Ouderenonderzoek Drenthe Tabellenboek Aa en Hunze. M. Kuilman, epidemioloog N. van Zanden, epidemioloog

Transcriptie

1 Ouderenonderzoek Drenthe 2007 Tabellenboek Aa en Hunze M. Kuilman, epidemioloog N. van Zanden, epidemioloog GGD Drenthe Overcingellaan LA Assen Tel.:

2 Inleiding In dit tabellenboek worden de resultaten gepresenteerd voor de gemeente Aa en Hunze van het ouderenonderzoek Voor provinciale cijfers en gegevens naar achtergrondkenmerken wordt verwezen naar het provinciale rapport Ouderenonderzoek Drenthe 2007 van de GGD Drenthe 1. In deze tabellen worden de resultaten van Aa en Hunze vergeleken met de resultaten van geheel Drenthe. Alleen significante verschillen worden besproken in de tekst bij de tabellen. Significant wil zetten dat het verschil niet meer aan toeval is toe te schrijven. Significante verschillen worden in de tabel weergegeven door een (*) achter het onderwerp. Resultaten Opvallende uitkomsten van het onderzoek zijn: - 16% van de inwoners van Aa en Hunze ervaart de eigen gezondheid als uitstekend tot zeer goed, 58% ervaart de gezondheid als goed. - 15% is licht tot ernstig psychisch ongezond. - 26% heeft een matig tot hoog risico op angst- en depressiestoornissen. - 30% voelt zich matig eenzaam, 6% is (zeer) sterk eenzaam. - 12% heeft diabetes mellitus. - 31% een hoge bloeddruk. - 13% van de inwoners uit Aa en Hunze heeft overgewicht. Gegevens en figuren uit dit tabellenboek mogen met bronvermelding worden overgenomen. 1 Ouderenonderzoek Drenthe C.A. Bos, N. van Zanden en N. Campman. GGD Drenthe, herziene versie, april

3 INHOUDSOPGAVE 1.0 ACHTERGRONDKENMERKEN GEZONDHEID... 6 ERVAREN GEZONDHEID... 6 PSYCHISCHE GEZONDHEID... 6 SLAAP- EN KALMERENDE MIDDELEN... 7 CHRONISCHE AANDOENINGEN... 8 BEPERKINGEN... 9 VALONGEVALLEN... 9 GRIEPPRIK LEEFSTIJL...10 OVERGEWICHT...10 LICHAAMSBEWEGING GEBRUIK VAN ZORG EN ZORGVOORZIENINGEN...12 HUISARTSBEZOEK...12 OVERIG ZORGGEBRUIK...12 MANTELZORG SOCIALE EN FYSIEKE OMGEVING...15 SOCIALE CONTACTEN...15 VRIJWILLIGERSWERK...15 VEILIGHEID...16 WONING EN WOONOMGEVING VOORZIENINGEN EN VERVOER...21 VOORZIENINGEN...21 VERVOERSPROBLEMEN AA EN HUNZE, VERGELIJKING 2007 MET LICHAAMSBEWEGING...23 VEILIGHEID...23 VOORZIENINGEN TOELICHTING OP HET ONDERZOEK

4 1.0 ACHTERGRONDKENMERKEN Drenthe (N=2780) Aa en Hunze (N=526) Mannen (N=223) Vrouwen (N=303) Aa en Hunze jaar (N=285) burgerlijke staat (*) gehuwd/geregistreerd partnerschap 66% 73% 81% 65% 81% 59% samenwonend 2% 3% 3% 3% 5% 1% ongehuwd 4% 2% 4% 1% 1% 4% gescheiden / gescheiden levend 3% 2% 2% 3% 3% 1% weduwe / weduwnaar 26% 19% 10% 28% 11% 35% samenstelling huishouden (*) alleenstaand, zonder thuiswonende (kind(eren) 29% 21% 14% 29% 14% 35% alleenstaand, met thuiswonende kind(eren) 1% <1% <1% 0% 0% 1% gehuwd / samenwonend, zonder thuiswonend kind 64% 73% 80% 65% 81% 57% gehuwd / samenwonend, met thuiswonend kind 2% 3% 4% 2% 4% 1% inwonend bij kind en zijn/haar gezin 1% <1% 0% 1% <1% 1% anders 2% 3% 2% 3% 1% 6% etniciteit: percentage allochtonen 2% 1% 1% 1% 1% 2% hoogst voltooide opleiding (*) geen opleiding (lager onderwijs niet afgemaakt) 7% 4% 3% 4% 3% 5% lager onderwijs (basisschool, speciaal basisonderwijs) 26% 18% 11% 25% 14% 26% lager of voorbereidend beroepsonderwijs 19% 19% 17% 21% 21% 15% middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (mulo) 17% 18% 16% 20% 18% 18% middelbaar beroepsonderwijs (zoals mts, meao) 8% 10% 12% 8% 13% 5% hoger alg. voorbereidend wetensch. onderwijs (athen.) 5% 5% 5% 5% 5% 5% hoger beroepsonderwijs 9% 15% 20% 9% 17% 12% wetenschappelijk onderwijs (universiteit) 2% 4% 8% 1% 5% 4% anders 6% 8% 7% 8% 5% 11% In de gemeente Aa en Hunze zijn, in vergelijking met Drenthe, relatief meer ouderen gehuwd en heeft een hoger percentage een hogere opleiding voltooid jaar (N=241) 3

