DNA in het gerechtelijk onderzoek Een didactisch model voor gebruik in de klas

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DNA in het gerechtelijk onderzoek Een didactisch model voor gebruik in de klas"

Transcriptie

1 1 DNA in het gerechtelijk onderzoek Een didactisch model voor gebruik in de klas Gebaseerd op het gelijknamige artikel Roels, P. & V. Goethals (2000), Jaarboek van de Vereniging voor het Onderwijs in de Biologie (VOB) ABSTRACT Op basis van het gebruik van DNA in het gerechtelijk onderzoek wordt hier een didactisch model voorgesteld dat toelaat dat leerlingen met papieren DNA-stroken ten gronde ontdekken hoe het knippen van DNA met knipenzymen en de scheiding van DNA-fragmenten op een agarosegel in zijn werk gaan. Op het einde van de oefening zullen de leerlingen voor een fictieve moord in staat zijn de dader aan te duiden door vergelijking van de bekomen genetische vingerafdrukken ; het geheel is dan ook zeer concreet gemaakt voor de leerlingen. LITERATUUR Decorte, R. (1997) Moleculaire biologie in de rechtbank: genetische identificatie en vaderschapsbepaling. PDL Lustrumsymposium Biotechnologie: KULeuven. Frants, R.R. (1991) Kopieën kopiëren. De polymerase-kettingreactie. Natuur & techniek 59: Groeneveld, E.R. (1990) Misdaadanalyse. Het oplossend vermogen van de natuurwetenschappen. Natuur & Techniek 58: Logtenberg, H. & E. Bakker (1987) DNA in de getuigenbank. Natuur & Techniek 55: Roels, P., V. Goethals, E. Smets & F. De Meuter (1996) Restrictiefragment-lengte polymorfisme. Didactisch model voor een belangrijke DNAtechniek. Bulletin voor het Onderwijs in de Biologie 27: (zie elders op deze CD-rom) Van de Grint, L. (1996) DNA experiment meisje vermoord. Bulletin voor het Onderwijs in de Biologie 27:

2 2 INLEIDING De revolutionaire ontwikkelingen in de moleculaire biologie en biotechnologie van de laatste twee decennia zijn niet beperkt gebleven tot de wetenschappelijke wereld, maar beïnvloeden reeds volop ons dagelijks leven. Denken we maar aan de introductie van genetisch gemodificeerd plantenmateriaal in onze voeding (vb. maïs), de diagnose van bijvoorbeeld erfelijke aandoeningen en de aanmaak op grote schaal van insuline door bacteriën. Wellicht is dit nog maar het begin. In het gerechtelijk onderzoek wordt reeds jaren gezocht naar en gebruik gemaakt van alle mogelijke sporen ter identificatie van personen (zie Groeneveld 1990 voor een algemeen overzicht). Tot voor kort waren bruikbare biologische kenmerken slechts onrechtstreeks gebaseerd op genetische factoren, bijvoorbeeld serumeiwitten en ABO-bloedgroepen uit bloedvlekken. Sinds de tweede helft van de jaren 80 heeft het DNA zelf ook in het gerechtelijk onderzoek zijn intrede gedaan. Het DNA is immers veel stabieler dan de eerder bestudeerde eiwitten, zodat oudere en minder goed bewaarde biologische sporen kunnen onderzocht worden. Bovendien levert het nauwkeuriger informatie op waardoor personen makkelijker definitief kunnen geëlimineerd worden van de lijst der verdachten of verdachten met grote waarschijnlijkheid als dader kunnen aangeduid worden. We verwijzen naar Logtenberg & Bakker (1987) en Decorte (1997) voor een overzicht van de grote ontwikkelingen in dit domein. Op basis van het gebruik van DNA in het kader van de misdaad wordt hier een didactisch model voorgesteld dat toelaat dat leerlingen spelenderwijs ten gronde ontdekken hoe het knippen van DNA met knipenzymen en de scheiding van DNA-fragmenten op een agarosegel in zijn werk gaan. Op het einde van de oefening zullen de leerlingen voor een fictieve moord in staat zijn de dader aan te duiden door vergelijking van de bekomen genetische vingerafdrukken. Hierbij wordt geen echt DNA gebruikt 1, maar papieren stroken, die DNAmoleculen voorstellen. Een vergelijkbaar model met betrekking tot restrictiefragment-lengte polymorfismen (RFLP) werd reeds eerder gepubliceerd en succesvol toegepast (Roels et al. 1996). Daarbij lag de nadruk, naast de begrippen knipenzym en agarosegel, op het achterhalen van de onderliggende mutaties van het door de leerlingen zelf ontdekte polymorfisme. In het hier voorgestelde model wordt een DNA-polymorfisme gebruikt om een moordenaar te identificeren; het geheel is daarom zeer concreet voor de leerlingen. Verder oefenmateriaal en informatie omtrent dit onderwerp worden ter beschikking gesteld door het Europees Initiatief voor Biotechnologie Educatie (huidige URL: zie hun eenheid 2: DNA profiling ). DE THEORIE De genetische informatie van het leven is opgeslagen in de structuur van het desoxyribonucleïnezuur (DNA) dat bij de mens onder de vorm van 46 chromosomen in de kern van lichaamscellen aanwezig is. Daarnaast bevatten ook de mitochondriën DNA. De nucleotiden, de elementaire bouwstenen van het DNA, vertegenwoordigen vier letters die onderling verschillen door de organische base die erin is ingebouwd (Adenine, A; Cytosine, C; Guanine, G; Thymine, T). Drie opeenvolgende nucleotiden (een codon) in het DNA coderen voor een aminozuur in het uiteindelijk opgebouwde proteïne. Gedurende de evolutie 1 Ondertussen zijn reeds verscheidene jaren kits op de markt, met echt DNA, knipenzymen en agarose, waarmee de leerlingen effectief aan de slag kunnen om bijvoorbeeld een moord op te lossen (Van de Grint 1996). Hoewel deze kits ontegensprekelijk een extra dimensie kunnen toevoegen aan deze oefening en ze laten uitgroeien tot een heus practicum, zijn ze uiteraard kostelijker en tijdrovender dan het hier voorgestelde papieren model.

