MINISTE,RIE VAN BINNENLANDSCH.E ZAKEN EN VOLKSGEZONDHEID ... PERMANENTE COMMISSIE TO..'t EN VASTH'EID IN DE NEDERLANDSCHE BESTUURSTAAL IN BELGIE

Transcriptie

1 MINISTE,RIE VAN BINNENLANDSCH.E ZAKEN EN VOLKSGEZONDHEID... PERMANENTE COMMISSIE TO..'t BEVORDERING VAN EENHEID EN VASTH'EID IN DE NEDERLANDSCHE BESTUURSTAAL IN BELGIE 1 Eerste Liist der door de Commissie behandelde en door den Ministerraad aangenomen (1) Benaminqen en --' Beleefdheidsformulieren -- Prijs : DRUKKERIJ 1 fro 50 VAN DEN MONITEUR BELGE Bestuurder : Jean Pladet Lcuvenschc straat, 40, Brussel (1) In vergadering van 23 Augustus 1932 \.

2

3 Permanente Commissie tot Bevordering van Eenheid en Vastheid in de Nederlandsche Bestuurstaal in België (') Eerste Algemeene Lijst inhoudende de Titels en Benamingen door de Commissie in í93i behandeld en door den Ministerraad aangenomen A. -- Benamingen der verschillende ministerieele Departementen (2). Ministère des Colonies. Ministère des Affaires Etrangères. Ministère de la Justice. Ministère de 1'Intérieur et de l'hygiène. Ministère de l'agriculture. Ministère des Sciences et des Arts. Ministère des Finances. Ministère des Travaux Publics. Ministère de l'industrie, du Travail et de la Prévoyance sociale. Ministère des Transports. Ministère de la Defense Nationale. Ministère. -des Postes, Télegraphes et Telephones. Ministerie van Koloniën. Ministerie van Buitenlandsche Zaken. Ministerie van Justitie. Ministerie van Binnenlandsche Zaken -en Volksgezondheid. Ministerie -van Landbouw. Ministerie van Kunsten en Wetenschappen. Ministerie van Financiën. Ministerie van Openbare Werken. Ministerie van Arbeid, Nijverheid en Maatschappelijke Voorzorg. Ministerie van Vervoer. Ministerie van Landsverdediging. Ministerie van Posterijen, Telegrafie en Telefonie. (1) Deze commissie werd opgericht bij beslissing van den heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Volksgezondheid, dd. 21 October 1930, en is samengesteld uit twee afgevaardigden van ieder Departement. (2) De vet gedrukte benamingen zijn door de commissie gewijzigd.

4 -2--. B. Titels, welke op de verschillende Departementen gebruikt of gekend zijn. Actuaire. Adj oint. Adjoint au chef du personnel civil des télégraphes. Adjoint aux chefs de peloton ou de section. Adjoint d'administration. Adjudant. Adjudant-chef. Adjudant d'administration. Adjudant general chef de la Maison mili,taire du Roi. Adjudant- major. Administrateur de la liste civile. Administrateur des dens du Roi. Administrateur -directeur général. Administrateur -dconome. Administrateur général civil. Administrateur-inspecteur. Administrateur -professeur. Administrateur territorial. Administrateur -trésorier. Agent (s/agent). Agent auxiliaire du Trésor. Agent commissionné. Agent comptable. Agent comptable des deniers (publics). Agent comptable des matiéres. Agent consulaire. Agent de ddpót. Agent de la Caisse de Consignation. Agents de l'etat. Agent de l'exploitation. Agent de l'ordre judiciaire. Agent de police. Agent de la police maritime. Agents des corps diplomatique et consulaire adjoints -temporairement a la direction générale. Agent desinfecteur. Agent désinfecteur principal. Agent des postes. Agent de surveillance. Agent diplomatique. Actuaris. Adjunct (in samenstellingen voor hoogere graden; in lagere graden hulp...). Adjunct van het hoofd van het burgerlijk personeel der telegrafie. Adjunct van de pelotons - commandanten of sectie-commandanten. Adjunct-officier van administratie. Adjudant. Adjudant-chef. Adjudant van administratie. Adjudant - generaal hoofd van 's Konings militair Huis. Adjudant-majoor. Be.heerder der, civiele lijst. Beheerder van s Konings goederen. Administrateur-directeur - generaal. Administrateur-econoom. Burgerlijk administrateur - generaal. Beheerder-inspecteur. Beheerder-hoogleeraar. Gewestbeheerder. Administrateur - penningmeester. 1 Agent (onderagent) ; 20 Bediende, beambte (in de Departementen). Hulpagent der Schatkist. Bij besluit benoemd bediende, beambte, enz. 1 Rekenplichtig ambtenaar; 2 Rekenplichtig beambte. Rekenplichtige der (Rijks) gelden. Rekenplichtige der stoffen. 10 Consulair ambtenaar; 2 Consulair agent (graad). Depothouder (Post). Agent van de Consignatiekas. 1 Rijkspersoneel; 2 (Speciaal voor lagere graden) Rijksbedienden. Exploitatie - bediende (Leger). Gerechtsbeambte. Politieagent, agent van politie. Agent der zeevaartpolitie. Ambtenaren van het diplomatiek en consulair korps tijdelijk toegevoegd aan de Algemeene Directie. Ontsmettingsbediende. Eerste-ontsmettingsbediende. Postbediende. Toezichtsbediende. Diplomatiek ambtenaar.

5 -3 Agents des corps diplomatique et consulaire ádjoints temporairement la direction generale. Agent du timbre. Agent du Trésor. Agent féminin. Agent general. Agent judiciaire. Agent n.ommé a titre définitif. Agent payeur. Agent provisoire. Agent réceptionnaire. Agent salarié. Agent sanitaire. Agent -special de surveillance. Agent technique. Agent temporaire. Agent territorial. Agents forestiers (Landti. hooger kader). Agréé 1 (subst. préposé). Agreé 2 (adj.). Ecole agr,éée. Medecin agr e. Ecole adoptée. Agrég,e. Professeur agrége. Agregé d'école ménagère libre. Agrege de l'enseignement moyen du degre supérieur pour la philosophie et les l-etstres. Agrege de 1'enseignement moyen du degre superieur pour les sciences. Agrege de 1'enseignement superieur. Agronome. Agronome adjoint. Agronome de l' Etat. Agronome provincial. Aide. Aide... Aide -a l'office des chèques postaux. Aide aux écritures. Aide-classeur. Aide-concierge-électricien. Aide de camp de S. A. R. le Due de Brabant. Aide de camp du. Roi. Aide-electricien. Aide- facteur. Aide-j augeur. Aide-maîtresse d'ecole de soir. Ambtenaren van het diplomatiek en consulair korps tijdelijk toegevoegd aan de algemeene directie. Bediende van het zegel. Agent der Schatkist. Vrouwelijke bediende. Algemeen agent. Gerechtelijk agent. Vast benoemd bediende, beambte, enz. Betaalmeester, uitbetaler (Post). Voorloopig bediende, beambte. (In de magazijnen, enz.) 1 keur -meester; 2 keurder, volgens het geval. Loontrekkend bediende. Gezondheidsbeambte. Bijzonder toezichtsbeambte. Technisch ambtenaar. Tijdelijk bediende, beambte. Gewestbeambte (Koloniën). Ambtenaren bij het boschwezen. Aangestelde. Erkend. Erkende school (tegenover : Rijksschool). Aangesteld geneesheer. Aangenomen school. Geaggregeerde. Geaggregeerd leeraar. Geaggregeerde aan een vrije huis -houdschool. Geaggregeerde voor het middelbaar onderwijs van den hoogeren graad voor de letteren en wijsbegeerxe. Geaggregeerde voor het middelbaar onderwijs van den :hoogeren graad voor de wetenschappen. Geaggregeerde voor het hooger onderwijs. Landbouwkundige. Adj unct- landbouwkundige. Rijkslandbouwkundige. Provinciaal landbouwkundige. Helper, helpster. Hulp... Helper bij het Postche-ckbestuur. Hulpschrijver (hulpschrijfster). Hulpklasseerder. Hulphuisbewa arder- electricien. Vleugeladjudant van Z. K. H. den Hertog van Brabant. Vleugeladjudant des Konings. Hulpelectricien. Hulpbrievenbesteller. Hulpscheepsmeter. Hulpmeesteres aan een avondschool.

