Publicatieblad van de Europese Unie. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Publicatieblad van de Europese Unie. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)"

Transcriptie

1 L 63/1 I (Besluiten waaran de publicatie oorwaarde is oor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 304/2003 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD an 28 januari 2003 betreffende de in- en uitoer an geaarlijke chemische stoffen (Voor de EER releante tekst) HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting an de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, lid 1, Gezien het oorstel an de Commissie ( 1 ), Gezien het adies an het Europees Economisch en Sociaal Comité ( 2 ), Gezien het adies an het Comité an de Regio's, Handelend olgens de procedure an artikel 251 an het Verdrag ( 3 ), Oerwegende hetgeen olgt: (1) Verordening (EEG) nr. 2455/92 an de Raad an 23 juli 1992 betreffende de in- en uitoer an bepaalde geaarlijke chemische stoffen ( 4 ) stelt onder meer een gemeenschappelijk systeem an kennisgeing en informatie in oor de uitoer naar derde landen an chemische stoffen die in erband met de effecten an deze stoffen op de gezondheid an de mens en het milieu, in de Gemeenschap erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn. De erordening behelst de erplichte toepassing an de internationale procedure an oorafgaande geïnformeerde toestemming, hierna PICprocedure genoemd, in het kader an de niet-bindende bepalingen an de Richtsnoeren an Londen oor de uitwisseling an informatie oer chemische stoffen in de internationale handel an het Milieuprogramma an de Verenigde Naties (UNEP), zoals gewijzigd in 1989, en de Internationale Gedragscode oor de distributie en het gebruik an bestrijdingsmiddelen, zoals gewijzigd in 1990, an de Voedsel- en Landbouworganisatie an de Verenigde Naties (FAO). ( 1 ) PB C 126 E an , blz ( 2 ) PB C 241 an , blz. 50. ( 3 ) Adies an het Europees Parlement an 24 oktober 2002 (nog niet erschenen in het Publicatieblad) en besluit an de Raad an 19 december ( 4 ) PB L 251 an , blz. 13. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 300/2002 an de Commissie (PB L 52 an , blz. 1). (2) Op 11 september 1998 heeft de Gemeenschap het Verdrag an Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot oorafgaande geïnformeerde toestemming ten aanzien an bepaalde geaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel, hierna Verdrag an Rotterdam genoemd, ondertekend. Bij die gelegenheid is teens een resolutie inzake oorlopige regelingen goedgekeurd en in de slotakte an de diplomatieke conferentie astgelegd, waarbij een op de erdragstekst gebaseerde oorlopige PIC-procedure is ingesteld. (3) De Gemeenschap zou het nodige moeten doen om uitoering te geen aan de oorschriften an het Verdrag an Rotterdam met inbegrip an de oorlopige PICprocedure, zolang het erdrag nog niet in werking is getreden zonder op enigerlei wijze het nieau an bescherming dat uit hoofde an Verordening (EEG) nr. 2455/92 aan het milieu en de beolking an inoerende landen wordt geboden, af te zwakken. (4) Met dezelfde doelstelling oor ogen is het ook noodzakelijk en passend om in sommige opzichten erder te gaan dan de bepalingen an het Verdrag an Rotterdam. Artikel 15, lid 4, an het Verdrag an Rotterdam geeft de partijen het recht maatregelen te treffen die de gezondheid an de mens en het milieu een stringentere bescherming bieden dan op grond an het Verdrag an Rotterdam ereist is, mits dergelijke maatregelen stroken met het bepaalde in het Verdrag an Rotterdam en in oereenstemming zijn met het internationaal recht. (5) Wat de deelname an de Gemeenschap aan het Verdrag an Rotterdam betreft, is het an wezenlijk belang dat er oor de contacten tussen de Gemeenschap en het secretariaat en de andere partijen bij het Verdrag an Rotterdam, alsmede met andere landen, één enkel aanspreekpunt wordt astgesteld. Dit aanspreekpunt zou de Commissie moeten zijn. (6) Exporten an geaarlijke chemische stoffen die binnen de Gemeenschap erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn, zouden aan een gezamenlijke procedure oor kennisgeing an uitoer onderworpen moeten blijen. Dientengeolge zouden oor geaarlijke chemische stoffen, als zodanig of als preparaat, die door de Gemeenschap als landbouwbestrijdingsmiddelen, bestrijdingsmiddelen oor andere toepassingen of als industriële chemische stoffen oor beroepsmatig gebruik of gebruik door het publiek erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn, soortgelijke regels oor kennisgeing an uitoer moeten gelden als

2 L 63/ die an toepassing zijn op chemische stoffen die erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn binnen één an de of beide in het Verdrag an Rotterdam bepaalde gebruikscategorieën, dat wil zeggen bestrijdingsmiddelen of industriële chemische stoffen. Boendien zouden chemische stoffen waaroor de internationale PIC-procedure moet worden geolgd, aan dezelfde regels onderworpen moeten zijn. Deze procedure oor kennisgeing an uitoer zal an toepassing zijn op uitoer an de Gemeenschap naar alle derde landen, ongeacht of zij al dan niet partij bij het Verdrag an Rotterdam zijn of aan de procedures eran deelnemen. De lidstaten moeten administratiee heffingen kunnen toepassen om de kosten in erband met deze procedure te dekken. (7) Exporteurs en importeurs dienen te worden erplicht informatie te erstrekken oer de onder deze erordening allende hoeeelheden chemische stoffen die in het internationale handelserkeer omgaan, zodat de hierin neergelegde regelingen kunnen worden geolgd en op hun effect en doeltreffendheid kunnen worden beoordeeld. (8) Kennisgeingen aan het erdragssecretariaat an communautaire regelgeing an de Gemeenschap of an een lidstaat waarbij chemische stoffen worden erboden of aan strenge beperkingen worden onderworpen, met het oogmerk deze in de internationale PICprocedure op te nemen, moeten door de Commissie worden ingediend en dienen betrekking te hebben op die geallen welke beantwoorden aan de dienaangaande in het Verdrag an Rotterdam neergelegde criteria. Waar nodig dient aanullende informatie tot staing an dergelijke kennisgeingen te worden ingewonnen. (9) In geallen waarin regelgeing an de Gemeenschap of an een lidstaat niet oor kennisgeing in aanmerking komt omdat deze niet aan de criteria beantwoordt, dienen in het belang an een uitwisseling an informatie toch gegeens oer de regelgeingsmaatregelen aan het erdragssecretariaat en de andere partijen bij het Verdrag an Rotterdam te worden meegedeeld. (10) Voorts is het noodzakelijk eroor te zorgen dat de Gemeenschap besluiten neemt ten aanzien an de inoer in de Gemeenschap an chemische stoffen die aan de internationale PIC-procedure zijn onderworpen. Deze besluiten zouden gebaseerd moeten zijn op toepasselijke communautaire wetgeing en daarbij dient rekening gehouden te worden met erboden of strenge beperkingen an de lidstaten. Waar zulks gewettigd is, dienen wijzigingen an het Gemeenschapsrecht te worden oorbereid. (11) Er zijn regelingen nodig om te erzekeren dat de lidstaten en de exporteurs zich bewust zijn an de besluiten an importerende landen met betrekking tot chemische stoffen die aan de internationale PIC-procedure zijn onderworpen en dat de exporteurs zich aan deze besluiten houden. Om te ermijden dat toch ongewenste exporten plaatsinden, bijoorbeeld doordat dergelijke inoerbesluiten an de inoerende landen of reacties op kennisgeingen an uitoer achterwege blijen, zouden chemische stoffen die binnen de Gemeenschap erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn en aan de erdragscriteria beantwoorden of onder de internationale PIC-procedure allen, niet mogen worden uitgeoerd zonder de uitdrukkelijke instemming an het betrokken land an inoer, ongeacht of dit al dan niet partij bij het Verdrag an Rotterdam is. (12) Het is teens an belang dat alle uitgeoerde chemische stoffen een geschikte gebruiksduur hebben, zodat zij doeltreffend en eilig kunnen worden gebruikt. Met name in het geal an bestrijdingsmiddelen, en ooral die welke naar ontwikkelingslanden worden uitgeoerd, is het absoluut noodzakelijk dat informatie oer de juiste opslagoorwaarden wordt erschaft en dat de gebruikte erpakkingen an zodanige aard en afmetingen zijn dat de orming an erouderende oorraden wordt oorkomen. (13) Artikelen die chemische stoffen beatten, allen niet binnen de werkingssfeer an het Verdrag an Rotterdam. Niettemin moet het juist worden geacht dat op artikelen die chemische stoffen beatten welke bij gebruik of erwijdering kunnen rijkomen en welke binnen de Gemeenschap in één of meer an de in het Verdrag an Rotterdam bepaalde gebruikscategorieën erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn, dan wel onderworpen zijn aan de internationale PIC-procedure, teens de regels inzake kennisgeing an uitoer an toepassing zijn. Voorts zouden bepaalde chemische stoffen en artikelen die specifieke chemische stoffen beatten welke buiten de werkingssfeer an het Verdrag an Rotterdam allen, maar reden geen tot bijzondere bezorgdheid, in het geheel niet mogen worden uitgeoerd. Besluiten oer de raag welke chemische stoffen aan een dermate strenge controle moeten worden onderworpen, dienen door de Raad met gekwalificeerde meerderheid te worden genomen. (14) In oereenstemming met het Verdrag an Rotterdam dient desgewenst aan partijen bij het Verdrag an Rotterdam informatie te worden erstrekt oer de dooroer an chemische stoffen die aan de internationale PIC-procedure zijn onderworpen. (15) De communautaire oorschriften inzake het erpakken en kenmerken, alsook andere eiligheidsinformatie dienen an toepassing te zijn op alle geaarlijke chemische stoffen bij oorgenomen uitoer naar partijen landen, tenzij deze bepalingen, met inachtneming an de desbetreffende internationale normen, met eentuele specifieke ereisten an die landen in strijd zouden zijn. (16) Teneinde een effectiee controle op en handhaing an de oorschriften te waarborgen, dienen de lidstaten autoriteiten, zoals douaneautoriteiten, aan te wijzen die tot taak hebben om de in- en uitoer an chemische stoffen die onder de erordening allen te controleren. De Commissie en de lidstaten dienen een belangrijke rol te spelen en zouden op doelgerichte en gecoördineerde wijze te werk moeten gaan. De lidstaten dienen passende sancties oor inbreuken op de oorschriften in te stellen.

