Newsletter. Sociale actualiteit van Oktober. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Oktober. Solutions for Human Resources.

Transcriptie

1 2013 Solutions for Human Resources. Newsletter PERSOLIS 23 rue de l orne 1435 Mont St Guibert «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met GROUP S sociaal secretariaat». 1

2 <<De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met GROUP S sociaal secretariaat. GROUP S, HRM partner voor zelfstandigen en werkgevers, stelt zijn documentatie ter beschikking van bedrijven die op de hoogte willen blijven van de sociale wetgeving. Meer informatie kan u terugvinden op Door een beroep te doen op de informatie van GROUP S, kan Persolis haar klanten betrouwbare informatie over de sociale wetgeving aanbieden.>> Loonaanpassingen op 1 November 2013 en index... 3 Consumptieprijzen... 3 Gezondheidsindex... 3 laatste kwartaal jaar met ingang vanaf 1 januari fiscale controles in bedrijfsleiders: verplichting tot inhouding van bedrijfsvoorheffing Inkomsten toegekend aan Belgische of buitenlandse rechtspersonen die een functie van bedrijfsleider uitoefenen

3 Loonaanpassingen op 1 November 2013 en index Loonaanpassingen op 1 Het indexcijfer der consumptieprijzen op basis van het jaar 2004 dient als referentie voor de indexaanpassingen van het basisloon, gebruikt voor de berekening van de formule Claeys. Het viermaandelijks gemiddelde van de gezondheidsindex is de referentie-index van de lonen en de sociale prestaties. De conventionele verhogingen staan in vetjes. Voor de maanden waarin indexaanpassingen en conventionele verhogingen samenvallen, dienen deze te worden toegepast in dezelfde volgorde als die weergegeven in het overzicht. Consumptieprijzen Omrekeningscoëfficiënt van basis 2004 naar basis 1996: vermenigvuldigen met 1, Gezondheidsindex Omrekeningscoëfficiënt van basis 2004 naar basis 1996: vermenigvuldigen met 1,

4 o jonge werknemers tijdens het laatste kwartaal 2013 Er is geen bedrijfsvoorheffing verschuldigd op de bezoldigingen betaald of toegekend tijdens de maanden oktober, november en/of december 2013 aan jonge werknemers van wie de tewerkstelling in het kader van een arbeidsovereenkomst aanvangt tijdens die maanden en op voorwaarde dat het belastbaar maandloon niet meer is dan EUR. Deze jongeren moeten wel de volgende voorwaarden vervullen: 1. niet meer onderworpen zijn aan de leerplicht; 2. een bepaalde opleiding of leertijd hebben beëindigd: o ofwel studies met volledig leerplan van de hogere secundaire cyclus, of van de lagere secundaire cyclus met technische of beroepsvorming, in een onderwijsinstelling opgericht, gesubsidieerd of erkend door een Gemeenschap, voleindigd hebben; o ofwel van bovenvermelde studies een diploma of getuigschrift behaald hebben voor de bevoegde examencommissie van de Gemeenschap; o o ofwel een leertijd van de middenstand voleindigd hebben; ofwel een industriële leertijd voleindigd hebben; o ofwel via het deeltijds secundair onderwijs, het kwalificatiegetuigschrift van de 3de graad van het voltijds beroepssecundair onderwijs, het studiegetuigschrift van de 2de of de 3de graad van het deeltijds beroepssecundair onderwijs "of het vakbekwaamheidsattest van de lagere cyclus van het deeltijds beroepssecundair onderwijs" (pas afgeleverd vanaf het schooljaar ) behaald hebben; o ofwel gedurende twee schooljaren als regelmatig leerling het deeltijds secundair onderwijs of een vorming door een Gemeenschap erkend in het kader van de deeltijdse leerplicht (andere dan een leertijd van de middenstand of industriële leertijd: cfr. supra), gevolgd hebben; ofwel een gelijkwaardige studie gevolgd hebben in een lidstaat van de EU en op het ogenblik van de aanvraag ten laste zijn van migrerende werknemers. 3. elke studie met volledig leerplan en elke leertijd stopgezet hebben. De reden om geen bedrijfsvoorheffing, voorschot op de eindbelasting, in te houden is dat de jongere op het einde van het inkomstenjaar, de grens van het belastbaar inkomen niet zal bereiken en in principe geen belastingen zal moeten betalen. De ministerraad van 6 september 2013 heeft een ontwerp van Koninklijk Besluit goedgekeurd dat het stelsel van educatief verlof regelt. Het voorstel bepaalt de regeling voor : de loongrens van de werknemer: van 1 september 2013 tot 31 augustus 2014 wordt het terugbetaalbaar brutoloon vastgelegd op euro; de terugbetaling aan de werkgevers bedraagt 22,08 euro per uur educatief verlof voor ; Loonaanpassingen op 1 Oktober 2013 en index. De specifieke werkgeversbijdrage voor betaald educatief verlof wordt vanaf het vierde kwartaal 2013 tot en met het derde kwartaal 2014 behouden op het wettelijk vastgestelde tarief van 0,04% en vanaf het vierde kwartaal van 2014 structureel vastgelegd op 0,05%. 4

