Lijst van ingekomen stukken behorende bij de commissievergadering Bestuur d.d. 7 april 2016 agendapunt 3. 1 Beleidsregel art. 13b Opiumwet ter kennis

Transcriptie

1 Lijst van ingekomen stukken behorende bij de commissievergadering Bestuur d.d. 7 april 2016 agendapunt 3 Onderwerp Status 1 Beleidsregel art. 13b Opiumwet ter kennis 2 Indienen Zienswijze Besluit en Regeling natuurbescherming ter kennis 3 Reactie Provincie Gelderland op begroting 2016 ter kennis 4 Kaders Appelpop en Fruitcorso 2016 ter kennis 5 Voortgang Burgerparticipatieprogramma ter kennis

2 Informatienota Aan: Commissie Bestuur Van: College B&W Onderwerp: Beleidsregel art. 13b Opiumwet Portefeuillehouder Burgemeester Beenakker Datum collegebesluit 23 februari 2016 Geheimhouding: Ja / Nee Kennisnemen van: het besluit van de Burgemeester om de beleidsregel art. 13 b Opiumwet vast te stellen. Inleiding Het is een gegeven van algemene bekendheid dat hennepteelt en drugshandel veelal gepaard gaat met overlast en criminaliteit. Ook kan de veiligheid (b.v. brandgevaar) in het geding zijn. Dit is een ongewenste situatie. Artikel 13b Opiumwet biedt de burgemeester de mogelijkheid om bestuursdwang of uiteindelijk het sluiten van een pand, toe te passen als er in een lokaal of woning hennepteelt plaatsvindt en/of drugs worden verhandeld. In de memorie van toelichting op artikel 13b Opiumwet is aangegeven dat een gemeentelijk beleid noodzakelijk c.q. gewenst is voor een adequate handhaving van artikel 13b Opiumwet. Deze nieuwe beleidsregel moet ervoor zorgen dat er meer duidelijkheid ontstaat over de toepassing van de bevoegdheid van de burgemeester om woningen en lokalen te sluiten bij overtreding van de Opiumwet. 2. Kernboodschap De beleidsregel moet er voor zorgen dat er duidelijkheid ontstaat over de toepassing van de bevoegdheid van de burgemeester om woningen en lokalen te sluiten bij overtreding van de Opiumwet en dat dit besluit juridisch stand houdt. Het heeft een preventieve werking en kan herhaling voorkomen. Argumenten Implementatie van de beleidsregel leidt tot een eenduidige bestuurlijke aanpak van overlast en criminaliteit rond hennepplantages. De activiteiten van de aangesloten partijen bij het Regionaal Hennepconvenant 2014, zoals gemeente, politie en justitie, worden op elkaar afgestemd en zijn waar mogelijk complementair aan elkaar. Hierdoor wordt criminaliteit bestreden en wordt de veiligheid vergroot Realiseren dat geconstateerde overtredingen gevolgd worden door een maatregel die qua intensiteit zo goed mogelijk aansluit bij de ernst van de overtreding en het daardoor ontstane gevaar voor de openbare orde Het toepassen van een objectief puntensysteem is overzichtelijk en de belangenafweging is voor een ieder vooraf inzichtelijk. Aan de overtreder wordt kenbaar gemaakt welke (bestuursrechtelijke) maatregel hij van de overheid kan verwachten na een overtreding, waardoor er mogelijk een preventieve werking van uitgaat Door onderliggend beleid wordt de motivering van de maatregel in een gerechtelijke procedure versterkt. Pagina 1 van 2

3 3. Gevolgen Het beleid is gebaseerd op een puntensysteem, hierdoor kan er per casus gemakkelijk een beoordeling plaatsvinden op basis waarvan de sanctie bepaald kan worden. Het motiveren gebeurt overzichtelijk aan de hand van verschillende omstandigheden. Aan de hand van de omstandigheden, die per casus verschillend kunnen zijn, scoort een overtreder punten. Door het aantal behaalde punten te vergelijken met de handhavingsmatrix kan vervolgens worden afgelezen welke sanctie er opgelegd kan worden. Door de eenvoud van dit systeem is het makkelijk in gebruik en zeer overzichtelijk. De belangenafweging is voor een ieder vooraf inzichtelijk. Speciale verkooppunten voor softdrugs in de vorm van coffeeshops worden gedoogd. T.a.v. Coffeeshops zijn afzonderlijke handhavingsafspraken van toepassing. 4. Vervolg Na publicatie in Tiel Actueel is deze beleidsregel van kracht en wordt deze toegepast Bijlagen: Beleidsregel Bestuurlijke handhaving art. 13 B Opiumwet, gemeente Tiel Meer informatie: Afdeling: Team beleid Contactpersoon: Erik van keken Telefoon: evkeken@tiel.nl Pagina 2 van 2

4 Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Gemeente Tiel

5 Beleidsregel art. 13b Opiumwet December 2015 Inhoud 1. Inleiding Doel handhavingsbeleid Algemene uitgangspunten voor bestuursrechtelijk optreden Toepassen last onder bestuursdwang Handhavingsmatrixen lokalen Handhavingsmatrix woningen Wegnemen bekendheid van de woning Voorkomen van herhaling Voorkomen van verdere aantasting van het woon- en leefklimaat Herstel van verstoring van de openbare orde Score versus maatregel Afwijkingsbevoegdheid Inwerkingtreding Beleidsregel art. 13b Opiumwet 2 December 2015

6 1. Inleiding Het is een gegeven van algemene bekendheid dat hennepteelt en drugshandel veelal gepaard gaat met overlast en criminaliteit. Ook kan hierdoor de veiligheid in het geding zijn (b.v. brandgevaar). Dit is een ongewenste situatie. Artikel 13b van de Opiumwet geeft de burgemeester de mogelijkheid om bestuursdwang toe te passen ter handhaving van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet. Deze bevoegdheid staat bekend als de Wet Damocles. De tekst van artikel 13b, eerste lid, van de Opiumwet luidt: De burgemeester is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang indien in woningen of lokalen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst I of II wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. Bestuursrechtelijke maatregelen zijn reparatoire maatregelen, dat wil zeggen gericht op het ongedaan maken van de overtreding. Zij mogen niet dienen als punitieve sancties, dat wil zeggen niet gericht zijn op het bestraffen van overtredingen. Er hoeft geen sprake te zijn van overlast ten gevolge van druggerelateerde activiteiten om artikel 13b van de Opiumwet te kunnen toepassen. De enkele omstandigheid dat is geconstateerd dat drugs zijn verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig zijn, is voldoende voor toepassing er van. Het voorliggende handhavingsbeleid staat los van de strafrechtelijke handhaving. In voorkomende gevallen kan tevens strafvervolging worden ingesteld door het Openbaar Ministerie, naast de bestuurlijke handhaving op grond van artikel 13b van de Opiumwet. 2. Doel handhavingsbeleid Het handhavingsbeleid heeft tot doel: de activiteiten van de aangesloten partijen bij het Regionaal Hennepconvenant 2014, zoals gemeente, politie en justitie, op elkaar af te stemmen en waar mogelijk complementair te laten zijn; te realiseren dat geconstateerde overtredingen gevolgd worden door een maatregel die qua intensiteit zo goed mogelijk aansluit bij de ernst van de overtreding en het daardoor ontstane gevaar voor de openbare orde; kenbaar te maken aan de overtreder welke (bestuursrechtelijke) maatregel hij van de overheid kan verwachten na een overtreding, waardoor er mogelijk een preventieve werking van uitgaat; door onderliggend beleid de motivering van de maatregel in een gerechtelijke procedure te versterken. Beleidsregel art. 13b Opiumwet 3 December 2015

7 3. Algemene uitgangspunten voor bestuursrechtelijk optreden De benodigde informatie voor de bestuurlijke handhaving wordt verkregen conform het Regionaal Hennepconvenant 2014, met als ondertitel Integrale aanpak van hennepkwekerijen in Oost Nederland, en het Uitvoeringprotocol GZ 2015, behorend bij het Regionaal Hennepconvenant. In deze beleidsregel wordt verstaan onder drugs de middelen als bedoeld in lijst I (harddrugs) of II (softdrugs) van de Opiumwet. Deze beleidsregel is van toepassing op alle vormen van drugshandel, zoals bedoeld in artikel 13b van de Opiumwet: een hard- of softdrug dat wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. Mocht tussen de verschillende vormen van drugshandel een onderscheid worden gemaakt, wordt dit in deze beleidsregel expliciet toegelicht. Speciale verkooppunten voor softdrugs in de vorm van coffeeshops worden gedoogd. Het begrip verkoop wordt ruim geïnterpreteerd: het totaal aan handelingen dat rechtstreeks tot de overdracht van het verkochte leidt. Ook voorbereidingshandelingen, zoals het maken van afspraken om drugs te verkopen tussen leverancier en afnemer, al dan niet via een tussenpersoon wordt hieronder verstaan. Dit betekent dat het leggen van dergelijke contacten, ongeacht het al dan niet plaatsvinden van de levering en betaling vanuit het lokaal of de woning, wordt gezien als een verkoophandeling waarop dit handhavingsbeleid van toepassing is. Voor een omschrijving van de definitie van een handelshoeveelheid wordt verwezen naar de Aanwijzing Opiumwet. Met een pand wordt in deze beleidsregel bedoeld een lokaal of woning en de daarbij behorende erven en ruimten. Als beleidsuitgangspunt wordt als regel gekozen voor het toepassen van een last onder bestuursdwang en niet voor het opleggen van een last onder dwangsom. Bestuursdwang is een directer middel dat, in tegenstelling tot een dwangsom, op termijn tot feitelijke beëindiging van de overtreding zal leiden, herhaling zal voorkomen en de bekendheid van het pand teniet zal doen. Van een dwangsom mag in de meeste gevallen weinig effect worden verwacht, gelet op het feit dat het financiële gewin in het verdovende middelen-circuit dusdanig groot is, dat met een dwangsom naar verwachting niet zal worden bereikt dat een overtreding ophoudt of niet meer wordt herhaald. Bij het toepassen van een last onder bestuursdwang wordt: - ten aanzien van lokalen gekozen voor een waarschuwing of (tijdelijke) sluiting en - ten aanzien van woningen gekozen om in beginsel altijd eerst een waarschuwing te geven en bij een volgende overtreding over te gaan tot een (tijdelijke) sluiting. De ernst van de overtreding kan echter ook leiden tot een directe sluiting. Het (tijdelijk) sluiten van een lokaal moet als de meest effectieve maatregel worden beschouwd om de met de Opiumwet strijdige situatie te doen beëindigen en herhaling ervan te voorkomen. In beginsel sluit de zwaarte van de maatregel in de matrixen aan op: - de aard van de overtreding van de Opiumwet; - frequentie van de overtreding; teneinde te bereiken dat de overtreding ongedaan wordt gemaakt dan wel herhaling wordt voorkomen. De gekozen termijn is noodzakelijk om niet alleen feitelijk de overtredingen van de Opiumwet te voorkomen, maar ook om in voorkomende gevallen de bekendheid van het pand dan wel het erf als locatie waar drugs worden verkocht of daartoe aanwezig zijn, weg te nemen. De burgemeester heeft bij het vaststellen van de bestuursrechtelijke maatregelen in de matrixen een belangenafweging gemaakt, waarbij, naast de bovengenoemde aspecten, onderstaande aspecten zijn afgewogen tegen de belangen van belanghebbende(n): - voorkomen van verdere aantasting van het woon- en leefklimaat; - verstoring van de openbare orde; - aantasting van de geloofwaardigheid van de overheid; - het belang van handhaving van de Opiumwet. Beleidsregel art. 13b Opiumwet 4 December 2015