6 ^4 Aide-messager. Aide-naturaliste. Aide-préparateur. Ambassadeur (extraordinaire et plénipotentiaire). Appareilleur special de laboratoire. Appareilleur pour le cours de soudure. Appariteur. Apprenti-préparateur. Archevêque. Architecte. Architecte en chef-directeur adjoint. Architecte principal. Architecte des Palais royaux. Archiviste general du Royaume. Archiviste paléographe. Arpenteur forestier (eaux et forêts). Arpenteur juré. Aspirant. Aspirant (force coloniale). Assistant. Assistant de chimie. Assistante (Office des cheques pos - taux). Assistant(e) social(e). Astronome. Astronome adj pint. Attaché à l'administration des biens du Roi. Attaché au Cabinet du Roi. Attaché a la Maison -militaire du Roi. Attaché au secrétariat de la Reine. Attaché au musée, etc. Attaché d'ambassade. Attaché de consulat. Attaché de lég,ation. Attaché militaire. Auditeur général. Auditeurmilitaire. Aumán i er. Aumonier de la Cour. Aumánier en chef du culte catholique. Aumónier en chef du culte protestant. Auxiliaire (subbst.). Auxiliaire principal. Auxiliai-re médical. Aviateur. Avocat général. Premier avocat général. Avoué. Bibliothécaire. Hulpbode. Hulpnaturalist. Hulpamanuensis (hooger onderwijs hulpprepa'rator). (Buitengewoon en gevolmachtigd) ambassadeur. Speciaal laboratoriumassistent. Assistent bij den soldeercursus. Pedel. 1 Leerjongen-amanuensis; 2 Leerjongen-preparator (H. 0.). Aartsbisschop. Bouwmeester. Hoofdbouwmeester, adjunct-directeur. Eerstaanwezend bouwmeester. Bouwmeester aan de Koninklijke Paleizen. Algemeen Rijksarchivaris. Archivaris - paleograaf. Boschlandmeter. Beëedigd landmeter. Aspirant (b. v. leeraar). Kadet. Assistent (hooger onderwijs). Scheikundig assistent (Vervoer). Assistente (Postcheckb-estuur). Maatschappelijke assistent(e). Sterrenkundige. Adjunct-sterrenkundige. Geattacheerde bij het beheer van 's Konings goederen. Geattacheerde bij 's.konings Kabinet. Geattacheerde bij ',s Konings militair Huis. Geattacheerde bij het secretariaat der Koningin. Verbonden aan het museum, enz. Ambassade- attaché. Consulaatsattaché. Gezantschapsattaché. Militair attaché. Auditeur - generaal. Krij gsauditeur. Aalmoezenier. Hof aalmoezenier. Katholiek hoofdaalmoezenier. Protestantsch hoofdaalmoezenier. Helper, helpster. Eerste-helper. Geneeskundig helper. Vlieger. Advocaat- generaal. Eerste-advocaat- generaal. Pleitbezorger. Bibliothecaris.

7 Bibliothéeaire adjoint. Bibliothécaire en chef. Bourgmestre. Bourgmestre foncionnaire. Breveté d'état-major. Brigadier. Brigadier appareilleur. Brigadier des douanes et des accises. S/brigadier des douanes et des aceises. Brigadier électricien. Brigadier garde champêtre. Brigadier garde-pêche. Brigadier poseur de lignes. Brigadier sédentaire (eaux et forêts). Brigadier-surveillant. Candidat en art et archéologie. Candidat en éducation physique. Carididat en géographie. Candidat en philosophie et lettres. Candidat en sciences. Candidat en sciences naturelles et -médicales. Candidat en sciences politiques. Candidat-ingénieur civil. Candidat-notaire. Capacifa ré. Capitaine. Capitaine- commandant. Capitaine quartier-maitre. Cartographe. Chancelier. Chancelier adj oint. Chapelain. Chargé d'affaires. Chargé de cours. Chargé de la direction du département des automobiles et des voitures. Chargés de cours et professeurs (e. m.). Chargés de cours et professeurs (e. s.). Chasseurs cyclistes. Chef. Chef-classeur. Chef -correcteur. Chef -dactylographe. Chef -d'aerogare. Adj unct- bibliothecaris. Hoofdbibliothecaris. Burgemeester. Burgemeester - ambtenaar. Stafbrevethouder (S. B. H.). 1 Brigadier (o. m. Leger) ; 2 Voorman (d. i. electricien bij telegrafie). Voorman -toes,telplaatser. Brigadier der douanen en accijnzen. Onderbrigadier d-er douanen en accijnzen. Voorman-electricien. Brigadier- veldwachter. Brigadier-visscherijwachter. Voorman - lijnlegger. Brigadier in kantoordienst. Brigadier- opzichter,(musea). Candidaat in de kunst en de oudheid -kunde. Candidaat in de lichamelijke opvoeding. Candidaat in de aardrijkskunde. Candidaat in de letteren en wijs.- begeerte. Candidaat in de wetenschappen. Candidaat in de natuur- en geneeskundige wetenschappen. Candidaat in de staatswetenschappen. Candidaat-burgerlijk ingenieur. Can4idaat- notaris. Leeraar met bêkwaamheidsdiploma. Kapitein. Kapitein-commandant. Kapitein - kwartiermeester. Cartograaf. Kanselier. Adjunct- kanselier. Kapelaan. Zaakgelastigde. 1 Docent (hooger onderwijs) ; 2 Lesgever (middelbaar onderwijs). Leider van dé afdeeling automobielen en rijduigen. Lesgevers en leeraars (m. o.). Docenten en hoogleeraars (h. o.). Jagers - wielrijders. Commandant (b. v. stukscomman-dant, pelotonscommandant, compagniecommandant, enz. in verband met een eenheid). Hoofdklasseerder. Hoofdcorrector. Hoofdtypist. Luchth avenrn.eester.

