Jury Excellente Scholen

Transcriptie

1 Jury Excellente Scholen Schoolrapport 2013 De Mienskip BO Buitenpost

2

3 Woord Vooraf Voor u ligt het rapport over uw school zoals dat is opgesteld door de Jury Excellente Scholen. Uw school heeft zich aangemeld voor het predicaat Excellente School De jury heeft de presentaties van en bezoeken aan alle aangemelde scholen bijzonder op prijs gesteld. De jury heeft gegevens over uw school vanuit verschillende bronnen bijeengebracht. Vooral belangrijk waren daarbij uw presentatie voor de jury, het bezoek aan uw school door een delegatie van de jury, de Inspectiegegevens, de Venstergegevens, tevredenheidonderzoeken en de referenties. Bij elkaar geven deze en aanvullende gegevens naar het oordeel van de jury een adequaat beeld van uw school. Dit rapport over uw school is het resultaat van een zorgvuldig en afgewogen proces waarin de jury de verschillende soorten informatie van uw school in een kader plaatst en een waardering uitspreekt. Het schoolrapport brengt de erkenning en de waardering door de jury voor de ontwikkelingen op uw school tot uitdrukking en kan andere scholen inspireren. Voor meer informatie over het proces en de gehanteerde criteria verwijs ik u graag naar het eindverslag 2013 van de jury: Maatgevende Scholen II. Excellente scholen in primair, (voortgezet) speciaal en voortgezet onderwijs. Dit is te vinden op Namens de Jury Excellente Scholen, Prof. dr. Fons van Wieringen

4

5 Schoolrapportage 1. Achtergrondgegevens van de school Gegevens van de school: 11BF OBS De Mienskip Aanvrager Mevr. R. Kas - Siderius Adres Groenkamp SZ Buitenpost Leerlingenaantal 131 Percentage gewogen 14% leerlingen (2012) Bestuur: Stichting Roobol De Mienskip is een openbare basisschool in Buitenpost en valt met zestien scholen onder het bestuur van de Stichting Roobol. De school heeft een duidelijke missie en wil een gemeenschappelijke school zijn voor de gemeenschap, De Mienskip. Alle leerlingen zijn welkom, ook als deze in aanmerking zouden komen voor het speciaal onderwijs. Dit kan gevolgen hebben voor het gemiddelde prestatieniveau. Bij het bezoek is aan de directe gevolgen hiervan (invloed eindresultaten) extra aandacht besteed. De Mienskip wil zich ontwikkelen tot excellente school. Daartoe wordt onder meer ingezet op profilering als drietalige school, verbrede differentiatie, wetenschap en techniek, de onderneming De Snoeptuin en het onderhouden van internationale netwerken. Leerkrachten en leerlingen bezoeken andere landen en wisselen ervaringen uit. Buitenpost is een forensendorp tussen Groningen en Leeuwarden. Het merendeel van de ouders is middelbaar tot hoog opgeleid. De laatste jaren ziet de school het aantal allochtone leerlingen toenemen. In het schooljaar heeft De Mienskip zich ook aangemeld voor de excellentieprocedure. De school heeft een lovend rapport ontvangen. De jury was van mening dat de voorwaarden aanwezig waren om de school binnen afzienbare tijd te ontwikkelen naar een excellente school. Na intern beraad en na contact met de Inspectie van het Onderwijs en Regioplan heeft de school zich dit jaar opnieuw aangemeld. Bij het bezoek is rekening gehouden met de informatie die vorig schooljaar is verstrekt. 2. Motivatie van de school De onderbouwing die de school bij de aanmelding als kandidaat Excellente School 2013 gaf, luidt als volgt. De school kan goede resultaten aantonen op alle gebieden. De school gebruikt de gegevens en benut alle kansen om de resultaten op een hoger niveau te tillen. De kwaliteit van onderwijs wordt doelgericht geanalyseerd en omgezet in acties. Het lerend vermogen binnen de school is gericht op opbrengstverhogend onderwijs en topkwaliteit. De school biedt alle kinderen onderwijs op maat in zeven verschillende niveaus per jaargroep met zorgbeleid naar de onderkant tot excellentiebeleid naar de bovenkant! 1