5 netto maandinkomen van huishouden (*) minder dan 900,- 7% 9% 5% 14% 8% 12% 901,- t/m 1300,- 25% 22% 16% 28% 20% 26% 1301,- t/m 1750,- 22% 16% 19% 14% 16% 17% 1751,- t/m 3050,- 23% 25% 30% 19% 28% 20% 3051,- of meer 7% 11% 15% 6% 11% 10% wil ik niet zeggen 17% 17% 14% 20% 17% 16% bestaat uw (gezamenlijk) inkomen alleen uit aow? ja 21% 25% 16% 34% 23% 29% heeft u het afgelopen jaar moeite gehad van uw inkomen rond te komen? nee, geen enkele moeite 59% 61% 66% 56% 60% 63% nee, maar moet wel opletten op mijn uitgaven 30% 28% 26% 31% 28% 30% ja 11% 11% 9% 13% 12% 7% Het netto maandinkomen van ouderen in Aa en Hunze ligt in verhouding tot Drenthe hoger. 4

6 op welke terreinen bezuinigt u wel eens als gevolg van onvoldoende inkomen? auto of kosten voor vervoer 4% 2% 2% 2% 3% 1% uitgaan / vrijetijdsbesteding (sport, hobby s, e.d.) 5% 6% 5% 6% 7% 3% krant of andere abonnementen 7% 6% 4% 7% 8% 2% huisvesting / reparaties aan woning 2% 2% 1% 2% 2% 1% bezoek aan tandarts / andere medische voorzieningen 1% 1% 1% 1% 1% 0% kapper 4% 4% 3% 5% 5% 2% kadootjes 5% 4% 3% 6% 6% 1% stookkosten 4% 3% 3% 3% 4% 1% telefoneren 4% 3% 2% 3% 3% 2% kleding 6% 5% 3% 8% 7% 2% voeding 1% 0% 0% 0% 0% 0% vakantie 8% 8% 7% 10% 10% 3% anders 1% 1% 0% 2% 2% 1% percentage ouderen dat het afgelopen jaar een betalingsachterstand had van: huur of hypotheek 1% 1% <1% 1% 1% 0% afbetaling gekochte goederen <1% 1% <1% 1% 1% 0% gas en/of lichtrekening <1% 1% 0% 1% 1% 1% telefoonrekening <1% <1% 0% 1% <1% 0% afbetaling schulden 1% 2% 2% 1% 3% 1% 5

7 2.0 GEZONDHEID Aa en Hunze ERVAREN GEZONDHEID ervaren gezondheid uitstekend / zeer goed 17% 16% 19% 13% 20% 10% goed 54% 58% 56% 62% 62% 52% matig / slecht 29% 25% 25% 25% 18% 38% PSYCHISCHE GEZONDHEID psychische gezondheid psychisch gezond 85% 85% 88% 82% 89% 79% psychisch licht ongezond 11% 13% 11% 15% 10% 18% psychisch matig ongezond 2% 1% 1% 1% 1% 3% psychisch ernstig ongezond 2% 1% 0% 1% <1% 1% heeft probleem dat hun dag en nacht bezighoudt 20% 19% 16% 22% 18% 21% risico op angst en depressiestoornissen weinig of geen risico 72% 74% 77% 71% 79% 65% matig risico 24% 25% 22% 28% 21% 32% hoog risico 4% 1% 1% 1% 0% 3% eenzaamheid (*) niet eenzaam 58% 65% 66% 63% 70% 54% matige eenzaamheid 35% 30% 28% 31% 26% 36% sterke eenzaamheid 5% 3% 3% 3% 1% 6% zeer sterke eenzaamheid 2% 3% 4% 2% 2% 4% Vergeleken met Drenthe, voelt een kleiner percentage ouderen in Aa en Hunze zich eenzaam. 6