8 Gelet op het recht op respect voor het/ieders privé-, familie- en gezinsleven, de woning en de correspondentie (artikel 8 EVRM) dient bij het sluiten van woningen een nog zorgvuldigere belangenafweging plaats te vinden dan bij lokalen, waarbij in het bijzonder rekening gehouden dient te worden met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Om tot een zorgvuldige belangenafweging te komen, is een puntensysteem opgesteld. Door gebruik te maken van het puntensysteem geeft de burgemeester invulling aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. In de handhavingsmatrix is de relatie tussen de scores en de wijze waarop van artikel 13b van de Opiumwet gebruik wordt gemaakt, aangegeven. Bij het vaststellen van de bestuursrechtelijke maatregelen in de matrix is gekeken naar onderstaande aspecten, waarbij per aspect een gemotiveerde score is gegeven: - bekendheid van de woning; - voorkomen van herhaling; - voorkomen van verdere aantasting van het woon- en leefklimaat; - verstoring van de openbare orde. Naast bovenstaande aspecten kan de burgemeester andere omstandigheden die voor het concrete geval relevant zijn, meewegen. De scores van alle relevante omstandigheden worden bij elkaar opgeteld. Aan de hand van de scores in de handhavingsmatrix wordt de maatregel bepaald. Het bestuursrechtelijk optreden is niet persoonsgebonden maar pand gebonden. Het is dus niet noodzakelijk dat een volgende overtreding na een waarschuwing door dezelfde persoon wordt begaan. Indien na de 1 e constatering een waarschuwing is gegeven, kan alleen een bestuursrechtelijke maatregel (2 e stap in handhavingsmatrix) worden opgelegd als de 2 e constatering binnen een periode van 5 jaar na verzenddatum van de waarschuwing is gedaan. Indien meer dan 5 jaar na verzenddatum van de waarschuwing een 2 e constatering wordt gedaan, dan geldt deze als 1 e constatering en wordt wederom een waarschuwing gegeven, tenzij de ernst van de overtreding directe sluiting vereist. Indien een bestuursrechtelijke maatregel is opgelegd, geldt een periode van 5 jaar na verzenddatum van de bestuursrechtelijke maatregel waarbinnen een volgende constatering leidt tot de volgende stap/bestuursrechtelijke maatregel in de handhavingsmatrix. Indien meer dan 5 jaar na verzenddatum van de bestuursrechtelijke maatregel een constatering wordt gedaan, dan geldt deze als 1 e constatering en wordt conform die constatering opgetreden (waarschuwing of bestuursrechtelijke maatregel). Antecedenten ouder dan 5 jaar kunnen wel als verzwarende omstandigheid in de belangenafweging (toepassing matrix) worden betrokken. Bijvoorbeeld ten aanzien van de aspecten bekendheid van de woning en voorkomen aantasting woon- en leefklimaat. Bij cumulatie van op te leggen bestuursrechtelijke maatregelen, bijvoorbeeld als gevolg van overtredingen van verschillende AHOJGI-criteria, is de zwaarst gestelde bestuursrechtelijke maatregel van toepassing of kan worden afgeweken van het beleid (zie verderop in deze beleidsregel de afwijkingsbevoegdheid). Bij een sluiting voor onbepaalde tijd wordt de kanttekening gemaakt dat de pandeigenaar te allen tijde een verzoek tot opheffing van de sluiting kan indienen. Dit verzoek kan ingewilligd worden als de vrees voor herhaling verdwenen is. 4. Toepassen last onder bestuursdwang Voor het toepassen van de last onder bestuursdwang op grond van artikel 13b van de Opiumwet zijn de algemene bepalingen uit artikel 5:21 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. Hieronder worden de stappen kort uiteengezet. Voorbereiding Beleidsregel art. 13b Opiumwet 5 December 2015

9 Op basis van het hennepbericht, opgesteld door de politie, en eventueel andere verkregen informatie over het desbetreffende pand, wordt een dossier aangemaakt om op grond van artikel 13b van de Opiumwet bestuurlijk op te kunnen treden. Situatiebeoordeling Per dossier wordt een situatiebeoordeling gemaakt, zodat handhavend opgetreden kan worden. Deze beoordeling gebeurt aan de hand van de in hoofdstuk vijf en zes opgenomen feiten en omstandigheden en daarbij behorende handhavingsmatrixen. De belangenafweging is hiermee zoveel mogelijk inzichtelijk gemaakt. Waarschuwing Indien uit de situatiebeoordeling blijkt dat een waarschuwing wordt gegeven, wordt deze op schrift gesteld en (indien mogelijk) namens de burgemeester aan belanghebbende(n) overhandigd/verzonden. Een waarschuwing is pand gebonden, maar kan niet worden ingeschreven in het gemeentelijk beperkingenregister. Om het voor nieuwe pandeigenaren mogelijk te maken in te zien of een pand al eerder in aanraking is geweest met artikel 13b van de Opiumwet wordt de waarschuwing bekend gemaakt op de gemeentelijke website en in het plaatselijke blad Tiel Actueel Sluitingsbesluit - Voornemen en zienswijze Ter voorbereiding van een besluit tot het opleggen van een last onder bestuursdwang wordt het voornemen bekend gemaakt. Tegen dit voornemen kan een zienswijze, hetzij schriftelijk, hetzij mondeling, worden ingediend (artikel 4:8 en 4:9 van de Awb). Hiervan wordt afgezien indien vereiste spoed zich hiertegen verzet (artikel 4:11, onder a, van de Awb). De zienswijze kan een ander licht op de zaak werpen, waardoor een minder zware of juist zwaardere bestuursrechtelijke maatregel opgelegd moet worden. - Last onder bestuursdwang inhoudende sluiting Het besluit wordt op schrift gesteld en aangetekend verzonden aan diegene die bevoegd is de last uit te voeren. In de last onder bestuursdwang inhoudende sluiting worden in ieder geval de volgende elementen opgenomen: bevel tot sluiting op grond van artikel 13b Opiumwet. De last houdt in dat het pand ontoegankelijk is en blijft gedurende de termijn van sluiting en dat een aankondiging van de sluiting duidelijk zichtbaar moet worden aangebracht op het betreffende pand. aanduiding van het pand, adres en kadastraal nummer. De last houdt een concrete omschrijving in van wat moet worden gesloten en gesloten moet worden gehouden en in voorkomend geval een nadere aanduiding van de betreffende ruimten dan wel erven. termijn van de sluiting. motivering van de last inhoudende sluiting, waarbij wordt verwezen naar onderhavige beleidsregel. begunstigingstermijn. In de last wordt een termijn opgenomen van minimaal drie werkdagen. Indien echter het pand al gesloten is ten tijde van het nemen van het besluit, dan wordt dit zo spoedig mogelijk alsnog schriftelijk bekendgemaakt. rechtsmiddelenclausule. Tegen het besluit kunnen belanghebbenden bezwaar maken en een voorlopige voorziening vragen. Tegen de beslissing op bezwaar kan beroep worden ingesteld. mogelijkheid om te verzoeken tot opheffing van de sluiting. aanzegging tot kostenverhaal in het geval het bestuursorgaan de last dient uit te voeren. Dit geldt wanneer de last niet binnen de in het besluit aangegeven begunstigingstermijn geheel wordt uitgevoerd. Zie hieronder nog het kopje kostenverhaal. Effectuering last onder bestuursdwang inhoudende sluiting Beleidsregel art. 13b Opiumwet 6 December 2015

