Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Transcriptie

1 Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management I

2 Inhoudsopgave P Organisatiewetenschappen 1 Organisatiewetenschappen keuzevakken 1 Organisatiewetenschappen verplichte vakken 1 Vak: Beschrijvende en inferentiële statistiek 1 Vak: Kernthema's organisatiewetenschappen 3 Vak: Methoden en technieken van kwalitatief organisatieonderzoek 4 Vak: Organizational Culture and Change 5 Vak: Premasterproject 6 Vak: Premasterthesis organisatiewetenschappen 7 Vak: Schrijf- en rekenvaardigheden 8 Vak: Social Capital and Networks 10 Vak: Strategisch management 11 Vak: Studiegroepen 11 Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management II

3 P Organisatiewetenschappen Opleidingsdelen: - - Organisatiewetenschappen keuzevakken Organisatiewetenschappen verplichte vakken Organisatiewetenschappen keuzevakken Vakken: Naam Periode Credits Code Organizational Culture and Change Period S_OCC Strategisch management Periode 4, Zomerperiode 6.0 S_STM Organisatiewetenschappen verplichte vakken Vakken: Naam Periode Credits Code Beschrijvende en inferentiële statistiek Kernthema's organisatiewetenschappen Methoden en technieken van kwalitatief organisatieonderzoek Beschrijvende en inferentiële statistiek Periode S_BIS Periode S_KO Periode S_MTKOORG Premasterproject Periode S_PP Premasterthesis organisatiewetenschappen Schrijf- en rekenvaardigheden Periode S_PMCTorg Periode S_SRV Social Capital and Networks Period S_SCN Studiegroepen Periode S_SG Vakcode S_BIS () Periode Periode 4 Coördinator dr. D. Pavlopoulos Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 1 van 12

4 Docent(en) dr. D. Pavlopoulos, A.H. den Hamer MSc, dr. J.C. Muis Hoorcollege, Practicum Na afloop van deze cursus kan de student: - elementaire beschrijvende statistische technieken onderscheiden en de juiste techniek toepassen gegeven de beschikbare data in SPSS; - een elementaire tabelelaboratie uitvoeren; - diverse statistische technieken om verschillen tussen groepen te testen (i.c. t-toets) en samenhangen tussen variabelen te testen (i.c. correlatie- en regressieanalyse) onderscheiden, en juiste toets toepassen gegeven de geformuleerde hypothese; - de genoemde toetsen toepassen in SPSS op beschikbare data; - een tabel opstellen en een gegeven tabel met statistische gegevens lezen. Het vak biedt allereerst een overzicht van technieken om verzamelde kwantitatieve gegevens te beschrijven. Onderwerpen die aan bod komen zijn ondermeer gemiddelde en variantie, correlatie en regressie. Aan de hand van kruistabelelaboratie wordt de samenhang tussen drie variabelen beschreven en geïnterpreteerd. Diverse vormen komen aan bod zoals moderatie en mediatie. Daarnaast biedt het vak een overzicht van technieken om verzamelde gegevens te analyseren en hypothesen te toetsen. Na afloop van dit vak is een student in staat hypothesen op te stellen en te toetsen en van daaruit de juiste conclusies te trekken, de relatie te leggen tussen significantieniveaus, overschrijdingskansen en het onderscheidingsvermogen, de juiste statistische toets in een gegeven probleemsituatie toe te passen en verschillen tussen groepen te toetsen. Er wordt gebruik gemaakt van MyStatLab, een online leeromgeving waarbinnen al het genoemde geoefend kan worden en testjes kunnen worden gemaakt. Tijdens practica SPSS worden de genoemde analysetechnieken toegepast. Ook bij het opstellen van tabellen voorzien van de gebruikelijke informatie en het kunnen lezen van tabellen wordt uitgebreid stilgestaan. Onderwijsvorm Hoorcollege en practica (verplichte aanwezigheid) Toetsvorm Schriftelijk tentamen (multiple choice) (ongeveer 70%), online Statlabopdrachten (ongeveer 15%) en SPSS-opdracht(en) (ongeveer 15%). Literatuur - Gerhard G. van de Bunt (compiler). Descriptive and Inferential Statistics in the Social Sciences (2011). Pearson Custom Publishing. - Grotenhuis & Matthijsen. Basiscursus SPSS. Koninklijke Van Gorcum. - Software-pakket SPSS, bijvoorbeeld via Surfspot ( Het is altijd mogelijk SPSS in de practicumzalen te gebruiken, maar deze ruimte is beperkt en er wordt vaak onderwijs gegeven. SPSS is dan niet te gebruiken. - Aanbevolen literatuur: Grotenhuis & Visscher. SPSS met syntax. Koninklijke Van Gorcum. Doelgroep BSc 1, PMC CW, PMC ORG, PMC BK Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 2 van 12