3 L 63/3 (17) Ter wille an een erantwoord beheer an chemische stoffen dienen informatie-uitwisseling, gezamenlijke erantwoordelijkheid en samenwerking tussen de Gemeenschap, de lidstaten en derde landen te worden aangemoedigd, ongeacht of die derde landen al dan niet partij bij het Verdrag an Rotterdam zijn. In het bijzonder dienen de Commissie en de lidstaten direct, dan wel indirect ia steun oor projecten an niet-gouernementele organisaties (NGO's) technische bijstand aan ontwikkelingslanden en landen met een oergangseconomie te erlenen, en ooral steun die erop is gericht die landen in staat te stellen uitoering te geen aan het Verdrag an Rotterdam. (18) Om de effectiiteit an de procedures te garanderen, dient er geregeld toezicht te zijn op de uitoering eran. Daartoe dienen de lidstaten regelmatig erslag uit te brengen aan de Commissie, die op haar beurt regelmatig erslag zal uitbrengen aan het Europees Parlement en de Raad. (19) De oor de uitoering an deze erordening ereiste maatregelen dienen te worden astgesteld oereenkomstig Besluit 1999/468/EG an de Raad an 28 juni 1999 tot aststelling an de oorwaarden oor de uitoefening an de aan de Commissie erleende uitoeringsbeoegdheden ( 1 ). (20) In het licht an het boenstaande dient Verordening (EEG) nr. 2455/92 te worden ingetrokken en erangen, HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Doelstellingen 1. Deze erordening heeft tot doel: a) uitoering te geen aan het Verdrag an Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot oorafgaande geïnformeerde toestemming ten aanzien an bepaalde geaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel; b) gedeelde erantwoordelijkheid en gezamenlijke inspanningen bij de internationale actiiteiten met geaarlijke chemische stoffen te beorderen ter bescherming an de gezondheid an de mens en het milieu tegen mogelijke schade, en c) bij te dragen aan een milieuerantwoord gebruik an deze stoffen. Deze doelstellingen worden erwezenlijkt door de uitwisseling an informatie oer de kenmerken an deze chemische stoffen te ergemakkelijken, door een besluitormingsproces binnen ( 1 ) PB L 184 an , blz. 23. de Gemeenschap oor de in- en uitoer ast te stellen en door de genomen beslissingen onder de partijen landen te erspreiden. 2. Deze erordening heeft teens tot doel eroor te zorgen dat de bepalingen ten aanzien an oor mens en milieu geaarlijke chemische stoffen in Richtlijn 67/548/EEG an de Raad an 27 juni 1967 betreffende de aanpassing an de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de erpakking en het kenmerken an geaarlijke stoffen ( 2 ) en Richtlijn 1999/45/EG an het Europees Parlement en de Raad an 31 mei 1999 betreffende de onderlinge aanpassing an de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen an de lidstaten inzake de indeling, de erpakking en het kenmerken an geaarlijke preparaten ( 3 ) oor mens of milieu wanneer zij in de Gemeenschap op de markt worden gebracht, ook gelden wanneer zij anuit de lidstaten naar andere partijen of andere landen worden uitgeoerd, tenzij deze bepalingen strijdig zijn met specifieke oorschriften an die partijen of andere landen. Artikel 2 Werkingssfeer 1. Deze erordening is an toepassing op: a) bepaalde geaarlijke chemische stoffen die zijn onderworpen aan de procedure an oorafgaande geïnformeerde toestemming (PIC-procedure) uit hoofde an het Verdrag an Rotterdam; b) bepaalde geaarlijke chemische stoffen die binnen de Gemeenschap of een lidstaat erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn, en c) alle chemische stoffen bij uitoer, oorzoer het de indeling, de erpakking en het kenmerken eran betreft. 2. Deze erordening is niet an toepassing op: a) erdoende middelen en psychotrope stoffen die allen onder Verordening (EEG) nr. 3677/90 an de Raad an 13 december 1990 houdende maatregelen om te oorkomen dat bepaalde stoffen worden misbruikt oor de illegale eraardiging an erdoende middelen en psychotrope stoffen ( 4 ); b) radioactief materiaal en radioactiee stoffen die allen onder Richtlijn 96/29/Euratom an de Raad an 13 mei ( 2 ) PB 196 an , blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2001/59/EG an de Commissie (PB L 225 an , blz. 1). ( 3 ) PB L 200 an , blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd door Richtlijn 2001/60/EG an de Commissie (PB L 226 an , blz. 5). ( 4 ) PB L 357 an , blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1232/2002 an de Commissie (PB L 180 an , blz. 5).

4 L 63/ tot aststelling an de basisnormen oor de bescherming an de gezondheid der beolking en der werkers tegen de aan ioniserende straling erbonden gearen ( 1 ); c) afalstoffen die allen onder Richtlijn 75/442/EEG an de Raad an 15 juli 1975 betreffende afalstoffen ( 2 ) en Richtlijn 91/689/EEG an de Raad an 12 december 1991 betreffende geaarlijke afalstoffen ( 3 ); d) chemische wapens die allen onder Verordening (EG) nr. 1334/2000 an de Raad an 22 juni 2000 tot instelling an een communautaire regeling oor controle op de uitoer an producten en technologie oor tweeërlei gebruik ( 4 ); e) leensmiddelen en additieen die allen onder Richtlijn 89/397/EEG an de Raad an 14 juni 1989 inzake de officiële controle op leensmiddelen ( 5 ); f) dieroeders die allen onder Verordening (EG) nr. 178/2002 an het Europees Parlement en de Raad an 28 januari 2002 tot aststelling an de algemene beginselen en oorschriften an de leensmiddelenwetgeing, tot oprichting an een Europese Autoriteit oor oedseleiligheid en tot aststelling an procedures oor oedseleiligheidsaangelegenheden ( 6 ), met inbegrip an additieen, hetzij erwerkt, gedeeltelijk erwerkt of onerwerkt, die bestemd zijn oor gebruik als orale oeding oor dieren; g) genetisch gemodificeerde organismen die allen onder Richtlijn 2001/18/EG an het Europees Parlement en de Raad an 12 maart 2001 inzake de doelbewuste introductie an genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en tot intrekking an Richtlijn 90/220/EEG an de Raad ( 7 ); h) behale oorzoer daarop artikel 3, punt 4, onder b), an toepassing is, farmaceutische specialiteiten of geneesmiddelen oor diergeneeskundig gebruik die allen onder Richtlijn 2001/83/EG an het Europees Parlement en de Raad an 6 noember 2001 tot aststelling an een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen oor menselijk gebruik ( 8 ) en Richtlijn 2001/82/EG an het Europees Parlement en de Raad an 6 noember 2001 tot aststelling an een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen oor diergeneeskundig gebruik ( 9 ); ( 1 ) PB L 159 an , blz. 1. ( 2 ) PB L 194 an , blz. 39. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 96/350/EG an de Commissie (PB L 135 an , blz. 32). ( 3 ) PB L 377 an , blz. 20. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 94/31/EG an de Raad (PB L 168 an , blz. 28). ( 4 ) PB L 159 an , blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 880/2002 an de Raad (PB L 139 an , blz. 7). ( 5 ) PB L 186 an , blz. 23. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 93/99/EEG an de Raad (PB L 290 an , blz. 14). ( 6 ) PB L 31 an , blz. 1. ( 7 ) PB L 106 an , blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/811/EG an de Raad (PB L 280 an , blz. 27). ( 8 ) PB L 311 an , blz. 67. ( 9 ) PB L 311 an , blz. 1. i) chemische stoffen in zodanig geringe hoeeelheden dat het onwaarschijnlijk is dat de gezondheid an de mens en het milieu daardoor nadelig worden beïnloed, en in elk geal niet meer dan 10 kg, mits deze oor onderzoek of analyse worden ingeoerd. Artikel 3 Definities Voor de toepassing an deze erordening wordt erstaan onder: 1. chemische stof : een stof zoals gedefinieerd in Richtlijn 67/548/EEG, eraardigd of uit de natuur gewonnen, als zodanig of in een preparaat of als preparaat, waarin geen leende organismen zijn erwerkt. Daarbij zijn twee categorieën te onderscheiden: bestrijdingsmiddelen, met inbegrip an zeer geaarlijke bestrijdingsmiddelformuleringen, en industriële chemische stoffen; 2. preparaat : een mengsel of een oplossing, bestaande uit twee of meer stoffen indien wegens de aanwezigheid an een an deze stoffen oor dat preparaat zoals gedefinieerd in Richtlijn 1999/45/EG, krachtens de communautaire wetgeing een erplichting tot kenmerken bestaat; 3. artikel : een eindproduct dat een chemische stof beat waaran het gebruik krachtens de communautaire wetgeing in dat speciale product erboden of aan strenge beperkingen onderworpen is; 4. bestrijdingsmiddelen : chemische stoffen in een an de twee olgende subcategorieën: a) gewasbeschermingsmiddelen die allen onder Richtlijn 91/414/EEG an de Raad an 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen an gewasbeschermingsmiddelen ( 10 ); b) oerige bestrijdingsmiddelen, zoals biociden in de zin an Richtlijn 98/8/EG an het Europees Parlement en de Raad an 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen an biociden ( 11 ) en desinfecterende middelen, insecticiden en parasietenbestrijdingsmiddelen uit hoofde an Richtlijn 2001/82/EG en Richtlijn 2001/83/EG; 5. industriële chemische stoffen : chemische stoffen in een an de twee olgende subcategorieën: a) chemische stoffen oor beroepsmatig gebruik, b) chemische stoffen oor gebruik door het publiek; ( 10 ) PB L 230 an , blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/81/EG an de Commissie (PB L 276 an , blz. 28). ( 11 ) PB L 123 an , blz. 1.