10 Indien de overtreder geen gevolg geeft aan de last, zal de burgemeester overgaan tot feitelijke sluiting en zal het pand ontoegankelijk worden gemaakt of worden verzegeld. De overtreder/eigenaar kan tijdens de sluiting niet over het pand/zijn eigendom beschikken. Op grond van artikel 2:41, van de APV voor de gemeente Tiel is het verboden een pand te betreden, dat is gesloten op grond van artikel 13b van de Opiumwet. Als de overtreder zelf het pand niet afdoende heeft afgesloten, kan besloten worden om het pand alsnog te verzegelen. Verzegeling kan controle van het pand gemakkelijker maken. Het doorbreken van het zegel is strafbaar op grond van artikel 199 Wetboek van Strafrecht. Bij panden die aan verschillende personen worden verhuurd, zoals kamerverhuurpanden, kan, indien dit mogelijk is, worden besloten tot gedeeltelijke sluiting door sluiting van de afzonderlijke kamer(s) of een gedeelte van het pand. De rest van het pand blijft dan voor derden toegankelijk. Hierdoor worden bijvoorbeeld medebewoners, die niets met de overtreding te maken hebben, niet onnodig getroffen. Bij aanhoudende overlast kan het pand alsnog in zijn geheel gesloten worden. Bewoners die niets met de overtreding(en) in en rond het pand te maken hebben, kunnen worden getroffen door het sluitingsbesluit. Uit jurisprudentie met betrekking tot artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens blijkt dat in dit geval aan de onschuldige bewoner passende, vervangende woonruimte moet worden aangeboden. Op grond van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken dient de sluiting van het pand binnen vier dagen te worden ingeschreven in de landelijke voorziening. Kostenverhaal De toepassing van bestuursdwang geschiedt ingevolge artikel 5:25, eerste lid, van de Awb op kosten van de overtreder. Als overtreder geldt niet altijd de eigenaar van de woning. Maar als de eigenaar van een woning is ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het betreffende adres dan mag er vanuit worden gegaan dat hij/zij de overtreder is. Afloop sluitingstermijn en heropening Na afloop van de sluitingstermijn vindt overleg plaats tussen de gemeente en de eigenaar/verhuurder van het pand. Wanneer na heropening van het pand opnieuw overtreding van de Opiumwet plaatsvindt, wordt wederom conform de handhavingsmatrixen bestuurlijk opgetreden. Indien een belanghebbende van mening is dat het gesloten pand eerder heropend zou moeten worden, kan een gemotiveerd verzoek tot opheffing van het besluit worden ingediend bij de burgemeester. De basis hiervoor kan gevonden worden in de aangeduide omstandigheden die volgens het besluit tot sluiting van toepassing zijn. 5. Handhavingsmatrixen lokalen Het gaat hierbij om: - de niet voor het publiek toegankelijke lokalen en bijbehorende ervan, zoals loodsen, magazijnen en andere (bedrijfs-)ruimten; - de voor het publiek toegankelijke lokalen en bijbehorende erven. Deze worden onderverdeeld in: - de vergunningplichtige lokalen, zoals cafés en restaurants; - de niet-vergunningplichtige lokalen, zoals (bel- en internet-) winkels, kapsalons en nagelstudio s. Grow- en smartshop vallen ook onder de voor het publiek toegankelijke lokalen en bijbehorende erven. Deze inrichtingen kunnen vergunningplichtig zijn op grond van de APV (lokaal beleid), maar dit onderscheid maakt niet uit voor de bestuursrechtelijke maatregelen die opgelegd kunnen worden. Sinds 1 maart 2015 zijn alle handelingen die de (grootschalige) illegale hennepteelt voorbereiden of vergemakkelijken strafbaar. Growshops die alleen leveren aan de kleine thuiskweker blijven legaal. Een smartshop is een winkel, waar in het algemeen smartdrugs en andere psycho-actieve substanties worden verkocht en accessoires voor het gebruiken van dit soort middelen. Bij de bepaling van de op te leggen maatregelen, zoals opgenomen in onderstaande handhavingsmatrix, is een onderscheid gemaakt tussen hennepkwekerijen en de handel in soft- en/of harddrugs. De burgemeester is van mening dat een lokaal minder bekend zal staan als drugspand als Beleidsregel art. 13b Opiumwet 7 December 2015

11 in het lokaal een hennepkwekerij is opgericht. De eigenaar/opdrachtgever van de kwekerij zal hier niet veel ruchtbaarheid aan willen geven. Dit in tegenstelling tot de situatie waarbij vanuit het lokaal soft- en/of harddrugs worden verkocht of verstrekt, aangezien het lokaal dan (regelmatig) bezocht wordt. Naast handhaving op grond van artikel 13b van de Opiumwet, kan ten aanzien van vergunningplichtige inrichtingen tegen overtredingen in of vanuit een lokaal opgetreden worden op grond van de desbetreffende regelgeving, zoals de Drank- en Horecawet en de APV. Dit is niet in deze beleidsregel opgenomen. Voor de niet-vergunningplichtige lokalen geldt dat overtredingen alleen op grond van artikel 13b van de Opiumwet worden gehandhaafd, omdat in beginsel geen wettelijke regelingen van toepassing zijn op grond waarvan handhavend opgetreden kan worden. Het aantreffen van een hennepkwekerij. Het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig hebben van soft- en/of harddrugs* in of vanuit een overig lokaal, anders dan een coffeeshop. *voor grow- of smartshops gaat het hier om drugs anders dan hennepstekken en paddo s. Het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig hebben van hennepstekken in of vanuit een grow- of smartshop. Het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig hebben van paddo s (hallucinogene paddenstoelen als bedoeld in de Opiumwet) in of vanuit een grow- of smartshop. 1 e constatering: schriftelijke waarschuwing. 2 e constatering: sluiting voor periode van één jaar. 1 e constatering: sluiting voor periode van één jaar. 2 e constatering: sluiting voor onbepaalde tijd. 1 e constatering: sluiting voor periode van drie maanden. 2 e constatering: sluiting voor periode van één jaar. 3 e constatering: sluiting voor onbepaalde tijd. 1 e constatering: schriftelijke waarschuwing. 2 e constatering: sluiting voor periode van drie maanden. 3 e constatering: sluiting voor periode van één jaar. 6. Handhavingsmatrix woningen Hieronder wordt met woning bedoeld als sprake is van een woonbestemming en feitelijke bewoning. De handhavingsmatrix is gebaseerd op een puntensysteem, waarbij een aantal aspecten is beoordeeld. Aan het eind worden alle punten bij elkaar opgeteld, waardoor een eindscore wordt verkregen. Door gebruik te maken van het puntensysteem wordt een zorgvuldige belangenafweging gemaakt, waarbij in het bijzonder rekening is gehouden met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Het sluiten van een woning is een ultimum remedium. Is sprake van een woning in eigendom van een woningcorporatie, dan zal de woningcorporatie de huurovereenkomst beëindigen en wordt in beginsel niet overgegaan tot sluiting van de woning op grond van deze beleidsregel. Indien de woningcorporatie niet (tijdig) slaagt in het ontruimen van de desbetreffende woning, kan de burgemeester alsnog gebruik maken van zijn bevoegdheid op grond van artikel 13b Opiumwet. 6.1 Wegnemen bekendheid van de woning Dit aspect heeft betrekking op de noodzaak om de bekendheid van de woning als locatie van drugshandel weg te nemen. De burgemeester is van mening dat de woning minder bekend zal staan als drugspand als in de woning een hennepkwekerij is opgericht. De eigenaar/opdrachtgever van de kwekerij zal hier niet veel ruchtbaarheid aan willen geven. Dit in tegenstelling tot de situatie waarbij vanuit de woning soft- en/of harddrugs worden verkocht of verstrekt, aangezien de gebruikers het pand regelmatig bezoeken. Hierbij moet ook weer een onderscheid worden gemaakt tussen de handel aan eindgebruikers en aan groothandelaren. Bij handel aan groothandelaren is de bezoekfrequentie een stuk lager dan bij Beleidsregel art. 13b Opiumwet 8 December 2015

12 handel aan eindgebruikers, waardoor de afname van de bekendheid van het pand als drugspand bij groothandelaren een langer tijdsbestek zal innemen dan bij eindgebruikers en dus zwaarder meetelt. Aanwijzing dat drugs zijn verkocht dan wel verstrekt: - ter grootte van gebruikershoeveelheden (aan eindgebruiker) - ter grootte van handelshoeveelheden (aan groothandelaar) Voorkomen van herhaling Het gaat hier over de inschatting van het risico dat drugshandel opnieuw in dezelfde woning plaatsvindt. De burgemeester is van mening dat de kans dat er in de woning een handelshoeveelheid drugs dan wel een hennepkwekerij wordt aangetroffen groter is als in de betreffende woning al eerder een handelshoeveelheid dan wel kwekerij is aangetroffen dan wanneer dit niet het geval is. Daarnaast is de burgemeester van mening dat het risico groter is als de drugshandel door de eigenaar geschiedt. Is sprake van verhuur en is de huurder zelf verantwoordelijk voor de drugshandel en zijn er geen aanwijzingen dat de eigenaar/verhuurder het redelijkerwijs had kunnen vermoeden, dan is het risico op herhaling kleiner. Als de eigenaar/verhuurder wist of kon weten dat de huurder al eerder de Opiumwet heeft overtreden, wordt bijvoorbeeld verondersteld dat de eigenaar/verhuurder het redelijkerwijs had kunnen vermoeden. Het risico van herhaling wordt ook kleiner als de eigenaar/verhuurder de huurovereenkomst beëindigt. Gebeurt dit niet, dan kan de huurder nog gebruik maken van de woning waardoor de kans op herhaling aanwezig blijft dan wel groter wordt. Ook is de kans op herhaling groter als al eerder met betrekking tot de woning is opgetreden op grond van artikel 13b van de Opiumwet. Onder eerdere toepassing van artikel 13b van de Opiumwet wordt verstaan zowel een waarschuwing als een bestuursrechtelijke maatregel. Waarschuwingen en maatregelen ouder dan vijf jaar worden alleen meegewogen wanneer specifieke feiten of omstandigheden daartoe aanleiding geven. Aanwezigheid van een handelshoeveelheid drugs 1 en/of Drugshandel door eigenaar 2 en/of Drugshandel door huurder en aanwijzing dat eigenaar/ 1 verhuurder het redelijkerwijs had kunnen vermoeden en/of Drugshandel door huurder en eigenaar heeft 1 huurovereenkomst niet beëindigd of 2 e toepassing art. 13b Opiumwet 3 of 3 e toepassing art. 13b Opiumwet 6 of 4 e toepassing art. 13b Opiumwet Voorkomen van verdere aantasting van het woon- en leefklimaat Uit de omstandigheden kan blijken dat het woon- en leefklimaat is aangetast en weer hersteld moet worden. Een aanwijzing hiervoor kan zijn het gebruik van soft- en/of harddrugs in de directe omgeving van de bewuste woning. De burgemeester is van mening dat de verkoop, het afleveren en verstrekken dan wel het aanwezig zijn van harddrugs als een ernstiger verschijnsel voor de omgeving wordt gezien dan de verkoop, het afleveren en verstrekken dan wel het aanwezig zijn van softdrugs. De wetgever heeft niet voor niets een onderscheid gemaakt tussen hard- en softdrugs met het oog op Beleidsregel art. 13b Opiumwet 9 December 2015

