Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. Voorstel tot eerste verzamelwijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Aalten 2015 AAN DE RAAD

Transcriptie

1 Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. Voorstel tot eerste verzamelwijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Aalten 2015 AAN DE RAAD Samenvatting Ontwikkelingen in regelgeving, jurisprudentie en praktijkervaringen nopen tot het op diverse onderdelen aanpassen en aanvullen van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Aalten Inleiding De eerste wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Aalten 2015 (APV 2015) bestaat uit diverse onderdelen. De belangrijkste wijzigingen worden hierna, onder argumenten toegelicht. Daarnaast zijn in deze verzamelwijziging een aantal ondergeschikte en redactionele (verbetering schrijf- en stijlfouten) aanpassingen meegenomen. De jaarlijkse zomerwijziging van de VNG (ledenbrieven 15/063 en 16/060) heeft ook tot een aantal wezenlijke en een aantal ondergeschikte wijzigingen geleid. Bijgaande Algemene Plaatselijke Verordening 2015 versie 2 bevat de integrale tekst van de APV 2015 en toelichting zoals deze zal luiden nadat uw de eerste verzamelwijziging heeft vastgesteld. Alle wijzigingen zijn in die tekst dus verwerkt, zowel de hierna toegelichte als de niet toegelichte, ondergeschikte wijzigingen. Beschrijving beleidsterrein inclusief toepasselijke regelgeving Gemeentewet, Algemene wet bestuursrecht, APV Inhoudelijke toelichting op het voorstel 1. Meldingsstelsels in de APV De APV 2015 kent een aantal meldingsstelsels. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft meerdere uitspraken gedaan waaruit blijkt dat ook bij meldingen er doorgaans sprake is van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) waartegen belanghebbenden bezwaar moeten kunnen indienen. Het was al praktijk dat ingekomen meldingen werden gepubliceerd. Uit het oogpunt van duidelijkheid is aan de artikelen 2:10 lid 8 (Melding plaatsen driehoeksborden, sandwichborden en spandoeken), 2:12 (melding maken/veranderen uitweg), 2:25 lid 2.2 (meldingsplichtig evenement), 2:73a (melding carbid schieten), 5:13 (melding inzameling van geld of goederen) en 5:24 lid 2 (melding voorwerpen in of boven openbaar water) nu toegevoegd dat de melding moet worden gepubliceerd, zodat belanghebbenden kennis kunnen nemen van die meldingen. 2. Artikelen 1:3 en 1:8: buiten behandeling laten van een aanvraag. De wetgever heeft in de Awb een sluitend systeem neergelegd voor de afhandeling van aanvragen: die worden ingewilligd of geweigerd. In artikel 4:5 van de Awb is daarop één uitzondering gemaakt: een aanvraag die zo gebrekkig is dat die moet worden aangevuld voor ze kan worden afgehandeld kan buiten behandeling worden gelaten. Wel moet de aanvrager de kans krijgen om de aanvraag aan te vullen. In dat systeem past niet dat de gemeente een nieuwe reden introduceert waarmee een aanvraag buiten behandeling kan worden gelaten. In plaats van buiten behandeling laten zal een aanvraag die te laat wordt ingediend, waardoor een goede beoordeling niet mogelijk is, moeten