5 L 63/5 6. aan kennisgeing an uitoer onderworpen chemische stof : een chemische stof die in één of meer categorieën of subcategorieën binnen de Gemeenschap erboden of aan strenge beperkingen onderworpen is en elke aan de PIC-procedure onderworpen chemische stof, opgenomen in bijlage I, deel 1; 7. oor PIC-kennisgeing in aanmerking komende chemische stof : een chemische stof die in één of meer categorieën binnen de Gemeenschap of een lidstaat erboden of aan strenge beperkingen onderworpen is; chemische stoffen die in één of meer categorieën in de Gemeenschap erboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn, zijn in bijlage I, deel 2, opgenomen; 8. aan de PIC-procedure onderworpen chemische stof : chemische stof die in bijlage III bij het Verdrag an Rotterdam is opgenomen of, óór de inwerkingtreding daaran, onder de oorlopige PIC-procedure alt; deze chemische stoffen zijn in bijlage I, deel 3, bij deze erordening opgenomen; 9. erboden chemische stof : a) een chemische stof waaran ter bescherming an de gezondheid an de mens of het milieu alle toepassingen in één of meer categorieën of subcategorieën op grond an definitiee regelgeing door de Gemeenschap zijn erboden, of b) een chemische stof waaroor de aanraag oor toelating oor het eerste gebruik is afgewezen, die door de industrie in de Gemeenschap uit de handel is genomen of waaroor de aanraag in de loop an de kennisgeings-, registratie- of toelatingsprocedure is ingetrokken en waaran kan worden aangetoond dat hij reden tot bezorgdheid oor de gezondheid an de mens of het milieu geeft; 10. aan strenge beperkingen onderworpen chemische stof : a) een chemische stof waaran ter bescherming an de gezondheid an de mens of het milieu nagenoeg alle toepassingen in één of meer categorieën of subcategorieën op grond an definitiee regelgeing zijn erboden, maar waaran bepaalde specifieke toepassingen nog zijn toegestaan, of b) een chemische stof waaroor de aanraag oor toelating oor nagenoeg alle toepassingen is afgewezen, die door de industrie oor nagenoeg alle toepassingen in de Gemeenschap uit de handel is genomen of waaroor de aanraag in de loop an de kennisgeings-, registratie- of toelatingsprocedure oor nagenoeg alle toepassingen is ingetrokken en waaran kan worden aangetoond dat hij reden tot bezorgdheid oor de gezondheid an de mens of het milieu geeft; 11. chemische stof die in een lidstaat erboden of aan strenge beperkingen onderworpen is : elke chemische stof die ingeolge nationale regelgeing an een lidstaat erboden of aan strenge beperkingen onderworpen is; 12. definitiee regelgeing : een wetgeingsbesluit dat tot doel heeft een chemische stof te erbieden of aan strenge beperkingen te onderwerpen; 13. Verdrag an Rotterdam : het Verdrag an Rotterdam an 10 september 1998 inzake de procedure met betrekking tot oorafgaande geïnformeerde toestemming ten aanzien an bepaalde geaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel; 14. PIC-procedure : procedure an oorafgaande geïnformeerde toestemming zoals astgesteld in het Verdrag an Rotterdam; 15. zeer geaarlijke bestrijdingsmiddelformulering : een oor gebruik als bestrijdingsmiddel geformuleerde chemische stof die ernstige geolgen oor de gezondheid of het milieu heeft, die, na eenmalige of herhaalde blootstelling bij gebruik, op korte termijn kunnen worden geconstateerd; 16. uitoer : a) de definitiee of tijdelijke uitoer an een chemische stof die aan de oorwaarden an artikel 23, lid 2, an het erdrag oldoet, b) de wederuitoer an een chemische stof die niet aan de onder a) bedoelde oorwaarden oldoet en die onder e douaneregeling dan die oor transitoeroer is geplaatst; 17. inoer : het binnen het douanegebied an de Gemeenschap brengen an een chemische stof die onder een andere douaneregeling dan die oor het transitoeroer is geplaatst; 18. exporteur : elke natuurlijke of rechtspersoon namens wie een aangifte ten uitoer wordt gedaan, dat wil zeggen de persoon die op het tijdstip an de aangifte houder is an de oereenkomst met de geconsigneerde in een land dat partij is, of in een ander land en de beoegdheid heeft om te beslissen oer erzending an de chemische stof uit het douanegebied an de Gemeenschap. Indien er geen uitoeroereenkomst is gesloten of indien de houder an de oereenkomst niet in eigen naam handelt, is de beoegdheid om te beslissen oer erzending an de chemische stof uit het douanegebied an de Gemeenschap doorslaggeend; 19. importeur : elke natuurlijke of rechtspersoon die op het tijdstip an inoer naar het douanegebied an de Gemeenschap de geconsigneerde oor de chemische stof is; 20. partij bij het Verdrag an Rotterdam : een staat of een regionale organisatie oor economische integratie die ermee heeft ingestemd door het Verdrag an Rotterdam te worden gebonden en waaroor het Verdrag an Rotterdam in werking is getreden;

6 L 63/ partij : a) partij bij het Verdrag an Rotterdam; b) een land dat het Verdrag an Rotterdam niet heeft bekrachtigd, maar wel aan de PIC-procedure deelneemt gedurende een door de Conferentie an de partijen ast te stellen periode; c) óór de inwerkingtreding an het Verdrag an Rotterdam, elk land dat deelneemt aan de oorlopige PICprocedure die is astgesteld krachtens de resolutie inzake oorlopige regelingen die op 11 september 1998 te Rotterdam is aangenomen; 22. ander land : elk land dat geen partij is zoals gedefinieerd in punt 21; 23. Conferentie an de partijen : het in artikel 18 an het Verdrag an Rotterdam bedoelde orgaan dat bepaalde taken erult die aan de uitoering an het Verdrag an Rotterdam zijn erbonden; 24. Commissie ter beoordeling an chemische stoffen : het ondersteunende orgaan dat krachtens artikel 18, lid 6, an het Verdrag an Rotterdam door de Conferentie an de partijen is ingesteld of, óór de inwerkingtreding daaran, de oorlopige Commissie ter beoordeling an chemische stoffen die krachtens de resolutie inzake oorlopige regelingen is ingesteld; 25. secretariaat : het secretariaat an het Verdrag an Rotterdam of, óór de inwerkingtreding daaran, het oorlopige secretariaat dat krachtens de resolutie inzake oorlopige regelingen is ingesteld; 26. leidraad oor besluiten : het door de Commissie ter beoordeling an chemische stoffen opgestelde technische document oor chemische stoffen die aan de PIC-procedure zijn onderworpen. Artikel 4 Aangewezen nationale instanties Elke lidstaat wijst de instantie of instanties aan, hierna de aangewezen nationale instantie of aangewezen nationale instanties genoemd, die de bij deze erordening ereiste administratiee taken zullen erullen. De lidstaat stelt de Commissie uiterlijk drie maanden na de inwerkingtreding an de erordening an die aanwijzing in kennis. Artikel 5 Deelneming an de Gemeenschap aan het Verdrag an Rotterdam De deelneming an de Gemeenschap aan het erdrag is een gedeelde erantwoordelijkheid an de Commissie en de lidstaten, met name oor technische bijstand, de uitwisseling an informatie en aangelegenheden in erband met de regeling an geschillen, deelneming in ondersteunende organen, en stemmingen. Voor wat de deelneming an de Gemeenschap aan het erdrag betreft, treedt de Commissie oor de administratiee functies an het Verdrag an Rotterdam in erband met de PIC-procedure en de kennisgeing an uitoer op als gemeenschappelijk aangewezen autoriteit namens alle aangewezen nationale instanties en in nauwe samenwerking en oerleg met de aangewezen instanties an de lidstaten. In het bijzonder is zij erantwoordelijk oor de doorzending an communautaire kennisgeingen an uitoer aan partijen landen oereenkomstig artikel 7, de oorlegging aan het secretariaat an kennisgeingen an de releante definitiee regelgeingsmaatregelen oereenkomstig artikel 10, de toezending an informatie oer andere regelgeende maatregelen die niet in aanmerking komen oor PIC-kennisgeing oereenkomstig artikel 11, alsmede oor de ontangst an algemene informatie an het secretariaat. Teens erstrekt de Commissie aan het secretariaat communautaire antwoorden inzake de inoer oor chemische stoffen die ingeolge artikel 12 onder de PICprocedure allen. Boendien coördineert de Commissie de inbreng an de Gemeenschap op het gebied an alle technische zaken die erband houden met het Verdrag an Rotterdam, de oorbereiding an de Conferentie an de partijen, de Commissie ter beoordeling an chemische stoffen ondersteunende organen. Waar nodig wordt een netwerk an rapporteurs an de lidstaten in het leen geroepen die de oorbereiding an technische documenten zoals de leidraden oor besluiten op zich nemen. De Commissie en de lidstaten ontplooien de nodige initiatieen om te waarborgen dat de Gemeenschap afdoende wordt ertegenwoordigd in de erschillende organen ter uitoering an het Verdrag an Rotterdam. Artikel 6 Aan kennisgeing an uitoer onderworpen chemische stoffen, oor PIC-kennisgeing in aanmerking komende chemische stoffen en aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen 1. De chemische stoffen die allen onder de bepalingen an deze erordening met betrekking tot respectieelijk kennisgeing an uitoer, PIC-kennisgeing en de PIC-procedure, worden ermeld in bijlage I. 2. De in bijlage I ermelde chemische stoffen kunnen in één of meer an de drie groepen chemische stoffen zijn ingedeeld welke zijn opgenomen in respectieelijk deel 1, 2 en 3 an die bijlage. De in deel 1 opgenomen chemische stoffen zijn onderworpen aan kennisgeing an uitoer, zoals astgesteld in artikel 7, met gedetailleerde informatie oer de identiteit an de stof, de aan beperkingen onderworpen gebruikscategorie en/of -subcategorie, het type beperking en, indien an toepassing, aanullende informatie oer met name ontheffingen an de ereisten oor kennisgeing an uitoer. De in deel 2 opgenomen chemische stoffen zijn niet alleen onderworpen aan de procedure oor kennisgeing an uitoer