3 3 ontstaan er in het DNA op toevallige wijze veranderingen, zogenaamde mutaties, waardoor individuen tot stand komen die genetisch verschillend zijn. Voorbeelden van mutaties zijn o.a. de omzetting van een bepaalde base in een andere (base-substitutie) of het bijkomen (insertie) of verdwijnen (deletie) van één of meerdere basen in het DNA. Het gevolg van een mutatie kan een verandering van een aminozuur in een eiwit tot gevolg hebben, zoals bij sikkelcelanemie (tengevolge van een base-substitutie). Mutaties kunnen echter ook fenotypisch onopgemerkt blijven, maar via modern onderzoek zichtbaar gemaakt worden door het bestuderen van bijvoorbeeld RFLP s (restrictiefragment-lengtepolymorfismen). Naast coderende sequenties, komen in het erfelijk materiaal van onze chromosomen grote hoeveelheden niet-coderende sequenties voor die ofwel gelegen zijn tussen de coderende gebieden binnen één gen (de zogenaamde introns) of tussen de genen zelf. Hun functie is niet steeds opgehelderd. Vaak komen in deze niet-coderende gebieden talrijke, op elkaar volgende kopies voor van eenzelfde kleine basissequentie 1. Deze basissequentie is op zichzelf hooguit enkele tientallen basenparen lang en komt voor in een aantal varianten. Het DNA ter hoogte van deze kopies noemt men repetitief DNA. Het is bovendien zeer polymorf: de lengte van deze segmenten, die afhangt van het aantal kopies dat van de basissequentie voorkomt, kan sterk variëren van persoon tot persoon. Onderzoek van polymorf, repetitief DNA laat toe de zogenaamde genetische vingerafdruk van personen op te stellen. We bespreken nu concreet hoe het onderzoek hierbij verloopt. Het geïsoleerde DNA van de onderzochte personen of ontdekte sporen wordt in fragmenten geknipt met zogenaamde knipenzymen of restrictie-enzymen. Een knipenzym herkent een welbepaalde, voor dat enzym specifieke, opeenvolging van meestal vier tot zes basenparen in het DNA (de herkenningssequentie) en zal het DNA telkens ter hoogte van een dergelijke sequentie doorknippen. Meestal wordt het DNA-molecule hierbij asymmetrisch doorgeknipt waardoor een DNA-streng aan de uiteinden één tot enkele basen langer of korter is dan de complementaire DNA-streng. Deze zogenaamde kleverige einden zijn in de biotechnologie belangrijk, omdat ze toelaten verschillende fragmenten geknipt met eenzelfde knipenzym weer met elkaar te laten binden. Hier zullen we om praktische redenen gebruik maken van een knipenzym dat zijn herkenningssequentie symmetrisch doormidden knipt, namelijk Hae III met herkenningsequentie 5 GGCC 3 (zie figuur 1). 3 CCGG 5 De gebruikte knipenzymen zijn nu zo gekozen dat uit het chromosomaal DNA onder andere de gebieden met het repetitief DNA worden vrijgemaakt. De zo bekomen fragmenten, die vergelijkbaar zijn tussen individuen, zullen nu in lengte verschillen naargelang het aantal kopies dat van de basissequentie in het beschouwde individu voorkomt. Om de lengte te bestuderen en te vergelijken worden de met een knipenzym behandelde DNA-monsters op een agarosegel aangebracht en de fragmenten gescheiden volgens hun grootte (gelelektroforese). Dit gebeurt door het negatief geladen DNA onder invloed van een elektrisch veld door de gel te laten migreren (naar de positieve pool toe). Kleinere fragmenten ondervinden hierbij een geringere weerstand van de agarosegel en migreren sneller naar de overzijde. Grotere fragmenten doen er langer over. Uiteindelijk worden de gescheiden banden gevisualiseerd en 1 Men spreekt van zogenaamde VNTR s ( Variable Number of Tandem Repeats ). Eerst werd gebruik gemaakt van basissequenties van enkele tientallen basenparen lang, waarvan het aantal kopies relatief groot is. Tegenwoordig wordt, omwille van een aantal praktische voordelen, eerder gebruik gemaakt van basissequenties die slechts twee tot vijf basenparen lang zijn en waarvan een beperkter aantal kopies voorkomt. Dit zijn zogenaamde STR s ( Short Tandem Repeats ). De onderliggende principes blijven echter dezelfde.

4 4 de bekomen patronen vergeleken (zie figuur 1). Daarbij worden meestal selectief de banden van het repetitief DNA gevisualiseerd. De vele andere banden die door het knippen van de chromosomen zijn bekomen en die het beeld alleen maar complexer maken, worden niet gevisualiseerd. In Roels et al. (1996) worden in figuur 3 de verschillende stappen in een studie naar het RFLP schematisch voorgesteld. Figuur 1. Voorstelling van twee dubbelstrengse DNA-moleculen met aanduiding van de plaatsen waar het 5 GGCC 3 knipenzym Hae III zijn herkenningssequentie symmetrisch doorknipt en resultaat van gelelektroforese 3 CCGG 5 op de bekomen DNA-fragmenten. Het lengteverschil tussen fragmenten kort 1 en lang 3 is volledig te wijten aan een verschillend aantal kopies van de basissequentie 5 AGGC 3. 3 TCCG 5 Om selectieve visualisering te bekomen, wordt gebruik gemaakt van de Southern-vlektechniek, die reeds in vele handboeken beschreven is. De met een agarosegel gescheiden DNA-fragmenten worden enkelstrengs gemaakt en op een herbruikbare en bewaarbare (nylon of cellulosenitraat) membraan overgebracht (blotten). Daarna voegt men een oplossing met gemerkte DNA-sondes toe, die opgebouwd zijn uit de basissequentie van het bestudeerde repetitief DNA en eveneens enkelstrengs zijn gemaakt. Voor de merking maakt men gebruik van radioactiviteit of chemische kleuringstechnieken. Door complementaire basenparing zullen de DNA-sondes binden (DNA-hybridisatie) op de kopies van de basissequentie van de gescheiden fragmenten op de membraan. Uitsluitend deze banden zullen daarna op een film oplichten. De positie van de band op de membraan bepaalt de lengte van het gevisualiseerde fragment.

5 5 Om de stap van selectieve visualisering te omzeilen en bovendien te kunnen vertrekken van uitgangsmateriaal van een lagere kwantiteit en kwaliteit, wordt tegenwoordig vaak afgestapt van de hoger beschreven RFLP-gebaseerde techniek en gebruik gemaakt van de polymerasekettingreactie (zie Frants 1991 voor een algemeen overzicht). Hiermee wordt het mogelijk cellen uit bijvoorbeeld het weinige speeksel op sigarettenpeuken of eventueel sterk gedegradeerd DNA afkomstig uit beenderen te bestuderen. Hiervoor moeten eerst kleine stukjes DNA (primers) aangemaakt worden die door complementaire basenparing op de grenzen van het repetitief DNA binden. Zij zorgen er dan tijdens de polymerase-kettingreactie voor dat deze fragmenten selectief en veelvuldig worden gekopieerd. UITWERKING VAN HET DIDACTISCH MODEL De aangeboden DNA-monsters onder de loep Er worden in het model drie types DNA-moleculen aangeboden (figuur 2), afkomstig van een slachtoffer en twee verdachten. Om het model eenvoudig te houden wordt van de 46 chromosomen uitsluitend een kort DNA-fragment aangeboden met twee gescheiden gebieden niet-coderend, repetitief DNA (verder repetitief DNA I en II genoemd), aan de uiteinden telkens geflankeerd door een kort stukje coderend DNA met unieke (= niet-repetitieve) sequentie. Aan de grenzen van repetitief DNA I en II komt telkens een herkenningssequentie voor van het te gebruiken knipenzym Hae III met herkenningssequentie 5 GGCC 3. 3 CCGG 5 Figuur 2. Schematische voorstelling van drie types DNA-moleculen. Voor elke type is in vetjes de herkenningssequentie van knipenzym Hae III aangeduid, evenals de afbakening van de kopies van de basissequenties in de beide gedeelten met repetitief DNA. Elk DNA-monster zal dus door het knipenzym in vijf fragmenten worden geknipt (zie figuur 3). De fragmenten afkomstig van de flankerende zones van het repetitief DNA, komen bij alle personen voor. De lengte van het repetitief DNA verschilt bij de drie personen; het wordt bepaald door het aantal kopies dat van de basissequentie voorkomt. Om te wijzen op het feit dat nog andere verschillen kunnen voorkomen tussen het DNA van personen, werd in het centraal gelegen niet-repetitief DNA van verdachte 2 een deletie van vier basenparen aangebracht (zie later).