6 3. De resultaten, breed opgevat (Criterium 1) Hierbij onderscheidt de jury drie gebieden: 1. resultaten op de kernvakken: taal en rekenen-wiskunde; 2. resultaten op de andere leergebieden: oriëntatie op jezelf en de wereld, kunstzinnige oriëntatie, bewegingsonderwijs en sport, en Engels; 3. resultaten op aanvullende gebieden, zoals burgerschap, sociaal-emotionele vorming, redzaamheid, wetenschap en techniek, ondernemen, filosofie, internationale oriëntatie. 3.1 Resultaten op de kernvakken (Indicator I) Hieronder presenteren we de eindresultaten die de school in de periode heeft behaald. De gegevens zijn afkomstig van de Inspectie van het Onderwijs. Eindresultaten Jaar Score Aantal deelnemers Aantal niet-deelnemers 2010 cito: 529, cito: 539, cito: 530, cito: 533,0* 21-3 * Zie opmerking hieronder. Op grond van de resultaten die De Mienskip in 2010, 2011 en 2012 heeft behaald, stond de school niet in een voorselectie die de Inspectie van het Onderwijs aan de jury heeft verstrekt. De school behaalt wisselende resultaten op de cito-eindtoets. In 2011, 2012 en 2013 is de score respectievelijk 539,5; 530,3 en 533,0. De school heeft een verklaring voor de lage score in Toen was sprake van een onervaren, nieuwe leerkracht. Alle leerlingen zijn geplaatst volgens het advies van de school, dat gebaseerd is op het leerlingvolgsysteem van Cito. NB De score voor 2013 (ongecorrigeerd 533,0) kan echter volgens de aanwijzingen in de notitie Analyse en waardering van opbrengsten, augustus 2013, voor drie leerlingen gecorrigeerd worden. Het gaat hier om twee leerlingen die korter dan twee jaar in Nederland zijn en halverwege groep 7 zijn ingestroomd en om een leerling met een laag IQ. Op basis van deze correctie is voor 2013 het eindresultaat 539,0; dit is net als in 2011 boven het verwachte niveau. 3.2 Resultaten op andere leergebieden uit het standaardcurriculum (Indicator II) De school behaalt volgens eigen zeggen aantoonbaar goede resultaten bij oriëntatie op jezelf en de wereld, Engels, kunstzinnige oriëntatie en bewegingsonderwijs en sport. De systematiek die de school bij deze vakken gebruikt zijn respectievelijk Leefstijl, Anglia-examen, VOKO-presentatie (Verplichte Onderdelen en Gekozen Onderdelen) en het rapport Lichamelijke opvoeding en sport (bron: uit de aanmelding). Deze andere vakgebieden, zoals wereldoriëntatie, beoordeelt de school aan de hand van leerlingenwerk en niet met een genormeerd toetsinstrument. Het vakgebied Engels wordt vanaf 2009 (evenals het Fries) in alle groepen vanaf groep 1 aangeboden. De school brengt haar opbrengsten in beeld met het Anglia- 2