7 L 63/7 uit hoofde an artikel 7, maar komen ook in aanmerking oor de procedure oor PIC-kennisgeing, zoals astgesteld in artikel 10, met gedetailleerde informatie oer de identiteit an de stof en de gebruikscategorie. De in deel 3 opgenomen chemische stoffen zijn onderworpen aan de PIC-procedure, met de gebruikscategorie en indien an toepassing aanullende informatie oer met name ereisten oor de kennisgeing an uitoer. 3. De lijsten worden ia elektronische media ter beschikking an het publiek gesteld. Artikel 7 Aan partijen landen toegezonden kennisgeingen an uitoer 1. Wanneer een in bijlage I, deel 1, opgenomen chemische stof oor het eerst na de datum waarop deze erordening erop an toepassing wordt, door een exporteur uit de Gemeenschap naar een partij of ander land moet worden uitgeoerd, stelt de exporteur de aangewezen nationale instantie an de lidstaat waarin hij is geestigd, uiterlijk 30 dagen oordat de uitoer an de chemische stof zou moeten plaatsinden, an die uitoer in kennis. Verolgens stelt de exporteur de aangewezen nationale instantie uiterlijk 15 dagen oordat de uitoer an de chemische stof plaatsindt, in kennis an de eerste uitoer an de chemische stof in elk kalenderjaar. De kennisgeing moet oldoen aan de oorschriften an bijlage III. De aangewezen nationale instantie controleert of de informatie oereenstemt met bijlage III en zendt de an de exporteur ontangen kennisgeing onerwijld door aan de Commissie. De Commissie neemt de nodige maatregelen om eroor te zorgen dat aan de betrokken instanties an de inoerende partij of het inoerende andere land ten minste 15 dagen óór de eerste uitoer kennis wordt gegeen an de eerste oorgenomen uitoer an de chemische stof en daarna óór de eerste uitoer an de chemische stof in elk hierop olgend kalenderjaar. Deze bepaling is an toepassing ongeacht het erwachte gebruik an de chemische stof door de inoerende partij of het inoerende andere land. Elke kennisgeing an uitoer wordt in een databank an de Commissie geregistreerd en een bijgewerkte lijst an de betrokken chemische stoffen en de inoerende partijen en inoerende andere landen oor elk kalenderjaar wordt ter beschikking an het publiek gesteld en indien nodig aan de aangewezen nationale instanties an de lidstaten toegezonden. 2. Indien de Commissie niet binnen 30 dagen na erzending an de eerste kennisgeing an uitoer na opneming an de betrokken chemische stof in bijlage I, deel 1, een ontangstbeestiging an de inoerende partij of het inoerende andere land heeft ontangen, zendt zij een tweede kennisgeing. De Commissie doet wat redelijkerwijs an haar kan worden erwacht om eroor te zorgen dat de betrokken instantie an de inoerende partij of het inoerende andere land de tweede kennisgeing ontangt. 3. Een nieuwe kennisgeing an uitoer oereenkomstig lid 1 wordt gedaan oor uitoer die plaatsindt nadat de communautaire wetgeing betreffende het in de handel brengen, het gebruik of het kenmerken an de betrokken stoffen is gewijzigd of wanneer de samenstelling an het betrokken preparaat is eranderd zodat het kenmerken an dat preparaat een wijziging ondergaat. De nieuwe kennisgeing moet oldoen aan de oorschriften an bijlage III en een ermelding beatten dat het gaat om een herziening an een eerdere kennisgeing. 4. Wanneer de uitoer an een chemische stof geschiedt in erband met een noodsituatie waarin uitstel geaarlijk kan zijn oor de olksgezondheid of het milieu op het grondgebied an de inoerende partij of het inoerende andere land, kan de aangewezen nationale instantie an de uitoerende lidstaat, in oerleg met de Commissie, rijelijk beslissen een gehele of gedeeltelijke ontheffing an boenbedoelde bepalingen te erlenen. 5. De in de leden 1, 2 en 3 omschreen erplichtingen komen te erallen wanneer: a) de chemische stof een aan de PIC-procedure onderworpen chemische stof is geworden, en b) het inoerende land partij bij het Verdrag an Rotterdam is en het secretariaat oereenkomstig artikel 10, lid 2, an het Verdrag an Rotterdam heeft meegedeeld of het de inoer an de chemische stof al dan niet toestaat, en c) de Commissie deze informatie an het secretariaat heeft ontangen en naar de lidstaten heeft doorgezonden. Zulks geldt niet wanneer het inoerende land partij bij het Verdrag an Rotterdam is en expliciet continuering an de kennisgeing an uitoer door uitoerende partijen ereist, bijoorbeeld door middel an zijn besluit oer de inoer of anderszins. De in de leden 1, 2 en 3 omschreen erplichtingen komen teens te erallen wanneer: i) de betrokken instantie an de inoerende partij of het inoerende andere land heeft afgezien an de erplichting om óór de uitoer an de chemische stof daaran in kennis te worden gesteld, en ii) de Commissie de informatie an het secretariaat of an de betrokken instantie an de inoerende partij of het inoerende andere land heeft ontangen, heeft doorgezonden naar de lidstaten en ter beschikking heeft gesteld ia het internet. 6. De Commissie, de betrokken aangewezen nationale instanties an de lidstaten en de exporteurs erstrekken de inoerende partijen of het inoerende andere land op erzoek beschikbare aanullende informatie oer de uitgeoerde chemische stoffen.

8 L 63/ De lidstaten kunnen regelingen inoeren die de exporteur erplichten tot het betalen an een administratiee heffing oor elke ingediende kennisgeing an uitoer, welke in oereenstemming is met de kosten die zij maken bij de uitoering an de uit dit artikel oortloeiende procedures. 3. Elke lidstaat erstrekt de Commissie elk jaar de geaggregeerde informatie oereenkomstig bijlage IV. De Commissie at deze informatie op communautair nieau samen en stelt de niet-ertrouwelijke informatie ia haar databank op het internet ter beschikking aan het publiek. Artikel 8 Van de partijen en an andere landen ontangen kennisgeingen an uitoer 1. Door de Commissie ontangen kennisgeingen an de aangewezen nationale instantie an een partij of een ander land betreffende de uitoer naar de Gemeenschap an een chemische stof waaran de eraardiging, de toepassing, de hantering, het erbruik, het eroer en/of de erkoop krachtens de wetgeing an die partij of an een ander land erboden dan wel aan strenge oorschriften onderworpen zijn, worden ia de databank an de Commissie en ia elektronische media beschikbaar gesteld. De Commissie beestigt de ontangst an de eerste kennisgeing an uitoer welke an iedere partij of an een ander land oor elke chemische stof is ontangen. De aangewezen nationale instantie an de lidstaat waaroor die import bestemd is, ontangt een afschrift an een ontangen kennisgeing met alle beschikbare informatie. De andere lidstaten kunnen desgeraagd kopieën ontangen. Artikel 10 Deelneming aan de kennisgeing an erboden of aan strenge beperkingen onderworpen chemische stoffen uit hoofde an het Verdrag an Rotterdam 1. De Commissie stelt het secretariaat schriftelijk in kennis an chemische stoffen die oor PIC-kennisgeing in aanmerking komen, tenzij dit óór de inwerkingtreding an deze erordening reeds is geschied. 2. Naarmate meer chemische stoffen oor PIC-kennisgeing in aanmerking komen en aan bijlage I, deel 2, worden toegeoegd, stelt de Commissie het secretariaat hieran in kennis. De kennisgeing wordt zo spoedig mogelijk na de aststelling an de desbetreffende definitiee regelgeing an de Gemeenschap waarbij de chemische stof wordt erboden of aan strenge beperkingen onderworpen, ingediend en wel uiterlijk 90 dagen na de datum waarop de definitiee regelgeing an toepassing moet worden. De kennisgeing beat alle oereenkomstig bijlage II ereiste releante informatie. 2. Indien de aangewezen nationale instanties an de lidstaten direct of indirect kennisgeingen an uitoer an de aangewezen nationale instanties an de partijen of releante autoriteiten an de andere landen ontangen, doen zij deze kennisgeingen, met alle beschikbare informatie, onerwijld aan de Commissie toekomen. Artikel 9 Informatie betreffende de handel in chemische stoffen 1. Elke exporteur an een in bijlage I opgenomen chemische stof stelt de aangewezen nationale instantie an de lidstaat waarin hij is geestigd, in het eerste kwartaal an elk jaar in kennis an de hoeeelheid an de chemische stof (als zodanig of als preparaat) die in het oorgaande jaar naar elke inoerende partij of elk inoerend ander land is eroerd. Deze informatie gaat ergezeld an een lijst an de namen en adressen an de importeurs waarheen eroer in die tijdsperiode heeft plaatsgeonden. Elke importeur binnen de Gemeenschap erschaft dezelfde informatie oor de in de Gemeenschap ingeoerde hoeeelheden. 2. Op erzoek an de Commissie of de aangewezen nationale instantie erstrekt de exporteur of de importeur alle aanullende informatie oer chemische stoffen die nodig is ter uitoering an deze erordening. 3. Bij het aststellen an de prioriteiten oor de kennisgeingen houdt de Commissie rekening met de raag of de chemische stof al dan niet reeds in bijlage I, deel 3, is opgenomen, met de raag in hoeerre aan de in bijlage II ermelde informatieereisten kan worden oldaan, alsmede met de ernst an de aan de chemische stof erbonden risico's, ooral oor ontwikkelingslanden. Wanneer een chemische stof oor PIC-kennisgeing in aanmerking komt, maar de informatie niet toereikend is om aan de ereisten an bijlage II te oldoen, erstrekken geïdentificeerde exporteurs en/of importeurs op erzoek an de Commissie alle beschikbare releante informatie, met inbegrip an die an andere nationale of internationale regelingen oor toezicht op chemische stoffen. 4. De Commissie brengt het secretariaat schriftelijk op de hoogte wanneer een krachtens lid 1 of lid 2 aangemelde definitiee regelgeing wordt gewijzigd, en wel zo spoedig mogelijk na de aststelling an de nieuwe definitiee regelgeing en uiterlijk 60 dagen na de datum waarop deze regelgeing in werking moet treden. De kennisgeing beat alle releante informatie die niet beschikbaar was op het moment dat de oorspronkelijke kennisgeing krachtens lid 1 of lid 2 werd ingediend. 5. Op erzoek an een partij of an het secretariaat erschaft de Commissie, oorzoer dat in haar ermogen ligt, aanullende informatie oer de chemische stof of oer de regelge-

