Onderwerp: Vaststellen van het bedrijfspan Regionale Uitvoeringsdienst Groningen.

Transcriptie

1 Raadsvergadering 25 februari 2013 Nr.: 8 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen van het bedrijfspan Regionale Uitvoeringsdienst Groningen. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Het bedrijfsplan Regionale Uitvoeringsdienst Groningen. Voorstel: Voorgesteld wordt om toestemming te verlenen aan het college van burgemeester en wethouders tot het treffen van de gemeenschappelijke regeling RUD Groningen en in te stemmen met het Bedrijfsplan 2013 RUD Groningen. In tegenstelling tot dit plan brengen de DEAL-gemeenten 2,9 fte in (waar in het Bedrijfsplan spraken was van 3,2 fte) en zal nog overleg plaatshebben over de werkprocessen op het snijvlak van de RUD Groningen en de DEAL-gemeenten. Toelichting: Inleiding: Na een lang en moeizaam proces ligt nu het Bedrijfsplan Regionale Uitvoeringsdienst Groningen (RUD) ter besluitvorming voor. De landelijke streefdatum voor de inwerkingtreding van de RUD is bepaald op 1 januari Voor de RUD Groningen is die datum in operationele zin niet haalbaar: dat wordt 1 juli 2013, mogelijk nog een paar maanden later. De volgende besluitvormingsplanning is voor de Groninger gemeenten en provincie van belang: Uiterlijk 18 september 2012 moet er een voorgenomen besluit door de colleges zijn genomen. Direct hierna moet het voorgenomen besluit voor advies worden voorgelegd aan de ondernemingsraden, in ons geval aan de DEAL-OR. Voor 1 maart 2013 moeten de gemeenteraden besluiten tot het aangaan van de Gemeenschappelijke Regeling RUD-Groningen en instemmen met de Begroting 2013 van de RUD-Groningen. In onderhavig advies wordt achtereenvolgens stilgestaan bij de volgende onderwerpen: Het waarom van de instelling van Regionale Uitvoeringsdiensten. De landelijke uitgangspunten: de zogeheten package deal Stellingname DEAL-gemeenten tijdens het wordingsproces van de RUD Groningen. Het Bedrijfsplan RUD Groningen (inclusief bijlagen). De Gemeenschappelijke regeling RUD Groningen. Gevolgen vorming RUD Groningen voor de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten en laten de gemeentelijke organisaties. Kwaliteitsaspecten. Betrokkenheid DEAL-gemeenten bij het wordingsproces RUD Groningen.

2 Personele aspecten. Financiële aspecten. Communicatie. Advies/voorstel. Het waarom van de instelling van Regionale Uitvoeringsdiensten Overal in Nederland werd de afgelopen jaren en wordt nog steeds discussie gevoerd over samenwerking op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving in zogenoemde Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD's). Deze discussie is ingegeven door het rapport van de Commissie Mans van juli 2008, waarin is geconstateerd, dat de toenmalige manier van werken op het gebied van milieuhandhaving aanleiding geeft tot een aantal knelpunten: Kwaliteit van de handhaving: niet altijd en overal is voldoende menskracht en deskundigheid beschikbaar. Dienstverlening naar burger en bedrijfsleven: er bestaan grote, onrechtvaardige verschillen in de handhavingaanpak naar burgers en bedrijven. Efficiency en effectiviteit van de handhaving: er is sprake van inefficiënte of onmogelijke aanpak voor 'jurisdictie'- overschrijdende milieuproblemen en zware milieucriminaliteit. De oplossing voor genoemde knelpunten wordt gezien in versterking van de samenwerking tussen de verschillende betrokken overheidsinstanties. De landelijke uitgangspunten: de package deal. Het ministerie van VROM, het IPO en de VNG hebben gezamenlijk de randvoorwaarden bepaald voor de