8 sociale eenzaamheid 2 (*) geen sociale eenzaamheid 71% 76% 76% 75% 77% 73% wel sociale eenzaamheid 29% 24% 24% 25% 23% 27% emotionele eenzaamheid 3 (*) geen emotionele eenzaamheid 86% 90% 90% 90% 95% 81% wel emotionele eenzaamheid 14% 10% 10% 10% 5% 19% is afgelopen jaar mishandeld geen ouderenmishandeling 98% 98% 98% 99% 99% 97% wel ouderenmishandeling 2% 2% 3% 1% 1% 3% SLAAP- EN KALMERENDE MIDDELEN % dat slaap- of kalmerende middelen gebruikt 17% 13% 7% 20% 12% 15% duur gebruik slaap- en kalmerende middelen (N=80) 0 tot 3 maanden 23% 20% 20% 20% 23% 15% 3 maanden tot 1 jaar 7% 8% 10% 9% 3% 15% 1 tot 2 jaar 10% 15% 25% 11% 18% 12% langer dan 2 jaar 61% 57% 45% 61% 56% 58% Ook bij de uitsplitsing naar sociale en emotionele eenzaamheid is te zien dat dit relatief minder in Aa en Hunze voorkomt ten opzicht van Drenthe. 2 Sociale eenzaamheid is gekoppeld aan een tekort aan sociale integratie, het ontbreken van contacten met mensen waarmee men bepaalde gemeenschappelijke kenmerken deelt, zoals vrienden. 3 Emotionele eenzaamheid treedt op als iemand een hechte, intieme band mist met een ander persoon, in de meeste gevallen een levenspartner. 7

9 CHRONISCHE AANDOENINGEN chronische aandoeningen beroerte, hersenbloeding, herseninfarct of TIA 5% 6% 8% 3% 5% 7% diabetes mellitus / suikerziekte 15% 12% 9% 15% 11% 14% hartinfarct 4% 4% 5% 2% 3% 5% andere ernstige hartaandoening (zoals hartfalen) 10% 9% 10% 7% 7% 11% een vorm van kanker 7% 7% 7% 7% 7% 7% migraine of regelmatig ernstige hoofdpijn 4% 3% 0% 6% 3% 2% hoge bloeddruk 34% 31% 25% 37% 29% 35% vernauwing van de bloedvaten in de buik of benen 7% 6% 6% 6% 3% 11% astma, chronische bronchitis of CARA / COPD 13% 10% 8% 12% 9% 11% ernstige darmstoornissen langer dan 3 maanden 5% 5% 4% 7% 5% 7% psoriasis 2% 3% 4% 2% 3% 3% chronisch eczeem 3% 4% 4% 3% 5% 2% onvrijwillig urineverlies (incontinentie) 7% 5% 4% 7% 4% 8% ernstige aandoening van de rug (incl. hernia) 13% 11% 9% 12% 11% 10% gewrichtsslijtage van heupen of knieën 28% 25% 18% 33% 23% 29% chronische gewrichtsontsteking 8% 8% 5% 11% 6% 12% andere ernstige aandoening van de nek of schouder 10% 9% 6% 11% 9% 9% andere ernstige aand. van elleboog, pols of hand 7% 5% 2% 9% 6% 5% andere langdurige ziekte of aandoening 16% 12% 13% 12% 9% 19% samenvatting chronische aandoeningen (*) geen chronische aandoening 33% 40% 45% 35% 45% 29% minimaal 1 chronische aandoening 67% 60% 55% 65% 55% 71% Hoewel er voor de aparte aandoeningen geen verschil tussen de gemeente en de provincie is, is het percentage ouderen dat geen enkele chronische aandoening heeft in Aa en Hunze hoger dan in de gehele provincie. 8

10 wordt bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden belemmerd door chronische aandoeningen niet belemmerd 29% 30% 34% 27% 33% 25% wel belemmerd 71% 70% 66% 73% 67% 75% BEPERKINGEN functionele beperkingen % mensen met een ADL 4 beperking (*) 17% 13% 10% 16% 5% 27% % mensen met een HDL 5 beperking (*) 39% 33% 35% 32% 22% 55% % mensen met een mobiliteitsbeperking (*) 30% 24% 15% 33% 15% 40% VALONGEVALLEN % mensen dat het afgelopen jaar wel eens is gevallen ja 29% 31% 28% 34% 29% 36% nee 72% 69% 72% 66% 71% 64% Plaats waar men is gevallen (N=143) thuis 38% 34% 27% 39% 29% 41% om het huis 20% 21% 33% 12% 19% 24% elders 43% 45% 40% 49% 51% 35% % dat lichamelijk letsel heeft opgelopen bij de val (N=148) 36% 28% 22% 33% 24% 34% GRIEPPRIK % dat afgelopen najaar een griepprik heeft gehad (*) 83% 72% 75% 69% 65% 87% Het percentage ouderen dat een ADL-, HDL- en/of een mobiliteitsbeperking heeft, is in Aa en Hunze significant lager dan in Drenthe. Ook hebben relatief minder ouderen een griepprik gehaald in Aa en Hunze. 4 ADL = algemeen dagelijkse levensverrichtingen 5 HDL = huishoudelijke dagelijkse levensverrichtingen 9