13 de gebruiksrisico's van de onderscheiden drugs en om een duidelijke scheiding tussen beide markten aan te brengen. Daartoe worden voor softdrugs speciale verkooppunten in de vorm van coffeeshops gedoogd. Aanwijzing soft- en/of harddrugsgebruik in directe omgeving en/of Aanwijzing verkoop, afleveren en verstrekken dan wel daartoe aanwezig zijn van harddrugs Herstel van verstoring van de openbare orde Uit de omstandigheden kan blijken dat sprake is van onrust in de directe omgeving en dat de rust in de directe omgeving moet worden hersteld. De burgemeester is van mening dat als er klachten van omwonenden bekend zijn bij politie en/of gemeente omtrent de wijze van gebruik van de woning, is dat voldoende reden om aan te nemen dat sprake is van onrust. Aanwezigheid klacht(en) van omwonende(n) 1 of Politie en/of gemeente constateert onrust Score versus maatregel Score Maatregel 1-4 Waarschuwing. 5-7 Sluiting voor drie maanden Sluiting voor één jaar. 12 Sluiting voor onbepaalde tijd. 7. Afwijkingsbevoegdheid De maatregelen genoemd in de matrix geven een richtlijn. In zéér uitzonderlijke gevallen kan de burgemeester gemotiveerd afwijken van de beleidsregel en de daarin genoemde (zwaarte van de) bestuursrechtelijke maatregel. Voorbeelden hiervan zijn de aanwezigheid van wapens (samenloop met verdenking van een strafbaar feit o.g.v. de wet Wapens en Munitie) en mensenhandel. 8. Inwerkingtreding Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking in Tiel Actueel. Beleidsregel art. 13b Opiumwet 10 December 2015

14 Informatienota Aan: Van: Onderwerp: Portefeuillehouder: Datum collegebesluit: Geheim: Commissie Bestuur College van B&W Indienen zienswijze Besluit en Regeling natuurbescherming Wethouder L. Verspuij Ja / Nee Kennisnemen van: De ingediende zienswijze tegen het Besluit en de Regeling natuurbescherming. 1. Inleiding De Flora- en faunawet, Natuurbeschermingswet 1998 en de Boswet gaan op in de nieuwe Wet natuurbescherming (Wnb). De Wnb treedt waarschijnlijk per 1 januari 2017 in werking. Bij de Wnb hoort ook een Besluit en Regeling natuurbescherming (Bnb en Rnb). Het Bnb en de Rnb liggen momenteel (digitaal) ter consultatie. Deze consultatie duurt tot en met 3 maart. Tijdens de consultatie kunnen er zienswijzen worden ingediend. 2. Kernboodschap De gevolgen door de invoering van de Wnb, Bnb en Rnb voor gemeenten zijn benoemd door het indienen van een zienswijze. 3. Gevolgen In de toelichting op de Bnb en Rnb staan onjuistheden. Gesuggereerd wordt dat de administratieve en bestuurlijke lasten voor andere overheden (waaronder gemeenten) niet toenemen. Dit is niet juist (zie bijlage 1). Door het indienen van deze zienswijze is hierop de aandacht gevestigd. 4. Vervolg - Bijlagen 1. Ingediende zienswijze 2. Desbetreffende bladzijden uit de toelichting Bnb en Rnb Meer informatie: Team: Stad Contactpersoon: Benno Jagt Telefoon: bjagt@tiel.nl Pagina 1 van 1

15

16

17

18

19 Informatienota Aan: Commissie Bestuur Van: Burgemeester en wethouders Onderwerp: Reactie provincie op begroting Portefeuillehouder: L. Verspuij Datum collegebesluit: Geheim: Nee Kennisnemen van: De brief van GS van Gelderland dat in 2016 Tiel in aanmerking komt voor repressief financieel toezicht en van de gemaakte opmerkingen inzake structureel en reëel begrotingsevenwicht en de financiële kengetallen 1. Inleiding Op 27 januari 2016 hebben Gedeputeerde Staten van Gelderland ons bericht dat we op basis van de Programmabegroting in aanmerking komen voor repressief toezicht. Daarbij zijn wel kanttekeningen geplaatst t.a.v. het meerjarenperspectief. Daarnaast beoordeelt de provincie onze financiële positie op basis van een aantal financiële kengetallen. De meeste daarvan zijn voor Tiel positief. 2. Kernboodschap Voor 2016 constateert de provincie dat onze begroting in evenwicht is. Dat geldt niet voor de meerjarenramingen voor In de brief is een grafiek opgenomen waaruit blijkt dat met name in de jaren 2018 en 2019 een groot verschil aanwezig is tussen onze begroting en de interpretatie hiervan door de provincie. Dit grote verschil wordt vooral veroorzaakt door bezuinigingen die wij hebben ingeboekt, maar die door de provincie als nog onvoldoende concreet worden aangemerkt. In de onderstaande tabel een overzicht van deze bezuinigingen: Omschrijving Totaal Totaal Totaal Totaal Onderzoeksonderwerpen Bloesemakkoord (stelpost) Businesscase Het Nieuwe Tielse Werken (stelpost) Vastgoedmanagement in CGT-verband (stelpost) Taakstelling overhead beheer openbare ruimte Samenwerking F,P & IM/ICT in BWB-verband (na 1e wijz.) Pensioengangers 2016 (10.000) Stelpost besparingen nieuwe huisvesting (businesscase EFW) Terugdringing overhead Werkzaak Rivierenland (1e wijz.2016) TOTAAL BEZUINIGINGEN C Pagina 1 van 3

20 Over de aanpak van de onderzoeksonderwerpen uit het Bloesemakkoord bent u onlangs geïnformeerd. De invulling van de andere hierboven benoemde bezuinigingen denken we als volgt te kunnen invullen en realiseren: Businesscase HNTW: in deze businesscase is in eerste instantie een structureel voordeel berekend van Bij de herziening van de businesscase is dit opgelopen tot Uit voorzichtigheidsoverwegingen is in de begroting alleen de eerste als besparing ingeboekt. Na de verbouwing van het stadhuiscomplex zal blijken welke besparing precies gerealiseerd wordt; e.e.a. betekent wel dat in 2016 nog geen besparing wordt bereikt, hierop komen we in de 1 e voortgangsrapportage terug. Vastgoedmanagement in CGT-verband: Samen met Culemborg en Geldermalsen hebben we een businesscase laten opstellen over verdergaande samenwerking. In dit kader is ook gekeken naar de besparingsmogelijkheden op dit dossier. Hieruit is gebleken dat deze mogelijkheden beperkt zijn en in elk geval geen voor Tiel zullen opleveren. Op dit moment wordt nagedacht of en zo ja hoe hiermee verder wordt gegaan. Gedacht wordt om dit te betrekken bij het onderzoek naar het vastgoedbeheer dat plaatsvindt in het kader van de onderzoeksonderwerpen Bloesemakkoord. Voor 2016 wordt in elk geval geen besparing gerealiseerd. Ook hierop komen we in de 1 e voortgangsrapportage terug. Taakstelling overhead beheer openbare ruimte: Deze taakstelling was aanvankelijk veel hoger, maar hebben we grotendeels gerealiseerd via de verkoop van de gemeentewerf. Voor de nu nog openstaande taakstelling zijn nog geen concrete plannen, maar de aanpak zal hetzelfde zijn als bij eerdere taakstellingen (zie ook hierna). In de aanloop naar 2018 zullen we kansen die zich voordoen in de bedrijfsvoering benutten om vanaf 2018 deze besparing te realiseren. Samenwerking in BWB-verband: Deze taakstelling is overgenomen uit de begroting van BWB. In deze begroting is een aantal concrete maatregelen verwerkt, met name in reductie van de formatie, die leiden tot de genoemde bezuiniging. Pensioengangers 2016: In 2016 zal een tweetal medewerkers met pensioen gaan; al eerder was besloten dat deze niet zullen worden vervangen. Dit leidt vanaf 2017 tot een besparing. Stelpost besparingen nieuwe huisvesting: Na de verbouwing van het stadhuiscomplex kan een aantal werkplekgerelateerde budgetten, zoals vervanging meubilair en energielasten, worden verlaagd. Deze verlagingen zijn concreet ingevuld in de businesscase, alleen moeten deze nog worden verdeeld over de diverse posten in de begroting. Dit vindt plaats vanaf de begroting 2017 Terugdringen overhead Werkzaak Rivierenland: in onze brief over de septembercirculaire 2015 hebben wij aangegeven dat we deze taakstelling willen realiseren langs drie sporen: Extra besparing businesscase HNTW: zoals hierboven aangegeven verwachten we een opbrengst van , terwijl is ingeboekt; Verkoop of verhuur van Beursplein Rivierenland; De afspraak dat BWB de ondersteunende taken van Werkzaak gaat uitvoeren leidt tot extra inkomsten voor BWB en daarmee voor de deelnemende gemeenten. In bredere zin zijn we ook bezig met het terugdringen van de overheadkosten. In een notitie die we u eind 2014 hebben toegestuurd hebben we onze aanpak geschetst t.a.v. de toen openstaande taakstellingen. Nu de taakstelling van Werkzaak er bij is gekomen willen we op dezelfde manier nogmaals te werk gaan. De aanpak bestaat uit de volgende 5 onderdelen: 1. We gaan taakstellend bezuinigen op budgetten die direct gerelateerd zijn aan het aantal medewerkers dat in dienst is: minder formatie, minder budget. Pagina 2 van 3