organisatie, het basistakenpakket voor de RUD en de kwaliteitscriteria (package deal). Afgesproken is dat de kwaliteitscriteria gehanteerd worden als een diagnose-instrument (referentiekader). Organisatie: afgesproken is dat de RUD s worden georganiseerd op de schaal van de veiligheidsregio s. In de provincie Groningen valt de RUD samen met de provinciegrens. Basistakenpakket milieu: afgesproken is dat er een aantal taken moet worden uitgevoerd door de RUD; het basistakenpakket. Het betreft vooral de vergunningverlening en toezicht op de (milieu)vergunningplichtige bedrijven, het toezicht op complexe bedrijven en het ketentoezicht (zie bijlage 5) Kwaliteitscriteria: voor de uitvoering van de Wabo-taken dienen uitvoeringsorganisaties te voldoen aan landelijk opgestelde kwaliteitscriteria. Het betreft hier zowel kwantitatieve als kwalitatieve criteria (inclusief output- en outcomecriteria). In het project Vorming RUD Groningen zijn de zogeheten output- en outcomecriteria nog buiten beschouwing gebleven. Inmiddels worden deze criteria steeds belangrijker gevonden en zullen binnenkort een landelijke status krijgen. Stellingname DEAL-bestuurders tijdens het wordingsproces van de RUD Groningen. Gedurende het proces hebben de bestuurders van de DEAL-gemeenten steeds aangedrongen op het behoud en zo mogelijk een versterkte positie van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten. Redenen die hiervoor zijn aangedragen zijn o.a.: De Werkorganisatie is opgericht omdat de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) een integrale uitvoering van zowel vergunningverlening als toezicht en handhaving nastreeft. De RUD-discussie leidt tot ontvlechting van milieutaken uit de Wabo. De Werkorganisatie kan voldoen aan de kwaliteitscriteria. De Werkorganisatie DEAL-gemeenten is al een gemeenschappelijke regeling. Aangezien een groot deel van het werkaanbod in het Eemsdeltagebied ligt (bedrijven in Delfzijl en Eemshaven) is een vestiging in dat gebied gerechtvaardigd. De schaal van de Werkorganisatie is robuust. Er zijn voldoende contacten mogelijk tussen gemeente (andere diensten binnen gemeenten en bestuur) en de schaal garandeert voldoende sensibiliteit voor de gemeente, bedrijven en bevolking (omgevingsbewust). De DEAL-gemeenten hebben het proces om te komen tot een robuuste organisatie al doorlopen en de daarmee gepaard gaande kosten inmiddels gemaakt. 2

3 De DEAL-gemeenten vinden het belangrijk om als krimpgebied de werkgelegenheid te behouden en om direct betrokken te zijn bij de vele ontwikkelingen die in het gebied plaats hebben. Hierop wordt gelet op de gezamenlijke inzet met bijvoorbeeld de provincie Groningen om de krimpproblematiek om te buigen in kansen om de economie te versterken juist nu ook de inzet van onze bestuurlijke partners als de provincie verwacht. Aan het begin van het traject is ingezet op het realiseren van een zelfstandige RUD in het Eemsdeltagebied. Hiervoor was binnen de provincie Groningen geen overeenstemming te krijgen (ook al vanwege de eis op basis van de package deal dat de RUD moet worden georganiseerd op het niveau van de veiligheidsregio). Tijdens bestuurlijk overleg op 18 juli 2011 is door de gemeenten Groningen en de DEALgemeenten de variant ingebracht van een lichte gemeenschappelijke regeling met twee zelfstandige uitvoeringsorganisaties. Deze beide uitvoeringsorganisaties zouden dan bestaan uit de gemeente Groningen en de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten. Ook deze variant heeft niet voldoende draagvlak gegenereerd. Nadat hierover duidelijkheid was