9 L 63/9 ing. Waar nodig assisteren de lidstaten de Commissie op haar erzoek bij het inwinnen an de informatie. 6. De Commissie zendt de informatie die zij an het secretariaat ontangt oer chemische stoffen die andere partijen als erboden of aan strenge beperkingen onderworpen hebben aangemeld, onmiddellijk door aan de lidstaten. De Commissie beoordeelt, in nauwe samenwerking met de lidstaten, de noodzaak om op communautair nieau maatregelen oor te stellen om onaanaardbare risico's oor de gezondheid an de mens en het milieu binnen de Gemeenschap te oorkomen. 7. In geallen waarin een lidstaat in oereenstemming met de releante communautaire wetgeing een nationale regelgeende maatregel neemt om een chemische stof te erbieden of aan strenge beperkingen te onderwerpen, erstrekt deze de Commissie de releante informatie terzake. De Commissie stelt deze informatie beschikbaar aan de lidstaten. Binnen ier weken kunnen de lidstaten aan de Commissie en de lidstaat die een nationale regelgeende maatregel heeft oorgelegd, hun commentaar inzake een mogelijke PIC-kennisgeing toezenden, met inbegrip an met name releante informatie oer hun nationale wetgeingssituatie inzake die chemische stof. Na behandeling an de commentaren deelt de indienende lidstaat de Commissie mee of laatstgenoemde: kennisgeing dient te doen aan het secretariaat oereenkomstig dit artikel; of informatie dient te erstrekken aan het secretariaat oereenkomstig artikel 11. Artikel 11 Aan het secretariaat te erstrekken informatie oer erboden of aan strenge beperkingen onderworpen chemische stoffen die niet oor PIC-kennisgeing in aanmerking komen Indien een chemische stof alleen in bijlage I, deel 1, wordt ermeld respectieelijk naar aanleiding an een mededeling an een lidstaat oereenkomstig artikel 10, lid 7, tweede streepje, erstrekt de Commissie het secretariaat de informatie oer de desbetreffende regelgeing, zodat deze informatie aan de andere partijen bij het erdrag kan worden doorgegeen. Artikel 12 Verplichtingen met betrekking tot de inoer an chemische stoffen 1. De Commissie zendt een an het secretariaat ontangen leidraad oor een besluit onmiddellijk door naar de lidstaten. De Commissie neemt, in de orm an een definitief of oorlopig antwoord namens de Gemeenschap, een besluit ten aanzien an de toekomstige inoer in de Gemeenschap an de betrokken chemische stof: de Commissie doet zulks oereenkomstig bestaande communautaire wetgeing en olgens de procedure an artikel 24, lid 2. Zo spoedig mogelijk en in elk geal uiterlijk negen maanden na de datum an erzending an de leidraad oor een besluit door het secretariaat, deelt de Commissie het secretariaat haar besluit mee. Indien een chemische stof op grond an communautaire wetgeing aan bijkomende of gewijzigde beperkingen wordt onderworpen, herziet de Commissie het besluit oer de inoer olgens dezelfde procedure en deelt zij dit besluit aan het secretariaat mee. 2. Wanneer een chemische stof ingeolge de wetgeing an ééen of meer lidstaten erboden of aan strenge beperkingen onderworpen is, houdt de Commissie op schriftelijk erzoek an de betrokken lidsta(a)t(en) bij haar inoerbesluit rekening met die informatie. 3. Het in lid 1 bedoelde inoerbesluit betreft de oor de chemische stof in de leidraad oor besluiten ermelde categorie of categorieën. 4. Wanneer de Commissie haar inoerbesluit aan het secretariaat meedeelt, geeft zij een beschrijing an de wettelijke of bestuursrechtelijke maatregel waarop het is gebaseerd. 5. Iedere aangewezen nationale instantie in de Gemeenschap stelt de krachtens lid 1 tot stand gekomen inoerbesluiten oereenkomstig haar wettelijke of bestuursrechtelijke maatregelen beschikbaar aan de belanghebbenden in haar rechtsgebied. 6. In oorkomende geallen beoordeelt de Commissie, in nauwe samenwerking met de lidstaten en rekening houdend met de in de leidraad oor besluiten eratte informatie, de noodzaak om op communautair nieau maatregelen oor te stellen om onaanaardbare risico's oor de gezondheid an de mens en het milieu binnen de Gemeenschap te oorkomen. Artikel 13 Andere erplichtingen met betrekking tot de uitoer an chemische stoffen dan de ereisten in erband met de kennisgeing an uitoer 1. De Commissie zendt de lidstaten en Europese industriefederaties onerwijld de informatie die zij an het secretariaat ontangt oer aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen en de besluiten an inoerende partijen betreffende de oorwaarden oor de inoer an deze chemische stoffen, zulks in de orm an circulaires of anderszins. Zij stelt de lidstaten ook onerwijld in kennis an informatie oer geallen waarin een reactie is uitgebleen. De Commissie houdt alle informatie betreffende inoerbesluiten beschikbaar in haar databank, die op het internet oor het publiek toegankelijk zal zijn, en erstrekt eenieder op erzoek de informatie. 2. De Commissie kent aan iedere in bijlage I opgenomen chemische stof een code in de gecombineerde nomenclatuur

10 L 63/ an de Europese Gemeenschap toe. Deze codes worden waar nodig herzien in het licht an wijzigingen an de geharmoniseerde nomenclatuur door de Werelddouaneorganisatie oor de betrokken chemische stoffen. 3. Elke lidstaat deelt de oereenkomstig lid 1 door de Commissie toegezonden reacties mee aan de belanghebbenden in haar rechtsgebied. 4. Exporteurs oldoen uiterlijk zes maanden na de datum waarop het secretariaat de Commissie oereenkomstig lid 1 oor het eerst an de reactie op de hoogte heeft gebracht, aan de in een reactie eratte besluiten. 5. De Commissie en de lidstaten geen de inoerende partijen op erzoek en waar nodig adies en hulp bij het erkrijgen an nadere informatie om hen te helpen bij de indiening an een reactie betreffende de inoer an een bepaalde chemische stof bij het secretariaat. 6. In bijlage I, deel 2 of deel 3, ermelde chemische stoffen mogen niet worden uitgeoerd, tenzij: a) de exporteur ia zijn aangewezen nationale instantie en de aangewezen nationale instantie an de inoerende partij of een beoegde instantie in een inoerend ander land om uitdrukkelijke toestemming oor de inoer heeft geraagd en deze heeft erkregen, of b) in het geal an chemische stoffen die in bijlage I, deel 3, is opgenomen, uit de meest recente oereenkomstig lid 1 door het secretariaat uitgegeen circulaire blijkt dat de inoerende partij met de inoer heeft ingestemd. 7. Een chemische stof mag niet op een later tijdstip dan zes maanden óór de uiterste gebruiksdatum zo deze expliciet wordt aangegeen, dan wel an de productiedatum kan worden afgeleid worden uitgeoerd, tenzij de intrinsieke eigenschappen an de chemische stof dit onuitoerbaar maken. Met name in het geal an bestrijdingsmiddelen zorgen de exporteurs eroor dat omang en erpakking an houders an bestrijdingsmiddelen zijn geoptimaliseerd om aldus de risico's an het ontstaan an erouderde oorraden tot een minimum te beperken. 8. Bij de uitoer an bestrijdingsmiddelen zien de exporteurs erop toe dat het etiket specifieke informatie beat oer opslagomstandigheden en de stabiliteit bij opslag in de klimaatsomstandigheden an de inoerende partij of het inoerende andere land. Boendien zien zij erop toe dat de uitgeoerde bestrijdingsmiddelen oldoen aan de desbetreffende zuierheidsspecificatie an de communautaire wetgeing. Artikel 14 Toezicht op de uitoer an bepaalde chemische stoffen en artikelen die chemische stoffen beatten 1. Artikelen die chemische stoffen in niet erder gereageerde orm beatten welke in bijlage I, deel 2 of deel 3, worden genoemd, worden onderworpen aan de procedure oor kennisgeing an uitoer an artikel Chemische stoffen en artikelen waaran het gebruik in de Gemeenschap oor de bescherming an de olksgezondheid of het milieu is erboden, zoals ermeld in bijlage V, mogen niet worden uitgeoerd. Artikel 15 Informatie oer transitoeroer 1. De partijen bij het Verdrag an Rotterdam die informatie oer het transitoeroer an aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen erlangen, alsook de door de partijen bij het Verdrag an Rotterdam geraagde informatie, zijn ermeld in bijlage VI. 2. Wanneer een in bijlage I, deel 3, genoemde chemische stof wordt eroerd oer het grondgebied an een in bijlage VI ermelde partij bij het Verdrag an Rotterdam, erstrekt de exporteur oorzoer mogelijk de aangewezen nationale instantie an de lidstaat waarin hij is geestigd, 30 dagen oordat het eerste transitoeroer plaatsindt en acht dagen óór elk olgend transitoeroer, de oereenkomstig bijlage VI door de partij bij het Verdrag an Rotterdam erlangde informatie. 3. De aangewezen nationale instantie an de lidstaat zendt de krachtens lid 2 an de exporteur ontangen informatie met eentueel beschikbare aanullende informatie aan de Commissie toe. 4. De Commissie zendt de krachtens lid 3 ontangen informatie met eentueel beschikbare aanullende informatie 15 dagen oorafgaand aan het eerste en óór elk olgend transitoeroer door naar de aangewezen nationale instanties an partijen bij het Verdrag an Rotterdam die om deze informatie hebben erzocht. Artikel 16 Bij uitgeoerde chemische stoffen te oegen informatie 1. Voor uitoer bestemde chemische stoffen zijn onderworpen aan de oorschriften inzake het erpakken en kenmerken die in of krachtens Richtlijn 67/548/EEG, Richtlijn 1999/45/EG, Richtlijn 91/414/EEG en Richtlijn 98/8/EG of andere specifieke communautaire wetgeing zijn astgesteld. Deze erplichting geldt onerminderd specifieke oorschriften an de inoerende partij of het inoerende andere land waarbij de desbetreffende internationale normen in acht worden genomen. 2. Wanneer zulks releant is, worden de uiterste gebruiksdatum en de productiedatum an de in lid 1 bedoelde of in bijlage I opgenomen chemische stoffen op het etiket aangegeen en wordt deze uiterste gebruiksdatum indien nodig oor erschillende klimaatzones ermeld.