6 6 Figuur 3. Schematische voorstelling van het te bekomen fragmentenpatroon na behandeling van de DNAmoleculen van het slachtoffer en de verdachten met knipenzym Hae III met herkenningssequentie 5 GGCC 3. 3 CCGG 5 Klassikale uitvoering De leerlingen wordt verteld dat er volgend op wat een vechtpartij lijkt een moord is gebeurd, waarbij op de kleding van het slachtoffer een grote bloedvlek werd aangetroffen die mogelijks van de dader afkomstig is. Ook zijn reeds twee verdachten aangehouden. De bedoeling van het onderzoek is nu aan te tonen of één van beide verdachten inderdaad de dader is. Hiervoor zijn bloedstalen afgenomen van alle betrokken personen met de bedoeling een genetische vingerafdruk te construeren. Ook uit de teruggevonden bloedvlek is DNA geïsoleerd. Vervolgens wordt kort ingegaan op de theoretische achtergrond van de genetische vingerafdruk. Er wordt tevens meegedeeld dat voor de eenvoud van het model geen 46 chromosomen, maar slechts één papieren strook met twee gebieden repetitief DNA wordt gebruikt. Men wijst er echter op dat dit in de werkelijkheid met de techniek van knipenzymen a priori niet mogelijk is, maar dat het probleem daar omzeild wordt door selectieve visualisering achteraf. Op de eigenlijk theorie achter deze visualisering hoeft niet te worden ingegaan.

7 7 Vervolgens wordt kort het verloop van de oefening geschetst. De oefening kan geschieden in groepjes van twee of vier, naargelang de klasgrootte. Aan elk groepje wordt een werkblad met de DNA-monsters van de drie personages bezorgd (kopie van figuur 4). Daarnaast bezorgt de leraar elk groepje een apart DNA-monster afkomstig van de bloedvlek. Figuur 4. Werkblad voor de leerlingen waarop de DNA-fragmenten van het slachtoffer, verdachte 1 en verdachte 2 zijn voorgesteld. De leerlingen gedragen zich in eerste instantie als knipenzym en gaan in de bekomen papieren DNA-strook op zoek naar de herkenningsseqentie van het knipenzym om het DNA op deze plaats door te knippen. Elke leerling kan naargelang de groepsgrootte één of twee DNAmonsters overlopen en knippen. Daarna wordt van elk fragment het aantal basenparen geteld en op het fragment geschreven. Dan leggen de leerlingen van eenzelfde groep voor elk DNAmonster telkens de bekomen fragmenten van groot naar klein zoals dat door scheiding in een agarosegel zou gebeuren. De verschillende DNA-monsters liggen naast elkaar. Een alternatief is de fragmenten op een blad, waarop tevens een lengtereferentie is aangebracht, te laten opkleven. Nu kunnen de leerlingen uitgaande van het bekomen patroon uitmaken van wie de gevonden bloedvlek afkomstig is. Naargelang het type DNA-molecule dat de leraar voor het bekomen DNA van de bloedvlek meegeeft aan een groepje, kan een verschillend besluit getrokken worden, dat ter controle aan de leraar wordt voorgelegd. Zo kan het bloed van het slachtoffer afkomstig blijken te zijn zodat de verdachten op deze basis niet als moordenaar geïdentificeerd kunnen worden.

8 8 Anderzijds is het mogelijk dat het bloed van één der verdachten afkomstig is, zodat deze op basis van zijn genetische vingerafdruk met grote waarschijnlijkheid als moordenaar kan aangeduid worden. De leerlingen kunnen tot slot, in het kader van een eventuele korte klassikale bespreking, de individuele basissequenties van het repetitief DNA zoeken en aanduiden. Klassikale bespreking Indien de leerlingen de basissequenties van repetitief DNA I en II tellen, kunnen ze merken dat de verschillende lengte van vergelijkbare fragmenten tussen de personen te wijten is aan het aantal aanwezige kopies van de basissequentie. Ook valt op dat in repetitief DNA I en II niet dezelfde basissequentie voorkomt. Verder kan door de leerlingen nagegaan worden dat het 15 basenpaar lange fragment van verdachte 2 overeenstemt met het 19 basenparen lange fragment bij personen één en twee, op de afwezigheid van vier basenparen na. Hiermee kan benadrukt worden dat naast mutaties in de repetitieve DNA-fragmenten ook elders mutaties kunnen voorkomen. Wel dient erop gewezen te worden dat deze stappen geen onderdeel meer uitmaken van het eigenlijk gerechtelijk onderzoek, aangezien de onderzoekers geen idee hebben van de onderliggende basenpaaropeenvolging van de bestudeerde fragmenten. De onderzoekers nemen slechts banden in een gel waar. Tot slot valt op dat personen in een bepaald fragment repetitief DNA eenzelfde aantal kopies van de basissequentie kunnen bezitten, waardoor deze fragmenten op basis van hun lengte niet kunnen onderscheiden worden. Zo bezitten verdachten 1 en 2 in repetitief DNA II telkens vier kopies van de basissequentie, zodat deze personen op basis van dit fragment alleen niet zouden te onderscheiden zijn. Daarmee kan het belang benadrukt worden dat meerdere fragmenten repetitief DNA moeten betrokken zijn in het gerechtelijk onderzoek.

Restrictiefragment-lengtepolymorfisme Een didactisch model voor een belangrijke DNA-techniek

Restrictiefragment-lengtepolymorfisme Een didactisch model voor een belangrijke DNA-techniek 1 Restrictiefragment-lengtepolymorfisme Een didactisch model voor een belangrijke DNA-techniek Gebaseerd op het gelijknamige artikel Roels, P., Goethals V., Smets E., & F. De Meuter (1996), Bulletin voor

Nadere informatie

Simulatie van een DNA-vaderschapstest

Simulatie van een DNA-vaderschapstest Simulatie van een DNA-vaderschapstest Concreet voorbeeld (Art. Lode Ramaekers Het belang van Limburg do. 24/01/02) Manu (fictieve naam) wil zekerheid, klaarheid over het biologische vaderschap van het

Nadere informatie

Praktische opdracht ANW DNA bij misdrijven

Praktische opdracht ANW DNA bij misdrijven Praktische opdracht ANW DNA bij misdrijven Praktische-opdracht door een scholier 1587 woorden 21 maart 2007 7,2 10 keer beoordeeld Vak ANW Hoofdstukkenindeling 1. Inleiding 2. DNA 3. Hoe gaat men te werk

Nadere informatie

Hetzelfde DNA in elke cel

Hetzelfde DNA in elke cel EIWITSYNTHESE (H18) Hetzelfde DNA in elke cel 2 Structuur en functie van DNA (1) Genen bestaan uit DNA Genen worden gedragen door chromosomen Chromosomen bestaan uit DNAmoleculen samengepakt met eiwitten