5 Loonaanpassingen op 1 bedrijfstoeslag : de vrijstelling jaar met ingang vanaf 1 januari Algemeen is de werkgever verplicht de werknemer die de onderneming verlaat in het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (voorheen het brugpensioen) te vervangen. Op die verplichting bestaan uitzonderingen, met name indien er geen vervanger beschikbaar is, wanneer de onderneming geconfronteerd wordt met een structurele vermindering van het personeelsbestand of wanneer zij erkend wordt als zijnde in moeilijkheden of in herstructurering. Die hypothesen veronderstellen procedures en/of het bekomen van een toelating om vrijgesteld te worden. Er bestaat echter één algemene en automatische vrijstelling van de vervangingsplicht. Zij is niet van toepassing wanneer de werknemers die de onderneming verlaten in het SWT 60 jaar oud zijn op het einde van hun arbeidsovereenkomst. Vanaf 1 januari wordt die leeftijd op 62 jaar gebracht. Anders gezegd: de werkgever zal de werknemers die in het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag stappen en die geen 62 jaar oud zijn op het einde van hun arbeidsovereenkomst moeten vervangen. Opgelet: die leeftijdsverhoging is niet van toepassing op de werknemers die het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag genieten op basis van cao nr. 17. Ze geldt slechts voor de regelingen van werkloosheid met bedrijfstoeslag die afwijken van de algemene leeftijd van 60 jaar (SWT vanaf 58, 57 of 56 jaar). Bovenstaande wijziging treedt in werking op 1 januari. Zij zal van toepassing zijn op de arbeidsovereenkomsten die effectief eindigen na 31 december 2014 op voorwaarde dat de werknemer op uiterlijk 31 december 2014 geen 60 jaar oud is. 5

6 Loonaanpassingen op 1 oudere werklozen: vrijstelling Alle werkgevers die onderworpen zijn aan de sociale zekerheid voor loontrekkenden moeten een bijzondere werkgeversbijdrage betalen om het stelsel van de tijdelijke werkloosheid en de oudere werklozen te financieren. Deze bedraagt 0,10% van de bruto bezoldigingen van de werknemers. Bepaalde werkgevers zoals de gemeenschappen, de gewesten en de instellingen van openbaar nut moeten deze bijdrage niet betalen. Andere werkgevers kunnen indien zij aan bepaalde voorwaarden voldoen een vrijstelling aanvragen. Een KB van 26 september 2013 voorziet de voorwaarden voor het bekomen van een vrijstelling. De werkgevers worden vrijgesteld van de bijzondere werkgeversbijdrage ter financiering van het stelsel van de tijdelijke werkloosheid en de oudere werklozen, wanneer ze een inspanning voorzien van minimaal 0,20% van de loonmassa voor de begeleiding van personen die behoren tot risicogroepen of personen op wie een begeleidingsplan van toepassing is. De werkgevers die willen genieten van de vrijstelling moeten een gemotiveerde aanvraag indienen bij de minister bevoegd voor Werk waarin zij bewijzen dat de aan voorwaarden voldaan zijn. Het KB van 26 september 2013 treedt retroactief in werking op 1 januari Bron: Koninklijk besluit van 26 september 2013 waarbij bepaalde categorieën van werkgevers vrijgesteld worden van de bijzondere werkgeversbijdrage ter financiering van het stelsel van de tijdelijke werkloosheid en oudere werklozen ingesteld bij koninklijk besluit van 27 november 1996, BS 7 oktober