8 Chef d'atelier; Chef des ateliers. S/chef d'atelier. Chef d'atelier de I'imprimerie. Chef de" brigade. Chef de bureau. S/,chef de bureau. (S) ;chef de bureau de dessin. Chef de bureau principal. Chef de bureau du service du timbre. Chef de cabinet. Chef du Cabinet du Roi. Chef de cantonnement. Chef de La Chancelleerie du Cabinet du Ministre. Chef de chantier. Chef de culture. Chef de culture. Chef de district. Chef de depot. Chef de division. Chef de la fabrication des coins monetaires. Chef de fabrication du timbre. Chef de laboratoi,re. Chef de groupe de combat. Chef de mission. Chef de navigation. Chef -de port. Chef de poste. Chef d'équipe de fusiliers -mitrailleurs. Chef d'équipe de fusiliers-grenadiers. Chef de section. Chef de section des accises. Chef de section des contributions. Chef de service., Chef des services maritimes. Chef de transport. Chef de travaux. Chef des travaux (Instit. Oembloux). Chef des travaux chimiques. Chef du matériel. Chef du service commercial. Chef du service de la mobilisation de la nation. Werkmeester. Werkmeester. Onder werkmeester. Werkmeester in de drukkerij. 1 B-rigadehoofd (beambte) ; 20 Ploegbaas (werklieden). Bureelhoofd. Onder -bureelhoofd. (Onder) teekenbureelhoofd. Eerstaanwezend bureelhoofd. Bureelhoofd van den zegeldienst. Kabinetshoofd. Hoofd van 's Konings Kabinet. Kantonnementscommandant. Hoofd -der Kanselarij van 's Ministers Kabinet. 1 Werkbaas; 2 Werfmeester (beambte bij de telegrafie). Hortulanus (Plantentuin). Tuinbaas (tuinbouwsch.). Districtshoofd. Magazijnmeester (marine). Afdeelingshoofd. Hoofd van de muntstempelfabricatie. Zege1fabrieksmees;ter. Laboratoriumleider. Commandant van een gevechtsgroep. Hoofd van een zending. Commandant van een scheepvaartsector. Havencommandant (Leger). Commandant van een _post (Leger). Commandant van een geweer-im,itrailleur,sploeg. Commandant van een fuseliers-granaatwerpersploeg. 1 Sectiehoofd; 2 Sectie-commandant (Leger). Sectiehoofd der accijnzen. Sectiehoofd der belastingen. Diensthoofd, hoofd van dienst. Hoofd der zeediensten. Transportcommandant (Leger). 10 Leider van werkzaamheden (aan universiteit, enz.); 2 Werkleider (luchtvaart, enz.). Werkleider. Leider der scheikundige werkzaamheden (Landb.). Hoofd van den dienst van het materieel. Hoofd van den dienst voor handels -zaken. Hoofd van den dienst voor 's Lands mobilisatie.

9 -7 Chef du service photographique. Chef du service vétérinaire des Ecu -ries rovales. Chef-électricien. Chef- facteur (postes). Chef- facteur régional. Chef- facteur de perception. Chef-garde. Chef-garde de phare. Chef-gardien. Chef-jardinier. Chef -inf rrnier. Chef-machiniste demonstrateur. Chef-ouvrier. Chef-pilote. Chef-préparateur. Chef-surveillant (de prison). Chef-traducteur. Chimiste. Chimiste-aviseur. Ch irurgien-d entiste. Classeur. Classeur de l'administration centrale. Classeur du service d'exécution. Coadjuteur. Collaborateur particulier. Colonel. Commandant. Commandant de place. Commandant des étapes. Commandant-directeur. Commandant du bureau de recrutement. Commandant du 1 er corps médical. Commandant du service de santé. Commandant en chef. Commandant militaire de gare. Commandant militaire du Palais. Commandant régional. Commandant territorial. Commis. Commis agréé. Commis a l'essai. Commis-archiviste. Commis aux dentures. Commis d'ordre. Commis aux écritures de chancellerie. Commis aux écritures en service actif. Commis chargé de la gestion des matières (Justice). Commis-chef. Commis-classeur. Commis comptable. Commis-comptable. Commis-dactylographe. Hoofd van den fotografischen dienst. Hoofd van -den veeartsenijdienst van 's Konings stallen. Hoofdelect-ricien. Hoofdbrievenbesteller. Gewestelijk hoofdbrievenbesteller. Hoofdbesteller ter ontvanggerij. Hoofdwachter. Hoofdlichttorenwachter. Hoofdbewaker. Hoofdtuinier. Hoofdverpleger. Hoofdmachinist-demonstrator. Eerste - werkman. Chef loods. Hoofdpreparator (h. o.). Hoofdbewaarder. Hoofdvertaler. Scheikundige. Scheikundig adviseur. Tandheelkundige. Klasseerder. Klasseerder bij het hoofdbestuur. Klasseerder bij den uitvoeringsdienst. Coadjutor. Schrijver op loon (Financiën). Kolonel. Commandant (Leger en Marine). Plaatscommandant. Etapp encomm an d an,t. Commandant- bestuurder :(Marine). Commandant van het wervingsbureel. Commandant van 't 1 ` geneeskundig korps. Commandant van den gezondheidsdienst. Opperbevelhebber (Leger). Stati onsscomm.an^d ant. Militair acommandant van het Paleis. Gewestelijk commandant (Leger). Territoriaal commandant (Leger). Klerk. Aangenomen schrijver (Financiën). Klerk op proef. Klerk- archivaris. Schrijver (schrijfster). Schrijver. Kanselarij schrij ver. Schrijver bij den actieven dienst. Klerk belast met het beheer der stoffen. Hoofdklerk. Klerk- klasseerader. Rekenplichtig, klerk. Klerk-boekhouder. Klerk-typist.

10 -8 Commis de comptabili,té. Commis de direction. Commis des accises. Commis des contributions. Commis-dessinateur. Commis-dessinateur principal. Commis dirigeant. Commis-économe. Commis-expéditeur. Commis-greffier. Commis-mensurateur. Commis particulier. Commis principal. Commis-rédacteur. (Rédacteur). Commis-rédacteur de chancellerie. Commis-sténo. Commis technique. Commis-timbreur. Commis-traducteur. Commissaire aux devoirs d'instruction. Commissaire aux faillites. Commissaire d'arrondissement. Commissaire de bord. Commissaire de district. Commissaire de l'etat.pres les tribunaux des dommages de guerre. Commissaire de police. Commissaire des monnaies. Commissair-e de surveillance. S/commissaire de surveillance. Commissaire de surveillance principal. Commissaire du gouvernement pour l'émigration. Commissaire adj oint du gouvernement pour 1'emigration. Commissaire général, assistant du gouverneur de province. Commissaire maritime. Commissaire maritime de 1 rp classedirecteur. Cccmrmissaire special. Commissaire voyer d'arrondissement. Comptable. S/comptable. S/cormptable principal. Comptable-chargé de cours. Comptable des dépenses engagées. Comptable des oeuvres de la Reine. Comptable des postes. Comptable industriel. Compteu,rr-,timb reur. Concierge. Comptabiliteitsklerk, klerk bij de boek -houding. Directieklerk. Kommies der accijnzen. Kom-mies der belastingen. Klerk-teekenaar. E. a. klerk -teekenaar. Leidend schrijver. Klerk-econoom. Klerk-verzender. Criffiersk.lerk. Klerk-meter. Particulier schrijver (Financiën). E. a. klerk. Klerk - opsteller. (Opsteller). Kanselarij klerk. Steno- klerk. Technisch klerk. Klerk - stempelaar. Klerk - vertaler. Commissaris in een onderzoek. Commissaris in een faillissement. Arrondissementscommissaris. Purser. Districtscommis saris. Staatscommissaris bij de rechtbanken voor oorlogsschade. Politiecommissaris, commissaris van politie. Muntmeester. To-ezichtscommissaris. Ondertoezichtscommissaris. E. a. toezichtscommissaris. Regeeringscommissaris voor de landverhuizing. Adjunct-regeeringscommissaris voor de landverhuizing. Algemeen commissaris, assistent van den provinciegouverneur. Waterschout. Waterschout 1 P klasse - directeur. Speciaal commissaris. Arrondissements-buurtwegcommiss,aris. Rekenplichtige. Onderrekenplichtige. E. a. onderrekenplichtige. Boekhouder-lesgever. Rekenplichtige der vastgelegde uitgaven. Rekenplichtige van de werken der Koningin. Rekenplichtige der Posterijen. Bedrij fsboekhouder. Teller- stempelaar. Huisbewaarder.