7 examen. Uit de resultaten mei 2013 blijkt dat 18 van de 21 leerlingen hebben deelgenomen en nagenoeg allemaal resultaten op of boven het niveau laten zien. 3.3 Resultaten op aanvullende leergebieden (Indicator III) Aanvullende gebieden waarop De Mienskip aantoonbaar zeer goede resultaten boekt, zijn wetenschap en techniek, ondernemen en filosofie. Voor elk van deze leergebieden hanteert de school een leerlijn. Het leergebied is volgens de school herkenbaar in haar professionaliseringsbeleid (bron: uit de aanmelding). Op aanvullende leergebieden laten de resultaten op de sociaal-emotionele ontwikkeling (SCOL) een positief beeld zien. De ouders bevestigen het beeld en spreken met waardering over het pedagogisch klimaat en de sfeer in de school. Het samen met elkaar is voor de ouders een herkenbaar uitgangspunt van De Mienskip. Naast de aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling is de school actief gericht op een aanbod wetenschap en techniek, ondernemen en filosofie. De activiteiten komen voort uit de overtuiging dat leerlingen uitgedaagd dienen te worden en via dit aanbod met internationale contacten in aanraking moeten kunnen komen. Het aanbod is uiteengelegd in leerlijnen van de SLO. De resultaten worden in beeld gebracht aan de hand van presentaties van leerlingen en beoordeling daarvan door leerkracht en medeleerlingen. 4. De omstandigheden waarbinnen de school werkt (Criterium 2) In haar aanmeldingsformulier noemde de school geen omstandigheden die van invloed zijn op de resultaten die ze met de leerlingen behaalt. 4.1 Leerlingkenmerken en procesinrichting (Indicator IV) De Mienskip heeft de specifieke leerlingkenmerken in beeld voor de inrichting van het onderwijs. Om tegemoet te komen aan verschillen in onderwijsbehoeften van leerlingen werkt de school gedifferentieerd naar zeven niveaus (van zorgleerling tot hoogbegaafde leerling). Voor de ouders zijn deze aanpak en uitwerking herkenbaar en ze oogsten veel waardering. Vier jaar geleden is de school gestart met een plusklas en zag dit als mogelijkheid om leerlingen extra uitdaging te bieden. Dit schooljaar heeft het team, na terdege voorbereiding, besloten tot het bieden van uitdaging in de eigen groep. Deze wijziging ligt in het verlengde van de visie van de school een Mienskip willen zijn. De Mienskip wil niet de leerling uit de klas halen en in een uitzonderingspositie plaatsen maar opvangen in de groep, en leerlingen laten ervaren dat er ondanks onderlinge verschillen sprake is van een gemeenschap met een hecht groepsklimaat. Om de verschillende niveaus en de voortgang van leerlingen te bepalen, maken leerkrachten en de intern begeleider vier keer per jaar een analyse op grond van het citoleerlingvolgsysteem en de methodegebonden toetsen. Dit leidt tot het opstellen van groepsplannen. Deze worden vier keer per jaar opgesteld en tussentijds geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Op deze wijze werkt de school voor alle leerlingen aan een passend aanbod, waarbij de leraren uitwerking bieden in de zeven niveaus (van hoogbegaafd tot eigen leerlijn). Dit schoolbeleid is vastgelegd in de notitie Deelzorgplan excellent leren en hoogbegaafdheid. De uitvoering en kwaliteit worden bewaakt door het 3