11 L 63/11 3. De in lid 1 bedoelde chemische stoffen gaan bij uitoer ergezeld an een eiligheidsinformatieblad oereenkomstig Richtlijn 91/155/EEG an de Commissie ( 1 ). De exporteur zendt dit eiligheidsinformatieblad aan elke importeur toe. 4. De gegeens op het etiket en het eiligheidsinformatieblad worden oorzoer praktisch uitoerbaar ermeld in de officiële taal of talen of één of meer an de hoofdtalen an het land an bestemming of an het gebied waar de chemische stof naar erwachting zal worden gebruikt. Artikel 17 Verplichtingen an de autoriteiten an de lidstaten inzake de controle op in- en uitoer Elke lidstaat wijst autoriteiten, zoals douaneautoriteiten, aan die erantwoordelijk zijn oor de controle op de in- en uitoer an de in bijlage I opgenomen chemische stoffen. De Commissie en de lidstaten zien er op doelgerichte en gecoördineerde wijze op toe dat de exporteurs deze erordening naleen. Elke lidstaat ermeldt in zijn krachtens artikel 21, lid 1, ereiste periodieke erslagen oer de werking an de procedures bijzonderheden betreffende de werkzaamheden an zijn autoriteiten terzake. De Commissie zorgt, waar nodig met de steun an de lidstaten, oor: a) het erschaffen an oor het publiek beschikbare informatie oer regelgeing die releant is oor de doelstellingen an het Verdrag an Rotterdam, en b) het rechtstreeks of ia het secretariaat erstrekken an informatie aan partijen of andere landen oer regelgeing die één of meer toepassingen an een chemische stof aan aanzienlijke beperkingen onderwerpt. 2. De Commissie en de lidstaten beschermen ertrouwelijke informatie die zij an e partij of een ander land hebben ontangen, zoals onderling is oereengekomen. 3. Wat de oerdracht an informatie uit hoofde an deze erordening betreft, wordt de olgende informatie, onerminderd Richtlijn 90/313/EEG an de Raad an 7 juni 1990 inzake de rije toegang tot milieu-informatie ( 2 ), niet als ertrouwelijk aangemerkt: a) de informatie in bijlage II en bijlage III; b) de informatie in het in artikel 16, lid 3, bedoelde eiligheidsinformatieblad; c) de uiterste gebruiksdatum an de chemische stof; Artikel 18 Sancties De lidstaten stellen de sancties ast die an toepassing zijn op inbreuken op de bepalingen an deze erordening en nemen alle nodige maatregelen om te waarborgen dat deze bepalingen op de juiste wijze ten uitoer worden gelegd. De sancties moeten doeltreffend, eenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk twaalf maanden na de aststelling an deze erordening in kennis an deze maatregelen en stellen haar teens zo spoedig mogelijk na de aststelling in kennis an wijzigingen daaran. d) de productiedatum an de chemische stof; e) informatie oer oorzorgsmaatregelen, met inbegrip an de gearencategorie, de aard an het risico en de releante eiligheidsaanbeelingen, en f) de beknopte resultaten an de toxicologische en ecotoxicologische proeen. De Commissie stelt op basis an de bijdragen an de lidstaten periodiek een oerzicht an de oergedragen informatie op. Artikel 19 Uitwisseling an informatie 1. De Commissie en de lidstaten ergemakkelijken waar mogelijk het erstrekken an wetenschappelijke, technische, economische en juridische informatie oer de chemische stoffen die onder deze erordening allen, met inbegrip an toxicologische, ecotoxicologische en eiligheidsinformatie. Artikel 20 Technische bijstand De Commissie en de aangewezen nationale instanties an de lidstaten werken, daarbij met name de behoeften an ontwikkelingslanden en landen met een oergangseconomie in aanmerking nemend, samen om de erlening an technische bijstand te beorderen, onder meer in de orm an opleiding, oor de ontwikkeling an de infrastructuur, de capaciteiten en de deskundigheid die nodig zijn oor een goed beheer an chemische stoffen gedurende de gehele leenscyclus. ( 1 ) Richtlijn 91/155/EEG an de Commissie an 5 maart 1991 houdende beschrijing en aststelling an de wijze an uitoering an het systeem oor specifieke informatie inzake geaarlijke preparaten krachtens artikel 10 an Richtlijn 88/379/EEG an de Raad (PB L 76 an , blz. 35). Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2001/58/EG (PB L 212 an , blz. 24). ( 2 ) PB L 158 an , blz. 56.

VERORDENINGEN. VERORDENING (EG) Nr. 689/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. van 17 juni 2008

VERORDENINGEN. VERORDENING (EG) Nr. 689/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. van 17 juni 2008 31.7.2008 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 204/1 I (Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is) VERORDENINGEN VERORDENING (EG) Nr. 689/2008 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

VERORDENING (EG) Nr. 689/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 17 juni 2008 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

VERORDENING (EG) Nr. 689/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 17 juni 2008 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen 2008R0689 NL 01.10.2011 004.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 689/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

L 201/60 Publicatieblad van de Europese Unie

L 201/60 Publicatieblad van de Europese Unie L 201/60 Publicatieblad van de Europese Unie 27.7.2012 VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

Nadere informatie

VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen 02012R0649 NL 01.04.2018 003.001 1 Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd

Nadere informatie

VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen 2012R0649 NL 01.02.2016 002.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen.

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen. NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.5.2011 COM(2011) 245 definitief 2011/0105 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 10.4.2008 COM(2008) 176 definitief Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van het standpunt dat namens de Europese Gemeenschap moet worden

Nadere informatie

Extern mandaatbesluit Omgevingsdienst IJsselland gemeente Zwartewaterland

Extern mandaatbesluit Omgevingsdienst IJsselland gemeente Zwartewaterland GEMEENTEBLAD Officiële uitgae an de gemeente Zwartewaterland Nr. 223235 19 december 2017 Extern mandaatbesluit Omgeingsdienst IJsselland gemeente Zwartewaterland Datum: 24 oktober 2017 Burgemeester en

Nadere informatie

Van der Linden. Onderhoud BETONVERHARDINGEN BETONREPARATIE/AFWERKING BETONBOREN/VERANKERINGEN INFRASERVICE 01-05-2009 VASTGOEDONDEHOUD

Van der Linden. Onderhoud BETONVERHARDINGEN BETONREPARATIE/AFWERKING BETONBOREN/VERANKERINGEN INFRASERVICE 01-05-2009 VASTGOEDONDEHOUD Deze oorwaarden zijn an kracht anaf Januari 2016 en erangen alle oorgaande ersie(s). artikel 1. Algemeen Deze oorwaarden zijn an toepassing op iedere aanbieding, offerte en oereenkomst tussen J.an der

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 98 Besluit van 2 maart 2004, houdende regelen ter uitvoering van de EG-verordening betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

Nadere informatie

Richtsnoer voor de uitvoering van Verordening (EU) nr. 649/2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

Richtsnoer voor de uitvoering van Verordening (EU) nr. 649/2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen RICHTSNOER Richtsnoer voor de uitvoering van Verordening (EU) nr. 649/2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen Versie 1.1 Juli 2015 2 Richtsnoer voor de uitvoering van Verordening

Nadere informatie

Verwerking landelijke feedback Examens serie 2016 e.v.

Verwerking landelijke feedback Examens serie 2016 e.v. Verwerking landelijke feedback Examens serie 2016 e.. Maatschappelijke Zorg Van alle examens zijn de opdrachten en beoordelingscriteria daar waar nodig aangescherpt. Examen Feedback uit het land en an

Nadere informatie

Besluitenlijst d.d. d.d. d.d. [ ]Akkoordstukken -- [X]Openbaar [ ]Besloten --

Besluitenlijst d.d. d.d. d.d. [ ]Akkoordstukken -- [X]Openbaar [ ]Besloten -- Nota oor burgemeester en wethouders Onderwerp Mandatering Omgeingsdienst 1- Notagegeens Notanummer 2017-001562 Datum 03-10-2017 Programma: Portefeuillehouder Burgemeester Team DEV-OV 2- Bestuursorgaan

Nadere informatie

(Informatie) INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING...