11 -tralen Concierge-messager. Cond ucteur- ch arpentier. S/conducteur- charpentier. Conducteur de la presse «taille douce» (service du timbre). Conducteur des ponts et chaussees. Conducteur de presse. Conducteur d'une machine double, a i'office des cheques. Conducteur lithographe. Conducteur-mécanicien. Conducteur principal (eaux et forêts). Conducteur principal des ponts et chaussees. Conducteur typogr,a.phe. Conseiller (Cour d'appel, Cour des Comptes). Conseiller à. la Cour (a la Cour des Comptes). Cons,eilier colonial. Conseiller commercial. Conseiller communal. Conseiller consulaire. Conseiller d'ambassade. Conseiller de la Cour. Conseiller de Iégation. Conseiller de zootechnie. Conseiller d'horticulture. Conseiller financier. Conseiller historique. Conseilier juridique. Conseiller juridique en chef. Conseiller juridique en chef adjoint. Conseiller nautique. Conseiller provincial. Conseiller technique. Conseiller technique militaire pres des Hauts-Comm.issaires royaux de la Flandre occidentale (munitions). Conseillère non régente. Conseillère régente. Conservateur. Conservateur adjoint. Conservateur en chef. Conservateur adjoint au service central des tabacs. Conservateur des approvisionnemnents. Conservateur des archives. Consei vateur des bandeluettes fiscales. Conservateur des hypothèques. Conservateur des titres fonciers. Conservateur du cadastre. Conservateur du timbre. Consul de carrière. Consul général de carrière. Co su 1 - clh ace her. Bode-huisbewaarder. Conducteur- timmerman. Onderconducteur - timmerman. Leider van de diepdrukpers (zegel -dienst). Conducteur van Bruggen en Wegen. Persleider. Leider van :een dubbele machine bij het Postcheckbestuur. Leider van de steendrukpers. Conducteur -werktuigkundige. E. a. conducteur. E. a. conducteur van Bruggen en Wegen. Leider van de drukpers. Raadsheer. Raadsheer in het Hof (bij het!ekenhof). Koloniaal adviseur (Buitenlandsche Zaken). Handelsadviseur. Gemeenteraadslid. Consulair adviseur. Ambassaderaad. Hofraad. Gezantschapsraa.d. Veeteeltconsulent. Tuinbouwconsulent. Financieel adviseur. Geschiedkundig.adviseur. Rechtskundig adviseur. Rechtskundig riot fdadviseur. Rechtskundig adjunct- hoofdadviseur. Scheepvaartkundig adviseur. Provincieraadslid. Technisch adviseur. Militair technisch adviseur bij de Ko - ninklijke Hoogcommissarissen van West-Vlaanderen (munitie). Consulente niet-regentes. Consulente - regentes. Conservator. Adj unct-conservator. Hoofdconservator. Adjunct-^zegel,bewaarder bij den een tabaksdienst. Bewaarder -der voorraden (Post). Archiefbewaarder. Banderollenhewaarder. Hypotheekbewaarder. Bewaarder der grondtitels. Bewaarder van het kadaster. Bewaarder van het zegel (Financiën). Beroepsconsul. Beroepsconsul-generaal. Consul- kanselier.

12 10.^.^ Consul géneral-chancelier. Consul honoraire. Contremaitre. Contremaitre-charpentier. Contremaitre-chauffeur. Contrem,aitre de manoeuvre. Contremaitre dirigeant. Contremaitre-électri tien. Con,tremaitre-sauveteur. Contr{emaitre-surveillant. Contremaitre-voilier. Controleur adjoint de travaux. Controleur au change et au monnayage. Controleur commercial (colis postaux). Controleur de calibres. Controleur de comptabilité. Controleur de la taxe de transmission. Con,tról,eur des, constructions scolaires. Controleur des contributions. S/-controleur ales contributions. Contrt5ieur des douanes et des accises. S/controleur des douanes et des accises. Controleur des droits de navigation. Controleur de travaux. Controleur du cadastre en service aclif. Controleur du cadas,tre en service sedentaire. Controleur general. Controleur principal. Control-eur spécial. Controleuse. Cumulant (Kunsten en Wetenschappen). Cure. Dactylographe. Dame d'honneur. de la Reine. Delégue a l'inspection des mines. Déldgué des produits expliosif. Délegué du personnel. Délégué militaire. Démonstrateur a l'école des arts et métiers. Dentiste. Depute permanent. Desservant (paroisse- succursale). Dessinateur-expeditionnaire. Dessinateur industrieel. Premier des-sinateur. Consul- generaal-kanselier. Eereconsul. Meestergast of meesterknecht. Kwartiermeester -timmerman (Marine). Kwartiermeester -stoker (Marine). Kwartiermeester (Marine). 10 Leidend meestergast; 2 Leidend meesterknecht. 1 Meestergast-electricien; 2 Meesterknecht- electricien. Kwartiermeester- redder (Marine). Kwartiermeester -opzichter (Marine). Kwartiermeester - zeilmaker (Marine). Adjunct-controleur van werken. Controleur van den wissel en de aan - munting. Controleur der 'handelszaken. Kaliberkeurder (Leger). Controleur der comptabiliteit. Controleur der overdrachtsbelasting. Controleur der schoolgebouwen. Controleur der belastingen. Ondercontroleur der belastingen. Controleur der douanen en accijnzen. Ondercontroleur der douanen en accij nzen. Controleur der scheepvaartrechten. Controleur van werken. Controleur van het kadaster in velddienst. Controleur van het kadaster in kan - toord'enst. Controleur - generaal. E. a. cnrtoleur. Bijzonder controleur. Contro!euse. Leeraar met bijbediening. Pastoor. Typist, typiste. Eeredame der Koningin. Afgevaardigde bij het mijntoezicht. Opzichter voor de springstoffen (Arbeid en Nij v.). Afgevaardigde van het personeel. Militair afgevaardigde. Demonstrator aan de kunst- en ambachtsschool. Tandarts. 10 Lid van de (bestendige) deputatie; 2 Gedeputeerde. Kerkbedienaar. 10 Teekenaar-kopiïst; 2 Teekenaar-expeditionnair. Nij verheidsteekenaar. Eerste-teekenaar.

13 -- 11 Directeur. Directeur adjoint. S/directeur. Directeur d'administration. Directeur d'école de navigation. Directeur d'école professionnelle du. jour.. Directeur d'école technique secondaire. Directeur de laboratoire. Directeur de la fabrication (des monnaies). Directeur 4élégué. Directeur par delegation. Directeur de prison. Directeur de prison adjoint. Directeur des concerts. Directeur de service. Directeur des sequestres. Directeur de station expérimentale. Directeur du garage. Directeur du service vétérinaire au G. Q. G. Directeur du timbre. Directeur général. Directeur général de la fquesture. Directeur gérant (Gemeentekrediet). Directeur -prof ess,eur. Directeur régional. Directeur sans cumul. Directrice. Dirigeant. Docteur en art et archeologie. Docteur en droit. Docteur en éducation physique. Docteur en gdographie. Docteur en médecine, chirurgie et.accouch,e,mentts. Docteur en philosophie et lett-res. Docteur en sciences. Docteur en sciences administratiees. Docteur en sciences sociales. Drogman. Echevin. Eclusieer. Eclusi-er adjoint. Econome. Econome (maltresse). Ecureuse. Ecuyer du Roi. Educateur (école de birenfaisance). Electtricien. Chef-éle-ctricien. 1 Directeur (in de departementen) ; 2 Bestuurder (middelbare school, normaalschool). Ad j unct-directeur. Onderdirecteur. Directeur van bestuur. Bestuurder van een zeevaartschool. Bestuurder van een dagvakschool. Bestuurder van een technische middelbare school. Laboratoriumbestuurder. Directeur der muntfabricatie. Gemachtigd directeur. Directeur in opdracht (dir. i. o.). Gevangenisbestuurder. Adj unct- gevangenisbestuurder. Concertleider. Dienstdirecteur. Directeur van den sequestratiedienst. Directeur van een proefstation. Garagemeester. Directeur van den paardenartsen'ijdienst bij het Groot - Hoofdkwartier. Directeur van het zegel. Directeur - generaal. Directeur-generaal van de quaestuur. Directeur - beheerder. Bestuurder-hoogleeraar (h. o.). Gewestelijk directeur. Directeur zonder cumulatie of directeur zonder bijbetrekking. Bestuurster (middelbare school, normaalschool, enz.). Leider. Doctor in de kunst en de oudheidkunde. Doctor in de rechten. Doctor in de lichamelijke opvoeding. Doctor in de aardrijkskunde. Doctcr in de heel-, genees- en verlos -kunde. Doctor in -de letteren en wijsbegeerte. Doctor in de wetenschappen. Doctor in de bestuurswetenschappen. Doctor in de sociale wetenschappen. Drogman, dragoman. Schepen. Sluismeester. Hulpsluismeester. Econoom (minist. depart.). Huismeester(es) (in scholen). Schuurster. Stalmeester des Konings. Opvoeder. Electricien (werkman). HGofdelectricien (werkman).