Nadere informatie

Practicum: het maken van een DNA-profiel

Practicum: het maken van een DNA-profiel Practicum: het maken van een DNA-profiel (Met dank aan Jo Bloemen voor zijn basisversie van dit practicum en aan Brigitte Vanacken voor de technische uitwerking) Achtergrondinformatie Met welk genoom wordt

Nadere informatie

2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington

2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington 2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington Erfelijkheid Erfelijk materiaal in de 46 chromosomen De mens heeft in de kern van elke lichaamscel 46 chromosomen: het gaat om 22 paar lichaamsbepalende chromosomen

Nadere informatie

Toevoeging bij hoofdstuk 10 07/05/2012 A. Het maken van een genomische bank

Toevoeging bij hoofdstuk 10 07/05/2012 A. Het maken van een genomische bank Toevoeging bij hoofdstuk 10 07/05/2012 A. Het maken van een genomische bank Wanneer men een gen wil bestuderen dat nog niet beschreven is, zal men dit gen eerst moeten kloneren. Hiertoe maakt men gebruik

Nadere informatie

6,4. Samenvatting door E woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou

6,4. Samenvatting door E woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou Samenvatting door E. 1393 woorden 6 december 2016 6,4 18 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 4: Erfelijkheid 5-HTTPLR gen heeft invloed op de hoeveelheid geluk die je ervaart.

Nadere informatie

We wensen je veel succes met studeren en het halen van jouw tentamens!

We wensen je veel succes met studeren en het halen van jouw tentamens! Voorwoord Beste geneeskundestudent, Voor je ligt de samenvatting van Blok 1.1.1 Deel 2 voor de studie geneeskunde. SlimStuderen.nl heeft de belangrijkste informatie uit alle verplichte literatuur voor

Nadere informatie

DNA-profiling. ir. H.J.T. Janssen Gerechtelijk Laboratorium van het Ministerie van Justitie, Rijswijk

DNA-profiling. ir. H.J.T. Janssen Gerechtelijk Laboratorium van het Ministerie van Justitie, Rijswijk 127 1 DNA-profiling ir. H.J.T. Janssen Gerechtelijk Laboratorium van het Ministerie van Justitie, Rijswijk 1. Inleiding 127 3 2. DNA-eigenschappen 127 3 3. DNA-vermeerderingstechniek (PCR) 127 4 4. Analyse

Nadere informatie

Grootste examentrainer en huiswerkbegeleider van Nederland. Biologie. Trainingsmateriaal. De slimste bijbaan van Nederland! lyceo.

Grootste examentrainer en huiswerkbegeleider van Nederland. Biologie. Trainingsmateriaal. De slimste bijbaan van Nederland! lyceo. Grootste examentrainer en huiswerkbegeleider van Nederland Biologie Trainingsmateriaal De slimste bijbaan van Nederland! lyceo.nl Traininingsmateriaal Biologie Lyceo-trainingsdag 2015 Jij staat op het

Nadere informatie

#VOS-039 versie 2.0. Handleiding Gelelektroforese kennismaking dye kit (VOS-039)

#VOS-039 versie 2.0. Handleiding Gelelektroforese kennismaking dye kit (VOS-039) #VOS-039 versie 2.0 Handleiding Gelelektroforese kennismaking dye kit (VOS-039) Inhoudsopgave 1. Beschrijving experiment... 3 1.1 Inhoud kit:... 3 1.2 Benodigdheden:... 3 2. Achtergrond... 4 2.1 DNA fingerprinting...

Nadere informatie

ANTWOORDEN HOOFDSTUK 6 VAN GEN TOT EIWIT

ANTWOORDEN HOOFDSTUK 6 VAN GEN TOT EIWIT ANTWOORDEN HOOFDSTUK 6 VAN GEN TOT EIWIT ANTWOORDEN 6.5 /TM 6.8 Codering 1.een juiste aanvulling van het schema : nucleotiden in mrna juist nucleotiden in DNA juist 3 kant en 5 kant bij mrna en DNA juist

Nadere informatie

Periode 9 deel 2 DNA TECHNIEKEN

Periode 9 deel 2 DNA TECHNIEKEN Periode 9 deel 2 DNA TECHNIEKEN Lesstof toets 9.2 Biologie voor het MLO zesde druk Hfdst 15.5 DNA technieken Het oude boek (vijfde druk) heeft dit hoofdstuk niet Technieken Biotechnologie Onder biotechnologie

Nadere informatie

H. DNA-vingerafdrukken. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

H. DNA-vingerafdrukken. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteurs Its Academy Laatst gewijzigd Licentie Webadres 08 May 2015 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/40624 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van

Nadere informatie

8,6. Samenvatting door Jasmijn 2032 woorden 9 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie samenvatting hoofdstuk 4 Genetica

8,6. Samenvatting door Jasmijn 2032 woorden 9 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie samenvatting hoofdstuk 4 Genetica Samenvatting door Jasmijn 2032 woorden 9 januari 2018 8,6 5 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie samenvatting hoofdstuk 4 Genetica 2 Fenotype, genotype en epigenetica Erfelijke

Nadere informatie

vwo eiwitsynthese 2010

vwo eiwitsynthese 2010 vwo eiwitsynthese 2010 Aan- en uitzetten van genen Escherichia coli leeft in de dikke darm van onder andere de mens. Deze bacterie heeft vijf structurele genen die coderen voor enzymen die betrokken zijn

Nadere informatie

Handleiding Wie is de dader? Realtime gelektroforese DNA kit (VOS-038)

Handleiding Wie is de dader? Realtime gelektroforese DNA kit (VOS-038) Handleiding Wie is de dader? Realtime gelektroforese DNA kit (VOS-038) #VOS-038 versie 3.2 Inhoudsopgave 1. Beschrijving experiment... 3 1.1 Samenstelling kit... 3 1.2 Benodigdheden... 3 2. Achtergrond...

Nadere informatie

HERKANSINGSTENTAMEN Moleculaire Biologie deel 2, 5 Jan 2007

HERKANSINGSTENTAMEN Moleculaire Biologie deel 2, 5 Jan 2007 HERKANSINGSTENTAMEN Moleculaire Biologie deel 2, 5 Jan 2007 NAAM: STUDENTNUMMER: CONTROLEER OF DIT TENTAMEN 14 PAGINA S BEVAT. Veel succes! o Je mag de achterkant van het papier ook zo nodig gebruiken,

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22970 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Roerink, Sophie Frederique Title: Alternative polymerases in the maintenance of

Nadere informatie

Figuur 1. Representatie van de dubbele helix en de structuren van de verschillende basen.