ontstaan is vanuit de DEAL-gemeenten ingezet op de optie om alleen de taken in te brengen, die gerekend worden tot het basistakenpakket van de RUD. Die optie is verplicht als gevolg van de package deal, dus daar valt niet aan te ontkomen. Tegelijkertijd hebben de bestuurders ingezet op het versterken van de Werkorganisatie (overige milieutaken en overige vergunningen die tot de Wabo behoren, inclusief APV en Bijzondere Wetten en Drank- en horeca). Mogelijkheden die in discussie zijn gebracht zijn het onderbrengen van een RUD-vestiging in het Eemsdeltagebied en het opdragen aan de Werkorganisatie van VTH-zaken op het terrein van bouwen vanuit de centrale RUD. Ook op deze alternatieven kon geen overeenstemming op provinciaal niveau worden bereikt, noch wilde of kon de provincie garanties in die richtingen verstrekken (ook uit angst dat andere regio s dan hetzelfde zouden willen). Resultaat van al deze inspanningen is wat in het Bedrijfsplan RUD Groningen staat verwoord en dat is dat de DEAL-gemeenten uitsluitend de zogeheten basistaken conform de package deal (zie bijlage 5) zullen inbrengen en dat de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten de overige Wabotaken alsook de taken op het terrein van APV, Bijzondere wetten en Drank- en horecawet blijft vervullen ten behoeve van de DEAL-gemeenten. In het volgend hoofdstuk Bedrijfsplan RUD Groningen zal hier nader op worden ingegaan. Het Bedrijfsplan RUD Groningen (zie bijlagen 1 en 2). Het voorliggende Bedrijfsplan is na veel en intensief overleg tot stand gekomen. Op onderdelen van het Bedrijfsplan wordt hierna ingegaan (de Gemeenschappelijke regeling en de financiële aspecten). Over het Bedrijfsplan is zoals aangegeven wel veel overlegd, maar ten aanzien van veel fundamentele aspecten is die discussie nog niet fundamenteel geweest. Voornamelijk wordt dan gedoeld op de in de bijlagen van het Bedrijfsplan opgenomen hoofdstukken 6 (afstemming front- en backoffices), 8 (uitwerking verbinding beleid en uitvoering) en alle daaraan gekoppelde werkprocessen. Vanuit het project RUD Groningen is aangegeven, dat op deze onderdelen nadere afspraken per gemeente/samenwerkingsverband moeten worden gemaakt. Tegen die achtergrond is een voorbehoud op deze onderdelen op zijn plaats. De RUD Groningen heeft als ambitie en missie de volgende passage in het Bedrijfsplan opgenomen: De RUD werkt samen met de deelnemers en haar omgeving op een efficiënte en effectieve manier aan kwaliteit. Zij levert hoge kwaliteit van dienstverlening aan gemeenten en provincie waarbij ruimte is voor maatwerk. De RUD voert VTH-taken uit op het gebied van de fysieke leefomgeving, in opdracht van de gemeenten en de provincie. Als BRZO- RUD stuurt en coördineert zij de BRZO-taken in Noord-Nederland. Meermalen is namens de DEAL-gemeenten ingebracht, dat deze ambitie en missie niet aansluiten bij de redenen die tot de instelling van de RUD s hebben geleid. De opgenomen teksten passen bij 3

4 een uitvoeringsorganisatie als de Werkorganisatie DEAL-gemeenten, maar niet bij een organisatie die het antwoord moet zijn op problemen die zich in Enschede, Volendam en Maastricht hebben voorgedaan. Hiermee doet de RUD Groningen zich tekort en kan op dit moment niet worden getoetst of de RUD Groningen kan voldoen aan de doelstellingen die aan haar ontstaan ten grondslag hebben gelegen. Dit is een punt van aandacht voor de toekomst, geen aanleiding om het Bedrijfsplan een onvoldoende te geven. Op één onderdeel verschillen de inzichten van de DEAL-gemeenten wel nadrukkelijk met de inhoud van het Bedrijfsplan. Waar