14 Electricien de machine motrice. Electricien de relais. Electricien de téléphonie automatique. Electricien de téléphonie sans fl 1. Elève-ingénieeur. Elève-pilote. Elève-préparateur. Elève-assistant. Employé de bureau. Employé de greffe. Employés de 1'Etat. Encaisseur. Entrepreneur du camionnage. Envoyé extraordinaire et Ministre plénip,otentaire. Essai (a l'essai). Essayeur. Estampilleur de l'office des cheques postaux. (Etat civil) Employé de l'état civil. Evêque auxiliai,re. Eveque suffragant. Expéditeur (commis-). Expéditionnaire. Expert -des travaux d'^hygiène. Expert des viandes. Expert en cuir. Expert nautique. Expert- f onctionnaire. Externe de clinique. Facteur. Facteur con,voyeur. Facteur-distributeur (Postes). Facteur encaisseur. Facteur gérant de dépót- relais. Facteur leveur de boltes. Facteur surnuméraire. Facteur timbreur. Facteur transbordeur. Facteur trieur. Femme a j ournée. Femme de peine. Fonctionnaire dirigeant. Fonctionnairess de l'etat. Fondé de pouvoirs. Garcon de bureau. Garcon de laboratoire. Garcon de salle. Garcon de service. Garde. Garde principal. Garde-salle. Garde (eaux et forêts). Electricien voor drijfmachine. Relais-electricien. Electricien bij de automatische telefonie. Radio-electrician. Leerling-ingenieur. Loodsleerling. 10 Leerling-amanuensis; 20 Leerling-preparator (h. o.). Leerling - assistent. Bureelbeambte. Griffieschrijver. Rijksbeambten. Incasseerder. Ondernemer van den besteldienst. Buitengewoon.gezant en gevolmachtigd Minister. Op proef. Essai-eur.-. Stemmpelaar bij het Postcheckbestuur. Beambte van den burgerlijken stand. Hulpbisschop. Wij bisschop. Verzender (klerk -). Afschrijver. Schouwer van de gezondheidswerken. Vleeschkeurder. Leerkeurder. Scheepsexpert. Deskundig ambtenaar tlandbouw). Cliniekexteern. Brievenbesteller. Besteller -begeleider. Bestel ler- uitzeiker. Besteller-incasseerder. Houder van een ov-erdraagkantoor. Besteller-buslichter. Boventallig besteller. Besteller- stempelaar. Besteller - overlader. Bestell-er-sorteerder. Werkvrouw. Werkvrouw. Leidend ambtenaar. Rijksambtenaren. Gemachtigde. 1 Bureelj ongen ; 2 Kantoorjongen. 1 Laboratoriumbediende; 2 Laboratoriumjongen. Zaalj ongen. Dienstj ongen. Wachter. Hoofdwachter. Zaalwachter. Boschwachter.

15 13 Garde-armurier et garde de collections. Garde auxiliaire (eaux et forêts). Garde-brigadier (eaux et forêts). Garde champêtre. Garde- consigne. Garde des sceaux. Garde.-(anal. Garde forestier. Garde général (eaux et forêts). Garde général adjoint l(eaux et forêts). Gardes de l'adminfistration des biens du Roi. Gardien. Gardien de phare. Gardien des scellés. Gardienne du vestiaire. Gens de service. Géologue. Géologue principal. Gérant(e) d'une agence postale. Gérant de consulat. Gerant de pharmacie. Gestionnai^re (musées). Gouverneur -de, (la) province. Gouverneur général. Gradé. Grand-Maitre de la Maison de la Reine. Grand-Maitre de la Maison de L.L. AA. RR. le Duc et la Duch-esse de Brabant. Grand maréchal de la Cour. Grand-prévot. Grand rabbin. Grande- Maîtresse de la Maison de la Reine. Greffier. Greffier adjoint. Greffier adjoint a titre personnel. Greffier de province. Greffier en chef. Greffier principal. Héliographe. Homme de peine. Huissier (dans les dcpart.). Huissier (officier ministériel). Huissier audiencier. Huisstier de justice. Huissier de la préssidence. Huissier des contributions. Hydro,graphe. Hyd-rographe adjoint. Hydrographe principal. Bewaker der wapens en verzamelingen. Hulpboschwachter. Brigadier-boschwachter. Veldwachter. Opzichter. Grootzegelbewaarder. Kustlichtwachter. Boschwachter. Houtvester. Adjunct-houtvester. Wachters bij het beheer van 's Konings goederen. Wachter. Lichttorenwachter. Zegelbewaarder. Kleerkamerbewaakster. Bed ie n d en pe r s o neel. Aardkundige. E. a. aardkundige. Houder (houdster) van een postagentschap. Waarnemend consul. Provisor. Beheerder. Provinciegouverneur (ook in Kongo). Gouverneur- generaal. Gegradueerde. Grootmeester van het Huis der Ko - ningin. Grootmeester van het Huis van HH. KK. HH. den Hertog en de Hertog;in van Brabant. Grootmaarschalk van het Hof. Grootprovoost. Opperrabbij n. Grootmeesteres van het Huis der Ko - ningin. Griffier. Adj unct- griffier. Adj unct- griffier - titulair. Provinciaal griffier. Hoofdgriffier. E. a. griffier. Heliograaf. Sjouwer. Deurwachter. Deurwaarder. 1 Deurwaarder ter rolle (rechtsterm.) ; 2 Kamerbewaarder (kabinet van Minister en secretaris-generaal). Gerechtsdeurwaarder. Kamerbewaarder (Parlement). Belastingdeurwaarder. Hydrograaf: Adjunct- hydrograaf. E. a. hydrograaf.