8 kwaliteitsteam. 4.2 Leerlingkenmerken en resultaten (Indicator V) De jury hanteert bij de beoordeling van (semi)eindtoetsresultaten in het basisonderwijs meerdere referentiematen, te weten voor alle scholen die uitkomen boven het landelijk gemiddelde, voor scholen in de vier grote steden die uitkomen boven het G4-gemiddelde, en scholen daarbuiten die uitkomen boven het gemiddelde van niet G4-gemeenten, en ten slotte de bovenkant van de bandbreedte die de jury hanteert op basis van het aandeel leerlingen met laagopgeleide ouders. Voor 2013 betreft het dan de volgende referentiematen: gemiddelde cito-eindtoetsscore landelijk 535,0; voor scholen binnen de G4 is de gemiddelde score 533,3; voor scholen buiten de G4 535,2; voor scholen met 14% laagopgeleide ouders hanteert de jury een bovengrens van 538,5. Vergeleken met deze drie referentiematen voor 2013 constateert de jury voor deze school het volgende: a. gezien de landelijke referentie (landelijk gemiddelde 535,0) lagen de resultaten in 2011 boven het gemiddelde. Ook de gecorrigeerde score in 2013 (539,0) komt uit boven het landelijk gemiddelde. b. de school haalt als school buiten de G4 in 2013 een gecorrigeerd resultaat dat onder het gemiddelde ligt voor scholen buiten de G4. c. de school heeft in 2013 een aandeel laagopgeleide ouders van 14%; de jury hanteert daarbij een grens van 538,5. Deze referentiemaat wordt met de gecorrigeerde score van 2013 bereikt. Een toelichting en de tabel met de bandbreedte die de jury hanteert, zijn te vinden in het eindverslag van de jury, Maatgevende scholen II, in de bijlage Drie referentiematen basisonderwijs, tabel Jurynormen cito-eindtoets naar percentage leerlingen met laagopgeleide ouders. Verhouding van de eindresultaten tot de excellentiegrens Jaar Eindresultaten ruim boven de verwachting* 2010 Nee 2011 Ja 2012 Nee 2013 Nee# * NB Hierbij hanteert de jury een andere norm dan de norm die de scholen kennen van de Inspectie. De jurynorm ligt boven de bovengrens die de Inspectie trekt voor scholen met een vergelijkbaar percentage gewichtenleerlingen. # Zie opmerking hieronder. Gelet op het aandeel leerlingen met een gewogen score (14%) zijn de eindresultaten (539,0) dit jaar zeer goed. Wel heeft hier een (terechte) correctie plaatsgevonden. De tussentijdse resultaten zijn van een voldoende niveau. 4.3 Benutting van het inzicht in leerwinst bij onderscheiden categorieën leerlingen (Indicator VI) De Mienskip heeft ten opzichte van vorig schooljaar verdieping aangebracht in de analyse van de leerlingresultaten. Daartoe heeft de school vorig jaar een kwaliteitsteam geformeerd van directie, intern begeleider en twee coördinatoren voor taal en rekenen. Dit team is gericht op het uitvoeren van diepteanalyses van de resultaten taal en rekenen om de leerwinst vast te kunnen stellen. De school 4

9 heeft hiermee een begin gemaakt. 5. De inrichting van het onderwijsproces (Criterium 3) 5.1 Schoolspecifieke aanpak en proceskwaliteit (Indicator VII) De school noemt in haar aanmeldingsformulier drie facetten als het meest kenmerkend voor de onderwijsaanpak die ze nastreeft: structurering van de leerstof; leerkrachtvaardigheden; opbrengstgericht werken. De school licht dit in haar aanmeldingsformulier als volgt toe: De leerkrachten werken professioneel (Alex van Emst). Door een duidelijke structuur in de planning (PDCA-cyclus) en in het aanbod van de leerstof (PDCAcyclus) wordt opbrengstgericht gewerkt volgens het systeem van de Cito. Leerkrachten weten, ondersteund en gecoacht door het kwaliteitsteam, wat het niveau is en de populatie van de leerlingen aan het begin van het schooljaar, en werken doelgericht/opbrengstgericht aan een optimale ontwikkeling voor de individuele leerling. (uit de aanmelding) Uit de gesprekken en documenten komen een sterk gedeelde visie en missie naar voren. Daarbij gaat het om aspecten als het lerend vermogen van de school, drietalig onderwijs, een veilig schoolklimaat en opbrengstverhogend onderwijs en topkwaliteit. De school noemt de volgende drie aspecten als het meest kenmerkend voor de onderwijsaanpak die ze nastreeft. Structurering van de leerstof De Mienskip stelt het lerend vermogen van de school voorop en stimuleert leerkrachten tot verdere professionalisering. Het team heeft gericht gewerkt aan een gedifferentieerde aanpak in de groepen om te kunnen voorzien in de leer- en ontwikkelingsbehoefte van alle leerlingen. De leerkrachten ervaren hierin een uitdaging om zo breed mogelijk te differentiëren en leerlingen op zeven niveaus te bedienen. Ondersteunende materialen zijn aanwezig, waaronder Levelwerk voor taal en rekenen. In de groepsplannen en planning van de leerkrachten is deze praktijk waarneembaar. Leerkrachtvaardigheden De leerkrachten zijn geschoold op de kenmerken van een professionele cultuur en hebben duidelijk structuur aangebracht in de planning en in het leerstofaanbod, en hanteren hierin de PDCA-cyclus (plan-do-check-act). Leerkrachten beschikken over heldere groepsplannen waarin zij anticiperen op de verschillen in onderwijsbehoeften van leerlingen. Opbrengstgericht werken De school realiseert met haar leerlingvolgsysteem een goede voortgangsregistratie en tijdige signalering van zorgleerlingen; dit is ingebed in een duidelijke zorgstructuur. Dit schoolbeleid is vastgelegd in diverse documenten en systematisch geborgd. Het kwaliteitsteam stuurt dit jaar expliciet aan op het in beeld brengen van de beoogde opbrengstdoelen en de leerwinst van leerlingen. Hiermee zijn de voortgangsevaluatie en de afstemming scherper bewaakt. 5