de DEAL-gemeenten overigens net als diverse andere gemeenten - uitsluitend de taken inbrengen die behoren tot het zogeheten basistakenpakket is in het Bedrijfsplan ten onrechte uitgegaan van een formatie-inbreng van 3,2 fte. In bijlage 6 (Uitwerking inbreng formatie van de DEAL-gemeenten op basis van het basistakenpakket) is uitgewerkt en berekend, dat deze formatie moet worden bepaald op 2,9 fte. In de package deal is bepaald dat alle (milieu)vergunningplichtige bedrijven worden ingebracht in de RUD. Bedrijven vallen voor het milieudeel of onder het zogeheten activiteitenbesluit of onder het landbouwbesluit of zijn vergunningplichtig. Het streven van de Rijksoverheid is zoveel mogelijk bedrijven onder het activiteitenbesluit te brengen. Daarom wordt het activiteitenbesluit periodiek gewijzigd. Per (3 e tranche) heeft er opnieuw een grote wijziging plaats waarbij het landbouwbesluit onder het activiteitenbesluit wordt gebracht. Gevolg is dat per die datum het aantal vergunningplichtige bedrijven vrijwel halveert. Per 1 juli 2014 zal de 4 e tranche (2 e fase) van het activiteitenbesluit ingevoerd worden. Dit heeft voor ons niet zoveel gevolgen meer en zal slechts om een beperkt aantal bedrijven gaan (het gaat vooral om ziekenhuizen en laboratoria). Het verloop van het aantal vergunningplichtige bedrijven per gemeente ziet er als volgt uit: Gemeente 2011 Juli 2012 a.g.v. activiteitenbesluit Januari 2013 t.g.v. 3 e tranche activiteitenbesluit Delfzijl Eemsmond Appingedam Loppersum Totaal De RUD Groningen wordt op 1 juli 2013 operationeel. Waar de RUD-berekening van de formatie is afgestemd op de vergunningplichtige bedrijven 2011 moet naar de mening van de DEALgemeenten worden uitgegaan van de vergunningplichtige bedrijven per 1 januari Je gaat immers geen formatie (en de daarbij betrokken medewerkers) overbrengen naar de RUD Groningen als het bijbehorend werk is komen te vervallen. Zoals uit de genoemde bijlage blijkt zal niet een formatie van 3,2 maar van 2,9 fte aan de RUD Groningen moeten worden overgedragen. Deze 2,9 fte is als volgt verdeeld over de huidige teams van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten: Vergunningverlening Toezicht Specialismen 0,75 fte 1,90 fte 0,20 fte Met gebruikmaking van het inmiddels vastgestelde Sociaal Statuut zullen medewerkers moeten worden aangewezen die hun werk naar de RUD te volgen. Dat komt in een later stadium aan de orde (uiterlijk 1 maart 2013). Als gevolg van de gewijzigde formatie-inbreng wijzigt ook de financiële bijdrage, die door de RUD Groningen aan de DEAL-gemeenten worden doorberekend. In de paragraaf Financiële aspecten wordt in ons voorstel dan ook uitgegaan van de formatie-inbreng van 2,9 fte. Het Bedrijfsplan RUD Groningen levert op basis van het voorgaande twee kanttekeningen op, die in de besluitvorming moeten worden betrokken, te weten: 4

5 1. Nader overleg is nog nodig over de afstemming front- en backoffices (hoofdstuk 6 van de bijlagen bij het Bedrijfsplan) en over de uitwerking van de verbinding tussen beleid en uitvoering (hoofdstuk 8 van de bijlagen bij het Bedrijfsplan) alsmede over alle daaraan gekoppelde werkprocessen. 