16 14._._ Imprimeur-chef d'atelier. Imprimeur-margeur. Infirmier. Infirmier professionnel. Infirm^iere au service des aliénés. Infirmiere 'h,ospitalière. Infirmiere scolaire. Infirmière visiteuse. Ingenieur. Ingenieur adjoint. Ingénieur- architecte. Ingénieur civil- architecte. Ingénieur civil-chimiste. Ingénieur civil de l'industrie textile. Ingénieur civil des constructions. Ingénieur civil des constructions navales. Ingénieur civil des mines. Ingénieur civil-electricien. Ingénieur civil-meécanicien. Ingénieur civil-metallurgiste. Ingénieur d'aéronautique. Ingé.nieur d'arrondisssement. Ingénieur en chef. Ingénieur en chef adjoint. Ingénieur en chef-directeur. Ingénieur en chef- directeur adjoint. Ingénieur en chef- directeur d'administration. Ingénieur en chef- directeur de service. Ingénieur géologue. Ingénieur hydrographe. Ingenieur principal. Inspecteur. Inspecteur (eaux et forêts). S/inspecteur (eaux et forêts). Inspecteur- architecte. Inspecteur cantonal. Inspecteur d'arrondissement. Inspecteur de direction. Inspecteur de la navigation. Inspecteur de 1'enregistrement et des domaines. Inspecteur de l'enseignement moyen. Inspecteur de l'enseignement normal. Inspecteur des agences du Tresor. Inspecteur des denrées' alimentaires. Inspecteur principal des denrées alimentaires. Inspecteur des essais. Inspecteur des essais et de la garantie des ouvrages et matieres d'or et d'argent. Drukker - werkmeester. Drukker-inlegger. Ziekenverpleger. Beroepsverpleger. Krankzinnigenverpleegster. Gas huisverpleegster. Schoolverpleegster. Huisverpleegster. Ingenieur. Adjunct-ingenieur. Ingenieur-architect. Burgerlijk ingenieur -architect. Burgerlijk scheikundig ingenieur. Burgerlijk ingenieur der textielnijverheid. Burgerlijk bouwkundig ingenieur. Burgerlijk scheepsbouwkundig ingenieur. Burgerlijk mijningenieur. Burgerlijk electrotechnisch ingenieur. Burgerlijk werktuigkundig. ingenieur. Burgerlijk metallurgisch ingenieur. Luchtvaartingenieur. Arrondissementsingenieur. Hoofdingenieur. Adjunct-hoofdingenieur. Hoofdingenieur -directeur. Hoofdingenieur-adjunct- directeur. Hoofdingenieur- directeur van bestuur. Hoofdingenieur - dienstbestuurder. Aardkundig ingenieur. Ingenieur-hydrograaf. E. a. ingenieur. Inspecteur of opziener. Woudmeester. Houtvester 1 P klasse. Inspecteur- architect. Kantonnaal opziener (scholen). Arrondissementsinspecteur. Directie-.inspecteur. Inspecteur der scheepvaart. Inspecteur dei registratie en domeinen. Inspecteur van het middelbaar, onderwijs. Inspecteur van het normaal onderwijs. Inspecteur van de agentschappen der Schatkist. Inspecteur d-er eetwaren. Hoofdinspecteur der eetwaren. Inspecteur van het essaai. Inspecteur van het essaai en den waarborg der gouden en zilveren werken en stoffen.

17 Inspecteur des mines. Inspecteur de travaux. Inspecteur diocésain. Inspecteur diocésain principal. Inspecteur du cadastre. Inspecteur du timbre. Inspecteur du travail. Inspecteur en chef. Inspecteur général. Inspecteur général de l'administration de l'armée. Inspecteur maritime. Inspec Leur- mécanicien. Inspecteur principal. Inspecteur principal de l'agriculture. Inspec,teur principal (eaux et forêts). Inspecteur des -douanes. Inspecteur provincial. Inspecteur r-egional. Inspecteur technique. Inspecteur vétérinaire. Inspecteur vétérinaireprincipal. Inspectrice. Inspectrice des ouvrages manuels et de l'économie domestique. Inspectrice des travaux féminins. Inspectrice principale. Insti,tuteur. Institutrice. Institutrice gardienne. Institutrice ménagère. Instructeur. Instructeur en éducation physique. Instructeur (Postes). -Intendant de la liste civile. Interne de clinique. Interprète. Jaugeur. Juge-commissaire. Juge de paix. Juge des enfants. Juge d'appel des enfants. Juge d'instruction. Juge supp,leant. Juré. Jurisconsulte. Licenci-é. Licencié du degré supérieur en sciences commerciales et consulaires. Licencié en art et areh.éologie. Licencié en éducation physique. Mijninspecteur. Opziener van werken (Vervoer). Diocesaan opziener. Diocesaan hoofdopziener. Inspecteur van het kadaster. Inspecteur van het zegel. Arbeidsinspecteur. Hoofdinspecteur. Inspecteur -generaal. Inspecteur - generaal der legeradministratie. Zeevaartopziener. Werktuigkundig inspecteur. Hoofdopziener. (scholen). Ë. a. landbouwinspecteur. Woudmeester Ie klasse. Inspecteur der -douanen. Provinciaal inspecteur. Gewestelijk inspecteur. Technisch inspecteur. Veeartsenij kundig inspecteur. E. a. veeartsenijkundig inspecteur. Opzienster (opzieneres). Opzienster over de handwerken en de huishoudkunde. Opzienster over de -vrouwelijke handwerken. Hoofdopzienster, e. a. opzienster. Onderwijzer. Onderwijzeres. Bewaarschoolonderwij zeres. Huishoud onderwij zeres. Instructeur (officier instructeur = officier- instructeur). Instructeur in de lichamelijke opvoeding. Opleider. Intendant der civiele lijst. Cliniekintern. Tolk. Scheepsmeter. Rechter - commissaris. Vrederechter. Kinderrechter. Kinderrechter in hooger beroep. Onderzoeksrechter. Plaatsvervangend rechter. Gezworene. Jurisconsult. Licentiaat. Licentiaat van den hongeren graad in de handels- en consulaire wetenschappen. Licentiaat in de kunst en de oudheid -kunde. Licentiaat in de lichamelijke opvoeding.

18 Licencié en géographie. Licencié en notariat. Licencié en philos-ophie et lettres. Licencié en science dentaire. Licencié en sciences. Licencié en sciences administratives. Licencié en sciences commercial-es. Lieuxenant. Lieutenant general. Lieutenant général-m,édecin, medecin consultant du Roi. Lieutenant potte-drapeau. Lieutenant porte-fanion. S/lieutenant des douanes et accises. Liquidateur des bandelettes fiscales. Machiniste adjoint. Machiniste adjoint de bateau-p,hare. Machiniste adjoint de paquebots. Machiniste adjoint de garde-pêche. Machiniste adjoint des bateaux-pilote a vapeur. Machiniste des embarcations a vapeur de la douane. Machiniste du rem,orquage. Machiniste-électricien. Magistrat à titre dééfinitif. Magistrat -à titre provisoire. Maitre d'apprentissage d'école agréée. Maitre d'armes. Maitre de gymnasti-que et sport. Maitre de langue. Maitre d'enseignement professionnel. Maitre d'équitation. Maitre d'étude. Maitre d'hôtel. Maitresse d'etud,c. Maîtresse non diplómée d'école de coupe. Maréchal de Ia Cour (Grand Maréchal de la Cour). Mar-echal-des-log,is. Maréchal-des- logfis- chef, Maréchal ferrant. Marguiller. Viarin. Matelot. Matelot-charpentier. Matelot- cuisinier. Matelot leger. Matelot-rameur. Licentiaat in de aardrijkskunde. Licentiaat -notaris (vroeger can.didaatno,taris). Licentiaa,t in de letteren en wijs -begeerte. Licentiaat in de tandheelkunde. Licentiaat in de wetenschappen. Licentiaat in de bestuurswetenschappen. Licentiaat in de handelswetenschappen. Luitenant(s). Luitenant-generaal. Luitenant - generaal-geneesheer, dokter - consulent des Konings. Luitenant-vaandeldrager. Luitenant- f aniondrager. Onderluitenant der douanen en accijnzen. Boekhouder bij den banderollendienst. Hulpmachinist. Hulpmachinist op de lichtschepen. Hulpmachinist op de paketbooten. Hulpmachinist op het visscherijwachtschip. Hulpmachinist op Je stoomloodsbooten. Machinist (douanebooten). Machinist bij den sleepdienst. Machinist-electricien. Vast aangesteld magistraat, magistraat met vaste aanstelling. Voorloopig aangesteld magistraat. Leermeester aan een erkende school. Schermmeester. Turn- en sportmeester. Taalleeraar. Vakleermeester (Justitie). Rijmeester. S,tudiemeester. Hofmeester, (Hof). Studiemeesteres. Ongediplomeerde meesteres aan een knipschool. Maarschalk van het Hof (Grootmaarschalk van het Hof). Wachtmeester. Opperwachtmeester. Hoefsmid. Kerkmeester. Zeeman. Matroos..Matroos - timmerman. Matroos-kok. Lichtmatroos. Matroos - roeier.