(Informatie) INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 1.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie C 65/1 IV (Informatie) INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE MEDEDELING VAN DE COMMISSIE TECHNISCHE

Nadere informatie

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect ArboNed

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect ArboNed Diensterleningsoorwaarden KMUV-ReaDirect ArboNed In het kader an ReaDirect Plus Arbopakket per 1 januari 2017 Uitgangspunten a. De werkgeer heeft bij KMU Verzekeringen N.V. (erzekeraar) een LoonDoorbetalings

Nadere informatie

BESLUITEN. (Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 4141)

BESLUITEN. (Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 4141) L 186/13 BESLUITEN UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/1115 VAN DE COMMISSIE van 7 juli 2016 tot vaststelling van een formulier voor de indiening door het Europees Agentschap voor chemische stoffen van informatie

Nadere informatie

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect ArboNed

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect ArboNed Diensterleningsoorwaarden KMUV-ReaDirect ArboNed In het kader an ReaDirect Plus Arbopakket per 1 januari 2018 Uitgangspunten a. De werkgeer heeft bij KMU Verzekeringen N.V. (erzekeraar) een LoonDoorbetalings

Nadere informatie

Module Dienstverlening. NN Intensief 1*

Module Dienstverlening. NN Intensief 1* Module Diensterlening NN Intensief 1* Deze oorwaarden ormen een aanulling op de (Algemene) oorwaarden an de door erzekeringnemer bij de maatschappij gesloten erzekering. De begrippen in de begrippenlijst

Nadere informatie

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst) L 127/4 NL RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2019/782 VAN DE COMMISSIE van 15 mei 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de vaststelling van geharmoniseerde risico-indicatoren

Nadere informatie

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect Zorg van de Zaak

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect Zorg van de Zaak Diensterleningsoorwaarden KMUV-ReaDirect Zorg an de Zaak In het kader an ReaDirect KMUV pakketten All-in & Basis per 1 januari 2017 Uitgangspunten a. De werkgeer heeft bij KMU Verzekeringen N.V. (erzekeraar)

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) PUBLIC Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) 7244/02 LIMITE UD 17 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Sylvain BISARRE, directeur

Nadere informatie

HERZIEN VOORTGANGSVERSLAG het Comité van permanente vertegenwoordigers

HERZIEN VOORTGANGSVERSLAG het Comité van permanente vertegenwoordigers Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 juni 2002 (21.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2002/0026 (ACC) PUBLIC 9646/1/02 REV 1 LIMITE ENV 305 WTO 55 MI 100 HERZIEN VOORTGANGSVERSLAG van:

Nadere informatie

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006 30.12.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 396/849 Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot wijziging van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende

Nadere informatie

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect Zorg van de Zaak

Dienstverleningsvoorwaarden KMUV-ReaDirect Zorg van de Zaak Diensterleningsoorwaarden KMUV-ReaDirect Zorg an de Zaak In het kader an ReaDirect KMUV pakketten All-in & Basis per 1 januari 2018 Uitgangspunten a. De werkgeer heeft bij KMU Verzekeringen N.V. (erzekeraar)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 361 Besluit van 27 juni 1995 tot wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur met het oog op de uitvoering van de Overeenkomst betreffende

Nadere informatie

Privacyverklaring voor relaties

Privacyverklaring voor relaties Priacyerklaring oor relaties Introductie an Mossel Automotie Groep, Mobiliteitsdiensten en producten Wij zijn een familiebedrijf met bijna 70 jaar eraring en nog altijd eel ambitie. Wij zien het als missie

Nadere informatie

Privacyverklaring Relaties Versie d.d. 14 mei 2018

Privacyverklaring Relaties Versie d.d. 14 mei 2018 Priacyerklaring Relaties Introductie Van Mossel Automotie Groep, Mobiliteitsdiensten en producten J&T Autolease is onderdeel an International Car Lease Holding, een onderneming an Van Mossel Automotie

Nadere informatie

BIJLAGE I. Deel 1. Lijst van chemische stoffen die aan de procedure van kennisgeving van uitvoer zijn onderworpen. (Artikel 7 van de verordening)

BIJLAGE I. Deel 1. Lijst van chemische stoffen die aan de procedure van kennisgeving van uitvoer zijn onderworpen. (Artikel 7 van de verordening) BIJLAGE I Deel 1. Lijst an chemische stoffen die aan de procedure an kennisgeing an uitoer zijn onderworpen (Artikel 7 an de erordening) Er dient te worden opgemerkt dat oor chemische stoffen die in dit

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.1.2017 COM(2017) 23 final 2017/0010 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 8430/17 LIMITE PUBLIC ENV 375 COMPET 264 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft:

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 295/7

Publicatieblad van de Europese Unie L 295/7 14.11.2007 Publicatieblad van de Europese Unie L 295/7 VERORDENING (EG) Nr. 1330/2007 VAN DE COMMISSIE van 24 september 2007 tot vaststelling van uitvoeringsregels voor de verspreiding onder belanghebbenden

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 6 april 2009 (07.04) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE 8424/09 LIMITE COMPET 196 E V 287 CHIMIE 33 MI 144 E T 86

PUBLIC. Brussel, 6 april 2009 (07.04) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE 8424/09 LIMITE COMPET 196 E V 287 CHIMIE 33 MI 144 E T 86 Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 6 april 2009 (07.04) (OR. en) 8424/09 LIMITE PUBLIC COMPET 196 E V 287 CHIMIE 33 MI 144 E T 86 I GEKOME DOCUME T van: de Europese Commissie ingekomen: 1 april

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 144/27 VERORDENING (EU) 2016/863 VAN DE COMMISSIE van 31 mei 2016 tot wijziging van de bijlagen VII en VIII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie

Nadere informatie

VERORDENINGEN. 16.6.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 152/1

VERORDENINGEN. 16.6.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 152/1 16.6.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 152/1 I (Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is) VERORDENINGEN VERORDENING (EG) Nr. 469/2009 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

1997R0258 NL

1997R0258 NL 1997R0258 NL 07.08.2009 004.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) nr. 258/97 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

L 127/32 Publicatieblad van de Europese Unie

L 127/32 Publicatieblad van de Europese Unie L 127/32 Publicatieblad van de Europese Unie 20.5.2005 (Besluiten aangenomen krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) BESLUIT 2005/387/JBZ VAN DE RAAD van 10 mei 2005 inzake de

Nadere informatie

Privacyverklaring van Wijkgemeente Oude Kerk te Scheveningen van de Protestantse Gemeente te Scheveningen. Datum: 13 november 2018 Versie: 1

Privacyverklaring van Wijkgemeente Oude Kerk te Scheveningen van de Protestantse Gemeente te Scheveningen. Datum: 13 november 2018 Versie: 1 Priacyerklaring an Wijkgemeente Oude Kerk te Scheeningen an de Protestantse Gemeente te Scheeningen Datum: 13 noember 2018 ersie: 1 Pagina 2 an 9 I. ALGEMEEN Oer deze priacyerklaring oor de Protestantse

Nadere informatie

betreffende met GGO's geproduceerde levensmiddelen

betreffende met GGO's geproduceerde levensmiddelen L 268/24 VERORDENING (EG) Nr. 1830/2003 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 22 september 2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.11.2017 C(2017) 7828 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 28.11.2017 tot wijziging van de bijlagen I en V bij Verordening (EU) nr. 649/2012 van het

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE 10.11.2015 L 293/15 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE van 8 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 514/2014 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke bepalingen

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 276/12 26.10.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1944 VAN DE COMMISSIE van 13 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates en procedures

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 299/10 NL UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1090/2014 VAN DE COMMISSIE van 16 oktober 2014 tot van permethrine als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 8 en 18 (Voor

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN L 160/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN http://www.emis.vito.be d.d.25-06-2018 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/895 VAN DE COMMISSIE van 22 juni 2018 tot wijziging van Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Luzac Lyceum Zwolle Afdelingen mavo, havo en vwo. Definitieve rapportage

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Luzac Lyceum Zwolle Afdelingen mavo, havo en vwo. Definitieve rapportage RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL Luzac Lyceum Zwolle Afdelingen mao, hao en wo Definitiee rapportage Plaats: Zwolle BRIN-nummer: 30BY HB-nummer: 3521745 Onderzoek uitgeoerd

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 5569/17 ENV 50 COMPET 37 VOORSTEL van: ingekomen: 19 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Luzac Lyceum Arnhem Afdelingen mavo, havo en vwo. Definitieve rapportage

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Luzac Lyceum Arnhem Afdelingen mavo, havo en vwo. Definitieve rapportage RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL Luzac Lyceum Arnhem Afdelingen mao, hao en wo Definitiee rapportage Plaats: Arnhem BRIN-nummer: 30BN-0 Arrangementsnummer: 3524328 Onderzoek

Nadere informatie

Richtlijn voor integer en transparant bestuur en toezicht

Richtlijn voor integer en transparant bestuur en toezicht Richtlijn oor integer en transparant bestuur en toezicht oktober 2009 Commissie Goernance Kinderopang NVTK en bdko uitgae Nederlandse Vereniging oor Toezichthouders in de Kinderopang (NVTK) www.ntk.nl

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 55/4 VERORDENING (EU) 2016/293 VAN DE COMMISSIE van 1 maart 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170 I GEKOME DOCUME T van: de Europese Commissie ingekomen: 15 november 2012 aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 43/ 1

NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 43/ 1 14 2 97 1 NL I Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr L 43/ 1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) nr 258/97 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.12.2006 COM(2006) 909 definitief 2006/0282 (COD) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2004/109/EG

Nadere informatie

governance code kinderopvang uitwerkingen

governance code kinderopvang uitwerkingen goernance code kinderopang Raad an Toezicht-model 2 toezichthoudend bestuur-model 3 instruerend bestuur-model 4 BV zonder RC-model 5 BV met RC-model 6 eenmanszaak-model Commissie Goernance Kinderopang

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 162/14 23.6.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1111 VAN DE COMMISSIE van 22 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot procedures en formulieren voor de verstrekking

Nadere informatie

WIJKT AF per 1-1-2014, op de volgende onderdelen

WIJKT AF per 1-1-2014, op de volgende onderdelen Checklist Code Pensioenfondsen: Stichting Bedrijfstakpensioenfonds oor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf (Bpf Schilders) Datum checklist: 18 september 2014 (astgesteld) De pensioenfondsen mogen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 5.6.2015 L 139/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/864 VAN DE COMMISSIE van 4 juni 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 340/2008 betreffende de aan het

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 15.10.2014 NL L 297/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 1078/2014 VAN DE COMMISSIE van 7 augustus 2014 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EU) nr.