2. De in te brengen formatie wordt in tegenstelling tot wat in het Bedrijfsplan vermeld staat, bepaald op 2,9 fte. De Gemeenschappelijke regeling RUD Groningen (bijlage 3). In de 'intentieverklaring takenpakket en organisatievorm RUD Groningen' (toegevoegd als bijlage 4), zoals op 16 december 2011 ondertekend, is afgesproken dat de RUD een nieuwe organisatie wordt met als juridische vorm een openbaar lichaam volgens de Wet gemeenschappelijke regelingen. De onderhavige gemeenschappelijke regeling Regionale Uitvoeringsdienst Groningen (verder: de GR) geeft uitvoering aan deze intentieovereenkomst. De GR is qua voorwaarden en verplichtingen zo beperkt mogelijk gehouden. De uitwerking ervan zal via verschillende dienstverleningsovereenkomsten plaatshebben. Hiermee wordt beoogd de besturing van de RUD puur zakelijk en flexibel te houden, zonder grote bestuurlijke lastendruk. Van de andere kant is de GR wel robuust van opzet en kunnen deelnemers niet eenvoudig uitstappen. Dit om de kwaliteit van de vergunningverlening, toezicht en handhaving in gemeenschappelijkheid duurzaam te borgen. De gemeentebesturen en het provinciebestuur zijn en blijven bevoegd gezag voor de uitvoering van de Et-teken. Taken worden uitgevoerd op basis van mandaatverlening door de afzonderlijke deelnemers. De DEAL-gemeenten beleggen alleen de basistaken bij de RUD. Daarnaast is een aantal gemeenten voornemens om alle milieutaken inzake vergunningverlening, toezicht en handhaving dan wel alle WABO-taken in te brengen, onder de voorwaarde dat de inbreng ervan niet mag leiden tot kostenverhoging voor de deelnemers die alleen basistaken inbrengen. Omdat het Rijk de RUD Groningen heeft aangewezen als Regionale Uitvoerings-dienst Besluit Risico's Zware Ongevallen (BRZO-RUD) voor Groningen, Friesland en Drenthe, worden de coördinatie en de uitvoering van de VTH-taken voor chemiebedrijven ook in deze GR geregeld. Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door leden van de colleges van burgemeester en wethouders en van gedeputeerde staten. Iedere deelnemer levert één lid voor het Algemeen Bestuur, zodat het Algemeen Bestuur uit 24 leden bestaat. Ieder lid van het Algemeen Bestuur heeft in de vergadering één stem. Het Dagelijks Bestuur bestaat uit minimaal drie leden en maximaal zeven. De provincie levert de voorzitter van zowel het Algemeen Bestuur als van het Dagelijks Bestuur. Daarmee is in de stuurgroep ingestemd (de DEAL-gemeenten hebben vraagtekens gezet bij het vastleggen in de GR wie de voorzitter levert - hetgeen ongebruikelijk is en dat dit de provincie is; DEAL stond hierin echter alleen); bedacht moet worden, dat de provincie nu de voorzitter van het bestuur van de RUD levert en tevens optreedt als toezichthouder op de gemeenten en de RUD. Feitelijk zijn dit onverenigbare functies. Aan het hoofd van de RUD staat een directeur. De gemeenschappelijke regeling wordt aangegaan door de colleges van de deelnemende gemeenten en door gedeputeerde staten. Het college heeft toestemming nodig van de gemeenteraad om de GR te treffen (art. 1, lid 2 van de Wet gemeenschappelijke regelingen). De raad kan de toestemming slechts onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Kwaliteitsaspecten Vanuit het projectbureau RUD Groningen is het initiatief genomen tot het doen uitvoeren van een zogeheten 0-meting kwaliteit. Bij alle Groninger gemeenten en de provincie zal deze meting worden uitgevoerd. In beeld zal worden gebracht hoe de kwaliteit van vergunningverlening, toezicht en handhaving is bij de gemeenten/ provincie voordat de taken aan de RUD worden overgedragen. De geldende kwaliteitscriteria zullen hierbij als toetsingskader dienen. Nog erg onduidelijk is waarop de meting zich precies zal richten en voor wie de uitkomsten bestemd zijn en wat er gebeurt als gemeenten hun kwaliteit niet op het vereiste niveau hebben. In de tot nu toe verschenen conceptstukken staat, dat in het laatste geval contact met de betreffende gemeente/de provincie zal worden gezocht om een oplossing te zoeken voor de constateringen. In het proces tot nu toe hebben uw vertegenwoordigers in projectgroep, MT-groep en stuurgroep steeds aangegeven, dat het kwaliteitsonderzoek zich uitsluitend zal kunnen richten op de taken die 5