2 - 2 - worden afgewezen. Daarom is uit artikel 1:3 lid 1 APV 2015 geschrapt dat het bestuursorgaan kan besluiten een te laat ingediende aanvraag niet te behandelen. Aan artikel 1:8 is in lid 2 als extra weigeringsgrond het te laat indienen van de aanvraag of melding toegevoegd. 3. Artikel 2:25 lid 4.3 Ontheffing eindtijd evenement In artikel 2:25 lid 4.1 heeft de gemeenteraad de eindtijden van evenementen vastgelegd. Voor evenementen op dagen die door een door-de-weekse dag worden gevolgd geldt als eindtijd uur. Voor evenementen op dagen die worden gevolgd door een zaterdag of een zondag geldt een eindtijd van uur. De gedachte achter dat onderscheid in eindtijd is dat de hinder (bijvoorbeeld slaapverstoring) die evenementen voor omwonenden nu eenmaal met zich meebrengen meer moet worden beperkt als de dag na het evenement een reguliere werkdag is. Het komt echter regelmatig voor dat een evenement wordt gehouden op een dag die wordt gevolgd door een door-de-weekse dag die echter als algemene feestdag is aangewezen. Denk bijvoorbeeld aan een evenement op de avond voor Koningsdag terwijl Koningsdag dat jaar op een door-de-weekse dag valt. In die gevallen is er in beginsel geen bezwaar door middel van een ontheffing de eindtijd van het evenement te verruimen van uur naar uur. De APV 2015 kent zo n ontheffingsmogelijkheid echter niet. De gemeenteraad wordt voorgesteld zo n ontheffingsmogelijkheid in het toegevoegde lid 4.3 alsnog op te nemen. 4. Artikel 249a Gedragsaanwijzing Dit is een nieuw artikel dat de burgemeester de bevoegdheid geeft om een bewoner/gebruiker van een woning of een ander gebouw een gedragsaanwijzing op te leggen wanneer die bewoner/gebruiker door zijn gedrag zoveel overlast veroorzaakt dat de openbare orde daardoor wordt verstoord. De achterliggende gedachte daarbij is dat in artikel 174a Gemeentewet wel is geregeld dat de burgemeester een woning of lokaal kan sluiten indien door gedragingen in de woning of het lokaal de openbare orde rond de woning wordt verstoord, maar dat er in zo n geval niet een minder verstrekkende bevoegdheid voor handen is. 5. Artikel 2:57lid 1 sub c: Toevoeging van de mogelijkheid tot aanwijzing van gebieden in het buitengebied waar het aanlijnen van honden verplicht is. Landelijke praktijkervaringen wijzen uit dat het, ter bescherming van de veiligheid van personen en fauna, soms wenselijk dat voor een deel van het buitengebied tijdelijk of permanent ook een aanlijngebod voor honden geldt. De raad wordt voorgesteld die bevoegdheid van het college in de APV op te nemen. 6. Artikel 2:60 lid 4: Houden of voeren van hinderlijke of schadelijke dieren. De APV 2015 kende al de regeling dat het college gebieden kan aanwijzen waar, ter voorkoming van overlast of schade aan de gezondheid, het houden van de in het aanwijzingsbesluit genoemde (soort) dieren verboden is. De gebiedsaanwijzing is in sommige individuele gevallen van overlast of schade voor de gezondheid een te vergaand middel. Bovendien kan, zolang de gebiedsaanwijzing niet daadwerkelijk heeft plaatsgevonden, niet direct worden opgetreden tegen acute overlast of gevaar voor de gezondheid. Op basis van het nu toegevoegde lid 4 kan het college in individuele gevallen direct optreden tegen (de eigenaar of houder van) een dier dat door aanhoudend geluid (geblaf, gejank, gekrijs, gekraai enz.), door aanhoudende stank of anderszins ernstig hinderlijk/schadelijk is voor de omgeving terwijl er (nog) geen gebiedsaanwijzing heeft plaatsgevonden als bedoeld in lid Afdeling 2.12 (artikelen 2:66 tot en met 2:68): Bepalingen ter bestrijding van heling van goederen. Politie Oost Nederland vraagt de gemeenten medewerking te verlenen aan het landelijke project Digitaal Opkopersregister (DOR). Het is de bedoeling dat (in beginsel) elke handelaar in gebruikte en ongeregelde goederen zich als zodanig aanmeldt bij de gemeente, een digitaal register bijhoudt van de goederen die hij in en verkoopt en ingekochte goederen gedurende minimaal 3 dagen na inkoop in bewaring houdt. Overigens heeft de burgemeester de bevoegdheid vrijstelling te verlenen van de verplichtingen in artikel 2:67 van de APV. Ongeregelde goederen zijn goederen die vanwege hun aard of uitvoering, herkomst en/of de staat waarin ze verkeren, niet tot de algemeen gangbare goederen worden gerekend. Het kan bijvoorbeeld gaan om platina, goed, zilver, edelstenen, uurwerken kunstvoorwerpen, auto s, motorfietsen, bromfietsen, fietsen, foto-, film-, radio-, videoapparatuur, antiek en curiosa. Een inkoopregister is al verplicht op basis van artikel 437 lid 1 sub a van het Wetboek van Strafrecht

