Op de tiende mei (10/7 '42 gemaalct) (melodrama) Deez treurdag blijv' leven in ieders memorie. Zij donker getekend in 't boek der historie

Transcriptie

1 Op de tiende mei (10/7 '42 gemaalct) (melodrama) Deez treurdag blijv' leven in ieders memorie Zij donker getekend in 't boek der historie De wijzangen klinken uit dichteren monden Die nazaat de weedom der natie verkonden. Welsprekendheid wijde hem droefbange woorden Die Neerland doen trillen van 't Zuid tot in 't Noorden. Apollo's getrouwen verheffen hun zangen Die 't harte van leed en van droefnis doen prangen. De tiende van Meimaand, de dag van veel smarten Beklijve in Neerlarfds weemoedige harten. Jubeicantate voor de vrede (recitatief) Juicht, Neerlands volk. Juicht op dit heuglijk hellen Uw juichtoon klink' van Oost tot West, van Zuid tot Noord, Een jubel voor de vree, de wens van veel gebeden, Een juichend vredelied weerklink van oord tot oord. Strooit nu bloemen, vlecht nu kransen Tooit u met de dierste kleur, Uit uw vreugd in blijde dansen Juicht om 't wondergroots gebeur. Viert het feest, klapt in de handen,

2 8o> Toont u opgewekt verheugd. Laat de vreugdevuren branden. Grijsheid, volgt daarop de jeugd. Neerlands toekomst scheen te grauwen Maar opeens het licht verscheen. Neerland kan weer rustig bouwen Aan zijn toekomst als voorheen. Vredes schone ochtendgloren Speelt een zonnig blije dag, Neerlands volk is als herboren, En nu op, met vaan en vlag. Blonde vrede mocht ontwaken Na een donkre droeve nacht. Neerlands volk ziet blijgenaken Maar zoo lang, zoo lang verwacht. Nu zij nadert zonder schromen Keert weer vreugde in 't gemoed Rijzen hoopvol wondre dromen Stuwt weer vrij 't gestremde bloed. Vrede maakt met haar penselen, Beelden van een ver verschiet, Tekent tere taferelen Tovert al wat schoonheid biedt.

3 Zij verbreekt het neev'lig duister Drijft de wolleen van ons heen Zendt de zon vol gloed en luister, Kleurt het pad door ons betreen. Nu de vrede is verschenen, Klopt verheugd 't ontspannen hart, Bange zorgen zijn verdwenen Blijdschap treed in plaats van smart. Vrede, kleinood ons gegeven, Strale licht naar alle kant, Schenke gouden glans aan 't leven Brenge zegen volk en land. (kwartet of melodrama) Die feestdag blijv' leven in ieders memorie De vrede breng' zegen, geluk zij ons deel, Deez' vree zij vereeuwigd in 't boek der historie. Waar lof zij verkondigd door kundig minstreel. Welsprekendheid wijde haar guldene woorden, Apollo's getrouwen verheffen hun lied. Hun wijzangen klinken van 't Zuid tol in 't Noorden In Neerland alom tot in 't verste gebied. Allerwegen Dale zegen Door de vree op Neerland neer. 't Volk herleve Moge streven

4 8o> Winnen glorie als weleer. Moog dan kunsten Tal van gunsten Geve vrede gulle hand. Moge vrijheid Moge blijheid Wonen in ons vaderland (recitatief) Vrede heeft de oorlogsgod verwonnen Overmand ligt Mars ter neer geveld Vredeskoorden houden hem omspannen Lang zal hij zijn buiten kamp gesteld. (aria) Schaart u om de vree getrouwen. Boer en stedeling ten heil, Spaart het volk voor oorlogsrouwe Voert het land tot 't hoogste peil. Juicht de vrede is herboren Siert haar hoofd met stralenkrans Zingt haar toe uw jubelkoren Uit uw blijdschap in den dans. (kwartet) Hij die 's werelds pracht en luister Schiep uit lege woestenij. Die uit ondoordringbaar duister Maakte 't Godlijk zonlicht vrij.

5 Hij heeft ook de vree geschonken Lang door Neerlands volk verbeid.. Wij doet in u geestdrift vonken Voor de vree gebenedijd. Feestgenoten onverdroten Meegejuicht in 't grote koor. 't Heerlijk heden Bant 't verleden. Feestzang klink de wereld door. Moog de vree in ons doen gloeien Heihg vuur voor Neerlands huis Dwars door Neerlands tuin doen bloeien, Bannen zorgen, leed en kruis. Aldus zij het landgenoten Juicht met dankbaar vreugdgeschal Juicht hoezee, juicht onverdroten Voor het schoons dat komen zal. Juicht hoezee! Juicht allen mee Juicht hosanna voor de vree!