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE L 3/41 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE van 5 januari 2016 betreffende het gezamenlijk indienen en het uitwisselen van gegevens overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/770 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/770 VAN DE COMMISSIE L 127/32 NL 18.5.2016 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/770 VAN DE COMMISSIE van 14 april 2016 tot vaststelling van een gemeenschappelijk formulier voor de indiening van informatie over de werking van de procedures

Nadere informatie

2003R1830 NL

2003R1830 NL 2003R1830 NL 11.12.2008 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1830/2003 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

Servicepakketten Folkertsma Financiële Diensten

Servicepakketten Folkertsma Financiële Diensten Sericepakketten Folkertsma Financiële Diensten Inleiding Folkertsma Financiële Diensten biedt consumenten aan om hun belangen op het gebied an particuliere schade- en leenserzekeringen, hypotheken en belastingen

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN L 139/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN http://www.emis.vito.be d.d. 05-06-2015 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/864 VAN DE COMMISSIE van 4 juni 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 17 november 2003 (OR. en) 2003/0001 (COD) LEX 478 PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 RICHTLIJN 2003/103/EG VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

Richtlijn voor integer en transparant bestuur en toezicht

Richtlijn voor integer en transparant bestuur en toezicht Richtlijn oor integer en transparant bestuur en toezicht herziene uitgae januari 2013 januari 2013 Commissie Goernance Kinderopang NVTK en bdko uitgae Nederlandse Vereniging oor Toezichthouders in de Kinderopang

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 21.1.2009 COM(2009) 12 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD betreffende het voorlopig verbod op het gebruik en de verkoop in Hongarije

Nadere informatie

A7-0319/ Voorstel voor een richtlijn (COM(2013)0102 C7-0047/ /0062(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst

A7-0319/ Voorstel voor een richtlijn (COM(2013)0102 C7-0047/ /0062(COD)) Door de Commissie voorgestelde tekst 31.1.2014 A7-0319/ 001-019 AMENDEMENTEN 001-019 ingediend door de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken Verslag Sari Essayah Indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels A7-0319/2013

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol

Samenwerkingsprotocol Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Stichting Reclame Code 1 Samenwerkingsprotocol tussen de Consumentenautoriteit en de Stichting Reclame Code Partijen: 1. De Staatssecretaris van Economische

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 30.6.2016 L 173/47 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1055 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de technische middelen voor een passende

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 1.7.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 VERORDENING (EG) Nr. 1002/2005 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende het verlenen van dwanglicenties

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 27.2.2019 L 59/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/330 VAN DE COMMISSIE van 11 december 2018 tot wijziging van de bijlagen I en V bij Verordening (EU) nr.

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, Gezien het voorstel van de Commissie ( 1 ),

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, Gezien het voorstel van de Commissie ( 1 ), 25.6.2003 L 156/17 RICHTLIJN 2003/35/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 26 mei 2003 tot voorziening in inspraak van het publiek in de opstelling van bepaalde plannen en programma's betreffende

Nadere informatie

1.2 De rijwilligersregeling is an toepassing Een koerier kan de werkzaamheden errichten als 'rijwilliger' (zie hi Daaronder wordt erstaan: degene die

1.2 De rijwilligersregeling is an toepassing Een koerier kan de werkzaamheden errichten als 'rijwilliger' (zie hi Daaronder wordt erstaan: degene die Koerierswerkzaamheden 18 januari 2005 - CPP2004/1864M Koerierswerkzaamheden De directeur-generaal an de Belastingdienst heeft namens de staatssec Aan de Belastingdienst zijn ragen gesteld oer de fiscale

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.2.2019 COM(2019) 82 final 2019/0039 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de indiening van een voorstel namens de Europese Unie om methoxychloor op te nemen

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Vecht-College Voortgezet Onderwijs Afdelingen mavo, havo en vwo

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Vecht-College Voortgezet Onderwijs Afdelingen mavo, havo en vwo RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL Vecht-College Voortgezet Onderwijs Afdelingen mao, hao en wo Plaats: Breukelen BRIN-nummer: 30XA-0 Onderzoek uitgeoerd op: 10-02-2015

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 340/6 20.12.2017 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/2382 VAN DE COMMISSIE van 14 december 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 25.3.2017 L 80/7 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/556 VAN DE COMMISSIE van 24 maart 2017 houdende de nadere regeling voor de inspectieprocedures inzake goede klinische praktijken overeenkomstig Verordening

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 bron : http://www.emis.vito.be Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen dd. 27-06-2000 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 Gewijzigd voorstel voor een beschikking

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave P8_TA-PROV(2019)0047 Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse gemeente Campione d'italia en de Italiaanse wateren van het meer

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 26 oktober 2017 (OR. en) 2016/0261 (COD) PE-CONS 26/17 CORDROGUE 72 DROIPEN 77 JAI 562 SAN 228 CODEC 959 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 17.6.2017 L 155/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/1018 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 2016 tot aanvulling van Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 27 april 2009 (OR. en) 2008/0122 (COD) PE-CONS 3735/08 JUSTCIV 269 JURINFO 90 CODEC 1904 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Erasmus Lyceum Maastricht Afdelingen mavo, havo en vwo. Definitieve rapportage

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL. Erasmus Lyceum Maastricht Afdelingen mavo, havo en vwo. Definitieve rapportage RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK PARTICULIERE VO-SCHOOL Erasmus Lyceum Maastricht Afdelingen mao, hao en wo Definitiee rapportage Plaats: Maastricht BRIN-nummer: 30DW-0 HB-nummer: 4053509 Onderzoek

Nadere informatie

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het

Nadere informatie

(Besluiten waaruan de pu blikatie uoorwaarde is uoor de toepassing)

(Besluiten waaruan de pu blikatie uoorwaarde is uoor de toepassing) 2. 7. 92 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 18211 (Besluiten waaruan de pu blikatie uoorwaarde is uoor de toepassing) VERORDENING (EEG) Nr. 1768192 VAN DE RAAD van 18 juni 1992 betreffende

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 18.10.2008 Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 VERORDENING (EG) Nr. 1024/2008 VAN DE COMMISSIE van 17 oktober 2008 tot vaststelling van gedetailleerde maatregelen ter uitvoering van Verordening

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 8 oktober 2009 (08.10) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 14149/09 LIMITE ENV 649 ENT 183

PUBLIC. Brussel, 8 oktober 2009 (08.10) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 14149/09 LIMITE ENV 649 ENT 183 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 oktober 2009 (08.10) (OR. en) 14149/09 LIMITE PUBLIC ENV 649 ENT 183 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT. Geconsolideerd wetgevingsdocument. 31 mei /0315(COD) PE1

EUROPEES PARLEMENT ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT. Geconsolideerd wetgevingsdocument. 31 mei /0315(COD) PE1 EUROPEES PARLEMENT 999 004 Geconsolideerd wetgevingsdocument 3 mei 00 000/035(COD) PE ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT in eerste lezing vastgesteld op 3 mei 00 met het oog op de aanneming van

Nadere informatie

Rhiant te Hendrik-Ido-Ambacht

Rhiant te Hendrik-Ido-Ambacht Protocol Signaleren an problematisch gedrag Rhiant te Hendrik-Ido-Ambacht Dekkers training en adies Amersfoort, 12 oktober 2011 Protocol Signaleren an problematisch gedrag Inleiding Voor u ligt het protocol

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 359 Besluit van 26 augustus 2008, houdende regelen ter uitvoering van de EG-verordening betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S)

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) POSEIDOM 11 POSEICA 11 POSEIMA 10 REGIO 55 I ST 351 UD 181 OTA van: aan: Betreft: het

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 25.02.1998 COM(1998) 99 def. Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD betreffende de verplichte opneming in de etikettering van bepaalde met genetisch

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2014/313/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2014/313/EU) L 164/74 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 28 mei 2014 tot wijziging van de Besluiten 2011/263/EU, 2011/264/EU, 2011/382/EU, 2011/383/EU, 2012/720/EU en 2012/721/EU teneinde rekening te houden met de ontwikkelingen

Nadere informatie

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 364 van 25/11/98 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 59/98 door de Raad vastgesteld op 20 juli 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet.

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 februari 2003 (10.03) (OR. en) PUBLIC 6614/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0027 (CNS) LIMITE VISA 35 COMIX 117 NOTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) ENT 175 EEE 60 SAN 99 CODEC 831 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER,

Nadere informatie

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 6.10.2010 COM(2010) 544 definitief 2010/0272 (COD) C7-0316/10 VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG)

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 4.1.2017 L 1/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1 VAN DE COMMISSIE van 3 januari 2017 betreffende procedures voor vaartuigidentificatie in het kader van Richtlijn

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie