September Informatica

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "September 2007. Informatica"

Transcriptie

1 September 2007 Informatica

2 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus RA Utrecht Telefoon: Fax: Internet: QANU Tekst en cijfermateriaal uit deze uitgave mogen, na toestemming van QANU en voorzien van bronvermelding, door middel van druk, fotokopie, of op welke andere wijze dan ook, worden overgenomen. QANU / Informatica

3 Inhoudsopgave Voorwoord 5 Voorwoord voorzitter visitatiecommissie 7 Deel I Algemeen Deel De onderwijsvisitatie Informatica Het referentiekader van de visitatie Informatica Algemene bevindingen 7 Deel II Opleidingsdeel De bachelor- en masteropleiding Informatica aan de Universiteit Utrecht De bachelor- en masteropleiding Informatica aan de Radboud Universiteit Nijmegen De bacheloropleiding Technische Informatica en de masteropleiding Technical Informatics aan de Open Universiteit Nederland De bachelor- en masteropleiding Informatica aan de RU Groningen De bacheloropleiding Informatica en de masteropleidingen Computer Science, Parallel and Distributed Computer Systems en Bioinformatics aan de Vrije Universiteit Amsterdam De bacheloropleidingen Technische Informatica en Telematica, en de masteropleidingen Computer Science, Telematics, en Human Media Interaction aan de Universiteit Twente De bacheloropleiding Technische Informatica en de masteropleidingen Computer Science en Media and Knowledge Engineering aan de TU Delft De bacheloropleiding Technische Informatica en de masteropleidingen Computer Science and Engineering en Business Information Systems aan de TU Eindhoven 371 Bijlagen 421 Bijlage A: Curricula vitae van de leden van de visitatiecommissie Informatica 423 Bijlage B: Standaardprogramma van de visitatiecommissie Informatica 427 Bijlage C: Checklist voor de onderwijsvisitatie Informatica Bijlage D: Beoordelingsformulier kwaliteit afstudeerwerk 431 Bijlage E: Overzicht van de scores van de opleidingen per kwaliteitsonderwerp c.q. -facet 432 QANU / Informatica 3

4 4 QANU / Informatica

5 VOORWOORD Dit rapport is onderdeel van de kwaliteitsbeoordeling van universitaire bachelor- en masteropleidingen in Nederland. Het doel van het rapport is om een betrouwbaar beeld te geven van de resultaten van de voor beoordeling voorgelegde opleidingen, alsmede een terugkoppeling te geven naar de interne kwaliteitszorg van de betrokken organisaties en als basis te dienen voor de accreditatie van de betrokken opleidingen door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). De stichting Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) beoogt onafhankelijke, objectieve en kritische beoordelingen te laten plaatsvinden en opbouwende kritiek te leveren, zo veel mogelijk uitgaande van een gestandaardiseerde set van kwaliteitscriteria, maar met oog voor specifieke omstandigheden. De visitatiecommissie Informatica van QANU heeft haar beoordeling van de bachelor- en masteropleidingen op het gebied van de (Technische) Informatica met grote toewijding uitgevoerd. De opleidingen zijn beoordeeld op een grondige en zorgvuldige manier en binnen een duidelijk beoordelingskader. Wij verwachten dat de oordelen en de aanbevelingen in zorgvuldige overweging zullen worden genomen door de betrokken opleidingen, faculteitsbesturen en Colleges van Bestuur. Wij zeggen dank aan de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor hun bereidheid deel te nemen aan deze beoordeling en voor de toewijding waarmee ze hun taak hebben uitgevoerd. Ook gaat onze dank uit naar de staf van de betrokken afdelingen aan de universiteiten voor hun zorgvuldig voorbereide documentatie en hun medewerking aan deze beoordeling. Quality Assurance Netherlands Universities mr. C.J. Peels directeur drs. J.G.F. Veldhuis voorzitter bestuur QANU / Informatica 5

6 6 QANU / Informatica

7 Voorwoord voorzitter visitatiecommissie Als Duitser met een zekere Groningse achtergrond en een diploma Nederlands niveau 1 is mij onverwachts de eer ten deel gevallen om in de visitatiecommissie Informatica mee te mogen doen, en dan nog wel als voorzitter. In Duitsland zijn evaluatie en accreditatie nieuwe verschijnselen die in het kader van het Bologna-proces zijn ingevoerd. Mijn enige ervaring met accrediteren was die van een decaan die alle stukken over een nieuw curriculum heeft moeten schrijven en die tegenover een visitatiecommissie heeft moeten verdedigen. Bij het samenstellen van de commissie zijn wij er, ondanks pogingen in die richting, helaas niet in geslaagd ook een vrouwelijk lid te vinden. Gelukkig hadden enige commissieleden al aan accreditaties meegewerkt, want juist op de dag van de eerste visitatie in Utrecht moest onze ervaren secretaris verstek laten gaan en werden wij in het diepe gegooid. Deze uitdaging hebben wij relatief goed gepareerd. Mijn specialisatie op het gebied van realtimesystemen bleek heel geschikt te zijn om de in totaal bijna honderd gesprekken met een veelvoud aan mensen altijd op tijd af te sluiten om vervolgens direct over te schakelen op een nieuw gesprek met een ander groepje. Het werk in de commissie heeft zich heel plezierig ontwikkeld en de atmosfeer was altijd vriendschappelijk. Na acht visitatiebezoeken zijn wij nu zo goed ingespeeld dat wij het betreuren dat we niet kunnen doorgaan. Als aanhanger van het Humboldtiaanse ideaal draag ik de vrijheid van onderwijs en onderzoek hoog in het vaandel. Geheel conform hiermee lijkt mij het evalueren van universitair onderwijs vreemd te zijn aan het wezen van de universiteit. Vanuit dit uitgangspunt heeft de commissie veel moeite gedaan om de medewerkers van de bezochte instellingen met respect te benaderen en minder in hun vrijheid van doceren door te dringen dan het Bologna-stelsel eigenlijk voorziet. Wij konden dan ook na de mondelinge rapportages na afloop van de afzonderlijke visitatiebezoeken en ook later op grond van de schriftelijke reacties waarnemen dat alle instellingen zich in het algemeen kunnen vinden in onze beoordelingen. Inmiddels heb ik nu ook deelgenomen aan een klein aantal accreditaties in Duitsland (waaronder één met deelnemers van de Franse organisatie voor de accreditatie van ingenieurscurricula). Voor iedere te accrediteren opleiding in elke instelling wordt een nieuwe commissie samengesteld. In vergelijking daarmee lijkt mij de Nederlandse aanpak van één visitatiecommissie voor alle opleidingen van een bepaald vak geschikter te zijn. Het is meer werk voor de commissie, maar deze heeft meer ervaring en een bredere visie op het moment dat ze haar eindrapport uitbrengt. Ik ben er zeker van dat om deze reden haar oordelen meer evenwichtig en meer valide zijn. De vroegere ongedeelde opleidingen kenden tussenexamens: in Duitsland na vier van de negen semesters en in Nederland al na twee van de acht of tien semesters reguliere studietijd. Deze propedeuse na het eerste studiejaar vond ik altijd beter dan de Duitse aanpak (vaak met een numerus fixus), omdat ze het mogelijk maakt om de geschiktheid van studenten voor het vak op relatief korte termijn vast te stellen. Daarom vind ik het een goede zaak dat de propedeuse is blijven bestaan, hoewel het Bologna-stelsel ze niet kent. Met dit stelsel is nu het bachelordiploma ingevoerd, waardoor de studieloopbaan is ingedeeld in een driejarige fase gevolgd door een tweejarige. Uit de visitatie is gebleken dat de overheid eigenlijk de enige belangstellende is voor het afstuderen met het bachelordiploma. Omdat er vanuit het afnemende beroepenveld geen vraag is naar universitair opgeleide bachelors en er geen specifieke arbeidsmarktperspectieven voor hen zijn, stromen de afgestudeerde bachelorstudenten gewoon door QANU / Informatica 7

8 naar het masterdiploma, dat gelijkwaardig is aan het traditionele doctoraaldiploma. Daarom is het geen verrassing dat voor de opleidingen het uitstromen naar de arbeidsmarkt geen doelstelling is en dat ze een zachte cesuur tussen bachelor- en masteropleiding hanteren. Aan alle bezochte universiteiten heeft de commissie vastgesteld dat de instroom van bachelors die van het hoger beroepsonderwijs afkomstig zijn veel aandacht en inspanning vraagt van de opleidingen. Voor deze masterstudenten worden speciale schakel- en/of homologatieprogramma s aangeboden om lacunes in hun kennis weg te werken. Hierbij vraag ik mij af of het niet zinvoller en effectiever zou zijn om, zoals in Duitsland het geval is, de hogescholen het recht te geven om zelf masterprogramma s aan te bieden die geschikt zijn voor hun doelgroep. Mijn verblijf in Groningen is in 1992 geëindigd. Als men na zo n lange tijd weer in contact komt met de Nederlandse informatica, valt op dat deze inmiddels afscheid heeft genomen van het model van Dijkstra, maar daardoor ook haar onmiskenbare profiel heeft verloren. Ook valt mij op dat er nu in Nederland een kleine zuster van de informatica bestaat, namelijk de informatiekunde, die in het buitenland totaal onbekend is. In het bijzonder vallen een buitenlander de in het algemeen zeer goede randvoorwaarden voor een universitaire studie op. De ratio tussen de aantallen studenten en beschikbare stafleden, en de materiële voorzieningen kan ik, wanneer ik die internationaal vergelijk, alleen maar royaal noemen. Daarom lag het ook voor de hand dat ik mijn eigen kinderen een studie in Nederland heb aanbevolen. Een minpunt van het studeren in Nederland is niet zozeer het collegegeld, dat tegenwoordig nauwelijks hoger is dan in het buurland Nordrhein-Westfalen, maar de taal. Niet het gemakkelijk te leren Nederlands maar het Engels wordt nu voor het onderwijs in de mastercurricula gebruikt. Ook wordt het vanwege de homologatieprogramma s voor masterstudenten meer en meer gebruikt in de bachelorcurricula. Misschien is dit de reden dat de instroom van buitenlandse studenten ondanks aanzienlijke inspanningen op het gebied van internationale uitwisseling gering is. Volgens Wilhelm von Humboldt ( Die Verschiedenheit der Sprachen ist nicht eine Verschiedenheit an Schällen und Zeichen, sondern eine Verschiedenheit von Weltansichten ) biedt een taal een bepaalde visie op de wereld. Door het gebruik van de voertaal Engels in een niet-engelstalig land komt dat neer op de globalisatie-conforme mainstreamvisie. Het is jammer dat belangstellenden voor de specifiek Nederlandse visie, uit Nederland of uit het buitenland, tegenwoordig alleen in Vlaanderen de mogelijkheid hebben colleges op masterniveau in deze taal te horen. Om vast te stellen of de boven beschreven en voor mij teleurstellende situatie in lijn is met wat de maatschappij wil, heb ik een blik geworpen in de Wet van 8 oktober 1992, houdende bepalingen met betrekking tot het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en daar het volgende gevonden. Artikel 1.3, lid 4, zin 2 luidt: Zij (nl. de universiteiten) richten zich in het kader van hun werkzaamheden op het gebied van het onderwijs wat betreft Nederlandstalige studenten mede op de bevordering van de uitdrukkingsvaardigheid in het Nederlands. Bijzondere aandacht voor de bevordering van Nederlandse taalvaardigheid heeft de commissie helaas bij geen van de bezochte instellingen kunnen vinden. Integendeel, bijna alle afstudeerverslagen op masterniveau en al vele op bachelorniveau worden in het Engels geschreven. Vervolgens luidt dan Artikel 7.2: Het onderwijs wordt gegeven en de examens worden afgenomen in het Nederlands. In afwijking van de eerste volzin kan een andere taal worden gebezigd: (a en b zijn hier niet van toepassing) of c. indien de specifieke aard, de inrichting of de kwaliteit van het 8 QANU / Informatica

9 onderwijs dan wel de herkomst van de studenten daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door het instellingsbestuur vastgestelde gedragscode. Ook aan deze bepaling is niet voldaan. Interessant, en belangrijk voor een visitatiecommissie, is het hier in de wet bedoelde kwaliteitsaspect. Als een zwaar vak zoals Informatica in een taal wordt onderwezen die voor beide zijden, zowel docenten als studenten, vreemd is, dan verhoogt dat de moeilijkheid van de studie en verlaagt het de kwaliteit van het onderwijsproces. In de gesprekken met studenten van alle gevisiteerde opleidingen hebben wij klachten over de Engelse taalvaardigheid van hun docenten gehoord. Mijn persoonlijke indruk is dat ze op deze manier ons indirect probeerden mee te delen dat ze geen Engelstalig onderwijs willen, maar dat ze het niet politiek correct vonden om dit direct te zeggen. Ik sluit af met heel hartelijk dank te zeggen aan de instellingen voor de goede voorbereiding van onze bezoeken, de gastvrije ontvangst en de open gesprekken, aan mijn collega s in de commissie en haar adviseurs voor de grote hoeveelheid werk die zij hebben verricht, en in het bijzonder aan onze secretaris een meester van de wel afgewogen formulering. Prof. dr. dr. W.A. Halang, voorzitter visitatiecommissie Informatica QANU / Informatica 9

10 10 QANU / Informatica

11 DEEL I: Algemeen deel QANU / Informatica 11

12 12 QANU / Informatica

13 1. De onderwijsvisitatie Informatica 1.1. Inleiding Met het oog op de accreditatie van wetenschappelijke bachelor- en masteropleidingen door middel van externe kwaliteitsbeoordeling heeft de Stichting QANU in mei 2006 de visitatiecommissie Informatica ingesteld. In de periode juni tot en met december 2006 heeft deze commissie een bezoek gebracht aan die bachelor- en masteropleidingen op het gebied van de Informatica en Technische Informatica waarvoor QANU een opdracht tot visiteren had ontvangen van de betrokken universitaire Colleges van Bestuur (zie paragraaf 1.2.). De commissie heeft haar bevindingen vastgelegd in beoordelingsrapporten per universiteit. Deze zijn, in volgorde van de visitatiebezoeken, gebundeld in deel II van dit rapport. Ze hebben tot doel antwoord te geven op de vraag of de betrokken opleidingen naar het oordeel van de visitatiecommissie voldoen aan de criteria voor basiskwaliteit. Deel I van het rapport bestaat uit een algemene achtergrondbeschrijving van de visitatie (hoofdstuk 1), het gehanteerde referentiekader (hoofdstuk 2) en het oordeel van de commissie over een aantal aspecten die haar tijdens de visitatie bijzonder hebben getroffen, maar die vielen buiten het beoordelingskader van QANU (hoofdstuk 3: Algemene bevindingen) De betrokken opleidingen De volgende opleidingen zijn in het kader van deze visitatie bezocht: Universiteit Utrecht (19 en 20 juni 2006): de bacheloropleiding Informatica de masteropleiding Informatica Radboud Universiteit Nijmegen (11 en 12 september 2006): de bacheloropleiding Informatica de masteropleiding Informatica Open Universiteit Nederland (19 en 20 september 2006): de bacheloropleiding Technische Informatica de masteropleiding Technical Informatics RU Groningen (3 en 4 oktober 2006): de bacheloropleiding Informatica de masteropleiding Informatica Vrije Universiteit Amsterdam (1 t/m 3 november 2006): de bacheloropleiding Informatica de masteropleiding Computer Science de masteropleiding Parallel and Distributed Computer Systems de masteropleiding Bioinformatics QANU / Informatica 13

14 Universiteit Twente (15 t/m 17 november 2006): de bacheloropleiding Technische Informatica de bacheloropleiding Telematica de masteropleiding Computer Science de masteropleiding Telematica de masteropleiding Human Media Interaction TU Delft (28 en 29 november 2006): de bacheloropleiding Technische Informatica de masteropleiding Computer Science de masteropleiding Media and Knowledge Engineering TU Eindhoven (12 en 13 december 2006): de bacheloropleiding Technische Informatica de masteropleiding Computer Science and Engineering de masteropleiding Business Information Systems De namen van de genoemde universiteiten worden in het vervolg van dit rapport in de bovengenoemde volgorde als volgt afgekort: UU, RU, OU, RUG, VU, UT, TUD en TUE Samenstelling en taak van de commissie De samenstelling van de commissie is totstandgekomen mede aan de hand van suggesties vanuit de landelijke kamer Informatica. Alle betrokken opleidingen en faculteitsbesturen zijn in de voorbereidingsfase in de gelegenheid geweest om bezwaar aan te tekenen tegen de door QANU voorgelegde conceptsamenstelling van de commissie, een en ander conform paragraaf C van het QANU-kader. Van deze gelegenheid is geen gebruik gemaakt. De visitatiecommissie Informatica bestond uit de volgende personen: prof. dr. dr. W.A. Halang drs. J.J.Th. Houben dhr. V.S. Jaddoe B.Sc prof. dr. J. Paredaens prof. dr. F.J. Peters prof. dr. J.M. Pieters hoogleraar Informatietechnologie aan de Fernuniversität Hagen, voorzitter; deskundige ontwikkeling en inrichting hoger onderwijs; student masteropleiding Grid Computing aan de Universiteit van Amsterdam; hoogleraar Informatica aan de Universiteit van Antwerpen en de TU Eindhoven; per emeritus hoogleraar Toepassingsgerichte Informatica van de Universiteit Leiden en gepensioneerd medewerker van Philips Research, Eindhoven; hoogleraar Toegepaste Psychologie met bijzondere aandacht voor leren en instructie, Universiteit Twente (tot ) en per hoogleraar Toegepaste Psychologie ten behoeve van de Universitaire Lerarenopleiding aan de Radboud Universiteit Nijmegen.; prof. dr. L. De Raedt hoogleraar Informatica aan de Universität Freiburg (tot ) en per hoogleraar Informatica aan de KU Leuven; 14 QANU / Informatica

15 prof. dr. R.P. van de Riet emeritus hoogleraar Informatiesystemen van de VU Amsterdam. Tot secretaris van de commissie werd benoemd drs. G.H. Lansink, medewerker bureau QANU, Utrecht. Als bijlage A zijn de curricula vitae van de leden opgenomen. De commissieleden voor wie gold dat zij verbonden zijn aan een van de te visiteren universiteiten of voor wie dat tot recentelijk gold, hebben niet deelgenomen aan het visitatiebezoek aan de betreffende universiteit. Dit was van toepassing op prof. Paredaens bij het bezoek aan de TUE, voor prof. Pieters bij het bezoek aan de UT en voor prof. Van de Riet bij het bezoek aan de VU Amsterdam. In het geval van het bezoek aan de UT is het ontbreken van onderwijskundige expertise in de commissie opgevangen door de deelname van een vervanger: drs. J. Houben, voormalig beleidsadviseur onderwijs van het bureau VSNU en recent onderwijsdeskundige in verschillende QANU-visitatiecommissies. Prof. De Raedt en prof. Paredaens hebben beurtelings deelgenomen aan de visitatiebezoeken, zodanig dat zij gezamenlijk gedurende deze visitatie de positie van één (buitenlands) commissielid hebben ingenomen. Beiden hebben deelgenomen aan de start- en slotvergadering van de commissie. Op grond van het instellingsbesluit van de commissie d.d. 15 mei 2006 was het de taak van de commissie om op basis van de door de faculteiten aan te leveren informatie en door middel van ter plaatse te voeren gesprekken 1) een oordeel te geven over de verschillende kwaliteitsaspecten van de betrokken opleidingen, zoals beschreven in het QANU-kader van januari 2004; en 2) op basis daarvan vast te stellen of de opleidingen naar haar oordeel voldoen aan de criteria voor basiskwaliteit, en 3) de aspecten van de opleidingen te identificeren die naar haar oordeel voor verbetering vatbaar zijn Werkwijze van de commissie De commissie hield haar installatievergadering op 15 mei 2006 in Utrecht. Ze werd formeel geïnstalleerd namens het QANU-bestuur door de directeur van QANU, mr. C.J. Peels. Daaraan voorafgaande zijn van de zijde van QANU met nadruk de bepalingen in bijlage 2 van het QANU-kader met betrekking tot de onafhankelijkheid van de leden van een visitatiecommissie onder de aandacht gebracht van de leden. Als uitvloeisel daarvan is alle leden verzocht een onafhankelijkheidsverklaring te ondertekenen en aan de QANU ter beschikking te stellen. Alle leden hebben aan dit verzoek zonder voorbehoud gevolg gegeven en waar nodig ter vergadering een toelichting gegeven op hun specifieke positie ten opzichte van een van de te visiteren opleidingen. Daarmee was de visitatie Informatica naar het oordeel van QANU omgeven met voldoende onafhankelijkheidswaarborgen. Vervolgens werden afspraken gemaakt op de volgende punten: QANU / Informatica 15

16 de te volgen werkwijze; de globale dagindeling van de visitatiebezoeken; het vicevoorzitterschap van de commissie (te vervullen door prof. dr. J. Pieters c.q. prof. dr. R. van de Riet); de verdeling in globale zin van aandachtsgebieden tussen de commissieleden; de verdeling van twaalf afstudeerwerken per bachelor- en masteropleiding; de vaststelling van de vanuit de QANU aangereikte checklist (zie bijlage C); het inwinnen van adviezen van externe deskundigen ten aanzien van sommige van de te visiteren opleidingen. Op basis van een door voorzitter en secretaris geformuleerd voorstel heeft de commissie in haar startvergadering een begin gemaakt met de bespreking van het in het visitatieprotocol voorziene referentiekader. Langs schriftelijke weg is binnen een week na de vergadering de tekst van een conceptreferentiekader vastgesteld. Vervolgens heeft de commissie dit concept aangeboden aan de betrokken opleidingen (in dit geval de kamer Informatica), waarbij ze de gelegenheid werd geboden om daarop te reageren. Bij elk visitatiebezoek heeft de commissie als eerste punt de vraag aan de orde gesteld of de opleidingen zich konden vinden in het voorgelegde referentiekader. Dat bleek bij alle bezoeken het geval te zijn. Tijdens haar installatievergadering op 15 mei heeft de commissie ook de zelfstudies in oriënterende zin besproken en werden per opleiding specifieke aandachtspunten geïnventariseerd, mede op basis van een door bureau QANU opgestelde verkennende analyse. Om te bevorderen dat tijdens het visitatiebezoek de gedachtewisseling tussen visitatiecommissie en opleidingsvertegenwoordigers op zinvolle en efficiënte wijze gevoerd kon worden, besloot de commissie om: verzoeken om aanvullende informatie ruim van tevoren aan de te visiteren opleidingen te richten; sommige, meer principiële vragen al vooraf voor te leggen, zodat aan de zijde van de opleiding al enige reflectie en zonodig standpuntbepaling kon plaatsvinden; de gesprekspanels bestaande uit studenten vooraf te vragen om hun standpunt te bepalen op die facetten uit de zelfstudie die met name voor studenten van belang zijn (zoals kwaliteitszorg, studeerbaarheid, toetsing en beoordeling, onderwijsvormen, kwaliteit staf, voorzieningen, et cetera). De commissie heeft goede ervaringen met deze aanpak opgedaan. De beschikbare tijd kon hierdoor tijdens de visitatiebezoeken optimaal worden besteed en de gedachtewisseling kon op gerichte wijze plaatsvinden, zonder dat daarmee de spontaniteit van de dialoog in gevaar kwam. Op basis van de conclusies, bereikt in de installatievergadering, is vanuit bureau QANU contact opgenomen met alle betrokken lokale visitatiecoördinatoren en is de voorbereiding van elk visitatiebezoek in onderling overleg tussen de lokale visitatiecoördinator en de secretaris van de visitatiecommissie ter hand genomen. Laatstgenoemde heeft daartoe ongeveer één maand voorafgaand aan elk visitatiebezoek een bezoek gebracht aan elke instelling. Daarbij werden concrete afspraken gemaakt over de invulling van het bezoek op basis van het globale dagprogramma dat de commissie had vastgesteld. Namens de commissie is bij de voorbereiding van elk visitatiebezoek verzocht om tijdens het bezoek inzage te kunnen krijgen in het volgende informatiemateriaal: 16 QANU / Informatica