5 Overige informatie - Het tentamen mag na afloop van afname NIET worden meegenomen. - Het is absoluut noodzakelijk om Descriptive and Inferential Statistics en SPSS op je eigen PC te intalleren. Bij dit boek wordt een code geleverd, die nodig is om de opdrachten te maken en gebruik te maken van de online leeromgeving die gebruikt zal worden tijdens de colleges. De opgaven uit het boek en de practicumopgaven vereisen vaak het gebruik van SPSS. - Descriptive and Inferential Statistics is alleen te verkrijgen via de VU-boekhandel. Bij andere boekhandels is het boek niet te koop. Kernthema's organisatiewetenschappen Vakcode S_KO () Periode Periode 1 Coördinator dr. S.B. Ybema Docent(en) dr. S.B. Ybema Hoorcollege - Kennis: de student verwerft kennis van en inzicht in theorieën, begrippen en benaderingen op het terrein van het sociaalwetenschappelijk denken over organisaties. - Vaardigheden: De student is in staat om de verschillende theorieën en benaderingen te verwoorden, met elkaar te vergelijken en toe te passen op een praktijksituatie. - Attitude: De student ontwikkelt een kritische blik op de theorie en praktijk van organisaties en organiseren. In het vak Kernthema s Organisatiewetenschappen wordt een overzicht gegeven van de hoofdstromen in de organisatiewetenschappen en de voornaamste theorieën en theoretici binnen elke stroming. De student leert organisaties, met hun onderdelen, processen en omgeving bestuderen vanuit uiteenlopende invalshoeken. Het vak biedt inzicht in specifieke onderwerpen, zoals rationele versus sociale managementstijlen, formele modellen versus feitelijke praktijken, de relatie organisatie-omgeving, cultuur en symboliek, macht en organisatiepolitiek, communicatie, reputatie en identiteit, en "nieuwe" organisatievormen en managementmodellen. Deze onderwerpen worden geplaatst in een historische context door ontwikkelingen in de organisatiewetenschap en in management modellen door de tijd heen te behandelen, zoals het Taylorisme, de bureaucratiestudies, de contingentietheorie, cultuurmanagement, en de postbureaucratie. De verschillende theorieën die in een bepaalde periode naast of tegenover elkaar stonden en het wetenschappelijke debat bepaalden, worden met elkaar vergeleken, zoals bijvoorbeeld het Scientific Management versus de Human Relations-school of de contingentietheorie versus de institutionaliseringstheorie. Daarnaast wordt ingegaan op een aantal specifieke thema s, zoals leren en kennisontwikkeling, organisatieverandering, macht en organisatiepolitiek, leiderschap en groepsdynamica. De theorieën worden geïllustreerd aan de hand van praktijkvoorbeelden. Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 3 van 12

6 Onderwijsvorm Hoorcollege Toetsvorm Schriftelijk tentamen Literatuur - Hatch, Mary Jo & Ann L. Cunliffe (2006) Organization theory: Modern, symbolic and postmodern perspectives. Second edition. Oxford: Oxford University Press. (circa 45 euro) - Grey, Chris (2009) A very short, fairly interesting and reasonably cheap book about studying organizations. Second edition. Londen: Sage. (circa 20 euro) - Palmer, Ian & Cynthia Hardy (2000) Thinking about management. Londen: Sage. Methoden en technieken van kwalitatief organisatieonderzoek Vakcode S_MTKOORG () Periode Periode 2 Coördinator dr. J. Schuster Docent(en) dr. J. Schuster Hoorcollege, Werkgroep, Practicum Na afloop van deze cursus kan de student: - Een algemene geformuleerde vraag vertalen naar een onderzoekbare vraag; - Een duidelijk onderscheid maken tussen verschillende onderzoeksmethoden die gebruikt worden bij organisatieonderzoek en kan deze de methoden combineren; - Verschillende kwalitatieve onderzoeksmethoden onderscheiden en gebruiken, waarbij case-study onderzoek een belangrijke rol inneemt; - Beoordelen welk type data geschikt is gegeven een sociaal bepaalde wetenschappelijke vraagstelling; - Een kwalitatieve datamatrix construeren en gebruiken. Het vak biedt een verdieping van kwalitatieve onderzoeksmethoden die centraal staan binnen de opleiding Bestuur en Organisatie. Componenten uit elke fase van de empirische cyclus van sociaalwetenschappelijk onderzoek komen hierbij aan de orde: van onderzoeksontwerp tot de analyse van de verzamelde gegevens. Verschillende typen onderzoeksontwerpen die worden gebruikt in de opleiding Bestuur en Organisatie worden behandeld aan de hand van enkele centrale thema s uit bestuur en organisatie onderzoek en ondersteund met voorbeelden uit de praktijk. De student leert de samenhang tussen theorie, operationalisatie, dataverzameling en de kwaliteit van kwalitatieve data te beargumenteren. Ook wordt geleerd een kwalitatieve datamatrix te construeren op basis van open interviews, observaties, etc., en deze te analyseren om zo in een kort onderzoeksverslag een antwoord op een Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 4 van 12