Figuur 1. Representatie van de dubbele helix en de structuren van de verschillende basen. Het DNA molecuul is verantwoordelijk voor het opslaan van de genetische informatie die gebruikt wordt voor de ontwikkeling en het functioneren van levende organismen. Aangezien het de instructies voor

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten het vakgebied

Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten het vakgebied Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten het vakgebied Met dit proefschrift ga ik promoveren in de biochemie. In dit vakgebied wordt de biologie bestudeerd vanuit chemisch perspectief. Het

Nadere informatie

DNA & eiwitsynthese Oefen- en zelftoetsmodule behorende bij hoofdstuk 16 en 17 van Campbell, 7 e druk December 2008

DNA & eiwitsynthese Oefen- en zelftoetsmodule behorende bij hoofdstuk 16 en 17 van Campbell, 7 e druk December 2008 DNA & eiwitsynthese Oefen- en zelftoetsmodule behorende bij hoofdstuk 16 en 17 van Campbell, 7 e druk December 2008 DNA 1. Hieronder zie je de schematische weergave van een dubbelstrengs DNA-keten. Een

Nadere informatie

Examen Voorbereiding DNA. Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016. 2016 JasperOut.nl. Thema 2 DNA

Examen Voorbereiding DNA. Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016. 2016 JasperOut.nl. Thema 2 DNA Examen Voorbereiding DNA Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 2 DNA Begrippenlijst: Begrip mtdna kerndna Plasmiden Genoom DNA-replicatie DNA-polymerase Eiwitsynthese RNA-molecuul Codon Genregulatie

Nadere informatie

Door recombinatie ontstaat een grote vescheidenheid in genotypen binnen een soort. (genetische

Door recombinatie ontstaat een grote vescheidenheid in genotypen binnen een soort. (genetische Chromosomen bestaan voor een groot deel uit DNA DNA bevat de erfelijke informatie van een organisme. Een gen(ook wel erffactor) is een stukje DNA dat de informatie bevat voor een erfelijke eigenschap(bvb

Nadere informatie

Proteomics. Waarom DNA alleen niet genoeg is

Proteomics. Waarom DNA alleen niet genoeg is Proteomics Waarom DNA alleen niet genoeg is Reinout Raijmakers Netherlands Proteomics Centre Universiteit Utrecht, Biomolecular Mass Spectrometry and Proteomics Group Van DNA naar organisme Eiwitten zijn

Nadere informatie

STEMPEL DE WEG VAN GEN NAAR EIWIT

STEMPEL DE WEG VAN GEN NAAR EIWIT A LIFE TYPEFACE STEMPEL DE WEG VAN GEN NAAR EIWIT De eiwitsynthese is één van de belangrijkste processen die zich in de cel afspelen. Eiwitten staan aan de basis van het functioneren van de cel. Wat een

Nadere informatie

biologie vwo 2017-I Gespierder door gendoping

biologie vwo 2017-I Gespierder door gendoping Gespierder door gendoping Het overdragen van genetisch materiaal naar menselijke cellen voor de behandeling van ziektes bevindt zich nog in een experimenteel stadium. Deze techniek zou ook gebruikt kunnen

Nadere informatie

4,5. Praktische-opdracht door een scholier 1995 woorden 25 juni keer beoordeeld DNA

4,5. Praktische-opdracht door een scholier 1995 woorden 25 juni keer beoordeeld DNA Praktische-opdracht door een scholier 1995 woorden 25 juni 2004 4,5 23 keer beoordeeld Vak ANW DNA Vrijwel iedereen heeft het woord DNA wel eens gehoord of gelezen en de meesten weten dan ook wel te vertellen

Nadere informatie

Erfelijkheid van de ziekte van Huntington

Erfelijkheid van de ziekte van Huntington Erfelijkheid van de ziekte van Huntington In de kern van iedere cel van het menselijk lichaam is uniek erfelijk materiaal opgeslagen. Dit erfelijk materiaal wordt ook wel DNA (Desoxyribonucleïnezuur) genoemd.

Nadere informatie

FORENSISCH DNA-ONDERZOEK VOORBEREIDENDE LES

FORENSISCH DNA-ONDERZOEK VOORBEREIDENDE LES FORENSISCH DNA-ONDERZOEK VOORBEREIDENDE LES Melanie Rosenhart werkt bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Bij het NFI werken wetenschappers die allerlei vragen proberen te beantwoorden die met

Nadere informatie

naar sporen Forensisch expert worden

naar sporen Forensisch expert worden Speuren B naar sporen Forensisch expert worden 3. Vaststellen identiteit Deze les ga je je verdiepen in één specifiek forensisch onderzoeksgebied. Je wordt als het ware zelf een beetje forensisch expert.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 111 Dit proefschrift behandelt de diagnose van epidermolysis bullosa simplex (EBS) op DNA niveau en een eerste aanzet tot het ontwikkelen van gentherapie voor deze ziekte. Een

Nadere informatie

Tentamen Genetica 22-10-2004 Studentnr:

Tentamen Genetica 22-10-2004 Studentnr: CONTROLEER OF DIT TENTAMEN 11 PAGINA S BEVAT. Veel succes! Je mag de achterkant van het papier ook zo nodig gebruiken, maar beantwoord vragen 1-6 niet op blaadjes van vraag 7 en de daarop volgende. 1.

Nadere informatie

te onderscheiden valt van FSHD (FSHD2). Omdat deze patiënten echter meer dan 10 D4Z4 repeats hebben kon eerder de diagnose van FSHD in een DNA test

te onderscheiden valt van FSHD (FSHD2). Omdat deze patiënten echter meer dan 10 D4Z4 repeats hebben kon eerder de diagnose van FSHD in een DNA test SAMENVATTING Facioscapulohumerale spierdystrofie (FSHD) is een erfelijke spierziekte die wordt gekenmerkt door verzwakking van de aangezichtspieren (facio), de spieren rond de schouderbladen (scapulo)

Nadere informatie

4,4. Praktische-opdracht door een scholier 2016 woorden 4 november keer beoordeeld

4,4. Praktische-opdracht door een scholier 2016 woorden 4 november keer beoordeeld Praktische-opdracht door een scholier 2016 woorden 4 november 2005 4,4 5 keer beoordeeld Vak ANW Voorwoord Het leven, wat heeft er allemaal met het leven te maken. Het leven is erg ingewikkeld, een goede

Nadere informatie

DNA & eiwitsynthese Vragen bij COO-programma bij hoofdstuk 11 en 12 Life

DNA & eiwitsynthese Vragen bij COO-programma bij hoofdstuk 11 en 12 Life DNA & eiwitsynthese Vragen bij COO-programma bij hoofdstuk 11 en 12 Life De vragen die voorkomen in het COO-programma DNA & eiwitsynthese zijn op dit formulier weergegeven. Het is de bedoeling dat je,

Nadere informatie

biologie vwo 2015-I Testen op sikkelcelziekte

biologie vwo 2015-I Testen op sikkelcelziekte Testen op sikkelcelziekte Sikkelcelziekte is een aandoening aan de rode bloedcellen. Het gen voor de ziekte erft autosomaal recessief over en berust op een puntmutatie in het β-globinegen. In Nederland

Nadere informatie

TCATTCATTCAT: Short Tandem Repeats

TCATTCATTCAT: Short Tandem Repeats TCATTCATTCAT: Short Tandem Repeats In het practicum Puzzelen met pieken heb je kennis gemaakt met forensisch DNA-onderzoek. In het practicum heb je onder andere gehoord over short tandem repeats (STR s).

Nadere informatie

<A> Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. <B> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine.

<A> Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. <B> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Biologie Vraag 1 Welke uitspraak is correct? Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Cytosine

Nadere informatie

<A> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. <B> Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine.