21 2. De nieuwe primaire taken die er bijkomen in het sociaal domein zullen ook om overhead (bedrijfsvoeringstaken) vragen en vormen een nieuwe dekking voor de huidige overhead. 3. We gaan zoveel mogelijk overheadtaken uitvoeren voor andere organisaties, GR-en waar Tiel belang bij heeft en waarmee met de inkomsten de kosten worden gedekt. 4. We gaan op personele kosten in het primaire proces besparen en met die besparingen brengen we de totale bedrijfsvoeringskosten terug. 5. We gaan de totale overhead in Tiel afbouwen naar het niveau dat past bij deze gemeentelijke organisatie. We gaan voor een minimale norm omdat we een slimme en slanke overheidsorganisatie willen zijn met zo min mogelijk overhead. In de begroting 2016 hebben we voor het eerst een aantal financiële kengetallen opgenomen. Uit de brief van de provincie blijkt dat we op 4 van de 5 kengetallen goed scoren (categorie A). Alleen de solvabiliteitsratio valt in categorie B, maar dat is nog niet verontrustend, zeker in vergelijking met andere gemeenten in Gelderland. Omdat het de eerste keer was en we nog niet beschikten over vergelijkingsmateriaal met andere gemeenten en andere jaren, hebben we nog weinig duiding aan deze kengetallen kunnen geven. De provincie merkt dan ook op dat een beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen ontbreekt. De komende jaren zullen we hier beter aan kunnen voldoen, doordat nu wel vergelijkende cijfers en normen beschikbaar zijn, onder andere via waarstaatjegemeente.nl. 3. Gevolgen Er zijn geen directe gevolgen voor het te voeren beleid. Wel zal in de begroting 2017 een concrete invulling gegeven moeten worden aan de nog openstaande bezuinigingen. 4. Vervolg In volgende documenten van de beleidscyclus stellen we u op de hoogte van het verloop van de voorgenomen bezuinigingen en van de kengetallen. Bijlagen Brief provincie Gelderland van 27 januari Meer informatie: Team: BWB Contactpersoon: R. Jansema Telefoon: r.jansema@bvowb.nl Pagina 3 van 3

22 provincie GELDERLAND Bezoekadres Gebouw Marktstate Eusebiusplein 1a 6811 HE Arnhem Postadres Postbus GX Arnhem De Raad van de gemeente Postbus HH TIEL Tiel gemeente Tiel 2 8 JAN telefoonnummer (026) telefaxnummer (026) adres post@gelderland.nl internetsite datum 27 januari 2016 onderwerp Programmabegroting zaaknummer Geachte heer/mevrouw, In deze brief vermelden wij welke toezichtvorm in 2016 op uw gemeente van toepassing is. Tevens lichten wij enkele belangrijke aspecten van de financiële positie van uw gemeente nader toe, waaronder de financiële kengetallen. Wij dringen er op aan onze opmerkingen mee te nemen in uw financiële cyclus, om er zo voor te zorgen dat de financiële positie van uw gemeente toekomstbestendig blijft. Toezichtvorm Uw gemeente komt voor 2016 in aanmerking voor het repressief toezicht, de minst belastende vorm van toezicht, omdat aan de daarvoor in de Gemeentewet gestelde voorwaarden wordt voldaan. De begroting 2016 is naar ons oordeel structureel en reëel in evenwicht, maar de meerjarenraming (nog) niet. Daarnaast zijn de vastgestelde begroting en jaarrekening 2014 vóór de daarvoor in de Gemeentewet opgenomen uiterste inzenddata aan ons toegestuurd. Financiële positie Vanuit onze rol als financieel toezichthouder brengen wij hierna enkele aspecten onder uw aandacht. Structureel en reëel begrotingsevenwicht Hoewel de door u vastgestelde begroting 2016, dankzij forse eenmalige lasten, structureel en reëel in evenwicht is, geldt dat niet voor de meerjarenramingen voor In de grafiek ziet u het ų., lM 201M Financieel perspectief (x C 1.000) m Vastgesteld saldo na Ie wijziging 2016 (gemeente) Als stelpost ingeboekte bezuinigingen Structureel en ree ei saldo (provincie) inlichtingen bij dhr. G. Scholten e-maiiadres post@gelderland.nl verloop van uw meerjarenbegroting. De blauwe kolommen geven de saldi weer, zoals die door u zijn vastgesteld. De rode kolommen bevatten de door ons becijferde structurele en reële uitkomsten. Daarin zijn forse nog te realiseren bezuinigingen als stelpost ingeboekt (oranje kolommen). Deze nog nader te concretiseren bezuinigingen lopen op tot een totaal bedrag van C 2,4 miljoen in 2019, na de aanpassingen bij de 1 e begrotingswijziging Tegen de achtergrond van de al geraamde negatieve uitkomsten van de begrotingsjaren , is volledige telefoonnummer (026) BNG Bank Den Haag, rekeningnummer IBAN-nummer: NL74BNGH BIC-code van de BNG: BNGHNL2G btw-nummer: NL B03 KvK-nummer:

23 provincie GELDERLAND realisatie van deze bezuinigingen zonder meer noodzakelijk. Elke tegenvaller daarop gaat ten koste van het saldo. Voor het vereiste structureel en reëel begrotingsevenwicht 2017, verzoeken wij u de besluitvorming over de invulling van deze bezuinigingsstelposten tijdig te nemen. Graag zien wij daarvan de resultaten al bij de Perspectievennota 2016 tegemoet. Financiële kengetallen Kengetal Gelders gemiddelde Waarde kengetal Tiel Categorie A Categorie B Categorie C 1a. Netto schuldquote 69-/0 69Vo 00-/ /O > 130-/0 1 b. Netto schuldquote gecorrigeerd 55 0 Zo 61 "/o O0-/ /O > 130-/0 2. Solvabiliteitsratio 33 0 /» 21 "A ^O-X, /0 O0-/0 3. Grondexploitatie A 00-/ /0 ^5-/0 Structurele exploitatieruimte Begr. Q.90% 2,66-/0 Begr én Structurele exploitatieruimte MJR 0.50-/O 0,62-/0 MJR XìX Begr of MJR Ï-0% Begr én MJR 0-/0 5. Belastingcapaciteit IOO-/0 86-/0 05-/ /0 :»105-Zo Begr = begroting (2016) MJR = laatste jaar meerjarenraming (2019); dit kengetal is niet opgenomen in de regelgeving, maar geeft - in combinatie met het kengetal van de begroting - wel het beste beeld van de structurele exploitatieruimte van uw gemeente. Wij hebben dit 'extra' kengetal dan ook berekend voor uw gemeente, wanneer u dat niet zelf heeft opgenomen in de begroting. Het Gelders gemiddelde is berekend op basis van de door de gemeenten in hun begroting opgenomen kengetallen. In de tabel zijn de voorgeschreven financiële kengetallen van uw gemeente opgenomen. De waarden zijn ingedeeld in drie categorieën. In onze brief (dd , zaaknummer ) is te lezen waarom gekozen is voor deze indeling. In het algemeen kan worden gesteld, dat categorie A het minst risicovol is en categorie C het meest. De categorie die correspondeert met de waarde van uw gemeente, is gekleurd weergegeven. Wij constateren dat veel kengetallen van uw gemeente in categorie A vallen en dat de vergelijking met het Gelders gemiddelde veelal gunstig uitvalt voor Tiel. Bij de vermelding van de kengetallen ontbreekt in uw begroting een beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen, in relatie tot de financiële positie van uw gemeente. Wij vragen u om in de begroting 2017 deze beoordeling op te nemen, zoals verplicht is gesteld in het Besluit Begroting en Verantwoording. Op die manier worden de kengetallen in relatie tot elkaar bezien en kunnen ze meewegen in uw eigen beoordeling van de financiële situatie van uw gemeente. 2

24 provincie GELDERLAND Tot slot Wanneer u een nadere toelichting wenst op ons oordeel over de financiële positie van uw gemeente, zijn wij graag bereid dit nader toe te lichten, bijvoorbeeld in de vorm van een presentatie. U kunt hiervoor contact opnemen met de toezichthouder van uw gemeente. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Gelderland plv. Commissaris van de Koning secretaris 3

25 provincie GELDERLAND kopie aan: - Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Tiel, Postbus 6325, 4000 HH Tiel - KOB/IBT: de heer G. Scholten 4

26 Informatienota Aan: Commissie samenleving en commissie bestuur Van: 6 en 7 april 2016 Onderwerp: Kaders Appelpop en Fruitcorso 2016 Portefeuillehouder: Marcel Melissen/Hans Beenakker Datum collegebesluit: 15 maart 2016 Geheim: Ja / Nee Kennisnemen van: het besluit van het college m.b.t. het vaststellen van bijgevoegde kaders voor Appelpop en Fruitcorso (inclusief de braderie) in 2016, waardoor in ieder geval besloten wordt tot: a. het aanleggen van tijdelijke trappen op de Waalkade door de gemeente Tiel ten behoeve van een mogelijke ontruiming; b. de weekmarkt op 10 september 2016 geen doorgang zal vinden; c. de afgesloten kademuur onder voorwaarden beperkt gebruikt mag worden; d. het maximum aantal gelijktijdige bezoekers op Appelpop vaststellen op en de stichting Muziekstad Tiel verplichten dezelfde vluchtwegen aan te houden als in 2015; e. het verplichten dat stichting Muziekstad Tiel niet afsluit met een topact, zodat gelijkmatige uitstroom wordt bewerkstelligd; f. het toestaan dat de Nieuwe Tielseweg wordt gebruikt in de route van het Fruitcorso. g. Stichting 4-stromenland geeft inzicht aan het VeiligheidsOverleg m.b.t. de technische eisen waaraan de corsowagens moeten voldoen en de manier waarop hierop controle wordt uitgeoefend. De stichting 4- stromenland blijft te allen tijden zelf hiervoor verantwoordelijk h. De corsowagens kunnen in één keer bochten en rotondes nemen en komen niet in contact met de op het parcours aanwezige objecten zoals lantaarnpalen en bomen. 1. Inleiding Inmiddels hebben we de evenementen Appelpop en Fruitcorso incl. de braderie (verder: Fruitcorso) 2015 al even achter de rug en zijn deze evenementen ook uitgebreid geëvalueerd. De voorbereiding op deze evenementen in 2016 is weer gestart. Het speelveld van de voorbereidingen is breed en divers. Verschillende belangen van organisatoren, inwoners, ondernemers, hulpdiensten en de gemeentelijke organisatie spelen een rol. Daarom is het belangrijk dat het bestuur duidelijke kaders stelt voor de voorbereiding op en de uitvoering van de evenementen in Deze kaders zijn in goed overleg met de organisatoren voorbesproken en er was consensus m.b.t. de inhoud. 2. Kernboodschap We gaan voor gezellige en veilige evenementen Appelpop en Fruitcorso in Daarom is het college gevraagd om richting te geven aan de voorbereiding van deze evenementen door kaders te stellen. Door deze kaders ontstaat duidelijkheid en ontstaan minder discussiepunten. Binnen het besluit van het college zijn zes punten uitgelicht omdat hierbij sprake is van een hogere gevoeligheid. Binnen deze punten is er namelijk duidelijk sprake van tegenstrijdige belangen. Pagina 1 van 3