10 5.2 Schoolspecifieke aanpak en organisatiekwaliteit (Indicator VIII) De school noemt in haar aanmeldingsformulier drie facetten als het meest kenmerkend voor de wijze waarop ze is georganiseerd: leiderschap; personeelsbeleid; het uitdragen van excellentie. De school licht dit in haar aanmeldingsformulier als volgt toe: Er is een professionele en ondernemende cultuur binnen de school. Op schoolniveau is een ondernemingsplan aanwezig en ook op leerlingniveau is een ondernemingsplan ontwikkeld en uitgewerkt. Iedereen mag zijn wie hij/zij is en wordt in zijn/haar kracht gezet. Er is excellentiebeleid aanwezig en dit is in de omgeving bekend en wordt uitgedragen door de omgeving en de media. De school heeft een voortrekkersrol binnen de regio. (uit de aanmelding) Over de genoemde aspecten kan de jury naar aanleiding van het schoolbezoek het volgende opmerken. Leiderschap De directeur profileert zich als onderwijskundig schoolleider. Zij heeft goed zicht op de specifieke situatie van de school, weet de verbeterpunten te detecteren, het team te binden en staat open voor internationalisering en benut de contacten die daaruit voortvloeien. Personeelsbeleid Het personeelsbeleid is sterk gericht op team- en persoonlijke ontwikkeling. Er is binnen De Mienskip sprake van een daadkrachtige leiding waarin beroep gedaan wordt op het team om eigen verantwoordelijkheid te nemen. Intervisie, klassenbezoeken door de intern begeleider en het kwaliteitsteam en deelname aan netwerken zijn vanzelfsprekend in de school. Het team toont een enthousiaste en betrokken houding. Het uitdragen van excellentie De school heeft een voortrekkersrol in de regio en werkt ook binnen internationale netwerken. De school ontvangt regelmatig delegaties die het onderwijs op De Mienskip willen aanschouwen. Ze werkt binnen het project 110- scholen: techniek en wetenschap. De betrokkenheid van ouders en collega s uit de directe omgeving is groot. De school is genomineerd voor de Van Kemenadeprijs en voor de Schoolleider van het jaar-pluim en Leerkracht van het jaar. 6. Verband tussen de inrichting van het onderwijsproces en de resultaten die de school boekt (Criterium 4) 6.1 Veranderingen vanwege resultaten (Indicator IX) In het aanmeldingsformulier is de school gevraagd toe te lichten op welke wijze haar aanpak (zowel het primaire proces als de organisatie daaromheen) bijdraagt aan de leerlingresultaten. In school is een kwaliteitsteam werkzaam en dat borgt het opbrengstgericht 6