<A> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. <B> Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine. Biologie Vraag 1 Welke uitspraak is correct? Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine. Thymine

Nadere informatie

Docentenhandleiding Vogelen met DNA

Docentenhandleiding Vogelen met DNA Docentenhandleiding Vogelen met DNA Doelgroep: 4-5 Havo, 4-6 VWO Leerstofgebied: biologie, erfelijkheid, evolutie Werkvorm: digitaal, alleen of groepswerk (max. 3 leerlingen per groep) Duur: 1 á 2 lesuren

Nadere informatie

STEMPEL DE WEG VAN GEN NAAR EIWIT

STEMPEL DE WEG VAN GEN NAAR EIWIT A LIFE TYPEFACE STEMPEL DE WEG VAN GEN NAAR EIWIT De eiwitsynthese is één van de belangrijkste processen die zich in de cel afspelen. Eiwitten staan aan de basis van het functioneren van de cel. Wat een

Nadere informatie

HANDLEIDING VOOR DOCENTEN Versie september 2011

HANDLEIDING VOOR DOCENTEN Versie september 2011 HANDLEIDING VOOR DOCENTEN Versie september 2011 DNAbAND is aanvankelijk ontwikkeld voor 1 e jaars modules moleculaire biologie binnen de unit Life Sciences and Technology, een samenwerking tussen Hogeschool

Nadere informatie

Synthetische biologie in de praktijk. igem TU Eindhoven 2016

Synthetische biologie in de praktijk. igem TU Eindhoven 2016 Synthetische biologie in de praktijk Doelgroep: Vakgebied: Tijdsduur: HAVO/VWO bovenbouw Biologie ± 40 minuten Inleiding Synthetische biologie is het (her)programmeren van een biologisch systeem (cellen

Nadere informatie

Welke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?

Welke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen? Biologie Vraag 1 Celorganellen en levensprocessen bij levende cellen zijn: 1. Ribosomen 2. ATP synthese 5. DNA polymerase 3. Celmembranen 6. Fotosynthese 4. Kernmembraan 7. Mitochondria Welke van de bovenstaande

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/37052 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Vliet, Rudy van Title: DNA expressions : a formal notation for DNA Issue Date:

Nadere informatie

Desoxyribose heeft 5 C-atomen. De fosfaatgroep zit aan het 5e C-atoom en de stikstofbase aan het 1e C-atoom.

Desoxyribose heeft 5 C-atomen. De fosfaatgroep zit aan het 5e C-atoom en de stikstofbase aan het 1e C-atoom. Desoxyribose heeft 5 C-atomen. De fosfaatgroep zit aan het 5e C-atoom en de stikstofbase aan het 1e C-atoom. Afbeelding 2. DNA-nucleotide.1 Bij het aan elkaar koppelen van nucleotiden gaat het 3e C-atoom

Nadere informatie

PRACTICUM BIOLOGIE HET MAKEN VAN EEN DNA-PROFIEL NAAM: KLAS:

PRACTICUM BIOLOGIE HET MAKEN VAN EEN DNA-PROFIEL NAAM: KLAS: NAAM: KLAS: PRACTICUM BIOLOGIE HET MAKEN VAN EEN DNA-PROFIEL Leerlingenhandleiding Prof. Dr. Patrick Reygel Dr. Klaartje Pellens Dr. Hanne Vercampt m.m.v. Jo Bloemen, Brigitte Vanacken 1 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Mitochondriële ziekten

Mitochondriële ziekten Mitochondriële ziekten Erfelijkheid NCMD Het Nijmeegs Centrum voor Mitochondriële Ziekten is een internationaal centrum voor patiëntenzorg, diagnostiek en onderzoek bij mensen met een stoornis in de mitochondriële

Nadere informatie

Het gen van de ziekte van Huntington, twintig jaar verder.

Het gen van de ziekte van Huntington, twintig jaar verder. Wetenschappelijk nieuws over de Ziekte van Huntington. In eenvoudige taal. Geschreven door wetenschappers. Voor de hele ZvH gemeenschap. Kan een nieuwe techniek het genetisch testen van de ZvH drastisch

Nadere informatie

Informatiebrochure. Over DNA-onderzoek. 10 jaar Forensisch DNA-laboratorium UZA

Informatiebrochure. Over DNA-onderzoek. 10 jaar Forensisch DNA-laboratorium UZA Informatiebrochure Over DNA-onderzoek 10 jaar Forensisch DNA-laboratorium UZA 1. DNA in ons lichaam...4 1.1 Erfelijk materiaal...4 1.2 Uniek voor alle wezens...4 1.3 Identiek in alle cellen...4 2. DNA

Nadere informatie

Honden en Katten als Stille Getuigen. Daniëlle Hoogmoed, MSc.

Honden en Katten als Stille Getuigen. Daniëlle Hoogmoed, MSc. Honden en Katten als Stille Getuigen Daniëlle Hoogmoed, MSc. State of Washington versus Kenneth Leuluaialii and George Tuilefano, 1996 Een echtpaar en hun hond dood aangetroffen in de woning. De politie

Nadere informatie

Leerlingenhandleiding

Leerlingenhandleiding Leerlingenhandleiding Afsluitende module TCATTCATTCAT: Short Tandem Repeats Ontwikkeld door het Forensic Genomics Consortium Netherlands (opgeheven in 2013) in samenwerking met Its Academy en de Faculteit

Nadere informatie

OPEN VRAGEN. Genetica en Evolutie (5502GEEV9Y) Biologie en Biomedische Wetenschappen. Deeltoets 2

OPEN VRAGEN. Genetica en Evolutie (5502GEEV9Y) Biologie en Biomedische Wetenschappen. Deeltoets 2 Genetica en Evolutie (5502GEEV9Y) Biologie en Biomedische Wetenschappen Deeltoets 2 OPEN VRAGEN Datum: donderdag 18 december 2014 Tijdstip: 13:00 uur tot 16:00 uur Naam Studentnummer 1 OPEN VRAGEN 35a

Nadere informatie

1. Welk van de onderstaande DNA sequenties zijn mogelijke herkenning-sites voor restrictie-enzymen? c 5' GAATTC 3' c 5' GGGGCCCC 3' c 5' CTGCAG 3' 5'

1. Welk van de onderstaande DNA sequenties zijn mogelijke herkenning-sites voor restrictie-enzymen? c 5' GAATTC 3' c 5' GGGGCCCC 3' c 5' CTGCAG 3' 5' proefexamen 1. Welk van de onderstaande DNA sequenties zijn mogelijke herkenning-sites voor restrictie-enzymen? c 5' GAATTC 3' c 5' GGGGCCCC 3' c 5' CTGCAG 3' 5' CTAAATC 3' 5' GGAACC 3' Restriction Endonucleases

Nadere informatie

Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct?

Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct? Biologie Vraag 1 Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct? ribosoom en synthese van eiwitten kern en fotosynthese mitochondrion en fotosynthese ribosoom

Nadere informatie

Het menselijk genoom. Inleiding Medisch Technische Wetenschappen. Bioinformatica Deel 2. Gevouwen chromosoom. X chromosoom DNA.

