Geschillenregeling Raad van Bestuur en Raad van Toezicht

Transcriptie

1 Geschillenregeling Raad van Bestuur en Raad van Toezicht Vastgestelde versie 15 april 2014 Pagina 1 van 6

2 Vastgestelde versie 15 april 2014, Pagina 2 van 6

3 Definities In deze regeling wordt verstaan onder: - Bestuur: de raad van bestuur van Stichting Verpleeghuis Het Parkhuis - Raad van Toezicht: de raad van Toezicht van Stichting Verpleeghuis Het Parkhuis - Statuten: de statuten van Stichting Verpleeghuis Het Parkhuis, zoals laatstelijk gewijzigd op * Stichting: Stichting Verpleeghuis Het Parkhuis, statutair gevestigd te Dordrecht, kantoorhoudende te 3319 GB Dordrecht, Haaswijkweg Oost 69 A - Geschil indien volgens het Bestuur of (een lid van) de Raad van Toezicht sprake is van een geschil tussen het Bestuur en de Raad van Toezicht ALGEMEEN Artikel 1 1. Deze regeling blijft van kracht totdat het wordt gewijzigd in overeenstemming met de hierna vermelde bepalingen. 2. In geval van strijdigheid tussen deze regeling en de wet en/of de Statuten, prevaleert de wet respectievelijk prevaleren de Statuten. 3. Deze regeling geeft regels met betrekking tot geschillen tussen het Bestuur en de Raad van Toezicht welke regeling door zowel het Bestuur als de Raad van Toezicht dient te worden nageleefd. KENNISGEVING GESCHIL Artikel 2 1. Indien het Bestuur van mening is dat er een geschil is met de Raad van Toezicht zal het Bestuur daarvan schriftelijk kennis geven aan de voorzitter van de Raad van Toezicht. Deze kennisgeving zal een duidelijke omschrijving van het geschil omvatten en zal tevens een voorstel van het Bestuur bevatten hoe naar de mening van het Bestuur het geschil beëindigd zou kunnen worden. Indien het Bestuur van mening is dat er een geschil is met de voorzitter van de Raad van Toezicht zal eerder genoemde kennisgeving door het Bestuur aan alle leden van de Raad van Toezicht worden toegezonden. 2. Indien (een lid van) de Raad van Toezicht van mening is dat er een geschil is met het Bestuur zal (dat lid van) de Raad van Toezicht het Bestuur en alle leden van de Raad Vastgestelde versie 15 april 2014, Pagina 3 van 6

4 van Toezicht daarvan schriftelijk kennis geven. Deze kennisgeving zal een duidelijke omschrijving van het geschil omvatten en zal tevens een voorstel van (het lid van) de Raad van Toezicht bevatten hoe naar de mening van (het lid van) de Raad van Toezicht het geschil beëindigd zou kunnen worden. EERSTE FASE OPLOSSING GESCHIL Artikel 3 Binnen twee weken nadat van het geschil is kennisgegeven als hiervoor omschreven roept de voorzitter van de Raad van Toezicht schriftelijk een gezamenlijke vergadering bijeen van het Bestuur en de Raad van Toezicht op een plaats en datum als door de voorzitter van de Raad van Toezicht te bepalen. Indien de voorzitter van de Raad van Toezicht zelf onderwerp van het geschil is zal diens taak worden waargenomen door de vice-voorzitter van de Raad van Toezicht. Deze bijeenkomst zal worden geleid door de voorzitter van de Raad van Toezicht tenzij deze zelf onderwerp van het geschil is. In dat geval zal deze bijeenkomst worden geleid door de vice-voorzitter voorzitter van de Raad van Toezicht. Tijdens deze bijeenkomst zullen partijen zich niet door (juridisch) adviseurs mogen laten bijstaan tenzij zowel het Bestuur als alle leden van de Raad van Toezicht hiervoor uitdrukkelijk hun toestemming hebben gegeven. In deze bijeenkomst waarbij de beginselen van hoor en wederhoor in acht zullen worden genomen, zullen het Bestuur en de Raad van Toezicht in onderling overleg trachten tot een oplossing van het geschil te komen. De opvatting van degene die de kennisgeving geschil als bedoeld in artikel 2 heeft verzonden is bepalend of het zinvol wordt geacht nog een volgende gezamenlijke bijeenkomst van het Bestuur en Raad van Toezicht te beleggen indien de bijeenkomst niet tot het beoogde resultaat heeft geleid. Deze volgende bijeenkomst moet uiterlijk zeven dagen na de vorige bijeenkomst gehouden worden. Indien een oplossing voor het geschil tot stand is gebracht, zal een en ander uiterlijk binnen drie dagen nadat de oplossing van het geschil tot stand is gekomen schriftelijk worden vastgelegd in een door het Bestuur en voorzitter van de Raad van Toezicht opgestelde en het Bestuur en alle leden van de Raad van Toezicht te ondertekenen document. TWEEDE FASE OPLOSSING GESCHIL Artikel 4 Indien de hiervoor omschreven eerste fase oplossing geschil niet tot het beoogde resultaat heeft geleid, zal de voorzitter van de Raad van Toezicht en indien hij zelf onderwerp is van het geschil de vice-voorzitter van de Raad van Toezicht een bijeenkomst organiseren als hiervoor in de eerste fase omschreven met dien verstande dat bij deze bespreking een mediator zal worden uitgenodigd teneinde te trachten het geschil te beëindigen. Deze mediator zal binnen twee weken nadat de eerste fase oplossing geschil is beëindigd worden benoemd op grond van overleg tussen het Bestuur en de voorzitter van de Raad van Toezicht. Vastgestelde versie 15 april 2014, Pagina 4 van 6

