwikkelingen en veranderingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 31 015 Kindermishandeling Nr. 82 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Amsterdams stedelijk F-ACT team Jeugd / Jongvolwassenen in de startblokken!

Amsterdams stedelijk F-ACT team Jeugd / Jongvolwassenen in de startblokken! Amsterdams stedelijk F-ACT team Jeugd / Jongvolwassenen in de startblokken! Ontwikkeling van 2 stedelijke F-ACT Jeugd teams waarin integrale behandeling, zorg en begeleiding geboden wordt vanuit 7 samenwerkende

Nadere informatie

Kwaliteitseisen vaak niet bekend bij nieuwe of nog onbekende zorgaanbieders

Kwaliteitseisen vaak niet bekend bij nieuwe of nog onbekende zorgaanbieders Kwaliteitseisen vaak niet bekend bij nieuwe of nog onbekende zorgaanbieders Aanleiding en doel Deze rapportage gaat over onderzoeksresultaten van ons toezicht bij 146 nieuwe of nog onbekende zorgaanbieders

Nadere informatie

Jaarverslag 2016 Team cliëntenvertrouwenspersonen

Jaarverslag 2016 Team cliëntenvertrouwenspersonen Jaarverslag 016 Team cliëntenvertrouwenspersonen 1 INLEIDING In het jaarverslag van het team cliëntenvertrouwenspersonen geven we een overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen die zich in het jaar

Nadere informatie

Zo kan het ook! Organisatie: Onbeperkt Sportief Contactpersoon: mevrouw Erna Mannen Contactpersoon 2: mevrouw Marjo Duijf Erkenningen:

Zo kan het ook! Organisatie: Onbeperkt Sportief Contactpersoon: mevrouw Erna Mannen Contactpersoon 2: mevrouw Marjo Duijf Erkenningen: Zo kan het ook! Organisatie: Onbeperkt Sportief Contactpersoon: mevrouw Erna Mannen Contactpersoon 2: mevrouw Marjo Duijf Erkenningen: Sport- en beweegaanbod Achtergrond Samenvatting Doelgroep De doelgroep

Nadere informatie

Zorgondersteuningsfonds Oproep aanvragen (research)masteropleiding - Programma Onderzoeken in de Praktijk Vastgesteld, 19 september 2016

Zorgondersteuningsfonds Oproep aanvragen (research)masteropleiding - Programma Onderzoeken in de Praktijk Vastgesteld, 19 september 2016 Oproep tot het indienen van aanvragen (research)masteropleiding voor het Programma Onderzoeken in de Praktijk Programma van het Zorgondersteuningsfonds Doel van het programma De veranderingen in de langdurige

Nadere informatie

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner Bij iedere vraag uit de veranderplanner is hier een korte toelichting gegeven. Dit kan helpen bij het invullen van de vragen van de Veranderplanner. 1.

Nadere informatie

Autisme Netwerk Zaanstreek-Waterland 25 september 2018 [1]

Autisme Netwerk Zaanstreek-Waterland 25 september 2018 [1] 1. Aanleiding Sinds 2006 is er een Convenant Autisme Zaanstreek/Waterland. Elke twee jaar wordt het convenant geëvalueerd en eventueel aangepast en opnieuw ondertekend. Met ingang van het nieuwe convenant

Nadere informatie

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving Aanpak: Bijzondere Zorg Team Namens de gemeente Deventer hebben drie netwerkpartners de vragenlijst gezamenlijk ingevuld. Dit zijn Dimence GGZ, Tactus verslavingszorg, en Iriszorg maatschappelijke opvang.

Nadere informatie

Gemeentelijke regisseurs. Regisseren en de kunst van de verleiding

Gemeentelijke regisseurs. Regisseren en de kunst van de verleiding Gemeentelijke regisseurs Regisseren en de kunst van de verleiding Van traditioneel management naar modern regisseren De gemeente heeft de regie dat gebeurt niet zomaar, en ook niet van de ene op de andere

Nadere informatie

Nieuwsbrief gezonde leefstijl - 3 e kwartaal 2018

Nieuwsbrief gezonde leefstijl - 3 e kwartaal 2018 Nieuwsbrief gezonde leefstijl - 3 e kwartaal 2018 Overzicht nieuws Agenda Kennismaking met nieuwe onderzoekers Marjolijn Wagenaar en Inge Meinen Onderzoek Rianne Steenbergen Leefstijlaanpak binnen zorgorganisaties

Nadere informatie