27 3. Gevolgen 3.1 De gemeente neemt de verantwoordelijkheid voor de aanleg van trappen De ontruimingstijd van het grote aantal bezoekers van Appelpop op de Waalkade was hoog. Gebaseerd op het onderzoek van het KCEV in 2014 heeft het college besloten de ontruimingstijd te verkleinen door de aanleg van (tijdelijke) trappen. De kosten van deze trappen komen voor rekening van de gemeente Tiel. De gemeenteraad ontvangt een separaat voorstel om permanente trappen te realiseren (transitie Waalplaat). Voor 2016 betekent dit dat naar alle waarschijnlijkheid nog tijdelijke trappen worden aangelegd. 3.2 De weekmarkt zal niet doorgaan De weekmarkt zal als gevolg van Appelpop geen doorgang vinden. De ruimte op het Plein/Varkensmarkt is nodig om bezoekersstromen op te kunnen vangen. Overigens gaat de weekmarkt tijdens Appelpop al jaren niet door. 3.3 Stichting muziekstad Tiel maakt onder voorwaarden gebruik van de kademuur Het college heeft de kademuur vanwege zijn slechte staat afgesloten voor eenieder. Stichting Muziekstad maakte altijd gebruik van deze ruimte en heeft daardoor sinds vorig jaar het evenemententerrein moeten verkleinen. Stichting Muziekstad heeft dit op kunnen lossen, mits gebruik kan worden gemaakt van een beperkt deel van de kademuur. Het college heeft besloten dat dit onder voorwaarden (geen voertuigen, alleen gebruiken indien nodig voor bevoorrading te voet over een strook van 1,5 meter) toegestaan kan worden. 3.4 De ontruimingstijd is door het nemen van een aantal maatregelen fors verlaagd. In 2015 is er in de voorbereiding op Appelpop gediscussieerd over de vluchttijd van het terrein van Appelpop bij een ontruiming. De situatie van 2014 was op dit punt op basis van nieuwe inzichten onacceptabel (ontruimingstijd van circa 15 minuten). Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in het creëren van een extra vluchtweg, de aanleg van extra trappen en het opnemen van een maximum aantal van gelijktijdige bezoekers in de vergunning voor stichting Muziekstad Tiel. Het college heeft besloten deze opzet aan te houden en daarmee een maximale ontruimingstijd van ca. 9 minuten te accepteren. 3.5 Er wordt niet afgesloten met een topact In 2015 is er in de voorbereiding op Appelpop gediscussieerd over de programmering en de invloed daarop op crowdmanagement. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in een aanpassing van de programmering. Tevens is het besluit genomen om voor de toekomst als kader op te nemen dat er niet wordt afgesloten met een topact (naar oordeel van de burgemeester) zodat een gelijkmatige uitstroom wordt bewerkstelligd. Overigens is voor de editie in 2016 al vroegtijdig contact over de programmering. 3.6 Het parcours van het Fruitcorso blijft gelijk Er dienen aanzienlijke mobiliteitsmaatregelen getroffen te worden omdat de Stichting Vierstromenland in hun parcours gebruik maakt van de Nieuwe Tielseweg. Eerder is gebleken dat de Mr. Spieringstraat als alternatief is te gebruiken en dat het afzetten van de Nieuwe Tielseweg leidt tot frustraties bij weggebruikers en vervolgens ongewenste situaties. Het veiligheidsoverleg adviseerde daarom om het gebruik van de Nieuwe Tielseweg in de route van het Fruitcorso niet toe te staan. Het college heeft het Pagina 2 van 3

28 advies van het veiligheidsoverleg niet overgenomen. Het Fruitcorso zal dus wel worden toegestaan om de Nieuwe Tielseweg te gebruiken. Het college zal de maatregelen van vorig jaar in stand houden om de overlast zoveel mogelijk te beperken. 4. Vervolg De commissies samenleving en bestuur worden door middel van de evaluatie van de evenementen op de hoogte gesteld van het verloop van de voorbereidingen en de evenementen zelf. Daarnaast ontvangt de gemeenteraad naar aanleiding van een amendement tijdens de behandeling van de perspectievennota in 2015 voor 1 oktober 2016 een plan van aanpak met als doel het realiseren van een forse kostenreductie op het evenementenbudget. Aan de uitvoering van dit amendement wordt op dit moment gewerkt. Bijlagen - Kaders Appelpop Kaders Fruitcorso Kaders Corsobraderie 2016 Meer informatie: Team: Beleid Contactpersoon: Erik van Keken Telefoon: evkeken@tiel.nl Pagina 3 van 3

29 Kaders Appelpop 2016 Hieronder worden de kaders voor het evenement Appelpop 2016 benoemd. Aan de kaders en aandachtspunten zijn de actiehouders gehangen. De actiehouder draagt zorg voor het betreffende kader. De kaders in dit document zijn ontstaan vanuit conclusies en aanbevelingen uit de evaluatie van 2014 en 2015 en dragen bij aan het verwachtingspatroon tussen organisatie en het VO. Kaders 1 Alle straten in Tiel moeten bereikbaar blijven voor de hulpdiensten. In het bijzonder moet er een vrije aan- en afvoerroute zijn in de binnenstad en op de evenemententerreinen. 2 De bereikbaarheid van risicovolle en kwetsbare objecten in de nabijheid van de evenementen moet, ingeval van calamiteiten, gegarandeerd zijn. 3 We streven ernaar zo min mogelijk overlast te laten ontstaan. Daarbij wordt gedacht aan bereikbaarheid van inwoners/ondernemers in de stad Tiel, zo min mogelijk verlies van parkeerplaatsen en zo min mogelijk parkeeroverlast voor inwoners van Tiel. 4 We streven naar zo min mogelijk verkeersmaatregelen, zonder af te doen aan veiligheid. De verbinding tussen Tiel-Oost en Tiel- West en de calamiteitenroutes naar risicolocaties zijn daarbij een aandachtspunt. Een goed mobiliteitsplan is daarbij een vereiste. 5 Er is voldoende parkeergelegenheid voor de te verwachten bezoekers die voor het evenement naar Tiel komen. 6 Er moet een duidelijk beeld van de publieksstromen komen en sturing daarop door bijvoorbeeld crowdmanagement maatregelen. Hiervoor geeft Stichting muziekstad vroegtijdig inzicht in de programmering aan het VO waardoor de effecten daarvan op de publieksstromen kunnen worden geïnventariseerd. De crowdmanagement maatregelen zijn daar mede op afgestemd. 7 I.v.m. mogelijke ontruiming van grote mensenmassa worden extra (tijdelijke) trappen aangelegd. De gemeente Tiel zorgt voor de aanleg van deze trappen voor Appelpop 2016, conform het advies van de brandweer Gelderland-Zuid d.d In afwijking van de termijn inleveren vergunning in het evenementenbeleid (14 weken) wordt de complete vergunning uiterlijk in de week 6 juni ingediend. De Stichting muziekstad streeft ernaar om de plannen op 1 mei gereed te hebben. 9 De weekmarkt gaat niet door tijdens Appelpop op 10 september Stichting Muziekstad geeft real-time een betrouwbaar inzicht in bezoekersaantallen aan het coördinatieteam. 11 Stichting Muziekstad stelt, de door hen gemaakte camerabeelden ter beschikking van het coördinatieteam en, in overleg met de politie, t.b.v. het crowd control aan de politie. Dit wordt in goed overleg geregeld. 12 Stichting Muziekstad Tiel is verplicht zo te programmeren dat er op beide avonden niet afgesloten wordt met een topact die een groot publiek trekt naar oordeel van de burgemeester van Tiel, op advies van het veiligheidsoverleg zodat een gelijkmatige Actiehouder(s) Gemeente Gemeente Stichting muziekstad Gemeente Gemeente Gemeente Stichting muziekstad Gemeente Politie Gemeente Stichting muziekstad Stichting muziekstad Gemeente Gemeente Stichting muziekstad Stichting muziekstad Politie Stichting muziekstad