11 werken. De leerkrachten werken opbrengstgericht en dit heeft geresulteerd in het verhogen van de opbrengsten. De leerkrachten werken open aan hun eigen ontwikkeling en oefenen hun professionele werkhouding (Alex van Emst). (uit de aanmelding) Als effecten van haar organisatie noemt de school in haar aanmeldingsformulier het volgende. De school werkt opbrengstgericht en heeft een gestructureerde PDCA-cyclus. De borging van de PDCA-cyclus is vastgelegd en verwerkt in het schoolplan, schoolgids, het schooljaarplan en het schooljaarverslag. Alle ontwikkelingen komen voort uit de PDCA-cyclus. De PDCA-cyclus is geïmplementeerd en geborgd! (uit de aanmelding) De school benut het leerlingvolgsysteem van Cito en methodegebonden toetsen om de kwaliteit van het onderwijs vast te stellen en waar mogelijk aan te passen. Analyse van de resultaten begrijpend lezen leerde dat deze van een te laag niveau waren. De taalcoördinator heeft dit voortvarend aangepakt door interventies te richten op zowel het gebruik van de methode als leerkrachtvaardigheden. Het team onderkent het belang van de eigen rol bij de verbetering van het begrijpend lezen en ziet een positieve ontwikkeling in de resultaten. De directie heeft de bewaking van de resultaten voor rekenen en wiskunde en de doorgaande leerlijnen voor dit vakgebied dit schooljaar belegd bij de rekencoördinator. Trendanalyses en diepteanalyses staan centraal en op basis hiervan vindt aansturing plaats om verbeteringen door te voeren. Beide coördinatoren werken vanuit de PDCA-cyclus en zijn lid van Lerende netwerken. 6.2 Vasthouden van resultaten (Indicator X) De school kent een uitgewerkt systeem voor kwaliteitszorg (gericht op de analyse van de opbrengsten op verschillende niveaus). De school beschrijft dit als volgt: De WMK kwaliteitskaarten van Duco Creemers worden volgens de PDCA-cyclus uitgevoerd. Alle teamleden zijn hierbij betrokken. Het kwaliteitsteam binnen de school is hierbij leidend. De eindopbrengsten worden volgens de rapportage trendanalyse eindtoets basisonderwijs en volgens de rapportage diepteanalyse LVS-toetsen volgens de PDCA-cyclus uitgevoerd. Vervolgens worden de resultaten volgens de kwaliteitskaart en de PDCA-cyclus verwerkt. (uit de aanmelding) Tijdens de presentatie beschreef de school de opbouw van het kwaliteitszorgsysteem. De Mienskip heeft hier veel werk van gemaakt; knap, zeker ook gezien het relatief kleine team. Tijdens het bezoek blijkt dat de school een geïmplementeerd en geborgd systeem van kwaliteitszorg heeft. De Mienskip beschikt over diverse deelbeleidsplannen om onderliggende processen te bewaken en gestelde doelen en resultaten te bewaken. Vier keer per jaar vindt analyse van resultaten plaats waarbij de schoolnorm boven de inspectienorm is gesteld. 6.3 Kwalificatie, professionaliteit, schoolkennis (Indicator XI) De meest recente tevredenheidonderzoeken zijn afgenomen in 2009, 2010, 2011, 2012 en