7 onderzoeksvraag te formuleren. In het vak zal casestudy onderzoek de rode draad vormen. Onderwijsvorm Hoorcolleges, werkcolleges en enkele practica. Aanwezigheidsplicht bij werkcolleges/practica. Toetsvorm Participatie. Schriftelijke tentamen, grotendeels of geheel mc. Literatuur Nog niet bekend Doelgroep BSc2 B&O, PMC BCO, PMC BK, sbi Organizational Culture and Change Course code S_OCC () Period Period 4 Language of tuition English Faculty Coordinator dr. F.H. Kamsteeg Teaching staff dr. F.H. Kamsteeg, prof. dr. M.B. Veenswijk Teaching method(s) Lecture Course objective - Knowledge of processes of sensemaking and cultural change within different types of organizational settings. - Understanding of different approaches of the management of cultural change. Course content Culture as a sensemaking device can be studied in different contexts and from various perspectives. The issue what culture is, how culture is created, and whether cultures can be deliberately changed are subject of fundamental debates in organization culture studies. Do organization cultures have a shared, unchangeable and distinctive core? Or is cultural change part of the ever-changing day-to-day life of organizational members? The relations between culture, power, identity, and agency are key to understanding the complexity and dynamics of the process organizational (culture) change and collaboration. In this course students develop knowledge of and insight these culture change processes in a broad variety of organizational contexts (profit, nonprofit, government). Form of tuition Lectures Type of assessment Written examination Target group Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 5 van 12

8 Second year Bachelor students, PMC ORG and exchange students. Premasterproject Vakcode S_PP () Periode Periode 3 Hoorcollege, Werkgroep Na het doorlopen van het Premasterproject is de student in staat om: - Samen met een groepje medestudenten een kleinschalig empirisch onderzoek op te zetten, uit te voeren en daarover te rapporteren; - Te kunnen samenwerken in een team; - Daarnaast heeft het premasterproject tot doel de student in staat te stellen om zich door inhoudelijke verdieping nader te oriënteren op een van de thematieken die aanbod komen tijdens de masteropleidigen BCO en COM. In het premasterproject oefenen studenten in het doen van kwalitatief onderzoek op basis van een door de begeleidende docent aangereikt thema. Studenten maken met alle fasen ervan kennis: ontwikkelen van een probleemstelling, operationaliseren, verzamelen kwalitatieve data door middel van interviewen, participerend) observeren en documentanalyse, analyseren van de data (triangulatie) en het beantwoorden van de probleemstelling. Al doende ervaren zij dat deze fasen geen helder afgebakende onderdelen zijn, maar door elkaar lopen en in zichzelf ook een cyclisch karakter hebben. Onderwijsvorm Onderzoekspracticum. Na een plenaire startbijeenkomst worden de studenten opgedeeld in teams, die wekelijks bijeenkomen. Daarnaast zijn er enkele plenaire hoorcolleges en praktische trainingen in onderzoeksvaardigheden, die door de afdeling M&T verzorgd worden. Elk team werkt aan een thema dat gerelateerd is aan de master (varianten van) BCO of COM. De teamleden verrichten allen een aantal individuele deelopdrachten en werken in gezamenlijk aan de uitvoering van het empirische onderzoek. Aan het eind van de projectperiode presenteert elk team de onderzoeksbevindingen aan de overige teams. Deelname aan alle bijeenkomsten is verplicht. Toetsvorm Individuele bijdragen (50%) en teamprestatie (50%); beide onderdelen moeten voldoende zijn. (zie ook Studiegroepen) Literatuur Nog te bepalen Vereiste voorkennis Deelname aan PMC vakken uit periode 1 en 2 Doelgroep Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 6 van 12