11 3.0 LEEFSTIJL Aa en Hunze OVERGEWICHT lichaamsgewicht ondergewicht (BMI < 18,5 kg/m 2 ) 1% <1% 0% 1% <1% 1% normaal gewicht ( 18,5 BMI > 30 kg/m 2 ) 85% 87% 90% 83% 88% 85% overgewicht (BMI 30 kg/m 2 ) 15% 13% 10% 17% 12% 15% LICHAAMSBEWEGING % mensen dat regelmatig onderstaande sport beoefend fietsen 75% 73% 76% 70% 77% 65% wandelen 69% 70% 74% 67% 72% 67% bewegingsoefeningen 16% 16% 9% 23% 14% 20% zwemmen 14% 15% 11% 20% 18% 9% anders 26% 29% 30% 29% 33% 22% Hoe vaak doet u aan sport / lichaamsbeweging? 1 uur of minder per week 25% 25% 23% 28% 24% 29% 2-4 uur per week 36% 37% 33% 41% 34% 42% 5-10 uur per week 29% 28% 32% 22% 29% 23% meer dan 10 uur per week 10% 11% 12% 9% 13% 6% 10

12 Indien u niet regelmatig sport of aan lichaamsbeweging doet, wat is daarvoor de reden? (N=183) slechte gezondheid 26% 19% 19% 18% 12% 27% financieel niet mogelijk 5% 4% 5% 3% 7% 0% geen tijd 11% 13% 15% 10% 16% 8% geen zin 35% 39% 35% 46% 42% 35% geen mogelijkheden in de buurt 2% 4% 3% 5% 3% 5% anders 21% 22% 23% 19% 19% 26% Zou u meer willen bewegen? (*) ja 14% 19% 18% 20% 19% 20% nee 57% 53% 56% 50% 51% 58% weet ik niet 29% 28% 26% 30% 31% 22% Meer ouderen in Aa en Hunze dan in Drenthe geven aan dat ze meer zouden willen bewegen. 11

13 4.0 GEBRUIK VAN ZORG EN ZORGVOORZIENINGEN Aa en Hunze HUISARTSBEZOEK contact met huisarts in de afgelopen 2 maanden ja 59% 58% 55% 61% 53% 69% nee 41% 42% 45% 39% 47% 32% OVERIG ZORGGEBRUIK contact met andere zorgverleners in afgelopen jaar medisch specialist (*) 63% 56% 57% 54% 52% 63% tandarts en mondhygiënist 49% 52% 57% 47% 60% 36% diëtist (*) 13% 8% 7% 10% 6% 13% fysiotherapeut 28% 26% 24% 28% 24% 30% thuiszorg (wijkverpleegkundige, Alphahulp) 22% 18% 16% 19% 6% 38% GGZ (instellingen voor geestelijke gezondheidszorg) 3% 3% 4% 2% 1% 5% Maatschappelijk Werk 3% 2% 4% 3% 2% 5% vrijgevestigd psycholoog / psychiater 1% 2% 2% 3% 2% 3% alternatieve genezers (homeopaat, acupuncturist) 5% 6% 6% 7% 7% 4% ouderenadviseur / seniorenadviseur (*) 2% 4% 3% 5% 1% 10% Stichting Welzijn Ouderen 7% 5% 4% 5% 1% 12% MANTELZORG MANTELZORG ONTVANGEN % mensen dat het afgelopen jaar mantelzorg heeft ontvangen ja, krijg ik nog 13% 10% 10% 11% 4% 22% ja, maar krijg het nu niet meer 2% 1% 1% 2% 1% 2% nee 85% 89% 89% 88% 95% 76% Het percentage ouderen in Aa en Hunze dat contact heeft gehad met de medisch specialist en/of diëtist is lager dan in Drenthe, daarentegen is het percentage dat contact heeft gehad met de ouderen-/seniorenadviseur hoger. 12

14 diegene die mantelzorg krijgen, krijgen het van: (N=57) echtgeno(o)t(te) of partner 38% 39% 41% 41% 58% 31% kinderen 53% 48% 46% 50% 25% 56% andere familieleden 11% 9% 9% 9% 8% 9% buren / vrienden / kennissen 26% 32% 36% 27% 25% 34% diegene die mantelzorg krijgen, waaruit bestaat het: (N=57) hulp in de huishouding 76% 75% 64% 86% 92% 68% klaarmaken van de warme maaltijden 30% 34% 46% 23% 33% 34% hulp bij persoonlijke verzorging 23% 27% 36% 18% 0% 38% hulp bij medische verzorging 20% 27% 32% 18% 17% 29% gezelschap, troost, afleiding, enz. 43% 52% 59% 46% 42% 58% begeleiding en/of vervoer 58% 56% 59% 55% 50% 58% regeling geldzaken en/of andere administratie 52% 51% 55% 46% 17% 65% diegene die mantelzorg krijgen, hoeveel uur krijgt u gemiddeld per week (N=50) incidenteel 16% 16% 15% 21% 20% 14% minder dan 2 uur per week 8% 16% 15% 11% 0% 21% 2-5 uur per week 28% 21% 15% 26% 30% 18% 6-10 uur per week 16% 21% 25% 21% 20% 21% uur per week 13% 8% 10% 5% 0% 11% 21 uur per week of meer 19% 18% 20% 16% 30% 14% 13