17 de gebruikte onderwijsliteratuur van de verplichte onderdelen; gebruikte dictaten, syllabi en readers; alle tentamenopgaven van de bacheloropleiding en van de verplichte onderdelen van de masteropleiding; een representatieve hoeveelheid voorbeelden van gemaakte en gecorrigeerde tentamens; richtlijnen en regelingen voor stages en scripties; de niet-opgevraagde afstudeerwerken; evaluatieverslagen van het onderwijs (inclusief jaaroverzichten); gebruikte handboeken kwaliteitszorg; notulen van de opleidingscommissie(s) en examencommissie; beleidsstukken (zoals bijvoorbeeld ontwikkelingsplannen, strategienota s en kwaliteitsplannen). Ter bestudering vooraf werden opgevraagd: twaalf afstudeerwerken (zie de volgende alinea) van zowel de bachelor- als de masteropleiding en het meest recente beschikbare materiaal op het gebied van alumnionderzoeken. Ten slotte werd de visitatiecoördinator gevraagd om de mogelijkheid te creëren voor de leden van de visitatiecommissie om voorafgaand aan het bezoek in te loggen op de plaatselijke lokale elektronische leeromgeving, als waren zij een student van de opleiding. Een aantal externe deskundigen heeft op verzoek van de commissie een (eenmalig) advies geleverd over met name de domeinspecifieke aspecten van sommige van de te visiteren opleidingen. De adviseurs waren (in alfabetische volgorde): prof. dr. G. Engels van de Universiteit van Paderborn (advies over de masteropleiding Business Information Systems van de TU Eindhoven), dr. ir. C.A.P.G. van der Mast van de TU Delft (advies over de masteropleiding Human Media Interaction van de Universiteit Twente), prof. dr. G. Vriend van de Radboud Universiteit Nijmegen (advies over de masteropleiding Bioinformatics aan de VU Amsterdam) en prof. dr. ir. P.H.N. de With van de TU Eindhoven (advies over de masteropleiding Media and Knowledge Engineering van de TU Delft). De visitatiebezoeken namen doorgaans twee dagen in beslag met uitzondering van de bezoeken aan de Vrije Universiteit Amsterdam en de Universiteit Twente, waar de commissie een bezoek bracht van tweeënhalve dag vanwege de grotere beoordelingstaak aldaar (zie paragraaf 1.2. voor het aantal te visiteren opleidingen per universiteit). In alle gevallen werd op de eerste dag begonnen met een (nadere) bespreking in commissieverband van de zelfstudies en de afstudeerwerken. Uit de bij de zelfstudie gevoegde lijst van 25 meest recente afstudeerwerken van de masteropleidingen had de commissie er ruim vóór het bezoek in totaal twaalf per opleiding geselecteerd en opgevraagd, waarbij was gelet op een goede spreiding naar specialisatie en gegeven eindcijfer. In een enkel geval was er sprake van een niet lang geleden gestarte masteropleiding en kon slechts een beperkte selectie van afstudeerwerken plaatsvinden. Van de projecten die golden als afsluiting van de bacheloropleiding kon de commissie in verreweg de meeste gevallen ook vooraf een selectie bepalen en opvragen ter bestudering vooraf. In een enkel geval moest deze bestudering vanwege de omvang van de documentatie over de projecten ter plekke tijdens het visitatiebezoek zelf plaatsvinden. Als handreiking voor de beoordeling ervan was vanuit QANU aan de commissieleden een lijst met beoordelingscriteria ter beschikking gesteld, die centraal stond tijdens de bespreking van het afstudeerwerk in commissieverband (zie bijlage D). QANU / Informatica 17

18 Vanaf het eind van de ochtend op de eerste visitatiedag werden gesprekken gevoerd met verschillende instanties en personen, zoals de opstellers van de zelfstudie, de verantwoordelijken voor kwaliteitszorg (studenten apart), de leden van de opleidingscommissie (studenten apart), verschillende groepen studenten (waarbij het aan henzelf was overgelaten wie namens hen met de commissie zou spreken), leden van de wetenschappelijke staf, vertegenwoordigers van de examencommissie, studieadviseurs/-begeleiders, onderwijscoördinatoren, en opleidingsmanagement/faculteitsbestuur. Daar waar sprake is van een deeltijdopleiding heeft de commissie ook gesproken met deeltijdstudenten. De commissie sloot de eerste visitatiedag af met een informele kennismakingsbijeenkomst op de faculteit met vertegenwoordigers van het College van Bestuur c.q. het faculteitsbestuur en het opleidingsmanagement. Deze bijeenkomst kwam in de plaats van het traditionele visitatiediner. Tijdens elk bezoek hield de commissie op de tweede dag een ruim van tevoren op brede schaal aangekondigd spreekuur, waar zowel studenten als docenten de gelegenheid kregen om een specifiek punt in een persoonlijk gesprek onder de aandacht van de commissie te brengen. Belangstellenden konden zich daarvoor rechtstreeks bij de secretaris van de commissie aanmelden. Bij twee van de acht visitatiebezoeken is van deze gelegenheid gebruikgemaakt, door zowel studenten als docenten. In één geval heeft een student die tijdens het visitatiebezoek verhinderd was, zich na afloop per tot de commissie gericht. Bij alle bezoeken heeft de commissie een rondleiding van een uur gekregen om zich een beeld te kunnen vormen van de beschikbare faciliteiten. Na afronding van de visitatiegesprekken heeft de commissie haar conclusies geformuleerd aan de hand van de checklist (zie bijlage C). Besloten werd om deze lijst collectief in te vullen, waardoor eventuele verschillen van inzicht direct konden worden besproken. De commissie is bij het toekennen van scores per facet uitgegaan van de in het QANU-kader beschreven vierpuntsschaal en van de QANU-werkwijze dat de score v (voldoende) wordt gegeven wanneer aan de basiskwaliteit wordt voldaan (zie eveneens bijlage C voor de waarden van de gehanteerde scores). De ingevulde lijst is de basis geweest voor de formulering van de opleidingsrapporten en voor de inhoud van de mondelinge rapportage met het voorlopige oordeel van de commissie aan het eind van de laatste visitatiedag. De concepttekst van de beoordelingsrapporten per opleiding en van het algemene deel van haar eindrapport heeft de commissie vastgesteld in haar slotvergadering op respectievelijk 10 januari en 26 maart 2007 in Utrecht. De in die vergaderingen vastgestelde conceptteksten zijn vervolgens voor commentaar op feitelijke onjuistheden aangeboden aan de betrokken faculteitsbesturen en opleidingen. De daarop ontvangen reacties zijn besproken in commissieverband en wanneer daartoe in haar ogen aanleiding bestond, verwerkt in de formulering van de definitieve tekst. De betrokken opleidingen hebben in alle gevallen bericht ontvangen over de wijze waarop de commissie is omgegaan met de ontvangen commentaren. 18 QANU / Informatica

19 2. Het referentiekader van de visitatie Informatica Inleiding De visitatiecommissie Informatica heeft in haar eerste vergadering op 15 mei 2006 de vraag besproken aan welke minimumeisen volgens haar een wetenschappelijke opleiding op het gebied van de Informatica moet voldoen. Op grond van die bespreking heeft ze het referentiekader opgesteld aan de hand waarvan ze de opleidingen zal beoordelen. Het referentiekader is na de eerste vergadering aangeboden aan de opleidingen (Technische) Informatica, waarbij ze in de gelegenheid zijn gesteld om daarop te reageren. De te visiteren opleidingen hebben uiteenlopende doelstellingen, wat ook tot uitdrukking komt in de aard en opzet van het curriculum en de mate van nadruk op diverse voor de informatica relevante aspecten, zoals formeelwiskundige methoden, apparatuur- en programmatuurkundige ontwikkelingen, en de systeemgerichte benadering in technische en organisatorische omgevingen. Ook zijn er verschillen in de gerichtheid van de opleidingen op toepassingen. Niettemin heeft de visitatiecommissie gemeend te kunnen volstaan met het formuleren van een enkele versie van het referentiekader. Dit moet niet worden opgevat als een uniform kader voor alle te visiteren opleidingen, maar als een indicatief kader. Bij de toepassing van het referentiekader zal de visitatiecommissie rekening houden met de hiervoor geschetste diversiteit. Na formulering van de algemene uitgangspunten in paragraaf 2. worden deze in paragraaf 3. en 4. verder uitgewerkt in de vorm van minimumeisen, te stellen aan te onderscheiden aspecten van de opleidingen Uitgangspunten De universitaire opleiding Informatica heeft primair als doel studenten op te leiden voor beroepsuitoefening op een hedendaags wetenschappelijk niveau en/of voor te bereiden op vervolgopleidingen. Dit uitgangspunt heeft consequenties voor de kennis, vaardigheden en attitudes die de afgestudeerden verworven moeten hebben, en daarmee voor de inhoud en het karakter van de opleiding. a. Voor de afgestudeerden geldt dat deze: moeten beschikken over kennis en vaardigheden die hen in staat stellen het beroep van informaticus op een wetenschappelijk niveau uit te oefenen dan wel deel te nemen aan een vervolgopleiding; niet alleen opgeleid moeten zijn om opgedane kennis in hun beroep toe te passen, maar ook in brede zin in staat moeten zijn bij te blijven met de voor de beroepsuitoefening relevante wetenschappelijke ontwikkelingen in het vakgebied; in staat moeten zijn, individueel en in groepsverband, tot het identificeren, analyseren, formuleren, abstraherend modelleren, en oplossen van complexe problemen op het gebied van de informatica, en tot het realiseren, onderhouden en evalueren van de implementatie van oplossingen; QANU / Informatica 19

20 vaardigheden moeten hebben op het gebied van mondelinge en schriftelijke presentatie van inzichten en resultaten, ook aan niet vakgenoten en in groepsverband; in staat moeten zijn de maatschappelijke functie van de informatica kritisch te volgen en te beoordelen; in algemene zin in staat moeten zijn tot: het construeren c.q. ontwerpen, tot het reflecteren op het resultaat (inclusief verificatie) en tot het toepassen ervan. b. Voor de opleiding geldt dat deze: kennis en inzicht moet bieden over het vakgebied in de breedte met voldoende verdieping in deelgebieden; een acceptabel evenwicht moet bieden tussen breedheid en diepgang per deelgebied; mogelijkheden moet bieden voor een grondige bestudering van vaktypische methodologie en theorie, en tegelijkertijd voldoende aandacht dient te schenken aan ondersteunende disciplines en aan de maatschappelijke inbedding van de informaticabeoefening; garanties moet bieden ten aanzien van de kwaliteit van de docenten, studiemiddelen en toetsvormen; over adequate materiële voorzieningen moet beschikken, waaronder: apparatuur en programmatuurfaciliteiten; aansluitingen op lokale, nationale en internationale netwerken; aansluitingen op online documentatiesystemen Minimumeisen ten aanzien van de inhoud en opbouw van de opleidingen Op grond van de onder paragraaf 2. beschreven uitgangspunten meent de visitatiecommissie dat aan de te visiteren opleidingen wetenschappelijk en maatschappelijk gezien, de volgende minimumeisen gesteld mogen worden ten aanzien van de universitaire bachelor- en masteropleidingen op het gebied van de Informatica Algemene doelstellingen en eindtermen van de opleidingen Teneinde goede afgestudeerden af te leveren moeten, naar de mening van de visitatiecommissie, de betrokken bachelor- en masteropleidingen zich ten doel stellen de studenten: te introduceren in de voornaamste ontwikkelingen en huidige inzichten in de informatica; kennis te laten maken met de voornaamste theoretische en methodologische grondslagen van de informatica; inzicht te geven in de vakliteratuur en vaardigheid te verschaffen in het werken met verschillende informatiebronnen; in te werken in voor de informatica relevante ondersteunende vakken; zelfstandig en in teamverband problemen te leren identificeren, analyseren, formuleren, abstraherend modelleren, en oplossen, en de implementatie van de oplossingen te leren realiseren, onderhouden en evalueren; te leren om kennis, inzicht en vaardigheden in probleemoplossen in woord en geschrift over te dragen. 20 QANU / Informatica

21 Van een wetenschappelijk gevormd informaticus, dat wil zeggen van degene die een masteropleiding Informatica succesvol heeft afgerond, mag volgens de commissie verwacht worden dat hij: in staat is deel te nemen aan wetenschappelijk onderzoek in de informatica; in voldoende mate probleemoplossend vermogen en wetenschappelijke attitude heeft ontwikkeld om functies buiten de universiteit op wetenschappelijk verantwoord niveau met de daarvoor benodigde praktische vaardigheden te kunnen vervullen De bacheloropleiding Het algemeen inhoudelijk kader voor de toetsing van academische bachelor- en masteropleidingen wordt gegeven door de Dublin-descriptoren (zie bijlage 1 van het referentiekader sectie 1). Deze worden op deze plaats aangevuld met domeinspecifieke eisen. Uitgegaan wordt van de wereldwijd bekende standaard geformuleerd in het Draft report Computing Curricula 2005 door de Joint Task Force van de samenwerkende organisaties ACM, AIS en IEEE-CS ( hierna aangeduid als JTF 1. Bovendien wordt rekening gehouden met de fasering van de Nederlandse curricula in een bachelor- en masterdeel en met landelijke doorstroomafspraken. Aangegeven wordt wat de opleiding moet doen om aan te tonen dat ze een aanvaardbare positie inneemt ten opzichte van de gekozen standaard. De standaard is voor dit referentiekader vooral ook een meetlat, niet een dwingende norm. Vakinhoud (bachelor) 1. De inhoud van de opleidingen overdekt de Common requirements in JTF (3.6, zie bijlage 2). Voor de bacheloropleiding zijn die doorgaans ingevuld op het niveau van (in combinatie) inzetten van bestaande wetenschappelijke theorieën, methoden en gereedschappen, eventueel na lichte aanpassing. 2. Tabel 3.1 in JTF (zie bijlage 2) geeft op een schaal van 0 tot 5 het relatieve belang van inhoudelijke elementen in de opleiding aan. Iedere opleiding is in staat zichzelf te karakteriseren in dezelfde termen, en kan opvallende afwijkingen van de JTF-standaard overtuigend beargumenteren. Een opvallende afwijking is een afwijking waarbij de standaard een kenmerk maximaal dan wel minimaal scoort, en de opleiding in zijn profiel precies het tegendeel laat zien. De kolom CS is de primaire referentie voor de karakterisering, in de argumentatie van afwijkingen kunnen verwijzingen naar SE, IS, IT (en soms ook CE) opportuun zijn. Afstemming bacheloropleiding op vervolgactiviteiten 1. In de bacheloropleiding wordt een aanvang gemaakt met het ontwikkelen van onderzoeksvaardigheden en een onderzoekende attitude, met het oog op een succesvolle doorstroom naar een masteropleiding. 2. In de bacheloropleiding wordt een aanvang gemaakt met de ontwikkeling van vaardigheden, attitudes en competenties die nodig zijn voor het functioneren op de arbeidsmarkt. 1 Omdat het Final report pas sinds kort beschikbaar is, hanteert de commissie in dit referentiekader het Draft report. QANU / Informatica 21

22 De masteropleiding/master s degree courses Learning outcome in general The Dublin descriptors indicate in general terms what levels a student should reach in knowledge and understanding, the application of knowledge and understanding, forming judgments, communication and learning skills to award him the master s title. In the objectives and content of a Master s degree course it must be clear that teaching and assessment of students aims at reaching the goals set in the Dublin descriptors. They are as indicated in appendix 1 section 2. Domain specific contents, the nature of Master s degree courses The Master s degree course will build upon knowledge and understanding at undergraduate level. The core of this knowledge and understanding is as described by the Joint Task Force for Computing Curricula of ACM, AIS and IEEE-CS in their Draft report Computing Curricula 2005 ( The contents of the Master s degree programme should lead the student towards the frontiers of design and applications in the field, and/or towards the major research issues in the field. The students in the Master s degree course will generally concentrate on subjects in a limited specialisation within the field, or in the border region with adjacent fields. If the course borders on adjacent fields (Management Sciences, Electrical Engineering and Telecommunication, Cognitive Science, ) it will meet international standards which are not necessarily only the standards set for Computing Curricula. In particular such courses have identified a (international) community of courses of a similar nature and they will fit the standards of that community. The Master s degree course may not aim at educating students to be researchers, or it may have tracks for students who do not aim at such a goal. There is however always a strong relationship between the degree course and research activities, and researchers are active as lecturers and supervisors in the degree course. Even if a student who is awarded the degree is not trained to be a researcher, he will have a basic understanding of the nature of research, and he will have proven research skills. In each degree course there will be a final project which takes at least one quarter of the entire course. In the final project the student can show his capabilities in each of the five fields of the Dublin descriptors (knowledge and understanding, application of knowledge and understanding, forming judgments, communication and learning skills). Preparation for a further career in a PhD position or as a highly qualified professional in the field A talented and successful student in the Master s degree course must be educated to a level where he is eligible for a PhD-position. Participation in research projects, especially during the final project must be open to such students. The Master s degree course must address the development of skills and competencies that are essential for a working professional. It must be possible for students to participate in cooperation with trade and industry, in particular during a final project. This requires the courses to have sufficient contacts within trade and industry. 22 QANU / Informatica

23 2.4. Minimumeisen ten aanzien van de randvoorwaarden Kwaliteitszorg Op grond van de onder paragraaf 2. beschreven uitgangspunten meent de visitatiecommissie dat de te visiteren opleidingen minimaal aan de volgende randvoorwaarden op het gebied van kwaliteitszorg zullen moeten voldoen: een expliciet beleid ten aanzien van kwaliteitszorg inclusief de personele aspecten; een goed functionerend systeem van studievoortgangregistratie; een goed functionerend systeem van interne kwaliteitszorg; onderwijsmateriaal dat aansluit bij de onderdelen van het curriculum structurele aandacht voor de onderwijstaken van de staf; een evenwichtige verhouding tussen onderwijs en onderzoek, waarbij onderwijs, net als onderzoek, een rol dient te spelen in het carrièreperspectief van stafleden; periodieke functioneringsgesprekken, beoordeling en loopbaanbegeleiding; het op systematische wijze bijhouden van informatie over kwaliteit en kwantiteit van afgestudeerden; het op stelselmatige wijze aandacht besteden aan contacten met afgestudeerden Faciliteiten en infrastructuur Op grond van de onder paragraaf 2. beschreven uitgangspunten meent de visitatiecommissie dat de te visiteren opleidingen minimaal aan de volgende randvoorwaarden op het gebied van faciliteiten en infrastructuur zullen moeten voldoen. De opleiding zal moeten beschikken over voldoende onderwijsruimten en ruimten voor afstudeerders. De opleiding zal moeten beschikken over voldoende faciliteiten in de onderwijsruimten voor moderne onderwijsvormen, zoals bijvoorbeeld internetaansluiting, overheadprojector en beamer. De opleiding zal moeten beschikken over computerlaboratoria met voldoende programmatuur en apparatuur, zodat de studenten practicumopdrachten in redelijke tijd kunnen verwerken. Naast lokale netwerken dienen er ten behoeve van studenten aansluitingen op nationale en internationale netwerken te zijn. De opleiding moet kunnen beschikken over toereikende bibliotheekfaciliteiten. In de bibliotheek dienen exemplaren van verplichte literatuur ter inzage aanwezig te zijn. De bibliotheek dient abonnementen op de belangrijkste informaticatijdschriften te bezitten. De opleiding dient aandacht te geven aan de mogelijkheden van online documentatiesystemen (cd-roms) en andere vervangers van boeken. De opleiding dient activiteiten van staf en studenten op het gebied van internationalisering te ondersteunen. Zo dienen studenten die daarvoor belangstelling hebben binnen de opleiding een deskundig aanspreekpunt te kunnen vinden met wie ze de mogelijkheden kunnen bespreken. QANU / Informatica 23

24 Bijlage 1: Dublin-descriptoren 1. Bachelor De afgestudeerde bachelor: heeft aantoonbare kennis en inzicht van een vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op het niveau bereikt in het voortgezet onderwijs en dit wordt overtroffen; functioneert doorgaans op een niveau waarop met ondersteuning van gespecialiseerde handboeken, enige aspecten voorkomen waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied vereist is; is in staat om zijn kennis en inzicht op dusdanige wijze toe te passen dat dit een professionele benadering van zijn werk of beroep laat zien, en beschikt verder over competenties voor het opstellen en verdiepen van argumentaties en voor het oplossen van problemen op het vakgebied; is in staat om relevante gegevens te verzamelen en te interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaalmaatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten; is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten; bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt aan te gaan. 2. Master Students to whom a Master s degree is awarded: have demonstrated knowledge and understanding that is founded upon and extends and/ or enhances that typically associated with Bachelor s level, and that provides a basis or opportunity for originality in developing and/or applying ideas, often within a research context; can apply their knowledge and understanding, and problem solving abilities in new or unfamiliar environments within broader (or multidisciplinary) contexts related to their field of study; have the ability to integrate knowledge and handle complexity, and formulate judgements with incomplete or limited information, but that include reflecting on social and ethical responsibilities linked to the application of their knowledge and judgements; can communicate their conclusions, and the knowledge and rationale underpinning these, to specialist and non-specialist audiences clearly and unambiguously; have the learning skills to allow them to continue to study in a manner that may be largely self-directed or autonomous. Research is used to cover a wide variety of activities, with the context often related to a field of study; the term is used here to represent a careful study or investigation based on a systematic understanding and critical awareness of knowledge. 24 QANU / Informatica

25 Bijlage 2: Elementen uit het rapport van de Joint Task Force Common criteria (3.6) 1. Essential and foundational underpinnings of its discipline. These may be abstract, e.g., formal theory rooted in mathematics, or they may be applied, e.g., professional values and principles; often, they will include both abstract and applied elements. Regardless of their form or focus, the underpinnings must highlight those essential aspects of the discipline that remain unaltered in the face of technological change. The discipline s foundation provides a touchstone that transcends time and circumstance, giving a sense of permanence and stability to its educational mission. Students must have a thorough grounding in that foundation. 2. A foundation in both the concepts and skills related to computer programming. There are three layers to this foundation: a. An intellectual understanding of, and an appreciation for, the central role of algorithms; b. Fundamental programming skills to permit implementation of algorithms in software; c. Software engineering principles and technologies to ensure that software implementations are robust, reliable, and appropriate for their intended audience. 3. Understanding of the possibilities and limitations of what computer technology (software, hardware, and networking) can and cannot do. This foundation has three levels: a. An understanding of what current technologies can and cannot accomplish; b. An understanding of the limitations of computing, including the difference between what computing is inherently incapable of doing vs. what may be accomplished via improved computer technology in the future; c. The impact on individuals, organizations, and society of deploying technological solutions and interventions. 4. Understanding of the concept of the lifecycle, including the significance of its phases (planning, development, deployment, and evolution), the implications for the development of all aspects of computer-related systems (including software, hardware, and human computer interface), and the relationship between quality and lifecycle management. 5. Understanding of the essential concept of process, in at least two meanings of the term: a. Process as it relates to computing, especially program execution and system operation; b. Process as it relates to professional activity, especially the relationship between product quality and the deployment of appropriate human processes during product development. 6. Study of advanced computing topics that permits students to visit and understand the frontiers of the discipline. This is typically be accomplished via explicit inclusion of learning experiences that lead students from elementary topics to advanced topics or themes that pervade cutting-edge developments. 7. The identification of and acquisition of skill sets that go beyond technical skills. Such skill sets include interpersonal communication skills, team skills, and management skills as appropriate to the discipline. To have value, learning experiences must build such skills (not just convey that they are important) and teach skills that are transferable to new situations. 8. Exposure to an appropriate range of applications and case studies that connect theory and skills learned in academia to real-world occurrences to explicate their relevance and utility. 9. Attention to professional legal and ethical issues such that students evidence attitudes and priorities that honor, protects, and enhances the ethical stature and standing of the profession. QANU / Informatica 25

September 2007. Informatica

September 2007. Informatica September 2007 Informatica Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230 3100 Fax: 030 230 3129 E-mail: info@qanu.nl Internet:

Nadere informatie

E-portfolio op de Radboud Universiteit: implementatie met een instellingsbrede aanpak en een opleiding specifieke uitwerking.

E-portfolio op de Radboud Universiteit: implementatie met een instellingsbrede aanpak en een opleiding specifieke uitwerking. E-portfolio op de Radboud Universiteit: implementatie met een instellingsbrede aanpak en een opleiding specifieke uitwerking. SURF Seminar: E-Portfolio s in het hoger onderwijs 1 juni 2018 Bea Edlinger,

Nadere informatie

Master Public Management (MPM)

Master Public Management (MPM) Programme-specific appendix to the Education and Examination Regulations (EER) 2015-2016 for the Master of Science Programme Master Public Management (MPM) BMS-OSC.2015.3097 1 Inhoudsopgave 1. Inhoud en

Nadere informatie

HBO5 in Vlaanderen. Toelichting Noël Vercruysse 23 november 2011 Noel.vercruysse@ond.vlaanderen.be

HBO5 in Vlaanderen. Toelichting Noël Vercruysse 23 november 2011 Noel.vercruysse@ond.vlaanderen.be HBO5 in Vlaanderen Toelichting Noël Vercruysse 23 Noel.vercruysse@ond.vlaanderen.be De Feiten Decreet betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs van 30 april 2009 In

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager.

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager. Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager www.bpmo-academy.nl Wat is kwaliteitsmanagement? Kwaliteitsmanagement beoogt aan te sturen op het verbeteren van kwaliteit. Tevens houdt het zich bezig met het verbinden

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-0 6 7 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde

Nadere informatie

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015 Toetsplan Bacheloropleiding 2014-2015 BA 1 IK Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- 2 blok 1 weken blok 2 weken blok 3 toetsweken blok 4 opdrachten schr. tent. schr. tent.

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling van de masteropleiding

Onderwijs- en examenregeling van de masteropleiding vrije Universiteit amsterdam Faculteit der Exacte Wetenschappen Onderwijs- en examenregeling van de masteropleiding Computer Science Deel B Preambule In dit document wordt een A en een B gedeelte onderscheiden.

Nadere informatie

d.d. 30 juni 2011 Overzicht Bestuurlijke Informatie voor Bilateraal Overleg 2011 Faculteit Wiskunde en Informatica

d.d. 30 juni 2011 Overzicht Bestuurlijke Informatie voor Bilateraal Overleg 2011 Faculteit Wiskunde en Informatica d.d. 3 juni Overzicht Bestuurlijke Informatie voor Bilateraal Overleg Faculteit Wiskunde en Informatica Inhoudsopgave Onderwijs - Faculteit Wiskunde en Informatica Nr Pag Titel Toelichting 3 Aantal Bachelorstudenten

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding e taal en cultuur, 2014-2015 1 - Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel A en

Nadere informatie

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2016-2017 Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Krachtenveld. Masterprogramma Content & Knowledge Engineering. Ministerie OCW. ß-faculteit. onderwijsvisitatie. bacheloropleidingen.

Krachtenveld. Masterprogramma Content & Knowledge Engineering. Ministerie OCW. ß-faculteit. onderwijsvisitatie. bacheloropleidingen. Masterprogramma Content & Knowledge Engineering Curriculum 2010-2011 Hans Voorbij Krachtenveld onderwijsvisitatie zelfevaluatie ß-faculteit bacheloropleidingen master CKE vakgebied docenten Ministerie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 2 1 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8 1 5 3 1 8 1 5 5 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake de beroepen van [naam] te Den Haag, appellant tegen het Bestuur

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit

Nadere informatie

Memo Academic Skills; the basis for better writers

Memo Academic Skills; the basis for better writers Memo Academic Skills; the basis for better writers With the rise of broader bachelor degrees and the University College, Dutch universities are paying more attention to essays and other written assignments.

Nadere informatie

Bijlage 2. Protocol toetsing Associatedegreeprogramma. 15 december 2009

Bijlage 2. Protocol toetsing Associatedegreeprogramma. 15 december 2009 Bi Bijlage 2 Protocol toetsing Associatedegreeprogramma door de NVAO 15 december 2009 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Toets Associate-degreeprogramma in de hbo-bachelor 4 2.1 2.2 Criteria De status van de bacheloropleiding

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we ons programma van toetsing ontworpen. Het programma van toetsing is gevarieerd en bevat naast kennistoetsen en beoordelingen

Nadere informatie

EINDTERMEN EN VAKKENPAKKETTEN VOOR DE SPECIALISATIES VAN DE MASTER ELECTRICAL ENGINEERING MAARTEN KORSTEN

EINDTERMEN EN VAKKENPAKKETTEN VOOR DE SPECIALISATIES VAN DE MASTER ELECTRICAL ENGINEERING MAARTEN KORSTEN EINDTERMEN EN VAKKENPAKKETTEN VOOR DE SPECIALISATIES VAN DE MASTER ELECTRICAL ENGINEERING MAARTEN KORSTEN EINDTERMEN EN DE OPBOUW VAN DE OPLEIDING sequential in time relation with FQs Philosophy of Engineering

Nadere informatie

Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015

Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015 Toetsplan Bachelor CIW 2014-2015 BA 1 CIW Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken blok 1 weken blok 2 weken blok 3 3 toetsweken 7 college- hertoetsweek 2 toetsweken 7 college- hertoetsweek 2 toetsweken

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Filosofie

Curriculumevaluatie BA Filosofie Curriculumevaluatie BA Filosofie Beste student, U heeft onlangs het laatste onderdeel van uw bacheloropleiding Filosofie afgerond en staat op het punt het bachelorexamen aan te vragen. Om de kwaliteit

Nadere informatie

de volgende vakken b) the student has completed the MSc Economics with at least the courses...

de volgende vakken b) the student has completed the MSc Economics with at least the courses... OER/TER Errata (25-04-2018) Betreft/regarding: Onderwijs- en Examenregeling masterprogramma s 2017- Artikel 4.5.2 (p.105)/article 4.5.2 (p111) b) de student heeft de opleiding MSc Economics programme afgerond

Nadere informatie

Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education. Published

Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education. Published Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education DUTCH 055/02 Paper 2 Reading MARK SCHEME Maximum Mark: 45 Published This mark scheme is published

Nadere informatie

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Programma Midden-Oostenstudies voor het studiejaar 2016-2017 Inhoud: 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

2g. Opleidingsspecifieke bijlage bij de OER 2014-2015. Public Management (MPM)

2g. Opleidingsspecifieke bijlage bij de OER 2014-2015. Public Management (MPM) 2g. Opleidingsspecifieke bijlage bij de OER 2014-2015 voor de post-initiële Master opleiding Public Management (MPM) 1. Doel van de opleiding (OER art. 3.1 en onderwerp 1 NVAO accreditatiekader) 1a Profiel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Vergelijkende Indo- Europese taalwetenschap Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015

Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015 Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 titel code week 1-7 colleges Introduction to Audiovisual Culture continue toetsing, wekelijks verschillende

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-1 3 8 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 9 3 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel bij de OER 2016-2017 Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Bijlagen van het onderwijs- en Examenreglement van de bacheloropleiding Technische Bedrijfskunde

Bijlagen van het onderwijs- en Examenreglement van de bacheloropleiding Technische Bedrijfskunde Bijlagen van het onderwijs- en Examenreglement van de bacheloropleiding Technische Bedrijfskunde Inhoud: I. Eindtermen van de bacheloropleiding; II. Doorstroommasteropleidingen; III. Majoren en minoren

Nadere informatie

Neerlandistiek CROHO 60849

Neerlandistiek CROHO 60849 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-1 2 5 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG

BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG STUDENTEN DOEN UITSPRAKEN OVER DE ACADEMISCHE WERELD, HET VAKGEBIED EN HET BEROEPENVELD.. onderzoek niet zo saai als ik dacht werken in

Nadere informatie

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen.

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen. BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur 2014-2015 BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- blok 1 weken blok 2 weken blok 3 Academisch schrijven

Nadere informatie

Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud:

Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud: FACULTEIT DER LETTEREN ONDERWIJS- EN EAMENREGELING (OER) Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud: 1 Algemene bepalingen 2 Vooropleiding 3 Inhoud en inrichting

Nadere informatie

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Het disciplinaire future self als bron van motivatie en activatie

Het disciplinaire future self als bron van motivatie en activatie Het disciplinaire future self als bron van motivatie en activatie Onderwijsproject Faculteit Wetenschappen 2014-2015 promotor: Prof. Dr. Philippe Muchez Het disciplinaire future self Possible selves represent

Nadere informatie

E-learning maturity model. Hilde Van Laer

E-learning maturity model. Hilde Van Laer E-learning maturity model Hilde Van Laer E-learning maturity model (emm) Self-assessment van online en blended leren met e-learning maturity model (emm) A driver for change? http://www.utdc.vuw.ac.nz/research/e

Nadere informatie

OER/TER ADDENDA ( )

OER/TER ADDENDA ( ) OER/TER ADDENDA (21-11-2017) Regarding: Teaching and Examination Regulations Master s degree programmes The new text: p. 170 Programme: Executive Master of Finance and Control/EMFC Year: 2 sem course title

Nadere informatie

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Bottlenecks in Independent Learning: Self-Regulated Learning, Stress

Nadere informatie

Highlights Nationale Studenten Enquête 2015

Highlights Nationale Studenten Enquête 2015 Highlights Nationale Studenten Enquête 2015 De Nationale Studenten Enquête (NSE) is een grootschalig landelijk onderzoek waarin jaarlijks alle Bachelor en Master studenten in het hoger onderwijs gevraagd

Nadere informatie

WORKSHOP 1P4. Internationale samenwerking goed voor de onderwijskwaliteit? Arie van Scheepen. Docent Technische Bedrijfskunde bij IED-FNT

WORKSHOP 1P4. Internationale samenwerking goed voor de onderwijskwaliteit? Arie van Scheepen. Docent Technische Bedrijfskunde bij IED-FNT WORKSHOP 1P4 Internationale samenwerking goed voor de onderwijskwaliteit? Arie van Scheepen Docent Technische Bedrijfskunde bij IED-FNT 11.00-12.00 uur / SkyTheater 2 Inhoudsopgave Onderwerp/ aanleiding

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie () Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september 2016.

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 6 3 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappij 2019-2020 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

December 2005. Pedagogische Wetenschappen

December 2005. Pedagogische Wetenschappen December 2005 Pedagogische Wetenschappen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 P.O. Box 8035 3503 RA Utrecht The Netherlands Telefoon: +31 (0) 30 230 3100 Fax:

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 3 0 5 5

U I T S P R A A K 1 3 0 5 5 U I T S P R A A K 1 3 0 5 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Taal en Cultuur 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 week 1-7 colleges week 8/9/10, 20 week 11-16, 19 colleges week 21/22, 30 Griekse grammatica en LQG010P05

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015. 23 april 2015

Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015. 23 april 2015 Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015 23 april 2015 Parkstraat 28 Postbus 85498 2508 CD Den Haag P.O. Box 85498 2508 CD The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 info@nvao.net

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Basisgegevens. Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Nieuwe opleiding. Nieuw Ad programma. Nieuwe hbo master. Nieuwe joint degree

Basisgegevens. Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Nieuwe opleiding. Nieuw Ad programma. Nieuwe hbo master. Nieuwe joint degree Basisgegevens Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): X Nieuwe Nieuw Ad programma Nieuwe hbo master Nieuwe joint degree Naam instelling(en) Contactpersoon/contactpersonen Contactgegevens Universiteit

Nadere informatie

EP-Nuffic Jaarcongres 2015 Doorlopende leerlijn: Internationale Competenties in het hoger onderwijs. Jos Walenkamp Lector Internationale Samenwerking

EP-Nuffic Jaarcongres 2015 Doorlopende leerlijn: Internationale Competenties in het hoger onderwijs. Jos Walenkamp Lector Internationale Samenwerking EP-Nuffic Jaarcongres 2015 Doorlopende leerlijn: Internationale Competenties in het hoger onderwijs Jos Walenkamp Lector Internationale Samenwerking Samenvatting Wereldburgers, in de 21 ste eeuw, benodigde

Nadere informatie

Wat is Interaction Design?

Wat is Interaction Design? Wat is Interaction Design? Wat is interaction design? Designing interactive products to support the way people communicate and interact in their everyday and working lives. Preece, Sharp and Rogers (2015)

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014 Process Mining and audit support within financial services KPMG IT Advisory 18 June 2014 Agenda INTRODUCTION APPROACH 3 CASE STUDIES LEASONS LEARNED 1 APPROACH Process Mining Approach Five step program

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Programma van toetsing Versie 1.1 Con Amore B.V. Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we een nieuw programma van toetsing ontworpen. We zijn afgestapt van

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Tijd 09.15 09.45 Je bent op de Open dag, wat nu? Personal welcome international visitors 10.00 10.45 Je bent op de

Nadere informatie

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties: Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Kunstgeschiedenis Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden Laatst bijgewerkt op 25 november 2008 Nederlandse samenvatting door TIER op 5 juli 2011 Onderwijsondersteunende

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER 2017-2018 Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het

Nadere informatie

Opleiding PECB IT Governance.

Opleiding PECB IT Governance. Opleiding PECB IT Governance www.bpmo-academy.nl Wat is IT Governance? Information Technology (IT) governance, ook wel ICT-besturing genoemd, is een onderdeel van het integrale Corporate governance (ondernemingsbestuur)

Nadere informatie

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015

Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Programma Open dag zaterdag 28 februari 2015 Program Open Day Saturday 28 February 2015 Tijd 09.15 09.45 Je bent op de Open dag, wat nu? Personal welcome international visitors 10.00 10.45 Je bent op de

Nadere informatie

Aan de slag met interdisciplinaire Teacher Design Teams (i-tdt) voor istem onderwijs

Aan de slag met interdisciplinaire Teacher Design Teams (i-tdt) voor istem onderwijs Aan de slag met interdisciplinaire Teacher Design Teams (i-tdt) voor istem onderwijs Mieke De Cock, Heidi Knipprath & An Steegen 14/02/2019 Wat bedoelen we met istem? https://www.youtube.com/watch?v=alpj48simte&t=77s

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Duitse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Wet- en regelgeving. Rosa Becker, Nuffic Guido van Leerzem, Tilburg University. Hogeschool Utrecht, 6 juli 2017

Wet- en regelgeving. Rosa Becker, Nuffic Guido van Leerzem, Tilburg University. Hogeschool Utrecht, 6 juli 2017 Wet- en regelgeving Rosa Becker, Nuffic Guido van Leerzem, Tilburg University Hogeschool Utrecht, 6 juli 2017 Focus 1. Nieuwe wetgeving 2. Varianten accreditatie 3. Verblijfsvergunningen & visa 4. Toepassing

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-0 8 7 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-0 5 3 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Anhui, China, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV College van bestuur NHTV Internationale Hogeschool Breda Postbus 3917 4800 DX BREDA Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

Innovaties in de chronische ziekenzorg 3e voorbeeld van zorginnovatie. Dr. J.J.W. (Hanneke) Molema, Prof. Dr. H.J.M.

Innovaties in de chronische ziekenzorg 3e voorbeeld van zorginnovatie. Dr. J.J.W. (Hanneke) Molema, Prof. Dr. H.J.M. Innovaties in de chronische ziekenzorg 3e voorbeeld van zorginnovatie Dr. J.J.W. (Hanneke) Molema, Prof. Dr. H.J.M. (Bert) Vrijhoef Take home messages: Voor toekomstbestendige chronische zorg zijn innovaties

Nadere informatie

Deel B - BA-OER opleiding Kunstgeschiedenis pagina 1

Deel B - BA-OER opleiding Kunstgeschiedenis pagina 1 FACULTEIT DER LETTEREN ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) Deel B: Bacheloropleiding Kunstgeschiedenis voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud: 1 Algemene bepalingen 2 Vooropleiding 3 Inhoud en inrichting

Nadere informatie

Vrije Universiteit Amsterdam. School of Business and Economics De Boelelaan HV Amsterdam. Digital Business and Innovation

Vrije Universiteit Amsterdam. School of Business and Economics De Boelelaan HV Amsterdam. Digital Business and Innovation Basisgegevens Naam instelling Vrije Universiteit Amsterdam Contactgegevens Vrije Universiteit Amsterdam School of Business and Economics De Boelelaan 1105 1081 HV Amsterdam Naam opleiding Internationale

Nadere informatie

Replacement course / vervangend vak

Replacement course / vervangend vak Transition rules / Bachelor / 2017-2018 BSc Bedrijfseconomie Code Course / vak Transition rule / overgangsregel Replacement course / vervangend vak Code Sem or Remarks / Opmerkingen unit / Sem of blok

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

2. Afgestudeerden in de bacheloropleiding Taalwetenschap:

2. Afgestudeerden in de bacheloropleiding Taalwetenschap: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op vwo-niveau:

Nadere informatie

Sociale Geografie, Planologie en Demografie

Sociale Geografie, Planologie en Demografie Sociale Geografie, Planologie en Demografie Februari 2008 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230 3100 Fax: 030 230

Nadere informatie

Testplan Module 12: Bachelor assignment ( )

Testplan Module 12: Bachelor assignment ( ) Testplan Module 12: Bachelor assignment (201500466) BSc Chemical Engineering, academic year: 2017-2018 Module information Module examiners Module parts EC Gardeniers, Bouwmeester, Betlem, Huskens, Brilman,

Nadere informatie

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education Inger Anneberg, anthropologist, post doc, Aarhus University, Department of Animal Science Jesper Lassen, sociologist, professor, University

Nadere informatie

2 e webinar herziening ISO 14001

2 e webinar herziening ISO 14001 2 e webinar herziening ISO 14001 Webinar SCCM 25 september 2014 Frans Stuyt Doel 2 e webinar herziening ISO 14001 Planning vervolg herziening Overgangsperiode certificaten Korte samenvatting 1 e webinar

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-1 5 7 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Hilversum, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2-1 4 0 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen Kunstbeleid en

Nadere informatie

De OU kiest een nieuwe koers. Lex Bijlsma 23 november 2013

De OU kiest een nieuwe koers. Lex Bijlsma 23 november 2013 De OU kiest een nieuwe koers Lex Bijlsma 23 november 2013 Accreditatie en visitaties Bachelor Informatiekunde: gevisiteerd 4 april 2012 Accreditatie definitief 13 juni 2013 Master Software Engineering:

Nadere informatie