9 Studenten van de PMC Organisatiewetenschappen Premasterthesis organisatiewetenschappen Vakcode S_PMCTorg () Periode Periode 5+6 Credits 18.0 Hoorcollege, Werkgroep Na voltooiing van de thesis hebben studenten getoond in staat te zijn op basis van actuele wetenschappelijke literatuur over verschijnselen en ontwikkelingen op het terrein van organisatie, beleid en communicatie de implicaties voor onderzoek te kunnen uitwerken, hetgeen blijkt uit een zelfstandig geschreven literatuurreview. Daartoe beheersen ze de volgende vaardigheden: - een gekozen probleem, verschijnsel of ontwikkeling op het terrein van organisatie, beleid en communicatie kunnen 'vertalen' in relevante theoretische termen; - een samenhangende set primaire of secundaire theoretische geschriften kunnen opsporen, bestuderen, samenvatten en in samenhang becommentariëren, in inhoudelijke en/of methodologische termen; - op basis van deze literatuur implicaties voor verder onderzoek kunnen aangeven, blijkend uit de onderbouwing van een voorstel voor verder onderzoek, inclusief specifiek geformuleerde vragen en/of proposities/hypothesen, en suggesties over hoe deze te onderzoeken cq. toetsen; - in staat zijn op correcte wijze bronnen te citeren en naar bronnen te verwijzen; - in staat zijn op heldere wijze schriftelijk te rapporteren over theoretische ideeën en onderzoeksbevindingen. De thesis vormt de afsluiting van de PMC- organisatiewetenschap. Voortbouwend op de eerder verworven kennis en inzichten wordt een literatuurreview gemaakt van een relevant onderwerp op het gebied van beleid, communicatie en organisatie. Hierbij bouwen studenten voort op theoretische kennis en inzichten en vaardigheden die zij ontwikkeld hebben gedurende de periodes 1-4. De kern van de thesis betreft een literatuurreview waarin zij een aantal wetenschappelijke (empirische) publicaties op vergelijkende wijze bediscussiëren in relatie tot een door hen zelf ontwikkeld theoretisch kader, een relevante dataset en het actuele wetenschappelijke debat op het gekozen terrein. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges, zelfstudie Toetsvorm Individuele thesis. NB van studenten die de Master Com willen volgen wordt verwacht dat zij hun Premasterthesis in het Engels schrijven. Studenten die instromen in de Master BCO mogen kiezen of zij hun premaster thesis in het Engels of in het schrijven. Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 7 van 12

10 Literatuur Nader te bepalen Vereiste voorkennis Deelname aan de PMC vakken uit periode 1-4. Doelgroep Studenten van de PMC Organisatiewetenschappen Schrijf- en rekenvaardigheden Vakcode S_SRV () Periode Periode 1 Coördinator drs. A.J. de Vetten Docent(en) drs. A.J. de Vetten Hoorcollege, Werkgroep Schrijfvaardigheden: Na afloop van deze cursus heeft de student - vaardigheden ontwikkeld ter voorbereiding op het zelfstandig schrijven van onderzoeksrapporten en theses in de PMC en Masteropleiding. Rekenvaardigheden: Na afloop van deze cursus heeft de student - de noodzakelijke wiskundige bagage tot op het instapniveau van M&T2: Beschrijvende en Inferentiële Statistiek (vgl. met relevante wiskunde op VWO-niveau). Gedurende dit blok werken studenten aan het onderwerp schrijven (drie weken) en het onderwerp rekenen (drie weken). Aan het begin van de week wordt een hoorcollege gepland waarin het centrale thema van die week uiteen wordt gezet. Schrijfvaardigheden: Voor het schrijfgedeelte wordt tweewekelijks een nieuwe set opdrachten via de elektronische leeromgeving aangeboden. Studenten werken zelfstandig aan opdrachten om ervaring op te doen met verschillende aspecten van wetenschappelijk schrijven. Daarnaast geven cursisten feedback via de elektronische leeromgeving aan elkaar over geschreven teksten. Op deze wijze worden studenten blootgesteld aan goede en slechte voorbeelden van anderen en worden zij geconfronteerd met hun eigen fouten en verbeterpunten. Docent geeft feedback op de gemaakte opdrachten (soms alleen met voldoende/onvoldoende, andere keren met inhoudelijk commentaar). Daarnaast faciliteert de docent het intervisie- en feedbackproces. Rekenvaardigheden: dit vak begint direct in week 1 met een toets over drie afgebakende sets van onderwerpen, namelijk rekenkunde en algebra, functies en de elementaire basis van de statistiek. De precieze indeling wordt t.z.t. bekend gemaakt. De toets is op het aanvangsniveau van M&T2. Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 8 van 12