12 Gemiddelde score op de tevredenheidonderzoeken Gemiddelde score school Landelijke score Medewerkertevredenheid 8,3 7,5 Oudertevredenheid 8,1 7,4 Leerlingtevredenheid 8 7,6 Opvallende observaties uit de tevredenheidonderzoeken, genoemd door de school: De volgende punten scoren zeer hoog: contact met de leerkracht, sfeer en begeleiding, schoolregels en rust en orde, management en organisatie. Er heerst een zeer grote tevredenheid onder personeel, ouders en kinderen. (uit de aanmelding) Het professionaliseringsbeleid en het talentbeleid zijn vastgelegd en hebben draagvlak in het team. Ouders, leerlingen en leerkrachten zijn allen bovengemiddeld tevreden (respectievelijk 8,1 8 8,3). De tevredenheidsonderzoeken die elke vier jaar uitgebreid plaatsvinden en jaarlijks in een verkorte versie, liggen boven het landelijk gemiddelde. De ouders zijn vooral te spreken over de laagdrempeligheid bij leerkrachten en directie. Het volledige team staat elke ochtend voor aanvang van de school op het schoolplein, waar ouders direct contact kunnen leggen. 7. Het excellentiebeleid van de school (Criterium 5) Het uitgangspunt van de jury is dat een excellente school zeer goede resultaten behaalt en een weloverwogen onderwijsinrichting laat zien. Daarenboven kan een school op een specifiek excellentiegebied uitblinken. Dat kan betrekking hebben op diverse zaken en bijvoorbeeld gericht zijn op een inhoudelijk domein en/of op een specifieke groep leerlingen. 7.1 Het schooleigen excellentiebeleid (Indicator XII) De school kent een excellentiegebied waarop ze de focus legt. De focus is gericht op meer- en hoogbegaafde kinderen en op ondernemen. De aandacht voor het excellentiegebied is gericht op alle leerlingen (uit de aanmelding). Ook tijdens de presentaties vertelde de school dat de excellentiefocus is gericht op de bovenkant ; de school wil meer uit meer- en hoogbegaafde kinderen halen en kent mede daarom een breed en uitdagend aanbod. Deze aandacht zorgt ervoor dat de school relatief veel hoogbegaafde kinderen trekt. Een tweede lijn die de school noemt, is ondernemen. Het excellentiebeleid van de school richt zich op meer- en hoogbegaafde kinderen en op zorgleerlingen. De zeven niveaus waarop kinderen kunnen werken, geven vorm aan die ambitie. Tegelijkertijd wil de school alle leerlingen betrekken bij het ondernemen, en runnen zij een eigen onderneming, De Snoeptuin. De school heeft een beleidsplan hoogbegaafdheid ontwikkeld en draagt dit uit naar ouders en collega s. De Mienskip excelleert als gecertificeerde drietalige school (Fries, Engels en Nederlands). Ook is er aandacht voor de ontwikkeling van onderwijs in techniek en wetenschap binnen het 100-scholenproject. 7.2 Erkenning door externe partijen (Indicator XIII) Het gebied respectievelijk de gebieden waarop de school uitblinkt, wordt erkend 8