3 - 3 - en artikel 2 lid 2 van het Uitvoeringsbesluit ex artikel 437 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht. Het in de APV verplicht te stellen verkoopregister is hierop aanvullend. Door DOR worden inkoop- en verkoopregisters gekoppeld en gedigitaliseerd. Bovendien is koppeling aan een landelijk systeem waarin gestolen goederen worden geregistreerd mogelijk. De politie krijgt automatisch bericht wanneer een goed wordt ingevoerd dat als gestolen geregistreerd staat. Binnen het project DOR werken gemeenten, politie en het Openbaar Ministerie samen. Het DOR is een belangrijk hulpmiddel in de bestrijding van heling. Het bestrijden van heling heeft weer een daling van het aantal woninginbraken, overvallen, straatroven en diefstallen tot gevolg. De snelheid van uitwisseling van gegevens met de politie vergroot de pakkans van criminelen. Bovendien wordt het steeds moeilijker gestolen goederen te verhandelen. Zonder een basis daarvoor in de APV kunnen handelaren in ongeregelde goederen door de gemeente niet worden verplicht een register bij te houden van de door hen verhandelde goederen. In het kader van deregulering zijn enige jaren geleden echter de regels met betrekking tot heling van goederen uit de APV geschrapt. Door invoeging van de artikelen 2:66 tot en met 2:68 wordt die basis nu weer in de APV opgenomen. In uw vergadering van 1 september 2015 (bijlage 2) heeft u, onder het voorbehoud dat de raad met aanpassing van de APV in de hier bedoelde zin instemt, de al besloten tot medewerking aan het Digitaal Opkopersregister: Uw college heeft ingestemd met de beleidsregels handhaving helingsbestrijding en het door de burgemeester te nemen aanwijzingsbesluit Digitaal Opkopersregister. Zodra de gemeenteraad heeft besloten tot invoeging van de artikelen 2:66 tot en met 2:68 APV en de burgemeester het aanwijzingsbesluit Digitaal Opkopersregister heeft genomen kunnen de praktische stappen worden gezet om het Digitaal Opkopersregister ook voor de gemeente Aalten effectief te maken. 8. Artikel 5:13 Inzameling van geld of goederen In de APV 2015 is geen maximum gesteld aan de duur van een inzamelingsactie. Om een goede planning en spreiding van inzamelingsacties te waarborgen is in lid 3 bepaald dat een inzamelingsactie maximaal 14 dagen mag duren. 9. Artikel 5:17 e.v. Standplaatsen. In artikel 5:18 APV is bepaald dat het verboden is een standplaats in te nemen zonder vergunning van het college. De laatste jaren is een stijging in het aantal aanvragen voor permanente en incidentele standplaatsvergunningen merkbaar. Het college dient een vergunningaanvraag te toetsen aan de in het artikel opgesomde toetsingsgronden. Onder meer ten aanzien van deze toetsingsgronden is het zinvol om nadere regels te stellen. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan beleidsregels voor welstandstoetsing, een maximumstelsel, branchering, maximale afmetingen van de standplaats enz. Blijkens jurisprudentie is het toegestaan objectieve, algemeen bekendgemaakte criteria te ontwikkelen die in het kader van een vergunningaanvraag bij de beoordeling van de door de raad bepaalde toetsingsgronden worden gehanteerd. Dergelijke beleidsregels komen de rechtszekerheid ten goede en kunnen bijdragen aan evenwichtige sturing van de ontwikkelingen met betrekking tot standplaatsen in de gemeente Aalten. Om de bevoegdheid van het college om nadere regels te stellen te bevestigen wordt uw raad voorgesteld dit expliciet op te nemen in nieuwe lid 4 van artikel 5:18 en het oude lid 4 te vernummeren naar lid 5. Na inwerkingtreding van onderhavige eerste verzamelwijziging van de APV zal aan het college een voorstel voor beleidsregels worden gedaan. In combinatie daarmee wordt onderzocht of de momenteel in Aalten geldende bestemmingsplannen een adequate basis bieden voor het standplaatsenbeleid. Mochten de bestemmingsplannen op dit onderdeel aanpassing of aanvulling behoeven dan zal dat tevens aan uw raad worden voorgelegd. 10. Artikel 5:33a Voorschriften natuurgebieden en andere terreinen. Dit artikel is nieuw. Het is een kapstokartikel dat het college de bevoegdheid geeft voor bepaalde openbaar toegankelijke gebieden of terreinen specifieke voorschriften te stellen. Directe aanleiding voor opneming van dit artikel is een verzoek van Leisurelands B.V. (voorheen RGV) die het eigendom en het beheer van de Slingeplas van de gemeente heeft overgenomen. In het bestuursconvenant dat tussen Leisurelands B.V. en diverse gemeenten, waaronder de gemeente Aalten, is gesloten is bepaald dat die gemeenten het terreinreglement van Leisureland overnemen in hun APV. De APV bevat algemene, voor de gehele gemeente geldende regels die ook voor het recreatiegebied

4 - 4 - Slingeplas gelden. Het integraal opnemen van het terreinreglement van Leisureland is in strijd met de dereguleringsstreven. Afgezien daarvan sluiten de regels van het terreinreglement niet een op een aan bij de algemene regels van de APV. Daarom is het integraal opnemen van het terreinreglement in de APV geen optie. Om voor bepaalde terreinen, zoals de Slingeplas, toch specifieke voorschriften vast te kunnen stellen is ervoor gekozen in de APV op te nemen dat het college voor specifieke terreinen nadere voorschriften kan stellen. Op deze manier kan maatwerk worden geleverd. Deze nadere voorschriften moeten overigens wel de belangen dienen die in de APV zijn aangegeven: openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en bescherming van het milieu. Na vaststelling van de eerste verzamelwijziging van de APV 2015 kan het college, ter nakoming van de afspraak met Leisurelands B.V., het terreinreglement van Leisurelands voor zover dat niet in strijd is met het bepaalde in de APV, vaststellen als nadere regels als bedoeld in artikel 5:33 a. Alternatieve beleidskeuzes Financiële consequenties Participatie en Communicatie Vervolgstappen inclusief tijdspad Bekendmaking vaststelling 1 ste verzamelwijziging APV 2015 en Algemene regels en locaties voor driehoeksborden, sandwichborden, billboards en spandoeken in Aalten Actueel en op de website. Informatieteksten hierover op de website en het meldingsformulier aanpassen. Toesturen 1 ste verzamelwijziging aan de rechtbank. Praktische uitwerking Digitaal opkopersregister Direct na raadsbesluit. Bijlagen Algemene Plaatselijke Verordening 2015 versie 2 (inclusief eerste verzamelwijziging). Aalten, 18 oktober 2016 Burgemeester en wethouders van de gemeente Aalten, J. Nobel Secretaris/Algemeen directeur G. Berghoef Burgemeester

5 De raad van de gemeente Aalten gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 september 2016; gelet op het bepaalde in de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Aalten 2015; B E S L U I T vast te stellen de eerste verzamelwijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Aalten AALTEN, 18 oktober 2016 De Raad voornoemd, De Griffier, De Voorzitter, M.A.J.B. Fiering G. Berghoef