11 Afhankelijk van welk onderdeel gehaald is, neemt een student verplicht deel aan de bijbehorende week die gaat over dit specifieke onderdeel. Studenten die alles halen krijgen vrijstelling voor het rekenvaardighedendeel van dit vak. Studenten kunnen ook te horen krijgen dat alle drie de onderdelen verplicht zijn te volgen. Elke week begint met een hoorcollege, waarna studenten in eerste instantie zelfstandig werken aan opgaven uit het boek, en het maken van testjes in MyMathlab, een online leeromgeving die specifiek hoort bij stof die behandeld wordt. Gedurende de week zijn er twee werkgroepbijeenkomsten waar vragen kunnen worden gesteld en waar gezamenlijk opgaven worden gemaakt. Elke week wordt afgesloten met het maken van een online toets (waarschijnlijk in de computerzaal onder supervisie). Toetsen die niet gehaald worden kunnen op zeer korte termijn (binnen een of twee weken) worden overgemaakt. Alleen als de drie toetsen zijn gehaald kan worden deelgenomen aan Beschrijvende en Inferentiële Statistiek. Gedurende dit blok werken studenten aan het onderwerp schrijven (drie weken) en het onderwerp rekenen (drie weken). Aan het begin van de week wordt een hoorcollege gepland waarin het centrale thema van die week uiteen wordt gezet. Schrijfvaardigheden: Voor het schrijfgedeelte wordt tweewekelijks een nieuwe set opdrachten via de elektronische leeromgeving aangeboden. Studenten werken zelfstandig aan opdrachten om ervaring op te doen met verschillende aspecten van wetenschappelijk schrijven. Daarnaast geven cursisten feedback via de elektronische leeromgeving aan elkaar over geschreven teksten. Op deze wijze worden studenten blootgesteld aan goede en slechte voorbeelden van anderen en worden zij geconfronteerd met hun eigen fouten en verbeterpunten. Docent geeft feedback op de gemaakte opdrachten (soms alleen met voldoende/onvoldoende, andere keren met inhoudelijk commentaar). Daarnaast faciliteert de docent het intervisie- en feedbackproces. Rekenvaardigheden: dit vak begint direct in week 1 met een toets over drie afgebakende sets van onderwerpen, namelijk rekenkunde en algebra, functies en de elementaire basis van de statistiek. De precieze indeling wordt t.z.t. bekend gemaakt. De toets is op het aanvangsniveau van M&T2. Afhankelijk van welk onderdeel gehaald is, neemt een student verplicht deel aan de bijbehorende week die gaat over dit specifieke onderdeel. Studenten die alles halen krijgen vrijstelling voor het rekenvaardighedendeel van dit vak. Studenten kunnen ook te horen krijgen dat alle drie de onderdelen verplicht zijn te volgen. Elke week begint met een hoorcollege, waarna studenten in eerste instantie zelfstandig werken aan opgaven uit het boek, en het maken van testjes in MyMathlab, een online leeromgeving die specifiek hoort bij stof die behandeld wordt. Gedurende de week zijn er twee werkgroepbijeenkomsten waar vragen kunnen worden gesteld en waar gezamenlijk opgaven worden gemaakt. Elke week wordt afgesloten met het maken van een online toets (waarschijnlijk in de computerzaal onder supervisie). Toetsen die niet gehaald worden kunnen op zeer korte termijn (binnen een of twee weken) worden overgemaakt. Alleen als de drie toetsen zijn gehaald kan worden deelgenomen aan Beschrijvende en Inferentiële Statistiek. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges (aanwezigheidsplicht) en zelfstudie: MyMathlab. Toetsvorm Diverse deeltoetsen. Alle toetsen moeten met een voldoende zijn afgerond. Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 9 van 12