15 MANTELZORG GEVEN % mensen dat het afgelopen jaar mantelzorg heeft gegeven ja, ik geef het nog 12% 13% 12% 14% 15% 9% ja, maar geef het nu niet meer 4% 4% 2% 6% 4% 3% nee 84% 84% 86% 80% 81% 88% diegene die mantelzorg geven, waaruit bestaat het: (N=76) hulp in de huishouding 37% 37% 42% 33% 37% 35% klaarmaken van de warme maaltijden (*) 16% 27% 27% 27% 26% 29% hulp bij persoonlijke verzorging 12% 18% 19% 17% 15% 29% hulp bij medische verzorging (*) 9% 20% 20% 20% 19% 24% gezelschap, troost, afleiding, enz. 46% 52% 60% 46% 52% 53% begeleiding en/of vervoer (*) 33% 47% 57% 39% 44% 50% regeling geldzaken en/of andere administratie 25% 35% 45% 29% 35% 38% diegene die mantelzorg geven, hoeveel uur geeft u gemiddeld per week (N=37) 1-2 uur per week 13% 14% 22% 12% 19% 11% 3-5 uur per week 20% 17% 11% 24% 19% 11% 6-10 uur per week 28% 17% 11% 18% 15% 11% uur per week 15% 20% 28% 12% 19% 22% 21 uur per week of meer 24% 31% 28% 35% 27% 44% mate van ervaren belasting bij het geven van mantelzorg (N=56) licht belast 90% 87% 88% 86% 88% 82% zwaar belast 10% 13% 12% 14% 12% 18% Ouderen die mantelzorg geven, doen dit in verhouding vaker in de vorm van het klaarmaken van warme maaltijden, hulp bij medische verzorging en begeleiding en/of vervoer dan Drentse mantelzorgers. 14

16 5.0 SOCIALE EN FYSIEKE OMGEVING Aa en Hunze SOCIALE CONTACTEN lidmaatschap club / vereniging % dat actief lid is van een vereniging of club 52% 53% 50% 55% 60% 39% sociaal kapitaal 6 (*) laag 33% 26% 28% 25% 27% 26% gemiddeld 39% 44% 45% 42% 46% 40% hoog 23% 24% 23% 25% 23% 24% onbekend 6% 7% 4% 9% 5% 10% VRIJWILLIGERSWERK doet u vrijwillgerswerk? ja 26% 27% 27% 27% 33% 16% nee 74% 73% 73% 73% 67% 84% hoeveel uur per week doet u vrijwilligerswerk? (N=112) 1 uur of minder per week 28% 38% 32% 43% 37% 38% 2 4 uur per week 44% 36% 33% 38% 36% 33% 5-10 uur per week 21% 22% 26% 19% 23% 24% meer dan 10 uur per week 7% 5% 9% 0% 5% 5% diegene die vrijwilligerswerk doen: waar? verzorging / welzijnszorg en/of hulpverlening (N=117) 23% 25% 12% 40% 27% 17% sociaal cultureel werk (N=117) 14% 20% 22% 17% 17% 33% kerk, religieuze of levensbeschouwelijke organisatie (N=118) 36% 32% 25% 39% 30% 38% belangen-, politieke-, ideële organisaties (N=115) 16% 15% 19% 11% 15% 14% hobby en/of gezelligheidsvereniging (N=119) 25% 28% 24% 33% 30% 22% kunst, cultuur en/of media organisatie (N=116) 14% 15% 15% 15% 13% 23% sport en/of recreatievereniging (N=118) 21% 28% 38% 18% 32% 9% Ouderen in Aa en Hunze ervaren hun sociale contacten in de buurt als beter in vergelijking met Drenthe 6 Sociaal kapitaal is een maat voor de ervaren sociale contacten in de buurt en de betrokkenheid van de bewoners met de buurt. Hiervoor zijn een aantal stellingen opgenomen zoals de buurtbewoners zijn te vertrouwen en de buurtbewoners hebben een band met elkaar. Respondenten konden deze beantwoorden op een 5-puntsschaal van zeer eens tot zeer oneens. 15

17 VEILIGHEID durft u de straat op te gaan als het donker is? (*) ja 72% 84% 94% 74% 89% 74% nee 28% 16% 7% 26% 11% 26% voelt u zich wel eens onveilig? (*) ja 11% 6% 3% 10% 5% 9% nee 79% 84% 91% 78% 86% 82% weet niet / geen mening 10% 10% 7% 12% 9% 10% % ouderen dat zich wel eens onveilig voelt overdag binnenshuis 3% 2% 1% 3% 1% 3% overdag buitenshuis 4% 3% 1% 4% 2% 4% s avonds binnenshuis 6% 4% 3% 5% 2% 8% s avonds buitenshuis (*) 14% 10% 5% 15% 9% 11% s nachts binnenshuis 7% 6% 3% 10% 5% 10% s nachts buitenshuis (*) 13% 9% 5% 13% 8% 10% Relatief minder ouderen in Aa en Hunze durven niet in het donker de straat op te gaan en/of voelen zich onveilig in het algemeen, maar ook specifiek s avonds of s nachts buitenshuis. 16