7 fiscale controles in 2014 Loonaanpassingen op 1 De administratie van de FOD Financiën heeft in een bericht van begin oktober laten weten dat zij vanaf 2014 specifieke controles zullen uitoefenen op de inhouding van bedrijfsvoorheffing op bezoldigingen van bedrijfsleiders, alsook op de vermeldingen daaromtrent op de fiscale fiches. In dat bericht brengt de administratie de algemene regels inzake de bedrijfsvoorheffing die verschuldigd is op inkomsten van bedrijfsleiders in herinnering. Daarnaast wordt ook nog duidelijk gemaakt welke fiscale fiche er zal moeten worden opgesteld wanneer een Belgische of buitenlandse vennootschap de functie van bedrijfsleider uitoefent. Wij vatten hier de belangrijkste punten van dat bericht voor u samen. Het volledige bericht kan u onderaan ook downloaden. 1. bedrijfsleiders: verplichting tot inhouding van bedrijfsvoorheffing De administratie van de FOD Financiën stelt vast dat een groot deel van de fiscale fiches (bezoldigingen van bedrijfsleiders), wel een belastbaar inkomen vermelden, maar geen ingehouden bedrijfsvoorheffing. Nochtans moeten vennootschappen die schuldenaar zijn van belastbare bezoldigingen van bedrijfsleiders daarop wel degelijk bedrijfsvoorheffing inhouden en doorstorten aan de Schatkist. Het betreft hier een wettelijke plicht, waaraan zij zich dus niet kunnen onttrekken. Ook het feit dat de bedrijfsleider voorafbetalingen doet op zijn belastingen kan de schuldenaar van die inkomsten niet ontslaan van zijn inhoudings- en doorstortingsplicht. De administratie geeft de schuldenaars van de belastbare inkomsten van bedrijfsleiders die geen bedrijfsvoorheffing hebben ingehouden op die inkomsten nog tot het einde van dit jaar de tijd om hun toestand recht te zetten. Zo niet, zal men naast de wettelijke nalatigheidsinterest, ook ambtshalve en systematisch de in het WIB 92 voorziene administratieve sancties toepassen. Regulariseren is dus de boodschap. 2. Inkomsten toegekend aan Belgische of buitenlandse rechtspersonen die een functie van bedrijfsleider uitoefenen Vaak worden inkomsten van rechtspersonen die een functie van bedrijfsleider uitoefenen ook vermeld op een fiscale fiche Dat is echter verkeerd. Op welke fiscale fiche die inkomsten wel moeten worden vermeld en of er al dan niet bedrijfsvoorheffing op verschuldigd is, hangt af van het feit of het een buitenlandse of een Belgische rechtspersoon betreft. De inkomsten toegekend aan een Belgische rechtspersoon die een functie van bedrijfsleider uitoefent, moeten, wanneer er geen factuur is opgesteld, worden vermeld op een fiscale fiche (commissielonen, erelonen, enz.). Die inkomsten zijn niet onderworpen aan bedrijfsvoorheffing. Op de fiscale fiche moet in dat geval dus geen bedrijfsvoorheffing worden vermeld. Inkomsten toegekend aan een buitenlandse rechtspersoon die de functie van bedrijfsleider uitoefent in een binnenlandse vennootschap, moeten worden vermeld op een fiscale fiche (vak 10, f). Op die inkomsten moet er echter wel bedrijfsvoorheffing worden ingehouden (32,29%). Op de fiscale fiche moet men in dat geval dus wel de ingehouden bedrijfsvoorheffing vermelden. 7

8 Loonaanpassingen op 1 1 en 11 November 2013: In de maand november zijn er 2 feestdagen: Allerheiligen en Wapenstilstand. De feestdagen zijn aan een specifieke reglementering onderworpen. 5 November 2013: Heeft u in het trimester dat voorafgaat aan het vorige trimester meer dan 6.197,34 aan socialezekerheidsbijdragen betaald? Dan bent u ertoe gehouden voorschotten op de bijdragen van dit kwartaal te betalen. Dit bedrag moet, indien u klant bent van het Sociaal Secretariaat, uiterlijk op 5 November op de rekening van het Sociaal Secretariaat staan en als u geen klant bent, op de rekening van de RSZ. 15 November 2013 : Dit is de uiterste datum voor de maandelijkse storting van de bedrijfsvoorheffing en voor de aangifte 274. De Duitse feestdag is (nog) geen officiële feestdag voor de werknemers 20 November 2013 : De laatste dag om uw BTW-aangifte via het systeem INTERVAT in te dienen en te betalen 8