12 Literatuur - Gerhard G. van de Bunt (samensteller). Descriptive and Inferential Statistics in the Social Sciences (2011). Pearson Custom Publishing. Doelgroep PMC CW, PMC SOC, PMC BK, PMC ORG Overige informatie - Het is absoluut noodzakelijk om Descriptive and Inferential Statistics. Bij dit boek wordt een code geleverd, die nodig is om de opdrachten en de toetsen te maken en gebruik te maken van de online leeromgeving die gebruikt zal worden tijdens de colleges. - Descriptive and Inferential Statistics is alleen te verkrijgen via de VU-boekhandel. Bij andere boekhandels is het boek niet te koop. Social Capital and Networks Course code S_SCN () Period Period 2 Language of tuition English Faculty Coordinator dr. M.I. Broese Van Groenou Teaching staff drs. M.C. de Klepper, dr. M.I. Broese Van Groenou Teaching method(s) Lecture Course objective (1) Knowledge of and insight in theories and research on social capital and its consequences on the micro, meso and macro level; (2) knowledge of origins and concepts of social networks; (3) understanding of the structuralist and relational view on social capital to organizational processes Course content One of the central questions of sociology is: what are the conditions of social cohesion, cooperation and mutual trust? Nowadays, this question is often framed in terms of social capital. Applied to organisations, the question is how cohesion and trust within and between firms benefits organizational outcomes. In this course, the main theoretical approaches to social capital are discussed (Bourdieu, Coleman, Putnam) and empirical elaborations are studied on the micro level of relationships, the meso level of neighbourhoods and organizations, and the macro level of countries. After this general introduction the course focuses on the structuralist view on social capital and zooms in on social networks. A social network refers to the way individuals, teams and organisations are interconnected. Origins of social networks, characteristics of social networks (e.g. density, homogeneity, closure), applications of network ideas in organisational science are topics covered in the course. Form of tuition Lecture Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 10 van 12

13 Type of assessment Written exam and individual assignments Course reading - Field, J. (2008) Social capital. (Key ideas). NY: Routledge. - Kilduff, M. and Wenpin T. (2003). Social Networks and Organizations. London: Sage Publications. Target group Bachelor, PMC and exchange students Strategisch management Vakcode S_STM () Periode Periode 4, Zomerperiode Coördinator dr. Y.T.A. Taminiau Docent(en) dr. Y.T.A. Taminiau, dr. L.A. Berghman Hoorcollege Na afloop van dit blok kunnen studenten de voornaamste theorieën in het domein van strategisch management uitleggen, toepassen, met elkaar vergelijken, en kritisch bespreken. Het vak Strategisch management betreft een kennismaking met verschillende theoretische benaderingen die gangbaar zijn binnen het vakgebied. In dit vak bestuderen studentenhoe de strategie die een organisatie voert kan bijdragen aan haar levensvatbaarheid of succes op de langere termijn. Hierbij staan twee zaken centraal: de aansluiting van de organisatie op haar omgeving en het vermogen van de organisatie haar strategie daadwerkelijk te implementeren. Deze twee centrale voorwaarden worden belicht vanuit een aantal theoretische benaderingen. Onderwijsvorm Hoorcolleges Toetsvorm Tentamen Literatuur Handboek: de Wit, B. & Meyer, R. (laatste editie). Strategy, Process, Content & Context: An international perspective. London: Thomson Doelgroep Studenten PMC Organisatiewetenschappen Studiegroepen Vakcode S_SG () Periode Periode Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 11 van 12

14 Credits 0.0 Coördinator dr. I.A.M. Wakkee Docent(en) dr. I.A.M. Wakkee Werkgroep - Nadere introductie in de academische gemeenschap. Te leren vaardigheden: - Lezen en parafraseren van wetenschappelijke literatuur; - Presenteren en bediscussiëren van wetenschappelijke literatuur; - Verdere verbetering van de schrijfvaardigheid. Ter aanvulling op het plenaire onderwijs worden kleinschalige studiegroepen opgezet waarin studenten waarin studenten in periode 1 en 2 op tweewekelijkse basis bijeenkomen om de overgang van HBO naar de academische omgeving te versoepelen. In de studiegroepen leren studenten elkaar beter kennen en zal aandacht worden geschonken aan het lezen van academische literatuur, het ontwikkelen van een wetenschappelijke houding en het doen van wetenschappelijk onderzoek. Onderwijsvorm Kleinschalige bijeenkomsten met of zonder docent. Literatuur Nader te bepalen; naar aanleiding van de literatuur uit de tegelijktijd gevolgde hoofdvakken. Doelgroep Studenten van de PMC Organisatiewetenschappen Overige informatie De studiegroepen zijn facultatief, maar worden sterk aanbevolen met het oog op het vertrouwd raken met de regels en gebruiken in de universitaire omgeving. Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management Pagina 12 van 12