6 aan de RUD worden overgedragen (Basistakenpakket). Daarnaast is aangegeven, dat de uitkomsten van het onderzoek niet mogen leiden tot verhoging van kosten voor de RUD als geheel, maar dat de eventuele extra kosten worden gedragen door de gemeente waar de tekortkomingen zich voordoen. Dit onderzoek is op dit moment nog gaande. In de vervolggesprekken over dit onderwerp binnen het RUD-project zal deze benadering uitgangspunt zijn voor uw vertegenwoordigers (Joldersma, Mulder, Beverloo en Joostens). Gevolgen vorming RUD Groningen voor de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten en de latende gemeentelijke organisaties. Zoals eerder aangegeven is er over de bijlagen bij het Bedrijfsplan nauwelijks overleg geweest. Met name ten aanzien van de knip tussen beleid en uitvoering, de rol van de KCC s en de positie in de werkprocessen van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten zijn wel gedachten binnen het RUDproces ontwikkeld, maar dat heeft nog niet tot resultaten geleid. Toegezegd is, dat hierover zo spoedig mogelijk overleg wordt opgestart. Tegen die achtergrond zijn de gevolgen voor de latende organisaties nog niet goed weer te geven. Waarover in het Bedrijfsplan nog niet gesproken wordt maar wel in onze DEAL-organisatie aan de orde moet zijn is de invulling van het opdrachtgeverschap in de richting van de RUD Groningen. De keuze kan gemaakt worden de opdrachtfunctie bij de individuele gemeenten te laten of deze gemandateerd vanuit de gemeenten door de Werkorganisatie DEAL-gemeenten te laten invullen. Uit praktische overwegingen lijkt het verstandig de opdrachtgeverrol naar de RUD neer te leggen bij de Werkorganisatie DEAL-gemeenten waardoor er geen vier lijnen maar slechts één vanuit DEAL naar de RUD lopen. De inhoudelijke expertise is binnen de Werkorganisatie voorhanden en er is binnen deze organisatie ervaring opgebouwd met de rolverhouding opdrachtgever/ opdrachtnemer. De gemeenten blijven als mandaatgever en opdrachtgever naar de Werkorganisatie eindverantwoordelijk. Wij hebben afgesproken pas tot besluitvorming op dit onderdeel te komen als de werkprocessen tussen onze gemeenten en de RUD Groningen zijn uitgewerkt. Bij de uitwerking van de werkprocessen zal deze invalshoek worden gevolgd, waarbij rekening zal worden gehouden met de verschillen die er nu al binnen de relatie DEAL-gemeenten/Werkorganisatie DEAL-gemeenten bestaan. Zodra de uitwerking van de werkprocessen gereed is zal deze ter goedkeuring worden voorgelegd aan de DEAL-colleges van burgemeester en wethouders. Betrokkenheid DEAL-gemeenten bij het wordingsproces RUD Groningen De DEAL-gemeenten zijn nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van het Bedrijfsplan. Namens de DEAL-gemeenten heeft W. Joldersma zitting gehad in de projectgroep RUD Groningen en vanuit die hoedanigheid meegewerkt aan het voorliggende eindresultaat. Namens de directies van gemeenten en de Werkorganisatie DEAL-gemeenten hebben de heren H.B.J. Mulder (gemeentesecretaris van Appingedam) en J.Th. Beverloo (directeur a.i. van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten) in het proces geparticipeerd, laatstelijk als lid van de MT-groep RUD Groningen, waarin een afvaardiging per regio binnen de provincie Groningen was opgenomen voor dit proces. Op bestuurlijk niveau hebben