Het menselijk genoom. Inleiding Medisch Technische Wetenschappen. Bioinformatica Deel 2. Gevouwen chromosoom. X chromosoom DNA. Het menselijk genoom Het menselijk genoom (DN) bestaat uit: Mega Basenparen (MB),,, C,. Inleiding Medisch echnische Wetenschappen Bioinformatica Deel Michael Egmont-Petersen Het menselijk DN is ingedeeld

Nadere informatie

DNA practicum De modellenwereld van DNA

DNA practicum De modellenwereld van DNA DNA practicum De modellenwereld van DNA Inleiding Alle eigenschappen van een plant, zoals de grootte, de vorm van het blad, en de enzymen die nodig zijn voor de fotosynthese, liggen opgeslagen in het DNA.

Nadere informatie

Afsluitende les. Leerlingenhandleiding. Wat voor eiwit ben jij? (Basis)

Afsluitende les. Leerlingenhandleiding. Wat voor eiwit ben jij? (Basis) Afsluitende les Leerlingenhandleiding Wat voor eiwit ben jij? (Basis) Deel 1 In het DNA ligt het erfelijk materiaal van een organisme in code opgeslagen. Deze code is opgebouwd uit vier nucleotiden: adenosine

Nadere informatie

Werkstuk Biologie DNA

Werkstuk Biologie DNA Werkstuk Biologie DNA Werkstuk door een scholier 3345 woorden 27 mei 2005 6,3 94 keer beoordeeld Vak Biologie Inleiding Ik heb DNA als onderwerp van mijn werkstuk gekozen omdat DNA de basis is van het

Nadere informatie

www. Biologie 2001 Vraag 1 Dit zijn een aantal gegevens over een nucleïnezuur. 1. Het is een enkelvoudige keten. 2. Het bevat als basen: G - A - C - T. 3. Het varieert naargelang de soort cel binnen één

Nadere informatie

Biotechnologie deel II

Biotechnologie deel II Biotechnologie deel II Hand-out bij de tweede oefen- en zelftoetsmodule van Biotechnologie & maatschappij behorende bij hoofdstuk 6, 7, 8 en 11 van Introduction to Biotechnology, Thieman & Palladino, 3

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dikkedarmkanker is na longkanker de meest voorkomende doodsoorzaak ten gevolge van kanker in de westerse wereld. Dikkedarmkanker manifesteert zich na een accumulatie van verscheidene genetische veranderingen.

Nadere informatie

Figuur 1. Foto van de gevonden jas.

Figuur 1. Foto van de gevonden jas. Stille getuigen Introductie In het practicum Puzzelen met pieken heb je kennis gemaakt met verschillende forensische technieken tijdens het oplossen van een overval. In deze les ga je aan de slag met een

Nadere informatie

157 De ontdekking van de natuurlijke aanwezigheid van antisense oligonucleotiden in eukaryote cellen, die de expressie van specifieke eiwitten kunnen reguleren, heeft in de afgelopen tientallen jaren gezorgd

Nadere informatie

Molecular Pathology for Pathologists. Pr P. Pauwels

Molecular Pathology for Pathologists. Pr P. Pauwels Molecular Pathology for Pathologists Pr P. Pauwels NGS moleculair pathologie rapport ontcijferen Nomenclatuur waarin gerapporteerd wordt: EGFR c.2573t>g, p.(leu858arg) Coderende sequentie Eiwit/proteïne

Nadere informatie

Biotechnologie deel I

Biotechnologie deel I Biotechnologie deel I Hand-out bij de eerste oefen- en zelftoetsmodule van Biotechnologie & maatschappij behorende bij hoofdstuk 2,3, 4 en 5 van Introduction to Biotechnology, Thieman & Palladino, 3 e

Nadere informatie

Periode 9 - deel 1 MOLECULAIRE GENETICA

Periode 9 - deel 1 MOLECULAIRE GENETICA Periode 9 - deel 1 MOLECULAIRE GENETICA Lesstof PW9 Toets 9.1 Boek: Biologie voor het MLO (zesde druk) Hoofdstuk 5 Biomoleculen blz. 89 t/m 106 Hoofdstuk 11 Klassieke genetica blz. 224 t/m 227 Hoofdstuk

Nadere informatie

BIOLOGIE MOLECULAIRE GENETICA EIWITSYNTHESE VWO KLASSE 6

BIOLOGIE MOLECULAIRE GENETICA EIWITSYNTHESE VWO KLASSE 6 BIOLOGIE MOLECULAIRE GENETICA EIWITSYNTHESE VWO KLASSE 6 Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Lelydorp [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA Docent: A. Sewsahai DOELSTELLINGEN:

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: Erfelijke informatie in de cel 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: Erfelijke informatie in de cel 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: Erfelijke informatie in de cel 6/29/2013 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) en studenten van forum

Nadere informatie

Concept cartoons zijn meerkeuzevragen in de vorm van een dialoog met plaatje. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit:

Concept cartoons zijn meerkeuzevragen in de vorm van een dialoog met plaatje. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit: Concept cartoons Concept cartoons zijn meerkeuzevragen in de vorm van een dialoog met plaatje. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit: Over de dialoog De uitspraken die de figuren doen, zijn gebaseerd op wetenschappelijk

Nadere informatie

Neanderthaler Genoom PROBUS 25 november 2015. Presentatie van Allan R. de Monchy

Neanderthaler Genoom PROBUS 25 november 2015. Presentatie van Allan R. de Monchy Neanderthaler Genoom PROBUS 25 november 2015 Presentatie van Allan R. de Monchy Onze Erfelijkheid; Genetische en cel kennis opfrissen. Als we in de eerste plaats kijken naar de mens dan bestaan wij uit

Nadere informatie

Voortplanting en celdeling

Voortplanting en celdeling Voortplanting en celdeling Inleiding Kenmerkend voor de levende natuur is het streven om de soort in stand te houden. Voor de groene plant als groep komt daar nog bij het vastleggen en beschikbaar maken

Nadere informatie

Docentenhandleiding 2x15 Daderprofiel DNA kit

Docentenhandleiding 2x15 Daderprofiel DNA kit Docentenhandleiding 2x15 Daderprofiel DNA kit #VOS-038 versie 2.1 Inhoud kit: 2 x 15 DNA profielen 2 x Dader profiel 2 x 1 ml loading dye (kleurloze vloeistof) 3 g agarose 400 µl blauwe gel dye (1000x)

Nadere informatie

Docentenhandleiding DNA-model van flessen en blikjes

Docentenhandleiding DNA-model van flessen en blikjes Docentenhandleiding DNA-model van flessen en blikjes Dionisios Karounias, Evanthia Papanikolaou and Athanasios Psarreas, uit Griekenland, beschrijven hun vernieuwende model van de dubbele DNA-helix gemaakt

Nadere informatie

Basisstof 7 Genetische variatie

Basisstof 7 Genetische variatie Afbeelding 33. RNA-interferentie.1 RNA bevat 2 complementaire sequenties die aan elkaar plakken, zodat er een haarspeld structuur ontstaat (1 van afbeelding 33). Het enzym Dicer knipt het dubbele RNA in

Nadere informatie

Vier verdeelproblemen

Vier verdeelproblemen Vier verdeelproblemen Groep 6 Leerstofaspecten Gebruik van een breuk als deel van een aantal Benodigdheden Voor elk groepje een exemplaar van de Werkbladen 12a, b en c Losse grote vellen papier voor elke

Nadere informatie

TENTAMEN BIOCHEMIE (8S135) Prof. Dr. Ir. L. Brunsveld :00 17:00 (totaal 100 punten) 6 opgaven in totaal (aangegeven tijd is indicatie)

TENTAMEN BIOCHEMIE (8S135) Prof. Dr. Ir. L. Brunsveld :00 17:00 (totaal 100 punten) 6 opgaven in totaal (aangegeven tijd is indicatie) TENTAMEN BIOCHEMIE (8S135) Prof. Dr. Ir. L. Brunsveld 25-01-2010 14:00 17:00 (totaal 100 punten) 6 opgaven in totaal (aangegeven tijd is indicatie) 1 (~30 minuten; 20 punten) Onderstaand is een stukje

Nadere informatie

And now for something completely different!