18 % ouderen dat bepaalde redenen opgeeft waarom zij zich o.a. buitenshuis wel eens onveilig voelen groepen jongeren (N=62) 51% 51% 64% 46% 46% 58% bang om slachtoffer te worden van een misdrijf (N=63) 40% 39% 21% 46% 36% 42% afwezigheid van toezicht (N=61) 25% 24% 15% 27% 31% 11% verkeersonveiligheid (N=62) 19% 20% 36% 14% 18% 22% berichten over onveiligheid (N=61) 27% 30% 14% 36% 27% 33% overlast van omwonenden (N=61) 5% 8% 14% 5% 6% 6% ik vind het buiten te druk (N=61) 6% 4% 0% 5% 3% 6% te veel rommel / straatvuil (N=61) 8% 10% 15% 6% 6% 11% de krant / tv zegt dat het onveilig is (N=62) 15% 12% 7% 14% 0% 32% te weinig verlichting (N=61) 19% 26% 36% 22% 31% 17% te weinig toezicht politie (N=62) 45% 39% 36% 41% 38% 39% anders (N=62) 15% 14% 7% 19% 12% 21% WONING EN WOONOMGEVING in wat voor woning woont u? (*) eengezinswoning 60% 68% 69% 67% 74% 58% flat / etage / appartement 16% 4% 4% 4% 2% 7% boerderij / woning met tuinderij 9% 16% 16% 15% 17% 13% senioren- of bejaardenwoning 9% 7% 6% 7% 5% 11% serviceflat 1% 0% 0% 0% 0% 0% aanleunwoning bij verzorgingshuis 1% 2% 1% 2% 0% 4% verzorgingshuis 1% 2% 2% 2% <1% 5% woonzorg combinatie 1% 1% 1% 1% 0% 2% anders 2% 2% 2% 1% 2% 1% Vergeleken met Drenthe wonen ouderen in Aa en Hunze vaker in een eengezinswoning of boerderij / woning met tuinderij en minder vaak in een flat/etage/appartement 17

19 wilt u binnen twee jaar verhuizen? beslist niet 63% 58% 57% 59% 61% 54% misschien wel 20% 24% 25% 23% 25% 23% beslist wel 4% 3% 4% 2% 3% 3% ik heb al andere woonruimte gevonden 1% 2% 3% 1% 1% 3% weet niet 12% 13% 11% 14% 10% 18% ouderen die beslist / misschien wel willen verhuizen waarheen zou u willen verhuizen? (*) (N=203) ik wil in mijn huidige woonplaats blijven wonen 62% 46% 47% 46% 45% 49% andere kern binnen gemeente met meer voorzieningen 19% 21% 23% 19% 22% 20% andere gemeente met meer voorzieningen 7% 17% 18% 16% 18% 15% Anders 13% 16% 12% 19% 16% 17% wat is de reden van uw verhuiswens? ik ervaar te veel overlast in mijn buurt (N=190) 3% 3% 2% 3% 4% 2% ik wil dichter bij mijn familie / kinderen wonen (N=190) 8% 9% 7% 10% 9% 7% ik wil dichter bij openbaar vervoer wonen (*)(N=190) 6% 11% 11% 11% 13% 8% ik wil naar een kleiner huis of een huis zonder trap (N=190) 34% 39% 44% 33% 40% 37% ik wil naar een huis dat aangepast is (N=190) 33% 26% 28% 25% 25% 27% ik wil meer verzorging aan huis (*)(N=190) 20% 13% 16% 10% 8% 22% andere reden (N=191) 24% 28% 22% 34% 30% 23% Van de ouderen die beslist of misschien willen verhuizen geeft een hoger percentage aan dat ze naar een kern of gemeente willen met meer voorzieningen vergeleken met Drentse ouderen. Als reden geven meer ouderen aan dat ze dichter bij het openbaar vervoer willen wonen en minder ouderen dat ze meer verzorging aan huis willen. 18

20 onder welke omstandigheden zou u toch in uw huidige woning willen blijven wonen? geen enkele, ik wil in ieder geval verhuizen (N=169) 25% 20% 26% 15% 25% 12% aanpassingen in woning (N=169) 20% 19% 21% 16% 20% 16% meer verzorging aan huis (N=169) 15% 12% 14% 11% 11% 16% alarmering in huis (N=171) 10% 7% 4% 10% 4% 12% meer huishoudelijke hulp of maaltijden aan huis (N=170) 13% 9% 4% 14% 7% 12% er moet halte voor openbaar vervoer dichtbij komen (N=169) 5% 9% 11% 6% 7% 12% andere reden (*)(N=170) 40% 50% 40% 61% 50% 52% wilt u in uw nieuwe woonsituatie gebruik kunnen maken van diensten van een dienstencentrum, bejaarden- of verzorgingshuis? (N=179) ja 17% 14% 13% 14% 7% 26% ja, ik denk het wel 48% 43% 51% 34% 38% 53% nee 35% 44% 36% 52% 55% 22% Een hoger percentage ouderen noemt een andere omstandigheid dan de genoemde als reden dat ze toch in de huidige woning willen blijven wonen. Men kon in de vragenlijst niet aangeven welke reden dat dan was. 19

21 % ouderen dat aangeeft of bepaalde dienst nodig is om in huidige woning te blijven wonen hulp bij klussen in huis 34% 30% 26% 35% 23% 47% hulp bij onderhoud van de tuin 32% 34% 29% 38% 25% 52% hulp in de huishouding (*) 39% 33% 30% 36% 21% 59% hulp bij persoonlijke verzorging 8% 9% 10% 8% 3% 22% hulp bij de zorg van mijn echtgeno(o)t(e) / partner 8% 8% 11% 5% 5% 15% hulp bij mijn persoonlijke administratie (*) 29% 23% 24% 23% 15% 41% financiële ondersteuning of advies 11% 9% 9% 9% 7% 15% goed bereikbare voorzieningen 35% 31% 32% 30% 24% 47% vervoersmogelijkheden (*) 30% 25% 22% 27% 17% 42% begeleiding bij vrijetijdsbesteding 8% 10% 11% 9% 6% 18% maaltijdvoorziening aan huis 11% 8% 9% 7% 4% 18% hulpmiddelen (*) 19% 14% 10% 18% 5% 33% woningaanpassing (*) 22% 17% 13% 22% 9% 36% dagopvang en/of dagbehandeling 4% 4% 3% 5% 2% 8% bezoek aan huis voor gezelligheid 8% 7% 5% 9% 3% 16% Relatief minder ouderen in Aa en Hunze dan in Drenthe geven op de volgende diensten aan dat deze nodig zijn om in de huidige woning te blijven wonen - hulp in de huishouding - hulp bij persoonlijke administratie - vervoersmogelijkheden - hulpmiddelen - woningaanpassing 20

22 6.0 VOORZIENINGEN EN VERVOER Aa en Hunze VOORZIENINGEN weet u waar u moet zijn voor informatie over maaltijdvoorziening (tafeltje-dek-je) 69% 69% 63% 75% 66% 76% vervoersvoorziening (*) 67% 62% 59% 64% 59% 67% woningaanpassing 65% 66% 64% 67% 64% 68% huursubsidie 64% 63% 62% 63% 63% 62% personenalarmering 54% 55% 54% 57% 50% 65% uitleen van verpleegartikelen en hulpmiddelen 80% 78% 76% 81% 77% 80% kwijtschelding van gemeentelijke belastingen 60% 62% 62% 62% 65% 55% bijzondere bijstand 55% 60% 61% 59% 61% 58% vergoeding van woningaanpassing 54% 57% 57% 57% 56% 58% aanschaf van hulpmiddelen 70% 68% 66% 70% 66% 74% pas 65 78% 80% 79% 81% 79% 81% huisbezoek door vrijwilligers 42% 47% 48% 45% 44% 52% bewegen voor ouderen (MbvO, zwemmen) 55% 56% 55% 58% 55% 59% gezellige activiteiten voor ouderen (bijv. kaarten) 69% 70% 65% 75% 67% 77% vormingsactiviteiten voor ouderen 54% 58% 57% 59% 57% 60% persoonsgebonden budget bij ziekte / zorgbehoefte 50% 52% 51% 53% 52% 52% VERVOERSPROBLEMEN heeft u wel eens problemen met vervoer waardoor u ergens niet naar toe gaat, waar u wel naar toe had willen gaan? ja 14% 12% 8% 17% 8% 21% In Aa en Hunze weten minder ouderen dan in Drenthe, waar ze moeten zijn voor informatie over vervoersvoorzieningen. 21