30 uitstroom wordt bewerkstelligd. Een topact eindigt uiterlijk om uur en wordt gevolgd door een optreden van een minder bekende artiest/band 13 Last-minute wijzigingen ten opzichte van de afgegeven vergunning zijn na de deadline van 12 augustus 2016 niet toegestaan. Uitzonderingen hierop zijn mogelijk als de openbare orde in het geding komt en/of bij het uitvallen van artiesten/bands 14 Conform het advies van de brandweer creëert Stichting Muziekstad Tiel dezelfde vluchtwegen als in In de vergunning voor Appelpop/ Stichting muziekstad in 2016 wordt een maximum aantal gelijktijdige bezoekers van opgenomen (op een piekmoment). Met dit aantal bezoekers en gecombineerd met de gerealiseerde vluchtwegen is de ontruimingstijd dan circa 9 minuten 16 Een extra activiteit bij het Mc Blossom podium (b.v. de crash tender), met het doel om daar bezoekers langer vast te houden, is zo gesitueerd dat de voorzijde gericht is naar het publieksgedeelte voor het Mc Blossom podium. Het mag geen vierde podium worden. De crashtender of andere activiteit draait een muziekstijl in de trend van Pop/rock, in de stijl van het Mc blossom podium. Aanbevolen wordt om dit te situeren aan de rechterzijde van het Mc Blossom podium (gezien met het gezicht in de richting van het podium). 17 Stichting Muziekstad maakt afspraken met de vervoersmaatschappijen (NS en Arriva) m.b.t. de inzet van extra treinen om voldoende vervoerscapaciteit aanwezig te hebben om de bezoekers binnen redelijke termijn af te voeren 18 Stichting Muziekstad, gemeente, politie en NS/Arriva maken inhoudelijke afspraken m.b.t. het crowd management op het station. Door deze afspraken worden gevaarlijke situaties op en rond het station voorkomen en vindt gedoseerde toelating plaats tot het perron. NS coördineert de uitvoering van de crowd maatregelen 19 De kademuur (tot aan de nietjes ) kan gedurende het evenement (incl. opbouw en afbouw) niet worden gebruikt of belast. Een uitzondering geldt voor het per voet bevoorraden van het VIP gedeelte. Hiervoor mag een strook van 1,5 meter worden gebruikt. De reddingsbrigade heeft toegang tot de steiger. 20 Stichting Muziekstad maakt afspraken met cafetaria het Veertje. Hiervoor kunnen de afspraken gemaakt in 2015 als basis dienen. Deze afspraken zijn uiterlijk 1 juni concreet. De gemeente handhaaft de gemaakte afspraken. 21 Stichting Muziekstad past de hygiënerichtlijnen bij publieksevenementen toe, voorkomt de in 2015 geconstateerde afwijkingen en voert de adviezen van de GGD uit 22 Stichting Muziekstad onderzoekt een alternatief voor het horecapunt voor het tweede podium, dat vanuit crowdmanagement goed en veilig is gesitueerd en voldoende loopruimte voor het publiek oplevert Stichting muziekstad Stichting muziekstad Gemeente Stichting muziekstad Stichting muziekstad Stichting muziekstad NS/Arriva Stichting muziekstad \Gemeente Politie NS/Arriva Stichting muziekstad Stichting muziekstad Exploitant het Veertje Gemeente Stichting muziekstad Stichting muziekstad

31 Kaders Fruitcorso 2016 Hieronder worden de kaders voor het evenement Fruitcorso 2016 benoemd. Aan de kaders zijn de actiehouders gehangen. De actiehouder draagt zorg voor het betreffende kader. De kaders in dit document zijn ontstaan vanuit conclusies en aanbevelingen uit de evaluaties van 2014 en Deze scheppen helderheid m.b.t. het verwachtingspatroon tussen organisatie en het VO. Kaders Actiehouder(s) 1 Alle straten in Tiel moeten bereikbaar blijven voor de hulpdiensten. In het bijzonder moet er een vrije aan- en afvoerroute zijn in de binnenstad en op de evenemententerreinen. Gemeente Stichting 4- stromenland 2 De bereikbaarheid van risicovolle en kwetsbare objecten in de nabijheid van de evenementen moet gegarandeerd zijn. Hierbij kan gedacht worden aan benzinestations en verzorgingstehuizen. Gemeente Stichting 4- stromenland 3 Politiebureau en de brandweerkazerne liggen niet binnen de ring van het parcours. De inzetbaarheid van de hulpdiensten moet gegarandeerd zijn. Gemeente Stichting 4- stromenland 4 We streven naar zo min mogelijk overlast. Daarbij wordt gedacht Gemeente aan mensen die afgesloten worden door het parcours, bereikbaarheid van inwoners/ondernemers in de stad Tiel, zo min mogelijk verlies van parkeerplaatsen en zo min mogelijk parkeeroverlast voor inwoners van Tiel. 5 We streven naar zo min mogelijk verkeersmaatregelen, zonder af te doen aan veiligheid. De verbinding tussen Tiel-Oost en Tiel-West en de calamiteitenroutes naar risicolocaties zijn daarbij een Gemeente Stichting 4- stromenland aandachtspunt. De Nieuwe Tielseweg is onderdeel van het parcours van het Fruitcorso. Dit heeft consequenties voor maatregelen m.b.t. mobiliteit en communicatie. Een goed mobiliteitsplan is daarbij een vereiste. 6 Er is voldoende parkeergelegenheid voor de te verwachten Gemeente bezoekers die het evenement naar Tiel brengt. 7 Er moet een duidelijk beeld van de publieksstromen zijn en sturing daarop door bijvoorbeeld crowdmanagement maatregelen. In het bijzonder is hierbij aandacht voor de smalle publieksgedeelten. Stichting 4- stromenland Gemeente Hierbij geldt als norm dat er altijd een minimale breedte (vrije ruimte) is van 110 cm. Op looproutes geldt een minimale vrije ruimte van 2 meter. Het Fruitcorso levert bij de vergunningsaanvraag een standplaatsoverzicht aan inclusief de afmetingen. 8 In afwijking van de termijn inleveren vergunning in het evenementenbeleid (14 weken) wordt de complete vergunning (inclusief tekeningen etc.) uiterlijk 6 juni ingediend. De organisatie streeft ernaar om de plannen op 1 mei gereed te hebben. Uitzonderingen hierop zijn mogelijk als de openbare orde in het geding komt en/of bij het uitvallen van geplande activiteiten Stichting 4- stromenland 10 Alle relevante acties, zoals communicatie over het weer en bezoekersaantallen, vooraf worden gedeeld met het coördinatieteam. Stichting 4- stromenland Gemeente 11 Stichting 4-stromenland is als vergunninghouder te allen tijde verantwoordelijk voor de technische staat van de praalwagens en Stichting 4- stromenland de veiligheid van de deelnemers en toeschouwers. Stichting 4-stromenland geeft inzicht aan het VO m.b.t. de technische eisen en de manier waarop hierop controle wordt uitgeoefend 12 De corsowagens kunnen in één keer bochten en rotondes nemen Stichting 4-

32 en komen niet in contact met de op het parcours aanwezige objecten zoals lantaarnpalen en bomen. Hierbij is in het bijzonder aandacht voor de breedte van de praalwagens boven de hoogte van 4 meter. Snoeiwerkzaamheden worden tijdig uitgevoerd 13 Het Fruitcorso onderzoekt eventuele alternatieven voor de tweede ronde. Mocht deze worden gehandhaafd dan is de voortgang vlot en is het streven dat er geen grote gaten in de optocht vallen stromenland Gemeente Stichting 4- stromenland

33 Kaders Braderie 2016 Hieronder worden de kaders voor het evenement Braderie 2016 benoemd. Aan de kaders zijn de actiehouders gehangen. De actiehouder draagt zorg voor het betreffende kader. De kaders in dit document zijn ontstaan vanuit conclusies en aanbevelingen vanuit de evaluatie uit 2014 en De kaders scheppen helderheid m.b.t. het verwachtingspatroon tussen organisatie en het VO. Kaders 1 De vrije doorgangsruimte op de braderie is altijd 4,5 meter. Dit geldt ook voor mobiele verkoopwagens met klep. Daar waar knelpunten ontstaan vindt nader overleg met de brandweer plaats 2 De hulpverleningsroute is altijd direct bereikbaar. Dit betekent dat er geen kramen of attracties op de afgesproken kruisingen mogen staan. Vluchtheuvels en kruisingen moeten vrij zijn. Dit wordt op de situatietekening duidelijk aangegeven. 3 De vergunning moet uiterlijk de eerste maandag van juni volledig zijn ingediend. De organisatie streeft ernaar om de plannen op 1 mei gereed te hebben. Actiehouder(s) KTSM, Brandweer KTSM KTSM

34 Informatienota Aan: Commissie Bestuur Van: Ineke Stel, team beleid Onderwerp: Voortgang Burgerparticipatieplan Portefeuillehouder: Hans Beenakker Datum collegebesluit: 15 maart 2016 Geheim: Nee Kennisnemen van: De voortgang in en ontwikkeling van Burger- en Overheidsparticipatie in Tiel aan de hand van het programmaplan 'MET ELKAAR AAN DE SLAG'. 1. Inleiding We willen bereiken dat gemeente, ondernemers, maatschappelijke organisaties en inwoners samen verantwoordelijk worden voor het reilen en zeilen in de stad en een signaleringsfunctie hebben naar elkaar. Dat betekent een andere rol voor de gemeente én een andere rol voor inwoners en organisaties. Het Programmaplan biedt handvatten om die omslag te bewerkstelligen. Enerzijds de omslag bij de gemeente: raad, college én ambtelijke organisatie, anderzijds ook een omslag bij organisaties en inwoners. Die handvatten zijn opgesteld door de gemeente, daarom is ingebouwd dat nadere invulling en uitwerking plaats vindt met alle betrokkenen. Deze beide aspecten, het faciliteren van de omslag naar een andere rol én de invulling en uitwerking met betrokkenen, brengen met zich mee dat er veel wordt gestart en dat het proces belangrijker is dan concrete 'producten'. In september vorig jaar hebben wij u geïnformeerd over de voortgang. Dat willen wij 2x per jaar doen in april en september. 2. Stand van zaken Programmaplan: organisatie Een Brede Stuurgroep, vanuit college, MT en programmacoördinator. In 2016 gebeurt het sturen in de portefeuillehoudersoverleggen. In de Brede Stuurgroep staan we stil bij de veranderende rol van de (lokale) overheid, de vitaliteit van de democratie en wat dat vraagt van bestuur en organisatie. De raadswerkgroep Jaarthema 2015 heeft er mee ingestemd om deze hele bestuursperiode als klankbordgroep uit de raad te functioneren. Er is een Spiegelgroep gevormd. Een willekeurige selectie van onze inwoners, evenwichtig verdeeld over leeftijdsgroepen, man-vrouw en wijken en dorpen, is gevraagd met de gemeente mee te denken inzake burger- en overheidsparticipatie en om ons te spiegelen. Er was een grote respons en 32 mensen hebben zich aangemeld voor deze groep. Op 29 september 2015 was de eerste bijeenkomst. Daar bleek dat er inderdaad een evenwicht was tussen leeftijden en man-vrouw, dat er naar verhoudingen veel in Passewaaij wonen en dat, met uitzondering van een van oorsprong Zweedse vrouw, iedereen autochtoon is. Geconstateerd is dat we andere manieren moeten gebruiken om ook de Tielenaren met een niet-nederlandse achtergrond bij dit proces te betrekken. Inmiddels is ook een Tielse Pagina 1 van 4