19 -- 17 Matelot-sauveteur. Mécanicien. Mecanicien adjoint-chauffeur. Mécanicien-chef. Mécanicien d'aviation. Mecanicien de chars. Mécanicien-dentiste. Mécanicien de précision. Mécanicien pour moteurs à essence. Medecin (militaire). Médecin-chirurgien. Médecin de controle. Medecin de laboratoire. Médecin divisionnaire. Médecin de la Maison du Roi. Médecin du Roi. Medecin en chef adjoint. Medecin en chef, directeur du service d'hygiene. Médecin en chef du service sanitaire. Médecin-hygieniste. Médecin-hyg.i-enist,e- inspecteur. Médecin -inspecteur. Medecin- inspecteur des labboratoires. Medecin- inspecteur du service anthr-opologi,que penitentiaire. Médecin- inspecteur scolaire. Medecin-légiste. Medecin-oculiste. Médecin provincial. Médecins resirdants ou itinerants. Médecin- specialiste. Médecin-specialiste du nez, de Ia gorge et des oreilles. Médecin-syphiligraphe. Membre effectif. Membre suppleant. M.essager a La loge. Messager-huissier. Messager-surveillant (observ.). Méteorologis,te. Mé -éorologiste a-dj oint. Milicien. Ministère public. Ministre a portefeuille. Ministre d'btat. Ministre officiant (culte isr.). Ministre sans portefeuille. Moniteur. Monitrice isanitaire. Musician. Naturaliste. Matroos- redder. 1 Machinist; 2 Werktuigkundige. Hulpwerktuigkundige -stoker. Hoofdwerktuigkundige. Werktuigkundige bij 't vliegwezen. Werktuigkundige bij de wagens. Tandtechnicus. Nauwkeurigheidswerktuigkundige. Werktuigkundige voor benzinemotors. 1 Geneesheer; 20 (Leger) militair(e) dokter (legerarts). Geneesheer-heelkundige (chirurg). Controle - geneesheer. Laboratoriumgeneesheer. Divisiedokter. Geneesheer van 's Konings Huis. Geneesheer des Konings. Adj unct- hoofdgeneesheer. He ofdgenees'neer, directeur van den gezondheidsdienst. Hoofdgeneesheer van den gezondheidsdienst. Geneesheer-hygiënist. Geneesheer-hygiënist - inspecteur. Geneesheer-inspecteur. Geneesheer- inspecteur der laboratoria. Geneesheer-inspecteur bij -den anthropologischen dienst der strafinrichtingen. Schoolarts. Wetsdokter, justitiearts. Oogarts. Provinciaal geneesheer. Inwonende of reizende geneesheeren. Geneesheer- specialist. Geneesheer- specialist voor de neus-, mond- en oorziekten. Geneesheer- syphiligraaf. Titelvoerend lid (Parlement). Opvolgend lid (Parlement). Bode bij het portiershuisje. Bade- deurwachter. Bode-opzichter. Weerkundige. Adjunct-weerkundige. Milicien. Openbaar ministerie. Minister met portefeuille. Minister van Staat, Staatsminister. Officiant. Minister zonder portefeuille. Monitor. Gez ondheidsmonitrice. Muzikant. Naturalist.

20 -- 1s Oculariste. Officier chimiste. -Officier-commissaire aux délégations judiciaires. Officier-commissaiire en chef aux ;delégations judiciaires. Officier-commmiss.aire principal aux délegations judiciaires.. Officier d'administration. Officier d'antenne. Officier d'approvi-sionnement. Officier de casernement. Officier de l'état civil. Officier de liaison avec la population civile. Officier -de renseignements. Officier d'état-major. Officier d'ordonnance. Officier d'ordonnance du Rol. Officier du service de l'équipement. Officier grenadier. Officier - ingenieur, des constructions navales. Officier judiciaire. Officier judiciaire principal. Off cier - mécanicien, chef- instructeur. Officier-mécanicien-instructeur. Officier technician. Officier - trésorier. S/officier adjoint. S/officier d'élite. Opéra,teur. Operateur principal. Opticien. Ordonnateur (fonct. des finances). Ordonnateur. Pasteur. Pasteur auxiliaire. Patron. Patron-can^otier. Patron de bateau-phare. Patron de la remorque. Patron des embarcationss de la douane. Patron des paquebots. Pa,tron en chef. Patron-mesureur. Patron-pilote. Patron-sauveteur. S/patron. Payeur. Pedicure. Percepteur. Percepteur délegué des droits de navigation. Ocularist (Leger). Officier-scheikundige. Officier-commissaris bij de rechterlijke,opdrachten. Officier-hoofdcommissaris bij de rechterlijke opdrachten. Officier-e. a. commissaris bij de rechterlijke opdrachten. Officier van administratie. Antenne - officier. Proviandoff cier. Kazerneeringsofficier. Ambtenaar van den burgerlijken stand. Officier voor de verbinding met de bevolking. Inlichtingsofficier. Stafofficier. Ordonnansofficier. Ordonnansofficier dies Konings. Officier van den uitrustingsdienst. Officier - granaatwerper. Officier-scheepsbouwkundig ingenieur. Gerechtelijk officier. E. a. gerechtelijk officier. Officier-werktuigkundige -'hoofdinstructeur. Off ener-werktuigkundige - instructeur. Technisch officier. Officier-penningmeester. Adj unct- onderofficier. Keuronderofficier. 1 Opnemer (fotogr.); 2 Filmopnemer, filmafdraaier; 3 0 Waarnemer (geodesie). E. a. operateur (Koloniën). Opticus. Ord,onnateur. Begrafenisleider. Predikant. Hulppredikant. Schipper. Schipper - roeier. Schipper op de lichtschepen. Schipper bij den sleepdienst. Schipper der douanevaartuigen. Schipper op de paketbooten. Opperschipper. (Scheeps) diepgangsmeter. Loodschipper. Schipper- redder. Onderschipper. Betaalmeester. Voetverzorger (Leger). Ontvanger. Gemachtigd ingaarder der scheepvaart -rechten.