13 door externe partijen (bijvoorbeeld andere scholen, ouders, andere partners). De school licht dit in haar aanmeldingsformulier als volgt toe: De school geeft gastlessen aan andere leerkrachten op andere scholen, en andere scholen informeren en onderzoeken onze school in verband met de voortvarende ontwikkelingen. Ook spreken personeelsleden bij andere scholen in verband met de ontwikkeling waarin de school zich bevindt. De school zit in de Lerende netwerken taal, rekenen, excellent, hoogbegaafdheid, enzovoorts. De regionale media ventileren dit in de regio. (uit de aanmelding) De herkenbaarheid van het excellentiegebied blijkt volgens de school verder uit: externe bezoekers specifiek gericht op dit gebied; deelname aan een netwerk dat betrekking heeft op dit gebied; verworven projectgelden op dit gebied; vermelding in publicatie(s) over dit gebied. De twee referenten (afkomstig van een collega-school uit het bestuur en uit het bestuur van de school) onderschrijven deels het beeld van De Mienskip als excellente school. Een citaat: De Mienskip staat voor mij voor een school waar kinderen centraal staan en waarbij voortdurend gekeken wordt op welke wijze alles uit het kind gehaald kan worden. De leerkrachten hebben een open en proactieve houding en zowel de interne communicatie als de externe communicatie is wat mij betreft erg goed. Ook is er continu oog voor innovaties, nieuwe ontwikkelingen en leuke, erg leerzame projecten. Hierbij wordt de basis van het onderwijs niet uit het oog verloren, want al die randzaken zijn erg leuk en goed voor de ontwikkeling van het kind maar uiteindelijk dienen de kinderen toch ook vooral goed opgeleid te worden en dat blijft de basis. 7.3 Versterking van het excellentiebeleid in de toekomst (Indicator XIV) De Mienskip heeft plannen om haar excellentiefocus in de toekomst verder te versterken. De school stelt dat ze een lerende organisatie is en voortdurend in ontwikkeling is, waarbij de PDCA-cyclus wordt gevolgd (bron: aanmelding). Voor de genoemde toekomstplannen geldt volgens de school dat: de plannen aansluiten op de specifieke behoeften van (subgroepen) leerlingen van de school; de plannen aansluiten bij de door de school gehanteerde didactische aanpak; de plannen leiden tot een verbreding van de werking van het excellentieprogramma naar andere subgroepen leerlingen. Het kwaliteitsteam wil de specifieke behoeften van subgroepen scherp in beeld houden en de schoolontwikkeling daarop laten aansluiten. Tevens wil het kwaliteitsteam verbreding van het excellentieprogramma naar andere subgroepen leerlingen. 8. Opmerkingen Inspectie Geen aanvullende opmerkingen. 9. Conclusie van de jury De Mienskip is een dorpsschool. Dorpsscholen hebben vaak een aantal bijzondere 9

14 kenmerken waarmee de jury rekening houdt. Een dorpsschool heeft een laag leerlingenaantal en bevindt zich in een regio met weinig andere scholen. Kleine groepen 8 kunnen vanwege de omvang wisselende eindopbrengsten vertonen. Ook hebben leerlingen op kleine plattelandsscholen meestal niet de mogelijkheid een andere school te kiezen. Scholen als De Mienskip hebben vaak een belangrijke rol binnen de dorpsgemeenschap. De school doet veel moeite om alle leerlingen op te nemen. Met dergelijke factoren houdt de jury rekening bij de overweging De Mienskip wel of niet het predicaat Excellente School toe te kennen. De school behaalt prima resultaten over de hele linie, inclusief Engels. De school weet succesvol om te gaan met omstandigheden. Er is nu ook sprake van een extra verdiepingsslag in de analyse van de leerlingresultaten. De inrichting van het onderwijsproces kenmerkt zich door differentiatie naar zeven niveaus in de klas. De scholing van de leerkrachten sluit aan bij de onderwijsvisie. Ook internationaal is er sprake van kennisdeling. Het verband tussen de inrichting van het onderwijsleerproces en de resultaten is duidelijk door een uitgewerkt systeem voor kwaliteitszorg. Het professionaliseringsbeleid en talentbeleid zijn vastgelegd en worden gedragen door het team. Het kwaliteitsteam borgt het opbrengstgericht werken. Het schoolklimaat is goed, wat onder meer blijkt uit de zeer hoge scores bij tevredenheidsonderzoeken. Het eigen excellentieprofiel van de school komt naar voren door differentiatie, van meer- en hoogbegaafde leerlingen tot zorgleerlingen. De school heeft speciaal aandacht voor ondernemen, onder meer door een eigen onderneming te runnen. Ook is de school gecertificeerd drietalig. Interessante punten uit referenties zijn de waardering voor de innovaties op de school en leerzame projecten waarbij de kernvakken ook centraal blijven staan. De proactieve houding van het team en de open communicatie naar alle betrokkenen worden geroemd. De jury spreekt haar waardering uit dat een relatief kleine school zo veelzijdig kan zijn. Alles overziende is de jury van oordeel dat De Mienskip op basis van de door de jury waargenomen kenmerken en gerapporteerde bevindingen het predicaat Excellente School (bo) 2013 toekomt. 10