5 Indien de voorzitter van de Raad van Toezicht zelf onderwerp van het geschil is zal hij in deze vervangen worden door de vice-voorzitter van de Raad van Toezicht. Indien het Bestuur en de voorzitter respectievelijk vice-voorzitter van de Raad van Toezicht binnen de genoemde twee weken geen overeenstemming hebben kunnen bereiken over welke mediator moet worden benoemd, zal deze worden benoemd door de president van de rechtbank te Dordrecht op verzoek van de partij die de kennisgeving als bedoeld in artikel 2 heeft verzonden. De oproeping voor de gezamenlijke bijeenkomst van het Bestuur en de Raad van Toezicht zal uiterlijk twee weken na de benoeming van de mediator door het Bestuur aan de leden van de Raad van Toezicht worden verzonden. De mediator bepaalt de datum, plaats en tijd van de bijeenkomst. Deze vergadering zal worden voorgezeten door de mediator. Aan de mediator zal tijdig voor de gezamenlijke bijeenkomst door het Bestuur alle relevante informatie aangaande het geschil zonder commentaar worden toegezonden. Partijen zullen met inachtneming van het in de vorige zin bepaalde vóór de bijeenkomst niet eenzijdig rechtstreeks met de mediator in contact mogen treden. Tijdens de gezamenlijke bijeenkomst zullen partijen zich niet door (juridisch) adviseurs mogen laten bijstaan tenzij zowel het Bestuur, alle leden van de Raad van Toezicht als de mediator hiervoor uitdrukkelijk hun toestemming hebben gegeven. In deze bijeenkomst waarbij de beginselen van hoor en wederhoor in acht zullen worden genomen, zullen het Bestuur en de Raad van Toezicht onder leiding van de mediator trachten tot een oplossing van het geschil te komen. Indien een oplossing voor het geschil tot stand is gebracht, zal dit door de mediator schriftelijk worden vastgelegd in een door het Bestuur, alle leden van de Raad van Toezicht en mediator te ondertekenen document. De opvatting van de mediator is bepalend of het zinvol wordt geacht nog een volgende gezamenlijke bijeenkomst van het Bestuur en Raad van Toezicht te beleggen indien de bijeenkomst niet tot het beoogde resultaat heeft geleid. Indien de mediator van mening is dat het geschil niet onder zijn leiding opgelost kan worden zal hij zijn standpunt in deze terstond schriftelijk communiceren aan het Bestuur en de Raad van Toezicht waarmede een einde komt aan de tweede fase oplossing geschil. DERDE FASE OPLOSSING GESCHIL Artikel 5 Indien de hiervoor omschreven eerste en tweede fase oplossing geschil niet tot het beoogde resultaat heeft geleid, zal het geschil worden voorgelegd aan een bindend adviseur die op verzoek van de Raad van Toezicht zal worden benoemd door het Nederland Arbitrage Instituut. Het verzoek van het Nederland Arbitrage Instituut tot benoeming van een bindend adviseur zal gedaan worden door de voorzitter van de Raad van Toezicht binnen twee weken nadat de mediator schriftelijk aan het Bestuur en de Raad van Toezicht heeft laten weten niet tot een oplossing van het geschil te kunnen komen. Het geschil zal in de vorm van een voor alle partijen bindend advies door de bindend adviseur worden beslecht. De bindend adviseur zal zich daarbij laten leiden door het arbitragereglement van het Nederland Arbitrage Instituut ( De bindend adviseur bepaalt de datum, plaats en tijd van de bijeenkomst(en). Tijdens deze bijeenkomst zullen partijen zich door (juridisch) adviseurs mogen laten bijstaan. Vastgestelde versie 15 april 2014, Pagina 5 van 6

6 WIJZIGING GESCHILLENREGELING Artikel 6. Wijziging in de onderhavige geschillenregeling kunnen uitsluitend schriftelijk worden overeengekomen indien het wijzigingsvoorstel door zowel het Bestuur als alle leden van de Raad van Toezicht schriftelijk is goedgekeurd. KOSTEN Artikel 7. Alle kosten welke in het kader van deze geschillenregeling gemaakt worden waaronder eveneens begrepen de kosten van eventuele juridische adviseurs van partijen zullen worden gedragen door de Stichting. Vastgestelde versie 15 april 2014, Pagina 6 van 6