21 -- 19 Percepteur des droits de navigation. Percepteur dies postes. Percepteur des postes principal. S/percepteur des postes. S/perceptrice des postes. Percepteur des télégraphes. Percepteur principal des postes et télegraphes. Personnel navigant. Personnel non navigant. Pharmacies. Photographe. (Ouvrier) photographe. Photographe-cinématographiste. Pilote. Pilote d'amont. Pilote d'aval. Pilote auxiliaire. Pilote d'avion. Pilote de ballon. Pilote de mer. Pilote de rivière. Pontier. Pontier adjoint. Parteur (service des petits colis). Porteur de telegrammes. Portier. Portière. Préfet des études. Premier avocat general. Premier chef- facteur regional. Premier chef- facteur de perception. Premier inspecteur général. Premier lieutenant de la marine. Premier Ministre. Premier ministre of^ficia,nt (culte isr.). Premier president. Premier irabbin. Premier rédacteur. Première femme de chambre de la Reine. Préparateur. Préparateur en pharmacie. Préposé à la bibliotheque. Préposé a la conduite des voitures cellulaires. Préposé au sauvetage. Préposé au service du matériel. Préposé temporaire des douanes et accises. Ingaarder der scheepvaartrechten. Postontvanger. E. a. postontvanger. Onderpostontvanger. Onderpostontvangeres. Telegraa f ontvanger. E. a. post- en telegraafontvanger. Varend personeel. Niet -varend personeel. Apotheker. Fotograaf. Lichtdrukker (plannen). Fotograaf - filmer. Loods. Bovenloods. Benedenloods. Hulploods. Vliegtuigbestuurder. Ballonbestuurder. Zeeloods, Rivierloods. Bruggewachter. Hulpbruggewachter. Bijzonder drager (Post) Telegrambesteller. Portier. Portierster. Studieprefect. Eerste-advocaat- generaal. Eerste gewestelijk jhoofdbrievenbesteller. Eerste - hoofdbrievenbesteller ter ontvangerij. Eerste - inspecteur-generaal. Eerste-luitenant bij het zeewezen. Eerste -Minister. Eerste-officiant. Eerste-voorzitter (rechtbanken). Eerste - rabbijn (zie Grand-rabbin). Eerstee-opsteller. Eerste - kamenier -der Koningin. 1 Amanuensis; 2 Bereider (Telegr. en Telef.) ; 3 Preparator (h. o.). (Zie blz. 3, 4 en 12 voor aide, apprenti, élève.) Apothekersbediende. Biblio,theekbeambte. Begeleider der celrijtuigen. Opzichter -van den reddingsdienst. Beambte belast met den dienst van het materieel. Tijdelijk aangestelde. der douanen en accijnzen.

22 Préposés forestiers. President. President de la Chambre. Président de chambre. Prévot. Prévot des étapes. Prévo,té (gendarmerie). Procureur du Roi. Procureur général. Professeur. Professeur de culture. Professeur de culture, chef d'exploitation. Professeur de religion. Professeur émé-rite. Professeur extraordinaire. Professeur ordinaire. Professeur principal d'école de métier. Prosecteur. Pupilles. Quartier-maitre de pont. Quartier-maitre des machines. Ques,teur. Radiogoniométreur (personne). R,ad'iotélegraphiste. Receveur communal. Receveur auxiliaire de passage d'eau. Receveur de l'enregistrement et des domains. Receveur de passage d'eau. Receveur des actes administratif s et.des actes de la justice de paix. Receveur des actes civils. Receveur des actes d'huissier. Receveur des actes judiciaires. Receveur des amender et fra^is de justice. Receveur des cessions de fond de,commerce. Receveur des contributions. Receveur des domaines. Receveur des douanes et accises. Receveur des droits de navigation. Receveur des droits maritimes. Receveur des p-roduits divers. Receveur des protêts et des succes - sions en déshérence. Receveur des actes sous seing privé. Receveur du timbre. Receveur du timbre extraordinaire. Rédacteur de 1 rp classe. Recteur. Reférendaire. Beambten bij het boschwezen (Lando.: lager kader). Voorzitter. Voorzitter van de Kamer (Parlement). Kamervoorzitter (rechtbanken). Provoost. Etappenprovoost. Provoostdienst. Procureur des Konings. Procureur - generaal. 1 Leeraar (leerares) (m. o.) ; 20 Hoogleeraar (professor) (h o.). Teeltleeraar. Teeltleeraar- bedrijfsleider. Godsdienstleeraar. Emeritus-hoogleeraar. Buitengewoon hoogleeraar. Gewoon hoogleeraar. E. a. leeraar aan een ambachtsschool. Prosector. Pupillen. Dekkwartiermeester. Machinekwartiermeester. Quaestor. Radiopeiler. Radiotelegrafist. Gemeenteontvanger. Hulpontvanger der veergelden (overzetgelden). Ontvanger der registratie en domeinen. Ontvanger der veergelden (der overzetgelden). Ontvanger der administratieve akten en der akten van het vredegerecht. Ontvanger der burgerlijke akten. Ontvanger der deurwaardersakten. Ontvanger der gerechtelijke akten. Ontvanger der geldboeten en gerechts - kosten. Ontvanger der overdrachtsrechten in handelszaken. Ontvanger der belastingen. Ontvanger der domeinen. Ontvanger der douanen -en accijnzen. Ontvanger der scheepvaartrechten. Ontvanger der zeevaartrechten. Ontvanger d-er verschillende middelen. Ontvanger der protesten en erflooze nalatenschappen. Ontvanger der onderhandsche akten. Ontvanger van het zegel. Ontvanger van het,buitengewoon zegel. Opsteller 1 8 klasse (zie Commis). Rector. Referendaris.

23 21 Référendaire adjoint. Régent(e). Regente d'école ménagère agricole ambulante. Regisseur de l'administration des biens du Roi. Releveur de coupons. Répétiteur. Restaurateur d'archives. (Aide-!restaurateur d'archives.) Reviseur. Salarié. Sapeur- pompier. Second (Marine). Second rabbin. Secrétaiire adjoint. Secrétaire-archiviste. Secretaire communal. Secretaire comptable. Secrétaire d'ambassade. Secretaire de l'administration des biens du Roi. Secretaire de légation. Secretaire des commandements de la Maison de LL. AA. RR. le Due et la Duchesse de Brabant. Secretaire de la Maison militaire du Roi. Secretaire des commissions administratives des prisons. Secrétai-re général. Secretaire général, assistant du gouverneur général. S-ecrétaire privé. Sénateur coopté. Sergent. Sergent-clairon. Sergent- f ourrier. Sergent-maj or. Sous-chef-lamaneur. Stagiaire. Sténo. Substitut de l'auditeur général. Substitut de l'auditeur militaire. Substitut du procureur général. Substitut du procureur du Roi. Succursaliste des accises (auxiliaire). Succursaliste des douanes (auxiliaire). Suisse. Suppléant(e). Suppleant (successeur). Adj unct-referendaris. Regent(es). Regentes eener reizende landbouw -huishoudschool. Rentmeester bij -het beheer van 's Konings goederen. Kaartj esafnemer. Repetitor. Archiefhersteller. (Hulparchiefhersteller.) Revisor. 1 Loontrekkend; 2 Loontrekker. Brandweerman. Stuurman. Tweede - rabbijn. Adj unct- secretaris. Secretaris - archivaris. Gemeentesecretaris. Rekenplichtigsecretaris. Ambassadesecretaris. Secretaris bij het beheer van 's Konings goederen. Gezantschapssecretaris. Secretaris der bevelen van het Huis van HH. KK. HH. den Hertog en de Hertogin van 'Brabant. Secretaris van 's Konings militair -Huis. Secretaris van de commissies van beheer der gevangenissen. Secretaris-generaal (Depart.). Secretaris-generaal, assistent van den gouverneur-generaal. Privaatsecretaris. Gecoöpteerd senator. Sergeant. Sergeant- klaroenblazer. Sergeant-fourier. Sergeant-maj oor. Onderbaas- bootjessj ouwer. 10 Stagiaire; 2 Stagedoener. Steno (zie Commi's). Substituut-auditeur-generaal. Substituut- krijgsauditeur. Substituut- procureur-generaal. Substituut - procureur des Konings. Hulpontvanger der accijnzen (bijhulpontvanger). Hulpontvanger der -douanen (bij -hulpontvanger). Suisse. Plaatsvervanger (plaatsvervangster). Opvolger (Verkiezingszaken)..