aanvankelijk de portefeuillehouders van de DEAL-gemeenten actief aan het proces deelgenomen. Met name waren dat de wethouders M. Joostens en M. Kaptan (gemeente Delfzijl), A. Usmany-Dallinga (gemeente Appingedam), P. Prins (gemeente Loppersum) en J. Dobma (gemeente Eemsmond). Zij hebben allen op 16 december 2011 tijdens een Derde Bestuursconferentie de Intentieverklaring takenpakket en organisatievorm RUD Groningen namens de vier colleges van burgemeester en wethouders ondertekend (zie bijlage 4 bij dit voorstel). De kern van deze verklaring betreft de volgende aspecten: Partijen delen de visie dat de kwaliteit van de uitvoering van de milieutaken kan worden verbeterd door de vorming van een RUD. Er is in de provincie Groningen sprake van één robuuste RUD, die congruent is met de veiligheidsregio. Partijen zijn voornemens de zogeheten basistaken in de RUD te beleggen. Partijen zijn vrij om ook andere Wabo-taken dan de basistaken in te brengen in de RUD. 6

7 In de periode van 1 januari 2012 tot heden is in een projectstructuur gewerkt. Wethouder M. Kaptan (later wethouder M. Joostens) maakte namens de DEAL-gemeenten deel uit van de stuurgroep RUD Groningen. Regelmatig zijn er ter voorbereiding op in de stuurgroep in te nemen standpunten bestuurlijke overleggen geweest tussen de hiervoor genoemde portefeuillehouders en directievertegenwoordiging. Ambtelijk zijn alle bijeenkomsten voorbereid door vertegenwoordigers van de vier DEALgemeenten. Het gaat hier met name om de dames E. Boersma (gemeente Delfzijl) en M. van Werven (gemeente Appingedam), alsmede de heren K. Bosker (gemeente Loppersum) en W.J. van der Bijl (gemeente Eemsmond). Onderhavig voorstel is onderwerp van voorbespreking geweest op ambtelijk niveau (de vertegenwoordigers van de DEAL-gemeenten) en op directieniveau (gemeentesecretarissen DEALgemeenten en de interim directeur Werkorganisatie DEAL-gemeenten). Tijdens het gehele proces is de DEAL-OR steeds geïnformeerd door de WOR bestuurder van dit gremium, de heer H.B.J. Mulder (secretaris gemeente Appingedam). De OR van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten is steeds geïnformeerd door de interim directeur, de heer J.Th. Beverloo. Hij heeft samen met de heer W. Joldersma ook het personeel van de Werkorganisatie op de hoogte gehouden van alle ontwikkelingen, die uiteindelijk tot het voorliggende resultaat hebben geleid. De ontwikkelingen rond de RUD Groningen zijn daarnaast aan de orde geweest tijdens alle vergaderingen van het algemeen bestuur van de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten. Personele aspecten. Met de organisaties van overheidspersoneel (verzameld in een bijzonder georganiseerd overleg) zijn afspraken in het Sociaal Statuut vastgelegd Het betreft afspraken over: De CAO en aanvullende rechtspositionele regelingen. De plaatsingsprocedure. De werkgelegenheid. Salaris en inkomensgaranties. Binnen de Werkorganisatie DEAL-gemeenten is eveneens een Statuut tot stand gebracht in het Georganiseerd Overleg van de Werkorganisatie en daarna tot besluitvorming komen in het algemeen bestuur van de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten op 19 december Zoals hiervoor onder het hoofdstuk Bedrijfsplan RUD Groningen staat vermeld, zal de GR Werkorganisatie DEAL-gemeenten 2,9 fte moeten afstaan aan de RUD Groningen. Met gebruikmaking van de plaatsingsprocedure zullen de medewerkers moeten worden aangewezen, die de bijbehorende taken vervullen. Deze medewerkers zullen hun werk moeten volgen naar de RUD Groningen. Financiële aspecten. In het Bedrijfsplan RUD