And now for something completely different! And now for something completely different! Of toch niet? Erik Poll Digital Security Radboud University Nijmegen 1. Wat is dit? 2. Wat kun je ermee? DNA, dubbele spiraal met basenparen van Adenine Thymine

Nadere informatie

Van mutatie naar ziekte

Van mutatie naar ziekte Wetenschappelijk nieuws over de Ziekte van Huntington. In eenvoudige taal. Geschreven door wetenschappers. Voor de hele ZvH gemeenschap. Een nieuw antilichaam onthult toxische delen van het huntingtine

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Samenvatting De mogelijkheid om genen op een specifieke wijze te reguleren creëert diverse manieren om genfunctie te kunnen bestuderen of moduleren. Artificiële transcriptiefactoren

Nadere informatie

Tabel 1. Moleculaire onderdelen van DNA en de corresponderende materialen voor het model.

Tabel 1. Moleculaire onderdelen van DNA en de corresponderende materialen voor het model. Model van DNA met blikjes en flesjes Doel Je gaat een driedimensionaal model van DNA bouwen uit blikjes en flesjes. Om dat goed te kunnen doen moet je weten hoe DNA opgebouwd is. Gebruik daarbij je leerboek

Nadere informatie

6,7. Praktische-opdracht door een scholier 2601 woorden 3 oktober keer beoordeeld. Inleiding.

6,7. Praktische-opdracht door een scholier 2601 woorden 3 oktober keer beoordeeld. Inleiding. Praktische-opdracht door een scholier 2601 woorden 3 oktober 2001 6,7 127 keer beoordeeld Vak ANW Inleiding. Dit werkstuk gaat, zoals u al gezien heeft, over DNA. Er wordt altijd veel over gesproken en

Nadere informatie

Genetische Selectie. Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar. Sabine Spiltijns

Genetische Selectie. Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar. Sabine Spiltijns Genetische Selectie Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar Sabine Spiltijns 2010-2011 0 We kunnen aan de hand van een genetische selectie ongeveer voorspellen hoe de puppy s van onze hondjes er gaan uitzien.

Nadere informatie

DNA, RNA en eiwitten: rules and regulations

DNA, RNA en eiwitten: rules and regulations DA, RA en eiwitten: rules and regulations met een uitgebreide toelichting VW, scheikunde Marnix College Ede DA, RA en eiwitten: rules and regulations G..F. urenkamp, 2007 SAMEVATTIG AFSPRAKE DA, RA, AMIZURE

Nadere informatie

Stamtyperingen Dr. Thierry De Baere

Stamtyperingen Dr. Thierry De Baere H.-Hartziekenhuis Roeselare - Menen vzw Wilgenstraat 2-8800 Roeselare Stamtyperingen Dr. Thierry De Baere Bacteriële stam-typering : wat? = opsporen van verschillen op stam-niveau tussen verschillende

Nadere informatie

Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit

Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit #VOS-038A versie 2.0 Inhoud kit: 6 x 5 DNA profielen 6 x Dader profiel 6 x 200µl loading dye (kleurloze vloeistof) 4 g agarose 400µl gel dye (1000x) 100ml elektroforese

Nadere informatie

DNA-amplificatie en de analyse van gendefecten

DNA-amplificatie en de analyse van gendefecten Ned Tijdschr Klin Chem 1995; 20: 276-281 Overzichten DNA-amplificatie en de analyse van gendefecten J. A. LENSTRA We geven een kort overzicht van de technieken waarmee DNA kan worden onderzocht. De uitvinding

Nadere informatie

GENEXPRESSIE VOORBEREIDENDE LES

GENEXPRESSIE VOORBEREIDENDE LES GENEXPRESSIE VOORBEREIDENDE LES Alle organismen op aarde zijn opgebouwd uit cellen. Ook jouw eigen lichaam bestaat uit cellen. Die cellen zien er niet allemaal hetzelfde uit. Zo is een huidcel heel compact,

Nadere informatie

Moleculaire biologische technieken

Moleculaire biologische technieken Moleculaire biologische technieken Hand-out Juli 2010 In deze hand-out de meeste teksten. Van de (eigen) animaties zijn enkele belangrijke frames weergegeven. Als je de links wilt weten moet je de module

Nadere informatie

Samenvatting Biologie B2

Samenvatting Biologie B2 Samenvatting Biologie B2 Samenvatting door Jacco 2000 woorden 22 mei 2018 10 1 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou 1. Wat kun je doen met DNA DNA bevat eigenschappen over een organisme.

Nadere informatie

Agarosegelelektroforesebandenpatroon...

Agarosegelelektroforesebandenpatroon... Agarosegelelektroforesebandenpatroon... voorspelbaar of blijvend myserie? Kimm Henricks & Irene Lok Profielwerkstuk scheikunde 6 VWO Natuur & Gezondheid Montessori Lyceum Herman Jordan Dit werkstuk had

Nadere informatie

2 Leg uit hoe de verschillende subtypes van Chlamydia trachomatis zijn ontstaan. Beschrijf de rol van antibioticagebruik hierin.

2 Leg uit hoe de verschillende subtypes van Chlamydia trachomatis zijn ontstaan. Beschrijf de rol van antibioticagebruik hierin. Examentrainer Vragen Nieuwe DNA-test voor chlamydia Chlamydia is de meest voorkomende seksueel overdraagbare aandoening (soa) en kan onder meer leiden tot onvruchtbaarheid. In Nederland worden jaarlijks

Nadere informatie

Praktische opdracht ANW Biochemie

Praktische opdracht ANW Biochemie Praktische opdracht ANW Biochemie Praktische-opdracht door een scholier 1682 woorden 24 juni 2005 3,4 8 keer beoordeeld Vak ANW De biochemie onderzoekt de samenstelling en samenwerking van chemische verbindingen,

Nadere informatie

Van mens tot Cel oefenvragen 1. De celdeling bestaat uit verschillende fasen. Hoe heten de G1, S en de G2 fase samen?

Van mens tot Cel oefenvragen 1. De celdeling bestaat uit verschillende fasen. Hoe heten de G1, S en de G2 fase samen? Van mens tot Cel oefenvragen 1. De celdeling bestaat uit verschillende fasen. Hoe heten de G1, S en de G2 fase samen? A: interfase B: profase C: anafase D: cytokinese 2. Een SNP (single nucleotide polymorphism)

Nadere informatie