23 Drenthe Aa en Hunze Aa en Hunze mannen vrouwen jaar jaar die ouderen die wel eens ergens niet naar toe gaan door vervoersproblemen: wat is de oorzaak anderen hebben geen tijd om mij te brengen 2% 1% 1% 2% 1% 2% ik durf niet meer zo goed auto te rijden 4% 3% 3% 3% 2% 6% ik durf niet meer te fietsen 6% 6% 4% 7% 1% 13% de bushalte ligt te ver van mijn huis 4% 2% 2% 3% 2% 4% de bus stopt te ver van mijn reisdoel 3% 2% 1% 2% 1% 2% ik vind het openbaar vervoer onveilig 1% 1% <1% 1% <1% 2% ik vind het openbaar vervoer te ingewikkeld 6% 4% 3% 6% 2% 9% ik ben lichamelijk niet in staat te reizen 5% 6% 4% 7% 2% 13% het gebruik van hulpmiddel levert problemen 2% 2% 1% 2% 0% 4% ik moet te lang wachten op de belbus of deeltaxi (*) 2% <1% 0% <1% 0% 1% ik vind de gewone taxi te duur 6% 5% 3% 6% 4% 7% anders 4% 5% 4% 7% 4% 7% Te lang wachten op de belbus of deeltaxi, is voor een lager percentage ouderen in Aa en Hunze de oorzaak voor hun vervoerprobleem in vergelijking met Drentse ouderen. 22

24 7.0 AA EN HUNZE, VERGELIJKING 2007 MET LICHAAMSBEWEGING % mensen dat regelmatig onderstaande sport beoefend fietsen 74% 73% wandelen 63% 70% bewegingsoefeningen 21% 16% zwemmen 17% 15% VEILIGHEID durft u de straat op te gaan als het donker is? ja 81% 84% nee 19% 16% VOORZIENINGEN Weet u waar u moet zijn voor informatie over maaltijdvoorziening (tafeltje-dek-je) 77% 69% vervoersvoorziening 60% 62% woningaanpassing 58% 66% huursubsidie 47% 63% personenalarmering 39% 55% uitleen van verpleegartikelen en hulpmiddelen 77% 78% kwijtschelding van gemeentelijke belastingen 49% 62% bijzondere bijstand 44% 60% vergoeding van woningaanpassing 41% 57% aanschaf van hulpmiddelen 64% 68% pas 65 76% 80% huisbezoek door vrijwilligers 33% 47% bewegen voor ouderen (MbvO, zwemmen) 39% 56% gezellige activiteiten voor ouderen (bijv. kaarten) 66% 70% vormingsactiviteiten voor ouderen 43% 58% persoonsgebonden budget bij ziekte / zorgbehoefte 30% 52% 23

25 8.0 TOELICHTING OP HET ONDERZOEK In dit tabellenboek worden de resultaten van het ouderenonderzoek 2007gepresenteerd voor de gemeente Aa en Hunze. Ook de percentages van de hele provincie Drenthe staan in de tabellen, zodat een beeld wordt verkregen hoe Aa en Hunze zich verhoudt tot Drenthe. Voor uitgebreidere provinciale cijfers wordt verwezen naar het provinciale rapport Ouderenonderzoek Drenthe 2007 van de GGD Drenthe 7. Daarin worden ook verschillen tussen mannen en vrouwen, tussen de twee leeftijdsgroepen en naar sociaal economische beschreven. In Aa en Hunze is aan 676 zelfstandig wonende ouderen tussen 65 en 90 jaar gevraagd de enquête in te vullen en terug te sturen. 526 volledig ingevulde vragenlijsten kwamen retour; dat is een respons van 78% (voor Drenthe totaal is dit 75%). Respons naar leeftijd en geslacht voor de gemeente Aa en Hunze. Aantal verzonden Aantal vragenlijsten Respons (%) vragenlijsten retour Mannen % Vrouwen % 65 t/m 74 jaar % 75 jaar en ouder % Totaal % Zoals in de tabel is te zien zijn er verschillen in respons tussen vrouwen en mannen en tussen de twee leeftijdsgroepen. Daarom is er bij de analyses gebruik gemaakt van weging. Bij weging wordt er voor gezorgd dat de respons in het onderzoek een vergelijkbare opbouw krijgt naar geslacht en leeftijd met de werkelijke bevolkingssamenstelling in Aa en Hunze. Verschillen tussen Aa en Hunze en Drenthe totaal kunnen dus niet verklaard worden door verschillen in leeftijdsopbouw of geslacht. In de tekst bij de tabellen worden alleen significante verschillen besproken. Significant wil zeggen dat het verschil niet meer aan toeval is toe te schrijven. Significante verschillen worden in de tabel weergegeven door een (*) achter het onderwerp. Er is aan het eind van dit tabellenboek een kort hoofdstuk gewijd aan de vergelijking met het vorige ouderenonderzoek uit Helaas is het maar voor een beperkt aantal onderwerpen mogelijk om de resultaten met elkaar te vergelijken. Reden hiervoor is dat binnen het project lokale en nationale monitor landelijke afspraken zijn gemaakt over het gebruik van uniforme standaard vraagstellingen. Hierdoor zijn vraagstellingen voor dit ouderenonderzoek in de meeste gevallen afwijkend van de vraagstellingen uit Voor de enkele onderwerpen waar het wel mogelijk was, staan de gegevens in hoofdstuk 8 weergegeven. 7 Ouderenonderzoek Drenthe C.A. Bos, N. van Zanden en N. Campman. GGD Drenthe, herziene versie, april