35 van Molukse achtergrond deelnemer geworden van de Spiegelgroep. Daarnaast wordt de programmacoördinator binnenkort uitgenodigd bij Dynamiek om aan een groep allochtone vrouwen te vertellen wat de Spiegelgroep inhoudt en hen t evragen wie er belangstelling heeft voor deelname. In de eerste bijeenkomst zijn met elkaar spelregels afgesproken en is een voorbereidingsgroep gevormd. Opzet is om 4x per jaar een of meerdere casussen/dilemma s voor te leggen. Zowel de gemeente als de Spiegelgroepleden kunnen een casus aandragen. Het gaat daarbij nadrukkelijk om de aanpak, het HOE te bespreken, het is niet de bedoeling om casussen op te lossen. De tweede bijeenkomst was op 3 maart. Er waren minder mensen aanwezig, maar dat maakte het gesprek persoonlijker. Er is gesproken over de manier waarop de gemeente omgaat met de (communicatie rond de) opvang van vluchtelingen en over hoe de gemeente Tielenaren kan bereiken die negatief zijn over Tiel en/of nauwelijks betrokkenheid hebben bij de stad. Ook is afgesproken dat er meer publiciteit over de Spiegelgroep komt. Het is waardevol om in gesprek te zijn met een groep mensen die de gemeente anders nauwelijks tegenkomt. Daarnaast is er ook een ambtelijke klankbordgroep die tweemaandelijks meedenkt. Pijler 1 van het plan: Houding, gedrag en cultuur van raad, college en ambtelijke organisatie o Ambtelijk: Ook Expeditie Tiel heeft een verandering in houding en gedrag tot doel die aansluit bij de cultuur die nodig is om inwoners meer ruimte te geven: van buiten naar binnen. De programmacoördinator gaat met steeds één van de wijkregisseur naar alle teams om met elkaar in gesprek te gaan over de andere rol van de gemeente én van de inwoners specifiek op hun vakgebied / in hun domein. Het plan is om dit jaar leercirkels te organiseren om sneller en beter van elkaars ervaringen en van de respons van inwoners te kunnen leren. ( dit sluit aan bij het uitgangspunt dat we al doende leren en dat 'fouten maken mag'). o Inspiratie voor raad college In 2016 zijn vijf themacaroussels ingepland om met college en MT los van de dagelijkse hectiek stil te staan bij wat de nieuwe rol van de overheid is en wat die van alle spelers vraagt. Deze vraag wordt ook gesteld aan de klankbordgroep uit de raad. Gezamenlijk willen we nagaan wat bestuurders nodig hebben om zich die nieuwe rol en bijbehorende houding en gedrag eigen te kunnen maken. Ook hier geldt het principe van leren van elkaar en fouten maken mag. Gedacht wordt aan het uitnodigen van inspirerende mensen die hierin stappen hebben gezet en aan het op bezoek gaan bij andere gemeenten. Pijler 2 Vitale Wijken o Op 1 september zijn vier wijkregisseurs gestart. Na de eerste 100 dagen hebben zij hun bevindingen teruggekoppeld voorafgaand aan een Beeldvormende avond op 27 januari en in een themabijeenkomst met college en MT op 15 maart. Op basis van het plan Vitale Wijken en hun eerste praktijkervaringen is een uitvoeringsplan opgesteld. Daarin zijn de doelen geoperationaliseerd en is aangegeven welke inspanningen wanneer worden gedaan om de verbindende rol tussen inwoners, organisaties, ambtelijk apparaat en bestuur goed in te vullen en de beschreven resultaten te behalen. Pijler 3: Initiatieven en projecten 1. Inwoner Initiatieven o De werkgroep rond het Jaarthema 2015 heeft het fenomeen Burendag in Tiel op de kaart Pagina 2 van 4

36 o o o o o gezet. De wijkregisseurs gaan dit ook in 2016 verder stimuleren. De inwoners van Kapel Avezaath ontwikkelen met de dorpsraad een dorpsplan. Ook hier draagt de wijkregisseur bij aan de verbinding met de gemeente. Rond de binnenstad van Tiel is Stichting CentrumTiel XL actief om een 40-tal projecten van de grond te krijgen die de binnenstad aantrekkelijker maken. In afstemming met initiatiefnemers, inwoners en het team Leefbaarheid Wijken en Dorpen wordt voor de zomer van 2016 een voorstel gedaan hoe de intake en ondersteuning van initiatieven vanuit de samenleving het beste vorm kan krijgen. De aanbevelingen vanuit Serious Request 2015 worden daarin meegenomen. De website gerund door vrijwilligers biedt een interactief overzicht van activiteiten, initiatieven en behoefte aan vrijwilligers in Tiel. Ook heeft het Centrum voor Jong Ondernemerschap plannen voor een e-stadslab. De raadswerkgroep voor het Jaarthema heeft het jaar afgesloten met een prijsuitreiking aan het mooiste bestaande en het mooiste nieuwe initiatief. 2. Overdracht o Wijkaccommodaties Na een moeilijke start worden de wijkaccommodaties nu met succes 'gerund' door vrijwilligers. De gemeente heeft hen hierin ondersteund o.m. met een cursus, financieel en met raad en daad. o zwerfvuilaanpak Deze is in handen gegeven van Stichting Duurzaam Rivierenland. De Stichting gaat een campagne opzetten onder de vlag Tiel supporter van schoon, waarbij verenigingen en inwoners worden aangemoedigd om bij te dragen aan een schoon Tiel. In januari is hier een eerste bijeenkomst geweest voor bewoners en organisaties. Dit heeft al geleid tot een banner, waarvoor een inwoner samen met de Flipje-tekenaar Arie van Vliet en met de directeur van het Flipjemuseum een ontwerp (*) heeft gemaakt. De banner wordt als eerste in Tiel West geplaatst. AVRI, Stichting Duurzaam Rivierenland en de gemeente Tiel ondersteunen de campagne. Daarnaast worden bestaande (prik)acties ondersteund. De eerste nieuwe initiatieven, b.v. Bloemenbuurt, gaan van start. o begraafplaatsen Een Stichting die tot doel heeft historische begraafplaatsen in stand te houden, doet het beheer en onderhoud van de begraafplaatsen Ter Navolging en de Joodse Begraafplaats. De Stichting heeft een voorstel om ook het beheer van de begraafplaats in Drumpt over te nemen in beraad. De dorpsraad van Kapel-Avezaath is eind vorig jaar benaderd voor meer participatie en meer zeggenschap op de eigen begraafplaats en binnenkort wordt ook buurtvereniging Zennewijnen hierover benaderd. o openbaar en restgroen Steeds vaker nemen buurtbewoners en ondernemers verantwoordelijkheid voor de openbare ruimte. In Kapel Avezaath en in het Leliepark beheren buurtbewoners de hondenuitlaatplek, er zijn ca 15 rotondes geadopteerd door ondernemers, op de hoek Meeslaan/Grotebrugse Grintweg onderhouden actieve inwoners het plantsoen bij een trafohuis en speelplek. Tennisclub Groenendaal wilde andere beplanting rondom de banen, die krijgen ze en gaan ze er zelf inzetten, het onderhoud blijft wel bij de gemeente. o speelplekken Op basis van de initiatieven die al plaatsvinden wordt een proces opgesteld om de overdracht voor heel Tiel te organiseren. I.v.m. de urgentie van de opvang van vluchtelingen is dit uitgesteld naar 2016 en wordt bij de Perspectievennota gevraagd gelden voor onderhoud van speelplaatsen in 2016 beschikbaar te stellen. o beheer en exploitatie van binnensportaccommodaties Samen met de sportverenigingen is verkend welke rol zij ten aanzien van de exploitatie en het beheer van de sporthallen en gymlokalen (in de toekomst) op zich kunnen nemen. De resultaten van de verkenning worden in mei 2016 voorgelegd aan de commissie samenleving. Op 1 maart 2016 is een pilot gestart waarin een tweetal sportverenigingen horecataken op zich nemen. In een volgende fase worden ook de mogelijkheden voor exploitatie en eigen beheer van buitensportaccommodaties verkend. o Op basis van de eigen ervaringen met de overdracht van groen, begraafplaatsen en wijkaccommodaties en de ervaringen van inwoners daarbij wordt voor de zomer van 2016 een kader opgesteld voor die overdracht. Pagina 3 van 4

37 3. Stadsvisie o Het procesontwerp is op basis van gesprekken o.m. in de commissie Bestuur in augustus 2015 bijgesteld en vastgesteld op. o fase 0: inrichten De ambassadeurs, mensen uit de stad, die zich inzetten voor Tiel en die ieder een breed netwerk hebben, zijn op 11 februari jl. voor de 2 e maal bij elkaar geweest. Met elkaar is nagedacht over het vormgeven van de 2 e fase: een Tielse T1000. Zes ambassadeurs gaan samen met de projectleider verder vormgeven aan deze fase van het stadsvisieproces: stadsgesprekken met inwoners over de toekomst van de stad. o fase 1: ophalen In het najaar van 2015 is een imago-onderzoek en een onderzoek naar ruimtelijke samenhang in Rivierenland door P. Tordoir uitgevoerd. Ook is gekeken wat er van de stadsvisie uit 2002 is gerealiseerd. De uitkomsten zijn gebundeld in de notitie Waar staat Tiel anno 2015, die op 9 februari door het college is vastgesteld en op 10 maart in de commissie Bestuur wordt besproken. o fase 2: T 1000 voorbereiden Op 9 maart buigt een kleine groep ambassadeurs zich over de vraag welke vorm het gesprek met de stad over de toekomst van de stad in Tiel het meeste resultaat en betrokkenheid oplevert, ook van groepen die we tot nu toe moeilijker bereiken. (*) Meer informatie: Team: Beleid Contactpersoon: Ineke Stel Telefoon: istel@tiel.nl Pagina 4 van 4