Groningen wordt gewerkt met een exploitatie, die hoger uitvalt dan die van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten. Het gevolg is dat per ingebrachte formatieplaats een extra bedrag nodig is van Daarnaast is gebaseerd op de ingebrachte formatie (2,9 fte in ons geval) een eenmalige bijdrage verschuldigd van In onderstaande tabel is weergegeven waarop de berekening van die bedragen gebaseerd is. RUD bij 2e Burap 2012 inbreng Explopitatie Eenmalig aandeel 2, Vrijval VTH Delfzijl 45,80 1, Eemsmond 18,91 0, Appingedam 17,02 0, Loppersum 18,28 0, ,

8 De vrijval binnen de Werkorganisatie DEAL-gemeenten is als volgt opgebouwd en zal in 2013 bij begrotingswijziging worden verwerkt. Voor latere jaren zullen de begrotingen conform het nieuwe formatiebeeld worden ingericht. In bijlage 7 bij dit voorstel is een exact overzicht van de vrijval binnen de Werkorganisatie DEALgemeenten opgenomen. Uitgaande van de RUD exploitatie van en de vrijval binnen de Werkorganisatie van ontstaat een structureel verschil voor de geheel over te brengen formatie van 2,9 fte van Dit bedrag dient op basis van de afgesproken verdeelsleutel als volgt over de DEALgemeenten te worden verdeeld. Het incidenteel verschuldigde bedrag van dient een gelijke verdeling te krijgen. De gemeenten hebben voor de transitiekosten regionale uitvoeringsdienst (RUD) een bijdrage van het rijk ontvangen. Deze benadering is uitgewerkt in onderstaande tabel. Gemeente Incidenteel Structureel 2013 Structureel 2014 ev. Delfzijl Eemsmond Appingedam Loppersum Totaal Communicatie/medezeggenschap Voor de DEAL-raden werd op 3 oktober 2012 een informatiebijeenkomst belegd, waarin zij op het onderwerp RUD Groningen worden bijgesproken. De portefeuillehouders, de externe projectleider RUD Groningen en de vertegenwoordigers namens DEAL in de MT-groep RUD zijn hierbij aanwezig geweest. De medewerkers van de Werkorganisatie DEAL-gemeenten zijn op 10 september 2012 over dit eindvoorstel geïnformeerd (waar zij gedurende het gehele traject al uitvoerig van alle ontwikkelingen op de hoogte zijn gehouden). Het onderwerp RUD Groningen heeft continu op de agenda gestaan van het overleg van de WOR bestuurder met de DEAL-OR. Deze OR wordt net als alle andere ondernemingsraden bij de Groninger gemeenten en de provincie zelf gefaciliteerd door de provinciaal opererende Bijzondere Voorbereidingscommissie RUD van de ondernemingsraden (BVC). Bij het opstellen van dit voorstel was het advies van de DEAL-OR ondanks veelvuldig aandringen nog niet ontvangen. Omdat met de RUD Groningen is afgesproken, dat alle raadsbesluiten voor 1 maart 2013 genomen zijn én het OR-advies zich niet zal kunnen uitspreken over de inbreng van de basistaken in de RUD Groningen (dit is de uitvoering van wettelijk vastgelegde afspraken) leggen wij dit voorstel nu toch ter besluitvorming aan u voor. Zodra het DEAL-OR advies is ontvangen zullen wij dat bij de stukken voegen. 8

9 Financiële dekking: De financiële consequenties zullen bij de eerstvolgende bestuursrapportage worden verwerkt, zoals beschreven in dit voorstel. Loppersum, 12 februari 2013 Burgemeester en wethouders van de gemeente Loppersum, A. Rodenboog, burgemeester. J.H. Bonnema, secretaris. 9

10 De raad van de gemeente Loppersum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 februari 2013; b e s l u i t : Het bedrijfsplan Regionale Uitvoeringsdienst Groningen vast te stellen. Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Loppersum gehouden op 25 februari 2013, nr. 8. De raad voornoemd, A. Rodenboog, voorzitter. R.S. Bosma, griffier. 10